DE DINGEN ZIEN ZOALS ZE ZIJN EN NIET ZOALS MEN DENKT DAT ZE ZIJN
Men kan naar iets of iemand kijken zonder werke-lijk te zien. Verwacht dus niet van verschillende ooggetuigen van eenzelfde ongeluk, dat ze eenzelfde versie geven van het gebeuren: ze geven stuk voor stuk een verschillende inter-pretatie.Men ziet immers alleen maar wat men wil zien. Om gewoon naar iets te kijken, is een blik voldoende, maar om te zien, is er meer nodig : de aandacht scherpt de opmerkingsgave, en het geheu-gen stokeert de feiten. Maar ook dat geheugen kan selectief werken, en houdt dan alleen over wat persoonlijk aan-spreekt. Men visuali-seert dan als het ware het scenario dat hem het meest ligt.
De opdracht bestaat er dus uit van de dingen te zien zoals ze zijn, en niet zoals men denkt dat ze zijn. Men ziet immers soms alleen wat men wil zien: men maakt een interpretatie. Een interpretatie die steunt op een automatische selectie door wat men tijdens zijn leven heeft meegemaakt en opgenomen. Bij de "beeldvorming" speelt dus zijn persoonlijke voorgeschiedenis een rol.
Men kan kijken zonder werkelijk te zien. Om gewoon te kijken is, een blik werpen voldoende, maar om het te zien, is meer nodig. Zien is een bewuste aktiviteit, die met aandacht moet gebeuren. Geeft men onvoldoende aandacht, dan vult het automatisch denken de hiaten in de waarneming op. Resultaat: de waarneming is erg subjektief gekleurd. Ooggetuigen zijn daarom niet altijd de betrouwbaarste waarnemers van eenzelfde gebeurtenis: hun relaas of beschrijving, verschilt nogal eens sterk van elkaar.
Niet alleen de manier van waarnemen, maar ook de daarop volgen-de reactie is persoonsgebonden. Een op waarnemen getraind persoon, kan een bijna fotografisch beeld van de feiten weergeven, terwijl iemand die maar een onverschillige oogopslag werpt, vaak weinig of niets heeft waargenomen.
De ogen zijn de ziel van het lichaam. De oogarts kan weliswaar onderzoeken, hoe het met de fysieke staat van onze ogen gesteld is: ons vermogen om te zien. Maar eenieder kan door iemand diep in de ogen te kijken, iemands ware natuur ontwaren. Hebben mensen die niet in de ogen durven kijken schrik of schroom, voor het ware gelaat ? Kijk mij aan, zegt men tegen degenen waar men de aandacht wil van krijgen. En, hebt ge het goed gezien, zegt men als men de aan-dacht op iets wil vestigen. Maar de uitspraak "uit het oog , uit het hart ", klopt niet : er is meer. Onze geliefden die ons ontvallen zijn en die wij niet meer zien ( ! ) , blijven niettemin aanwezig in ons hart, in ons geheugen, in ons leven.