|
Dienares van God, Zuster Consolata Betrone
(1903-1946) Mystica en Offerziel

Er is een mooi schietgebed dat OLHeer aan Zuster Maria
Consolata Betrone gaf. Het is: Jezus en Maria, Ik houd van U, Red de zielen.
Het is zeer eenvoudig, maar het draagt ver. Moeder Angelica
Geboorte
en vroege jaren
Zuster Consolata Betrone werd geboren in Saluzzo, Italie op
6 april 1903, en werd Pierina Betrone genoemd. Ze was de dochter van Pietro
Betrone en Giuseppina Nirino, die eigenaars waren van een bakkerij in Saluzzo,
en die later de managers werden van een restaurant in Airasco (Turijn). Pierina
was de tweede van zes dochters die geboren werden van haar vaders tweede
huwelijk.
Niets in het vroege leven en achtergrond kon voorspellen
dat dit jong meisje een van Jezus geliefde offerzielen zou worden. Ze leek een
normale kindertijd door te brengen tot ze op zekere dag toen ze naar haar
boodschappen in het dorp deed, onverwacht een intens gebed uit haar hart kwam: Mijn
God, ik houd van U! en een buitengewone vurigheid maakte zich van haar meester.
Het was het begin van haar buitengewone ervaringen met de Heer. Ze was toen 13
jaar.
Op 8 december 1916 op het Feest van de Onbevlekte
Ontvangenis, wijdde Pierina haarzelf toe aan de Maagd Maria. Na het ontvangen
van de Heilige Communie, hoorde ze de woorden in haar: Wil je de Mijne zijn?
Diep bewogen door deze buitengewone genade, weende ze tranen van emotie, en
zonder de draagwijdte van de vraag te begrijpen, antwoordde ze Ja en
vertrouwde ze zichzelf aan Hem toe.
Als de weken en maanden voorbij gingen, begon Pierina God
te voelen die haar opriep tot religieus leven. Gedurende dezelfde tijd en wat
verschillende jaren zou duren, begon een periode van geestelijke twijfel,
dorheid en bekoringen, die zeker door de Heer werden gestuurd om haar ziel te
zuiveren. Onze Heer leidde haar uit de geestelijke woestenij om haar voor te
bereiden op haar missie als offerziel.
Drie
mislukte pogingen om het religieus leven binnen te gaan
Het duurde tot haar 21 jaar vooraleer ze uiteindelijk de religieuze
roeping van God aanvaardde, Niets trekt me aan in de Capucijnen, zei ze, na
drie mislukte pogingen om binnen te treden in open religieuze orden. Het was
haar biechtvader, Don Accomasso die, door God verlicht, haar adviseerde om het
Klooster van de Arme Klaren (Orde van Franciscaanse Capucijnen) in Turijn
binnen te gaan. Dit gebeurde op 17 april 1929. Na de normale periode van voorbereiding
aanvaardde ze dankbaar haar zwarte sluier op 28 februari 1930, en nam de naam
van Zuster Maria Consolata aan.
De nieuwe naam, Consolata, gekozen door de jonge Pierina
is een indicatie van het geestelijk pad en leven waartoe Jezus haar had
geroepen, want het woord Consolata betekent troosteres, en het was zij die
spoedig de troosteres werd van het Hart van Jezus. Op de dag van de Ceremonie,
toen ze haar zwarte sluier ontving, ontving ze een innerlijke locutie van Jezus
die haar op de hoogte bracht van Zijn wil voor haar. Jezus zei: Ik roep je op
voor niet meer dan dit: een akte van voortdurende liefde. Een voor meer dan 16
jaar van gesloten Capucijns leven was deze akte van voortdurende liefde het
fundament waarop ze al haar geestelijke inspanningen op bouwde.
Op 8 april 1934, legde ze de geloften af, werkend in het
klooster als een nederige kok, portier en schoenmaker. Op 22 juli 1939 ging ze
naar de nieuwe vestiging van Moriondo, Moncalieri in Turijn, waar ze ook een
verpleegster en secretaresse was. Haar leven bestond uit dagelijkse offers,
boetedoening en zelfverloochening, verborgen voor de wereld, in vervulling van
de taken die haar werden opgedragen door haar superieuren. Hoewel haar leven
gelijkaardig was aan dat van haar medezusters, was haar innerlijk leven anders.
Ze ontving buitengewone genaden van God, die onmerkbaar waren in de intimiteit
van haar geest. Ze werd de vertrouwelinge van Jezus en Zijn Heilig Hart.
De
vertrouwelingen van het Heilig Hart van Jezus
Op 9 november 1934 schrijft Zuster Consolata: Jezus
onthult me het intieme lijden van Zijn Hart veroorzaakt door de ontrouw van
zielen die aan Hem zijn toegewijd. Daarna, begon ze een vurig verlangen te
ontwikkelen om eerherstel te bieden voor de zonden van de wereld en zondaars tot
Jezus te leiden. En zo begon de intense spirituele relatie en intimiteit tussen
Jezus en Consolata: tezamen in liefde, tezamen in pijn, tezamen om talrijke
zielen aan de Vader aan te bieden, die hen zoekt in Zijn oneindige liefde,
barmhartigheid en medelijden. Het was de Heer zelf die haar vertelde: Denk
niet aan mij als een hardvochtige God, omdat Ik vooreerst de God van liefde
ben!
Jezus,
Maria, Ik houd van U! Red de zielen!
Het was toen dat Onze Heer Zuster Consolata inspireerde om
dit belangrijke universele gebed te bidden, Jezus, Maria, ik houd van U! Red
de zielen! In herinnering aan wat Jezus haar had gezegd op de dag dat ze de
Sluier aanvaardde- Ik roep je om niet meer dan dit: een akte van voortdurende
liefde, en Zuster Consolata herhaalde dit gebed, steeds opnieuw, gedurende de
uren dat ze wakker was, als ze werkte en als ze haar dagelijkse taken
uitvoerde. Want het was Christus die haar onderwees in de praktijk van wat Hij
een onophoudelijke akte van liefde noemde die uitgedrukt werd in de woorden- Jezus,
Maria, ik houd van U! Red de zielen!
Betreffende dit gebed zei Onze Heer, Zeg me, wat mooier
gebed wil je mij aanbieden? ---Jezus, Maria, ik houd van U! Red de zielen!
--- Liefde en zielen! Wat mooier gebed zou je kunnen wensen?

Haar
kleinheid en nederigheid
Hoewel Zuster Consolata gezegend was met deze buitengewone
innerlijke verlichting door God, bleef ze zeer nederig en voelde ze zich klein,
en ze zag zichzelf als de zelfs kleinere dat de H. Theresia van Lisieux naar
had verwezen in haar dagboek. Dit gevoel van kleinheid dat Consolata voelde in
haar ziel werd bevestigd door onze Heer in de volgende woorden: Ik heb die nog
zwakkere ziel gevonden die zich met volledig geloof overgegeven heeft aan Mijn
oneindige barmhartigheid: jij bent het, Consolata, en door jou wil ik wonderen
bewerken die je liefdevolle verlangens ver te boven gaan.
En later zegt Jezus haar: -Je bent er om lief te hebben.
Je bent te klein om de hoogte te beklimmen: Ik zal je op Mijn schouders dragen
Hier
zijn sommige van de openbaringen gegeven aan haar door Jezus:
Schrijf dit neer Consolata, want ik vraag het aan jou
onder gehoorzaamheid, dat voor een akte van liefde van jou, Ik de hemel zou
scheppen.
De ziel dat Mij het dierbaarst is, degene is die Mij het
meest liefheeft.
Vorm alles wat onaangenaam is voor jou om in kleine rozen,
en verzamel ze met liefde, en bied hen dan aan Mij aan met liefde.
Zie Consolata, de vijand zal alle inspanningen doen om je
blind vertrouwen in mij aan het wankelen te brengen. Maar je mag nooit vergeten
dat Ik ervan houd altijd goed en barmhartig te zijn. Begrijp mijn hart,
Consolata; begrijp mijn liefde, en sta nooit toe dat de vijand binnenkomt in je
ziel, zelfs niet voor een ogenblik, met een gedachte van gebrek aan vertrouwen
in Mij. Geloof Mij, Ik ben altijd goed; Ik ben altijd zoals een ouder voor jou!
Volg de kinderen na die bij elke kleine wonde aan de vinger, naar hun moeder
rennen om het te verbinden. Je moet altijd hetzelfde doen en onthouden dat Ik
altijd je fouten en zwakheden zal teniet doen en herstellen, net als een moeder
altijd de vinger van haar kind zal verbinden, wanneer het kind pijn heeft of
enkel denkbeeldig pijn heeft. En als het kind echt zijn arm, of zijn hoofd
heeft bezeerd, hoe teder zou het kind verzorgd worden door de moeder! Wel, Ik
doe hetzelfde met betrekking tot je ziel wanneer je valt, zelfs in stilte doe
Ik dat. Begrijp je dat, Consolata? Heb daarom nooit, nooit, nooit een schaduw
van twijfel; een gebrek aan vertrouwen verwondt Mijn hart, en doet Mij lijden.
Heb Mij lief en je zult gelukkig zijn, en hoe meer je Mij
liefhebt, hoe gelukkiger zul je zijn. Zelfs al bevind je jezelf in uiterste
duisternis, liefde zal licht voortbrengen; liefde zal sterkte voortbrengen, en
liefde zal vreugde voortbrengen.
Ik verkies een akte van liefde, en een Communie van liefde
over elk ander geschenk. Ik dorst naar liefde.
Ik vind er plezier in te werken in een ziel. Zie je, Ik
houd ervan alles Zelf te doen; en van deze ziel vraag Ik enkel dat ze Mij
liefheeft.
Zie je, zelfs in goede gedachten is er altijd een beetje
zelfliefde, van zelfgenoegzaamheid; en het is gemakkelijk te zien hoe ze de
akte van liefde verspillen. Maar als je volledig op Mij vertrouwt, dat Ik voor alles
zorg en zal zorgen, en je geen enkele andere gedachte laat binnenkomen, dan zal
je akte van liefde een maagdelijke zuiverheid bezitten.
Zie je, Consolata, heiligheid betekend onzelfzuchtigheid
in alles, in gedachten, verlangens, woorden
Sta Mij toe het allemaal te doen!
Ik zal alles doen; maar je moet, op elk moment, Mij geven wat Ik vraag met veel
liefde!
Consolata, plaats geen beperkingen op je vertrouwen in
Mij, dan zal Ik geen beperkingen plaatsen op Mijn genaden voor jou!
Vertrouw altijd op Jezus! Als je maar eens wist hoeveel
plezier dat Mij geeft! Verleen Mij deze troost om op Mij te vertrouwen, zelfs
in de schaduw van de dood.
Wanneer lijden aanvaard wordt met liefde, is het niet
langer lijden, maar is het veranderd in vreugde.
Als je in Mij bent en we zijn verenigd dan zul je veel
vrucht voortbrengen en zul je sterker worden, want je zult verdwijnen zoals een
druppel water in de oceaan. Mijn stilte zal in jou huizen, samen met Mijn
nederigheid, Mijn zuiverheid, Mijn naastenliefde, Mijn tederheid, Mijn geduld,
Mijn dorst naar lijden en Mijn ijver voor zielen die Ik wens te redden ten alle
koste!
Je moet enkel denken aan Mij lief te hebben! Ik zal aan al
de rest denken, zelfs tot de kleinste details!
Jezus, Maria, ik houd van U. Red de zielen omvat alles,
de zielen in het Vagevuur en de zielen in de Militante Kerk; de onschuldige
ziel en de schuldige ziel; de stervenden, de atheistische, enz. Verlies geen
tijd, onthoud dat elke akte van liefde een ziel is. Van alle gaven, is de beste
gave die je mij kunt aanbieden een dag vol liefde. Ik verlang een ononderbroken
Jezus, Maria, ik houd van U, red de zielen! Wanneer je opstaat s morgens tot
je naar bed gaat s nachts.
Haar
heilige dood
In juni 1939 schreef ze Het is mijn lot om te sterven in
kleine stukjes. In november 1944 noteerde ze: Voor vele dagen heeft mijn ziel
stilgestaan bij dit goddelijk zinnetje offerziel voor de Geslachtofferde.
Het is op deze manier, voor de vrede van de wereld (wereldoorlog II was bezig),
voor de stervenden en voor de bekering van zielen dat ze het offer van zichzelf
aanbood als offer dat diende tot uitboeting van de zonden van de mensheid.
In de winter van 1944 verraadde haar lijkbleek kleur haar.
Ze moest naar de dokter als gehoorzaamheid aan haar Overste. De dokter zei: De
zuster is niet ziek, ze is vernietigd. Op 24 september 1945 vroeg Zuster
Consolata voor een halve dag rust en ze legde zich op bed. De Moeder overste
nam haar temperatuur en ze had 39 graden koorts! Hoelang heeft ze dit
volgehouden? vroeg men zich af. Op 25 oktober 1945 werden X-stralen genomen en
onthulden schade aan haar longen, ze had tuberculoze. Op 4 november 1945 moest
ze naar het sanatorium. Ze bleef daar tot 3 juli 1946, toen een ambulance haar
in het laatste stadium van haar ziekte naar het Klooster van Moriondo bracht.
Nu was alles beeindigd, behalve een nieuw en eeuwig leven voor eeuwig
verbonden met God in de Hemel. Zuster Consolata stierf bij zonsopgang op 18
juli 1946 in het Klooster van het Heilig Hart van Moriondo Moncalieri, Turijn.
|