Anna Maria Taigi (1769-1837)
Echtgenote, Moeder en Mystica
Haar vroege leven
Zalige Anna
Maria Taigi werd geboren in Siena, Italie op 29 mei 1769. Ze was een lid van de
Derde Orde van Trinitariers. Haar ouders, Luigi Giannetti en Maria Masi kwamen
van een arm, werkmans gezin. Ze werd gedoopt Anna Maria Antonia Gesualda op de
dag na haar geboorte. Door het failliet gaan van haar vaders zaak, verhuisde ze
toen ze 6 jaar oud was met haar ouders naar Rome, waar ze de rest van haar
leven bleef. In Rome ging ze 2 jaar naar een parochieschool van de Filippini
Zusters. Na haar scholing ging ze werken als een huishoudelijke meid om het
gezin financiele armslag te geven. Doorheen haar kindertijd en jeugdjaren was
ze maar matig vroom.
Op de
leeftijd van 20 jaar, huwde ze op 7 januari 1790 met Dominico Taigi, die een
arme dienstknecht was van de chef voor Prince Chigi. Dominicos vroomheid was
heel goed, maar hij had verschrikkelijke driftbuien. Zijn manieren waren grof
en hij had een verschrikkelijk temperament. Zijn opvliegendheid deed Anna veel
lijden, maar zorgde er ook voor dat haar deugden van geduld, zachtmoedigheid,
nederigheid en vergeving tot uiting kwamen. Ze merkte dat haar glimlach en
zwijgzaamheid dikwijls zijn toorn kalmeerde. Hij was nooit fysiek ruw met haar,
maar hij was zeker een tiran. Niettegenstaande dat hield hij veel van haar
zoals hij te kennen gaf op het officiele proces van haar zaligverklaring. Ze
hadden zeven kinderen waarvan er drie stierven in de kindertijd. De
overblijvende twee jongens en twee meisjes groeiden op onder haar zorg voor hun
religieuze en morele vorming, samen met hun educatieve vorming.

De Oproep van God Haar diepe
bekering
Haar leven
van jong gehuwde beleefde ze meer voor de wereld dan voor God. Haar toenemende
zin voor spiritualiteit begon zich te mengen met Annas wereldlijkheid. Op een
dag ging ze naar de St Pietersbasiliek. Daar was een grote menigte. Ze leunde
op de arm van haar man, helemaal opgedaan met haar mooiste juwelen. Ze stonden
in de piazza, omringd door Berninis zuilenrij. Door het gedrang van de menigte
werd ze tegen Vader Angelo geduwd. Hij had de jonge vrouw nooit eerder gezien,
maar hij hoorde een innerlijke stem zeggen: Let op die vrouw, want ik zal ze
op een dag aan jouw zorg toewijden en je zult haar transformatie zien. Ze zal
haar heiligen, want Ik heb haar uitverkoren om een heilige te worden.
Uiteindelijk was
Anna Maria van plan haar wereldlijkheid opzij te schuiven en een goede biecht
te maken. Ze ging naar een naburige kerk en ging een biechtstoel binnen. Ze
weent en zegt: Vader, je hebt aan je voeten een groot zondaar. Maar de
priester zei: Ga weg, je bent niet een van mijn penitenten. Toch neemt hij
vluchtig de biecht af van haar. Hij gaf haar de absolutie maar laat de vrouw
verward aan haar lot over. Dan ging ze naar de kerk van San Marcello al Corso
en daar kwam ze toevallig Vader Angelo Verandi tegen die de innerlijke stem had
gehoord. Hij zei haar: Zo je bent uiteindelijk gekomen, mijn dochter. Onze
Lieve Heer houdt van jou en wil dat je volledig de Zijne wordt en hij vertelde
haar van de boodschap die hij ontvangen had op de piazza van de St
Pietersbasiliek.
Anna had drie
jaar wereldse zaken nagejaagd en nu ging haar nieuw leven beginnen. Vader
Angelo was haar geestelijke leider. Het was een delicate zaak want Anna Taigi
was geen non of een vrome weduwe maar de jonge vrouw van Dominico, bij wie ze
zeven kinderen had. Daar lag haar voornaamste plicht. Al de rest: boetedoening,
gebeden, mirakels, extases konden enkel gebeuren binnen haar levensstaat. Hij
had tesamen met zijn mystieke lering, wat gezond verstand en een diepe
nederigheid nodig om deze jonge moeder en echtgenote te leiden. De eerste vraag
van de Meester was zuiverheid. God gaf Anne een besef van haar eigen zwakheden
en miserie. De moeilijkheid was ook dat haar man Domenico geen H. Jozef was.
Het eerste mirakel was hem leiden op het pad van heiligheid. En verbazend
genoeg volgde hij de heilige wil van zijn vrouw.
Anna begint een innerlijke Stem te horen
Niet lang na
haar fervente komst tot God, toonde OLHeer haar de eerste stap tot haar komst
tot Hem de enorme waarde van eenvoudigheid en naastenliefde tot anderen: Onthoud
dat je voorzichtig moet zijn in alles. De duivel, Mijn dochter is een geest van
contradictie. Hij die onder invloed is van de duivel kan niet rusten dag noch
nacht. Mijn geest, is in tegenstelling een geest van liefde en vrede. Wie Mijn
vrede bezit, bezit alle zaken: vele zielen doen zware boetedoening om dit grote
goed te verkrijgen. Niemand kan de vrede van mijn uitverkorenen bereiken tenzij
hij zo eenvoudig wordt als een kind en ware naastenliefde beoefent. Wie
naastenliefde bezit, Mijn dochter, bezit geduld. Naastenliefde werkt ijverig en
met liefde. Ze spreekt geen kwaad over iemand, want ze vreest de kostbare parel
van Mijn vriendschap te verliezen. Ze begrijpt alles, ziet alles, maar bedekt
alles met Zijn mantel. Ze ziet de fouten van de naaste door de vingers, en zegt
: Het zou nog erger zijn, als U niet zou komen om mij te redden.
Je moet
weten, zei Jezus tot haar, dat wanneer Ik tot je spreek, Ik je tederheid,
vrede, berouw voor je zonden en vooral nederigheid in je teweeg breng. Weet
wel, mijn dochter, dat ongeacht een mens mij wil liefhebben, als hij niet de
weg van nederigheid neemt hij zal blijven struikelen. De mens heeft een wolk
rond zijn hart; het wordt zelfliefde genoemd
De mens is vol van hoogmoed, en
Ik heb niets te maken met de hoogmoedigen. Enkel de nederigen vinden
goedkeuring in Mijn ogen. Hij die wenst Mijn genot te proeven, moet de wereld
verachten, en verwachten veracht te worden op zijn beurt.
Ik woon in
nederige zielen die vol eenvoud zijn. Hoe nederiger en weinig ontwikkeld ze
zijn, hoe meer Ik welbehagen in hen vind. O Mijn dochter, Ik verhef degenen die
zich vernederen. Zij verdienen Mijn Koninkrijk en aan hen ontvouw Ik al Mijn
geheimen. Geringschatting is een waar fundament van deugd.
De
Heiligen Maagd Maria was ook haar gids en hielp haar voorbereiden op de missie
die God haar toe geroepen heeft: Weet wel, Mijn lieve dochter, dat hier op
aarde je voor elke goede dag honderd slechte dagen zult hebben, omdat je moet
zijn zoals Mijn Zoon Jezus. Je moet toegewijd zijn boven alle dingen om Zijn wil te doen en je over te
geven aan Hem in deze levensstaat, daarin ligt je bijzondere roeping. Later,
wanneer mensen over je zullen horen, moet elke individu overtuigd zijn dat het
mogelijk is om in alle levensstaten God te dienen zonder grote uitwendige
boetedoening te doen. Men moet wel vechten tegen zijn bekoringen en zich in
alle dingen overgeven aan de heilige wil van God. Onthoud dat het meer
verdienstelijk is om aan zijn eigen wil te verzaken en zich volledig aan de wil
van God over te geven dan grote lichamelijke verstervingen te doen.
Anna Maria werd het buitengewoon
mirakel van het zonnebeeld gegeven
Jezus
vertelde aan Anna Maria dat door een eenvoudige echtgenote te zijn en moeder ze
een teken zou zijn dat heiligheid en vereniging met God beschikbaar is voor
elkeen. Hij omschreef haar missie als volgt: Ik verlang dat je zondaars
bekeert, mensen troost en zorgt voor-priesters, prelaten en Mijn Paus. Al die
luisteren naar je woorden zullen grote tekenen en genaden verkrijgen door Mijn
handen
Maar je zult ook valse mensen die je zullen bespotten, maar je zult
alles voor Mijn liefde verdragen.
Dit
beangstigde haar. Mijn God waarom kies je Mij voor deze taak? Ik ben een
schepsel die onwaardig ben om op aarde rond te lopen. Ik zie dat ook,
antwoordde de Stem. Maar Ik ben het die je leidt bij de hand, zoals een lam
geleid wordt door de herder, maar het offeraltaar.
Eens hoorde ze
in de kerk van San Andrea della Valle en voor het Kruisbeeld van Jezus Christus
: Wat is je wens? Jezus volgen die arm en naakt is en van alles beroofd, of
Hem volgen in Zijn triomf en glorie? Welke kies je? en zij antwoordde: "Ik
omarm het kruis van mijn Jezus. Ik zal het dragen zoals Hem in pijn en
schandelijkheid. Ik zal door Hem wachten op triomf en glorie in het hiernamaals".
Het was in
1790 dat ze een bijzondere gave kreeg : Ze zag 47 jaar van haar leven een
soort zon met een doornenkroon errond. Zowel dag als nacht, thuis, in de straat
zal ze deze zon. Alle dingen zowel fysiek als geestelijk zag ze. Ze drong door
in de diepten en steeg op tot de hemel waar ze het eeuwig lot van de doden zag.
Ze zag de meest verborgen gedachten van personen nabij of veraf; gebeurtenissen
en personen van voorbije tijden. Ze moest enkel aan iets denken of ze zag het
in een klare en volledige manier.
Ze zag zaken
in de toekomst als in het verleden. Ze zag alles wat achter gesloten deuren
zich afspeelde, de vergaderingen van sekten, de leden van deze sekten, hun
rang, hun ceremonien al tot in de kleinste details in alle delen van de
wereldals speelde het zich af in haar kamer. Ze zag verre schepen die
ondergingen en ze hoorde het geschreeuw van de schipbreukelingen; ze zal de
gevangenissen van China en Arabie
Op die manier kon ze zielen tot genade
brengen in elk deel van de aardbol, en de weg effenen voor missionarissen. Het
was ook haar missie om degenen in de Kerk te helpen door moeilijke en
turbulente tijden. Ze bad voor de Paus, voor de Kardinalen en Bisschoppen,
voor de bekering van zondaars, voor ketters van over de hele wereld. Ze zag de
oorzaak van hun leed en de oplossingen die hen genazen.
Ze was
uitverkoren door God om zielen tot Hem te brengen; een slachtoffer te zijn van
uitboeting, om grote catastrofes te verzachten, al door de macht van haar
gebeden Door dit permanent mirakel werd de vrouw van Dominico Taigi een
theologe, een lerares en een profeet. De armen, de groten van de wereld, de
prinsen van de Kerk kwamen naar haar om hulp of advies. Ze troffen haar
temidden van haar huishouding en ze leed dikwijls vanwege ziekten. Ze was
altijd bereid haar laatste boterham te delen of stond altijd klaar om naar hen
te luisteren. Wanneer ze niets meer had zei ze dit aan God en Hij zond wat
nodig was. Ze leefde van dag tot dag, zoals de vogels. Een belangrijke vrouw
in Rome wilde haar geld geven maar ze weigerde dit. Madame, zei ze vriendelijk,
hoe eenvoudig bent u. Ik dien God, en Hij is rijker dan jij. Ze raakte de
zieken aan en ze werden genezen; ze waarschuwde anderen van hun naderend einde
en ze stierven een heilige dood.
Ze doorstond
grote verstervingen voor de zielen in het Vagevuur, en de zielen die bevrijd
waren kwamen om haar te danken. Ze leed in lichaam en ziel. Ze besefte dat haar
rol was eerherstel te brengen voor de zonden van anderen, dat Jezus haar
aansloot bij Zijn offer, en dat ze een slachtoffer was in vereniging met Hem.
De pijn van Goddelijke Liefde was haar zoetheid. Na de Heilige Communie waren
er keren dat ze ineen zakte als door een beroerte getroffen. Haar staat van
extase was voortdurend aanwezig omdat de aanwezigheid van God ook voortdurend
aanwezig was. Ze ging haar weg, haar voeten vol bloed, de smalle weg.
Het was toen
de woelige periode dat Paus Pius VI sterft in Valence (Frankrijk); Pius VII een
gevangene is te Fontainebleau (Frankrijk); de Revolutie herbegint voordat
Gregorius XVI regeert. Men zegt dat de dagen van de Pausen over is, dat
Christus wet en Christus zelf aan het afnemen zijn, dat de wetenschap de Zoon
van God terugdringt naar het rijk der dromen
dat Hij geen mirakels meer doet.
Maar precies
op dit tijdstip verheft God deze vrouw om de zieken te genezen
Hij geeft haar
kennis van het verleden, heden en toekomst. Zij verklaart dat Pius VII terug zal
keren naar zijn troon in Rome. Ze ziet zelfs verder dan de heerschappij van
Pius IX. Ze is Gods antwoord op het heersende ongeloof.

Haar extases en haar liefde en devotie tot de
Heilige Eucharistie
Samen met het voortdurende
bijzondere visioen van de zon, begon Anna Maria extases te krijgen samen met
het horen van een innerlijke Stem. Het meest ging ze in extase terwijl ze de
Heilige Communie ontving, maar ook gedurende de meest nederige taken van kleren
wassen of zelfs terwijl ze at. Haar man en kinderen begrepen niet wat er
gebeurde met haar wanneer Anna in extase ging aan tafel. En wanneer ze tot
haarzelf kwam snauwde Domenico :Hoe kan je indommelen aan tafel? Je hebt slaap
nodig. Je moet vroeger naar bed. Na de dood van zijn vrouw besefte hij pas de
ware natuur van de dingen. Hij zei: Ik geloof dat mijn vrouw begiftigd was met
hemelse gaven. Wat de extases betreft was het tijdens de nacht, als we de
rozenkrans zeiden dat ze niet antwoordde. Ook aan tafel gebeurde het dat ze
afwezig was, soms met een vork in de hand, soms zonder beweging. Ik sprak tot
haar en ze kwam terug tot haar zinnen en ging verder met haar bezigheden, met
een glimlach.
Wanneer ze in
extase ging met haar ogen naar de hemel gericht, zei haar dochter Mariuccia
eens onder tranen : Mama is dood. Mama is door. Nee! Ze bidt. zei Sophie om
haar te corrigeren. Wees stil, ze slaapt, snauwde Domenico. Laat haar; ze
heeft niet geslapen vorige nacht. Toen ze de dagelijkse Rozenkrans baden was
haar extase heel gewoon en daarover was Dominico nog meer geschokt.
Wanneer ik
haar ging opzoeken in de morgen, zegt Kardinaal Pedicini, vond ik haar
dikwijls in extase, en was ik gedwongen om geduldig te wachten tot ze bijkwam.
Zij kon in extase gaan temidden van een conversatie. Ik moest dan terug
wachten. Enkel gehoorzaamheid van een priester of hogere had macht om haar tot
haarzelf te doen komen.
Haar
biechtvader zei: Ik was dikwijls getuige van haar extases toen we de 7
basilieken van Rome gingen bezoeken om een volle aflaat te verdienen in
gezelschap van Kardinaal Pedicini. Dan ging ze gewoonlijk te communie in de
kapel van de Heilige Crucifix te Sint Paulus buiten de muren. Onmiddellijk na
de Communie viel ze in extase. Toen we de bedevaart verder zetten beval ik haar
vlug om ons te volgen zonder in extase te vallen. Ze gehoorzaamde.
Na de Heilige
Communie toen ze de extase voelde aankomen, haastte ze zich vlug naar haar keuken,
maar dikwijls overkwam de H. Geest haar op haar weg, zodanig dat ze een
metgezel nodig had. Het aanblik van een kruis, of een beeld van OLVrouw deden
haar stoppen zodat ze opging in liefde tot God.
Haar buitengewone naastenliefde
Op een dag in
de winter kwam ze uit de Pieta kerk met Mgr. Natali, en ze kwam in de straat
een jongeman tegen die bijna naakt was. Hij had kou en honger en was vuil. Anna
liep op hem af, nam hem bij de hand, nam hem naar huis, warmde hem, waste hem
en kleedde hem en gaf hem aalmoezen en stuurde hem terug op pad. Hij was
zodanig onder de indruk dat hij weende en geen woord kon uitbrengen.
Op een andere
dag had ze de kerk van OLVrouw van Troost bereikt toen ze een arme vrouw met
uitgestrekte hand zag. De vrouw had schuim op de mond door een aanval van
epileptie. Anna kwam naderbij, veegde haar mond, ondersteunde haar en kocht
haar een glas brandewijn in een winkel. De menigte die eerst afkerig was stopte
en er werd een vrijwillige collecte gehouden om aan de arme vrouw te geven.
Daarna ging Anna de kerk binnen waar ze OLHeer hoorde zeggen: Dank je, mijn
dochter, voor de zorg die je Mij gegeven hebt.
In het
hospitaal van St. Jacob was er een vrouw die Santa heette en wiens man haar een
besmettelijke ziekte had doorgegeven die haar gezicht aantastte. Om die reden
was haar hoofd bedekt met een kap. Ze was ook blind. Toen ze de stem hoorde van
Anna riep ze uit: Hier is mijn engel. Anna bleef een lange tijd bij haar,
niettegenstaande de geur ondraaglijk was.
Anna Maria kreeg de genade om genezingen te
verkrijgen
Ze krijg ook
de gave van genezingen te verrichten. Spoedig na haar bekering, toen ze ernstig
ziek was in haar nederige woning, was ze zich aan het voorbereiden op haar dood
toen Jezus aan haar verscheen, gekleed in een blauwe mantel; Hij nam haar hand
en zei dat Hij haar als Zijn bruid beschouwde en haar de gave van zieken te
genezen verleende. Dan zei Hij : Je mag rechtstaan. Je bent genezen. Ze stond
recht en was genezen.
Soms raakte
Anna een zieke persoon aan en die was genezen. Maar dikwijls om bewondering te
vermijden gebruikte ze een beeld van OLVrouw of de H. Philomena, of een
relikwie of H. Olie. Een vrouw uit het prinselijk huis van de Albani was
stervende van baarmoederkanker. Ze deed een beroep op Anna Maria en deze zei
haar : Wrijf wat olie op het aangetaste deel en roep OLVrouw aan. De vrouw
deed het en de volgende nacht verdween de tumor en de vrouw was genezen. Anna
Maria bracht graag bezoeken aan ziekenhuizen en vooral patienten in het San
Giacomo van de Ongeneeslijk zieken.
Anna had ook
een sterke devotie voor de volgende Heiligen: de H. Jozef, H. Filip Neri, H.
Franciscus van Paola, H. Aloysius Gonzague, H. Felix van Valois, H. Johannes
van Matha en H. Philomena.
|