Vanmorgen zonnig maar nog steeds vrij
winderig. De wind was wel een beetje gedraaid, zodat ik hem al eens
meer in de rug had. Het zag er allemaal zo mooi uit, overnachten
op de camping waar ik deed en vanmorgen na een paar kilometer de A1
verlaten voor de kleinere P12 die ik zou volgen tot Limbazi. En het
begon ook zo mooi zoals gepland, na een paar kilometer de P12 op ...
alleen werd die, mooie gele route, enkele kilometers verder ineens
onverhard. Een alternatieve route zoeken was niet echt een optie. Het
kon wel, een stuk verder over de A1 en dan een andere gele route naar
Limbazi maar dat zag ik niet zitten. Dus besloot ik om maar te
volharden in het onverhard, ruim 40 Km lang. Uiteindelijk werden het
er slechts 10, daarna werd hij terug geasfalteerd. Ik mag zelfs
zeggen mooi geasfalteerd. Het onverhard was overigens, zoals al eens eerder gezegd, niet overal even slecht maar nergens aangenaam. In Limbazi even rondgekeken en dan
verder over de P9 richting Riga tot Ragana. Op dit stuk zou ik 2
kastelen tegenkomen. Eerst het mij onbekende Igates Pils en daarna
Birini Pils, waar ik wel over gelezen had en de reden waarom ik voor
deze route koos. Beiden doen nu dienst als hotel en in beiden was er
een trouwfeest geweest waarvan de gasten nog aan het vertrekken
waren. Hier zegt men overigens in het engels Castle (kasteel dus)
terwijl men in Estland Manor (landhuis) gebruikte maar in wezen gaat
het gewoon over hetzelfde natuurlijk. Dan in Ragana verliet ik de
richting Riga, dat is voor over een paar dagen. Ik ging eerst
richting Sigulda, waar ik de volgende 2 nachten kampeer in het bos
langs de rivier. Morgen ga ik in de omgeving een rondje fietsen. De
afstand vandaag: 108 Km.
Vanmorgen grijs en winderig, met de
wind die weer de hele tijd op de kop zou staan. Verder was het
vandaag een echte overgangsetappe, niet echt veel aan te zien. Het
begon over de grote weg, de 4. Op kaart lijkt dit een kustweg
maar de zee krijg je van daar niet te zien. Na een goede 30 Km kon ik
verder over een kleinere parallel weg, tussen de 4 en de zee maar ook
hier krijg je hem slechts sporadisch te zien. Precies op de middag
reed ik Latvija terug binnen en even verder moest ik dan terug over
de grotere weg, die hier ondertussen de A1 is. Nog een stukje verder
hield ik dan halt aan de camping net voor Salacgriva. De afstand
was vandaag een bescheiden 75 Km.
Gisteren in totaal 8 fietsers op de
camping, 3 paren en 2 individualisten. Gisteren trouwens nog een leuk
stel tegengekomen, een koppel fietsers met de kleine in een
aanhangwagentje achter vader en met op dat wagentje een kinderfietsje
gebonden zodat de kleine als ze ergens ter plaatse zijn ook een
stukje kan fietsen. Die andere individualist op de camping, een
Duitser (veel Duitsers op de fiets ook), volgt schijnbaar het boekje
Langs het ijzeren gordijn. Een route die, in 3 delen, het
vroegere ijzeren gordijn volgt van in het noorden van Noorwegen tot
aan de Zwarte Zee in het zuiden, opgesteld door een Duitse
politieker. Ik heb dit ook bij maar terzijde geschoven wegens,
volgens mij, totaal waardeloos als gids. Vanmorgen opgestaan met
wind en een grijze hemel, en een kwartiertje later met regen. De
goesting was er daarom niet zo en alles ging wat moeizamer en trager
dan anders, wat dan weer een geluk bleek te zijn want een kleine 2
uur later stopte het en met de hulp van de toch redelijke
temperatuur, de wind en een zwak zonnetje was mijn tentje even later
zelfs praktisch droog om in te pakken. Vanmorgen nog een achttal
kilometer afgekort door een stuk onverhard te nemen richting Padaste
in plaats van de langere weg en een stuk heen en terug naar de Manor
in Padaste, waar veel over geschreven wordt. De Manor doet ook dienst
als duur hotel en restaurant en voor dat geld wordt je er zonder
twijfel goed verzorgd en is het er aangenaam verblijven maar op mij
maakte het geen super indruk. Ik moet daarbij wel toegeven dat het
park nog niet officieel open was om te bezoeken en ik dus slechts een
beperkt onofficieel bezoekje bracht, misschien is mijn indruk dus te
beperkt. Van Padaste was het nog een klein stukje tot aan de boot,
waar ze de aangekomen boot net begonnen te lossen toen ik er aan
kwam. 10 minuten later waren wij al weer op weg en nog 20 minuten
verder was ik terug op het vaste land. Ook hier kon ik nog een
achttal kilometer afsnijden richting Pärnu omdat een kleine witte
weg toch verhard bleek te zijn. Na 74 Km kwam ik terug in Liiva
maar herkende niets van het dorp dat ik vanmorgen verliet, schijnbaar
zijn er hier meerdere Liiva's. En dan kwam ik dus in Pärnu. Het
klinkt zo mooi als Tartu maar heeft lang zoveel niet te bieden. Niet
dat er niets te zien is maar toch niet voldoende om er een dag te
blijven. Dan ging het naar mijn camping, een kilometertje verder aan
de rand van het centrum en langs de rivier. Een camping die
behoorlijk overvol staat. Ze zijn hier behoorlijk aan het puzzelen om
iedereen er op te krijgen. Ondertussen is er nog een Bretoense
fietser aangekomen. Hij is vorig jaar begonnen aan zijn tocht door
Europa, is dan gefietst tot in Praag, heeft daar dan zijn fiets
achtergelaten voor de winter en is in mei terug naar Praag gereisd om
verder te fietsen. Door de 9 Km van gisteren en de zowat 16 Km die
ik afsneed vandaag ben ik uiteindelijk met een gewone 91 Km
toegekomen. Morgen gaat het terug naar Letland en zit mijn
verblijf in Estland er dus op, het enige land dat ik deze reis
slechts 1 keer zal bezoeken en ik moet zeggen dat ik zeer tevreden
ben over mijn verblijf hier. Toen ik op voorhand las dat de Esten
zich meer naar het noorden richten omdat ze vinden dat ze meer
Scandinavisch zijn dan Baltisch stond ik daar nogal sceptisch
tegenover maar nu kan ik ze daar wel in volgen. De taal is alvast
totaal anders dan in Litouwen en Letland en sluit veel meer aan met
Scandinavisch dan met het Slavisch dat men in de beide andere landen
spreekt. Wat ze natuurlijk wel gemeen hebben met hun Baltische buren
is hun recente geschiedenis. Ik heb er hier niet meer over geschreven
maar wat dat betreft zijn de 3 Baltische landen gelijk met hun
drievoudige bezetting (40-41 USSR; 41-44 Nazi Duitsland en 44-91
USSR), de actieve verzetsstrijd tegen deze bezettingen tot ver in de
jaren 50 toen de Soviet Unie de verschillende partizanenlegers
uiteindelijk klein kreeg, de deportaties richting Siberië en
uiteindelijk de nieuwe onafhankelijkheid in 91. In Estland verliep
deze nieuwe onafhankelijkheid wel vredevoller dan bij zijn buren en
dat is dan te danken aan de toenmalige bevelhebber van de Soviet
troepen in Estland die de bevelen vanuit Moskou negeerde en weigerde
zijn manschappen in te zetten tegen de Estse bevolking en er zelfs
mee dreigde zijn artillerie om te keren moesten er andere troepen
gestuurd worden vanuit Moskou. Die bevelhebber was de Tsjetsjeen
Dzhokhar Dudayev, die later de onafhankelijkheidsstrijd in
Tsjetsjenië zou leiden en er president zou worden. In 1996 werd hij
door het Russische leger gedood. De Tsjetsjenen hebben in het
algemeen geen te beste reputatie maar deze ene is in Estland een
held.
Er was gisteren op de camping ook nog
een Duits fietskoppel, vertrokken op 28 april en nog tot eind
september onderweg. Nu onderweg naar Tallinn en dan de boot naar
Helsinki. Ik schat ze een ietsje ouder dan mezelf en veronderstel dat
zij wel vroeg op pensioen zijn mogen gaan. Verder waren het weer
allemaal Finnen. Gisteren ook nog geleerd dat de bijlage aan mijn
rijstschotels eigenlijk soepen moeten zijn, of eigenlijk de avond er
voor al maar gisteren bevestigd gezien. Ik heb hier goede bokaaltjes
van een kleine 500 gram gevonden die perfect bij rijst smaken. Omdat
eergisteren, aan dat haventje, de prijzen zo goed meevielen heb ik
nog eens uit gegeten en toen bleek dat de soep die ik bestelde
precies dezelfde naam had als mijn recentste aankoop voor bij de
rijst. Gisteren heb ik dan eens goed op het etiket gekeken en blijkt
dat je ze eigenlijk inderdaad moet opwarmen met een halve liter water
voor een portie soep voor 4 personen. Ik zal ze echter blijven
gebruiken bij mijn rijst want zo zijn ze ook heel lekker. Vandaag
dan, het weer was alvast mooi zonnig en warm met af en toe wat sluier
bewolking en een fris windje. De route was vandaag voorzien om
gewoon over de 10 te gaan maar onderweg besliste ik om af te wijken
over een kleiner baantje dat volgens een lokaal toeristisch kaartje
ook verhard bleef en niet veel langer was. Niet dat de 10 super druk
was maar het alternatief was alvast nog een stuk rustiger. Onderweg
passeerde ik langs hier een grote orthodoxe kerk, ergens in een bos
langs de kant, en in Pöide bracht ik een bezoek aan de Heilige Maria
kerk., gebouwd in de 13° eeuw. Ze ziet er een beetje uit alsof ze
gebouwd is als een fort maar dat is waarschijnlijk omdat ze gebruikt
werd als hoofdkwartier van het Duitse Ridderschap van het Zwaard.
Doorheen de geschiedenis hebben schijnbaar steeds 4 grootmachten
gestreden voor de macht over Estland: de Duitsers, de Zweden, de
Denen en de Russen. Tijdens een opstand werden de Ridders gedurende 8
dagen belegerd in de kerk. Toen hun Estse belegeraars hun beloofden
geen zwaard te zullen heffen als ze zich overgaven, gaven de Ridders
zich over. Trouw aan hun woord, en met enige zin voor sarcasme,
stenigden de Esten hierop de Ridders tot de dood. Momenteel wordt de
kerk gerestaureerd maar blijft ondertussen wel dienst doen, misschien
ook best want ik denk dat de restauratie een werk van lange adem (en
budgetten waarschijnlijk) gaat worden. Mijn bestemming lag vandaag
op een derde eiland(je) Muhu. Geen boot echter deze keer, ze hebben
hier een dijk met een weg aangelegd om de verbinding te maken. De
omgeving voor die dijk was schitterend, mijn camera (of de fotograaf)
schoot tekort om het echt recht aan te doen in de foto's. Op Muhu
ging het eerst naar Koguva, een dorp waarvan men zegt dat het echt
bijzonder is. Volgens plan zou ik daar ook kamperen maar op een
plannetje aan het einde van de dijk zag ik dat er nog 2 geschikte
mogelijkheden waren om te kamperen en ik besliste om minstens tot de
eerstvolgende, verderop op de route, te gaan. Morgen belooft een
lange dag te worden en dat zijn alvast enkele kilometers minder voor
morgen. Toch wou ik eerst eens gaan kijken naar dat dorp. Ik had me
de moeite kunnen besparen, ik vond er niks aan. Alweer 12 km die ik
niet nodig had. Uiteindelijk deed ik van in het dorp nog 9 Km tot
aan de camping in Liiva. Het totaal kwam vandaag op 79 Km. Morgen
terug naar het vaste land, met de boot.
De wind was vanmorgen wat gaan liggen
maar verder was het grijs en kil. Tegen dat ik op Saaremaa aan kwam
was de wind, voor de fietser, toch al weer goed voelbaar maar net als
gisteren was het voordeel dat die verdomde wind de, soms behoorlijk
dreigende, wolken weer over blies. In de namiddag klaarde het zelfs
volledig op en werd het nog behoorlijk warm. Ik was al een paar
dagen zonder hartslag onderweg dus heb ik gister avond maar een
nieuwe batterij gestoken, in mijn hartslagmeter (borstband) dus. En
vandaag had ik mijn hartslag weer netjes terug, tenminste Bryton kon
hem weer netjes vinden. Niet dat het veel uitmaakt maar het is leuk
om te weten. Vanmorgen was het dus vroeg dag voor mij. Het nadeel
van het vaarschema, en deze vaarde maar drie maal per dag, te kennen
is dat je goed op tijd wil zijn. Dus ruim op tijd opgestaan en met
een beperkt ontbijt rustig, zonder stress, op weg naar Soru om daar
bijna drie kwartier op voorhand aan te komen. De accommodatie van
Soru heb ik niet kunnen inschatten, die ligt een beetje verder in
het centrum en ondanks de tijd die ik had ben ik ze niet gaan
opzoeken. Eens aan boord heb ik dan mijn tweede ontbijt genomen. Aan
de overkant ging het eerst naar de Angla Windmolen Heuvel,
tenminste ik passeerde er sowieso omdat hij vlak naast de weg ligt
maar het zou ook anders een bestemming geweest zijn. Er staan op die
heuvel 5 windmolens op een rij, 4 in klassieke lokale stijl en 1 in
Hollandse stijl. Je zou dan denken dat ze hier verzameld zijn als een
soort Bokrijk maar dat blijkt niet het geval. Deze heuvel heeft
schijnbaar de meest geschikte ligging voor windmolens in de buurt. In
(tax-) documenten uit de 16° eeuw wordt in verband met het dorpje
Angla gesproken over 19 boerderijen en 12 windmolens, waarvan 9 op
deze heuvel. De nieuwste is de Hollandse die in 1927
gebouwd werd door een wat rijkere boer, de oudsten van de huidige nog
resterende 5 dateren uit de 19° eeuw. Het verschil tussen de
Hollandse en de anderen is, naast uiteraard zijn grote, dat de
anderen volledig om hun as gaan om in de wind te draaien terwijl bij
de Hollandse alleen de top ronddraait. Verder is de Hollandse vanwege
zijn grootte natuurlijk ook krachtiger, waardoor hij meer werk kon
verzetten en zo de andere molenaars behoorlijk onder druk zette. De
meeste molens bleven in gebruik tot in de oorlog. Na de oorlog,
tijdens de Soviet bezetting met zijn collectieve boerderijen, werden
ze niet meer gebruikt en raakten ze in verval. Op het einde van de
vorige en het begin van deze eeuw werden deze 5 resterende dan
gerestaureerd. Na mijn bezoek aan de molens en het kleine
bijhorende museum nam ik in de cafetaria mijn derde en beste ontbijt
van de dag. Ik dacht gelezen te hebben pannekoek met kaas en jam maar
blijkbaar moest het zijn met kaas en ham. Ik heb bij mijn vertrek
vergeten te controleren of zij fout geschreven of ik fout gelezen
heb. Hoe dan ook het was een stevige pannekoek met kaas en ham en
daarlangs een behoorlijke slaatje van tomaat en komkommer. In België
denken wij in de eerste plaats aan zoete pannekoeken maar ook deze
was echt lekker. Daarna ging ik eerst even 2 Km uit de richting, naar
het 14° eeuws kerkje van Karja. Het opvallendste aan het kerkje,
naast dat er geen toren bij is en dat ze wel erg stevig gebouwd is,
is een gravure boven een zijdeur met daarop de kruisigingsscene met
Jezus en de 2 rovers. De ziel van de berouwvolle rover komt uit zijn
mond en wordt bij de hand genomen door een engel, die van de andere
rover komt eveneens uit zijn mond en wordt begeleid door de
duivel. Dan ging het verder naar Kali en zijn meteoor krater. De
meteoor zou zo'n 4.000 jaar geleden ingeslagen zijn en heeft daarbij
een serieuze deuk achter gelaten, ruim 100 meter diameter en 22 meter
diep. Er zijn in de omgeving ook nog 8 kleinere kraters van de
brokstukken maar die heb ik niet opgezocht. Daarna ben ik nog
eens afgeweken van de direkte route om een stronghold te gaan
bekijken. Strongholds zijn gewoonlijk pre-middeleeuwse versterkingen,
gemaakt van aarde en hout waardoor er gewoonlijk niet echt veel te
zien is maar aangezien het niet ver omrijden was ... De lokale
verantwoordelijken vonden er echter ook niet veel aan te zien en
hebben hem niet aangeduid vanaf de weg, ik heb dus niets gezien. Dat
waren een paar kilometer die ik me had kunnen besparen. Het
uiteindelijke doel van vandaag was Kuressaare, een stadje met onder
andere ook een Bisschoppelijk kasteel maar na dat van Haapsalu valt
dit toch een beetje tegen. Het stadje zelf leek wel behoorlijk mooi.
De afstand van vandaag was 91 Km. Na dat ik me geïnstalleerd had ben ik
nog even, zonder bagage, naar een winkel gereden voor wat inkopen,
het is toch telkens weer aanpassen om een keer zonder bagage te
fietsen.
Het is gisteren uiteindelijk toch nog
opgeklaard, zodanig dat ik er aan dacht om naar de zonsondergang te
gaan kijken. Tegen 9 uur zag ik het echter terug overtrekken en dan
ben ik maar wat vroeger nog eens naar het strandje gewandeld. En
tegen dat ik een half uur later in mijn slaapzak kroop, vielen de
eerste druppels van de zachte regen waarmee ik in slaap viel. Om dan
vanmorgen weer wakker te worden met een blauwe hemel, met een blauwe
hemel maar ook met een pittig windje die, hoe ik ook keerde of
draaide, steeds op de kop leek te staan. Een windje dat ook al snel
wat wolken meebracht, die soms behoorlijk grijs waren maar die ook
voldoende gaten lieten voor enkele zonnige foto's. En een windje dat
ook al die wolken weer over blies, ook die grotere grijze van na de
middag. Vanmorgen ging het eerst terug naar de weg, dan terug
naar de grotere weg en dan verder rond het eiland. Na 25 Km
sloeg ik wel af voor een extraatje van een 50 Km om nog twee
vuurtorens te gaan bekijken. Daarna ging het verder tot Emmaste, waar
ik voor een keuze stond. Ofwel 6 Km zuidwaarts naar Soru, waar ik
morgenvroeg moet zijn en waar in principe wel een of ander hotel of
guesthouse moet zijn, ofwel een Km of 15 terug noordwaarts, waar ik
enkele campings zou moeten vinden. Ik koos uiteindelijk voor het
tweede. De kilometers bleven echter oplopen en ik kwam maar niet dat
kruispunt tegen waar ik rechtsaf moest. Uiteindelijk kwam het
natuurlijk toch en hier nam ik de eerste de beste gelegenheid om een
plaatsje te vragen, in dit geval aan een klein jachthaventje in
Orjuka. Ze hadden er wel een bordje met een caravan staan maar er
stond geen tentje bij, het bleek echter geen probleem en zo sta ik nu
in het gras naast de cafetaria van het haventje. Bij het opstellen
van mijn tentje speelde wel die wind me wat parten. Ik maakte dan ook
twee grote fouten: 1. in geval van wind je tent altijd opstellen met
de achterkant naar de wind, ik was fout begonnen maar heb het, met een
beetje moeite, wel kunnen corrigeren; 2. in geval van wind sta je,
indien mogelijk beter achter de cafetaria dan er naast. Het werden
uiteindelijk 19 Km van Emmaste tot hier, tot de verwachtte campings
is het nog wat verder. 19 Km plus nog eens 6 Km verder tot Soru maakt
dus 25 Km, die ik moet gedaan hebben voor 8 uur morgen vroeg. Om 8u15
vertrekt de eerste boot naar het volgende eiland, Saaremaa, en die
wil ik nemen en liefst iets minder spannend dan gisteren. De
totale afstand was vandaag 115 Km. Ik had ook wat kunnen afsnijden
door over het eiland te gaan in plaats van er rond maar alles wat
in land gaat wordt op een bepaald punt onverhard en dan doe ik liever
enkele kilometers meer. De eerste 2 foto's zijn dus van gisteravond op de camping.
De camping gisteren was een beetje
minder klein dan ik dacht, er was nog een stuk achter de hoek. Daar
moeten nog minstens één Duitser en één Zwitser gestaan hebben, de
gastvrouw houd eraan om de vlaggen van de landen waarvan ze gasten
heeft uit te hangen en naast de Belgische en de Finse hing er dus ook
nog de Duitse en de Zwitserse. De lucht was vanmorgen zwaar
bewolkt. Al vlug na mijn vertrek werd ik weer verrast door een
ruïne, deze keer van een of ander landhuis. Ze worden schijnbaar
niet allemaal gerestaureerd of misschien was ze van minder belang. Er
stond een plakkaat midden op een grasveld maar ik ben niet gaan
kijken. Om 8u30 kwam ik aan bij Rohuküla en was daarmee,
letterlijk, nog net op tijd om mijn boot, naar het eiland Hiiumaa, te
halen. Ze waren klaar om de oprit te sluiten. Een foto meer of toch
even gaan kijken naar dat plakkaat en ik zou hem gemist hebben. Ik
had trouwens geen flauw idee van het vaarschema, alleen dat hij een
paar keer per dag vaarde. Ik had onderweg al wel bedacht dat 8u30
of 9 uur wel een valabel tijdstip zou zijn om een eerste keer af te
varen. Vandaar dat ik ook even wat steviger doorduwde toen ik hem een
eindje verder zag liggen, ook dat heeft dus nog even geholpen. Nu,
anders had ik een paar uur gewacht op de volgende. Alleszins had ik
een uur en een kwart om tot rust te komen, de tijd die hij nodig had
om de 22 Km te overbruggen. Op de boot zat trouwens nog een vrij
grote groep fietsers, met minstens een aantal Amerikanen erbij.
Althans, ze droegen fietskledij maar ik had op het dek geen andere
fietsen gezien. Bij het aanmeren zag ik dan een grote bus met een
bord met bike tours achter het venster. Het is dus een rondreis
waarbij gedeeltes gefietst worden, zoals ikzelf tenslotte ook doe in
ver weg bestemmingen. Alleen gebruiken wij gemiddeld wat
kleinere transportmiddelen, naast de fietsen. Ik had gelezen dat
Hiiumaa een microklimaat heeft en dat het er altijd merkbaar warmer
is dan op het vaste land. Niet zo vandaag, was het op het vaste land
nog bewolkt en, redelijk, warm dan was het hier gewoon bewolkt en
fris. En even nadat ik op het eiland beland was begon het er ook nog
te regenen. Er was regelmatig wel een sprankeltje hoop met de wat
lichtere lucht aan de horizon maar die lichtere lucht is telkens mee
blijven opschuiven. Het is eigenlijk de hele tijd wisselend blijven
regenen, wisselend en dus ook af en toe een kleine onderbreking. Mijn
goede zomer van de afgelopen weken lijkt wel degelijk even
opgeschort. Op het eiland ging het richting Malvaste maar toen ik
het pad naar de camping zag ben ik het eerst nog even voorbij
gereden, om een eind verder naar de vuurtoren te gaan kijken. Bij de
vuurtoren staat ook weer een monument ter herinnering aan de ramp met
de Estonia. Het ziet er een beetje raar uit maar zou zo gemaakt zijn
dat wanneer de wind uit dezelfde richting en met dezelfde kracht
waait als die bewuste dag de bel zou luiden. Vandaag was dat
duidelijk niet het geval maar het moet raar zijn wanneer die bel
belt. En toen ik aan de vuurtoren verder ging was de laatste
onderbreking van de regen voorbij, nog fijn dat ik tenminste nog
eerst wat foto's mocht nemen. Deze keer nam ik het pad dus wel en
kwam, behoorlijk nat, op mijn camping aan. Deze kant van Estland is
duidelijk meer toeristisch, niet alleen te zien aan het groter aantal
vreemde nummerplaten maar ook aan de prijzen. Terwijl de gangbare
prijs tot dusver 4 á 6 was, dan doet deze met 10 niet veel
onder voor deze van gisteren. Die van vandaag is echter echt wel
mooi, moest het mooi weer zijn ik zou kunnen genieten van deze
camping. Overigens kan je tegenwoordig ook het internet niet meer
geloven. Volgens mijn gastvrouw zei het internet dat het niet zou
regenen. De afstand was vandaag 65 Km.