WORDT NEDERIG OM MIJN INNERLIJKE AANWEZIGHEID TE ONTVANGEN
Jezus: Kinderen, vandaag kom Ik u Mijn woord van tederheid
brengen opdat uw harten gevoelen hoeveel Ik van hen houd. Ik kom u Mijn
Aanwezigheid doen gevoelen om u te versterken tegen het kwaad. De hoogmoed is
de bron van alle kwaad dat over de mensen komt; bron van duisternis, van gebrek
aan liefde, van dwaling. Wanneer gij wilt leven in Mijn Licht, wilt glimlachen
ondanks de beproevingen, steeds meer wilt beminnen en zo leven, moet gij
nederig worden als kleine kinderen, geheel en al overgegeven in de handen van
hun moeder. Ik bied u Mijn innerlijke Aanwezigheid aan, in het diepste van uw
hart waarneembaar, maar om haar te ontvangen moet ge geheel klein worden, u
storten in de oceaan van Mijn Barmhartigheid, in het berouw, het sacrament van
de verzoening voor de gedoopten. Als gij u zo in Mijn armen zult werpen, uw
ellende erkennend, uw zwakheid, uw hoogmoed, zal Ik u vrijmaken van de ketens
die u teneerslaan. Ik zal u bevrijden van de duisternissen die uw ziel
verhinderen te leven. Ik zal u de vreugde geven die nooit verdwijnt. (met de
vreugde van Jezus zal geen enkele beproeving in het leven nog moeilijk zijn)
Als gij eens wist hoezeer Ik uw geluk wens! Het is nog voor
niemand te laat. Ieder die hier is kan zijn hoogmoed aan Mij uitleveren, hoe
die ook is. Iedereen zou in grote vreugde moeten zijn zich van deze last te
kunnen ontdoen door hem in Mijn Handen te leggen. Indien gij aanvaardt om heel
klein te worden, zal Ik u zuiveren, u meevoeren in de diepten van Mijn Heilig
Hart. Met de nederigheid zal de dorst naar God zonder ophouden in u toenemen en
die dorst is de grootste schat die gij kunt vragen. Gij zult die dan
verkrijgen. Wie niet op ieder moment naar Mij dorst is nog niet helemaal op de
goede weg! Maar, wanneer uw ziel geheel en al in Mijn Handen zal zijn
overgegeven, dag en nacht begeesterd door Mijn hart, op ieder ogenblik vurige
naar Mij verlangend
zal ik wonderen doen. Hebt ge op elk ogenblik dorst naar
Mij?
Brandt ge van verlangen Mij te willen kennen zo zeer dat ge
verteerd wordt in een onophoudelijke liefde? Als dit niet zo is, moet ge naar
Mij toekomen met uw ellende, uw onmacht en Mij zeggen: Heer ik heb die dorst
niet, ik ben onbekwaam en een zondaar. Ik ben niet klein genoeg, maar zuiver
mij en ik zal gered zijn. Dan zal Ik in u binnendringen, Mijn Tedere Liefde in
u achterlatend en gij zult leven. Hoe nederiger gij zult zijn hoe meer gij Mijn
Aanwezigheid zult ontvangen. Hoe meer gij Mijn Aanwezigheid zult gevoelen, die
Ik in deze tijd zo krachtig wil openbaren, hoe meer gij het verlangen zult
hebben nog kleiner te worden om Mij nog meer te kennen.
Ik zeg u, Satan houdt de zielen in zijn macht door de
hoogmoed. Hoe meer gij in Mij zult groeien hoe meer gij de zonden zult
ontvluchten. Ik geef u dit teken opdat gij zult zien of gij op de goede weg
zijt. Als uw hart van Mij begeesterd is, onophoudelijk naar Mij verlangt, als
het vuur van de Liefde dag en nacht in u brandt, als het uw liefste wens is Mij
steeds meer te kennen, als gij geen ogenblik meer kunt leven zonder Mijn
Aanwezigheid, dan zijt gij op de goede weg, de enige, die van de Liefde. Als
deze dorst naar God nog niet in u is, haast u dan naar Mij toe te komen met
diep berouw en Ik beloof u, u op de rechte weg te brengen. Dat ieder naar
zichzelf kijkt, zichzelf onderzoekt in het Licht van de H. Geest. Ik zegen u
allen, gij die Mijn boodschap ontvangt, dat Mijn vreugde vandaag in u zij!
PLICHT TOT NAASTENLIEFDE, LIJDEN, VERZOENING, EUCHARISTIE
Tot besluit vroeg Francoise ons: te dorsten naar de
Waarheid, geen hinderpalen op te werpen voor onze totale overgave aan God, geen
deel van ons leven voor onszelf te bewaren. De naastenliefde te bezitten houdt
ook in onze broeders er attent op te maken wat in hen een obstakel vormt voor de
Aanwezigheid van God; de moed hebben om hen oplettend te maken voor hun staat
van zonden, op gevaar af te worden afgewezen. Tenslotte verklaarde Francoise de
zin van het lijden, daar niet overal Satan te zien, maar aan God onze
beproevingen te offeren, Hem ons gehele vertrouwen schenkend. Jezus geeft nooit
het lijden, maar Hij bedient zich ervan om ons dieper in Zijn Hart te brengen.
Een ziel met een scherp en stuurs karakter zal nooit helemaal de Liefde en het
Licht van de Heer kunnen ontvangen. Hoe meer we ons in de armen van de Vader
werpen, hoe meer Hij ons vergeeft en hoe meer wij Zijn genade en Zijn Liefde
ontvangen. Hoe vaker we derhalve de Sacramenten van Verzoening en van de H.
Eucharistie ontvangen, niet uit plicht, maar uit liefde, hoe meer wij zullen
branden van liefde tot God.
Maria vraagt ons te vasten, de Rozenkrans te bidden, te
waken en Haar alles te offeren. Onder de naam :De Boodschappers van de
Tederheid van Jezus vraagt onze Heer om gebedsgroepen te stichten, bestaande
uit 2 of 3 of meer personen die willen leven vanuit deze diepe beschouwing,
vanuit deze nederigheid, deze tederheid en die deze aan hun broeders willen
brengen opdat zij het Leven zouden hebben!
|