|
Deze ochtend had Jules een probleempje voor ons.. Hij vroeg zich af welke kriebeldiertjes nu kunnen vliegen, springen of kruipen? Wij probeerden Jules hierbij te helpen. Als het diertje kan kruipen dan kropen wij op de grond, als het diertje kan springen dan sprongen we en als het diertje kan vliegen dan vlogen we door de klas. Meteen waren we opgewarmd voor de dag.
We speelden een lottospel rond kriebeldieren en we probeerden het juiste dier bij het juiste huis te leggen. Eerst oefenden we elk spel met de juf in de kring. In de zandbak gingen we op zoek naar miertjes en probeerden we mierenhopen te maken met nat zand.
Samen met de juf maakten we een bijtje voor ons bijenhuisje. De kinderen kleurden de juiste kleuren en de juf plakte alles vast. Op het einde van de dag speelden we een gehoorspelletje. 1 iemand was de bijenkoningin die gaf het ritme aan. Als ze traag trommelde dan gingen de andere bijen weg van het nest. Als ze snel trommelde dan kwamen ze terug naar het nest.
Voor iedereen alvast een prettig verlengd weekend en tot dinsdag!
|
