Inhoud blog
  • Kou en pijn lijden in China
  • Voedselvergiftiging, iemand?
  • Van Kunming tot Shangrila
  • Niet zo lang geleden
    Zoeken in blog

    China
    Land of opportunies
    05-12-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kou en pijn lijden in China

    Tegenwoordig loop ik erbij als een schooier; de wasmachine heeft immers al mijn kledij voorzien van een paar scheuren en de kleur van mijn kleren is verwaterd tot een vaalgrijs. Door de slechte kwaliteit van het waspoeder krijg ik er bovendien de vlekken niet uit. Erg vind ik het niet echt, want iedere chinees blijft me maar zeggen hoe knap ik ben en ook al wordt dat wijsje oud, het doet wel iets met mijn zelfvertrouwen.

    En blijkbaar zijn het niet enkel chinezen die geïnteresseerd zijn. Vier dagen geleden heb ik een knappe Italiaan ontmoet op weg naar huis en hij bood zowaar aan om me naar huis te voeren. ‘Je biedt –mij– een ritje aan?’ dacht ik bij mezelf en bijna keek ik over mijn schouder om zeker te zijn dat hij niet aan het praten was tegen iemand achter mij. Een beetje verlegen stapte ik achterop de motorfiets en ik plaatste mijn handen op zijn schouders. Dat was niet bepaald een goed idee, want de wegen in China zijn slecht onderhouden en deze baan was verschrikkelijk hobbelig. Na een bijzonder hoge bult, greep ik dus instinctief naar zijn middel en knuffelde ik hem bijna dood (tot groot jolijt, natuurlijk). Ik probeerde mijn best om niet van het rijtuig te vallen en ondertussen de conversatie te onderhouden. Ik werd beloond, want na mijn eerste motorrit ooit, gaf hij me zijn nummer. ‘Bel me’ was de boodschap. Daar stond ik dan; ik had net de rit van mijn leven beleefd, maar ik wist zeker dat ik hem niet zou bellen. Nog twee weken en ik vertrek immers naar huis.

    Een aantal andere mensen hebben dat ook in de gaten. Meer bepaald de mensen in de fitnessclub waar ik tot mijn grote verbazing heel erg graag gezien ben. Iedere keer ik binnenkom zijn er minimum 3 instructeurs die opgewekt ‘ni hao’ bleren en ik zou me bijna niet op mijn gemak voelen, maar ik weet waarom ze zo vriendelijk zijn. Ik ben namelijk de enige daar wiens Engels vloeiend is EN wiens chinees een basislevel bereikt heeft. ‘Waarom is dat zo belangrijk voor hen?’ hoor ik je denken. Wel, ze hebben me nodig om buitenlanders te overhalen een fitnessabonnement te kopen. Een week of twee geleden was ik rustig aan het fietsen en toen kreeg ik plotseling een gsm in mijn hand gedrukt. Het nummer was al gebeld en ik kreeg een dame aan de lijn. Het duurde exact drie seconden vooraleer ik de situatie ingeschat had. ‘Hallo, mevrouw, u spreekt met Hollywood fitness club. Heeft u misschien interesse in een fitnessabonnement?’. Een luide vloek later blafte ze me haast toe ‘Nee. En vertel die sukkels dat ze me niet meer bellen, want ik spreek geen Chinees.’ Ik begreep haar volkomen. Het is inderdaad behoorlijk irritant om telefoons in het Chinees te krijgen (en ik kan ervan meespreken, want Hollywood fitness club belde me ook voortdurend).

    Hoedanook, mijn eerste promotietelefoontje had niet echt vruchten afgeworpen en ik probeerde dat duidelijk te maken aan Ai Yong, de instructeur. Hij glimlachte enkel en vertelde me dat het niet erg was. Nu krijg ik om de haverklap de opdracht om zulke telefoontjes te plegen en om eerlijk te zijn, hangt het me de keel uit, maar als ik naar Ai Yong kijk dan kan ik gewoon niet anders dan ‘ja’ te zeggen. Chinezen zijn zo hulpeloos. Mijn Chinees is over het algemeen beter dan hun Engels en ik ben hier nog maar 5 maanden. Als ik denk aan alle klanten die ze hebben misgelopen door miscommunicatie kan ik haast huilen, maar Hollywood Fitnessclub zal het zonder me moeten stellen. Ze zullen me zeker missen.

    Wat ik zal missen is het gezelschap van mijn roommates. Ook al werken ze me soms serieus op de zenuwen, toch zijn het heel erg lieve meisjes. Ik heb zelden Russen ontmoet die zo begaan zijn met de mensen rondom hen. Elke keer als ik weer aan het vloeken ben en de mensen rondom me ‘fucktards’ of ‘fuckers’ noem, zijn ze daar om China te verdedigen. ‘Het is niet hun fout’ vertellen ze me steevast na elke miscommunicatie. Spijtig genoeg hebben ze gelijk; het is hun fout niet. Het is de fout van het onderwijssysteem dat klassen van 50 studenten toelaat waardoor ze nooit persoonlijk feedback kunnen krijgen. Ik zou mijn Engels ook niet kennen als ik de leerkracht had moeten delen met 49 andere mensen.

    Wat ik niet zal missen is het ziekenhuis hier waar ik onderhand een abonnement op lijk te hebben. Vorige week nog moest ik naar het ziekenhuis omdat één van mijn vullingen was losgekomen. En dat bezoekje zal ik me nog een tijdje herinneren. De tandarts was gezeten in één van de grootste consultatiekamers die ik heb ooit gezien heb. Het was een oudere man met meer vingers dan tanden en dat alleen al boezemde me redelijk wat angst in. Misschien overdrijf ik een beetje, maar zijn tanden waren niet in de beste staat (waarschijnlijk omdat hij een kettingroker is, want ik rook zijn adem). Hij verwelkomde me met een grijns en ik nam plaats in de stoel. Ik had een vertaler gevraagd die haperend alles probeerde te vertalen. ‘Het zal een beetje pijn doen.’ Knikte hij me toe. Een beetje godverdomme?! Ik plakte tegen het plafond van de pijnscheuten die door mijn kaak schoten. De tandarts vond het niet nodig om verdoving toe te passen en was al begonnen met boren. Nog nooit heb ik zo afgezien op een tandartsstoel. En het ergste was nog niet de pijn, maar de geluiden die de tandarts maakte; het leek op iets tussen gniffelen en giechelen met af en toe een verontschuldigende ‘oops’. Ik zou haast denken dat hij ervan genoot om de ‘wai guo ren’ op zijn stoel te laten lijden. Na 5 minuten hel vertelde mijn vertaler me ‘en dit zal geen pijn doen’. Echt? Ik vertrouwde het zaakje niet, maar gelukkig werd de vulling erin geduwd en 10 minuten later was ik al weer buiten. Aan iedereen die dus een tandartsbezoek op de agenda heeft staan: ik weet zeker dat het niet zo erg kan zijn als mijn ervaring.Veel liefs uit China en tot binnenkort!

    05-12-2011 om 14:59 geschreven door Ujelly  


    21-11-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Twee van mijn doelstellingen zijn ondertussen succesvol volbracht. Vorige week heb ik namelijk twee piercings laten steken en wat ben ik er trots op. Samen met Soham, een Indier die ik ontmoet heb op de halloween party, ging ik terug naar Beijing Lu. Ik was al in Beijing Lu beland de vorige keer, maar toen had ik geen enkele piercing shop gevonden. Het leek erop dat ze enkel schoonheidssalons hadden en geen van de salons had de hygienische omstandigheden om piercings te steken. Meer nog: ze wilden mijn kraakbeen piercen met een piercinggeweer en gewone oorbellen. Als dat geen goede formule is voor een ontsteking! Bovendien was de prijs verschrikkelijk duur; ze vroegen 20 euro voor 1 piercing; dan kon ik het evengoed laten doen in Belgie.

    Maar goed, Soham wist me te overtuigen dat hij wel een goede piercing shop wist zijn, want hij had daar zijn tattoo laten zetten. Ik vroeg hem of de hygiene wel ‘up-to-date’ was waarop hij me aankeek met een ongelovige uitdrukking en hij uitbracht ‘Ik ben een dokter. Ik hecht heel veel belang aan hygiene.’. Die redenering was nog zo zot niet en dus ging ik vorige week zondag op stap met de Indier die veel weghad van een teddybeer en een kop groter was dan ik. Eens in Beijing Lu loodste hij me door de grote winkelstraat en we belandden in een kledingwinkel. Blijkbaar was de tattooshop er niet meer en teleurgesteld trok ik een pruillip. Hij beloofde het aan een paar voorbijgangers te vragen en zo eindigden we alsnog in een klein kraampje, in een klein steegje. Soham verzekerde me dat het eigenlijk geen kwaad kon om een piercing gun te gebruiken, maar hij stond erop dat de eigenares van het miniwinkeltje mijn oor eerst ontsmette en een nieuwe oorbel uit de verpakking haalde waarop stond ‘stainless steel’.

    Ik plofte neer op het kleine stoeltje en haalde diep adem. Twee seconden later zat de oorbel er al in en ik moest bekennen dat het niet zo veel pijn deed. Precies vijf minuten later kreeg Soham een telefoontje van een goede vriend en ik hoorde hen praten in Hindi. ‘Goed nieuws’ zei hij met een glimlach ‘mijn vriend heeft hier ook een tattoo laten zetten en heeft het adres doorgegeven’. Twintig stappen verder eindigden we in een tattoowinkel die inderdaad al het juiste materiaal had; er was de chirurgische stoel, de steriele naalden (allemaal nog in verpakking), de tangen en de handschoenen. Ik gaf mijn fiat en nam toen plaats op de stoel om nog 2 piercings te laten zetten, want ik had mezelf beloofd dat ik niet voor minder dan 3 zou gaan.

    De vrouw wierp 1 blik op mijn oor en ik hoorde haar misnoegd snoeven. Met Soham als mijn vertaler vertelde ze me dat de oorbel scheef in mijn oor was gepierced en ze stelde voor om hem uit te doen.Geen probleem; de oorbel vloog de vuilnisbak in. Dan nu het echte werk; ik wilde namelijk een daith piercing: kwestie van het motto hoog te houden dat zegt ‘We zijn in China dus we doen dingen die verschrikkelijk veel pijn doen’. En pijn heb ik geleden. Met drie man hebben ze me moeten stilhouden wanneer ze de plaats probeerden te piercen en ik heb daar zowat de hele straat bijeengeschreeuwd. Door mij zijn de Belgen daar nu waarschijnlijk bekend als grote watjes, maar ah, het kon me niet schelen. Na de daith piercing begon ik toch een beetje schrik te krijgen om nog eentje te laten steken, maar alweer kon ik op Soham rekenen. ‘Het kraakbeen daar is niet zo dik dus het zal niet zo veel pijn doen’. Hij had helemaal gelijk en de tweede piercing ging er zonder problemen in. Aangezien mijn oor onderhand op een ijzerwinkel begon te lijken, besloot ik dat twee extra piercings genoeg waren (ik had er immers al twee, dus in totaal vier).

    Eens terug in mijn woonwijk voelde ik me dapperder dan ooit en ik besloot om nog een doelstelling te volbrengen. Ik wachtte tot er een paar voorbijgangers zouden passeren en snoof de vieste rochel op die je je kan inbeelden (met de passende geluiden) om die daarna met veel kracht op de stoep te spuwen. Vol verwachting keek ik naar de Chinezen in het voorbijgaan, maar drie keer raden: geen haan die ernaar kraaide. Misschien dat ik de volgende keer gewoon mijn broek afsteek om hen te choqueren, maar ik weet zeker dat ze zelfs daar niet van zouden opkijken. We hebben immers al een buur die te pas (eigenlijk niet) en te onpas in zijn ondergoed op straat verschijnt, sigaret in de mond en bouwvakkersspleet paraat. Nog 4 weken in dit hellegat en dan kan ik weer naar de beschaving!

    21-11-2011 om 05:42 geschreven door Ujelly  


    12-11-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Voedselvergiftiging, iemand?

    ‘t Is alweer een tijdje geleden dat ik hier mijn gedachten heb neergepend. Een tijdje? Meer dan 2 weken in elk geval, maar ik heb er mijn redenen voor. Allereerst, ben ik in het ziekenhuis beland met een serieuze voedselvergiftiging en blijkbaar zijn mijn maag en darmen nog steeds niet echt blij met het Chinese voedsel, want af en toe heb ik nog oprispingen en mijn vorige dag vrijaf heb ik alweer in het ziekenhuis gespendeerd voor een aantal onderzoeken. Ik weet in elk geval wat de voedselvergiftiging veroorzaakt heeft: sushi. Dan ben ik in China en dan doe ik een voedselvergiftiging op door Japans voedsel te eten. De ironie is snijdend.

     

    Gelukkig zijn er ook nog plezierige ervaringen. Ik heb me bijvoorbeeld ingeschreven in een fitnessclub en ga nu drie keer per week naar de yogales. Af en toe probeer ik ook ‘fitball’; een sport waarbij je truukjes moet uitvoeren zowel onder, naast en op de bal. Omdat ik de grootste in de zaal ben, krijg ik ook steevast de grootste bal, maar helaas ben ik niet in proportie met het ding dat ik krijg en daardoor ben ik altijd het hilarische middelpunt van iedere les; die buitenlanders toch! Ik heb ook een aantal keer pilates uitgeprobeerd, maar ik voelde me zo stijf na de les dat ik er nu wijselijk ‘nee’ tegen zeg.

     

    Ik heb ook een merkwaardig verschil opgemerkt tussen Chinezen en Westerlingen; chinezen kunnen uren gehurkt stilzitten en ze doen dit met de voetzolen plat op de grond. Wanneer ik dat probeer val ik voorover of achterover. Ik denk dat mijn kuitspieren niet lang genoeg zijn en dat jarenlang training zijn voorafgegaan aan dat schijnbare moeiteloze hurken. Chinezen zijn over het algemeen ook leniger dan Belgen (of in elk geval leniger dan deze Belg). In de Yogales maakt iedereen zonder problemen de lotus en wanneer ze hun tenen moeten aanraken dan doen ze dit met de handen tot plat op de grond. Ik ben bijna jaloers, maar dan herinner ik me dat de gemiddelde Chinees bijna tot geen lichaamshygiene heeft en dat ze een kop kleiner zijn dan ik. Bovendien ben ik min of meer uniek in dit land (of dat maak ik mezelf toch wijs).

     

    Er zijn nog een aantal ervaringen die ik zou willen neerpennen, maar ik heb er geen tijd voor! Nog 20 minuten en ik moet werken tot 17h30, al springend mijn klassen entertainen en dit alles met een glimlach. Om eerlijk te zijn, wil ik nu echt terug naar Belgie. Ik dacht dat werknemers hun ontslag minimum een maand op voorhand konden indienen, maar aangezien ik niet werk met een geschreven contract (iets wat ik nooit meer zal doen, lesje geleerd), heb ik niet echt een poot om op te staan en blijf ik dus tot de 19e december. Ik zal het wel overleven, zeker?

     

    In elk geval is dit mijn lijstje van dingen die ik wil kunnen of die ik nog wil doen vooraleer ik China verlaat:

    1. De lotuszit kunnen uitvoeren en kunnen hurken als de Chinezen.

    2. Een gezonde maaltijd bereiden met enkel inheemse groenten.

    3. Nog een paar piercings laten zetten in mijn linkeroor.

    4. Een degelijke boekenwinkel vinden die Engelse boeken verkoopt.

    5. Tegen een Chinees zeggen ‘Ik hou van je’ en zijn reactie afwachten.

    6. Naar een club gaan en een praatje slaan met de poetsvrouw.

    7. Spuwen op de vloer zonder gene in het midden van het busstation.

    12-11-2011 om 01:49 geschreven door Ujelly  


    26-10-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Van Kunming tot Shangrila

    Aankomst in Kunming, 7 oktober, 11u55 ‘s avonds

    Yana en ik hadden net een twee uur lange vlucht overleefd en stonden ietwat verdwaasd in de luchthaven een minikaartje van de stad te bestuderen. Mijn reisgids, een trotter van 2009, vertelde me dat we het best naar het Oostbusstation gingen en omdat we te koppig waren om een taxi te nemen, gingen we te voet de donkere hoofdstraat in. Ons kaartje had echter geen legende en het was vervloekt moeilijk om de afstand in te schatten; na ongeveer een klein uurtje wandelen en een ‘hallo, waar is het Oostbusstation’ te veel, besloten we even op adem te komen en onze kansen in te schatten. Ik stelde voor naar het dichtstbijzijnde politiekantoor te gaan en te vragen of we daar een paar uur mochten blijven in de lobby, want de temperatuur was aan het zakken en mijn tenen vertelden me dat het vriespunt nabij was. Yana was het met me eens en we stapten een politiekantoor binnen; daar probeerden we met handen en voeten uit te leggen dat onze bus vertrok de volgende dag om 6u aan het Oostbusstation en dat we geen hotel hadden geboekt, want dat ging ons te duur uitvallen en het was potverdrie toch niet de moeite waard om meer dan 50 yuan te betalen om daar 4 uurtjes te verblijven.

    Er viel een korte stilte, maar toen begonnen de politiemannen wild te discussiëren met elkaar. Van wat ik kon verstaan waren ze het niet eens met onze keuze van het Oostbusstation. Kunming heeft namelijk 4 busstations, moet je weten, en elk busstation heeft andere bestemmingen. Op dat moment kwam een andere politieagent terug van zijn avondronde en er viel nog een korte stilte terwijl de andere agenten hoopvol opkeken. Het was duidelijk dat de nieuwkomer het alfamannetje was; zijn serieuze blik en relaxe blik waren niet toevallig, noch de cigaret die hij met veel flair opstak. Bovendien kon deze alfa een mondje Engels, wat hem nog meer prestige in de groep opbracht. Met veel gesten nam hij zijn GSM en belde hij (zo vertelde hij in gebroken Engels dat ik met veel moeite kon ontcijferen) het busstation.

    Hij maakte ons vervolgens duidelijk dat we de grootste idioten waren om ’s nachts over straat te wandelen en bovendien naar het verkeerde busstation. Ik viel uit de lucht. ‘Het verkeerde busstation?’ vroeg ik hem, mijn reisgids in de aanslag. ‘Ja hoor, het Oostbusstation is vorig jaar verplaatst en doet geen ritten meer naar Shangrila. Enkel het Westbusstation doet dat nog en dan ga je wel de verkeerde richting uit.’ De andere agenten lachten moedwillig om zijn mopje, blij om in zijn gratie te komen. Ik kon er allerminst om lachen; de busstations mochten dan wel eens hun website update, godverdomme! Ik bleef echter glimlachen en vroeg hem of we hier een paar uurtjes mochten blijven aangezien het vervloekt koud was buiten. Ik had al de comfortabele zetels in de hoek bemerkt en ik had er geen probleem mee me daar voor een paar uurtjes te settelen, maar blijkbaar krijgen enkel criminelen die voorkeursbehandeling, want hij vertelde ons dat het absoluut onmogelijk was om hier te blijven. Nee, hij was zelfs zo vriendelijk om ons een taxi te bellen zodat we stante pede naar het juiste busstation konden afzakken; ik bedankte hem, maar niet echt van harte, want mijn vingers waren ondertussen ijslolly’s.

    Een klein half uurtje later, 1u30 ’s nachts, kwamen we aan bij een afgelegen busstation. Voor de gesloten glazen deur zagen we twee Chinezen met bagage en we sloten ons bij hen aan. Ik haalde mijn fleecepull boven en mijn regenvestje en duffelde me in, maar de wind sneed recht door mijn regenvest en deed me bibberen van de koude. Ik vroeg in mijn koeterwaals dat voor Chinees moet doorgaan of het busstation al gauw zijn deuren opende, maar daar kon ze geen antwoord op geven. Ik plofte uitgeput neer op de grond, maar dat bleek een slecht idee te zijn. Toen ik opstond, brabbelde ik in het chinees ‘mijn gat heeft koud, net als ijs’ en de sfeer werd er wat beter op toen onze 2 Chinese medelijders hartelijk begonnen te lachen. Het lachen verging me echter toen ik rondkeek en geen bankjes vond. Het enige waar je op kon zitten, was de boord van het busstation, maar de 2 Chinezen zaten daar al en een derde passagier kwam aan die maar al te graag de derde plek inpikte. Zo stonden we daar, 5 uur en 30 minuten, verkleumd tot op het bot, vooraleer het busstation zijn deuren opende en we een ticket konden kopen met de hulp van Chinese dame die een klein beetje Engels kon. Aangezien onze bus pas vertrok om 9u (en niet om 6u zoals de Trotter zei), hadden we nog tijd om met de dame een kopje thee te drinken in een lokaal restaurantje. Vooraleer we op onze bus stapten, vergezelde ik Yana nog naar het openbare toilet (een chinees toilet versterkt trouwens enkel een vriendschap; ik heb immers nog nooit naast iemand neergehurkt die zonder gêne een heel schetensalvo op me losliet) en dan gingen we op weg.

    De foto’s van deze eerste etappe kan je hier terugvinden: http://photobucket.com/kunmingarrival

    Rit naar Shangrila, 8 oktober, 9u ’s ochtends tot 5u ’s avonds

    De bus was een allegaartje van Chinezen, maar tot onze verbazing vonden we ook een andere buitenlander. Hij bleek echter even arrogant te zijn als de politieagent, maar ik slaagde erin toch wat informatie los te priegelen. Hij was 15 jaar oud, ging naar een internationale kostschool in Kunming en ging om de 3 weken naar huis in Shangrila (een reis waarbij hij ongeveer 11u op de bus doorbracht). Zijn Amerikaanse ouders waren naar hier gekomen om een beter leven te beginnen en zoals zo veel buitenlanders pasten ze in het profiel van ‘niet universitair ongeschoold, maar verdomd slim genoeg om een business op te starten’. Bart, mijn baas, heeft ook enkel een secundair diploma en hij is één van de intelligentste mensen die ik hier in China heb ontmoet. Alles wat ik hier in China zie, brengt mijn geloof in de absolute noodzaak van een diploma aan het wankelen; hier is een diploma immers enkel een papiertje.

    We lieten de verwaande buitenlander links liggen (hij had toch geen interesse om met ons te praten) en richtten onze aandacht op de weg die langzaam aan begon te veranderen. We zagen bergen en bovenal: de blauwe hemel met wolken. Yana liet zelfs een verrast kreetje uit ‘dit zijn de eerste wolken die ik in 2 maanden gezien heb!’. Ik kon het enkel met haar eens zijn; Guangzhou’s hemel bestond namelijk enkel uit een ongedefinieerde massa grijs. Tijdens onze reis maakten we een aantal tussenstops zodat we ook het uitzicht van de bevolking zagen veranderen. Hun huid werd donkerder, hun ogen varieerden van donkerbruin naar lichtbruin en ze droegen allemaal de traditionele kledij van hun minderheidsgroep. Bovendien viel er me één ding op; de mensen hier waren veel mooier dan in Guangzhou. Een onverklaarbaar fenomeen dat ik tot op vandaag nog niet heb kunnen oplossen.

    Ik waagde het om een dutje te doen, want 8 uur wachten op een bus zonder slaap is niet niets, en de reis naar Shangrila vloog zo voorbij. We kwamen aan om 5u ’s avonds en wederom stonden we te klutteren in de koude. Gelukkig sprongen we vlug in een goedkope taxi die ons min of meer rechtstreeks naar ons jeugdhuis bracht.

    De foto’s van de reis naar Shangrila kan je hier vinden: http://photobucket.com/reisnaarshangrila

    Shangrila, 8 oktober ’s avonds tot 10 oktober ’s ochtends

    Ons jeugdhuis was gelegen in het beschermde deel van de stad, genaamd ‘old town’, Unesca werelderfgoed.  Op het plein in het midden van de stad, waren een aantal enthousiastelingen al aan het dansen op traditionele muziek en de sfeer zat er goed in. Yana en ik dumpten onze spullen in de kamer (zonder verwarming en zonder badkamer) en gingen toen naar buiten om een hapje te eten. We kwamen terecht bij een barbequekraampje waar ik gekke, maar oh zo pikante, pannenkoekjes bestelde en waar Yana voor het eerst schapenvlees at. Daarna gingen we terug naar onze kamer en maakten we het bed op. De temperatuur buiten zat ondertussen tegen het vriespunt (dat konden we aflezen van de thermometer in onze kamer die dezelfde temperatuur had) en we wilden dolgraag een douche nemen. Er was slechts één klein luxeprobleem: de douches waren buiten en je had maar één kapstokje om je kledij op te hangen. Niet getreurd, scoutsmens als ik ben, wikkelde ik mijn handdoek om me heen en liet ik mijn kleren achter in de kamer om vervolgens blootvoets over de binnenplaats te trippelen naar de douche. Twee seconden later schalden een aantal Nederlandse vloekwoorden over hetzelfde binnenplaatsje; het duurde namelijk 2 minuten vooraleer er warm water verscheen. Al bibberend kroop ik in het tweepersoonsbed, waar Yana het éénpersoons elektrisch dekentje dwars had gelegd. We schuifelden wat dichter naar elkaar toe en toen vielen we in slaap.

    De volgende dag stonden we vroeg op en gingen we naar het busstation. Ons eerste plan was naar het natuurreservaat te gaan, genaamd ‘Pudacao national park’, maar toen we tickets wilden kopen, kregen we te horen ‘sorry, de bus is kapot’. Enkel in China kan dit gebeuren. Een beetje teleurgesteld stapten we uit het busstation. Ik had echter een plan B: ‘waarom gaan we niet naar de Yila grasvlaktes en daarna naar het Napa meer’. Yana had er geen problemen mee en we probeerden een bus te vinden die ons daarheen bracht. In China is het echter vervloekt moeilijk om iets te vinden als je reisgids geen exacte locatie opgeeft; iedereen stuurt je namelijk een andere richting uit om toch iets te zeggen; in dit land zeggen de mensen zelden ‘ik weet het niet’, want dat leidt tot gezichtsverlies. Mooi voor hen, maar sneu voor ons want we hadden ondertussen al een wandeling van 1 uur achter de kiezen en we waren nog nergens. Ik stopte dus een taxi en na wat onderhandelen over de prijs bracht hij ons naar de Yila grasvlaktes.

    De taxi stopte bij wat een boerderij leek en onmiddelijk kwam er een horde Chinezen op ons afgestormd. Of we geen paard wilden huren, was hun vraag en ze boden ponies aan een belachelijk hoge prijs aan. Een beetje boos, maar toch nog steeds met een glimlach, vertelde ik hen dat we de trip liever te voet deden. ‘Aha, dan moet je een ticket kopen’ zei de Chinees links van me. Hij had evengoed kunnen toevoegen ‘smerige buitenlander’, want zo voelde ik me op dat moment, ongewild in een streek waar de mensen enkel op je geld uit zijn. Ik wimpelde hen af en ging uit de boerderij naar de kleine asfaltweg die verder door het landschap kronkelde. In overleg met Yana, bedachten we dat het beter was te stappen in de richting van de paarden in de verte.

    Vol energie, gingen we op weg door een landschap dat adembenemend was (en dit is een serieuze understatement). Links van ons bergen, volgens Yana heuvels, rechts van ons de uitgestrekte vlaktes. Ik verwachtte elk moment een bende Mongolen die de vlaktes onveilig maakten met hun paardenkunstjes, maar de streek die we doorkruisten lag dichter bij Tibet en Vietnam dan bij Mongolië dat aan het noorden van China grenst en niet aan het westen. Na een uurtje stappen was het landschap nog min of meer hetzelfde en waren we nog geen stap dichter bij ‘de paarden in de verte’ dus we staken onze duim uit en besloten te liften tot aan het Napa meer. Ons wens werd verhoord en we mochten achteraan in de goederenwagen van een boer zitten; een paar seconden later gingen we aan een aangename snelheid verder. Het ritje eindigde abrupt toen we door een poort reden met daarop ‘Napahai’ en er (alweer) een bende Chinezen kwam toegesneld. De boer weigerde om door te rijden dus we stapten onvrijwillig uit zijn wagentje. ‘Ticket kopen?’ vroeg ik onmiddellijk en de kerel die het dichtst bij me stond knikte enthousiast, zijn hand al uitgestrekt. ‘Waar is het Napa meer?’ vroeg ik eerst, maar hij wees me vaag naar iets in de verte. Hij probeerde me ook paarden aan te smeren, maar ik kocht enkel een ticket; ik kon immers genoeg paarden langs de weg zien en bovendien wilde ik het de ponies niet aandoen om mijn gewicht te torsen. En heb ik al gezegd dat ik te gierig ben om geld aan zulke nutteloze luxe uit te geven?

    Wederom te voet zetten we onze queeste verder, want we wilden werkelijk het Napa meer zien. Na een halfuurtje van enkel graslandschap en paarden, sprak ik de lokale bevolking aan. ‘Waar is het Napa meer?’; de man kreeg een onbedaarlijke lachbui en ik begon bijna te denken dat het door mijn Chinees kwam totdat hij wees naar het graslandschap rechts van ons en zei ‘droog, droog!’. Wel verdraaid, hadden we toch weer een ticket gekocht voor niets. Ik had inderdaad gelezen dat het meer droog kwam te staan, maar enkel in november. Helaas was het dit jaar uitzonderlijk warm geweest in de zomer en dus was het meer nu al droog. Yana en ik barstten ook in lachen uit en bedankten de man. Naar goede gewoonte staken we onze duim uit en gelukkig mochten we meereizen tot in Shangrila met een vriendelijke Naxifamilie.

    In Shangrila aten we een hapje en huurden we een fiets om naar het Songzalin klooster te gaan.  In een reisgids op het internet had ik gelezen dat we het ticket voor het klooster konden omzeilen door met gehuurde fietsen naar binnen te racen en dus wanneer een boze Chinees ‘Hey! HEY!’ riep, reden we gewoon door. De Chinees was echter slimmer dan we dachten en verwittigde met zijn walkie-talkie een wachter verderop die wijdbeens en wijdarms ons de weg versperde. Omdat we geen zin hadden om van onze fiets gesleurd te worden, stapten we af. ‘Ticket, ticket’ blafte de tweede wachter ons toe. Nu was het dus de tweede keer dat we om een ticket gevraagd werden en voor de eerste keer werd ik echt boos. Ik vertelde hem dat we in Belgie enkel tickets vroegen voor gebouwen en niet om een stel heuvels te zien en dat ik bovendien wist dat de monniken in het klooster geen eurocent van het ticket te zien zouden krijgen. Zoals verwacht begreep de man geen woord van mijn gefoeter, maar hij zag aan mijn gezicht dat ik, zacht uitgedrukt, niet tevreden was. Dus een vertaler werd erbij gehaald, maar haar Engels was slechter dan mijn Chinees. Uiteindelijk bereikten we een compromis: ik zou een ticket kopen, maar dan wel aan studentenprijs.

    Tevreden met mijn korting, stapte ik weer op de fiets en gingen we de heuvel op. De vloer was bedekt met de kinderkopjes die ook de straten in Brugge hebben en toen we eindelijk de top van de heuvel bereikt hadden, was mijn bips tot moes geslagen van het voortdurende gehobbel. Yana had hetzelfde gevoel en dus sloten we onze fiets aan een dichtbijzijnde boom. Links van ons zagen we ondertussen een prachtig meer (in elk geval veel indrukwekkender dan het Napa ‘meer’) en we volgenden een stel monniken die met de wijzers mee rond het meer aan het wandelen waren. Na een wandeling van ongeveer een kleine 20 minuten zagen we de drie tempels van dichtbij en we gingen de binnenplaats van de meest linkse binnen.

    Direct na onze binnenkomst werd de poort van de binnenplaats gesloten alsof het allemaal getimed was. Drie seconden later zwaaide de hoofdingang van de tempel open en kwam er een man met een gekke gele muts uit, hollend met een tafeltje met een pluche tijgervel. Tot onze verbazing volgenden twee mannen met een gigantische metalen toeter en dan het hele gevolg, getooid in paarse habijt en gele hanenkamhoed. Het gevolg begon te keelzingen en een belangrijk ogende man leidde de dienst. Af en toe werden bloemblaadjes en zonnebloempitten rondgestrooid en als bonus kregen we ook nog eens de trommels te zien. We waren de enige toeristen daar en woonden een dienst bij van ongeveer 40 minuten; spijtig genoeg mochten we geen foto’s nemen, maar deze beschrijving moet maar volstaan als documentatie.

    Na de linkse tempel bezochten we ook de hoofdtempel en daar ontmoetten we een andere buitenlander, uit Engeland deze keer. Jo was haar naam en ze verbleef al 3 weken in Shangrila. Vorig jaar had ze een jaar in Xichang verbleven, zonder internet of contact met de buitenwereld aangezien er rellen waren uitgebroken. Ze vertelde ons dat ze een gesprek had gehad met één van de monniken en ik doneerde het geld, dat ik uitgespaard had bij het kopen van het ticket, aan de tempel zelf. We bleven nog even babbelen over koetjes en kalfjes en toen wandelden Yana en ik terug, richting fietsen.

    Nu had deze koppige Belg iets anders in haar hoofd gehaald. Aangezien Shangrila bekend staat om de Yakmelk, wilde ik per se een kopje melk ergens proeven. Goede melk is moeilijk te vinden in China en dus dit was een buitenkans om toch echte ‘Chinese’ melk te proeven. Ik sprak in een klein dorpje vlakbij een dame met takkenbos op de rug aan en ze nodigde ons uit om een kopje te drinken bij haar thuis. Verbaasd, volgenden we haar naar haar huis waar op de koer een gigantische Yak lag te slapen. De deur zwaaide open en een kindje en grootmoeder kwamen naar buiten om ons te verwelkomen. Na de traditionele begroeting, stapten we een rokerige kamer binnen met foto’s van de Dalai Lama aan de muur. Blijkbaar was de taal van de vrouw niet het Mandarijns, maar Tibetaans. Met haar communiceren was dus nog moeilijker dan met de andere Chinezen. We deden toch ons best om een conversatie op te bouwen en het eerste wat we konden verstaan was ‘Ben je getrouwd?’. We konden het niet laten om even kort te giechelen en wat later was onze gastvrouw ook aan het gieren van het lachen. We dronken ons versgemelkt kopje melk en lieten een kleinigheid achter vooraleer we weer naar Shangrila trokken.

    De avond in Shangrila was heerlijk, met de bezoeken van souvenirwinkeltjes en een klein restaurantje. ’s Avonds vielen we weer als een blok in slaap, ditmaal nog dichter tegen elkaar aangeschurkt.

    De foto’s van Shangrila vind je hier: http://photobucket.com/inshangrila

    26-10-2011 om 05:35 geschreven door Ujelly  


    06-10-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Niet zo lang geleden

    De herfst is eindelijk begonnen in Guangzhou. Geen natte hitte meer, maar in de plaats wind en koude die in je kleren kruipt. Het enige wat ontbreekt zijn de vallende bladeren, maar volgens mij komen die er weldra aan. Al bij al ben ik heel erg tevreden met het weer en als de kakkerlakken nu ook nog eens zouden verdwijnen dan zou ik het zelfs 'aangenaam' durven noemen hier.

    Even een vlugge update van alles wat er zich de voorbije week heeft afgespeeld; ik heb een aantal buitenlanders ontmoet op een AISEC meeting, ik ben uitgenodigd door een student om samen te dineren en ik ben druk bezig met het voorbereiden van een Halloween party. Bovendien vertrek ik morgen op vijfdaagse: driewerf hoera!

    Allereerst: de AISEC meeting. AISEC is een organisatie die stagiairs een stageplaats geeft ergens in de wereld. De stagiairs betalen ongeveer 150 euro en de bedrijven tellen ook een redelijk sommetje neer. In ruil voor deze gulle financiele giften krijgen de stagiairs een vangnet in het geval dat de job hen toch niet zint en krijgen de bedrijven zekerheid dat de werknemers bekwaam zijn en niet zomaar het land zullen verlaten. Mijn twee roommates zijn aangekomen via AISEC en ook Rikki en Olga behoorden tot die organisatie. Wat mij vooral opvalt is de oververtegenwoordiging van Oost-Europeanen en Russen, maar misschien zijn dit de enige mensen die bereid zijn af te reizen naar het hol van Pluto genaamd China.

    Mijn twee huisgenoten wilden dus maar al te graag gaan naar de AISEC activiteit. Hun reden 'because we want to meet other foreigners'. Blijkbaar is 1 Belg niet goed genoeg en daarom gingen we naar een saaie opgefokte bedoening hartje Guangzhou. Eerst kregen we een rondleiding door de Sun Yat Sen universiteitscampus en daarna deden we een boottochtje op de immer stinkende Parelrivier (genoemd naar de bodem die zou glimmen als een parel door de vele oesters, maar om eerlijk te zijn kon ik niets zien, want het water had een diepbruine kleur). Ik ontmoette drie Letten, drie (nieuwe) Russen, een meisje uit Oekraine, Twee Ieren, een Amerikaan, een paar Chinezen en een Engelsman. Mijn eerste indruk was allerminst positief en de voortdurende kreetjes van 'ooooooooooooh' en 'aaaaaaaaaaaaah, look over there!' werkten serieus op mijn zenuwen. Gelukkig had ik een onderhoudend gesprek met de Amerikaan die me meer vertelde over de grootstad New York waar hij een jaar vertoefd had. Hijzelf was een architect met interesse in politiek, maar belangrijker: hij had een even grote hekel aan China als ik. Begrijp me niet verkeerd; af en toe hou ik van China en ontdek ik dingen die me doen glimlachen, maar het is moeilijk dag in dag uit positief te blijven. De rest van de activiteit verliep zonder problemen en ik had ten minste een ding bijgeleerd; ik ben niet geinteresseerd in wat het gros van de mensen te zeggen heeft; het laat me koud dat ze het weer niet aangenaam vinden of dat ze problemen hadden met de metro deze ochtend. Volgende keer blijf ik thuis en haal ik mijn slaap in.

    De volgende topic: mijn dinnerdate met Tony en zijn ouders. Zondagavond na een lange dag lesgeven werd ik uitgenodigd door Tony, 1 van mijn liefste studenten. De jongen is van Chineze afkomst (duh!) en is onlangs 15 geworden. Zijn Engels is niet bijster goed, maar hij begrijpt wel alles wat ik hem probeer duidelijk te maken. Zijn ouders pikten ons op na de les en reden ons naar een chique uitziend restaurant. Ze wilden eerst een privekamer boeken, maar die waren allemaal volzet dus gingen we naar de grote eetzaal waar ik blijkbaar de enige buitenlander was. Ik voelde me als een klein aapje, want iedereen wilde die ene buitenlander zien die naar een traditioneel Chinees restaurant was afgereisd. Gelukkig was er het eten om mij af te leiden en Tony deed zijn best om tolk te zijn voor zijn ouders en mij. Het was ietwat ongemakkelijk om gespreksonderwerpen te vinden, maar de mensen waren zo relax dat ik na een tijdje ook wat meer ontspannen was. Even een vooroordeel de wereld uithelpen: Chineze mensen hebben -geen- traditionele handelingen wanneer ze theedrinken; Tony vertelde me dat enkel Japanners ingewikkelde ceremonies hebben. Ze wassen zelfs hun bord en stokjes met de thee vooraleer ze toetasten en de thee drinken ze al slurpend. Ik genoot van mijn maaltijd en leerde eten met stokjes en ten slotte met mijn handen. Na de maaltijd, diepte Tony's vader (een gerespecteerde dokter) drie plastic potten uit zijn zak en begon hij doodleuk alles wat over was in te laden. In Amerika zouden ze dat een 'doggy bag' noemen, maar in China hebben ze geen scrupules en noemen ze het 'ta bao' (make a package); er komt zelfs geen hond ter sprake. Tony's vader was zo vriendelijk om me thuis te brengen met de auto (die geen werkende autogordels had op de achterbank, maar in China is dat niet verplicht). Ik begon China misschien al een beetje meer te apprecieren.

    Nu hang ik op, maar ik geef jullie nog mee dat mijn vijfdaagse fantastisch zal zijn. Ik reis van Guangzhou naar Kunming, naar Zhongdian (Shangri-la), naar Dali, naar Lijiang en terug naar Kunming. In totaal zal ik 4 uur spenderen op het vliegtuig en 30 uur op een bus. Mijn ogen zullen genoeg te zien krijgen, maar volgens mij heb ik na de trip een chiropractor nodig voor mijn rug. Wens me in ieder geval veel succes!

    06-10-2011 om 09:33 geschreven door Ujelly  


    25-09-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.In de helft

    Ik ben bijna in de helft en heb net een visa-verlenging aangevraagd, maar als ik niet beloofd had tot Kerst hier te blijven dan was ik al lang terug in Belgie. Het is moeilijk hier openminded te blijven wanneer kleine dingen me irriteren, dag na dag. De mensen hier worden zelfs door hun landgenoten (in het Noorden) 'wilden' genoemd en ik begrijp volledig waarom; tact bezitten de mensen hier niet, de vrouwen scheren noch oksels, noch benen, mensen laten hier scheten zonder zich te generen (zelfs aan tafel) en hun tafelmanieren zijn ver te zoeken. Toch heeft die ongeneerdheid zijn charme, want zoals Bart zegt: 'They've got a rough exterior, but inside they are pure of heart'. Het is gewoon moeilijk om door die ruwe pit heen te kijken. Misschien dat dat nog komt en dat ik de mensen leer apprecieren zoals ze zijn.

    Ondertussen heb ik ook al twee mysteries opgelost. Het eerste mysterie ging over een paar schoenen dat ik overal zag opduiken. Zwarte stoffen schoenen die ik voor de buitendeur zag staan bij de buren, de volgende dag bij de overburen en de dag erna een verdieping lager. Ik dacht dat ze elkaars schoenen stalen voor de grap of dat het een of ander vreemd gebruik was om het huis te eren. Niets is minder waar: de schoenen behoren toe aan de kuisvrouw; het is ironisch dat de andere huisgenoten allemaal hun schoenen binnen laten, maar oh wee als de kuisvrouw langskomt...dan moet ze haar schoenen buiten zetten. Het tweede mysterie is misschien nog stommer;  ik heb gemerkt dat de Chinezen hier bij afhaalmaaltijden hun chinese stokjes na de maaltijd door de verpakking steken en er een paar gaten in prikken. Mij hadden ze echter verteld dat je nooit je chinese stokjes rechtop mocht zetten omdat dat hen doet denken aan de wierrookstokjes die ze hier voor de doden branden. Blijkbaar wordt er hier in Guangzhou een uitzondering gemaakt en het prikken van de verpakking is hier een hygienische noodzaak. Als je het niet doet, wordt de verpakking gewoon uit de vuilnisbak gevist en gebruikt bij je volgende afhaalmaaltijd.

    Het begint me te dagen dat mensen hier echt alles zouden doen om een centje extra te verdienen. Ze zoeken bijvoorbeeld ook in de vuilnisbak naar lege flessen, want ze krijgen een paar cent als ze die terugbrengen. Eergisteren zag ik zelfs een man in pak met zijn handen in de vuilnisbak, maar misschien had die kerel gewoon zijn rolex verloren. Een andere manier om hier een extraatje te verdienen is het vangen van kakkerlakken en ze dan verkopen aan een duur restaurant (1 yuan/kakkerlak). Gelukkig is het kakkerlakkenseizoen hier bijna afgelopen, want aan de laatste kakkerlak die ik heb doodgemept met mijn schoen heb ik een ontsteking aan mijn vinger overgehouden.

    Gisteren ben ik ook voor het eerst in tranen uitgebarsten omdat ik de stress niet meer aankon en ik ben blij dat ik een andere Belg hier heb die hier al een tijdje langer is (6 jaar) en die begrijpt wat een cultuurshock het is. Ik heb ook gemerkt dat het bedrijf hier allerminst racistisch is zoals ik dacht, want buiten hangen er twee posters van zwarten om het bedrijf te promoten. Mensen hier zijn gewoon niet politiek correct; ze zeggen wat ze denken en bij hen is de eerste reflex ' je hebt een donkere huid dus je bent niet geschoold', maar ze zijn niet bang om hun mening te veranderen wanneer iemand met een donkere huid zijn/haar mond opent. Ik denk zelfs dat het bedrijf iemand met een donkere huid zal aannemen dus ik voel me al een beetje beter.

    Binnenkort is het ook precies 1 jaar geleden dat mijn vader zelfmoord gepleegd heeft. Voor mij is het een bewogen jaar geweest vol ups and downs, maar vooral downs. Ik hoop dat ik de 27ste devil's paper kan verbranden niet alleen om mijn vader te herdenken, maar ook om te beginnen met een schone lei. Mijn vaders zelfmoord zal altijd littekens achterlaten, maar ik ben trots dat ik over hem kan praten en zelfs schrijven. Hij had vast nooit gedacht dat ik de lerarenopleiding zou verlaten en in plaats daarvan in China zou werken, maar hey, ik ben hier nu en ik kan er maar het beste van maken. Nog drie maanden en ik zit thuis met een groot stuk chocolade om Kerst te vieren. Yiha.

    P.S: Heeft iemand mijn postkaartjes al ontvangen?

    25-09-2011 om 04:07 geschreven door Ujelly  


    16-09-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Maan rijmt met feestje

    Alweer een drukke week achter de rug en het helse weekend moet nog beginnen. Ik begin te denken dat het leven enkel bestaat uit werken en slapen, maar gelukkig zijn er ook lichtpuntjes. Maandag was het bijvoorbeeld het Midautumn festival; leerlingen hebben dan een dagje vrijaf, maar ik heb de dag gespendeerd in een kraampje om de school te promoten. Vooraleer ik iets over die ervaring vertel, even een lang woordje over het festival. Op die dag komen alle families samen om de start van de herfst te vieren; de legende begint bij Chang'e en haar man, Hou yi die vredevol in de hemel leefden. Op een dag, echter, veranderden de tien zonen van de Jade Emperor, de heerser van de hemel (volgens het Taoisme), in tien zonnen en hierdoor dreigde de aarde te verbranden. Daarom zond de Jade Emperor Hou yi naar beneden om de zonnen te overtuigen minder hard te schijnen. De zonnen lachten enkel en daarop trok Hou yi zijn legendarische boog en doodde negen van de tien zonnen. De laaste zon smeekte voor zijn leven en mocht blijven om de aarde te verlichten. Uiteraard was de Jade Emperor niet echt blij dat Hou yi zijn zonen had vermoord en Hou yi en Chang'e werden verbannen naar de aarde om daar als stervelingen hun dagen te slijten.
    Voor Hou Yi was dit fantastisch; de mensen prezen hem omwille van zijn moed, maar Chang'e kreeg niets van dit lof en zij bleef alle dagen thuis, ongelukkig en alleen. Omdat Hou Yi zag dat zijn vrouw ongelukkig was, zocht hij naar een manier om terug in de hemel te komen. Hij vond dat middel ook in de vorm van een pil; helaas was er slechts 1 pil voor 2 mensen. Het konijn (uhuh) dat het elixir creeerde wist hen echter te vertellen dat als ze de pil zouden delen, ze als onsterfelijken op aarde konden verblijven. Chang'e vond dat maar niets en ze at de hele pil zelf op. Ze belandde inderdaad terug in de hemel, maar de Jade Emperor vond dat ze egoistisch gehandeld had en verbande haar naar de maan (samen met het konijn, maar dat deel begreep ik niet helemaal). Blijkbaar zijn er verscheidene versies van het verhaal; wikipedia biedt twee andere aan.
    Naar Chinese traditie eten de mensen hier dus 'mooncakes' en kijken ze naar de maan in het midden van de maand september, waarschijnlijk om het konijn te spotten, maar dat durfde ik niet te vragen. De mooncakes komen in verschillende varieteiten. Sommige mooncakes hebben een eierdooier in het midden, wat nog maar eens symbool staat voor de maan, andere bevatten noten of vruchten. Wat ik vooral van mooncakes onthouden heb, is dat het caloriebommen zijn. Een enkel taartje kan al gauw 800 Kcal bevatten. Hoe de Chinezen zo slank blijven, is me nog steeds een raadsel, want ook hun dagelijkse maaltijden zijn redelijk vettig.
    Maar bon, op die dag mocht ik dus het bedrijf promoten door Engelse spelletjes te spelen met kinderen in de supermarkt. Een van de spelletjes bestond erin om het correcte zeedier uit een kom te vissen met een hengel. Ik zei dan bijvoorbeeld 'Give me the red one' of 'Give me the jellyfish' en de twee spelers moesten zo snel mogelijk het correcte dier aan mij overhandigen. Dat ging een tijdje goed en ik had al veel kindertjes gelukkig gemaakt door hun speelgoed te overhandigen, maar ik had duidelijk de competitieve geest van de Chinezen onderschat. Twee moeders besloten zich te mengen in het spel en duwden de hengel van de 'concurrent' weg. Het leek er zelfs op dat ik de moeders aan het onderwijzen was aangezien ze beiden vochten om mijn aandacht met hun voortdurende 'En wat is dit?' (in het Chinees). Het kwam zelfs zo ver dat ik het spel moest stopzetten aangezien ze met elkaar begonnen te bekvechten; ik was duidelijk een gewild koopwaar en aan het einde van de dag was ik blij om het spel op te bergen en gewoon in de zetel weg te zinken, zonder mooncakes maar met een gevoel van rust. Mijn billen hadden nog maar net de weg naar de zetel gevonden of er werd geklopt op de deur en onze buurman stond daar met een brede glimlach om ons 3 mooncakes te overhandigen en iets in het Chinees te brabbelen. Ik wenste hem ook een prettige avond toe en stond mezelf toen toe om 1 moon cake te eten samen met mijn roomies. We keken naar de maan die verdacht rood was die avond, maar dat kwam waarschijnlijk door de smog. Het konijn hebben we nog steeds niet gevonden.

     

    16-09-2011 om 09:58 geschreven door Ujelly  


    09-09-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.God is a DJ

    Ik was een heiden, maar ik ben helemaal bekeerd tot de religie genaamd Karaoke. Beeld je in; 10 volwassen mensen die vrijwillig in een hotelsuite kruipen en daar luidkeels liedjes van Britney Spears en Rihanna zitten te kwelen. Ongeveer halfweg loopt iedereen naar boven om zijn bord bij te vullen met al het 'lekkers' dat de Chinese keuken te bieden heeft en dan gaat de hele bende er weer tegenaan voor een uurtje of twee. Gelukkig was er zondagavond genoeg drank zodat het kattegejank klonk als gregoriaans engelengezang. We kwamen aan rond 19u. Bart, ik, en de twee Russen (die nu de twee Finnen gedoopt zijn aangezien de Chinezen het niet zo hoog op hebben met de Russen en vooral niet met de Russen hun Engels). Weldra kwamen er twee Italianen binnen en een Duitser, Bruno. Daarna volgde een Australische dame, Jackie en een Indier, Rikki, met zijn Deense vriendin, Camilla. We hadden zowaar een hele multiculturele samenleving in een notendop; het enige wat (ironisch genoeg) ontbrak was een Chinees.

    Rikki nam plaats voor het computerscherm en probeerde door de liedjes te navigeren, maar alle instructies waren geschreven met Chinese karakters. Wat volgde was een resem Chinese popliedjes, meestal covers van bekende Amerikaanse nummers. Ik geloof dat mijn oren nog steeds bloeden, want echt goed waren de covers niet. Na ongeveer tien minuten van pure oorfoltering vroegen we aan een Chinees in de andere kamer om ons naar de Amerikaanse liedjes te leiden en al gauw schalde Britney Spears door de kamer. De Duitser had er duidelijk zin in, want hij goot een heel glas vodka naar binnen en begon toen in zijn gebroken Engels 'Chit mee bebie, one more time!'. Dankjewel, Bruno.

    Ikzelf en mijn twee collega's waren nog steeds te moe van de lessen die dag. We waren direct na werk naar de bar gekomen en omdat we al de hele dag Engelse liedjes hadden gezongen, waren we redelijk stil het eerste halfuur. Pas na een paar aanmoedigingen links en rechts, zongen we aarzelend mee. Het duurde niet lang of ook wij waren aan het brullen. Ik heb nooit de charme van karaoke begrepen, maar die avond hing er echt een magische sfeer in de lucht. Het maakte niet uit of we uit de maat zongen, vals klonken of zelfs de lyrics compleet vergaten: het was fantastisch! Bij karaoke gaat het niet om het resultaat, maar om het gevoel; je voelt alle stress uit je lijf vloeien. Bovendien is karaoke hier anders dan karaoke in Belgie. In Belgie wordt karaoke beoefend op een podium, in een cafe. Hier hebben ze speciale geluidsdichte kamers zodat je allerminst de andere gasten stoort en je dus niet hoeft te letten op de kwaliteit van je gezang.

    Als er ondernemers zijn die een fris idee willen: richt een degelijke karaokebar op. Ik weet niet of het in Belgie zal aanslaan, maar hier zit in elk geval een fan. I want more!

    09-09-2011 om 10:29 geschreven door Ujelly  


    05-09-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Baby's en zo
    Ik moet toegeven; baby's zijn eigenlijk niet zo vies. Tijdens de weekdagen werk ik nu in de Kindergarten en leer ik kleine minimensjes van ongeveer 1,5 tot 2 jaar oud hoe ze 'apple' kunnen zeggen. Verbazingwekkend genoeg gaat mijn Chinees erop vooruit aangezien de kinderen nonstop Chinese woordjes brabbelen en de teaching assistant ze dan vertaalt voor mij. De Kindergarten is heel erg relax en we moeten niet echt intensief met de kinderen bezig zijn. 

    Tijdens het weekend is het een ander pak mouwen aangezien we dan oudere kinderen onderwijzen en voor de klas staan dansen en springen van 9u tot 17u30. Elke zaterdagavond en zondagavond zijn de Russen en ik zo moe dat we in bed kruipen om 20u 's avonds. Het is voor jullie waarschijnlijk ook moeilijk in te beelden hoe vermoeiend de lessen zijn. Vandaar een korte schets: we leren kinderen Engels met flashcards (kaarten met daarop een afbeelding) en spelen spelletjes zoals wallrunning of Gimme. Wallrunning gaat als volgt; de leerkracht zegt de woordenschat in een hele snelle volgorde en de leerling rent van muur naar muur, maar uiteraard toont de leerkracht het eerst voor. Bij 'gimme' worden de flashcards op de grond geplaatst en de studenten moeten zo snel mogelijk een woordenschat-item naar de leerkracht brengen. Dit is dus een meer gesofisticeerde vorm van apporteren. 

    Niet alleen vragen die spelletjes veel fysieke energie, maar ook mentaal moet je voortdurend bij de pinken zijn. De aandacht van de studenten moet voortdurend op de leerkracht gericht zijn met als gevolg dat ik me al dansend door de klas beweeg en zing van zodra ik het bord moet uitvegen of de flashcards op de grond plaats. Er is geen moment stilte en geen enkel moment wanneer de kinderen iets noteren aangezien we 'oral English' aanleren. Ik moet toegeven; de woordenschat van mijn studenten gaat er werkelijk op vooruit. Het enige probleem is dat we te veel woordenschat geven aangezien het moeilijk is grammatica op een leuke manier aan te leren, maar de kinderen hebben grammatica nodig aangezien er amper grammaticale regels in het Chinees zijn. Als ik wil zeggen 'Gisteren heb ik een taartje gegeten' zeg ik in het Chinees 'Ik gisteren eet één (ge: maateenheid) klein taart'; ze hebben namelijk geen werkwoordstijden dus de tenses in het Engels zijn heel erg moeilijk. 

    Als ik moet kiezen, verkies ik de Kindergarten boven de gewone lessen. Nog een leuk weetje: babies dragen hier geen luiers omdat ze anders uitslag op hun billen krijgen door het warme weer. Hierdoor gebeuren er maar al te vaak ongelukjes. Zo heeft Jiabiao, Barts kindje, vorige week midden op de grond gekakt. Ik lag dubbel toe van het lachen, Bart vond het iets minder leuk. Aziatische kinderen hebben ook wat ze noemen 'a mongolian spot'. Boven hun billen kan je een blauwe aftekening zien die doet denken aan een blauwe plek, maar in werkelijkheid is het een melanine die zich onder de huid verzamelt. Later verdwijnt die plek weer. Voor meer informatie, kan je altijd de wikipediapagina bezoeken (klik hier).

    Zo, alweer een weekje voorbij. Volgende keer vertel ik je over mijn Karaoke-ervaring. China is toch niet -zo- slecht als ik eerst dacht, maar het blijft een kakland en ik mis mijn familie. Niet enkel mijn schatten van broers en mijn mama, maar ook de grote familie. Het is raar hoe ik de familiefeesten mis hoewel ik er in België nooit zo veel belang aan hechtte. Ik mis ook mijn vrienden in België: we spreken zeker nog eens af wanneer ik terug in het land ben. In het kort, ik mis jullie allemaal en ik wens jullie een leuke septembermaand toe!

    05-09-2011 om 00:00 geschreven door Ujelly  


    29-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Tweedaagse
    Mijn eerste trip in China

    Vertrek: vrijdag 26 augustus 17u30 lokale tijd
    Aankomst in Yangshuo: 2u 's nachts. 

    Vrijdag 26 augustus

    Om 17h stipt stond ik al te trappelen om te vertrekken naar Yangshuo, het toeristische paradijs vlakbij Guilin. Ik zou de nachtbus nemen naar Yangshuo en (zo was me verteld in het Mandarijns) ik zou er toekomen om 5u in de ochtend. De bus kwam toe en inderdaad, ik kon een aantal stapelbedden onderscheiden. Ik moest mijn schoenen afdoen en netjes deponeren in een zakje, maar er was geen plaats voorzien voor mijn bagage. Ik kreeg een klein bed toebedeeld achteraan de bus en ik bemerkte al snel dat het niet zo eenvoudig was om mijn zak tussen mijn benen te plaatsen en dat het bed bedoeld was voor kleinere Chinezen; ik kwam ongeveer 10 cm te kort om comfortabel te liggen. Geen nood. Ik besloot om mijn benen te laten rusten op het metalen hekje dat mijn bed scheidde van het bed van de dame voor me. 

    Ik was zo moe dat ik bijna meteen in slaap viel. Helaas kreeg ik niet de nachtrust die ik verdiende, want de chauffeur schudde me hardhandig wakker en vertelde me in het Chinees dat ik mijn voeten moest verwijderen van het hekje. Ik stond op en probeerde hem duidelijk te maken dat het bed te klein was voor mij en dat ik mijn voeten nog maar drie uur geleden gewassen had. De man in het bed achter me moest hierom hartelijk lachen; de chauffeur niet. Hij werd boos en begon me af te blaffen in zijn taal. Ik blijf erbij dat Mandarijns een taal is die enkel geschikt is om over de rijstvelden te schreeuwen en daarenboven verstond ik geen woord van wat hij zei. Ik haalde dus gewoon mijn schouders op en kroop terug in mijn bed; ditmaal draaide ik me op mijn zij, maar hierdoor staken mijn knieën half uit in het gangpad. Dat was dus ook niet echt naar de zin van de chauffeur en begon weer me weer in zijn koeterwaals duidelijk te maken dat dat ook niet toegestaan was. Ik werd verplicht om neer te liggen op mijn rug en mijn benen op te trekken zodat het gangpad vrij was en de dame voor me geen last had van mijn voeten (alhoewel zij meer beenruimte had dan ik en gerust een twintigtal centimeter naar voren kon schuiven). De chauffeur was tevreden en nadat hij een aantal andere passagiers had afgesnauwd, konden we vertrekken. Zodra hij weer achter het stuur zat, plaatste ik mijn voeten weer op het hekje. 

    De busrit was lang en ik kon de slaap niet meer vatten. Om de 2 uur was er een toilet stop en dan maakte ik dat mijn voeten weer netjes op mijn eigen matras terecht kwamen. Om de 2 uur werd er ook gewisseld van chauffeur (die ook in één van de stapelbed lag te rusten). Naar Chinese standaarden was dit een heel erg veilige reis. Om 12 u viel ik eindelijk in slaap en ik werd gewekt om 2 u door dezelfde irritante chauffeur. Hij schreeuwde in mijn oor 'Yangshuo?!'. Ik knikte, greep mijn spullen en viel bijna uit de bus. Ik was nog half aan het slapen en ik had geen idee waar ik precies was in Yangshuo. Alles was donker en het enige wat ik kon onderscheiden waren verschillende motor-taxi's die maar al te graag wilden gebruik maken van mijn verwarring om zo veel mogelijk geld uit mij te slaan. Ik probeerde straatnamen te vinden, maar dat bleek ook niet erg eenvoudig te zijn. Op voorhand had ik een jeugdherberg opgezocht en ik was van plan geweest om voor de deur te slapen totdat hij weer open ging, maar aangezien het nu 2 u 's nachts was, hoopte ik dat er toch nog iemand aanwezig was. Mijn enige probleem was dat ik de jeugdherberg nog moest vinden. 

    Toen ik druk bezig was met rondvragen waar ik precies naartoe moest, kwam er een Chinees op me toegestapt met een business card van juist het jeugd hotel waar ik naartoe wou. Bovendien sprak de kerel Engels. Het was haast een mirakel - dat dacht ik toen-. Hij gaf de instructies aan de taxichauffeur (wiens prijs ik van 15 yuan naar 10 yuan bracht) en ik genoot van een kort ritje van ongeveer 10 minuten. Ik betaalde de taxichauffeur die breed aan het grijnzen was en bekeek mijn omgeving. De man die mij het kaartje van de jeugdherberg had overhandigd, wees naar een hotel genaamd 'Sun Hotel'. Ik keek in mijn reisgids en maakte hem duidelijk dat dit allerminst overeenkwam met 'International Youth hostel'.

    Hij: 'But, my friend, the youth hostel no longer has beds. We have quality beds.'
    Ik: 'You fucking took me to the wrong place.' (Mijn excuses voor mijn taalgebruik, maar aangezien het ondertussen 2u30 's nachts was en ik bijna geen slaap had gehad en dan nog eens 10 yuan had verspeeld denk ik dat jullie het me wel kunnen vergeven.)
    Hij: 'My friend, don't worry. We in close contact with youth hostel. You can book room here.'
    Ik: 'I don't believe you! I am going to call the freaking youth hostel right now.' 
    Hij: 'Go ahead. You will see.' (Hij had een grijns van oor tot oor.)
    Ik probeer het nummer in mijn reisgids, maar zoals ik verwacht had, nam er niemand op. Intussen was hij me aandachtig aan het bekijken en ik zag dat hij wist dat ik werkelijk nergens heen kon. 
    Ik: 'How much is it for one room?'
    Hij: 'Only 150 yuan a night, my friend.' (Normaal zou een bed me 25 yuan kosten in het jeugdhotel en ik vertrouwde die kerel voor geen haar.)
    Ik: 'Stop calling me your friend and you can go fuck yourself. First you took me to the wrong hotel. You made me pay for a taxi I did not need and now you are trying to cheat me into paying this ridiculously high price?!' (Hij verstond waarschijnlijk niet echt wat ik zei, want zijn Engels was niet zo goed, maar het was goed om mijn frustratie toch te ventileren.)

    Ik nam mijn spullen en koppig als ik was, ging ik gewoon een willekeurige richting uit. Ik probeerde me te oriënteren en op de drukste weg te belanden. De man achtervolgde me nog op de motorfiets en probeerde me te overtuigen om in zijn hotel te verblijven, maar ik was gekrenkt in mijn trots, maar bovenal vond ik dit allerminst een gepast onthaal. Ik stopte voorbijgangers die me uiteindelijk de weg wezen naar het jeugdhotel. Echter, zoals verwacht was het niet open en ik wist werkelijk niet waar ik naartoe moest. Ik vroeg aan een paar feestgangers of ze misschien een ander hotel wisten zijn die kamers aanbood aan een redelijke prijs en ik raakte aan de praat met een groepje waarvan er toch één Chinees Engels kon. Zijn naam was Jack en hij kwam uit Canada. Hij leek oprecht bezorgd over mijn situatie en hij en zijn crew (1 andere man en 2 vrouwen) loodsten me naar het dichtste hotelletje. Ik zag Jack praten met de hoteleigenaar en toen kwam hij terug bij mij.

    Hij: 'The room is free, just for you.'
    Ik: 'I don't really believe that. There has to be a catch.'
    Hij: 'No catch. It's really free. No worry.'
    Ik: 'No thank you. I think I would rather stay on the streets then and wait for my friend.'
    Hij: 'No no no. You shouldn't do that. It's not safe. This is a safe hotel. Don't worry.'
    Ik: 'Really, no thank you. But may I ask where you are staying so perhaps I can stay in the lobby of your hotel?'

    De Chinees-Canadees vond dat geen probleem en onderweg probeerde ik zijn reisgenoten wat Engels aan te leren aangezien één van de meisjes enkel 'Fuck you' uit haar mond liet rollen. Ik kreeg het voor mekaar om haar 'I love you' en 'Thank you' te laten zeggen tegen de tijd dat we aankwamen bij Jacks hotel. Ik bedankte hem en wilde naar de lobby gaan, maar hij hield me tegen 'The room was not really for free, but I would have paid for you. It's Chinese hospitality. Please let me book a room for you here.' Nu moet je weten dat ik me op dat moment niet meer in een 'aardig' hotelletje bevond, maar in een 5 sterren hotel, maar de kerel bleef zo hard aandringen dat ik uiteindelijk toegaf. Het was op dat moment 3u 's nachts en ik was uitgeput. Ik kreeg een eigen kamer en zelfs een coupon voor het ontbijt en ik zond een sms naar Martin, mijn reisgenoot, dat ik hem zou ontmoeten om 7 u 's ochtends bij het busstation.

    En vanaf dit moment kan je alles volgen op de powerpoint: klik hier. Niet langer droge tekst meer, maar tekst doorspekt met foto's die het dorp allerminst in zijn volle glorie tonen, maar die je toch een idee kunnen geven van wat er zich allemaal heeft afgespeeld in die twee dagen. Voor mensen die geïnteresseerd zijn in het volledige album: klik hier.


    29-08-2011 om 00:00 geschreven door Ujelly  


    21-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Je houdt het niet voor mogelijk
    Al weer een tijdje geleden sinds ik voor het computerscherm zat en mijn gedachten neerpende. De reden waarom is simpel: ik werk hier full-time en heb daar nog eens een part-time bovenop. Ik spendeer per dag meer dan 2 uur aan pendelen en 's avonds ga ik joggen of bekijk ik een film. Het werkritme ligt hier veel hoger dan in België en ik ben niet de enige die een part-time combineert met een full-time. De meeste mensen werken hier van 's ochtends vroeg tot 's avonds laat. Winkels zijn hier open tot 22u; de tuiniers rapen bladeren tot 21u; Engelse en Chinese lessen gaan door tot 21u 's avonds. Kortom, Guangzhou is werkelijk een stad die nooit slaapt.

    Guangzhou is ook een mengelkroes van culturen. Van de Indische cultuur heb ik al een paar keer kunnen proeven en dat proeven mag je redelijk letterlijk nemen. Kat had me uitgenodigd om rode curry te testen en we hebben samen kip klaargemaakt op traditionele wijze. In India is het perfect normaal om met je handen te eten, maar je mag enkel je rechterhand gebruiken. Bovendien hebben ze een soort pannenkoek genaamd 'Rootie' (fonetische schrijfwijze) die ze in de sauzen doppen. Ik heb ook al van de Chinese cultuur mogen proeven. Rijst en groenten houden ze strikt gescheiden. Iedereen krijgt een portie rijst en in het midden van de tafel wordt de rest gedropt op een ronde bewegende schotel. Die schotel is gemeenschappelijk en je neemt wat je wil. Het is ook niet ongebruikelijk om het eten van je buur te nemen en in het algemeen zijn de Chinezen heel erg gastvrij en ze delen werkelijk alles. Misschien is dit laatste wel een overblijfsel van het communisme.

    Ondertussen zijn ook mijn nieuwe Russische collega's toegekomen. Na twee dagen reizen vanuit hun geboortedorp kwamen ze toe op hoge hakken met een tasje aan de hand. Dasha had een tas met 'I love Moscow' en Yana droeg een Gucci zonnebril; ik heb hier duidelijk te maken met Russen uit de rijkere regionen. Ze komen dan ook naar hier om het leven te proeven en niet zoals Olga om hun financiële situatie te verbeteren. Ze zijn veel meer luxe gewend en geven geld uit aan dingen waar ik nog geen yuan aan zou spenderen. 

    Zelf proef ik ook van het leven in China en ik kom hier de gekste dingen tegen. Gisteren (om 12u 's nachts) raakte ik aan de praat met een Amerikaan in de bus omdat ik vroeg of het wel de juiste bus was. Ik wilde nu eenmaal niet eindigen in het hol van Pluto met een onuitspreekbare naam zoals Hanxichanglong. Hij vertelde me dat ik geluk had en dat dit de laatste bus naar huis was en begon te vertellen over zijn leven. Hij is een muziekleraar in een conservatorium en verdient ongeveer 25000 yuan per maand (4 keer zoveel als ik). 

    Alles wat hij te vertellen had was behoorlijk interessant, maar het werd pas echt hilarisch toen we samen naar huis wandelden, hij mijn hand vastnam en zei 'Belgian girl, I have so many sins in China'. Op dat moment kon ik alleen maar hopen dat mijn verbijsterde uitdrukking verborgen bleef in de duisternis en ik bereidde me al voor op een potje kung fu om mijn lijf en leden te verdedigen. Hij ging verder 'I drink so much. I am an alcoholic, you know'. Dat wist ik natuurlijk niet en als dit zijn manier was om me gerust te stellen sloeg hij de bal serieus mis. Op dat moment begon ik ook te beseffen waarom hij zo open was geweest over zijn levensstijl in Guangzhou; hij kon namelijk amper op zijn benen staan. Ik kreeg medelijden met hem en vertelde hem dat hij het best hulp zocht (bij de anonieme alcoholici bijvoorbeeld), maar toen greep hij me vast bij mijn schouders en begon hij te huilen. Daar stond ik dan. In het midden van de nacht. Met een 50jarige man die een potje aan het huilen was. Ik klopte hem geruststellend op de schouder en vertelde hem dat ik nu echt wel naar huis moest waarop ik hem zachtjes achteruit duwde en snelde naar de dichtstbijzijnde 7-eleven. Eens binnen kon ik rustig ademen en ik zag dat hij te dronken was om me achterna te rennen. Wel, lesje geleerd...vanaf nu gedraag ik me als een klootzak in China aangezien vriendelijkheid enkel leidt tot gênante situaties. In nachtclubs leidt het tot mannen die onder mijn kledij voelen, op weg naar mijn werk leidt het tot taxichauffeurs die me achtervolgen, in de bus leidt het tot Chinezen die mijn vriend willen zijn om hun Engels te verbeteren en bij andere westerlingen trek ik blijkbaar de alcoholici aan. Nee, mijn glimlach blijft vanaf nu in de kast. Nog een prettige dag verder en een 'fuck you' erbovenop! 

    21-08-2011 om 12:30 geschreven door Ujelly  


    11-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.This is...China.
    Vandaag in de krant: 'Govt probes pills made from dead infants' (Bron: Global times, 11 augustus 2011). En juist wanneer ik denk dat ik alles gezien heb in China (gisteren las ik nog dat er een jongetje in Bejing in de KFC keten een hamburger vol maden heeft gegeten), is dit artikel nog een tikkeltje erger. Een korte samenvatting: doodgeboren baby's of kinderen die stierven in het ziekenhuis zijn doorverkocht op de zwarte markt. Vervolgens zijn ze verscheept naar Korea waar ze eerst ontdooid werden in de microgolf oven om dan als pillen te eindigen. De pillen werden verkocht tegen een halve dollar per stuk en zijn erg populair in Korea om zogezegd het leven te verlengen en het gehoor en het zicht te verbeteren. China beweert dat ze niets te maken heeft met het vermalen van baby's en dat in de traditionele geneeskunde enkel placenta en navelstrengen gebruikt worden. Smakelijk.

    Werkelijk alles is mogelijk in China omdat er zo weinig veiligheidsvoorschriften zijn. De regering controleert de producten amper vooraleer ze in de schappen komen en als de producten toch geweigerd worden, is er altijd de zwarte (of lokale) markt. Een licentie om dingen op straat te verkopen heb je hier niet nodig, enkel een deken om je waren uit te stallen. De laksheid van de regering t.o.v. bedrijven verklaart ook waarom veel Afrikanen en Indiërs hier hun slag slaan. Ze stampen hier een bedrijfje uit de grond zonder het eindeloze Europese papierwerk en een week later verkopen ze al LCD schermen of GSM's aan hun geboorteland. China is niet enkel het gedroomde land van legitieme CEO's maar ook van de oplichters die maar al te graag profiteren van je goedgelovigheid. Aangezien er geen controle is op de kwaliteit van de items kunnen ze je werkelijk alles wijsmaken; de oortjes die ik vorige week aangeschaft heb (tegen een redelijke prijs, want ik wou geen namaak), hebben het nu al begeven.

    Misschien is het al duidelijk uit voorgaande beschrijving dat ik de Chinese mentaliteit grondig beu ben. De nieuwigheid is eraf en ik verlang naar de Europese gewoontes. Ik haat het bijvoorbeeld dat mensen in de metro nooit in één keer op hun plaats gaan zitten. Ze blijven eerst op het puntje van hun stoel zitten en wachten tot de zitplaats is afgekoeld vooraleer de plaats helemaal in te nemen. Ik haat het dat ze me aanstaren in de bus of metro en dan een conversatie proberen aan te knopen zoals 'Your skin is so beautiful'. Ik haat het dat ze geen elementaire beleefdheid kennen en gewoon alles zeggen wat ze denken. Zo heeft één van mijn studenten mijn benen beschreven als 'elephant legs'. Ik haat het dat de meeste Chinese meisjes een parasol bovenhalen van zodra er ook maar een scheutje zon door de dikke smog heen priemt. Ik haat het dat auto's hier nooit stoppen en dat ze altijd toeteren alsof ik (de zwakke weggebruiker) in de fout ben omdat ik überhaupt de weg wil oversteken. Ik haat het dat ik moest werken ook al had ik bijna 39 graden koorts en kon ik me bijna niet bewegen door de spierpijn. Ik haat het dat mensen hier enkel beoordeeld worden op hun witte huidskleur en dat het bedrijf waarvoor ik werk geen Filipino's of zwarten wil aannemen. Ik haat het dat mijn diploma hier geen zak waard is omdat ze hier toch alle documenten vervalsen waardoor ik moet doen alsof één van mijn ouders uit een 'native English' land komt zoals Schotland. En bovenal haat ik het dat Chinees Chinees blijft voor mij en dat elke Chinees lacht met mijn uitspraak zodra ik enkele woorden probeer te uiten.

    Maar om toch positief te eindigen: we gaan nog niet naar huis...bijlange niet, bijlange niet.


    11-08-2011 om 17:11 geschreven door Ujelly  


    03-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vaarwel, Olga
    China is dusver een aangename ervaring geweest. Des te meer omdat ik het kon delen met Rikki en Olga. Rikki toonde me de verschillende facetten van Guangzhou; Olga werd mijn beste vriendin. Maar mooie liedjes duren niet lang en mooie Chinese liedjes bestaan niet. Rikki is vrijdag vertrokken richting Slovakije en Olga is eergisteren ontslagen. Concreet betekent dit dat ze vertrekt de 12e richting Moskou en dat ik 2 nieuwe leerkrachten mag verwachten.

     
    Bart, mijn baas, heeft haar 2 augustus tijdens de middagpauze verteld dat ze niet meer mag terugkomen omwille van haar Russisch accent en 'because the kids don't like you'. Vervolgens kwam hij naar beneden en zei hij doodgewoon 'Esa, I think you should know Olga's been fired...'. Op dat moment was ik gezellig een bord rijst aan het eten, met twee stokjes zoals de lokale bevolking dat zo keurig doet. Mijn hand bleef midden in de lucht zweven en alle rijst die ik met veel moeite verzameld had op mijn eetgerei donderde naar beneden. Ik bleef een minuut zo zitten en ben toen naar boven gewandeld om Olga te troosten. Toen ik bovenkwam was Olga niet aan het huilen, want Russen huilen niet. Ze had wel een zakdoek bij de hand indien deze onwaarschijnlijkheid toch zou voorvallen, maar er kwamen geen tranen. Ik ben naast haar gaan zitten en begon toen zelf haast te blèren. 

    Mijn beste maatje gaat terug naar huis en ik weet niet wat voor roommates ik in de plaats zal krijgen. Tot overmaat van ramp moet ik liegen tegen Olga omdat ik de echte reden ken van haar ontslag. Ze is niet ontslagen omwille van haar accent, want de twee nieuwe leerkrachten komen ook uit Rusland. Ze is vooral ontslagen omdat haar attitude niet goed was. Ze is te koppig en weigert de dingen te doen op de manier dat de klant en de baas het wil. Bovendien had ze iedere dag een discussie met Bart en door de taalbarrière (haar Engels is niet zo goed) leken haar klachten op aanvallen en kwam ze onbeschoft over. Tot slot heeft de de arm van een klein jongetje ontwricht omdat ze niet voorzichtig genoeg was en hem bij de pols heeft vastgenomen i.p.v. bij de elleboog. Blijkbaar zijn de ouders van de kinderen die naar de kindergarten gaan ook niet tevreden omdat haar Engels niet goed genoeg is en de kinderen haar Russisch accent overnemen.

    Het kan me echter niet schelen om welke redenen ze ontslagen is. Ik zal haar erg missen. Ik zal haar verhalen over Rusland missen, wanneer ze me bijvoorbeeld vertelde 'in Russia, you are not afraid of robbers, you are afraid of the police'. Ze ging dieper in op deze mededeling en wist me te vertellen dat de politie in Rusland tot de slechts betalende beroepen behoort (net zoals leerkracht overigens) en dat de meeste agenten daardoor misbruik maken van hun macht om geld af te troggelen van de bevolking. De broer van haar oma en de zoon van haar tante zijn beiden vermoord door de politie omdat ze niet ingingen op de eisen van de klootzakken. Ook zal ik haar bijgelovigheid ook missen. In Rusland mag je geen geld aannemen voor 5 uur 's avonds. Het geld moet op een object (zoals een tafel) gelegd worden en mag enkel weer opgenomen worden na dit tijdstip, anders brengt het ongeluk. Je mag ook nooit gebaren dat iemand dik is door bij jezelf een dikke ronde buik te maken met beide handen, want als je het toont op je lichaam dan zal het ook echt gebeuren. Olga gelooft ook dat alles gebeurt voor een reden, wat misschien verklaart waarom ze haar ontslag niet zo hard opneemt. Volgens haar was dat de manier waarop 'het leven' haar duidelijk maakte dat ze terug moest keren naar Rusland, naar haar familie. Ik weet het niet Olga. We zullen zien zeker?

    03-08-2011 om 16:42 geschreven door Ujelly  


    30-07-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Werken zal je doen
    Op verzoek van mijn moeder ditmaal een kort bericht over mijn werk. Wat doe ik hier eigenlijk in Guangzhou? Momenteel werk ik voor een firma genaamd 'English Journey' in het district Shiqiao, wat ongeveer een busrit van 35 minuten verwijderd is van het district Panyu, waar ik woon. De firma verzorgt Engelse lessen voor chinese kinderen tussen 5 en 15. English Journey heeft ook een kindergarten voor kinderen vanaf 1 jaar en in de zomer en winter zijn er speciale cursussen.

    Het is aanpassen om hier les te geven omdat de school nooit zekerheid kan geven over het aantal leerlingen dat komt naar je lessen. Soms moet ik het doen met 1 leerling per klas, soms zijn het er 10. Bart, de andere Belg die hier al 6 jaar werkt, zegt dat je flexibel moet zijn, maar voor mij komt dat erop neer dat ik geen lesvoorbereidingen meer maak en gewoon de klassen al improviserend doorkom. We hebben geen leerplan en het boek dat we gebruiken is een gekopieerd boek waarop we de naam 'English Journey' hebben geplakt; copyright bestaat niet in China. 

    De ouders sturen hun kinderen naar onze school omdat we blank zijn en omdat Engels veel prestige heeft. De meeste leerlingen die naar onze school komen zien de lessen als ontspanning omdat ze nog andere bijlessen hebben. Het schoolsysteem in China is veel competitiever dan in België; één van mijn leerlingen begint systematisch te wenen wanneer ze de woordenschat niet kan onthouden of zelfs wanneer ze een simpel spelletje verliest. Een andere leerling, Tony, volgt lessen chemie, fysica, wiskunde en Engels tijdens de vakantie. Bovendien staat hij iedere morgen op om 8 uur om zijn vakantietaken te maken. Volgens hem is dat 'the chinese way' en hij lijkt het niet erg te vinden, maar voor mij lijkt het kindermishandeling.

    China is in het algemeen veel harder voor kinderen. Verscheidene chinese kindergardens zijn gesloten omdat de peuters door de onhygiënische omstandigheden ziek werden. Kinderen mogen de leerkracht in het gewone onderwijs ook niet tegenspreken of ze worden gestraft. Het is voor hen dan ook een opluchting dat wij veel losser zijn en dat ze vrij mogen praten (weliswaar in het Engels). Wanneer de chinese studenten geen bijlessen of huiswerk hebben, spelen ze computerspelletjes of kijken ze cartoons (zoals Yan Lang Lang, een cartoon over de wolf en de 7 geitjes). Kinderen die boeken lezen zie je hier zelden omdat ze in school al zo veel moeten lezen.

    Zo, nu weet je wat ik hier uitvreet in China en om eerlijk te zijn: het is hier niet zo slecht als ik soms laat uitschijnen in mijn blogberichten. Ja, het is aanpassen, maar als westerling krijg je hier een voorkeursbehandeling. Ik ben dus niet bang opgepakt te worden omdat ik mijn mond weer maar eens heb voorbijgepraat in klas. Zo heb ik mijn 14 jarige kinderen eergisteren uitgelegd wat AIDS is en hoe je het precies krijgt; nu maar hopen dat ik vandaag geen politiecombi voor mijn deur zie staan.





    30-07-2011 om 07:24 geschreven door Ujelly  


    23-07-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Iemand zin in een feestje?
    Het volgende blogbericht kan choquerend zijn voor bepaalde mensen. Het gaat over het nachtleven in Guangzhou en bevat soms expliciete taal of beeldende uitdrukkingen. Dit bericht is dus niet voor 'gevoelige' lezers. Aan al degene die tegen een stootje kunnen, lees gerust verder.

    Gisterenavond heeft Olga me overtuigd om mee te gaan naar een nachtclub. Mijn ervaring tot nu toe is dat het uitgaansleven in Guangzhou vreselijk duur is (soms tot 70 RMB - ongeveer 7 euro - per drankje). Daarom stond ik wat weigerachtig t.o.v. haar voorstel, maar ze verzekerde me dat deze avond helemaal niet duur zou uitvallen, want we gingen samen met Karisna (bijnaam Kat) een Indische vriendin. Na een lange metrorit, kwamen we aan rond 11u en Karisna stond ons op te wachten. Ikzelf had voor de gelegenheid een jeansbroek aangetrokken en een simpel T-shirt. Ally was iets feestelijker gekleed en droeg een T-shirt met een décolleté om u tegen te zeggen, maar Karisna overtrof alle verwachtingen. Toen ze ons zag zei ze zelf  'I feel like I am dressed up for a strip-club! You guys should have dressed up!'; ze was gekleed in een kort jurkje tot net onder haar billen, droeg stiletto's en haar borsten vielen er bijna uit. Al bij al maakte Kat toch een sympathieke indruk en ze was heel erg blij dat Olga een fles wijn had meegebracht, maar ze zei dat ze een vriend ging bellen die voor alles zou betalen in de nightclub. Daarenboven voegde ze toe 'and he's a friend of my father's so I don't even have to fuck him!'.

    De nightclub had standaard 4 gorilla's (ja hoor, zelfs bij een tenger volk als de Chinezen vind je bulldozers) die buiten stonden en enkel toegang verschaften aan degene die ofwel betaalden of gekleed waren voor een feestje. Gelukkig waren dat niet de enige twee criteria die ze hanteerden, anders was ik gekleed als een halve hippie (sandalen incluis) nooit binnen geraakt. Het derde, en misschien wel belangrijkste criteria voor buitenlanders, is de huidskleur. Ben je blank dan raak je zonder problemen binnen in om het even welke club. Ik had een vleesjurk kunnen dragen zoals Lady Gaga, en nog was ik toegelaten tot de club. China in het algemeen hanteert die hiërarchie; hoe witter je bent, hoe meer deuren er open gaan. De chinese meisjes weten dat ook maar al te goed en zodra de zon schijnt halen ze hun parasol boven om toch maar geen kleurtje te krijgen. Ben je zwart dan word je gegarandeerd gediscrimineerd in Guangzhou. Niet alleen krijg je de labels 'gevaarlijk', 'onbetrouwbaar' en 'dief', op straat word je aangestaard en men vermoedt dat je drugs dealt.

    Eens binnen loodst Kat ons naar de toiletten. Verbouwereerd, word ik in een hokje geduwd en Olga en Kat komen achter me aan. De deur wordt gesloten en de fles wijn bovengehaald. Wanneer ze mijn gezichtsuitdrukking ziet, legt ze uit 'You cannot dance if you're not at least a bit drunk'. Mijn idee van een gezellig glaasje wijn is toch anders, maar ik sta zeker open voor nieuwe ervaringen en drink een paar teugen van de goedkope rode wijn. Kat duwt ons weer uit het toilethokje en Olga verstopt de halflege fles wijn terug in haar tas. We geven onze zakken af aan de vestiaire en ontmoeten Kats vriend, DK. Hij ziet eruit als een typische Indische macho. Hippe jeans, hip hemdje dat halfopen staat zodat je zijn borsthaar kan bewonderen, haar in de gel en niet te vergeten: een overdosis aftershave. Zonder problemen diept hij een paar honderd RMB op uit zijn zakken en maakt de kelners in de nightclub duidelijk dat hij pronto een tafel wil met twee flessen whiskey. We krijgen een tafel toegewezen en zelfs een kelner die ervoor zorgt dat we niets te kort komen; snacks, drank en ijs worden aangebracht.

    Nu pas besef ik dat ik verkeer in het gezelschap van de rijken van Guangzhou. Ik kijk rond en zie inderdaad dat geld (en vooral drank) hier rijkelijk vloeit. De regels van de Europese nachtclub zijn hier van toepassing: ben je knap en vrouwelijk dan raak je gemakkelijk aan iemand die voor alles betaalt. Je hoeft enkel als een soort décorstuk aan zijn arm te hangen en de cocktails komen je richting uit. Ik zie chinese meisjes met lang zacht golvend haar en een gave huid die aan een tafel zitten met chinezen met een pokdalig gezicht en rond buikje. Ik zie chinese meisjes die met hun kont tegen hun danspartner aanschurken en er geen problemen mee hebben om van de ene naar de andere man te fladderen. Maar het meest choquerende voor mij was de kloof tussen arm en rijk die in deze club nog groter lijkt. Tussen al de glamour merk je chinese werkers die zwijgzaam en ongemerkt de tafels schoonmaken en de glazen oprapen die de klanten argeloos op de grond smijten. De toiletten worden beheerd door een vermoeide vrouw wiens glimlach haar ogen niet bereikt. Ze zorgt ervoor dat alle toiletten proper blijven en kuist letterlijk alle shit op die wij, klanten, achterlaten. Haar werkdag begint pas om 9u 's avonds, maar loopt door tot een gat in de nacht. Bovendien kan ze nergens zitten en krijgt ze geen extra fooien van de klanten. Fooien zijn immers niet gebruikelijk in China.

    Wanneer ik me op de dansvloer begeef, besef ik nog iets: meisjes zijn hier net zoals wild waar openlijk op gejaagd wordt. Hoe weet ik dat? Omdat iemand achter mij zijn handen al op mijn heupen heeft gelegd en als een hondje tegen me op aan het rijden is. Ik probeer oogcontact te maken met Kat en ze redt me uit deze gênante situatie. Een Indiër aan mijn linkerkant grijpt mijn pols en trekt me dichterbij, terwijl Olga al een andere buitenlander gevonden heeft waarmee ze kan dansen en Kat nog steeds bezig is met de chinees die mij voordien belaagde. Kat schreeuwt in mijn oor 'Chinese guys are so annoying!'. Wanneer ik gil 'Why?', antwoordt ze 'Because they really help themselves, you know, they don't mind if they get an erection on the dancefloor and really want to make themselves feel good'. Ik probeer weg te raken van de Indiër die me de hele tijd dichterbij trekt en zeg dan simpelweg 'No!' aangezien hij mijn lichaamstaal niet lijkt te begrijpen. Ik klim op het podium dichtbij de DJ en begin te dansen bij een meisje (waarvan ik later verneem dat ze uit Oekraïne komt). Kat klimt erbij en vraagt me onbeschaamd 'Do you mind if I grind you for a few seconds?'. Een paar seconden later voel ik haar kont tegen mijn dijen, maar dat is tien keer beter dan een erectie tegen de achterkant van mijn knieën; ik zeg knieën omdat de chinese mannen zo veel kleiner zijn dan ik en hun klokkenspel komt dus gelukkig niet tot aan mijn kont. 

    Ik vlucht naar de toiletten waar ik op adem kom. Licht paranoïde luister ik of ik niemand hoor drugs snuiven. Het zou me niet verbazen in een tent als deze, maar drugs zijn gelukkig niet vrijelijk te verkrijgen in Guangzhou. Dat is toch iets dat de regering goed heeft gedaan; drugbezit en druggebruik worden hier hard aangepakt en de algemene houding van de bevolking t.o.v. drugs is uitermate negatief. Die attitude gaat ver terug in de tijd. In het verleden was opium legaal en aan het druggebruik en aan de 'opium war' die daarop volgde, heeft het volk slechte herinneringen. Zelfs weed wordt hier bestempeld als hardcore drug en er is geen haar op hun chinese hoofdjes dat eraan denkt om drugs te gebruiken en zo uit de gratie te vallen bij familie en vrienden.
     
    Met opgeheven hoofd stap ik terug de club in en probeer recht door de mensenmassa te ploegen naar Olga (die nog steeds bezig is met haar Fransman) en naar Kat (die zich nu tegen het Oekraïense meisje aanvleit). Dezelfde Indiër probeert me weer dichterbij te trekken maar ik duw hem weg en schreeuw 'Fuck off!'. Hij beseft dat ik noch gewillig noch dronken ben en doet een stapje achteruit. Ik probeer enkele Europese of Amerikaanse mannen te onderscheiden in de massa en klim dan terug op het podium bij een jongen die er Europees uitziet. Ik heb gelijk; hij komt uit Frankrijk, maar geeft zelf toe dat hij te dronken is om ook maar iets te doen. 'No problem' zeg ik 'Do you mind if I use you as my boyfriend to deter the other guys?'. De Fransman vind het allemaal best, maar verkeert niet in de mogelijkheid om met mij te dansen. Ik draai dus rond hem heen en wanneer iemand me probeert mee te sleuren, ruk ik me los en wijs naar de Fransman. Mijn strategie werkt en zolang ik bij hem blijf dansen, laten de anderen me met rust. 

    Ondertussen is het 4 uur 's ochtends en Kat heeft een paar literglazen alcohol te veel op. Haar vriend, DK, duwt een kerel weg die met zijn hand de binnenkant van haar dijen probeert te bereiken en ik geef de kerel er nog een elleboogstoot bovenop. Ik ben blij dat ik redelijk nuchter ben zodat ik er ten minste voor kan zorgen dat Olga en Kat veilig zijn. DK zegt dat het genoeg is en dat hij zijn chauffeur zal bellen om ons op te halen. Kat wil nog niet echt vertrekken, maar wanneer de auto komt ondersteun ik haar zodat ze toch veilig kan instappen. 

    Eventjes waan ik me in Bollywood wanneer ze een paar Indische CDs opzetten en luidkeels beginnen mee te zingen. Ik vraag aan DK hoe hij het zich in godsnaam kan veroorloven om naar zo'n nightclub te gaan en hij vertelt me dat hij de CEO is van een fabriek die LCD schermen maakt. Hij vertelt er ook bij dat de meeste Indiërs die je in Guangzhou ziet stinkend rijk zijn en ik geloof hem. Overal in Guangzhou zijn er Indische restaurants te vinden die eten serveren dat ik niet kan betalen. Daarenboven heb ik hier nog geen enkele Indiër in een nachtwinkel gezien en gaan de meeste Indiërs hier gekleed in pak. 

    Onze tweede stop is Tomatoes, een tent waar ze Europese maaltijden serveren. Kat wil eerst nog naar een andere nachtclub gaan, maar beseft dan dat ze amper op haar benen kan staan en we eten gezellig een pizza in het restaurantje. DK bestelt nog een paar shots tequila en dan stappen we weer in de auto. Halverwege moeten we stoppen omdat Kat haar maaginhoud leegt en ik kom pas thuis om 7 u 's ochtends, maar het was op zijn minst gezegd een aparte ervaring. Prijskaartje van de hele avond? Ongeveer 120 euro waarvan ik geen cent heb moeten betalen. Daarmee kan je een chinees gezin op zijn minst een maand van eten voorzien.



    23-07-2011 om 12:09 geschreven door Ujelly  


    16-07-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.'t Is aanpassen
    Photobucket
    Sinds ik hier ben aangekomen zijn mijn voedingsgewoonten al grondig veranderd. De eerste dagen kocht ik nog sandwich brood, mooi verpakt, maar vol conserveermiddelen. Het brood blijft eeuwen 'goed' en is enkel verkrijgbaar in wit formaat of met rozijnen. Bruin brood vind je hier bijna niet en als je het toch vindt is het peperduur. De Chinezen eten als ontbijt noedels of pap. De pap bevat sojabonen, maar is niet zoet. Ik heb een zak havermout gekocht; het is nog steeds duurder dan de pap, maar het is minder duur (en smakelijker dan het fabrieksbrood). Vlees koop ik hier niet, want af en toe zie ik vliegen neerstrijken op de verpakkingen en ik denk/hoop dat je minder snel een voedselvergiftiging opdoet als je enkel groenten eet. Als vleesvervanger eet ik tofu (doú fù) met groenten die ik eerst was en dan grondig bak. Natuurlijk kook ik niet elke dag; eigenlijk scheelt de prijs niet zo veel van het voedsel dat je koopt op straat en er zijn toch een paar kraampjes die ik vertrouw, alhoewel ik moet toegeven dat ik al één dag met mijn hoofd boven de wcpot gehangen heb.






    PhotobucketHet is eigenlijk niet te verwonderen dat mijn maag zo reageert, want ik heb mezelf opgelegd om alles te proberen wat ze me aanbieden. Gisteren ging ik toevallig naar een feestje georganiseerd door een Chinese vriend. Één van de delicatessen die de buffettafel te bieden had, was de kippenpoot. De gekookte of gefrituurde kippenpoot is in verscheidene formaten te verkrijgen en kan gekruid worden naar smaak. Deze delicatesse wordt ook verkocht op straat en in metro's en bussen kan je de Chinezen gretig zien kauwen. Helaas heb ik dat kauwen redelijk letterlijk opgevat en nadat ik de moed gevonden had de poot (met nagels incluis) op te nemen, zette ik er gewoon mijn tanden in zodat ik het bot kon horen kraken. Tot grote hilariteit van mijn Chineze gastheer brak de poot in tweeën en spuwde ik bijna meteen de brok die ik had afgebeten uit. Hij legde me toen uit dat het een kunst is om kippenpoten te eten omdat je met je voorste tanden het vel rond het bot moet proberen af te schrapen. Hij moet dan wel een uitermate kunstig persoon zijn, want hij eet die dingen elke dag.






    PhotobucketAls je eetlust nog niet verpest is, mag je verder lezen want er komt nog meer. Deze middag ben ik op zoek gegaan naar een school waar ze Chinees geven. Ik had een adres gevonden op het internet en na talloze omzwervingen kwam ik er uitgeput en doorweekt aan. Hun prijs was echter te hoog voor mij (500 euro voor slechts 32 uur) en toen ben ik teleurgesteld afgedropen om vervolgens vast te stellen dat ik de weg niet meer wist naar het metrostation. Gelukkig zag ik net een buitenlandse voorbij lopen en kon ik het haar vragen in het Engels. We raakten aan de praat en ik besloot samen met haar de stad te verkennen. We vonden o.a. een Ikea waar ze kaas verkochten aan een redelijke prijs. Kaas wordt geïmporteerd omdat de Chinesen hun eigen kaas 'tofu' maken van soja melk. We vonden ook minder aangename dingen zoals een toilet in de McDonalds waar iemand wel een heel erg grote boodschap in had gedropt. We zochten naar een beter alternatief en vonden een schoner toilet, maar ik moest nog steeds op mijn hurken zitten en er was geen toiletpapier aanwezig. Het was geen onaangename ervaring, maar ik zit toch liever met mijn billen op een Europees toilet. Nog beter is een Europees toilet in Europa, want de Chinezen hier hurken overal en dus staan er soms voetafdrukken op de toiletbril. 




    PhotobucketOp weg naar huis trotseerden we eerst extreme weersomstandigheden. Donder en bliksem wisselden elkaar in een snel tempo af en het regende zo veel dat de putjes het water niet konden slikken zodat de straten en de lagere trottoirs onder water stonden. Toen werden we bijna overreden door een chauffeur die besloot dat hij liever op de stoep reed dan in de file te staan en vervolgens werden we onder de voet gelopen in de metro. Mij hoor je niet klagen daarover, maar toen ik thuiskwam kwam ik tot een onaangename vaststelling: mijn sandalen geven kleur af wanneer ze nat worden. Bovendien gaat de verf niet af als je je voeten wast en daardoor heb ik nu een leuke souvenir. Nu begrijp ik waarom sommige mensen sokken in hun sandalen dragen.






    16-07-2011 om 17:43 geschreven door Ujelly  


    14-07-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Lang leve België
    Voor de eerste keer in dagen is het een beetje koeler en sta ik niet al zwetend op. Volgens mijn Chinese collega's zijn deze dagen redelijk uitzonderlijk en wordt het binnen de kortste keren weer snikheet. Ik hoop van niet, want in dit weer kan je amper iets doen en val je overdag boven je boeken in slaap. De 'boeken' verwijzen hier naar de boeken die ik gebruik om Chinees te leren, zelfstudie als het ware. Helaas is het heel erg moeilijk om Chinese woorden correct uit te spreken en daarom heb ik een privéleerkracht ingehuurd tegen 7 euro per uur. Ik hoop dat ik vlug vorder en meer kan zeggen dan 'Ik wil een vork' of 'Ik wil noedels'. 

    Gisteren ben ik naar een Couchsurfing meeting gegaan. De filosofie achter 'Couchsurfing' is dat de huizen van mensen openstaan voor bezoekers die een slaapplaats nodig hebben. Als je je aansluit bij de website kan je zoeken naar geschikte slaapplaatsen en kan je afspreken met andere leden om iets te gaan drinken. Gisteren was er een bijeenkomst met zeker meer dan 32 leden. Sommige zijn inheems (Chinees), maar de meeste komen uit het buitenland. Ik heb o.a. een Italiaan, drie Russen -ze zijn echt overal- en een Fransman ontmoet. De Fransman had zijn vrienden wijsgemaakt dat we al een jaar aan het daten waren dus het was wel handig om hem in zijn eigen taal op zijn plaats te zetten. Hij was redelijk verbaasd dat ik (gebroken) Frans kon en vroeg me waar ik vandaan kwam. Toen ik zei 'de Bruges, Belgique' begon hij spontaan te lachen; blijkbaar zijn we in het buitenland bekend omdat we nog geen regering hebben en niet meer omdat we fantastische chocolade of bier maken. Tijden veranderen.

    Maar liever geen regering dan de regering in China. Hun filosofie is om zo veel mogelijk mensen in dienst te nemen om zo de almacht van de staat aan te tonen. I.p.v. machines plaatsen ze in mijn regio (Clifford, Panyu) overal wachten die de bewonerskaarten controleren. Iedereen weet dat ze daar maar staan voor de show en  als je uit het buitenland komt en veinst dat je geen woord Chinees kent, laten ze je zonder problemen door. Hier hebben ze ook voor alles papieren. Volgens mij verdwijnen er minstens 10.000 bomen per dag om de Chinezen te voorzien van papier. Wil je een bewonerskaart? Geen probleem. Je moet enkel naar 3 verschillende instanties gaan en minimum 15 pagina's papierwerk invullen. Een busticket met de nachtbus? Een heel A4tje met stempel erop dat dan gewoon in een doos gepropt wordt. 

    De macht van de regering is ook voelbaar in de alledaagse conversaties. Toen ik mijn Chinese collega's vroeg waarom er zo weinig bedelaars te zien zijn in Guangzhou (minder dan in Brussel) ontweken ze allemaal mijn vraag. Daarna stelde ik de directe vraag of de politie ze soms aanpakt en ik kon zien dat ze niet meer op hun gemak waren. Één van de collega's kwam toen met de hypothese dat familie veel belangrijker is in China dan in Europa en dat verwanten elkaar meer helpen. Het is waar dat ze veel meer respect hebben t.o.v. de ouderen en hun familie, maar je gaat me niet wijsmaken dat ze in een stad tien keer groter dan Brussel maar een paar bedelaars hebben. Natuurlijk ben ik nog niet echt in de 'achterbuurten' geweest, maar ik heb me wel al gevaarlijk terrein begeven door de asfaltjungle te betreden. Met de asfaltjungle duiden buitenlanders de kleine straatjes aan waar je geen enkele toerist tegenkomt. Rikki, mijn roommate die redelijk avontuurlijk is ingesteld, heeft me zelfs verteld dat hij daar nooit komt, maar ik kon er niets aan doen; ik was verdwaald.

    Met Rikki ben ik ook de kleine winkeltjes gaan bekijken waar Rikki zijn 'allstars' gekocht heeft. De Allstars worden verkocht voor 5 euro per paar en zijn bijna niet te onderscheiden van de echte. Ze komen zelfs in de originele dozen waar de prijs van 75 euro opstaat en ze hebben de Allstar labels. Rikki opperde toen dat ze misschien gestolen waren, maar toen hij het vroeg aan de shopverkoper zei die gewoon vlakaf dat ze 'fake' waren en hij toonde ons zelfs het internetadres waar hij de dozen bestelde. Rikki heeft er geen probleem mee om namaak te kopen. Ik blijf sceptisch; ik weet niet in welke omstandigheden het materiaal gemaakt wordt en ook al is het zo goedkoop, ik heb liever een echt paar degelijke schoenen dan mijn voeten te folteren. Tot nu toe heb ik nog geen kledij gekocht in China en ik plan dat zo te houden. Je weet nooit of het nu namaak is of niet, want soms is de prijs geen indicatie.




    14-07-2011 om 11:42 geschreven door Ujelly  


    10-07-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een stapje verder
    Photobucket
    Gisteren heb ik een stapje in de wereld (Guangzhou city) gewaagd en heb ik de metro genomen. Eerst met de bus naar het metrostation en dan naar 'New Town', zo genoemd omdat het nog maar een aantal jaar bestaat en omdat het het financiële hart van Guangzhou is. De bus naar het metrostation kost niet zoveel (2 Yuan, ongeveer 22 cent), maar de buschauffeur kan je geen geld terug geven. Je moet dus het exacte bedrag in zijn bakje kunnen stoppen en dat kan duur uitvallen als je enkel briefjes hebt van 20 Yuan. In de metro hanteren ze een ander systeem. Je kan je biljetten in een handige machine stoppen en je moet enkel je route aanduiden. In ruil voor je geld krijg je dan een jeton die je kan scannen wanneer je het station betreedt. Wanneer je je bestemming bereikt hebt,  steek je de jeton simpelweg in een gleufje en elektronisch wordt berekend of je wel de juiste afstand afgelegd hebt.











    PhotobucketZowel de bus als de metro zijn altijd druk bezet, tenzij je reist na 9 uur 's avonds en voor 7 uur 's ochtends. De regels voor het betreden van metro en bus zijn heel erg simpel: drum totdat je binnen bent en probeer dan je plaats in de bus of metro te behouden terwijl je heen en weer geslingerd wordt. Het maakt niet uit of je nu een buitenlander bent of een chinees, geplet word je zeker. Ze hebben ook de vreemdste regels op de bus en metro (zie foto). Ze vertellen je expliciet dat je niet mag spuwen op de vloer, maar vertellen je ook dat je de ouderen en kinderen moet respecteren. En effectief, wanneer er een oudje of kind binnenkomt krijgt hij of zij automatisch een zitplaats vooraan in de bus. Daar kan België een punt aan zuigen.










    PhotobucketNa een klein uurtje in de bus en metro bereikte ik New Town. Het eerste wat me opviel waren de imposante wolkenkrabbers, maar ook de lichtvervuiling en talloze straatmuzikanten. De hoogste toren in Guangzhou is de televisietoren die voortdurend verandert van kleur. Bijna alles in de binnenstad geeft licht. De Chinezen geven er niets om dat ze energie verspillen, zolang hun stad maar impressionant is. De toren geeft dan ook licht de hele nacht lang en pleinen en restaurants kopiëren dezelfde flashy verlichting (zie foto links). Dat de Chinezen niets om het milieu geven is ook te zien aan de Pearl River (link), genoemd naar de kleur die de rivier vroeger had. Vroeger, toen de rivier nog schoon was, gaven de schelpen op de bodem een parelachtige glans aan het water. Nu is het water diepbruin en je ziet er geen watervogels. Bij toeristen is de rivier vreemd genoeg wel nog populair. Je kan op boottocht gaan voor amper 90 Yuan.











    PhotobucketIn het terugkeren, besluit ik nog iets te kopen in één van de vele kraampjes langs de weg. De hygiëne is niet fantastisch, maar volgens Olga heb je er 90 procent van de keren geen last van. Ik besluit het erop te wagen, maar mijd het onhygiënische kraampje op mijn linkerkant (zie foto) en ga rechtstreeks naar het kraampje waar er een stuk of 5 mensen staan aan te schuiven. Ik koop Chinese Noedels. Ik wist niet dat er ook iets anders bestond dan Chinese Noedels, maar blijkbaar maken ze een verschil tussen de gele slierten en de witte. De gele (zo beweren ze me) zijn geen traditioneel chinees gerecht, de witte wel. Voor mij zijn ze nog altijd beide 'pasta' ook al heeft Olga me al gecorrigeerd door te zeggen 'No pasta. They're rice noodles'. Zo, alweer iets bijgeleerd. 














    10-07-2011 om 00:00 geschreven door Ujelly  


    08-07-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Niet alleen in China
    Even mijn roommates voorstellen. De meeste excentrieke van de twee is ongetwijfeld Rikki. Hij komt uit Slovakije, houdt van Chinese meisjes en heeft een hele voorraad tatranky op zijn kamer. Die voorliefde voor het vrouwelijke schoon steekt hij niet onder stoelen of banken en af en toe komt hij naar huis met zijn nieuwste verovering. Dit tot grote ergernis van mijn tweede roommate, Olga. Zoals de naam al doet vermoeden komt ze uit Rusland en zij en Rikki zijn niet de beste maatjes. Het is niet alleen zijn voorliefde voor vrouwen waar ze een hekel aan heeft, maar ook aan zijn onwil om op te ruimen of schoon te maken. Eigenlijk moet ik haar gelijk geven, want wanneer Rikki in een kamer is geweest zie je het meteen. Ofwel staat zijn traditioneel theesetje nog op tafel, ofwel is de keuken beklad met etensresten, ofwel slaapt er één van zijn vrienden in de zetel zodat jij er niet in kan zitten. Nochtans heeft Rikki ook een punt. Hij is ervan overtuigd dat Olga het wat relaxer moet aandoen, 'because it seems like she has a stick stuck in her ass'. Van Rikki moet ze niet zo veel schoonmaken en moet ze wat meer uitgaan, genieten van het land en van de schoonheden (hier letterlijk te nemen) die het land te bieden heeft.

    Chinese cockroach
    Hoedanook, Olga en Rikki lijken beiden al heel erg aangepast aan China. Ze kijken er niet meer van op dat er kakkerlakken (zie foto) ter grote van chocoladerepen in ons huis wonen en ze staan op met een verveelde zucht wanneer er eentje hun kamer durft in te vliegen (ja, ze vliegen!) om het beest vervolgens met een zwaar object dood te slaan. Ze kijken er ook niet van op dat de helft van de Chinezen zomaar vuilnis op straat gooit of al rochelend door het leven gaat. Het gedrum in de bus en het gestaar omdat we buitenlanders zijn doet hen ook al niets meer; ze zijn ingeburgerd. Rikki is er zelfs in geslaagd om na 3 maanden een degelijke kennis chinees op te bouwen en Olga kan perfect door de supermarkt navigeren ook al staat alles aangeduid in een taal die ze niet meester is, laat staan dat ze de karakters kan lezen.

     
    Kortom, je lijkt aan alles gewoon te raken. Ikzelf slaak af en toe nog eens een gil wanneer ik een kakkerlak tegenkom en ik kan het ook niet echt verdragen dat de Chinezen nooit sorry zeggen (ook al hebben ze er de woorden voor 'dui bu qi'), maar ik ben er zeker van dat die verwondering zal voorbij gaan na een paar maanden in China.
    Zai Jian!

    08-07-2011 om 05:45 geschreven door Ujelly  


    06-07-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Heenreis
    China is verschrikkelijk heet. Heter dan Doha (mijn eerste stop in Qatar) waar het soms 45 graden is, hoewel het kwik hier niet boven de 35 graden Celcius stijgt. Het verschil? Hier zweet je als een otter en iedere keer dat de Moessonregen naar beneden valt stijgt de vochtigheidsgraad nog maar eens. Misschien was ik beter in Doha gebleven en dat gebeurde ook bijna aangezien ik maar 1 uur had om over te stappen van vliegtuig en ze mij geen 'rapid transfer' ticket hadden gegeven, maar een 'normal transfer' ticket. I.p.v. in de rij van amper 10 mensen, kwam ik dus terecht in een rij van minimum honderd die allemaal door de security moesten. Na een 15tal minuten aanschuiven, besloot ik dat het genoeg was en begon ik de rij te doorploegen alsof er geen rangorde bestond. Ik moest beroep doen op wat elleboogwerk, maar ten slotte kwam ik toch op tijd aan in het vliegtuig.

    Helaas deed het vliegtuig mij geen wederdienst en kwam ik daardoor 1 uur te laat aan in Shanghai. Ik had al redelijk wat ongeluk te verduren gehad (het verkeerde ticket, de dame in het vliegtuig naast me die mijn deken stal, mijn gsm die niet wilde werken,...). Dus ik hoopte dat de ying en yang mij gunstig zouden zijn en dat ik nu mijn portie ying zou ontvangen. Helaas was dat niet het geval. In Shanghai nam ik wel de juiste bus naar de juiste luchthaven (nota: er zijn tweeluchthavens in Shanghai), maar ik kwam 10 minuten voor het vertrek van mijn binnenlandse vlucht aan en mocht niet meer inchecken. Geen probleem.Ik kon het ticket veranderen naar een latere vlucht (zelfs zonder extra kost) en een tijdje later zat ik te wachten op mijn vliegtuig. Met mijn GSM in de hand probeerde ik mijn binnenlandse contacten op de hoogte te brengen, maar net toen ik op de 'send'-button wilde drukken, viel het ding uit. Blijkbaar heeft mijn batterij maar een houdbaarheid van 1 dag meer, want de vorige dag had ik hem nog opgeladen. Licht in paniek, ging ik op zoek naar een stopcontact, want de nummers van mijn contactpersonen zaten nog in mijn GSM. Drieduizend stappen en tien keer vragen 'is there a plug where I can recharge my cellphone' later, vond ik dan toch een stopcontact en kon ik aan de telefoonnummers. Nog maar een paar hindernissen vooraleer ik de contactpersonen werkelijk kon bereiken. Eerst en vooral moest ik een telefoonhokje vinden, want Proximus had me niet op de hoogte gebracht dat ik mijn telefoon moest activeren. Ze hadden me verteld dat alles zou moeten werken tot en met de 5e (wanneer mijn abonnement afloopt). Vertrouw nooit een man in pak, want hij had het mis. Het telefoonhokje was niet zo moeilijk te vinden, maar het ding aan de praat krijgen was niet zo simpel. Ik schakelde de hulp in van een Chinese enthousiasteling die chinese instructies kon volgen en vijf klikken later was ik de bezitter van een telefoonkaart ter waarde van 30 yuan (+-3,2 euro). Niet dat de telefoonkaart me geholpen heeft, want het toestel zelf was kaputt. Tijd om van de chinese gastvrijheid gebruik te maken, maar vind maar eens een chinees die Engels kan. Die ene chinees heb ik dan toch gevonden en mijn contact werd op de hoogte gebracht.

    Op naar de binnenlandse vlucht. Geen problemen daar, behalve dat het eten niet te vreten was (worstenbroodje met lookworst, maar ook vreemde rode schubben die - zo vertelden ze me- gedroogd varkensvlees moesten voorstellen.). Ik kwam op tijd aan, maar mijn contact stond niet op me te wachten. Ik had nog steeds de telefoonkaart uit Shanghai en ging dus naar het dichtsbijzijnde telefoonhokje, want ze kunnen niet allemaal kapot zijn. Toch? Mijn kaart werkte in ieder geval niet en toen ik het infopunt vroeg waarom mijn kaart niet werkte, legde die uit 'only for Shanghai', maar hij bood me ook zijn eigen telefoon aan. Mijn contact stond in het verkeerde departement te wachten en kwam toen naar me toe. Om 2u 's nachts betrad ik het appartement en een half uurtje later lag ik in bed. Nu enkel nog leren omgaan met de hitte en dit wordt een fantastische ervaring; ik heb in elk geval al geleerd om niet te veel op mijn geluk te vertrouwen.

    06-07-2011 om 00:00 geschreven door Ujelly  




    Archief per week
  • 05/12-11/12 2011
  • 21/11-27/11 2011
  • 07/11-13/11 2011
  • 24/10-30/10 2011
  • 03/10-09/10 2011
  • 19/09-25/09 2011
  • 12/09-18/09 2011
  • 05/09-11/09 2011
  • 29/08-04/09 2011
  • 15/08-21/08 2011
  • 08/08-14/08 2011
  • 01/08-07/08 2011
  • 25/07-31/07 2011
  • 18/07-24/07 2011
  • 11/07-17/07 2011
  • 04/07-10/07 2011

    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs