Woensdag ging ik naar Ceres samen met
Charlotte, Tandi en Ida. Er was een telefoon binnengekomen van een vrouw die
zei dat ze misbruikt werd door een man vanop de boerderij en dat de boer haar
uit haar huis wou zetten. We hadden een gesprek met de boer. Ik was wat
achterdochtig, want veel van de boeren zijn hier heel onbetrouwbaar en
behandelen hun personeel allesbehalve goed. Maar deze boer was op de hoogte van
de wetten en de huizen zagen er ook heel verzorgd uit. Volgens Ida was deze
boer één van de goeie. Het verhaal van de vrouw bleek ook niet te kloppen. De
boer had haar al meerdere keren werk aangeboden, maar ze weigerde dit aan te
nemen. En de man die ze beschuldigde was blijkbaar haar vriend die haar had
laten staan voor een andere vrouw. Ze wou dus wraak nemen. Heel raar verhaal en
eigenlijk waren we dus voor niets naar Ceres gereden. S avonds deed ik een poging om te skypen
met Marthe. Maar ze was bang van de koptelefoon. Ik klonk nogal brokkelig en
alles klonk ook een beetje hol. Ze gaven even de microfoon aan Mona en ik
hoorde een lachje van haar, dat was wel leuk. Tante Els herinnerde me eraan dat
Mona 1 jaar werd. Wat gaat de tijd toch snel zeg! Het is dus 1 jaar geleden dat ik bij Els en Edwin bleef
slapen toen ze naar het ziekenhuis gingen. Ik herinner me nog heel goed dat ik
heel de dag vol spanning zat te wachten op een berichtje om te weten of ik er
een neefje of een nichtje bij had. Ik hoop dat Marthe en Mona me nog zullen
herinneren wanneer ik terug ben!
Donderdag ging ik met Ida naar De Doorns.
We gingen daar naar een meeting die georganiseerd werd door Cape Winelands
District Municipality. Ze hadden een onderzoek gedaan over de wijzigende
employment trends op boerderijen in een bepaalde regio. Het was de bedoeling
om nu de bevindingen van het onderzoek voor te leggen aan mensen uit het
werkveld om het onderzoek dan bij te sturen waar nodig. S avonds ging ik lopen, dezelfde toer die
ik hier al altijd loop. Er zijn hier veel loslopende honden, ik heb altijd
schrik gehad voor honden, maar ik had die schrik hier precies wat overwonnen. Plots
was er terug een hond aan de kant van de weg, met een man ernaast. Ik liep op
straat, omdat ik toch liever niet al te dicht kom bij honden, die hond zag me
al van ver afkomen maar hij deed niets. Toen ik bijna naast hem was kwam hij
naar me toe gelopen, maar ik dacht dat hij gewoon even wou snuffelen of even
met me mee wou lopen, want hij stormde niet op me af. Plots beet hij in mijn
kuit, ik reageerde heel snel door hem weg te schoppen. En ik begon meteen ook
te roepen tegen de man die bij de hond was. Hij zei doodleuk its not my dog.
Hij vroeg niet eens of ik in orde was en hij bleef gewoon staan, zonder bezorgd
te zijn. Ik was enorm geschrokken en ik wou gewoon zo snel mogelijk naar huis. Toen ik thuiskwam vertelde ik mijn
verhaal aan Charlotte en zij zocht op internet op wat we moesten doen. Door
mijn snelle reactie had de hond niet echt de kans gekregen om door te bijten,
dus er was geen open wonde, maar de plek waar de hond gebeten had was wel
opgezwollen en blauw en rood. We besloten om Karien te bellen om te vragen wat
we moesten doen, doordat ik enorm geschrokken was kon ik niet meer goed
nadenken. Ze kwam ons ophalen om naar een apotheek te gaan, de vrouw die daar
werkte keek naar mijn been en zei dat het niet nodig was om ingeënt te worden
tegen rabiës. Ze gaf me een antibacteriële zalf mee die ik op de wonde kon
smeren. Ik was heel de avond aan het natrillen,
want ik was toch wel behoorlijk geschrokken! We gingen die avond iets drinken,
ideaal om mijn zinnen te verzetten.
Vrijdag had ik een vrije dag, we gingen
naar Kaapstad om wat rond te wandelen en we deden op het gemak een terrasje.
Toen ik thuiskwam zag ik dat mijn ouders intussen dingen hadden zitten opzoeken
over rabiës en ze waren er helemaal niet gerust in. Ze stonden er op dat ik een
dokter zou zien. Ze hadden me toch ook wel wat bang gemaakt met al hun verhalen,
dus ik was ook in paniek op dat moment. Ik belde iemand op om me naar de
spoedafdeling van het ziekenhuis te brengen. Het was een privé-ziekenhuis dat
Karien ons had aangeraden voor als er eens iets zou zijn, het was niet te
vergelijken met een publiek ziekenhuis, want het was er heel rustig (doordat
het behoorlijk duur is waarschijnlijk, maar ik heb een verzekering dus alles
zal normaal terug betaald worden). De dokter kon bevestigen dat het niet nodig
was om een inenting te krijgen en hij zei dat het normaal was dat mijn been wat
stijf zou zijn de komende dagen. Ik belde die avond nog naar mijn ouders om hen
te vertellen dat ze niet meer ongerust moesten zijn. Ik zal nu dus op zoek moeten gaan naar een
nieuwe looproute, zonder loslopende honden ;-).
Zaterdag stonden we vroeg op om terug naar
Kaapstad te gaan, we hadden al een paar keer een poging gedaan om de Tafelberg
te bezoeken, maar het was telkens te bewolkt en de collegas hadden ons verteld
dat de kans klein was om een mooi uitzicht te hebben in de winter. Wanneer ik
naar de badkamer strompelde (het was behoorlijk vroeg in de ochtend) om me te
douchen kwam ik tot de vaststelling dat de elektriciteit op was, ik moest me
dus aan de lavabo wassen met behulp van mijn zaklamp. Er is namelijk ook geen warm water wanneer er
geen elektriciteit is. Ik moet nog steeds wennen aan het feit dat je hier
elektriciteit moet kopen in de winkel, volgens mij komt het wel vaker voor dat
mensen vergeten om elektriciteit bij te kopen. We gingen met de trein. Op de trein en in
de stations lopen mensen rond (ook kinderen) om vanalles en nog wat te
verkopen: losse yoghurtjes, groenten en fruit, kousen, lijm, posters, chips,
snoep, frisdrank . Toen we aankwamen in Kaapstad was het terug
bewolkt, we waren wat ontgoocheld. We besloten toen om gewoon wat rond te
wandelen en de Tafelberg in de gaten te houden voor het geval dat het nog zou
opklaren. We bezochten een museum over de geschiedenis van de moslimgemeenschap
in Kaapstad. Plots klaarde het helemaal op en toen gingen we meteen richting
Tafelberg. We wilden eigenlijk omhoog wandelen, maar aangezien de laatste trein
al om 17h was hadden we daar geen tijd
voor. We gingen dus met de kabellift naar boven. Het uitzicht was prachtig,
ondanks wat wolken hier en daar. We deden een wandeling op de Tafelberg, zo
zagen we het uitzicht vanop de verschillende punten. S avonds gingen we terug iets drinken,
want intussen was Katherine (de Amerikaanse studente die we hier leerden kennen
en die haar stage doet in Limpopo) terug in Stellenbosch. We geraakten aan de
praat met een muziek journalist die deze zomer de Belgische festivals wil
bezoeken voor zijn werk, ik kan hem geen ongelijk geven natuurlijk J!