De start van ontwikkelingssamenwerking in Meise,
ligt in de schoot van de Jeugdraad in 1966.De voorzitter nam het initiatief om de 11.11.11 actie op te starten in
Meise, in nauwe samenwerking met het gemeentebestuur, dat de oproep lanceerde.
Deze jaarlijkse acties gebeurden sedertdien ononderbroken;De Damiaanactie volgde en Leo Luypaert werd
er de promotor van.Er was weinig
enthousiasme bij de Jeugdverenigingen, die ervan uit gingen dat dit iets voor
de volwassenen was.De voorzitter ging
door met zijn leerlingen in de Gemeentelijke Jongesschool (nu Leertuin).Schoorvoetend werkten de ouders mee o.a.
Maurice Peeters, Bob van Praet en Jef Moens.Deze laatste startte het Rigu fonds en daaruit kwam de idee om de GROS
(Gemeentelijke Raad voor Ontwikkelingssamenwerking) op te richten in 1983.Jaarlijks tracht het gemeentebestuur de 0.7 %
van haar begroting te voorzien, die dan volgens het reglement verde eld wordt
door de raad.René Diepvens trachtte de
1BF voor 1BF regel door te voeren, maar stootte op behoudsgezindheid.Deze regel zou erin bestaan dat voor elke
ingezamelde Euro, één Euro door de gemeente toegevoegd zouworden voor de
ontwikkelingsprojecten.Dat zou de inzet
van de verenigingen optimaliseren.Er is
een derde wereldpartner die een bedrag toegewezen krijgt.Een hele som blijft in Meise voor wat ze
mundiale vorming noemen.Die komt er dan
bovenop de massale informatie die de scholen al toegespeeld krijgen, wat af en
toe tot oververzadiging leidt.
WOII was een blitzkrieg.Alles was gemotoriseerd zware bombardementen
uit de lucht -
De doortocht van het Duitse leger verliep verrassend snel en daarna werd het
veroverde gebieden onder de bewaking gesteld van het bezettingsleger.
De Duitse Kommandatur van het gewest was in Meise gevestigd.In de kastelen van Boechout en Meise waren
Duitse soldaten gekazerneerd.Naar het
einde toe van deze oorlog werd het Duits geheim wapen , de vliegende bom,
gelanceerd.Sterke beproeving voor de
zenuwen en het moreel van de bevolking.
Na de aftocht van de Duitse troepen is een vliegende bom neergeploft op het
Kasteelveld dit was toen nog landbouwgebied.
Diezelfde nacht is het kasteel van Meisze uitgebrand.Er verbleven daar enkele soldaten van het
bevrijdingsleger.
De gemeente Meise heeft haar gesneuvelden en doden.De namen staan gegraveerd in een
herinneringssteen bevestigd op de muur aan de ingang van de kerk.Jaarlijks wordt op initiatief van het
gemeentebestuur, de wapenstilstand op waardige wijze herdacht en hulde gebracht
aan de nagedachtenisvan de jongens die hun leven gaven voor onze vrijdeid.
Hier geven we de namen van de 2de wereldoorlog :
Krokaert Jan, Pittem, 27.5.1940
De Waet Frans, Brussel 12.7.1945
Jacobs André, politieke gevangene Mauthausen, 28.3.1945
In "Meise" van Jan Van den Eynde lezen we : België is vrij laat een onafhankelijk land geworden,
werd dikwijls onder de voet gelopen door vreemde legers en daarbij was het
meermaals het slagveld van Europese oorlogen.
Ik zal me beperken tot enkele feiten, waarbij onze gemeente speciaal betrokken
was.
einde 1582 werd Meise bezet door de Spaanse troepen onder het bevel van
Alexander Farnese, prins van Parma.Deze
bezetting greep plaats tijdens de belegering van het kasteel van Boechout.De Spaanse soldaten genoten geen goede faam
bij onze bevolking en in de volksnaam hadden ze de naam van Spanjolen en in dit
woord zat veel misprijzen.
In 1664 werd de dorpskom uitgebrand door de Franse soldaten van Lodewijk XIV en
eveneens in 1695 fel geteisterd tijdens de bombardering van Brussel.
In 1815 gedurende de oorlog tegen Napoleon waren de Bruswijkers in Meise
gelegerd.
20 augustus 1914 de zware beproeving Meise wordt bezet door de Duitse IIIde
Res. Legerkorps dat deelnam aan de belegering van Antwerpen.Deze bezetting heeft weken lang geduurd.Na het neerschieten aan het kruispunt Boechtstraat
St.-Maartensweg (nu Strombeek
Beverselaan St.-Martinus Tronkstraat) , plaats genaamd trunk, van de
prins van Schoeneich Carolath, kolonel van de Uhlanen, werd Meise bedreigd met
zware straffen o.a. het nemen van gijzelaars en het neerbranden van huizen.
De oorzaak van de verbolgenheid van de Duitse overheid lag in het feit dat de
Duitse soldaten verklaarden : de civielen hebben geschoten.Bij een onderzoek, ingesteld door de
militaire overheid, kon worden bewezen dat het regiment jagers te paard, een
Duitse Rode-Kruiswagen hadden doen stoppen en bevel gegeven onmiddellijk
rechtsomkeer te maken in de richting van Brussel.
In deze streek kwam het meermaals tot een treffen tussen de soldaten van beide
legers en daarom werd er in de zusterschool een lazaret ingericht om Duitse
soldaten te verplegen.
Ik heb er met een gewonde Elzasser gesproken voor wie Frankrijk nog steeds het
vaderland was gebleven.
De aanval op Antwerpen was een zware brok voor het Duitse leger.De operatie verliep niet zo vlug als
voorzien.Het was een stellingoorlog,
gevoerd met kanonnen en machinegeweren, als observatieposten kerktoren en
kabelballons.De aanvoer van munitie en voedingswaren
geschiedde met veldwagens en paarden en de soldaten moesten afstanden te voet
afleggen.Het was werkelijk nog een
leger van voetvolk.
Tijdens de aanval op Antwerpen waren de reservetroepen ingekwartierd in de
huizen van de gemeente en zelfs in het kerkgebouw.Loopgrachten werden gegraven in de landerijen
van de gehuchten, vooral te Limbos.
De rechtervleugel van het Duitse leger werd door de forten van Antwerpen lange
tijd opgehouden, waardoor Duitsland de slag aan de Marne heeft verloren en de
kansen op de eindoverwinning verspeelde.
Onder de beschuldiging van lid te zijn van de Burgerwacht werden talrijke
mannen uit Eversem aangehouden en in onmenselijke omstandigheden naar Duitsland
vervoerd.
Tijdens de vierjarige bezetting hebben de Duitsers hier jongelingen opgeëist om
naar Duitsland, waar gebrek aan arbeiders was, te gaan werken.Hierdoorkwamen de Duitsers vrij om op het front te gaan strijden.Ingevolge deze opeisingen ontstond paniek bij
de bevolking en vele mannen vertrokken uit Meise om in Brussel te gaan
onderduiken.
De vrouwen die alleen thuis bleven, waren zo bevreesd dat ze in hun eigen huis
niet durfden overnachten en bij valavond trokken ze met hun kinderen naar de
hoeve van Boechout tot s anderendaags in de morgen.
Daar waren ze buiten gevaar want het domein van Boechout werd als Oostenrijks
gebied beschouwd.Een bericht
aangebracht op het toegangshekken van het domein luidde ongeveer als volgt :
Dit kasteel behoort toe aan de Belgische kroon en dient tot residentie van
H.M. keizerin Charlotte van Mexico, schoonzuster van onze geëerde bondgenoot
dekeizer van Oostenrijk Frans
Jozef.Wij bevelen aan de Duitse
soldaten dit verblijf te eerbiedigen en elke verstoring te vermijden.
Onder de oorlog werden door de bezettende macht huiszoekingen verricht om koper
en wol in bezit te nemen.Het was nodig
de matrassen weg te stoppen en op strozakken te slapen.
Evenals de klokken van de kerktorens grondstof voor munitie werden ook de
notelaren naar Duitsland verstuurd.Het
schijnt dat notelarenhout goed geschikt is voor het maken van geweerkolven.
Onze landbouwers waren verplicht hun paarden te monsteren op de markt te
Wolvertem en de Duitsers hebben er een contingent opgeëist.De bezette landen werden beschouwd als
veroverde gebieden.
Tijdens de oorlog 1914-18 zijn inwoners uit de gevechtszone Menen-Halluin
ondergebracht bij de bevolking van Meise, die deze beproefde mensen met een
goed hart heeft ontvangen en met genegenheid heeft bejegend.De winter van 1916-1917 was bitter koud en de
kolen waren uiterst schaars en duur.De
mensen hakten hout om vuur te maken.De
ravitaillering van de bevolking geschiedde door inlandse producten die
landbouwers verplicht waren in te leveren en bij middel van geïmporteerde
voedingswaren.De bedeling was toevertrouwd
aan het Nationaal Voedingscomité dat onder toezicht stond van landen die niet
bij de oorlog betrokken waren vooral de vertegenwoordiging van Spanje was actief.Voor de kinderen werd gezorgd door het
NationaalWerk voor Kinderwelzijn.Deze oorlog heeft vier lange jaren geduurd;
vier droevige jaren met veel ellende, met als nasleep de verspreiding van de
besmettelijke en gevaarlijke Spaanse griep, waaraan vele mensen zijn gestorven.
In die lag durende oorlogsmaanden dachten we veel aan onze oud-strijders.
We begroetten de moedige jongens die we hebben zien terug keren.Sindsdien is hun aantal reeds fel
geslonken.Wij houden in ere de
nagedachtenis van de oud-strijders die gesneuveld zijn en ook van hen die
sindsdien overleden zijn.
Tillier Jules, gesneuveld te Passendaele den 10
oktober 1918
Baudewijns Petrus, gesneuveld te Rumbeke den 15 oktober 1918
Olbrechts Frans, gestorven te Baerle den 8 oktober 1918
Roelants Jan Baptiste, gestorven te Keulen (Duitsland) den 6 januari 1919
Thielemans Adolf Guillaume, gesneuveld bij den Ijzer den 23 april 1915
Van Buggenhout Frans Isidoor, gesneuveld te Rumbeke den 14 oktober 1918
Van den houwe Lodewijk, gestorven te Gütrow (Duitsland) den 6 januari 1919
Van der Zypen Jean Emiel, gestorven te Wolvertem den 7 februari 1919
Van Eeckhout Hendrik Joseph, gesneuveld te Adinkerke den 3 oktober 1918
Van Praet Prosper, gesneuveld bij den Ijzer den 24 oktober 1914
Arias Joseph, burger, neergeschoten door de Duitsers den 20 augustus 1914
Davidsfonds Meise is reeds enkele jaren niet meer
actief. Het is dus tijd om de essentiële gegevens uit het archief samen te brengen.
Ik herinner mij dat het Davidsfonds met als voorzitter Karel De Vriendt (+)
reeds actief was in de oude parochiezaal die vroeger op het terrein van de
Sint-Maartenschool stond.
In "Meise onder de toren van St.-Martinus" staat op pag.59 een foto
van deze vereniging uit 1931. Op pag.13 staat een foto van de afbraak van
de parochiezaal.
Op 9.1.1927 startte de afdeling Meise en Wolvertem samen.Alfons Verellen was de eerste voorzitter. Later : dokter Van den Bruel en Frans
Tettelin.
Sedert 1947 was de afdeling Meise zelfstandig.
Waren actief in het D.F. , achtereenvolgens als voorzitter :
23.9.1952 Jozef Ooms
1954 Karel De vriendt
1973 Willem Rosiers
1975 René diepvens Raymond Moreau Roger Moerenhout Guy Mullie
In 1982 ontstond in de schoor van het D.f. het gulden sporencomité.Toen werd ook het 30 jarig bestaan gevierd.
De dorpsraad werd opgericht in het Meise van na de
fuzie1976 in
het Jaar van het Dorp in 1978. In
de stuurgroep van de Dorpsraad (Wim Pas, Robert Beek, Peter Carrière, Hugo
Nica
en Bob Nicolaes) ontstond het idee om onze fusiegemeente te valoriseren door
een toeristische kaart uit te geven.We
verzamelden gegevens en beeldmateriaal per kerkdorp over wat daar de
bezienswaardigheden waren. Er werd een ruwe lay-out gemaakt en we briefden Nora
Van Neer die toen op de reclamestudio van C&A werkte, om er een vrolijke
versie van te maken. Bob
was daar toen media director en zijn connecties met de leveranciers maakten
het mogelijk om low cost stickers, krantjes en ander drukwerk te maken. De
Dorpsraad was ontstaan. De kaart werd, dacht ik, in 1980 gemaakt.Dat is nog steeds onze
minimum leidraad.
Ik herinner mij een actie rond de parochiewegen (tegenwoordig "trage
wegen" genoemd. Ik vulde hun enquête in voor het centrum van de
parochie Meise, waar ik geboren en getogen ben.
Een van de acties van de dorpsraad was een oproep voor kerkwegels met enquête
per wijk. Voor de Mankevos heb ik ze
ingediend.
Sib is een virtuele vereniging opgericht door Jef De
Cuyper in juli 1990.Het moest de orde
worden van de autochtone Meisenaars.
Sommige migranten beweren dat ze zo moeilijk aanvaard worden door de echte
Meisenaars.Daar moest iets aan gedaan
worden.Het is inderdaad zo, dat
inwijkelingen, die zich arrogant opstellen en alles beter menen te weten, nogal
moeilijk aanvaard worden.Als zij een
toontje lager zouden zingen in Si mol (halve toon lager dan de Si), zullen
zij snel ervaren dat ze erbij horen.
Enkele autochtone Meisenaars, aangevuld met inwijkelingen die beantwoorden aan
dat profiel, vormen de orde.Zij waken
over de meerwaarden van onze gemeenschap en over het verspreiden van correcte
en volledige informatie.Een lijst wordt
bijgehouden van personen die zich manifesteren in die richting, negatief of
positief.
Tijdens de Beiaardfeesten in . werden enkele inwijkelingen publiek opgenomen
in de orde van de Sib wegens verdienste, onder het toeziend oog van de reuzen
Jan en Mie en de voorzitster van het Beiaardcomité.Het betrof Eddy Mariën (2de
beiaardier van Meise) en Kamiel (oprichter van de rommelmarkt).De ceremonie verliep als volgt : op de
trappen van de kerk neemt de kandidaat plaats tussen Jan en Mie.Eerst leggen ze de eed af : Ik, , verklaar
mij steeds uit te laten in Sib en engageer mij om te waken over de correctheid
en de volledigheid van uitspraken en geschriften over onze geliefde parochie! De
ceremoniemeester giet een Mort Subite op de ontblote hals van de
kandidaat.Het edele vocht wordt
opgevangen in een schaal van Maes-pils (de dialectbenaming van Meise luidt
Maas).Daarna drinkt de kandidaat de
kriek uit de schaal.
Wie is nu een autochtone Meisenaar en ontsnapt daaruit aan deze
opnameceremonie.Hij of zij die via een
kwartierstaat kan aantonen dat hij of zij vier generaties lang in Meise woont,
hetzij langs vaders of moeders kant.Dat
betekent automatische opname in de orde, maar moet bewezen worden met een
kwartierstaat, die opgenomen wordt in de annalen van de orde.
De publicaties over onze parochie krijgen het Sib kwaliteitslabel.
Reeds in 1933 werden in Meise kunsttentoonstellingen gehouden met Willem
Rosiers (toen nog uit Londerzeel en later onderwijzer en schoolhoofdin Meise) van schilderijen, tekeningen,
etsen, houtsneden en beeldhouwwerk (met een Herman De Cuyper uit Tisselt).Regelmatig werden die hernomen.In 1940 vinden wij Edwin Ganz bij de
deelnemers, naast Rondia, Rosiers, Veldeman en Van Ruyssevelt.Ze keren terug in 1941 tot en met 1943.Met de regelmaat van een klok richtten deze
kunstenaars tentoonstellingen in, vanuit hun groep en later via het
Davidsfonds.
In het kader van de Jules Van Campenhoutprijs in het Audiovisueel Centrum in
Meise werd aangeknoopt met dit initiatief.Hieruit ontsprong de Kunstkring van Meise, zoals we die nu nog kennen.Het idee kwam van Baudewijn Van de
Voorde.Bij het 25 jarig bestaan werd
een brochure gewijd aan dit initiatief.Dit werkje bevat alle gegevens van 1979 tot 2004.
Een mini geschiedenis staat in het hoofdstuk Kunst van Meise, onder de toren
van St.-Martinus Het Streekboek Sib 2001. Ik maakte een Power Point Presentatie over deze Kunstkring.
In de oude parochiezaal in een zijwegje van de Limbosweg stond in de jaren 40
in het oude Meise de parochiezaal. Binnen bestond de sfeerverlichting tegen de
muren uit lampekapjes met het logo van de sociale verenigingen.Uit naijver betitelden de andere gezindheden
dat later met de term verzuiling.Het
gaat hier om de Kristelijke zuil of beter de A.C.W. -zuil van de vakbond.We hadden het A.C.W., het A.C.V., de B.B., de
K.W.B. ,de B.J.B., de K.A.J.Later werd
daar de K.AV. als tegenhanger voor de Boerinnenbond (nu K.V.L.V.) aan toegevoegd.Ook de K.B.G. vond in dit kader zijn
oorsprong.In de concretisering van de
pauselijke encycliek Rerum Novarum werden deze verenigingen opgericht, meestal
door parochiepriesters.
Wij hadden ook nog het Davidsfonds, dat de Cultuur monopoliseerde in de
parochies.
Toen de Cultuurraad van de Nederlandstalige Cultuurgemeenschap het levenslicht
zag in de jaren 70 en subsidiëring mogelijk werd, kregen wij een reeks
verenigingen.Zij veranderden een
deelorganisatie vaak van naam om de vleespotten van de subsidiëring maximaal te
kunnen benutten.
Recenter veranderden vele van naam.De
reden was modernisering en aanpassing aan de evolutie van de samenleving.
Toneelvereniging
Kris Kras uit Meise en Rode bracht op vrijdag 27, zaterdag 28,
zondag 29 maart en op zondag 5 april 'Hotel op stelten' in De Muze van Meise.
Info:www.kriskrasmeise.be (jhw) KMS
Piet De Cuyper stelde naar aanleiding van het 25 jarig bestaan van de
toneelvereniging Kris- Kras in 1999 de geschiedenis ervan vast onder de titel :
Zilveren jubileum van een Meisese theatergroep.
In Westrode is ook nog een KWB
toneelgroep actief
In Oppem werd ook regelmatig toneel
gespeeld in de parochiezaal.
In Imde was er ook een, want ik bezit
er een foto van.
In Wolvertem had je Hoger op na
W.O.II met regisseur meester Van Buggenhout en later Frans Cools.
Toneel werd onder de kerktoren gespeeld in de parochies.Er resten er nog drie in Meise, waarover we
voorlopig geen gegevens hebben : Meuzegem,
Rossem.
Na de breuk met de
heemkundige kring Berla op 8 mei 1998 stuurde ik een brief naar die vereniging
met de lijst van mijn constructieve voorstellen waarop niet ingegaan
werd. Ik maakte daar onlangs een update van :
1. aanschaf computer : een oud afdanksel staat er, maar werkt amper
2. afgevaardigde in de 8 parochies : in de werkgroep Erfgoedcel maar weinig
actie
3. inventaris op floppy (toen) voor iedereen : excel - inventaris door mij
gemaakt beschikbaar
4. inventaris museum (geschonken stukken) : ?
5. nieuw lokaal in de nieuwe bibliotheek : in de uitbreidingsruimte in
voorbereiding
6. inventaris bouwkundig patrimonium op fiche : zie dit blog
7. samenwerking met de J.V.C. prijs : ingepalmd door de Cultuurraad met lokale
jury
8. briefwisseling als vast agendapunt : ?
9. tijdschrift moderniseren : status quo
10. proefdruk floppy's Moerenhout : gepubliceerd
11. burgemeesters van meise in nr. 50 : ?
12. St.-Sebastiaan-Rode : bijgewerkt zelf en in handen van de vereniging zelf
13. geschiedenis van Meise (database Bettesone) : zie dit blog
14. fotoboek Meise : zelf privé uitgegeven bij Streekboek
Meise, onder de toren van St.-Martinus 2001
Meise, van onder de toren van St.-Brixius-Rode 2004
15. effectief en functioneel vergaderen : ?
16. proefnummers voor nieuwe leden : ?
17. follow - up afspraken : ?
18. aanpassing openstelling bibliotheek : ongewijzigd door Jan Bogaerts
19. voorstel nieuwe binnenzijde kaft tijdschrift : O.K.
20. statutair werken : ?
21. samenwerking i.p.v. éénmansacties : ?
Ondertussen publiceer ik wat in dit blog verschijnt onder de titel
Meisewonderen in het tijdschrift en concentreer mij vooral op de parochie
Meise. In De Spil kunnen jullie een fototentoonstelling zien op de
opendeurdag op 20 december (oude en nieuwe Meisewonderen) met de verkiezing van
de 7 Meisewonderen.
Doorstart
In 2014 werd de benaming veranderd in Erfgoedberla
De Chirojeugd van
Meise werd opgericht in 1945, onmiddellijk na de 2de
wereldoorlog.Chiro kwam al sedert 1934
langzaam tot stand, met duidelijke idealen.
Als je in oude
films over Duitsland de jeugd ziet opstappen, zie je veel gelijkenis met de
uniformen van de Chiro toen : bruin hemd, gele das, donker-blauwe korte broek,
2 paar grijze kousen en hoge schoenen.Dat bracht in Meise zo kort na de oorlog, heel wat herrie teweeg.De stichters hadden uiteraard alleen de
positieve elementen van jeugdwerking overgenomen, maar de link werd toch
gelegd.Het mag een meesterzet genoemd
worden dat E.H.Verstraeten de kinderen van Jean De Cuyper uit de Rozenboom in
de Chiro kreeg, en zo de roddels stopte.Mijn vader runde het lokaal van de Oud Soldaten, een gelegenheidsfanfare
waarin de beide fanfares samen speelden.Die luisterde de Vaderlandse plechtigheden van de Oud Strijders
op.Ik herinner mij dat als de Chiro
voorbij marcheerde, klanten in de herberg riepen : de zwarten zijn
daar.Zwarten was de scheldnaam voor
collaborateurs.Mijn vader zette die
oproerkraaiers prompt op straat.
E.H.Verstraeten,
onderpastoor, stichtte Chirogroep -jongens St.-Martinus Meise.Het
waren toen vooral de onderpastoors in de parochies die het initiatief
namen.De leiding werd toen nog bestuur
genoemd en er was in feite geen hoofdleider zoals nu.
In het begin waren er 2 vendels:
De vossen: Frans Keppens, Emiel Van Campenhout, Miel Vanderveken
De leeuwen: Jean Huysmans, René Jacobs, Xavier Olbrechts
Dat bestuur bestond
uit : Frans Keppens, Xavier Olbrechts (+), René Jacobs (+), Emile Van der
Veken, Jean Huysmans, Roger Lafon, Jean Robijn (kwam er later bij), Emile Van
Campenhout (Verslagboek 11.4.1946 tot 29.1.1948).
E.H. Pastoor
Teophile Brams hield zich met de meisjes bezig.In 1944 waren dat eerder samenkomsten van de Eukaristische kruistochten
(retraites en spelnamiddagen).Maar op
het einde van 1945 vroegen de meisjes zelf om Chiro te worden, wat ook
gebeurde.Zij sloten zelfs officiëel
vroeger aan in 1946, eerder dan de jongens in 1947.Liza De Smedt (onderwijzeres in St.-Maarten),
Paula Huygens, Clairette Huygens, Ghislena Keppens, Jeanine Leemans,Clothilde Maes,Lina Verbelen, Denise Van Campenhout, Leona
Verhest,Christiane Keymolen,Josén Moerenhout, namen het voortouw.
De jongens hebben
een tijd lang een huis van Jan Van Gijsel kunnen gebruiken.Dat werd echter afgebroken toen de A12 gelegd
werd.De meisjes pendelden tussen
klassen, schoolzolder, gehuurde huisjes, de kelder onder de parochiezaal, enz.
In het begin gingen
ze samen op bivak met de groep uit Wezembeek Oppem.Mijn eerste bivak wastoen ik 6 jaar was.Mijn moeder had een uitzondering op de
leeftijd kunnen verkrijgen, om zo van haar jongste bengel 10 dagen verlost te
zijn.Tijdens het nachtspel was er
paniek.Men vond mij niet meer.Ze hebben toen het bos uitgekamd, maar tot
hun grote verrassing vonden, ze mij in de armen van de bivakmoeder in de
kooktent.Die vond mij te klein en had
zich zo om mij bekommerd.
De bivakken gingen
door in 1945 in Bonheiden, 1946 Brasschaat, 1947 Godinne, 1948 Bövingen
(GR.H.Luxemburg), 1949 Gompel, 1950 Laforêt Vresse, 1951 Rijmenam, 1952 ,
1953 Sart-lez-Spa,
Ik herinner mij ook
de bivakplaats in Godinne aan de Maas.Wij moesten ons wassen in de stroom en er werd gegeten op de grond op de
koer van de school, waarin wij sliepen.
Bij een uitstap in
Liezele vochten ze een zeeslag uit in bootjes op de vijver.Onderpastoor Verstraeten waagde zich in de
boot en hij werd in de vijver gekiept.Wij kwamen er wel achter dat hij onder een lichte zwarte regenjas ( de
priesters hadden toen nog een zwart kleed) een zwembroek aan had.Het was allemaal opgezet spel.
Naar het eerste
bivak gingen de meisjes nog met de tram in Wezembeek Oppem.De lijst van de volgende bivakken verzamelen
wij op een excel-database.
In 1952 stuurde onderpastoor Verstraeten Guido
De Cocknaar de Vebrande brug bij
pastoor De Brie om de Chiro er terug bovenop te helpen.Hij was toen 16 jaar en deed dat gedurende
anderhalf jaar.
De opeenvolgende
groepsleiders waren: Frans Keppens, Rik
Leemans, Miel Van der Veken en Paul Van Gompel tot 1958.Bij de meisjes was het Liza De Smedt
opgevolgd door Paula Huygens tot de jaren 60.
De enorme bloei van de Chiro in die periode, was te
danken aan de nieuwe onderpastoor en proost Herman Boon pr.
Foto Herman Boon pr .aan de kapel
Als zoon van de directeur generaal van de BRT
kreeg hij van huis uit een uitstekende culturele bagage mee.Hij was een charismatische persoonlijkheid
met een onuitputtelijke werkkracht : dag en nacht zette hij zich in voor zijn
Chiro. Hij zou de jeugd van onze parochie op een hoger niveau tillen. Op
zijn kamer stond een beeldje van een gekende kunstenaar, dat symbool stond voor
zijn doel : ons omvormen tot jonge, bewuste, stijlvolle,
katholieke Vlamingen.
De vorige generatie leiders staat enigszins kritisch
tegenover hem.Zij nemen hem
klaarblijkelijk de drastische hervormingen kwalijk, die hij doorvoerde.Enkele oude getrouwen ruimden zo plaats voor
een nieuwe generatie.
Als jonge belhamels protesteerden wij toen tegen de
toch wel strakke discipline die ons opgelegd werd.Op bivak in Lommel protesteerden wij tijdens
de ouderbezoekdag door op de deurtjes van onze slaapplaatsen opschriften aan te
brengen met stalag .Dat werd niet in
dank aanvaard.
Mijn broer Frans De Cuyper werd groepsleider
opgevolgd door Kor Van Schel in 1967 en bij de meisjes was dat José Maes die
opgevolgd werd door Jos De Ridder,
Gilberte Leemans, Rita Peeters..
Het levenswerk van Herman Boon pr. is natuurlijk de
bouw van het Chiroheem.Op die plaats
stond een kleine boerderij waarin de klokkenluider bezembinder woonde. Op die
25 are grond van de kerkfabriek voltrok hij op anderhalf jaar , wat velen
onmogelijk achtten. Het Chiroheem werd een feit van 31.3.1958 tot 13.9.1959.
In het eerste plan zou het lemen huisje dat er stond
geïntegreerd worden, maar dat bleek irreëel. Alle werken werden door
vrijwilligers uitgevoerd, met de hulp van vermogende aannemers en
industriëlen. Voor het speelplein werd de afbraak van het Congopaviljoen
van Expo 58 aangevoerd. De afwerking en verfraaiïng liet hij uitvoeren
door plaatselijke kunstenaars en vrienden uit het artistieke milieu. Op
de gevel zien wij nu nog zijn ideaal : de voorstelling in smeedwerk van Karel
Meert uit Asse van twee jonge mannen die hun armen reiken naar
Jezus Christus. De oorspronkelijke tekening, die een jongen en een meisje
bevatte, was van Luk Craye sj. en werd hertekend door Willem Rosiers en Eugeen
Van den Broeck. De Chiro was toen nog niet gemengd en vandaar die
wijziging van het origineel.
Het heem is onmiskenbaar zijn grootste realisatie
in Meise, waarbij hij de hele parochie, gelovigen en ongelovigen achter zich
kreeg. Hij zei zelf :
"Ik
ben eraan begonnen, niet omdat ik een jonge idealist ben. Maar omdat ik
een priester ben, een gewijde leerling van de Heer. Ik was en ben er zeker
van dat Hij alles kan. Ik had geen frank. Dank zij al de hulp zal
dit heem ons slechts een half miljoen kosten. Er zijn reeds 200.000
fr. betaald. Herman Boon pr."
Bij de bouw van het Chiroheem voorzag Herman Boon
pr. elk lokaal van prachtige religieuze kunst, uitgevoerd door
toen hedendaagse, jonge en oudere kunstenaars.
De zwart-wit muurschildering van het laatste avondmaal, waarop
Maria de tafel dekt voor de 12 apostelen, hing in het
aspirantenlokaal.Bij de verbouwing werd
het helaas overpleisterd in Jeugdklub Knodde. De schetsen werden gelukkig
gered.
Wie waren die twaalf apostelen in die periode ?Het schilderij stond op de muur van het
lokaal van de aspirant - leiders. Volgens mij waren dat : Jan Bogaerts, Roger
Cooreman, Jos Van Nieuwenhuyzen, Raf Meyskens, Jef De Cuyper, Frans Heyvaert,
Oscar Wellens, Jef Van Gompel, Wilfried De Goeyse, Jean Potums,Hugo Ooms en Paul Van de Velde.
Wij speelden in die periode eens het
passiespel.Ik was in dat stuk de
apostel Joannes.Mijn broer Piet
beschrijft in zijn : Toneelleven in Meise zeker deze opvoering.Of de andere apostelen ook een rol speelden
en wie van de twaalf, zou ik graag achterhalen.
Het vlaggenschip is zeker de muurschildering van
"Het Laatste oordeel" volgens het Nieuw Testament - God
is Liefde - in het leiderslokaal. Herman Boon kon de
jonge Jan Beekman overhalen om dat uit te voeren. Het is
monumentaal en verdient zeker aandachtige bescherming. Jan Beekman heeft
het ondertussen gemaakt in Amerika en deze muurschildering kreeg zo een
onschatbare waarde. Het biedt een antwoord op de afschrikwekkende oude
muurschildering in de St.-Martinuskerk volgens het Oud Testament : de
vergelding.Ik vernam
datJan Beekman via www.beekman-foudation.com
contact nam om herstellingen uit te voeren.Jan beloofde dat toen wij hem ontmoetten in Kruishoutem met Dries en co.
In het lokaal van de Jongknapen was een kruisbeeld in brons van Hein
Pohlenz. De Burchtknapen, in het laatste lokaal, kregen een
kruisbeeld in ceramiek van Joost Maréchal en een Lieve Vrouw
in opaline van M.W.Plettenberg. In het lokaal
ernaast van de Knapen, een kruisbeeld in ceramiek van Van de
Weghe en een Lieve Vrouw in ceramiek van Joost Maréchal.
In het lokaal van de Kerels, naast het leiderslokaal, een kruisbeeld van R.
de Pelsmaecker, een Lieve Vrouw op glas geschilderd door Kamiel
Cauwenbergh en een fakkel met siertekst op de muur geschilderd door Willem
Rosiers.
"Het tehuis en de versiering
moeten zelf reeds opvoeden. Langs hun zintuigen onze jonge mensen met schoonheid voeden. Langs de
schoonheid en de goedheid komen zij tot het stellen van daden, die hen brengen
tot de werkelijke ontmoeting met God, die de goedheid en de schoonheid zelf is,
want Liefde. Een schone Chirogroep in een schoon heem. Zo leren zij schoon leven."
Herman Boon pr.
Ik was toen 17 en dat viel samen met de aspirant
leiders.Wij waren met een zo grote
groep, dat wij door Herman Boon pr. per twee uitgestuurd werden op missie.Zo startte Raf Meyskens met Hendrik Rosiers
de afdeling in Eversem.Ik werd naar
Strombeek gestuurd met Nick Sidderé, die daar bleef.Daarna mocht ik de Chiro van Humbeek opnieuw
opstarten.
In 1965 trok Herman Boon pr. de jeugdwerking open
voor alle jongeren van onze gemeente (toen parochies Meise en Rode).De Jeugdraad werd voor het eerst
opgericht.Die bestaat dus 46 jaar in Meise en geen 25, zoals
gevierd.Drie nieuwe verenigingen werden
opgestart in het kader van de open jeugdzorg, maar nauw verbonden met de
Chiro.Ik vond persoonlijk dat onze
proost alles te veel bekeek door de bril van de Chiro.Voor hem was alles Chiro en stond de open
jeugdzorg in functie van de Chiro.Patclub stond voor jongeren van 6 tot 14 jaar.Jongerenklubs stond open voor 14 tot 18
jarigen.Jeugdgemeenschap voltooide de
kringloop met 18 tot 25 jarigen (nu is dat Jeugdclub Knodde).In deze periode trok Herman Boon pr. met de oudsten
naar Aosta in Italië.Deze kampen werden
onvergetelijk ingebrand in het geheugen van wie het meemaakte.
Ik kan zo nog een hele encyclopedie vullen met
herinneringen aan deze periode.Maar dat
zou ons te ver leiden.Surf eens
naarhttp://blog.seniorennet.be/Hermanboonpr
en bekijk het uitgebreide filmarsenaal uit die periode.Een mini geschiedenis met oude fotos staat
in Meise, onder de toren van St.-Martinus (helaas uitgeput maar beschikbaar
op CD-rom).
Ondertussen is er een filmpresentatie en een fotopresentatie gemaakt in de
reeks Sib.Ze kan bekeken worden op
aanvraag in t Moment van Meise.
De Jeugdraad was het
eerste overlegorgaan dat opgericht werd op 6 september 1965 door Herman Boon
pr. en het gemeentebestuur in de gemeente Meise voor de fuzie.
De voorzitters en secretarissen waren :
1965 Erard Guido- Becq Louis 1966 De Cuyper Jef 1967- De Daele Lieve 1973 Olbrechts Jaak - Plaskie Anne Marie 1976 Claes Jo (fuzie) - Verhoeven Maria 1976 Verdoodt Paul 1977 Wallijn Patrick - Nica Hugo 1978 Busseniers Luc - Van Lierde Hilde 1980 Nica Hugo- Vindevogel Hans 1982 Smedts Edwin- Kennis Dirk 1985 Vertongen Marc 1989 Hebbelinck Yannick 2001 Jeremy Van den Steen 2007 Stijn Depuydt 2008 Bouchez Pieter 2009 Bart Mullie
Het volledige archief tot 1985 werd opgeborgen bij de heemkundige kring
Berla.Wat daarna gebeurde wordt bewaard
in een kartonnen doos in de dienst Jeugd van het gemeentebestuur van Meise.
Herman Boon pr. zag de Jeugdraad als een verlengstuk van de Chiro.Hij had echter Open Jeugdzorg voorzien in de
statuten en vooral daar, in de Patclub, werd alles open getrokken naar heel de
jeugd van Meise.Alle 6 tot 14 jarigen
werden regelmatig op een scala van activiteiten uitgenodigd en de werking werd
op alle vlakken uitgewerkt.
Op initiatief van de Jeugdraad werd de muziekschool en de bibliotheek door de
gemeente opgestart.De Cultuur- en
Sportraad zag er ook zijn levenslicht.Het eigenlijke begin van de Ontwikkelingssamenwerking werd daar gestart
met de 11.11.11 werking die bijna uitsluitend getrokken werd door de Patclub en
degemeentelijke Jongensschool.De eerste Natuurpuntwerking startte in de
schoot van de Jeugddienst Natuuronderzoek met een nestkastenactie in de
Plantentuin, waarbij wij verplicht werden van aan te sluiten bij
Natuurrreservaten.Een extra Jeugdclub
voor 16 18 jarigen zag er ook haar levenslicht.
Op 1 december wordt
traditioneel St.-Elooi gevierd op de Hasseltberg.
Er was vroeger de oude viering die in 1970 door Frans Heyvaert, zoon van Jef
Heyvaert overgenomen werd.Dit jaar was
er een oproep voor inspraak.De oude
traditie een plaats geven in de nieuwe viering zou daarin passen.
In 1955 was er een revival.Bert Peleman
daagde toen op om dit te verwezenlijken met Edele Brabant onder
Erevoorzitterschap van J. Lindemans.Dat
gebeurde niet zonder slag of stoot.Er
werd een verslag opgesteld van de evenementen van dat jaar, bestaande uit 11
bladzijden.Bij een gebruikelijk
kalfskopdiner in stamënee Rust op den Berg in de Zonnelaan werd een nieuw
comité verkozen dat eruit zag als volgt:
Erevoorzitter : Courbon
Marcel,
Voorzitter :Vanden Wijngaert Albert
Ondervoorzitter : Goovaerts Jozef
Bestuursleden : Lettens Philibert, De Kelver François, De Kelver René, Heyvaert
Jozef, Van Hemelrijck Victor
Secretaris : Bogaerts Jan
Schatbewaarder : August Moreau
Barman : Van den Breede Jozef
Deze mensen zijn helaas
overleden.Zij droegen het oude kenteken
: een hoefijzer met kruis erop aan een ketting.Dit was nogal zwaar om dragen.
De viering zou ononderbroken doorlopen tot 1962, waarna ze verwaterde door het
verhuizen van Bert Peleman en het overlijden van Phil Lettens en Jozef Van den
Breede;
De nazaten van dit bestuur, actief tegenwoordig, bezitten of kregen dit kenteken.Het zou opnieuw moeten gedragen worden.De onlangs overleden Smidje Smee, René Cammu,
sprak mij hierover aan, toen ik hem vertelde dat ik het kenteken van Phil
Lettens via mijn goede vriend Jos Lettens gekregen had, samen met de rechten op
de gedichten van zijn oom Jef Lettens.Frans Heyvaert, zoon van Jef; Eddy Van Hemelrijck, zoon van Victor en
Jean Moreau, neef van August, zijn nog actief.
In 1973 wordt de
vernieuwde groep opgericht door Frans Heyvaert, Jan Van Roy, Jan Robeyn en Albert
Van der Wilt
Bibliografie :
Meise, onder de toren van St.-Martinus pag. 37 Jef De Cuyper Sib 2000
De Sint Elooikapel en zijn vieringen pag.24 Constant Noppen Berla 1985
Sint Elooikapel en O.L.V. ter Hasselt in de parochie St.-Martinus A.
Bettesone
Broederschap St. Elooi 2002
Meise St.-Elooi opname Ring TV
Sint Elooisviering in Bertem Persoons E.
De KVLV heette vroeger Boerinnenbond.Zij bestaat reeds 100 jaar.Momenteel heeft ze 100 000 leden, waaronder
vrouwen uit alle beroepsgroepen.De
vereniging startte binnen de katholieke koepel onder de slogan : Ieder voor
vrouwen, allen voor ieder.De nieuwe
slagen luidt : Vrouwen met vaart.De
regelmatige activiteiten zijn : kookles, dans, toneel, uitstappen en feestjes
waarbij een Lourdesreis verloot werd.Ons kookboek, vrucht van de educatieve missie van de vereniging, heeft
jaren lang onze smaakpapillen verblijd.Ondertussen kookten reeds 5 generaties moders met dat standaardwerk in
hun keuken.Jaarlijks worden 52 000
activiteiten in Vlaanderen ingericht.
De afdeling Meise heette een tijdje St.-Annabond
(1944 tot 1962).Dat had te maken met de
aanwezigheid van de St.-Annakapel op de Nieuwelaan in de Plantentuin ter hoogte
van de voetgangersbrug over de A12.Mevrouw
De Ridder was voorzitter tot 1964, toen Madeleine De Cuyper de fakkel overnam.De stichtingsdatum was 7 november 1924.Mevrouw Van den Eynde was de eerste
voorzitter.Louise Criau was er zeker
bij de eersten bij.De andere
bestuursleden waren toen : Haeck, De Greef, Emmerechts, Van Humbeeck, De
Vadder, Ooms en Van Buggenhout.De
proost was pastoorCools, opgevolgd door
Raeymaekers tot 1944, Brams tot 1962 , Louis Geysen en later Herman Boon (Bie)
en nu Jan Lagae.
De huidige voorzitter is Jeanine Biesemans, die
Madeleine De Cuyper opvolgde.
Op regelmatige tijdstippen werden de verjaardagen
met veel luister gevierd.Traditiegetrouw poseerde de hele groep dan op de trappen van de
St.-Martinuskerk.Deze fotos bieden een
schat aan informatie over de autochtone Meisenaars en de inwijkelingen, die
deel uitmaakten van de KVLV. De pastoor
proost zat als enige man vooraan naast de voorzitter.
Ik hoop dat de KVLV mee op de kar springt voor de
inrichting van de historische St.-Annaprocessie in Meise op 24 juli 2011.
18.12.1994door Madeleine De Cuyper, 2de voorzitter
Er is vandaag een echte reden om feest te vieren,
want onze gilde bestaat immers 70 jaar.
Al onze leden zijn direct bij deze jubelviering betrokken.Daarom zijn wij dan ook zeer blij.Onze organisatie , de katholieke vereniging
voor landelijke vrouwen, welke eertijds de naam Boerinnenbond droeg, heeft een
traditie, waarop we met fierheid, na ruim 70 jaar mogen terug blikken.Jaar na jaar heeft zij in de bres gestaan.
De Boerinnengilde St.-Martinus Meise werd gesticht
op 7 november 1924, in aanwezigheid van mej. Cardijn,de toenmalige
voorzitster.Het bestuur telde 6 leden
:mevrouw Van den Eynde,, voorzitster,
mej. Sylvie Haeck, secretaresse, mevrouw De Greef, schatbewaarster, mevrouw
Emmerechts, mevrouw Van Humbeeck en mej. Jeannette De Vadder.Achteraf werd dit bestuur uitgebreid met
Louise Criau en Liza Van Buggenhout.De
proost was E.H. pastoor Cools, die in 1933 stierf.In 1925 telde de gilde 72leden.De volgende proost was pastoor Raeymaekers die fungeerde van 1933 tot 1944
en werd opgevolgd door pastoor Theophiel Brams die onze proost was van 30
oktober 1944 tot 1962, toen hij opgevolgd werd door pastoor Gheysen, die
vertrok op 1 juli n1987 en opgevolgd werd door onze huidige pastooren proost Herman Bie) Boon.
Mevrouw Van den Eynde werd in 1946 als voorzitster
opgevolgd door mevrouw Augusta De Ridder met 9 bestuursleden.Op 2 oktober 1964 werd ik als voorzitster
verkozen en nam tevens de functie van schatbewaarster en secretaresse waar. Tot
maart 1989.Ik werd opgevolgd door
mevrouw Jeanine Biesemans de huidige voorzitster.
De Boerinnenbond werd in 1956 door onze proost
E.H.Brams herdoopt in Sint Annabond.
Elk jaar werden theoretische en praktische lessen
gegeven : koken, naad, bloemschikken en andere activiteiten. Er werden ook leerrijke uitstappen
gedaan.Jaarlijks was er ook een
algemene vergadering.De werking van de
KVLV drukte een stempel op deze 70 jaar : op het leven en de ontwikkeling van
de vrouw op het platteland en inzonderheid te Meise.
Langs het zeer goede maandblad, eerst De Boerin,
dan Bij de haard, nu Eigen haard, en de vormingswerkers en werksters wordt
aan al de leden de kans geboden om zich verder te bekwamen bij te scholen en te
vormen.Ook werden er
bezinningsnamiddagen en bijeenkomsten voor weduwen en alleenstaanden
georganiseerd.
In november 1970 vierden wij het 200ste
lid en in 1974 telde de St.-Annabond 214 leden en 13 bestuursleden.
Na de bevrijding begon de Lourdesbedevaart op te
komen en werd de eerst e Lourdesreis verloot en sinds enkele jaren steeg het
aantal leden.
Het verleden te gedenken spoort ons aan om met veel
moed te werken.
Een jubeldag is ook een dag van verde en vernieuwde trouw.Wij zitten allen gezellig bij elkaar en hopen
over 5 jaar het jubelfeest van 75 jarig bestaan van de KVLV te mogen vieren en
u hier allen terug te zien.Wij zullen
verder ons best dsoen en ijveren opdat de KVLV Meise meer en meer zou bloeien.
De KVLV Meise is 70 jaar jong en wil jong
blijven.Ze kijkt hoopvol naar de
toekomst.De leuze van ons bestuur luidt
: Altijd meer en steeds beter!
2. Verenigde Broeders : startte echt in 1898,
maar een kern was reeds actief als zangvereniging in 1875 en later als
trompettersgroep in 1885.De vlag werd
geschonken door keizerin Charlotte.
Bij een aantal feesten met vaderlandslievend karakter speelde een kern van de
twee fanfares samen onder de vlag van de Koninklijke Maatschappij der Gewezen
Soldaten 1903. In " Meise" van Jan Van den Eynde vinden we :
De Koninklijke Maatschappij De Verenigde Broeders
Uit een nota me welwillend overgemaakt door de heer
Victor Amerijckx, sinds 1930 muziekbestuurder van de Verenigde Broeders, kan ik
interessante gegevens plukken.
Deze fanfare is gegroeid uit een zangkoor opgericht in 1875.Tien jaar later werd dit zangkoor omgevormd
tot een trompettersgroep, die in 1898 uitgebreid werd tot een fanfare, die nog
hetzelfde jaar bevorderd werd tot Koninklijke fanfare.
Het vaandel en vele instrumenten werden geschonken door het Huis van Keizerin
Charlotte.Slechts enkele leden hebben
hun instrument betaald.
Deze fanfare nam deel aan tientallen braderies en bij dergelijke gelegenheden
en feesten droegen de leden een kenmerkend kostuum dat veel bijdraagt tot het succes.Zo veroverde deze fanfare te Elsene een
erevlag met kunstpenning.
Ze nam aan talrijke muziekwedstrijden deel en behaalde vele eerste prijzen en
onderscheidingen, zelfs de driejaarlijkse premie in het muziektornooi van de
provincie Brabant in 1947 te Vilvoorde, eveneens een tweede prijs in de
internationale wedstrijd te Itegem (1952).
In 1926 werd het 50-jarig bestaan gevierd met een luisterrijk festival.De fanfare bezit een vijtigtal medailles
behaald op festivals, waaronder drie prachtige erepenningen van de stad
Antwerpen.
Op het vaandel staat vermeld :
het stichtingsjaar 1875
de nationale zinsspreuk
en naam De Verenigde Broeders.
In "Meise, onder de toren van St.-Martinus" van Jef De Cuyper, staat ook een korte tekst met 4 oude foto's met de namen van wie op de foto staat (voor zover achterhaald) :
De fanfare de Verenigde
Broeders bijgenaamd de ressën .
Oorspronkelijk in
1875 was het een zangvereniging de Soepzakken, maar bij de komst van
keizerin Charlotte werd het een muziekmaatschappij door een afscheuring van
Concordia, na een ruzie binnen de familie De Donder. Over de bijnaam doen
twee versies de ronde.Het
dialectwoordres heeft 2 betekenissen.
In de eerste versie werd de link gelegd naar de grote grasvelden van het domein
van Bouchout.De entourage van keizerin
Charlotte hield er in die tijd een vorm van sociale kontrole op na, door enkel
land te verhuren aan de boeren die lid werden van de Verenigde Broeders.
De tweede versie stamt uit een spotliedje dat de ëzzëlsjaren zongen.
Van met Sint Antonius is t geleden, dat zij zaten met zes aan enen res. Rode kolen met veel
verdriet.Maar saucissen waren er niet. De fantasie van de
zangers heeft hier zeker meegespeeld.
Tekst september 2013
Uit een nota me welwillend overgemaakt door de heer
Victor Amerijckx (+), sinds 1930 muziekbestuurder van de Verenigde Broeders :
Deze fanfare is gegroeid uit een zangkoor Koor en zangmaatschappij De Verenigde
Broeders opgericht op 10 maart 1875.Tien jaar later werd dit zangkoor omgevormd tot een trompettersgroep,
die in 1898 uitgebreid werd tot een fanfare, die nog hetzelfde jaar bevorderd
werd tot Koninklijke fanfare.
In 1908 bestond de fanfare uit 12
muzikanten.
Het vaandel en vele instrumenten werden geschonken door het Huis van Keizerin
Charlotte.Slechts enkele leden hebben
hun instrument betaald.
Deze fanfare nam deel aan tientallen braderies en bij dergelijke gelegenheden
en feesten droegen de leden een kenmerkend kostuum (witte broek en groene jas, de kleuren van Meise) dat veel bijdraagt
tot het succes.Zo veroverde deze
fanfare te Elsene een erevlag met kunstpenning.
Ze nam aan talrijke muziekwedstrijden deel en behaalde vele eerste prijzen en
onderscheidingen, zelfs de driejaarlijkse premie in het muziektornooi van de
provincie Brabant in 1947 te Vilvoorde, eveneens een tweede prijs in de
internationale wedstrijd te Itegem (1952).
In 1925 werd het 50-jarig bestaan
gevierd met een luisterrijk festival, waaraan 12 muziekmaatschappijen
deelnamen.
In de schoot van de fanfare werd de toneelvereniging
De Morgenstar opgericht, maar die werd door onbeg rip in 1961 opgedoekt.
de oorlogsjaren zorgden voor het lam leggen van de activiteiten.
In 1975
werd voor de vereniging een grootscheepse viering van haar 100-jarig bestaan op
touw .Daar werden verdienstelijke
dirigenten herdacht gezet Boddaer Philippe en Leon Maes.
De fanfare bezit een vijtigtal medailles behaald op festivals, waaronder drie
prachtige erepenningen van de stad Antwerpen.
Op het vaandel staat vermeld :
het stichtingsjaar 1875
de nationale zinsspreuk
en naam De Verenigde Broeders.
Victor Amerijckx zwaaide gedurende 37 jaar lang met
kunst en kennis de dirigeerstok.Daarna
kwamen Pierre Van Regenmoorter, Willy Ivens en Marc Van Hoorick.
Vanaf 1991
schaaft Roger Moens opnieuw met succes aan de verfijning en vervolmakins van de
vereniging.
Met vallen en opstaan : met voorspoed en tegenslag : met eerste prijzen van
uitmuntendheid en last but not least de brand van ons lokaal Manneke
Pis.Wij bleven achter met een
verschroeid vaandel, zonder trom en een fanfare met enkele muzikanten zonder
instrumenten.Maar waar een wil is, is
een weg en voor vele noeste muzikanten betekent een tegenslag een spoorslag,
een aansporing tot beter doen, beter slagen, een detonateur voor
topprestaties.
Voorzitters
van 1908 tot 1918 H.Puttemans 1919 tot 1946 :
Emile De waet 1947 tot 1950 :
Joannes Van Humbeeck 1950 tot 1955 :
Emiel Verlinden 1955 tot 1978 :
Jozef Van Humbeeck 1978 tot 1979 :
Frans Van Dorpe 1979 tot 1993 :
Raymond Leemans 1993 tot heden :
Paul Cleynhens
Baron dHoogvorst werd als eerste erevoorzitter aangeduid.
Huidig
en laatste bestuur:
Voorzitter Paul Cleynhens
Erevoorzitters : Jean Van Dievoet en Raymond Leemans
Secretaris : Louis Amerijckx
Penningmeester : Marcel Van Seghbroeck
Bijzondere leden : André Huon, Walter Van vlasselaer, Mark Maes en Anja
Amerijckx
Bibliografie :
Meise Jan Vanden Eynde
Meise, onder de toren van St.-Martinus Jef De Cuyper Sib 2001 pag.55-56
De vereniging gaat er fier op de hedendaagse
secretaris-generaal van het Koninklijk Muziekverbond van België Louis
Amerijckx sinds meer dan 45 jaar in haar rangen als secretaris en muzikant te
mogen tellen.
Bijnaam :
ressen (graszoden, verwijst naar de band
met het domein van Boechout) (spotliedje : van met
St.-Antonius is t geleden dat zij zaten met zes aan ene res)
In de gemeente Meise bepaalden de
muziekverenigingen het sociale leven in grote mate, zoals overal trouwens.
In Meise hadden we er twee en een
gelegenheidsfanfare :
1. Concordia : gesticht in 1876 met 24 spelende leden.De vlag werd geschonken door Leopold de
Beauffort, toen heer van Meise.Reuzen Jan en Mie, gemaakt door kunstenaar
Salu.
De fanfare Concordia
Voor deze historiek heb ik een beroep gedaan op de
heer Alfons Leemans, dirigent sinds 1939.
Als fanfare is deze muziekvereniging de oudste want ze werd gesticht op 8 december
1876.
Het vaandel werd geschonken door graaf de Beauffort en draagt de beeltenis van
St.-Martinus.
Bij de oprichting van een tweede fanfare heeft deze maatschappij een harde
strijd om het bestaan moeten voeren :Er werd mij verteld dat de entourage (Huis
van) van Keizerin Charlotte enkel grond van de keizerin ter beschikking stelde,
op voorwaarde dat de kossaat (kleine landbouwer) lid werd van de fanfare De
Verenigde Broeders.Dit was een vorm
van sociale kontrole.Of de keizerin dat
ooit geweten heeft, betwijfel ik ten zeerste!
1927 is een mijlpaal in de geschiedenis van deze fanfare.
Beeldhouwer Ernest Salu modelleert twee reuzenkoppen bestemd voor het
fabriceren van de reuzen Jan en Mie.Deze werden het symbool van Concordia.In de brochure Reuzen van Brabant staan ze onder de merkwaardigste
gerangschikt.Ze hebben meermaals als
model gediend en aldus tellen ze vele afstammelingen (o.a. Opwijk).
Dank zij Jan en Mie werd Concordia uitgenodigd, en dit gedurende vele jaren, om
deel te nemen aan folkloristische optochten te Longchamps Fleuri, te
Schaarbeek, te St.-Joost ten Noode.
Deze fanfare was ook aanwezig op grote festivals te Antwerpen, Oostende,
Brussel e.a.Ze bekwamen er vele prijzen
en onderscheidingen.
Wanneer we de historiek van deze fanfare doorlezen, dan merken we nog twee
hoogtepunten: 1919 De wederuitvoering van de d Hoogvorst cantate gedirigeerd
door de toondichter August De Boeck zelf.De muzikale begeleiding werd waargenomen door Concordia.
1926 Ba-tist jubelcantate bij gelegenheid van het 50-jarig bestaan van
Concordia, op tekst van Jef Lettens en muziek van August De Boeck.Op de laatste algemene herhaling kwam
toondichter August De Beock luisteren en zei : Als Ba-tist dirigeert gaat het
altijd het is perfekt.
Hij voegde eraan toe : Mijn eerste cantate welke ik heb getoondicht was die
van baron dHoogvorst, mijn laatste die van Ba-tist.
Deze voorspelling is uitgekomen.
In 1934 werd Batist De Donder gevierd toen was hij 50 jaar dirigent van de
fanfare.
In 1960 jubelfestival bij gelegenheid van het 85-jarig bestaan van
Concordia .De vermaarde Koninklijk
1958 Beekman Louis voorzitter
1968 Alfons Leemans dirigent Van Malderen Leon voorzitter
1975 De Ridder J. dirigent
e
Fanfare Moed en Volharding uit Heist-op-den-Berg Kampioen van Europa heeft
veel bijgedragen tot het sukses van deze feestelijkheden.
Uit "Meise" van Jan Vanden Eynde
De reuzen Jan en Mie
Ondertussen werden ook twee poppen van een poppentheater met dezelfde kledij
uitgerust. De begeleiders dragen ook dezelfde outfit.
De fanfare
Concordia creëerde in 1927 Janneke en Mieke.Dichter Jef Lettens en beeldhouwer Ernest Salu van Laken waren de
geestelijke vaders van deze reuzen.
Janneke draagt een blauwe kiel en faas (De Brabantse folklore september
december 1980 nrs 227 228. Zij werden
later vervreemd.
De hoofden van Janneke en Mieke werden eind mei 1980 volledig hermaakt in isomo
door de heer Wally Laureys wonende in Sint-Niklaas (leerkracht plastische
kunsten in St.-Theresiakollege Kapelle op den Bos en poppenspeler in Sint-Niklaas).Hij deed dit aan de hand van fotos hem door B erla ter beschikking
gesteld.De gelijkenis met de oude
koppen is bijna volmaakt.
Dit jaar worden ook, dank zij de heer Leon Van Malderen, voorzitter van de
fanfare Concordia en bakker in Meise, de lijven van beide reuzen hermaakt,
zodat de genoemde fanfare weer net zoals in het verleden fier mag zijn op haar
reuzen.
Het maken van de kledij van beide reuzen berustte in de bekwame handen van
mevrouw Lucienne Lanin, die eveneens alles zo getrouw mogelijk nabootste.Elke foto bracht immers eeneen andere
weergave.Mie met sjaal.Mie met kap enz.Volgens informatie verkregen van
fanfare-leden werd dan beslist Mieke de kap en het bloemenkleed met blauwe
schort aan te passen.Het aankopen van
de stoffen was niet eenvoudig.De blauwe
kielstof van vroeger was niet meer te vinden.Dan maar naar Schaarbeek waar op de markt nog dergelijke stoffen wel worden
verkocht aan vreemdelingen die er talrijk wonen.De vrouwen gebruiken ze nog voor de lange
tunieken die meestal van grijze of donkerblauwe kleur zijn.
De kap van Mieke is eigenlijk een kleed van een koorknaap uit fijn
baptist-lakenstof afgezoomd met gekloste kant.Het werd aangekocht op de grote markt in Brussel waar het uit een hoop
lompen werd uitgediept.Met vaardigheid
werd het kleed omgevormd in een voor Mieke misschien zelfs te mooie kap.
De kledij is in feite dezelfde als die van de leden van de fanfare Concordia,
die achter de reuzen dansten op de gespeelde muziek.
Het onderstel van de reuzen Jan en Mie(Sib Meise) werd gemaakt naar een ontwerp van
Wally Laureys (+), de poppenspeler van Sint Niklaas.
Het bestaat uit 3 delen, die op elkaar geplaatst worden in de 4 hulzen bovenaan.Ze zijn konisch, wat als voordeel heeft dat,
als men ze omgekeerd in elkaar zet, nemen ze minder plaats in.
De begeleid(st)ers dragen dezelfde kleren. Er zijn ook twee guignols (poppen) met
dezelfde kledij.Die kledij is de
uitrusting van de fanfare Concordia, waar ze deel van uitmaakten.
Bibliografie :
Meise Jan Vanden Eynde Meise, onder de toren van St.-Martinus Jef De Cuyper Sib 2001 pag.51-54 Fanfare Concordia en fotos Beeckman Louis Berla 87.18.11
Vóór 1830 vinden we in Meise
verschillende vormen van privéonderwijs terug.De oudste verwijzing dateert uit 1545.Enkel de rijke mensen leren lezen en schrijven.
Rond 1750 is Henricus Van Dooren
meester voor Meise en Sint-Brixius-Rode. Hij is koster en geeft als
bijverdienste aan een sterk wisselend aantal kinderen godsdienstonderricht
(catechismus), lezen en schrijven in de Vlaemsche tael en rekenen.
Vanaf 1821 richt koning Willem II
der Nederlanden overal in ons land dorpsscholen op waar les gegeven wordt in
het Nederlands.
De gemeente Meise beschikt op dat
ogenblik echter niet over een eigen schoollokaal.Deze school is enkel open tijdens de
wintermaanden.
In de privéscholen wordt bijna
uitsluitend in het Frans les gegeven.
1836 1900wet ?
In 1834 besluyt de gemeynde raed
van Meysse tot den aenkoop van een huys omtrent de kerk, voor een bekwaem
school lokael ende gemeynde huys. De kostprijs bedraagt 2400 gulden
(omgerekend 125 euro).
De verbouwing duurt tot 1836, het
echte begin van het gemeentelijk onderwijs te Meise.
313 Leertuin II
1836Het gemeentebestuur betaalt een jaarwedde van 100 gulden
(ongeveer 5 euro) aan onderwijzer Barthels. De ouders van de rijke leerlingen
betalen aan de meester 0,50 frank (iets meer dan 1 eurocent) schoolgeld
per maand.
1840De school telt s winters 60
jongens en 54 meisjes. Dat is meer dan 100 kinderen in één klas! 40 kinderen
genieten gratis onderwijs.s Zomers zijn er gemiddeld 30 aanwezigen.
1854Aanstelling van een
hulponderwijzer.
1862Start van een vrije meisjesschool
door Dame Elisabeth Comtesse de Roose de Baisy, weduwe van
Amédée de Beauffort. Zij is de eigenares van het Kasteel van Boechout. De
kinderen ontvangen er kleding en dagelijks een warme maaltijd. Hierdoor
verliest onze school veel meisjes.
1867Oprichting van een avondschool
voor ongeletterden van meer dan 14 jaar.Meester August Machiels krijgt hiervoor een bijkomende vergoeding.
188574 jongens bezoeken onze school,
waarvan er gemiddeld 32 aanwezig zijn.Vanaf nu zijn er geen meisjes meer in de school.
1894: School van Meester Franciscus De Cuyper
Pas aan het einde van de 19de
eeuw is er sprake van min of meer regelmatig schoolbezoek gedurende het hele
schooljaar. Zelfs dan nog... Op bovenstaande foto is bijna de helft van de
ingeschreven kinderen afwezig.
Rond 1900 kan een derde van de
bevolking van Meise niet lezen of schrijven.
314 Leertuin III
1901 - 1950
1901Oprichting van de tweede klas, met als onderwijzer Athenaas
Van den Boeynants.Deze wordt
schoolhoofd te Sint-Brixius-Rode in 1922.
1902Het plan voor een nieuwe school met 2 klassen en een schoolhuis
(woning van het schoolhoofd) wordt goedgekeurd. Voor het gemeentehuis waren er
2 kamers voorzien en een gevangeniscel.
1904Invoering van kosteloos onderwijs, met als bijzondere opdracht
van het gemeentebestuur elke dag een half uur Fransche les.
1905 In de winter is er
soepbedeling voor de minderbegoeden.
1907 Uitbreiding van de school.
Het is de huidige muziekacademie die op dit ogenblik volledig vernieuwd wordt.
1914 De leerplicht tot 14 jaar wordt ingevoerd (en wegens de Eerste
Wereldoorlog pas gecontroleerd vanaf 1919). De kinderarbeid (tot 14 jaar) wordt
afgeschaft.
Merk op dat er in ons land geen schoolplicht
bestaat. Privéonderwijs is toegestaan, maar deze leerlingen moeten een
eindproef afleggen voor een examencommissie van het departement onderwijs om
een diploma te behalen.
1915Einde van het avondonderwijs voor ongeletterden wegens de oorlog.
Er is na zonsondergang een uitgaansverbod ingesteld door de bezettende
overheid.
315 Leertuin IV
1920: Klas van Meester Athenaas
Van den Boeynants
1921 De school telt ongeveer 125
leerlingen. Oprichting van de derde klas, met als onderwijzer Victor Krokaert.
Meester Krokaert is schoolhoofd vanaf 1933
1940Uitbreiding van de school met een vierde klas. Deze wordt
ondergebracht in de zaal bij Louis Huyghens (huidige bibliotheek) en later bij
Raoul De Vroede (huidige doe-het-zelfzaak).
In de vierde graad (7de en 8ste leerjaar)
worden bijzondere lessen gegeven over landbouw, witloofteelt en het verzorgen
van de dieren.
1949 Vergrotingswerken worden
uitgevoerd.
1976: Oud wapenschild van de
Gemeente Meise tot de fusie ontworpen door Schoolhoofd Willem Rosiers.
1951 - 1971
1955 De gemeente kent 40 frank (1 euro) toe per leerling voor de
prijsuitdeling.
1959Een aantal leerlingen uit Eversem en Limbos worden door Cars Marie-Thérèse (René Verhest uit
Sint-Brixius-Rode) naar school gebracht met een busje van 18 plaatsen.
1960In het
lessenrooster staan verplicht wekelijks drie uur godsdienst-onderricht of les in
zedenleer.Op 21 september treedt Jef De
Cuyper in dienst en geeft de eerste graad. Hij is Chiroleider en de combinatie
zorgt voor groei in de school.Elk jaar
komt er een klas bij.
1967Op 1 september wordt Jozef Van Eeckhout schoolhoofd.Het gemeentebestuur zorgt voor warme
maaltijden. Deze worden opgediend in de meisjesschool omdat onze school niet
over een eigen eetzaal beschikt. Op 1.11 start Het Audiovisueel Centrum in het
huis Janssens naast "Den Beiaard".
1968 Een gesplitste klas wordt tijdens de dag onder gebracht in het
Audiovisueel Centrum.
1970Zaterdag is een vrije dag. De hele schooldagen worden met 1
lestijd verlengd. De kinderen krijgen na
schooltijd opvang om hun taken af te werken.
1971Onze school telt 8 klassen. Door het groeiend aantal leerlingen
is het schoolgebouw veel te klein geworden. Er zijn 5 klaslokalen te kort. De
school ligt op dat ogenblik verspreid over liefst 3 plaatsen: het vroegere
schoolgebouw (nu de muziekacademie), het Chiroheem in de Krogstraat en het huis
van de familie Janssens in het dorp.
316 Leertuin V
1972Het nieuwe schoolgebouw wordt op 6 januari 1972 in gebruik
genomen. Het Audiovisueel Centrum krijgt 2 klassen en het talenpracticum, dat
uitgebreid werd tot 48 cabines. Op het oorspronkelijk plan van de school was er
zelfs een lokaal voorzien voor de bibliotheek.De sporthal en het zwembad zijn in aanbouw.
1975De kinderen kunnen vóór schooltijd terecht in de ochtendopvang.
s Avonds worden alle klassen gebruikt voor het Audiovisueel Centrum voor
volwassenenonderwijs.
1976Fusie van de scholen Meise-Centrum en Sint-Brixius-Rode tot
Gemeentelijke School Meise. Deze samengevoegde school telt 217 leerplichtige
kinderen (lagere school) en 10 klassen. Er zijn op dat ogenblik 3
kleuterklassen in Sint-Brixius-Rode.
1981De school (afdeling De Leertuin) is, na bijna 100 jaar, opnieuw
een gemengde basisschool. De school telt 6 lagere klassen en 1 kleuterklas met
15 kleuters van alle leeftijden.
1982Eerste uitbreiding van het schoolgebouw met 3 klaslokalen en een
bureau voor het gebouw.De helft van de
eerste verdieping wordt ingenomen door Judoclub Mansio.
1986 De school viert haar
honderdvijftigjarig bestaan met een wervelende kindershow, een receptie met
gelegenheidstoespraken, een diashow, een barbecue en een avondfeest.
1992De school telt 3 kleuterklassen en 6 lagere klassen.
317 De Leertuin VI
1996Na 20 jaar is De Leertuin opnieuw een zelfstandige school.
1997Onze school groeit fors. Tweede uitbreiding van het schoolgebouw
met opnieuw 3 klaslokalen.
2007Bouw van 2 prefabklassen.
2009Oprichting van de leesplek naar aanleiding van de ondernemingszin
van de 5de klassers. Zij wonnen hiermee de 1e prijs.
Tijdens de middagen krijgen
kinderen de kans om even weg te dromen in een spannend of mooi verhaal. Ook
ouders kunnen samen met hun kinderen een leesmoment inlassen na een drukke
werkdag.
2012: Uitbreiding van de
speelplaats
De school maakt gebruik van het
grondgebied voor de school. Bij mooi weer komen de kinderen tot rust in deze
groene oase.
2012: Fietsenstalling
Voor de school wordt een
fietsstalling geplaatst om milieuvriendelijke verplaatsingen met de fiets te
stimuleren.
23
juni
2012: De kindjes van de derde kleuterklas nemen een duik in de geschiedenis
naar aanleiding van het 175-jarig bestaan.
Onthulling nieuwe logo
Vakantie 2012 De
school breidt opnieuw uit. De gemeente stelt ons de lokalen van de VZW ter
beschikking zodat er 3 extra klaslokalen gecreëerd
De muziekschool startte in Meise via de Jeugdraad : ...
In 1973 werd een overeenkomst gesloten waarin de muziekschool een filiaal zou worden van Strombeek en het volwassenenonderwijs een filiaal van het AVC in Meise. Eerste directeur : Leopold Jan Pieter Biesemans nam de fakkel over in ... Onder zijn impuls ontstonden de aperitiefconcerten die gepromoot werden door het Kunstspectrum
Hij werd opgevolgd door ... dirigent van het Carmina Koor. In 2013 stopte hij en nu nam ... de fakkel over.
Ondertussen werd het oude gemeentehuis van Meise, waarin de Academie een onderkomen vond, gerenoveerd. De voorgevel van dit geklasseerd gebouw werd bewaard. Zie ook nr. 7 voor het gebouw.
In 1967 startte het Audivisueel Centrum in een oud herenhuis in het centrum van
Meise met een talenpracticum met 6 talen Duits, Engels, Frans, Italiaans,
Spaans en Nederlands. Talenpracticum
over Audiovisueel Centrum naar CVO Meise-Jette
Eén van de belangrijke realisaties die in Meise ooit tot stand zijn gekomen is
ongetwijfeld de installatie van een hypermodern talenpracticum, dat zoveel
jaren later aangevuld wordt met een rijk gevarieerd aanbod van cursussen in
alle mogelijke deeltakken van de wereldwijde informatica.
De oprichting van een moderne taalschool in avondonderwijs voor volwassenen
ontspruit in 1967 in het brein van de nieuwbakken schepen van onderwijs Jos
Chabert. Hij is nauwelijks een paar jaar geïnstalleerd en pakt uit met
een innoverend initiatief dat beantwoordt aan een reële nood aan degelijk en
aangepast taalonderwijs.
In een gemeentelijk rondschrijven aan de bevolking peilt het schepencollege
vooraf naar de interesse van de bevolking om in de toekomst te kunnen genieten
van dit aanstekelijk aanbod.206
inwoners gingen hierop in.
Begin november 1967 is het dan zover en opent het talenpracticum in het huis
Janssens in de Brusselsesteenweg, naast het dorpscafé Den Beiaard, in het
centrum van de gemeente. Het juweeltje van technisch vernuft wordt in
aanwezigheid van onder meer kabinetsattaché Rombauts en Omer Grawet, adviseur
bij het kabinet van Nationale Opvoeding officieel ingewijd. Honderden
geïnteresseerden maken er kennis met het hypermoderne talenpracticum dat bestaat uit 24 afzonderlijke cabines,
elk voorzien van een bandrecorder en bijhorende micro - hoofdtelefoon,
verbonden met een commandobord met afstandsbediening voor de leerkracht.
De firma
koos de naam Audio Visuel Centrum.
Met dit comparatief en zelfcorrectieftalenpracticum kan in de korst mogelijke tijd een nieuwe taal
ingeoefendworden. Dankzij dit
nieuwe systeem kan de student tijdens het onderricht, langs de hoofdtelefoon
zijn uitspraak vergelijken met die van de leerkracht en zichzelf
verbeteren. Die eerste installatie kostteongeveer drie kwart miljoen Bfr.
In zijn gelegenheidstoespraak benadrukt schepen Chabert, dat hij met dit
initiatief de plaatselijke bevolking en ook het ruimere publiek van het gewest
via passend taalonderwijs een hogere standing wil bezorgen en dat hij zo wil
bijdragen tot het wederzijds begrip dat begint bij het elkaar verstaan.
In de beginfase noteren de inrichters meer dan 300 inschrijvingen, waarvan 150
voor Engels, 80 voor Duits, 70 voor Frans, 50 voor Nederlands, 30 voor
Italiaans en Spaans. Twee lesuren per week kosten 1000 Bfr. ; jeugd die
buiten de gemeente schoolloopt betaalt 500 Bfr.
De in de plaatselijke scholen schoolgaande jeugd krijgt de kans om gratis
opgeleid te worden in het talenpracticum, vooral dan om het Frans degelijk
machtig te worden.Het AVC zorgde ook
voor een Audiovisuele methode voor kinderen Bonjour Line en zorgde zelf voor
de bijscholing van de onderwijzenden van alle netten in Meise.
Bij de start worden ook lesgevers van ter plekke aangeworven. Betty De Vriendt begeleidt de beginnelingen
Engels ; Thierry Lause krijgt de jeugd voor Frans op woensdagnamiddagen;
Fernand De Ceulaer neemt Duits voor zijn rekening;Hugo Bousset neemt de gevorderden Engels;
Henri Degraef zorgt voor gevorderd Frans; Irma Noacco geeft Italiaans en Miguel
Echeverria Spaans; Nederlands werd aanvankelijk gegeven door Paul
Bautil. Het succes van die allereerste initiatie groeit zienderogen,
zodat moet worden uitgezien naar een betere locatie.
Er werd
zoals in de wet voorzien een bestuurscommissie geïnstalleerd met als eerste
voorzitter Jan Vits en Emile Durant, Van Houtte, Remi Van de Cauter en Maria
Vertessen.Zij hadden verregaande
pedaogische bevoegdheid en vormden mee de examencommissies. Zij bleven (tenzij
overleden) tot 2008 belangloos ten dienste staan van de school en drukten zo
mee een stempel op het AVC.
Jef De
Cuyper, onderwijzer aan de lagere jongensschool met een diploma hogere
pedagogische studiën,krijgt van schepen
Jos Chabert de opdracht, de geplande taalschool in al haar consequenties uit te
bouwen tot een voor iedereen aantrekkelijk onderwijscentrum. Dank zij
zijn totale inzet, hij staat dag en nacht op de bres, volgt elke cursus, elk
nieuw gegeven op de voet en slaagt erin na twee jaar ononderbroken management,
de erkenning te bekomen van de als volwassenenonderwijs gestarte
taalschool. Vanaf dan worden de leerkrachten betaald op de personeelsrol
van het ministerie van Nationale Opvoeding.Hij werkte met zijn wedewerk(st)ers een eigen didactisch profiel uit
met de universele naam Collegium Linguarum en zorgt zo voor eigen bijscholing
van de leerkrachten.
In 1968
reeds werd gestart met de audiovisuele en structureel globale methode na een
stage van Rik Degraef en Jef De Cuyper in Mons, waar zij het postgraduaat SGAV
behaalden.Deze methode is de eerste
echte internationaal gereputeerde methode voor talenonderwijs aan
anderstaligen, en breekt met de vroegere methodes die gestoeld waren op
didactiek Moedertaal.
In de loop van zijn alleszins briljante carrière van directeur van het
aanvankelijke talenpracticum, het latere AVC, verwerft Jef De Cuyper het
universitair diploma Geaggregeerde Hoger Secundair Onderwijs Rechten
Criminologie.Hij verdiepte zich tevens
in Psycho- Pedagogisch Didactisch Onderzoek.
Nog voor
de overgang naar het nieuwe onderwijscomplex rechtover de muziekschool, wij
schrijven, einde juni 1971, is de school in staat de eerste einddiplomas uit
te reiken
Directeur Jef de Cuyper is een bijzonder gelukkig man. Want in zeer korte
tijd telt de taalschool zon 650 leerlingen. Leerkrachten en
administratief personeel vormen samen een groep van 21 mensen. 19
studentenslagen in het eindexamen over
elementaire kennis van het Spaans, Frans, Engels, Italiaans, Nederlands of
Duits. 122 leerlingen slagen in de onderscheiden overgangscursussen.
Engels is op dat moment de meest gegeerde taal.
Na vier jaar grondige studie Engels worden de eerste einddiplomas uitgereikt
aan Helena Rose-Verreth, Maria Wille, Adeline Goethgebeur, Frank Standaert,
Alfons Borghmans, Theo Desmedt en Désiré Maes.Zij vormen later de Studenten en Oudstudentenbond.
In het Willy Van den Berghecentrum (Sport en reacreatiecentrum en
Onderwijscentrum) dat in 1972 wordt ingehuldigd, krijgt ook hetAudioVisueel Centrum, vanaf het nieuwe
schooljaar 1972-1973 een vaste stek. De oorspronkelijke installatie wordt
aangepast en aangevuld tot 48 plaatsen
en 2 commandopanelen.Het
talenpracticum beantwoordt volledig aan de eisen van het geprogrammeerd
onderricht : Audio, Actief, Actief-Comparatief, Zelf-Correctief (systeem
Ley). Er komt een opnamestudio
om de lessen voor te bereiden.De
klassen worden uitgerust met diaprojectoren, klankinstallatie en
overheadprojectie. Secretariaat en bureau van de directeur zijn
ondergebracht in een aanpalende ruimte van de nieuwe gemeenteschool in
polyvalent gebruik. Voor het theoretisch onderricht maakt de nieuwe
taalschool gebruik van de bestaande klaslokalen van de lagere
gemeenteschool. Ook in de nieuwe vestiging worden zes talen aangeleerd :
Engels, Frans, Spaans, Nederlands, Duits en Italiaans.In 1985 wordt het aantal studenten met 2000
studenten overschreden.
Op
initiatief van mevrouw Chabert, ondertussen schepen met haar collega Marcel
Belgrado gestart met dagtaallessen.Deze
gaan grotendeels door in de muziekschool.Maar de school barst stilaan uit haar voegen en dubbel gebruik wordt
onhoudbaar.Er worden nog drie klassen
bijgebouwd naast de judozaal.Het talenpracticum wordt uitgebreid tot 63
cabnes en drie commandopanelen.
Zo konden
jonge leerkrachten in hoofdambt beginnen, want tot dan cumuleerden zij met een
functie in het dagonderwijs.
In
1987op vraag van schepen Catry konden
wij de laatste Nederlandstalige gemeenteschool voor volwassenen, een
eenklassige school Huishoudelijk Naaien overnemen in Jette.In 1988 werd door een uitzonderlijk K.B.
toelating gegeven om te beginnen met gesplitste klassen van alle afdelingen in
het HRIPB in Jette, achter het UZ VUB.Dat was een succes met onmiddellijk 500 studenten en op korte tijd zaten
er meer studenten in Jette dan in Meise. De afspraak was dat de lokalen gratis ter beschikking gesteld werden en dat Jette de publiciteit voor Brussel ten laste zou nemen.
In 1989
lanceert de school cursussen voor andere Europese talen.Grieks en Portugees worden toegevoegd aan het
pakket.
In 1989
wordt gestart met Informatica, maar de school mocht enkel cursussen inrichten
van 8 u. per week op jaarbasis.Dat zware
programma remde de instroom af.
In 1990
verhuist de school in het internaat Kindje Jezus in de Stationsstraat 15 in Wolvertem.Enkel het bureau van de directeur en 21
kabines talenpracticum bleven in Meise.Op dat ogenblik volgen 2480 studenten les in
het Audiovisueel Centrum voor Volwassenenonderrwijs.
Door
allerlei besparingen en beperkingen daalt het aantal studenten, maar in1995 kon
door een intense kwaliteitsrevolutie de opwaartse trend opnieuw ingezet worden.
In
1996kocht de gemeente de Sancta Maria
lokalen, verder in de Stationsstraat 29.
Op 1
september 1996 met 29 jaar dienst als directeur kan Jef De Cuyper met pensioen
gaan. De afspraak was dat hijvoorzitter
werd van de Bestuurscommissie, zeker voor 5 jaar en tot aan het nieuwe decreet.Dat gebeurde en in 2000 werd dit
bestuursorgaan, op initiatief van de nieuwe directeur Luc Ooms omgevormd
tot een adviescommissie die tot 2002 samen geroepen werd.Op 5.8.2008 werd de adviescommissie de facto
door de naamsverandering van de school afgeschaft en besluit Jef De Cuyper een
carrière van 41 jaar.
Na de
oppensioenstelling van directeur Jef De Cuyper volgt de aanstelling van
leerkracht Engels Luc Ooms, verantwoordelijke voor de administratie. Hij
is de tweede directeur in de geschiedenis van het AVC en zoals zijn voorganger
een geboren en getogen Meisenaar. Luc Ooms was jaren de rechterhand van
Jef De Cuyper en zij bouwden samen een testsysteem uit met meerkeuzevragen en
hij automatiseerde de volledige administratie zelfs in netwerk met de vestigingsplaats
Jette.
Luc Ooms
bestuurt de taal en informaticaschool gedurende ruim 10 jaar, namelijk van 1
september 1996 tot 31 december 2006. Hij debuteert als leraar Engels in
de loop van het jaar 1970 en blikt met grote tevredenheid terug op een zeer
geslaagde carrière van zowat 36 jaar in dienst van het AVC.
Een terugblik op tien jaar directeurschap van Luc Ooms leert dat het aantal
cursisten Nederlands voor anderstaligen enorm gestegen is. Onder zijn
beleid betekent dat meer dan 1000, wat een opvallende verdubbeling
betekent. Luc Ooms verduidelijkt : Zon 90 nationaliteiten volgden de
lessen Nederlands . De taallessen worden in zogenaamde modules georganiseerd,
wat wil zeggen dat de cursist op verschillende tijdstippen in het schooljaar kan
inschrijven. De lessen informatica zijn bijzonder in trek. Het
studentenaantal Informatica is verdriedubbeld en bereikte een piek van maar
liefst 1000 leerlingen.
Sinds 1 januari 2007 wordt het AVC, tussendoor ook wel eens betiteld als AVC
CVO ( CVO staat voor Centrum Volwassenen Onderwijs) geleid door Ria Gauchie, de
eerste vrouwelijke directeur. Haar werkterrein, nog steeds in de gebouwen
van het vroegere Sancta Maria in de Stationsstraat, nummer 29 in Wolvertem. De nieuwe directrice is
al een poosje vertrouwd met de werking doordat ze in 2002 halftijds
co-directeur werd.
Zij is in het bezit van het einddiploma Germaanse filologie en het postgraduaat
SGAV. Reeds in dienst vanaf 1985 als leerkracht en in 1986 als
onderdirecteur wordt zij tijdens het directeurschap van Luc Ooms vanaf 1
januari 2003 ingeschakeld als halftijdse co-directrice. Zij is afkomstig
uit het naburige Merchtem.
Onder haar leiding tracht de school in te spelen op nieuwe maatschappelijke
ontwikkelingen. Zij verduidelijkt : « Via het internet kunnen wij thans
verschillende cursussen deels op afstand volgen. Zo is het mogelijk onder
meer Grieks, Nederlands en Frans te leren. De ene week krijgt de student
(e) gewoon les in de klas, de andere week maakt hij of zij oefeningen thuis,
waarbij de leerkracht via e-mail begeleidt. Nieuw zijn de taalcursussen
Pools en Chinees. Verschillende talen kunnen nu in een zogenaamd verkort
traject gevolgd worden, waardoor de cursist zich niet langer moet engageren
voor een volledig schooljaar.
Tekst Louis Becq i.s.m. Jef L.DC en L.O.
Logboek AVC
Websites en blog146
In de schoolarchieven wordt een waardevol document
bewaard waarin Zuster Marie-Philomene, algemene overste van de Zusters van
Maria uit Braine-lAlleud, de feestelijke aankomst beschrijft van de eerste
twee zusters in Meise. Het waren Zuster Marie-Stanislas-Kostka en Zuster
Marie-Anne. De Meisenaren waren echt blij met hun komst en zorgden voor een
groot dorpsfeest.
Er wachtte de zusters een hartelijk onthaal bij kasteelvrouw Gravin Roose de
Baisy, gehuwd met Graaf Louis Leopold Amedée de Beauffort. Deze dame was de
schenker van de gebouwen van de eerste meisjesschool en het klooster in de
Beauffortstraat (het gedeelte dat nu de Brusselsesteenweg is).Het was een onvergetelijke dag in de
geschiedenis van Meise toen de gravin de sleutels van het nieuwe gebouw
overhandigde.
Diezelfde avond werden de zusters nog uitgenodigd op de pastorij en voorgesteld
aan baron dHoogvorst, de kranige 84-jarige burgemeester.Er werd lang nagefeest in het dorp.
Reeds de volgende dag, een maandag, werden de vier nieuwe klaslokalen van de
meisjesschool in gebruik genomen door een flinke groep enthousiaste kinderen.
Er werden nog een paar juffrouwen aangeworven en al vlug moest er gedacht
worden aan een vijfde klas.
De Meisenaren waren gelukkig met de komst van de zusters. Ze waren ook zeer
erkentelijkheid tegenover de gravin die dit alles mogelijk gemaakt had. Daarom
werd een gedenksteen met de wapenschilden van de families de Beauffort en Roose
de Baisy boven de ingang van het klooster aangebracht, die nu nog te
bezichtigen is.
De gravin bracht regelmatig een bezoek aan de klassen. Er werd dan door de
kinderen voorgedragen en gezongen. En het refrein van hun lied luidde steevast:
Eens
op deze schone dagen
Kwam een vriendelijk gelaat
Ener schone dame vragen
Hoe het met de kinderen gaat
Of ze stil als een muisken
Onder t maken van het kruisken
Of ze zitten flink en net
Onder t bidden van t gebed
Marie-Line
Goethals, directeur, mede namens het personeelsteam en het schoolbestuur.
Toch
niet gebruikelijk dat een Burgemeester het genoegen kent U van hieruit toe te
spreken.
De
eerste en ook enigste keer dat ik dat deed, was bij het afscheid van mijn goede
vriend XAVIER OLBRECHTS.
Doch
vandaag is het om mijn steentje bij te dragen bij de viering van 150 jaar
Sinte- Maartenschool, dus een zeer heugelijke gebeurtenis die wij op een
gepaste manier willen huldigen.
Deze
school werd door de gemeente aangenomen of erkend op 1 oktober 1884.
Dit
hield in dat de gemeenteraadsleden de klassen mochten bezoeken en lessen
bijwonen, echter zonder opmerkingen te mogen maken aan leerkrachten of
leerlingen.
Dit
is heden ten dage nog altijd zo, maar ik meen dat men nu vooraf het
schoolbestuur hiervan dient in kennis te stellen.
Persoonlijk
kan ik mij niet herinneren dat er sommige raadsleden van dit voorrecht hebben
gebruik gemaakt.
Ik
persoonlijk nooit (ben nu momenteel 22 jaar schepen van onderwijs) en
waarom NIET?
Wel,
omdat wij het volste vertrouwen hadden, en nog altijd hebben, in de
degelijkheid van het plaatselijk vrij onderwijs.
Om
terug te gaan naar 1861, toen de eerste zusters arriveerden in Meise: en of de
Meisenaren toen gelukkig waren! Zij werden feestelijk onthaald met een groot
dorpsfeest.
Door
de jaren heen waren de eerwaarde zusters de steunpilaren van de gerenommeerde
school.
Zo
heb ik zelf, van op deze plaats waar ik nu sta, eerwaarde heer Bie Boon horen
verkondigen (ik heb dit zelf gehoord, dus niet van horen zeggen of via via) dat
iedere zuster 4 onderpastoors waard was. Zij waren een zegen en zijn dat
vandaag nog steeds. Niet alleen voor de school, maar voor gans de
parochiegemeenschap.
Misschien hebben zij het niet altijd gemakkelijk
gehad.
Ergens heb ik kunnen achterhalen in de periode 1927, dat de gemeente in de
kosten tussenkwam bvb:
-voor
schoolbehoeften: 5 frank per trimester/ per leerling;
-voor
de verwarming van de klaslokalen: 2000 kg steenkool en 100 frank hout per
trimester;
-en
voor reinigen en kuisgerief: 50 frank.
Al
geruime tijd is hier verandering in gekomen dankzij de sociale voordelen en het
flankerend onderwijs.
Dit
houdt in dat de gemeente, wanneer zij uitzonderlijke voordelen toekent aan de
gemeentescholen (die buiten de werkingstoelage vallen van het Ministerie van
Onderwijs), dit ook verplicht is te doen voor alle netten, dus ook voor het
vrij onderwijs en het gemeenschapsonderwijs.
Onder
deze sociale voordelen vallen momenteel: het gratis busvervoer, de warme
maaltijden, opvang tijdens de vakantie, de sportactiviteiten zoals Het Lint
van Meise, de schoolsportdagen op de Nekker, Hopsakee, het cultureel aanbod in
de Muze, de bibliotheek en het zwembad.
Hier
is een lange weg afgelegd en terecht.
Door
de jaren heen heb ik steeds op een goede samenwerking kunnen rekenen, door de 3
pijlers waarmee ik het genoegen had om samen te werken: Zuster Veerle, Zuster
Marita en nu Marie- Line Goethals (drie directrices,
heb nog altijd moeite met mevrouw de
directeur, laat staan Zuster
directeur).
Deze
drie prachtdames hadden elk de uitzonderlijk flair om zich te laten omringen
door bekwame en toegewijde personen in het schoolbestuur.
Wie
geen vertrouwen uitstraalt krijgt er ook geen en dus kregen zij de steun die
zij ten volle verdienden.
De
Sinte- Maartenschool is eerst en vooral een parochiale school, die trouwens
ooit heel klein begonnen is.
Het
achterliggend idee is steeds geweest: een school in de nabijheid, voor de
kinderen van het dorp. Met de uitdrukkelijke bedoeling dat generatiegenoten uit
één en hetzelfde dorp elkaar zouden kennen. En dat ze dat zouden doen op het
moment dat zij de belangrijkste dingen leren die een mens in zijn leven ooit
moet leren: lezen, schrijven, rekenen enz.
In
de huidige context zullen we daar nog maar eentje aan toevoegen: leren met een
computer omgaan.
Tegelijk
was er uiteraard een tweede pijler: een christelijk geïnspireerde school.
Toch
is de Sinte- Maartenschool momenteel uitgegroeid tot een vrij grote school met
de laatste jaren tussen de 400 en 500 leerlingen. En vele van die leerlingen
komen van buiten Meise.
Zij
hebben ooit in het schoolbestuur een vergadering gehad: Wat gaan we doen,
inschrijvingen beperken tot binnen de parochie? Neen, ze vonden dat zoiets niet
kon, en tot op heden is iedereen, ongeacht de woonplaats, welkom bij hen.
De
school zit zowat geprangd tussen een aantal andere gebouwen in het centrum van
Meise.
En
dus heeft dit open standpunt doorheen de geschiedenis wel voor heel wat
bouwperikelen gezorgd. En dat eindigt nooit. Momenteel zijn ze al druk bezig
met de voorbereiding van de bouw van een nieuw administratief centrum (met
directielokaal, secretariaat en leraarskamer) dat aan de hoofdingang van de
school zal gerealiseerd worden. De vermoedelijke start van deze werken is in de
lente van 2012.
De
basisschool is jarenlang een meisjesschool geweest, maar dat was in de
tijdsgeest van de laatste decennia van de vorige eeuw niet meer houdbaar en
sedertdien is ze, zoals alle andere scholen in Meise, gemengd.
Hun
opvoedingsproject voorziet uitdrukkelijk dat iedereen welkom is. Dit betekent
dat zij ook proberen met alle beschikbare (en dat weten we allemaal, beperkte)
middelen de zogenaamde probleemkinderen op te vangen.
Op
dit specifieke gebied willen zij eveneens uitdrukkelijk een school zijn voor
iedereen. En, neem het van mij aan, dat is lang niet altijd de gemakkelijkste
oplossing.
Want
tegelijkertijd moeten zij aan heel wat moderne regelgevingen voldoen en
voorziet datzelfde opvoedingsproject dat al hun afgestudeerde leerlingen nadien
zo vlot mogelijk kunnen meedraaien in het secundair onderwijs.
Misschien
is het goede resultaat dat velen van hun leerlingen behalen in de ons
omringende grote mastodonten van secundaire scholen, toch wel één van de
redenen dat ouders kiezen voor deze parochiale school.
Laat
mij besluiten met de oprechte felicitaties en dank aan iedereen die meewerkte
tot dat wat de school nu is, kortom een instelling om fier op te zijn.