De wereld van Fie
Inhoud blog
  • Dieren in nesten
  • Belgische....of niet?
  • Verliefd....
  • Beestjes, beestjes, beestjes
  • Zomer serenade

    Zoeken in blog


    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     



    19-02-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De stem van mijn hart


    Vandaag heb ik mijn hart gehoord! In het écht!
    Natuurlijk is het helemaal niet raar dat je af en toe je hart ‘hoort’. Soms heb je zo’n barstende hoofdpijn dat je je hart in je hoofd voelt kloppen. Je hoort het dan de hele tijd. En soms heb je ontzettende tandpijn en dan hoor en voel je je hart ook. Maar dat is meer je hartslag. Dat is een bonkend geluid. Maar vandaag hoorde ik mijn hart in het écht. Met een echo. En ik was helemaal ontroerd.
    Ik was bij de cardioloog, samen met Bart. Ik had bij de assistente al een hartfilmpje laten maken en ik had ook al, met tig draadjes aan mijn lijf, op de hometrainer de longen uit mijn lijf gefietst. Alles was in orde en we mochten door naar de échte cardioloog. Een heel aardige, rustige man met velletjes op zijn neus. Hij was, denk ik, net terug van vakantie. Hij besloot, om alle nare dingen uit te sluiten, nog een echo te doen. Ik lag op mijn linkerzijde naar de muur te staren en kon helaas niet meekijken op de computer. Dat vond ik jammer, maar zo was het nu eenmaal. De cardioloog hield het echo-ding tegen mijn hart en bewoog soms naar rechts en soms naar links. Ik deed keurig wat hij zei maar ik lag uiteindelijk gewoon saai naar witte muren en witte plafonds te kijken.
    Totdat hij aan het volumeknopje draaide… Ineens kon ik mijn hart horen. Míjn hart! Ik weet ook niet precies waarom, maar ik werd op slag emotioneel. Ik luisterde naar het sterk en rustig kloppende geluid. Ik werd er helemaal kalm van. Ik vond het zó ontzettend sterk klinken. Ik vond het zó rustgevend ritmisch. De cardioloog verplaatste het echo-ding en nu hoorde ik een ander geluidje. Een lieflijk, bijna schattig, pompgeluidje in een totaal andere toon. Ik kon niet geloven dat dit mijn hart was. Mijn hart, dat zo sterk blijkt. Al 41 jaar werkt mijn hart, dag en nacht voor mij. Ik ken geen apparaat dat zo lang meegaat zonder dat er op enig moment haperingen, kortsluiting of mankementjes aan beginnen te komen. Er is geen ‘tenminste houdbaar tot’ datum. Mijn hart is een prachtig functionerend orgaan. Het is niet te groot en het is niet te klein. Het pompt rustig en sterk. Het is waarschijnlijk een mooie rode spier, die prachtig doorbloed wordt en heel gezond is. En op de één of andere manier heb ik zo nooit over mijn hart nagedacht. In mijn hoofd is mijn hart heel groot. Het is heel flexibel, net als een ballon gevuld met water. Als je er aan één kant voorzichtig tegen duwt, puilt het aan de andere kant even uit, maar na een poosje is het weer ongeschonden in zijn originele positie teruggekeerd. In mijn hart zit álle mensen die ik liefheb. En niet alleen de levenden maar ook diegene die overleden zijn. Er is meer dan genoeg ruimte voor alle dieren. Er zitten ongelofelijk veel prachtige herinneringen in mijn hart, waar ik ten alle tijden op kan terugvallen. Mijn hart is warm en vriendelijk. Sterk en toch ook kwetsbaar. Er staan wat littekentjes op. Van mensen die kwamen en ook weer gingen. Van slechte mensen die hun sporen nagelaten hebben. Er zit pijn in voor anderen en ook een beetje voor mijzelf. Het leek soms gebroken, maar ik heb het zorgvuldig verzorgd en het is hersteld. Er zit liefde in voor mensen die kort in mijn leven waren maar mijn hart geraakt hebben. Er zit liefde voor de natuur, het leven en de wereld in. Er zit een gouden lintje omheen gestrikt. Het kost even wat tijd voordat dat lintje los is, maar als het zover is, dan zit je erin. In mijn hart. Dan knoop ik het gouden lintje weer dicht en dan ga je voor altijd met mij mee.
    Mijn hart heeft wel wat geleerd de afgelopen 41 jaar. Het staat niet zomaar meer open voor alles en iedereen. Nee, je krijgt het niet zómaar, dat plaatsje in mijn hart. Het lintje gaat er pas vanaf als je het écht verdiend hebt.
    Natuurlijk weet ik wel dat mijn hart ‘leeft’. Dat het een spier is die mijn hele ‘ik’ draaiende houdt. Maar nu hoorde ik het voor het eerst. Mijn hart heeft een stem. Een mooie duidelijke zelfverzekerde stem die tegen me zei: “Leef jij je leven nu maar gewoon. Ik regel het hier allemaal wel. Jij en ik, wij kunnen de het leven wel aan”.
    Ik was blij dat ik met mijn rug naar de cardioloog en naar Bart lag. Het overviel me. Ik dacht nooit na over mijn hart. Het was gewoon een onderdeel van mij, net als mijn lever en mijn longen. Maar het was zó speciaal om mijn hart te horen! Dit was een momentje tussen mij en mijn mooie, gezonde en sterke hart. Ik voel me écht sterker nu ik mijn hart heb gehoord. Het heeft me onverwacht veel vertrouwen gegeven. Bedankt lief hart!

     

     


    19-02-2015, 16:50 geschreven door Sofie  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (7 Stemmen)
    16-02-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wijn en pinda's


    Je kent ze wel: mannen die zichzelf helemaal geweldig vinden. Mannen die wat gedronken hebben en uit zijn op een discussie om hun onverzadigbare ego nog maar eens te voeden. Ze zijn vol van zichzelf en houden er op geen enkel moment rekening mee dat hun discussie wel eens zou kunnen omslaan en zich tegen het onverzadigbare ego zou kunnen keren.
    Ik was op een feestje samen met Bart. We kenden lang niet iedereen, maar er waren genoeg mensen waar we gezellig mee konden praten. Toen ik na een paar uurtjes, via de bank, een stoel en buiten weer binnen was beland aan een sta-tafel, kwam ik oog in oog te staan met zo’n specimen. De man voerde de boventoon en was enorm fan van zijn eigen stem. Ik had hem al geobserveerd toen ik op de bank zat. Hij dronk wijn en at pinda’s die op de tafel stonden. Hij had over alles en nog wat een mening en je merkte dat, hoe later het werd, des te minder mensen bereid waren nog in discussie te gaan met deze man. Hij voelde zich krachtiger en krachtiger, zich totaal niet bewust van het feit dat hij de mensen tegen zich in het harnas joeg. Ik dacht: deze man heeft geen empathie, of toch heel weinig. Hij luistert niet goed, en dat kan ook niet, want hij is in zijn hoofd al bezig om het volgende argument te verzinnen om je tegen de grond te meppen, mentaal dan. Hij haalt zijn ‘in de breedte gegroeide’ interesse erbij en het feit dat hij al van jongs af aan is beginnen werken. School of opleiding wordt ‘overrated’, en hij beschikt over bergen mensenkennis en levenservaring. Hem hoef je niets meer te leren. Hij leest enorm veel boeken en weet over geschiedenis, aardrijkskunde en recente politieke ontwikkelingen alles. En het belangrijkste van al: hij respecteert zijn vrouw niet. Zij word stelselmatig aan de kant geschoven in een discussie, of zelfs met een ‘grapje’ de mond gesnoerd. Héél gênant.
    Ik stond dus tegenover zo’n man. Normaal gesproken hou ik mij verre van zo’n types, want die wekken bij mij allerlei allergische reacties op, maar de situatie was nu zo dat ik tegenover hem kwam te staan. En zodra er een pauze leek te komen in mijn gesprek met mijn buurvrouw, sloeg hij toe.
    “Dus jij schrijft”, zei hij tegen mij, bij wijze van openingszin. Ik bespeurde een beetje cynisme.
    Ik stak mijn hand uit en zei vriendelijk: “Hallo, ik zal me even voorstellen, ik ben Sofie. En ja, ik schrijf”. Een beetje uit zijn comfortzone geslagen, stak hij in een reflex ook zijn hand uit en stamelde: “Kees, ik heet Kees”.  Ik draaide me terug om en ging verder met mijn gesprek met mijn buurvrouw. Een vol glas wijn en drie handen pinda’s later heeft Kees zich herpakt en probeert het een tweede keer. Hij wurmde zich een weg tussen de andere mensen heen zodat hij naast mij kwam te staan. “Dus jij schrijft?” vroeg hij opnieuw. Ik knikte terwijl ik een slokje ice-tea uit mijn blikje nam. Hij nam een popie-jopie-houding aan terwijl hij van zijn zoveelste glas wijn dronk. Met popie-jopie bedoel ik dat hij nonchalant zijn linkervoet onder de tafel op een verhoogje zet, met zijn linker ellenboog op de tafel hangt en denkt dat hij er onweerstaanbaar uit ziet op die manier. Hij zette zichzelf letterlijk voor mij open, of zo moest dat eruit zien dan.
    Hij bekeek me van top tot teen en zei vervolgens: “En waar ken ik jou van? Wat schrijf jij? Schrijf je in een bekend blad?”
    “Nee hoor’, zei ik. “Ik schrijf gewoon voor mezelf”.
    Ik was bepaald niet van plan om daar ook maar iets meer aan toe te voegen want ik kon aan alles aan hem zien dat hij niet echt geïnteresseerd was. Hij was gewoon op zoek naar iets.
    “Maar vertel eens, wat schrijf je dan, waar schrijf je dan over?”
    “Ik heb twee kinderboekjes geschreven en verder schrijf ik columns die ik op facebook zet. Die gaan gewoon over mij, over mijn leven”. Hij maakte een hoofdbeweging en hij schoot licht in de lach waaruit ik opmaakte dat het plaatje dat hij van mij in zijn hoofd had gemaakt steeds dichterbij bij zijn waarheid over mij begon te komen.
    “Wat is er dan interessant aan het leven van Sofie?” vroeg hij bijna sarcastisch.
    “Vertel mij nou eens waarom mensen jouw leven interessant vinden”.
    Hij kwam, zekerder als hij werd van zichzelf, helemaal in mijn ‘space’ staan.
    “Nou vertel eens So-fie, schrijf jij ook over Charly Ebdo, of over die lul-van-een-minister-president die wij hebben?”
    Vroeger, en eigenlijk nog niet zo heel lang geleden, zou ik enorm onzeker worden van zulk soort mensen. Ik ben namelijk niet belezen. Ik was niet zo goed op school, ik heb helemaal geen interesse in politiek en weet er dus ook niets vanaf. Ik liet mij altijd van tafel lullen door dat soort mensen. Als je met feiten aankomt, win je het geheid van mij. Ik bezit niet veel feitjes, ook heb ik niet veel historische of parate kennis. Mijn hoofd is een vergiet. Ik heb zelf, lijkt wel, niet veel te zeggen over wat mijn hoofd belangrijk vindt om te onthouden en wat niet. Ik ben meer van de mensen. Ik hou van mensen en dieren. Ik vind ze fascinerend, interessant, leerzaam, mooi, en een onuitputtelijke bron voor mijzelf en mijn schrijven. Ik heb heel mijn leven van een afstandje gekeken naar mensen en geluisterd. Ik heb lichaamstaal leren lezen, gebaartjes leren interpreteren, gezichtsexpressies leren zien, emoties ervaren en gevoeld bij mezelf en bij anderen. Ik ben gevoelig voor wat mensen drijft, wie ze écht zijn. Ik wil mensen steunen, helpen, troosten en liefhebben en respecteren.
    En dus is het mij duidelijk geworden dat het helemaal niet betekent dat je erg slim bent als je veel feitjes kent. Je hebt dan simpelweg een goed geheugen. Dat heb ik zelf niet en dus heb ik een groot respect voor mensen die dat wel hebben. Maar daar raak ik niet meer van ondersteboven.
    En dus zei ik tegen Kees: “Ik schrijf gewoon over mij, over mijn kijk op de wereld met mijn beelddenkend brein”.
    “Waar heb jij je opleiding gedaan dan? Journalistiek neem ik aan?”
    “Nee hoor Kees, ik heb geen opleiding gedaan. Ik ben geen journalist. Sterker nog: ik schrijf pas twee jaar”.
    Wat jammer nou, val ik nu nog verder door de mand? Voldoe ik nu helemaal aan jouw plaatje?
    “Wil je weten wat ‘beelddenken’ is Kees? vroeg ik.
    “Ja”, zei hij, maar ‘nee’ zag ik aan zijn gezicht.
    Dus ik begon mijn uitleg door te vertellen dat ik beeld-gericht ben. Dat de woorden die uit andermans mond komen voor mij omgezet worden in plaatjes. Ik ‘zie’ alles, voordat ik het hoor.
    “O, maar dat heb ik ook”, zei Kees. “Dat is helemaal niet zo bijzonder”.
    Ik negeerde zijn opmerking en ging verder.
    “Ik zie grote plaatjes eerst, en dan pas de details. Niet zoals andere mensen. Die leren dat ‘a’ plus ‘b’ plus ‘c’ plus ‘d’ uiteindelijk bij ‘z’ uitkomt. Zo leer je het op school. Ik leer precies andersom. Laat mij het grote plaatje zien en dan kom ik zelf wel bij de kleine details uit”. 
    Kees was ‘not amused’. Hij stapte nu gevaarlijk dicht in mijn space, en begon een heel betoog. Hij stond met zijn armen te zwaaien en bij elke ‘f’ en ‘s’ vlogen de stukjes pinda, die nog tussen zijn tanden zaten, en de druppeltjes wijn over mijn gezicht. Ik deed een stap achteruit, en hij stapte weer dichterbij. “Sofie, ik geloof geen reet van wat je allemaal zegt. Ik ga je erop aanvallen, kun je dat hebben? Want ik geloof namelijk helemaal niets van wat je zegt. Dat is écht allemaal onzin! “
    Kijk, en toen dacht ik bij mezelf: ‘wat ben jij zielig’. Jij valt me aan op iets dat uit mij komt. Ik schrijf vanuit mijn hart, vanuit mij. En jij gelooft daar niets van? Je hebt het niet eens door. Jij maakt nu mijn hele plaatje over jou compleet.
    Maar voor één van de eerste keren in mijn leven, raakte ik niet van mijn stuk. Ik werd niet onzeker, en daar was ik megatrots op. Ik bleef gewoon staan, borst vooruit en schouders recht.
    “Sofie, nou moet je toch een luisteren”, denderde hij door. “Wij worden genaaid bij het leven door de zogenaamde leiders van de wereld. Weet jij van de windstromen die over de aarde gaan?”
    Vaag iets van gezien op Discovery geloof ik, ja. Ik knikte dus ‘Ja’ en ik deed weer een stap naar achteren. Kees leek aan mijn buik vastgeplakt. Hij bleef van frustratie doorratelen over…., ja.. weet ik veel waarover…., en zijn wijn en stukjes pinda over mijn gezicht uitspreiden. Ik walgde ervan. “Weet jij dat we een ijstijd gaan krijgen hier in België? Weet jij dat er eigenlijk helemaal niets meer over is van het probleem van de ozonlaag? We worden voorgelogen en uitgemolken en bla, bla, bla..”
    Ik vroeg me heel veel dingen af. Waar heeft die vent het over? Wat heeft het met mijn beelddenken te maken? Waar precies heb ik je ego gekwetst, dat je je zo onfatsoenlijk gedraagt? Waarom sta jij zo in mijn space, engerd? Zie je nu écht niet waar je mee bezig bent? Wat wil je hier nu eigenlijk  mee zeggen?  
    “…en dus So-fie: als je dáár nu eens over schrijft, dán worden we misschien vrienden”.
    Ik keek hem aan alsof ik water zag branden. IEK, JAK, GATVER.
    Ik wil jouw vriend helemaal niet zijn. Ik wil niet met jou in discussie gaan over de ozonlaag. Ik wil helemaal niet schrijven over de ozonlaag! Ik wil jouw wijn en nootjes niet op mijn gezicht! Ik wil jou niet in mijn space, ik wil jou ver weg van mijn space als het even kan.
    Ik wil graag schrijven over lieve, leuke of rare mensen, zoals jij Kees. Dus bij deze.


     


    16-02-2015, 18:05 geschreven door Sofie  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (3 Stemmen)
    Archief per week
  • 31/08-06/09 2015
  • 24/08-30/08 2015
  • 29/06-05/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 15/06-21/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 09/03-15/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    https://www.facebook.com/DeWereldVanSofie

    http://www.luisterboekje.be/


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs