Handelen in Gods Wil

(…) Jezus: “Mijn gezegende dochter, maak u over niets zorgen. Mijn Wil heeft de kracht om alles teniet te doen wat niet het zijne is en om de zwakheden en ellende van het schepsel te veranderen in levenslicht. Al wat Ik jou zeg, komt niet van het schepsel maar van Mijn Wil die alles kan. De zon symboliseert Mijn Wil. Als zij opkomt, drijft zij de duisternis op de vlucht. Zij doet haar verdwijnen en sterven en als de zon de aarde inpalmt, geeft zij haar levenslicht aan al wat is. Zo gaat het ook met Mijn Wil: als het schepsel zich laat omhullen met de macht van zijn licht, verdwijnt de duisternis, haar kwaad sterft af en verandert in levenslicht. Wie dat niet begrijpt, is analfabeet en begrijpt dus evenmin wat Mijn Wil is.

Ook niet wat hij kan, noch waarheen hij iemand kan leiden die in Mijn Wil leeft en zich door zijn licht laat omhullen. Laat zo iemand dus maar praten. Ik hou Mij met Mijn zaken en akten bezig en laat ze begrijpen. Misschien zijn het geleerden, geleerd in andere dingen, maar als het over Mijn Wil gaat, zullen het steeds dommeriken zijn. Laten we hen daarom voor wat ze zijn en laat ons erop letten het niet bij woorden te laten maar echte akten te stellen.

Je moet weten dat wanneer het schepsel in Mijn Goddelijke Wil handelt, zijn werken, daden, akten, aanbidding, liefde voor God gedaan worden in de sfeer van de eeuwigheid, omdat Mijn Goddelijke Wil eeuwig is en al wat daarin gedaan wordt, binnen de eeuwigheid blijft. Alles blijft voor altijd bevestigd als akten, aanbidding, Goddelijke en eeuwige liefde. Men zou het werken van het schepsel kunnen noemen die in God zijn overgebracht, waarin God zelf werkzaam geweest is. Het menselijke begrijpt Gods Wil niet, noch de eeuwigheid, en als het er begrip van heeft, moet de mens zijn leven verliezen om het leven en de akten van God opnieuw te verwerven.

Wie dus in Onze Wil leeft, leeft voor Ons en niet in de tijd maar in de eeuwigheid. Om Onze naam en eer te dragen, moeten zijn akten Onze akten zijn, moet zijn liefde Onze liefde zijn. Wij voelen dat het schepsel in Onze Wil treedt om Ons de gelegenheid te geven Ons werkzaam te laten zijn en het Onze liefde te geven waarmee het Ons met Onze eigen liefde kan beminnen. Alles moet het Onze zijn en al wat het doet moet de beeltenis van zijn Schepper dragen.

Wie echter buiten Mijn Goddelijke Wil handelt, handelt in de tijd, bemint, aanbidt in de tijd, wordt beschouwd als van de tijd en alle werken en akten die in de tijd gedaan worden zijn werken zonder bevestiging. Integendeel, zij moeten wachten op het oordeel om bevestigd of veroordeeld of gezuiverd te worden door het vuur van het vagevuur. Dergelijke werken worden als mensenwerk beschouwd waaraan volheid van heiligheid, volheid van liefde en volheid van oneindige waarde ontbreken. Er is zoveel afstand tussen het ene en het andere.

Moest iedereen dat begrijpen, hoe zou men er dan op letten in Onze Wil te leven om dat mensenwerk achterwege te laten en vervuld te worden van de werkzaamheid in de Goddelijke Wil! Wees dus aandachtig. Doe niets wat niet door het licht van Mijn Wil belicht en gezuiverd is. Je zal Mij de hoogste tevredenheid schenken als je Mij laat werkzaam zijn en als je Mij laat werken als de God die Ik ben. Ik verwacht jou dus altijd in Mijn Wil, om je de stap te doen zetten en jou tegemoet te komen, om Mijn armen voor je te openen, om in jou werkzaam te zijn, Mij in zoete gesprekken met jou te onderhouden en om je de geheimen van Mijn ‘Hoogste Fiat’ te onthullen.

(…)

Daarna dacht ik aan wat aan het begin van dit hoofdstuk staat, namelijk dat wie in de Goddelijke Wil handelt, in de eeuwigheid handelt, wie erbuiten handelt, werkt in de tijd. Ik dacht bij mezelf: ‘Waarom dat grote verschil?’ En Jezus, mijn hoogste Liefde, voegde eraan toe:

“Mijn dochter, het is gemakkelijk om te begrijpen. Veronderstel dat je een klomp goud krijgt waarvan je vele mooie gouden voorwerpen kunt maken. Wanneer je echter in plaats van goud, koper of ijzer krijgt, zou je het koper en het ijzer niet in goud kunnen veranderen en zou je dus koperen of ijzeren voorwerpen maken. Vergelijk de ijzeren voorwerpen nu met die van goud, wat is het verschil in waarde? Ook al heb je er evenveel tijd in gestoken om eraan te werken en heb je dezelfde voorwerpen gemaakt, toch overstijgen de gouden voorwerpen de waarde, schoonheid en verfijndheid van de ijzeren, omwille van het verschillend materiaal.

Wanneer het schepsel goede werken doet met zijn menselijke wil, omdat hij zijn weg vervolgt in de tijd, kan men zeggen dat al wat hij doet, tijdelijke werken zijn, onderworpen aan heel wat ellende. Het zal altijd mensenwerk zijn van geringe waarde omdat de gouden draad ontbreekt van het licht van Mijn Wil. Wie echter in Mijn Wil werkzaam is, heeft niet alleen de gouden draad in zijn macht maar ook zijn Schepper die in zijn werk actief is en hij heeft niet de tijd maar de eeuwigheid in zijn macht. Het enige verschil dus tussen de Goddelijke Wil en de wil van de mens is, dat een vergelijking tussen beide niet standhoudt.