ZOMERUUR-WINTERUUR: EEN PROBLEEM
De toepassing van zomer- en winteruur kwam er reeds in de Eerste Wereldoorlog, en werd door de Duitse bezettingsmacht terug inge-voerd in 1940. Deze tijdsindeling werd gedurende de oorlogsjaren behouden; in België bijvoorbeeld tot en met 1946. Tussen 1947 en 1976 werd het bij ons echter afgeschaft. Met de crisis van de jaren zeventig, haalde men dit oud concept terug vanop zolder. Frankrijk nam in 1973 het voortouw; de Benelux-landen volgden in 1977. Sedertdien gebruiken verschillende Europese landen de invoering van een zomertijd.
De redenering die daar achter steekt, is energiewinning: door ervan te profiteren dat het 's avonds langer klaar blijft,en het opstaan 's morgens één uur verlaat wordt. In de praktijk "schuift" men de tijd dus één uur verder, wat konkreet gebeurt door de uurwerken één uur verder te draaien. Maar van in den beginne waren er bezwaren en kritiek tegen deze kunstgreep. Men moet weten: met name België, die geografisch en astronomisch in de GMT-zone ligt (de Greenwich Mean Time of West-Europese uurgordel), heeft al één uur "gezeurd" door op de MET (Midden-Europese tijd) over te schakelen. Ook dat is een "geschenk" van de oorlogsjaren, toen hier de tijd van Berlijn als officiële tijd werd ingesteld. Was men te lui, of vond men het te "omslachtig" om in 1946 de klokken terug te draaien, ik weet het niet. Maar een gevolg hiervan is dus wel dat we sindsdien in de zomer niet één maar twee uren verschillen met de echte Zonnetijd, zoals die door dag en nacht wordt bepaald en oa door zonnewijzers wordt aangegeven.
Het is wetenschappelijk bewezen dat sommigen het er heel moeilijk mee hebben, daar hun biologische klok zich niet onmiddellijk kan aanpassen, zoals dit voor uurwerken gaat: een mens is geen ma-chine. Dezelfde ritmeverstoring kan men ook registreren bij mensen die bijvoorbeeld in ploegstelsels moeten werken. Vooral kleine kinderen en oudere personen, die graag een bepaalde routine volgen, hebben het daar het moeilijkst mee. Vanuit de hoek van de volksgezondheid komt dan ook de grootste kritiek en tegenstand tegen het in standhouden van deze jaarlijkse kunstgreep. Het "voordeel" dat het oplevert vanuit economisch en energetisch standpunt is bovendien sterk twijfelachtig: vroeger gingen de mensen met de zon slapen en stonden met de zon op; maar de dag van vandaag blijft er doorlopende aktiviteit en vervoer dag EN nacht.
Dus ik stel de vraag: is het verantwoord dat zulke twijfelachtige economische redenen de voorrang krijgen op evidente redenen over het welzijn van de bevolking?
Cécile
06-04-2012 om 00:00
geschreven door Cécile De Reuck 
|