Liefde
De ergste ziekte in het Westen is tegenwoordig niet
tuberculose of lepra, maar ongewenst, onbemind en verwaarloosd zijn. We kunnen
lichamelijke ziekten met medicijnen genezen, maar de enige medicijn voor
eenzaamheid, wanhoop en hopeloosheid is liefde. Er zijn veel mensen op de
wereld die snakken naar een stuk brood, maar er zijn er veel meer die snakken
naar een beetje liefde. De armoede van het Westen is van een andere soort en
wordt niet alleen veroorzaakt door eenzaamheid maar ook door gebrek aan
spiritualiteit. Er heerst net zon honger naar liefde als honger naar God.
Je kunt onmogelijk in die behoeften voorzien zonder Gods
genade om je te helpen. Eerst zal zuster Dolores dit uitleggen en vervolgens
zuster Kateri:
We moeten eerst door God
worden bemind voordat we liefde aan anderen kunnen geven. Als we liefde aan
anderen willen geven, moeten we eerst zelf vol liefde zijn. Zo werkt God. Hij
zet ons allemaal aan onze taak en als wij Zijn liefde voelen, straalt die
liefde van ons af. Zijn liefde kent geen grenzen.
Er bestaat slechts een liefde
en dat is de liefde van God. Als we God diep genoeg liefhebben, zullen we onze
naaste op dezelfde manier beminnen omdat we, terwijl we groeien in onze liefde
voor God, alles wat Hij heeft geschapen leren eerbiedigen en alle gaven die Hij
ons heeft gegeven leren herkennen en waarderen. En dan willen we er natuurlijk
voor zorgen.
God heeft de wereld geschapen
zodat wij mensen er allemaal van kunnen genieten. We hoeven alleen maar Zijn
goedheid om ons heen te zien, Zijn bezorgdheid over ons, Zijn begrip voor onze
noden: het telefoontje waarop we wachten, het aanbod om mee te rijden, de brief
in de bus, al die kleine dingen die Hij elke dag voor ons doet. Hopelijk denken
we eraan Hem te bedanken en als we bij Zijn liefde voor ons stilstaan, moeten
we wel van Hem gaan houden. Hij heeft het zo druk met ons dat we Hem gewoon
niet kunnen weerstaan. Ik geloof niet dat er zoiets als geluk in het leven
bestaat. Dat is ook Gods liefde, het komt van Hem.
Als je weet hoeveel God van je houdt, kun je die liefde
gedurende je hele leven alleen nog maar uitstralen. Ik zeg altijd dat liefde
thuis begint: eerst komt je gezin en daarna je eigen dorp of stad. Het is
makkelijk om mensen die ver weg wonen lief te hebben, maar het is niet altijd
even gemakkelijk om van onze huisgenoten of naaste buren te houden. Ik ben er
niet voor om de zaken in het groot aan te pakken, liefde moet beginnen bij het
individu. Om van iemand te gaan houden, moet je contact met hem hebben en hem
nastaan. Iedereen heeft liefde nodig. Iedereen moet zeker weten dat hij gewenst
is en belangrijk voor God.
Jezus heeft gezegd: Heb elkaar lief zoals Ik u liefheb.
Hij heeft ook gezegd: Al wat gij gedaan hebt voor een dezer geringsten van
mijn broeders, hebt gij voor Mij gedaan. Daarom hebben we Hem lief in de
armen. Hij zei ook: Ik had honger en gij hebt Mij te eten gegeven, Ik was
naakt en gij hebt Mij gekleed.
Ik herinner de zusters en broeders er altijd aan dat onze
dag bestaat uit vierentwintig uur samenzijn met Jezus. Zuster Theresina licht
dit toe en daarna geeft pater Bert White zijn mening:
We zijn contemplatieven in de
wereld, dus is ons leven gericht op gebeden en daden. Ons werk is een
uitvloeisel van onze bezinning, onze verbondenheid met God in alles wat we doen
en door ons werk (dat we ons apostolaat noemen) voeden we onze verbondenheid
met God, zodat gebed en daden, en daden en gebed zonder onderbreking
doorstromen.
Gandhi heeft gezegd: Handel,
maar zoek niet naar de vruchten van je daden. Je daden komen voort uit wie je
bent en dat zijn de vruchten. Het is zo ongeveer hetzelfde als van iemand
houden, dan stroomt die liefde vanzelf naar de persoon toe van wie je houdt.
Het volgende gebed wordt door iedere Missionaris van
Barmhartigheid opgezegd voordat hij of zij naar zijn apostolaat gaat. Het wordt
ook gebruikt als het Gebed van de Heler in Shihu Bhavan, het kindertehuis in
Calcutta:
Lieve
God, Grote Heler, ik kniel voor U neer omdat ieder volmaakt geschenk van U moet
komen. Ik vraag U om mijn handen kundig te maken, mijn geest helder en mijn
hart deemoedig. Geef me vastberadenheid, de kracht om een deel van de last van
mijn lijdende medemens te verlichten en een oprecht besef van het voorrecht dat
mij ten deel is gevallen. Neem uit mijn hart alle valsheid en wereldwijsheid
zodat ik met het eenvoudige geloof van een kind op U kan vertrouwen.
De warmte van onze hand
Liefde is niet betuttelend en liefdadigheid is geen
medelijden, maar liefde. Liefdadigheid en liefde zijn hetzelfde, met
liefdadigheid geef je liefde. Dus geef niet alleen maar geld, steek ook je hand
uit. Toen ik in Londen was, ben ik daar waar onze zusters een gaarkeuken
hebben, de daklozen gaan bezoeken. Een man, die in een kartonnen doos woonde,
pakte mijn hand en zei: Het is al heel lang geleden dat ik de warmte van een
mensenhand heb gevoeld.
Mary, een van onze vrijwilligers, geeft een aantal
suggesties hoe we onze hand naar iemand kunnen uitsteken:
Ik heb gemerkt dat praktische
hulp mensen kan vernederen, tenzij die met liefde wordt geboden. Niemand heeft
graag dat een ander dingen voor hem doet of regelt. Ik heb ook gemerkt dat het
contact met de mensen stukje bij beetje tot stand komt en dat het beter lukt in
georganiseerd verband, door bijvoorbeeld de zusters een handje te helpen in de
gaarkeuken. Dan is het het beste om niet te druk bezig te zijn met het uitdelen
van het eten of het opruimen van de borden, maar om even een praatje met iemand
te maken of naast iemand te gaan zitten, om je aandacht steeds op een persoon
te richten. Een heleboel mensen hebben foto's bij zich, dus kun je vragen of je
die mag bekijken. Je kunt bijvoorbeeld ook een grapje maken over hun
haardracht!
Het gaat erom dat je even met
iemand communiceert, ook al vraag je alleen maar of hij lekker gegeten heeft.
In plaats van op de achtergrond de afwas te doen, kun je ervoor zorgen dat je
de vuile borden gaat ophalen. Als je moeite met dat soort dingen hebt, kun je
er ook langzamerhand aan wennen door naar iemand toe te gaan die ergens alleen
rondloopt, staat of zit.
Hier komt nog een verhaal van Mary, dat een andere manier
aangeeft om met behoeftige mensen in contact te komen:
Een groepje van ons is een
poos geleden naar Albanie geweest om de zusters daar te bezoeken. We hadden
gehoord over een tehuis voor gehandicapte kinderen en we zijn ernaartoe gegaan,
maar het was gewoon een ramp. Dat tehuis ontving blijkbaar wel veel hulp, maar
elke keer als dit gebeurde, kwamen de mensen uit de omgeving het weer leeg
plunderen omdat ze ook van alles nodig hadden. Het viel me bovendien op dat er
heel veel per vliegtuig naartoe werd gebracht. Er stonden loodsen vol
hulpgoederen, maar die kwamen niet bij de mensen terecht. Dus namen we de
volgende keer een kist appels mee en gaven er een aan ieder kind. We wisten
dat, als we die kist daar lieten staan, andere mensen die appels voor hun
kinderen wilden hebben en dan zouden de kinderen in het weeshuis ze niet
krijgen.
Liefde heeft geen betekenis als je er niets mee doet.
Liefde moet omgezet worden in daden. Je moet liefhebben zonder verwachtingen,
de dingen alleen maar uit liefde doen en niet om er misschien iets voor terug
te krijgen. Als je er iets voor terug verwacht, doe je het niet uit liefde,
want ware liefde kent geen voorwaarden of verwachtingen.
Als je ergens nodig bent, zal God je ernaartoe leiden, net
zoals Hij ons ertoe leidde om aidspatienten te dienen. We veroordelen die
mensen niet, we vragen niet wat er met hen is gebeurd en hoe ze ziek zijn
geworden, we zien alleen hun behoeften en verzorgen hen. Ik geloof dat God ons
door middel van aids iets probeert te vertellen, dat Hij ons een gelegenheid
wil geven onze liefde te tonen. De mensen met aids hebben een tedere liefde
opgewekt in mensen die die liefde misschien hadden uitgebannen en vergeten.
Zuster Dolores beschrijft hoe het vaak al genoeg is om vol
liefde naast hen te staan:
In het begin zijn degenen met
aids die bij ons komen, heel bang. Ze vinden het heel moeilijk zich neer te
leggen bij het feit dat ze gaan sterven. Maar het helpt hen om bij ons te zijn
en te zien hoe we met andere mensen omgaan in hun laatste ogenblikken. Ik
herinner me dat in New York de moeder van een Puertoricaan aanbood hem te
verplegen als hij naar huis kwam. Hij bedankte haar en zei dat hij bij ons
wilde blijven maar haar wel zou bezoeken. Hij zei een keer tegen me: Ik weet
dat u als ik doodga mijn hand zult vasthouden, want hij had gezien dat wij dat
bij anderen ook deden en dus wist hij dat hij niet alleen zou sterven.
Het is eigenlijk heel
eenvoudig. De stervenden voelen zich geroerd door de liefde die ze ontvangen,
die alleen maar hoeft te bestaan uit een aanraking, een glas water of een zoete
lekkernij waarnaar ze verlangen. Je brengt hun gewoon waar ze om vragen en dan
zijn ze al gerustgesteld dat er iemand is die voor ze zorgt en van ze houdt,
dat ze gewenst zijn. Dat alleen al helpt ze enorm. Het doet ze geloven dat God
nog vriendelijker en vrijgeviger moet zijn en dus stijgt hun ziel omhoog naar
God. Omdat we niet prediken maar alleen onze taak met liefde vervullen, worden
ze aangeraakt door Gods genade.
Broeder Geoff, General Servant van de broedergemeenschap,
heeft ook iets te zeggen over de beste manier om liefde te tonen:
Als mensen, gewend om
afgedankt en aan hun lot overgelaten te zijn, ervaren dat anderen hen
accepteren en liefhebben, als ze zien dat er mensen zijn die hun tijd en
energie aan hen besteden, krijgen ze de boodschap dat ze toch meetellen.
Liefde wordt in de eerste
plaats uitgedrukt door bij iemand te zijn, voordat je iets voor hem doet. We
moeten hier steeds aan blijven denken, omdat we het zo druk met het doen kunnen
krijgen. Als onze daden niet voortkomen uit onze wens om bij iemand te zijn,
wordt het niet meer dan maatschappelijk werk, begrijp je? Als je bereid bent
bij een arm mens te zijn, kun je zijn behoeften zien en als je liefde oprecht
is, wil je die natuurlijk tot uitdrukking brengen door te doen wat je kunt.
Dienstbaarheid is in feite
niet meer dan er voor die mens zijn. Bij de allerarmsten is je aanwezigheid
vaak het enige wat je hun kunt geven en maakt de kleinste daad die je voor hen
kunt verrichten al een groot verschil. De boodschap die we aan de allerarmsten
willen geven is: we kunnen je problemen niet oplossen, maar God houdt van je
ondanks je handicap, je alcoholisme of je melaatsheid en of je nu genezen wordt
of niet, God houdt evenveel van je en wij zijn hier bij je om die liefde tot
uitdrukking te brengen. Het is fijn als we hun lijden een beetje kunnen
verzachten, maar het is belangrijker dat we hen eraan herinneren dat God in al
die pijn en dat lijden van hen houdt.
Dat is natuurlijk een
moeilijke boodschap om over te brengen, maar we geloven dat het in de eerste
plaats belangrijk is dat we er voor hen zijn. Als je je tijd aan iemand
schenkt, geef je daarmee net zozeer uitdrukking aan je liefde als wanneer je
iets voor hem doet.
Hieronder beschrijft een van onze vrijwilligers, Nigel, een
ervaring in ons tehuis voor de stervenden en behoeftigen in Calcutta:
Toen ik in Nirmal Hriday ging
helpen, vond ik het er verschrikkelijk vanwege al dat lijden. Ik voelde me
totaal nutteloos en dacht: Wat doe ik hier in vredesnaam?
Toen ik later weer terug was
in Engeland, had ik er een lang gesprek over met een van de zusters. Ik
vertelde haar dat ik snel de gebarentaal had geleerd zodat ik het verschil wist
tussen de vraag naar water of een beddepan en me daar niet in vergiste. Maar
afgezien daarvan had ik niet veel gedaan. Ik had meestal bij iemand op bed
gezeten en hem gestreeld of eten gegeven. Soms herkenden ze je, maar vaak ook
niet want meestal was het einde nabij. Dus toen de zuster vroeg hoe het me
vergaan was, antwoordde ik: Ik was er. Toen vroeg ze: Wat deed Johannes of
Onze Lieve Vrouw aan de voet van het kruis?
Kijken we vol medeleven naar de armen? Ze hongeren niet
alleen naar eten, maar ook naar erkenning als menselijke wezens. Ze hongeren
naar waardigheid en verlangen ernaar net zo behandeld te worden als wij. Ze
hongeren naar onze liefde.
Iedere daad van liefde is een gebed
Het gaat er niet om hoeveel je doet, maar om de hoeveelheid
liefde die je stopt in je daden en je delen met anderen. Probeer niet te
oordelen over mensen. Als je dat doet, geef je geen liefde. Probeer hen liever
te helpen door hun behoeften te zien en hen daarin tegemoet te komen. De mensen
vragen me vaak wat ik bijvoorbeeld van homoseksuelen vind en dan antwoord ik
altijd dat ik geen oordeel over mensen vel. Het gaat er in Gods ogen niet om
wat een ander misschien al of niet heeft gedaan, maar om wat jij hebt gedaan.
We hebben de volgende woorden op een bordje buiten de kapel
in het moederhuis hangen. Ze zijn opgeschreven door pater Edward Le Joly na ons
gesprek in 1977 en ze drukken precies uit waarmee wij bezig zijn:
We zijn hier niet voor het
werk, we zijn hier voor Jezus. Alles wat we doen, is voor Hem. We zijn in de
eerste plaats religieuzen. We zijn geen maatschappelijk werksters, geen
onderwijzeressen, geen verpleegsters of artsen, we zijn religieuze zusters. We
dienen Jezus in de armen. We verplegen Hem, voeden Hem, kleden Hem, bezoeken
Hem en troosten Hem in de armen, de zieken, de wezen en de stervenden. Maar
alles wat we doen, onze gebeden, ons werk en ons lijden, is voor Jezus. Voor
ons leven bestaat geen andere reden of motivatie. Dat is iets dat veel mensen
niet kunnen begrijpen.
Hier volgt een aantal voorbeelden van zuster Dolores,
broeder Geoff en een vrijwilligster (Linda) met betrekking tot dit soort liefde
in daden:
In het Westen bestaat zoveel
eenzaamheid. De meeste eenzame mensen hebben alleen maar iemand nodig die bij ze
komt zitten, wat tijd met ze doorbrengt en tegen ze glimlacht. Velen hebben
geen familie meer en wonen alleen en opgesloten. Toen ik in een van onze
tehuizen in New York werkte, brachten we al die mensen een paar keer per jaar
bij elkaar voor een gezellige dag, zodat we anderen konden ontmoeten. Daar
verheugden ze zich echt op. Dan organiseerden we die speciale dag met een
lekker middagmaal en cake, en alleen al het feit dat ze hun huis uit kwamen en
andere mensen ontmoetten maakte hen gelukkig.
In onze gaarkeukens delen we
eten uit aan zwervers. Ze komen bij ons eten, maar sommigen eten helemaal niet. Ze willen alleen
maar even wat tijd doorbrengen in een atmosfeer van vrede en rust en nadat we
samen een gebed of iets dergelijks hebben uitgesproken, gaan ze meestal weer
weg. De meesten willen niet alleen soep, ze willen contact met mensen op een
plek waar ze zich gewenst en geliefd voelen en waar ze wat vrede in hun hart
kunnen vinden. Het is die persoonlijk noot die zo belangrijk is.
In het Westen hebben we de
neiging om op winst gericht te zijn. Alles wordt beoordeeld naar resultaat en
we worden opgejaagd om steeds harder te gaan werken om meer resultaat te
krijgen. In het Oosten vooral in India heb ik gemerkt dat mensen er meer
genoegen mee nemen om alleen maar te bestaan. Ze kunnen bijvoorbeeld rustig een
halve dag onder een banyanboom met elkaar zitten praten. Wij westerlingen
zouden dat waarschijnlijk tijdverspilling noemen. Maar het is wel degelijk van
waarde.
Tijd met iemand doorbrengen,
naar hem luisteren zonder op de klok te kijken en zonder resultaat te
verwachten, leert ons iets over de liefde. Het succes van de liefde ligt in het
liefhebben zelf, niet in het resultaat ervan. Natuurlijk is het vanzelfsprekend
om het beste te willen voor degenen die we liefhebben, maar als we hun dat niet
kunnen geven, wil dat nog niet zeggen dat onze liefde geen waarde had. Hoe meer
we dat streven naar resultaat opzij kunnen zetten, des te meer kunnen we leren
over de geestelijke kant van liefde. Liefde kan uitgedrukt worden in
dienstbaarheid, maar ook in contemplatie. We moeten streven naar de balans
tussen die twee. En liefde is de sleutel tot het vinden van die balans.
Het was een heel bijzondere
ervaring om de kinderen in Shishu Bhavan in Calcutta te mogen helpen. Ze
ontroerden me diep. Op een morgen zaten we boven in een kring dat deden we
vaak en dan zongen we en ik had een gehandicapt jongetje op schoot dat me met
ogen vol vreugde en liefde aankeek. Hij was heel sereen. Ik herinner me dat als
een heel spirituele ervaring.
|