De wereld van Fie
Inhoud blog
  • Dieren in nesten
  • Belgische....of niet?
  • Verliefd....
  • Beestjes, beestjes, beestjes
  • Zomer serenade

    Zoeken in blog


    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     



    30-01-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Carpe Diem


    Toen ik vanmorgen het gordijn van de slaapkamer opende, maakte mijn hart een klein sprongetje. Even voelde het alsof ik 5 jaar was. Ik riep enthousiast naar Bart: “Het heeft gesneeuwd!” Net zoals ik dat tegen mijn moeder riep toen ik 5 jaar was. Beelden van vroeger stromen door mijn hoofd. Dikke rode skipakken met lange witte onderbroeken eronder. Koltruitjes met een rits. Lange skisokken. Moonboots en soms langlaufschoenen met zo’n platte neus, zodat ze goed in de ski’s geklemd konden worden. Ik zie mijn moeder onze sjaals knopen en warme dikke mutsen opzetten terwijl wij ongeduldig staan te trappelen om naar buiten te gaan. We kregen nog dikke, vingerloze wanten aan, die met een touwtje achter je rug met elkaar verbonden waren. Onhandig, want je kon er niets mee doen, maar ze waren wél warm. We maakten sneeuwpoppen, we konden langlaufen op de weg, en sleeën in de weides. We kwamen weer terug naar binnen en dronken, met vuurrode wangen en rechtopstaand statisch haar, onze warme chocolademelk, waarna we weer meteen naar buiten wilden om verder te spelen.

    Wat een zalig begin van deze dag. Nu heeft het niet zoveel gesneeuwd dat we kunnen langlaufen, maar genoeg om dadelijk eens heerlijk met de honden naar buiten te gaan. Ze weten nog niet dat het gesneeuwd heeft, en dat vind ik altijd leuk. Want als ik straks de garagepoort open maak, en ze naar buiten kunnen kijken, draaien ze helemaal door. Dan blaffen ze en draaien ze rondjes om hun as van blijdschap. Senna zal direct met haar hoofd naar de grond gaan en rondrennen met haar bek open zodat ze oneindig veel sneeuw binnen krijgt (die ze vervolgens 10 minuten later dan ook uitspuugt). Jessie, onze zotte labrador, zal eerst heel snel plassen en daarna zal hij zijn onzichtbare vriendje achterna rennen en zich met een plof in de sneeuw laten vallen om zich eens lekker schoon (nat) te rollen.  Falco zal eerst de sneeuw eens voorzichtig van dichtbij willen zien om vervolgens op de puntjes van zijn tenen naar de bosrand te lopen om even te plassen. Vervolgens wacht hij tot Senna uitgespuugd is en dan gaat het ren-, stomp-, duw-,trek en worstelspelletje beginnen. Dat is geweldig om te zien, en ik kan daar bijzonder van genieten. De sneeuw zal alle kanten uit vliegen en hun vacht zal bedekt worden met een laagje wit poeder. Er zullen rookwolkjes uit hun bek komen en ze zullen van gekkigheid niet weten wat te doen.
     
    Maar eerst zet ik een kopje thee voor mezelf en een kopje koffie voor Bart, die al in zijn kantoortje zit te werken. Ik ga aan de eettafel zitten en sip voorzichtig aan de hete thee. Ik kijk door de schuifpui naar buiten en geniet van wat ik zie. Alle takjes, van de takjes, van de takken van de bomen zijn bedekt met een laagje sneeuw. Alle ruitjes in het HERAS hekwerk zijn gevuld met een fijn wit laagje. Er zitten kleine koolmeesjes in die ruitjes. Ze zijn op zoek naar eten. Gelukkig heb ik mijn tuin ingericht als een waar vogelparadijs. Overal waar iets aan kan hangen, hangt iets. Er staat een vogelhuisje met lekkere vette jammie’s en er hangen afdakjes met pindakaaspotjes eronder, aan de stam van de bomen. Het is druk. Het is een komen en gaan van schattige klein meesjes en roodborstjes. De zon komt langzaam door, maar is nog niet zo krachtig dat de sneeuw smelt.
    De wereld is bedekt met een laagje sneeuw. Mooi, zacht, helder, schoon en onschuldig. Alle molshopen zijn weg. Alle vieze rottende bladeren van de eik zijn weg. Alle rotzooi en viezigheid is bedekt. Voor eventjes ligt alle boosheid, alle ellende, alle narigheid en alle angst, verborgen onder een prachtig laagje wit. Even zijn we afgeleid. Even kijken we allemaal, maar dan ook állemaal, uit het raam en denken: “O wat mooi!” En even zijn we niet meer bezig met akelige mensen, die akelige dingen doen met andere mensen, of met dieren of met de wereld. Even kun je de angst, voor wat er gaat gebeuren, voor alle dreigementen tegen je land en tegen je medemens, voor het getouwtrek om macht en ego’s, naast je neer leggen. Even leef je in het moment. Het mooie witte moment van plezier, van jeugdsentiment, van schoonheid, van stilte en van pracht.
    Vandaag ga ik het allemaal onder dat laagje laten liggen. Vandaag ga ik helemaal in het moment leven. Vandaag wordt een mooie, fijne en gelukkige dag voor mij en mijn drie musketiers.
    Carpe Diem!




    30-01-2015, 17:56 geschreven door Sofie  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (3 Stemmen)
    28-01-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Koos Beenloos


    Jij bent mijn kanjer, Koos! Jij hebt een groot plekje in mijn dierenmoederhart. Je neemt me voor wie ik ben, en ik doe dat met jou ook.
    Jij bent mijn haantje. Je echte naam is Koos Beenloos. Dat is niet om te lachen (een beetje mag misschien) want jij hebt geen benen hè Koos? (Koos heeft een lijf en voetjes, geen benen)
    Maar dat deert jou helemaal niet want je hebt enorm veel doorzettingsvermogen en je bent zéér creatief.
    Toen jij nog een piepklein kuikentje was zijn we jou gaan halen op een grote boerderij. Wij wilden graag 4 krielkippetjes. Van die leuke schattige kippetjes die van die kleine schattige poepjes in je tuin achterlaten. Wij wilden persé geen haantje want we wilden gewoon niet ’s ochtends om 5 uur wakker gekakeld worden. Dus het werden (verzekerde de boer ons) 4 krielkippetjes. Met een doos vol kuikentjes op mijn schoot reden we weer terug naar huis. Onderweg bedacht ik namen voor jullie. Daantje en Sjaantje en Toosje en Roosje. We hadden een prachtig groot hok voor jullie gevonden op internet en het stond al klaar in Baarle-Nassau achter in onze tuin. Jullie bleven eerst een paar dagen in het hok om te ‘acclimatiseren’. Daarna kregen jullie ‘carte-blanche’. Jullie mochten lekker door de tuin scharrelen, gezellig tokkelend onder de bomen en de struikjes liggen, veel eitjes voor ons leggen, kortom het zou heel gezellig worden. Maar al na 2 dagen ging Roosje dood. Dat vonden wij toch wel heel snel, en wij belde met de boer die jullie aan ons verkocht had. Hij vond het niet zo raar, het komt blijkbaar vaker voor, dus we mochten een nieuw zusje voor je gaan halen. Diezelfde dag gingen we ons nieuwe Roosje ophalen. Jullie waren allemaal blij met jullie zusje en wij waren dat ook. Maar na 2 dagen ging Roosje weer dood. En omdat we nu niet meer naar de boer durfde te bellen, bleven jullie met zijn drietjes. Onze herder en onze labrador hadden al snel door dat ze jullie met rust moesten laten, want ze hadden het vrouwtje nog nooit zo boos gezien, nadat ik jou, nat van het kwijl, uit de herder haar bek had gepeuterd. Alles ging verder prima, jullie groeiden langzaam op, met het verschil lieve Koos, dat jij een beetje ‘achterbleef’. In de groei, zeg maar. Nou eigenlijk moet ik het andersom vertellen hè Koos, jij bleef niet achter (wij wilden tenslotte krielkippetjes) Sjaantje en Daantje groeide de pan uit (bij wijze van spreken). Twee gigantische Barnevelders (met bijbehorende poepjes) zijn ze geworden hè Koos, en jij als krieltje erbij. Wij vonden je SUPERSCHATTIG! Totdat we vonden dat het lellebelletje op je koppie en onder je bek toch wel verdacht lang bleef doorgroeien . Na een uitvoerige zoektocht op internet kwamen we tot de conclusie dat we je beter Koos konden noemen in plaats van Toos! Je bleek een haantje te zijn, maar wel eentje zonder benen, vandaar: Koos Beenloos.

    Je had het goed met je 2 dikke zusjes. Er kwamen konijnen en cavia’s bij en jullie vonden het maar wat leuk om ze weg te jagen met schijnaanvallen. Sjaan en Daan voorop en jij, hollend zonder beentjes, erachteraan. Je kwam altijd nét te laat. Bij alles trouwens…
    Als wij onze restjes bami op de grond gooide, beukte Sjaan en Daan je uit de weg om als eerste te kunnen eten. Maar als een waardige haan, liet jij ze. Er kwamen nog 3 ezeltjes bij en de familie was compleet. Zalige drollen die ten alle tijden beschikbaar waren. En als ik ze netjes weg had geruimd, ging je ze gewoon op je gemak uit de mesthoop vissen. Het leven was geweldig!

    Maar al gauw bleek je op een andere manier geïnteresseerd in je zusjes. Je vond ze héél aantrekkelijk en liet dat (tevergeefs) blijken. Je begon te kukelen (en het spijt me heel erg dat wij daar in het begin zo hard om moesten lachen. We waren je aan het aanlachen lieve Koos, niet aan het uitlachen). Maar na een poosje bleken ook Sjaan en Daan dat wel interessant te vinden. Vertwijfeld zag ik je af en toe kijken naar hoe hoog ze wel niet zijn. Hoe moest je dat nu aanpakken? Je hebt ons lang vermaakt met je pogingen, totdat we op een dag met stomheid geslagen waren. Dit is waar ik je zo om bewonder Koos, je creativiteit en je kippenkennis. Je begon op een vreemde manier de aandacht te trekken door een raar geluid te maken. Sjaan keek op, liep tot op 1,5 meter naar je toe, draaide zichzelf om, legde haar kop op de grond en stak haar kontje in de lucht. Zo bleef ze stil zitten. Jij nam een aanloop naar haar toe, en de laatste 20 cm vloog je omhoog en kwam perfect op haar kontje neer en fladderde om je evenwicht te bewaren. Na 3 seconde was het voorbij, Sjaantje schudde zich uit en was weer weg. Je maakte een ander raar geluidje en prompt kwam Daantje aangewaggeld. Ook zij ging ruim voor jou met haar kop op de grond en haar kontje in de lucht. En ja hoor, daar ging je weer. Ik wist niet wat ik zag! Wat ontzettend slim van jou Koos!!

    Wij verhuisden met de hele beestenbende naar Wallonië, waar jij jezelf al heel snel thuis voelde. Je kukelde nu als een volwaardige haan en de mensen die bij ons op bezoek kwamen waren erg onder de indruk dat er zoveel lawaai uit zo’n klein haantje kwam. Trots liep jij door de tuin en waar jij was, waren Daan en Sjaan ook. Ik bewonder je leiderscapaciteiten Koos.
    Jullie ontbeten op ons terras in de achtertuin, gingen lunchen in de stal van de ezels en ’s avonds kregen jullie restjes van ons eten op datzelfde terras. Jij legde kilometers af, de dames legden volop eitjes en ’s avonds zorgde je ervoor dat iedereen weer netjes in hun hok zat, want wij moesten jullie helaas opsluiten ’s nachts voor de vossen. Toen kwam er een puppy, ook een herdershond, en die luisterde helemaal niet zo goed als die andere twee. Met de regelmaat van de klok liet ik de pannen uit mijn handen vallen om je uit zijn bek te peuteren, helemaal doorweekt. Het was niet meer te doen voor mij. Ik maakte me erg zorgen over je en we besloten een flink stuk tuin voor jullie af te zetten. Jij vond het prima, af en toe maakte ik speciaal wat macaroni of rijst voor jullie en ik had een stukje uit jullie hek gezaagd zodat je nog eens op bezoek kon gaan in de mesthoop. Daar stond schrikdraad dus daar kwamen de honden niet (soms wel, maar dan voor een hele lange tijd weer niet meer). Op een dag vroeg mijn vriendin of ik haar kipjes wilde hebben. Zij had een aantal kipjes en ook een haan. ‘Is goed’ zei ik ‘vinden ze vast gezellig’. Maar jij was hélemaal niet blij met de nieuwe haan hè Koos? Jullie zijn gaan vechten en ik heb je (met gevaar voor eigen leven) van de grond geplukt, en met tranen in mijn ogen, liefdevol verzorgd toen werkelijk al je lellebelletjes open gescheurd en bebloed waren. Je wist helaas niet van ophouden. Eentje van jullie zou sterven en ik moest er niet aan denken dat jij het zou zijn lieve Koos. We hebben jullie apart gezet, zelfs zo dat jullie elkaar niet hoefde te zien. Het ging een lange tijd prima, en toen het andere haantje uiteindelijk stierf, werd jij vanzelf weer ‘heer en meester’ in onze tuin. Je had inmiddels een harem, maar je kreeg alleen Daan en Sjaan zover om je kunstjes uit te voeren. De andere kippetjes bedankte onvriendelijk. Inmiddels zijn we verhuisd naar Meerhout. Jij kon misschien wel goed aarden in Wallonië, maar ik niet. Hier hebben we ook een stuk tuin afgezet, en ik heb het nog eens geprobeerd om jullie los te laten lopen, maar de herder vind jou nog steeds jammie, en jullie poepjes ook, dus blijven jullie fijn in jullie eigen tuin. Jij bent nu al een heus baasje. Je weet precies hoe je alles van iedereen gedaan krijgt, ook van mij. Het blijft wel een raadsel waarom wij nooit kuikentjes hebben gekregen van jou, maar afijn.
    Je bent een schatje, Koos Beenloos, ik hoop dat je nog lang bij ons blijft!


    28-01-2015, 15:06 geschreven door Sofie  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (4 Stemmen)
    26-01-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.In de verkeerde rij


    Ik heb vast al eens verteld dat ik altijd, maar dan ook áltijd, in de verkeerde rij ga staan. Met name als ik boodschappen heb gedaan en ik wil bij de kassa gaan aanschuiven, pak ik de verkeerde rij. Je moet dan in een ‘split-second’ een beslissing maken, anders is iemand anders je al voor. Ik ben niet zo goed met ‘tijd’. Ik kan moeilijk inschatten hoe lang iets gaat duren. Dat komt omdat er constant zoveel gebeurd in mijn hoofd. Dus als ik eindelijk bij de kassa aangekomen ben dan moet ik eerst gaan bestuderen wat de drie personen voor mij in hun wagentje hebben liggen. Dan probeer ik in te schatten hoe lang het duurt voordat die dingen gescand worden. Ik denk dat dat best wel snel gaat. Ik denk dat je best wel één ding per seconde kunt scannen. Maar dat geldt natuurlijk weer niet voor groentjes, want  die moeten ze soms nog wegen en vervolgens een aparte code in het scandingetje ingeven. En dan moet je daarbij ook nog de tijd inschatten dat iemand betaalt. Een langzame bankkaart of een snelle bankkaart. Misschien betaalt iemand wel cash of met maaltijdbonnen. Dus tegen de tijd dat mijn hoofd bij het wegen van de groentjes zit is er al iemand voor mij in die rij gaan staan, omdat ik zo stond te twijfelen. Dat is irritant, maar helaas de werkelijkheid.
    Ik heb dit probleem als eens proberen te tackelen door mezelf voor te nemen dat ik gewoon, zonder twijfel naar een kassa ga lopen zonder eerst bij de andere te checken. Dan hoef ik niet te twijfelen en heb ik een beslissing op basis van mijn intuïtie gemaakt, maak ik mezelf dan wijs. Maar dan zie ik een mevrouw na mij komen die met een triomfantelijke blik haar karretje om mij heen duwt en aan de kassa naast mij gaat staan, waar een kassajuffrouw ontspannen haar nagels aan het inspecteren is. Had ik dus vollédig gemist. Dat werkt écht nooit dus dat hoef ik niet meer te proberen. Bart is daar veel beter in, maar die gaat helaas niet zo vaak mee. Maar áls hij meegaat kiest hij altijd voor de juiste rij. Dat vind ik knap.
    Maar wat ik wilde vertellen was dat ik zojuist in de rij ging staan bij het tankstation. Er stonden twee rijen van drie auto’s achter elkaar aan de voor mij juiste kant van de pomp. Welke kies ik? Kom op Fie, maak een beslissing….  Ik moet snel beslissen want achter mij komt alweer een auto aangereden. Ik kies de rechtse rij. Ik kan natuurlijk met een auto niet zo makkelijk manoeuvreren, dus de keuze was definitief. De auto achter mij pakt de pomp waar niemand voorstaat. Die meneer vond het blijkbaar niet erg om die slang van de pomp helemaal om zijn auto heen te leuren. Dat moet iedereen voor zichzelf weten, maar dat krijg ik nooit voor elkaar. Je trekt je een ongeluk. Ik zie dat de mevrouw aan mijn pomp haar kaartje op drie verschillende manieren in de automaat probeert te doen, en dat lukt niet. Ze kijkt een beetje benauwd naar de meneer in de auto voor mij, en probeert het dan nog eens. Ik zie dat de linkse rij enorm opschiet. Er staat nu maar één auto. Ik kijk door mijn achteruitkijkspiegeltje en zie tot mijn stomme verbazing dat er niemand achter mij staat. Ik laat dit geen tweede keer misgaan en rij mijn auto achteruit en ga snel in de linkse rij staan. Ik ben méga-trots op mezelf. Deze keer was het wél gelukt! Ik gniffelde stiekem. Ik zet mijn auto in de vrij en keek naar mijn voorbuurman. Hij moest nog beginnen met tanken en stak zijn pasje op drie verschillende manieren in de automaat (o, nee hè, het zal toch niet??) Toen dat uiteindelijk lukte, pakte hij op zijn dooie gemakje een paar velletjes papier uit de dispenser en vouwde ze keurig dubbel. Hij vouwde het papier om de dieselslang én het ‘knijpertje’ en draaide met zijn andere hand met een papiertje zijn tankdop los. Hij stak de slang in zijn auto en klikte het knijpertje vast zodat het uit zichzelf bleef lopen. Vol verbazing was ik aan het kijken wat hij aan het doen was. Waarom doet hij dat nou? Wil hij geen benzine-geur aan zijn handen? Is hij als de dood voor kleine stoute bacilletjes van ander mensen? Is hij een Texaco-man en mag hij misschien niet tanken bij de Shell? Mag zijn vrouw niet weten dat hij getankt heeft? Ik vond het fascinerend. Ik keek toevallig even naar rechts en zag dat iedereen daar alweer lang en breed weg was. Ach, ik kan inmiddels wel met de teleurstelling om gaan dat ik altijd in de verkeerde rij ga staan, ook al verander ik op het allerlaatste moment. Ik bleef uiteindelijk gewoon naar ‘mijn’ meneer kijken. Ik zag hoe hij steeds nieuwe papiertjes pakte en zijn ruitenwissers één voor één schoonmaakte. Hij wreef nog even over het embleem van zijn auto en over de nummerplaat. Hij deed dit alles op zijn gemakje en liet zich door niemand opjagen. Op geen enkel moment keek de meneer even naar mij. Hij deed alsof ik er niet stond. En dat terwijl hij beslist een stuk of zes keer rond zijn auto was gelopen. Dat vond ik erg raar. Interessant, maar raar. Wat een aparte man. Zou hij thuis ook zo doen? Zou hij zijn bordje ook eerst afstoffen voordat hij ervan eet? Of zijn koffie apparaat, of zijn scheermesje? Is zijn liefde voor zijn auto dan zó groot? Of is hij als de dood voor stoute bacilletjes? Ik zal het nooit weten, maar hij gaf me in ieder geval genoeg stof tot nadenken. Soms is het helemaal niet erg om in de verkeerde rij te staan. Dan zie je nog eens wat.


    26-01-2015, 18:28 geschreven door Sofie  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (6 Stemmen)
    25-01-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Lieve mama


    Van harte gefeliciteerd met je verjaardag. Het is vandaag een bijzondere dag. Vandaag word jij 65 jaar. Wat een prachtige mijlpaal!
    Vijfenzestig keer heb jij je verjaardag al gevierd. Eerst als klein meisje in de armen van Opa en Oma en na een paar jaar ook met je broertje. Later vierde jij je verjaardag in de armen van papa. En niet veel later vierde jij je verjaardag met mij in je armen, en iets later met mijn broertje. Al 40 jaar ben je moeder, míjn moeder. En ondanks het feit dat wij niet meer thuis wonen, blijft de traditie van een kopje thee, luidkeels gezang en cadeautjes op bed, door papa in ere gehouden. En wij komen zo snel we kunnen. Ik ben zó ontzettend trots op jou! Ik ben zó ontzettend blij met jou!
    En het is heus niet altijd van een leien dakje gegaan tussen ons. Puberende kinderen zijn niet altijd lief. Maar jij bleef jezelf. Ik stuiterde alle kanten op maar jij wachtte gewoon tot ik tot rust zou komen. En dat deed ik natuurlijk uiteindelijk ook. We verschillen behoorlijk van elkaar. Jij bent heel sportief, heel ondernemend en je hebt een drukke sociale agenda. Je luistert goed, bent geïnteresseerd en meelevend. Je hebt lang gezocht om mij te vinden, ik ook. En ondanks dat het er soms uitzag alsof dat nooit zou gebeuren, is het uiteindelijk toch gelukt. Niet alleen ík heb mezelf gevonden, niet alleen jíj hebt mij gevonden, maar we hebben vooral elkáár gevonden. Met doorzettingsvermogen van beide kanten zijn we waar we nu zijn. Mijn liefde voor jou is immens groot. Ik leer zo veel van jou. We hebben heerlijke, openhartige gesprekken over alles, maar dan ook alles in het leven. Elke maand gaan we samen uit eten en die momenten zijn heilig voor mij. Sommige dingen bespreek je niet met je man, of met een vriendin, maar met je moeder. Jij luistert, jij probeert te begrijpen hoe mijn hoofd werkt. En natuurlijk lijken we toch op elkaar. We werden vroeger al als zusjes gezien. We kunnen in lachen uitbarsten zonder een woord met elkaar te spreken. Ik hoef je maar aan te kijken en dan denken we precies hetzelfde. Tranen met tuiten lachen, dat kunnen we goed. Als ik in de spiegel kijk in mijn slaapkamer, is het soms alsof ik naar jou kijk. Ik zie jou in mij. We hebben dezelfde bouw, maken dezelfde kleine gebaartjes en houden ons hoofd allebei een beetje scheef als we iets niet goed verstaan. En dat vind ik geweldig. Ik ben trots dat ik jou in mij zie. Jij bent een enorme steun. Jij staat altijd voor me klaar. We hebben onze eigen speciale groet als we een mailtje beëindigen, iets dat alleen van jou en mij is. We hebben familiewoordjes die niemand anders begrijpt. Jij bent écht een stukje van mij, en ik ben écht een stukje van jou.
    Ik geniet met volle teugen als we samen zijn, maar ook als ik terugdenk aan dingen die we samen hebben gedaan. Je bent een mooie, liefdevolle, warme en sterke vrouw. Ik ben enorm trots dat ik jou dochter ben.
    We gaan straks lekker uit eten, om deze memorabele dag te vieren. Ik kijk er naar uit.
    Hopelijk volgen er nog vele verjaardagen samen. Je zit in mijn hart mama, voor altijd stevig verankerd. En ik weet zeker, ook al is dat moeilijk te verklaren, dat Oma ons ziet, en geniet. Zij houdt net zoveel van je als ik.
    Laten we je verjaardag gaan vieren. Laten we vieren dat je er bent.
    Laten we ‘jou’ vieren. Dat is zó de moeite waard!

    XOXOXO Sofie


    25-01-2015, 13:58 geschreven door Sofie  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (5 Stemmen)
    24-01-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Prulleke


    Ons Prulleke leeft niet meer, laat ik daar maar meteen mee beginnen.
    Dit is eigenlijk een ‘Ode aan Prulleke’.
    Prulleke was een caviaatje. Een lief, stoer en dapper caviaatje. Wij woonden met onze hele beestenboel in Wallonië, en vlak voor ons raam aan de achterzijde, hadden wij een stuk tuin afgezet waar onze konijnen en caviaatjes gelukkig samen leefden. Wij hadden dat afgezet met van die konijnenhekjes, en we hadden er een aantal hokken instaan, met etages. Er stonden gekantelde bloempotten in, en stronken hout en van die piepkleine huisjes waar precies 1 caviaatje in kon. Er hingen vele flesjes water aan het hekje en er was dagelijks een overvloed aan witlof, wortel en komkommer. Heel gezellig! Na een aantal weken konden we de tent weer helemaal afbreken want konijnen graven graag, ook in Wallonië. Menig keer zag ik een herder door de tuin flitsen en kreeg mijn arme dierenmoederhart weer een verzakking. Dus hebben we een worteldeken onder de grond begraven. Daarna hebben we alles weer precies hetzelfde terug gezet. Nu was ik gerust. De herder patrouilleerde er als een sergeant omheen, maar ze kwam er verder niet aan. We hadden 6 konijntjes en 5 caviaatjes. Allemaal meisjes. We hadden ook 2 mannetjes caviaatjes maar die zaten bij Koos Beenloos (ons haantje), ver weg van de meisjes. Wij hadden namelijk ooit eens 20 konijntjes. De meneer van de AVEVE wist pertinent zeker dat ik 4 meisjes konijntjes had gekocht. Na een half jaar kregen we in 1 week 2 nestjes van 5 en 1 nestje van 6 babykonijntjes. Heel schattig, maar écht niet handig met die grote honden. Bovendien kregen we ze aan de straatstenen niet kwijt, maar gelukkig hadden we lieve buren. En, zal ik eerlijk zeggen, is er toch af en toe, per ongeluk, eentje in de bek van de herder verdwenen. Ik heb geen ogen op mijn rug. Maar goed, de vrouwtjes en de mannetjes werden gescheiden, en ik ben inmiddels een expert op het gebied van geslachtsbepaling bij konijnen en caviaatjes.
    We gingen regelmatig naar AVEVE om voer, stro, hooi en schattige accessoires te kopen voor de beestenboel.
    Op een vrijdagmiddag was ik alléén naar de AVEVE gegaan. Er werkt daar een hele aardige meneer, die altijd, ik weet niet waarom, alle zware dingen voor me in de auto legt. Ik verstond geen woord wat hij zei, deels doordat hij Frans sprak, maar ook voor een groot deel omdat hij nog maar 2 tanden in zijn mond had. Ik kon niet anders dan teruglachen als hij naar mij lachte.  Maar terwijl ik daar aan het winkelen was viel mijn oog op een piepklein hoopje chocolade en vanillevla, dat in een hoekje verstopt lag. Het bleek een ongelofelijk schattig jong caviaatje te zijn. Bruin en geel, met een hanenkam over haar rug heen. Ze stopte haar kopje in een hoopje stro en dacht: als ik haar niet meer kan zien, ziet zij mij ook niet. Maar ik zag haar chocolade en vanillevla lijfje dus nog gewoon zitten. Ik smolt………
    En hoewel ik weet dat Bart een enorme dierenvriend is, hoorde ik hem in mijn achterhoofd al zeggen: “denk je niet dat 7 caviaatjes (inclusief de 2 mannetjes bij Koos Beenloos) genoeg is?”
    ‘Ja, maar dat zijn allemaal gladharige… ja maar dat zijn allemaal broertjes en zusjes…..ja maar ze is zó schattig……ja maar hier zit ze in een glazen doos, da’s toch ook geen leven?’ (zucht, ik vond al mijn excuses ook waardeloos, maar ik kon dat hoopje chocolade en vanillevla daar toch niet alleen achterlaten???) Dus bedacht ik een list. Ik gooide al mijn boodschappen terug in de rekken, lachte als een boer met kiespijn naar de lieve, tandeloze, Franse meneer (die mijn handelingen verbaasd volgde) en was weg.
    De volgende dag (zaterdag) zei ik met een diepe zucht en zo ongeïnteresseerd mogelijk tegen Bart:
    Verdikkie, nu heb ik deze week nog geen tijd gehad om naar de AVEVE te gaan. Ga je mee?’ Nietsvermoedend stemde Bart in en we vertrokken meteen.
    Stap 1 gelukt!
    We kwamen bij de winkel en we begonnen de enorme kar vol te laden met stro, houtsnipper, hooi, voer en een grote zak wortels. Ik liep voor de wagen uit, ‘dit moet mee, dat moet nog mee’ en leidde hem als een volleerd actrice linea recta naar mijn chocolade en vanillevla-bolletje. Mijn hart maakte een sprongetje, ze was er nog. Nu kwam het moeilijkste deel.
    ‘Och, kijk nu toch eens schatje’….  ’wat een lief caviaatje’….. Zo vlug als ik kon deed ik het deksel van het aquarium waar ze in zat omhoog en zette haar op mijn handpalm. Ze was zo klein dat ze er precies op paste. Hoe kun je dat weerstaan vroeg ik mezelf nog af. “Schatje, zei Bart, denk je niet dat we al genoeg caviaatjes hebben?” Ik pakte zijn hand en propte het kleine ding in zijn hand. Daar stond hij dan, met dat kleine ding in zijn grote hand en ik zag hem smelten. Vertederd, als een vader en moeder die naar hun nieuwe baby kijken, stonden we daar in de winkel, met een caviaatje in onze hand. Ik dacht bij mezelf: Stap 2 gelukt! Bart vroeg me of ik wel heel zeker wist dat het een vrouwtje was,  en ik keek heel geleerd onder haar buikje, terwijl ik dat natuurlijk gisteren al had gedaan. “Ja”, zei ik, “het is een meisje”. “Nou vooruit dan maar”, stemde Bart toe. Ik pakte een doosje, dat speciaal klaar stond om de diertjes in te vervoeren en deed haar daar voorzichtig in. We kwamen bij de kassa en daar stond de lachende tandeloze fransman klaar om ons te helpen. Enthousiast sloeg hij wat kreten uit, en Bart leek hem te kunnen verstaan (Bart spreekt vloeiend frans……). Ik voelde de moed in mijn schoenen zakken…. De tandeloze fransman deed enthousiast uit de doeken hoe ik daar gisteren was geweest, wat ik precies gedaan had, en dat ik vreemd genoeg alle boodschappen weer terug had gezet. Hij vond het zo raar want hij hielp mij toch altijd met de zware dingen?……
    Ik voelde me betrapt. Bart knikte vriendelijk naar de tandeloze fransman en ik zag aan zijn blik dat hij goed doorhad wat voor spelletje ik had gespeeld. Ik deed alsof mijn neus bloedde en betaalde snel de boodschappen, inclusief mijn kleine chocolade en vanillevla-bolletje. Met zijn drieën liepen we naar de auto. Ik ging in de auto zitten met mijn caviaatje op schoot terwijl ik Bart en de tandeloze fransman heel hard hoorde lachen terwijl ze de auto vol laadden. Het kon me ook eigenlijk niets schelen, uiteindelijk was mijn plan geslaagd. We reden terug naar huis en Bart keek opzij naar mij. Ik keek een beetje beschaamd terug maar uiteindelijk zei hij: “nou, hoe ga je haar noemen?”. Ik vouwde voorzichtig het doosje open en keek naar haar.
    “Prulleke”, zei ik, “ze heet Prulleke”! En zo ben jij bij ons terecht gekomen!
    Jij bleek ontzettend populair te zijn bij ons andere vee. Ik waakte als een havik over je en we moesten kippengaas rondom het konijnenhok plaatsen om te zorgen dat je er niet uit glipte. Je werd steeds vrolijker en zelfstandiger en je kon een potje breken bij de konijnen. Als het wat frisser werd mocht jij lekker warm tussen de konijnen zitten terwijl de andere caviaatjes dat niet mochten. Je stoere hanenkam paste goed bij je karakter. Het werd winter en ik timmerde jullie kooien bijna helemaal dicht. Ik propte jullie hokken vol met hooi, stro, vacht van de honden en handdoekjes. Extra dosissen vitamine C en voldoende liefde brachten jullie de winter door. In het voorjaar lag je lekker uitgestrekt in het zonnetjes. Het leven was geweldig!
    Tot die vreselijke nacht. Ik kwam ’s ochtends de kamer binnen en ging eerst eventjes naar jullie kijken door het raam. Ik vond jullie allemaal wel erg lui. Jullie lagen te slapen in het zonnetje, allemaal…..
    Ik keek nog eens goed en kreeg toen de schrik van mijn leven!! Ik gilde naar Bart en vloog naar buiten. Ik wist niet wat ik zag! Alle caviaatjes lagen dood in het hok. De konijnen zaten op een hoopje bij elkaar. Bart kwam ook naar buiten gerend. Ik begon te tellen; 1, 2, 3, 4, 5. Vijf dode caviaatjes en jij was nergens te bekennen! Het was verschrikkelijk. Ik sprong in het hok en begon elke steen om te draaien, ik keek in alle hokken totdat ik je (godzijdank) vond in een omgekeerde bloempot. Je leefde nog. Maar wat was je geschrokken. Je kroop op mijn schouder en onder mijn haar. Daar heb je uren zitten bibberen. We bleken bezoek te hebben gehad van een marter. Dat zijn van die ellendelingen die alleen komen om te moorden. Ik was er kapot van en Bart ook trouwens. We hebben de andere caviaatjes begraven helemaal achter in de wei. Jij was er ook kapot van. Je was angstig en kroop constant dicht tussen de konijnen. Dit allemaal juist voordat we zouden verhuizen naar Meerhout. Wat een drama. Ik vond je zo triestig en zei tegen Bart dat ik dacht dat je echt getraumatiseerd was. Voor jou moet dat een verschrikkelijke ervaring geweest zijn, dus ik vertroetelde je nog maar eens extra.
    Uiteindelijk verhuisden we naar Meerhout. Bart reed met de het camionneke met daarin de wagenzieke herder, Koos Beenloos en zijn harem, de konijnen en jij met de 2 mannetjes cavia’s. Ik in mijn auto met de andere 2 honden.
    Precies 72 dagen na de verhuis (ik vond al dat je dik was) kreeg je een nestje met 5 jonkies.
    Dju toch, was er weer iets fout gelopen. Afijn, je bleek een geweldige moeder en het verwarmde mijn dierenmoederhart dat je zo lief voor je kindjes bleek. Ik zette gekleurde windmolentjes in  jullie hok, en legde grote takken op de grond. Zo kon de buizerd, die in de grote eik naast ons huis woont, en die ik menig keer naar jullie zag loeren, niet landen in jullie hok. Genoeg trauma gehad voor een cavia leven hè Prulleke? Echt, ik ben helemaal vóór de ‘circel of life’ maar liever niet met mijn Prulleke. Echter dat liep toch even anders, maar gelukkig weet jij dat niet meer.
    Op een dag werd jij ziek. Je had ook al zoveel meegemaakt in je korte leventje. En je stierf. Bart en ik waren er allebei heel triestig van.
    Een aantal weken daarvoor had ik van mijn vader een 3 meter hoge voederpaal gekregen. We hadden die samen in de wei gezet. Ik had er al eens een paar stukjes frikandel opgelegd voor de roofvogels, maar die waren nog geen beetje geïnteresseerd. Bart zei: “buizerds eten vlees”. Ik keek hem aan en begreep meteen wat hij bedoelde. Ik dacht: ze is nu toch dood. Ik kon het niet over mijn hart verkrijgen haar in de groenbak te doen. Met de grootste eerbied hebben wij Prulleke op het plateautje gelegd, 3 meter boven de grond.
    Het leven ging gewoon weer door tot Bart een paar dagen geleden de blaadjes van de grote eik bij elkaar ging vegen, en tot zijn schrik een schedeltje van een caviaatje vond. Ik heb het schedeltje aan de voet van de paal begraven. Rust maar zacht lieve Prulleke, de cirkel is rond.




    24-01-2015, 16:04 geschreven door Sofie  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (8 Stemmen)
    22-01-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een eigen blog?


    Al enkele nachten lig ik er wakker van. Zou ik dat nu echt kunnen doen? Zou ik een blog kunnen maken met verhalen erop, en zouden mensen die dan lezen? Zou ik op die manier mijn lezersgroep kunnen uitbreiden? Bart had het voorgesteld.
    We zitten gezellig op de bank bij de open haard. Ik ben lang niet zo zeker van mezelf, over mijn schrijfkunsten, als Bart is. Ik vertel dat ik het zo ontzettend leuk vind dat Ans en Evy en Tina zulke leuke reacties schrijven. Zij moedigen mij écht aan om meer te schrijven.
    Een eigen blog, waar je niets anders mee doet dan je verhalen posten. Ik vindt het idee stiekem toch wel heel spannend.
    “Maar waar moet ik dan over schrijven?” begin ik onzeker.
    “Ik heb onze hele beestenboel op Facebook al gehad. Denk je nu echt dat mensen verhalen leuk vinden die over mezelf gaan?”
    “Maar de verhalen die je nu al geschreven hebt gáán over jou”, zegt Bart. “Over hoe jij de wereld ziet, jouw gedachten en jouw manier van denken.” (Bart vind dat ik op een unieke manier naar de wereld kijk).
    “Maar dan moet ik een cursus gaan doen of zo, of veel andere verhalen lezen om te zien wat andere mensen doen”.
    “Nee Fie, juist niet. Jij moet schrijven met je hart, zoals je nu ook doet. Je schrijft net zoals je denkt en praat : alle kanten uit, chaotisch en met veel woorden. Je zou jezelf beperken door cursussen te doen of te kijken naar wat andere mensen schrijven. Jij bent jij, je moet je vrij voelen om te schrijven wat in je opkomt”. Hij heeft gelijk.
    “Denk aan je vlinder” (ik heb een tatoeage op mijn pols van een vlinder met het woord ‘imagine’ eronder).
    Twijfelend drink ik het derde blikje ice-tea zero leeg (met een rietje…). Het kriebelt in mijn buik.
    “Wat vind je nou het allerleukste aan schrijven?” vraagt Bart tenslotte.
    “Dat ik een glimlach op iemands gezicht kan toveren! Helemaal gratis en voor niets. Even iemands dag een beetje leuker maken. Dat is wat ik het liefste doe”, zeg ik. Dat is echt iets dat ik heel leuk vind. Ik moet denken aan mijn herder Falco. Toen wij net hier in Meerhout woonden ging ik er regelmatig op uit in het dorp, om de buurt en de straten beter te leren kennen. Ik nam Falco vaak mee, dat was wel zo gezellig. (De andere herder spuugt namelijk de auto al onder nog voordat we de bocht om zijn). Wij hadden een gezamenlijk doel, Falco en ik. Een glimlach op iemands gezicht toveren. En wij hadden daar zelfs een, te allen tijde, perfect uit te voeren plan voor gecreëerd. Falco liep naast mij op de stoep. Zijn oren hebben helaas nooit de moeite genomen om rechtop te gaan staan. Maar dat geeft niets, zo lijkt hij superschattig met zijn flaporen. Ik had hem aan een korte riem, en niet zo’n uittrekgeval, want anders lukte ons plannetje niet. (Bovendien is het veiliger voor mij want als 35 kilo de kans krijgt om op snelheid te komen, vlieg ik er achteraan. Geput uit eigen ervaring). Eén van die dagen was het heel erg slecht weer. De lampen van de auto’s weerkaatsten in de regen op de straten en de mensen liepen allemaal diep in de kraag van hun jas weggedoken. De regendruppels gleden langs Falco zijn vacht naar beneden, maar dat deerde hem helemaal niet. Hij was op stap met het vrouwtje en de rest was bijzaak. We gingen op zoek naar ons ‘target’. We zagen een meneer lopen aan de overkant van de straat. Hij zeulde 2 grote, volle plastic zakken van de Lidl met zich mee, één in elke hand. Hij keek boos naar de grond (en hoe bozer ze kijken, hoe liever Falco en ik het hebben). De meneer was in gedachte. Ik stak samen met Falco de straat over en we begonnen aan onze missie. Falco aan de linkerkant van de stoep en ik aan de rechterkant, met tussen ons in de riem, onze val.
    Toen we bijna voor ons target stonden, schrok de meneer op uit zijn gedachte en keek hij naar Falco. Hij zag zijn grappige koppie en glimlachte even. Hij deed een stap naar links om voorbij Falco te lopen, echter, daar stond ik. Hij schrok wederom en keek op, recht in mijn gezicht. Ik zei op mijn allervriendelijkst en met een grote glimlach: “goedemiddag!”. Verbaasd keek hij me aan. Vervolgens keek hij naar beneden (waar Falco keurig was gaan zitten want nu is het toch tijd voor het koekje?) en weer terug naar mij. Ik zag in zijn ogen dat hij zich realiseerde dat hij niet blij keek, en voordat ik het wist werd ik getrakteerd op een enorme glimlach van ons target. Ik deed een stap opzij en liet hem doorlopen over de stoep. Falco en ik bleven nog even staan, want onze beloning moest nog komen. Ons target liep een paar passen door, stopte, keek om en lachte nogmaals naar ons!  Yes, gelukt! Falco en ik deden een high five en hij kreeg zijn koekje.
    Dat is wat ik leuk vind, die glimlach.
    Ik breng mijn blikjes ice-tea naar de keuken en geef Bart een dikke knuffel.
    Ik denk dat ik het ga doen.



     


    22-01-2015, 17:19 geschreven door Sofie  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (8 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    22-01-2015, 17:18 geschreven door Sofie  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    21-01-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Over mij


    Wat leuk dat je een kijkje komt nemen op mijn blog! Dit is allemaal nieuw voor mij. Ik heb tot nu toe alleen verhalen/columns op Facebook geschreven, maar als ik er écht wil bij horen, zegt men mij, dan moet ik ook een blog hebben, dus bij deze. Ik ben Sofie, maar luister veel vaker naar de naam Fie. Als ik iets doms doe, of iets liefs, of mij man roept mij, dan is het steevast: Fie. En voor mijn neefje en nichtje: Tante Fie.
    Ik ben de magische grens van veertig gepasseerd en dat vind ik heerlijk! Alle grote en kleine onzekerheidjes zijn van mij afgevallen, en ik geniet van het feit dat ik mezelf steeds beter leer kennen en dat ik beter begrijp waar het in het leven eigenlijk om draait. Ik ben sinds twee jaar getrouwd met Bart. Bart is mijn kompas, mijn evenwichtsbalk, mijn vertaler, mijn houvast. Hij is het stemmetje in mijn hoofd dat mij waarschuwt (althans, probeert) om af en toe tot tien te tellen voordat ik iets doe of zeg. Vooral om mezelf te beschermen. Wij hebben geen kindjes, maar wel een huis vol dieren. Ons gezinnetje bestaat uit ons tweetjes, een Labrador ‘Jessie’ van 10, een Duitse Herder ‘Senna’ van 10 en nog een Duitse Herder ‘Falco’ van ruim 4 jaar. Wij zijn dus met zijn vijven. Buiten lopen er nog kippen, een haantje, konijnen en cavia’s rond, die zolang ze mooi in hun omheining blijven, niets te vrezen hebben van onze drie musketiers.
    Ik ben een beelddenker. Dat maakt het leven voor mij mooi, maar andere mensen begrijpen mij vaak niet helemaal. Daarin is Bart, een lineair denker pur sang, mijn grote vertaler. Hij probeert zo goed mogelijk de wereld te vertalen naar mijn begrippen. Dat is niet altijd makkelijk, maar we zijn een goed geolied team geworden gedurende de laatste jaren. Op mijn beurt probeer ik Bart, en wie het ook wil zien, het mooie en subtiele in de wereld rondom ons te laten zien. Het is chaotisch in mijn hoofd, maar het is prettig chaotisch. Ik zie beelden, filmpjes, tekeningen, en plaatjes. Ik voel intens, ik hoor en ruik intens, ik zie grote plaatjes en ik probeer in het ‘nu’ te leven. Ik heb mijn eigen woordenschat, en dat kan nog wel eens afwijken van wat we kunnen lezen in De Dikke Van Dalen. Ik bied hiervoor nu al mijn excuses.
    Een spectaculair leven heb ik niet hoor, ik schrijf gewoon over mij en wat me bezig houdt. Ik heb al veel stukjes geschreven zoals ik al zei, maar ik zal er af en toe toch eentje van plaatsen zodat je me beter leert kennen. Het kan dus zijn dat ik een scenario beschrijf waarin het hartje zomer is, terwijl we nu een dikke winterjas dragen. Dit is echter alleen om een beetje duidelijkheid te creëren over hoe de Wereld van Fie er nu eigenlijk precies uitziet.
    Ik wens je veel leesplezier.

    Groetjes Sofie

     


    21-01-2015, 18:25 geschreven door Sofie  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (8 Stemmen)
    Archief per week
  • 31/08-06/09 2015
  • 24/08-30/08 2015
  • 29/06-05/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 15/06-21/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 09/03-15/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    https://www.facebook.com/DeWereldVanSofie

    http://www.luisterboekje.be/


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs