En hoe ik mijzelf verloor de avond dat ik haar zag doodgaan
Inhoud blog
Zoeken in blog
Beoordeel dit blog
16-03-2017
VERRASSING
Steeds vaker gebruik ik iets om te kunnen dansen. Als ik het niet doe lukt het bijna niet. Ik kan het goed verstoppen. Ik laat niemand nog toe in mijn fort.
Oppervlakkig, vluchtig...
Ik neem voor niemand nog mijn masker af. Ik doe alsof alles perfect gaat. Ik doe mijn best op school. De examenresultaten van nieuwjaar waren voor mijn ouders het bewijs dat alles goed gaat. Niet alleen voor hen, ook voor J. Ik ben gespeeld vrolijk en vriendelijk als hij in mijn buurt is. Bij B is het moeilijker. Ze is echt lief, bezorgd, als ik bij haar ben komt er soms een barst in mijn muur. En ze blijft ook herhalen dat ik bij P moet wegblijven.
Ik ben nog maar net vertrokken naar training als ik een bericht krijg.
Ik heb een verrassing XO. Het is X
Het is bijna 4 maand geleden dat ik hem zag. Ik lach naar het scherm van mijn telefoon. Ik antwoord dat ik benieuwd ben, en vraag erbij wanneer de verrassing is. Geen reactie meer. Hij stuurt straks wel terug denk ik en ik stop mijn telefoon weg. Ik ben vroeg aan de zaal. Ik probeer meestal heel vroeg te komen zodat als ik iets gebruik het werkt tegen dat de les begint, en minder kans dat iemand mij zou betrappen.
Ik ga binnen. Ik hoor Q praten en J lacht. Als ik voorbij de deur stap zie ik hem... X roep ik luid. OMG X wat doe jij hier? Verrassing lacht hij. Ik loop naar hem toe en spring in zijn armen. Ik denk dat we er zeker 10 minuten zo gestaan hebben. Intussen zijn de andere ook aan het toekomen en iedereen die bij ons danste als hij nog hier danste komt dag zeggen. De les begint maar ik zet mij nog even bij hem neer. Komaan zegt J opeens. Praat straks verder. Meedoen.
Ik sta op en begin op te warmen.
We oefenen een nieuw stuk maar het lukt niet echt. Ik krijg de beweging niet zoals het moet. Ik heb niks kunnen nemen omdat ik de hele tijd bij X gestaan had.
Wacht hoor ik hem ineens achter mij zeggen. Ik help u. Hij legt zijn hand tegen mijn been en zijn andere slaat hij om mijn middel. Hij legt het uit en ik probeer. Het lukt wel deze keer. Ik heb het warm. En sinds lang voel ik mij heel even echt ok. Mijn glimlach is echt, wat ik voel is echt.
Bedankt fluister ik. B ziet het en in de kleedkamer vraagt ze of ik blij ben dat hij er is. Natuurlijk zeg ik. Ik heb hem gemist. En dat is ook zo, want de laatste keer dat ik hem zag voelde het alsof A er was.
Wat mis ik haar.
Ik sport een week niet mee op school. Ook dansen sla ik over... tot mijn enkel genezen is.
J probeert op school met mij te praten. Ik probeer hem zoveel mogelijk te ontlopen. Tijdens de pauze's zit ik bij P. Hij heeft mij compleet in zijn macht. Ik ben echt bang voor hem, en dat weet hij.
Het is vrijdag, wat wil zeggen dat ik met J zal meerijden naar de training. Als de bel eindelijk gaat stap ik langzaam naar zijn auto. Tot vanavond zegt P. Ik zeg dat ik niet kan. Dat was geen vraag zegt hij. Of zal ik even wachten en aan meneer daar vertellen wat er in u sportzak zit. Ik had ze er zelf ingestopt. Ik wil het wel eens proberen had ik gezegd. Ik zie hem aankomen.
T is goed zeg ik snel. Ik kom wel.
Hij stapt weg.
Nu kan je niet weg dat weet je toch zegt J lachend. Ik weet het zeg ik, en in plaats van vooraan te gaan zitten zoals ik normaal altijd doe ga ik achteraan zitten.
Alles ok? Ja zeg ik, en ik lach.
Echt? Ja echt. Ik moet ervoor zorgen dag hij mij geloofd denk ik.
Is u enkel genezen? Ja helemaal in orde.
Hij vraagt niet verder.
Je hebt geluk zegt hij, het is lenigheidstraining. U voet kan nog wat rusten. Ik lach nog eens.
Q is er nog niet. In de zaal staat de radio op. Ferm nummer hoor ik E roepen en ze zet het luider. Please nee denk ik in mezelf. Ik heb het nog al gehoord, maar ik kan er niet meer naar luisteren. Ik voel mijn ogen branden. Gelukkig komen er geen tranen.
Even naar toilet zeg ik snel. Ontspan, ontspan, ontspan... ik kijk naar mijn sportzak. Ik neem er iets uit en stop het snel in mijn mond. Ik pak een paar slokken water en slik het door. Na een 20tal minuten voel ik het eindelijk. Mijn lijf tintelt maar mijn hoofd is vrij. Ik word lacherig. Van het stretchen voel ik niets. Ik kan blijven doorgaan.
Als B tegen mij begint te praten babbel ik vrolijk terug. Ookal ben ik eigenlijk nog kwaad op haar. J ziet het. Kom eens vraagt hij. Hij kijkt naar mijn ogen... wat? Vraag ik terwijl ik weet wat hij denkt. Denk ja dat ik geblowd heb? Of wou je gewoon nog eens in mijn ogen kijken. Ik daag hem uit. Ik heb geen rem meer. Wat een zalig gevoel. Nee zegt hij, t is al goed. Doe maar verder. E vraagt of ze haar muziek mag opzetten. Het liedje van daarstraks op de radio klinkt terug luid door de zaal. Ik voel dat zowel B als J weer naar mij kijken maar het nummer doet mij eventjes niks meer.
Nog een halfuur voor ik moet vertrekken. Ik tape snel mijn enkel in. Hij staat dik en ziet blauw.
Ik had nog een extra week thuisblijven van mijn ouders gekregen maar ik ben toch vertrokken. Waarschijnlijk zouden ze het niet eens merken dat ik er niet ben.
Ik zit bij hem. Zijn vrienden zijn er ook. Zijn ouders zijn er niet dus we zitten beneden. Ze hebben allemaal gedronken en geblowd en beginnen vervelend te doen. P en K zijn aan het discussieren tot dat opeens in getrek en geduw overgaat. De stemming slaat volledig om. Ik ga naar boven op zijn kamer zitten. Ik denk heel even na of ik niet beter naar huis zou gaan.
Ik hoor iemand naar boven komen en ik kijk. Het is K. Er loopt bloed uit een wond op zijn voorhoofd. Ik twijfel maar ik ga toch helpen. Ik hou een handdoekje onder de kraan en wrijf het bloed van K zijn gezicht. Hij zegt niks. Ik ook niet.
P staat er ineens ook. Ik heb hem niet naar boven horen komen. Hij roept tegen K dat hij moet vertrekken. Mij duwt hij aan de kant. Ik stap snel de badkamer uit en loop naar zijn kamer. Razend is hij. Ik zeg niks. Weg denk ik. Ik moet weg. Ik neem mijn tas en wil mijn jas aandoen maar hij laat mij niet vertrekken. Ik doe wat ik wil zeg ik fel. Jij doet wat IK wil zegt hij heel zacht voor hij hard op mijn enkel schopt.
De rest van de avond zegt hij niks meer.
Ik probeer de pijn te verbijten. Dat lukt nog net. Q vraagt of ik alstublieft een klein beetje moeite wil doen als ik voor de zoveelste keer een fout maak. Sorry reageer ik. Opnieuw krijg ik een opmerking. Van J deze keer. Ik ben kwaad omdat ik echt wel moeite doe. Ik heb mijn trainingsbroek aangehouden zodat ze mijn enkel niet zouden zien en ook daar krijg ik nu een opmerking over. Als ik reageer dat hij zich niet moet moeien zet hij mij kwaad de zaal uit. Waarom doet hij zo? Ik loop naar de kleedkamer en wacht B op. Ik ga met haar mee. In de auto vraagt ze waarom ik zo reageerde... ik ben gewoon moe zeg ik.
We gaan vroeg slapen, want morgenvroeg opnieuw dansen.
En? Vraagt hij, een beetje vrolijker vandaag? Ik loop door.
Ik spring en als ik neerkom zet ik mijn voet verkeerd. Ik val. Zoveel pijn. Ik blijf even op de grond zitten en iemand gaat ijs halen. Ik ga naar de kant en hou het er tegen.
Gaat het? vraagt hij. Gaat wel over zeg ik.
Mag ik eens kijken? NEE!
Ik zeg dat ik beter aan de kant blijf vandaag en hij knikt terwijl hij mij bezorgd aankijkt. Ik sta op, ik ga mij al omkleden. Hij knikt opnieuw.
Voorzichtig maak ik de linten los en haal de tape er af. Mijn enkel heeft nu alle kleuren van de regenboog. Ik wil mijn sokken aandoen als de deur opengaat...
Dat is niet van vandaag zegt hij geschrokken.
Nee
Hoe kom je daaraan?
J ? J? Ik hoor iemand zijn naam roepen. Net als hij aan de deur is komt ze binnen.
Ik kom zo schat zegt hij. Er is iemand gevallen en ik kijk er nog even naar.
Heel even twijfelde ik of ik het hem zou vertellen of niet.
Iemand... hij zegt zelfs mijn naam niet.
Ik heb intussen mijn sokken aangedaan.
Wij moeten praten zegt hij. Ik heb niks te zeggen antwoord ik. Hij pakt mijn hand, wat heeft hij gedaan vraagt hij terwijl hij recht in mijn ogen kijkt. Hij weet het denk ik in paniek, hij weet het... ik trek mijn hand weg. Laat mij gerust roep ik, en ik neem mijn spullen en loop naar buiten.
Ze heeft het verteld denk ik, ze heeft het hem verteld. Ze had beloofd om te zwijgen...
In de auto zeg ik weinig. Ik moet moeite doen om niet kwaad te worden op haar.
We stoppen en ik stap uit. Tot volgende week zeg ik snel zonder te kijken.
Ik sla de deur toe en zoek de sleutel van de poort. Ze zitten al aan tafel te eten als ik binnenkom. Ik heb geen honger zeg ik en ik ga de trap op.
Ik kan niemand vertrouwen.
Waarom A denk ik. Waarom? Ik heb u zo hard nodig nu. Ik wacht op tranen, maar ze komen niet.
Maandag 16 oktober 2006. Ik ben klaarwakker. Maar ik blijf in bed liggen. Komaan denk ik in mijzelf. Sta op. Liefst van al wil ik het donsdeken terug over mijn hoofd trekken en een hele dag blijven liggen. Maar mijn ouders zijn allebei thuis vandaag dus geen optie. Ik kom uit bed en trek snel mijn kleren aan. Mijn oog valt op het kadertje dat sinds deze zomer omgekeerd op mijn bureau staat. Ik neem het vast en kijk in haar grote lachende ogen. En dan is het terug. De leegte, het niks voelen. Ik hoef maar 1 keer te slikken. Niks. Geen tranen. Ik schuif mijn bureaustoel aan de kant en ga met mijn hand achter de poot van mijn bureau. Ik haal het blik er vannachter. Ik maak het open en kijk. Niet doen, niet doen... ik sluit het blik en zet het terug.
Ik neem mijn telefoon uit de oplader en typ iets in. " Ik denk aan jou vandaag " verzenden. Als ik naar de bus stap krijg ik een bericht terug. " wil je afspreken? XO "
" Ja tuurlijk , waar? " antwoord ik snel.
" Ik kom je halen, waar ben je? " ik antwoord nog 1 keer met waar ik ben.
20 minuten later is hij er.
We zitten al een paar uur zonder veel woorden naast elkaar.
Blow je nog vraagt hij opeens?
Af en toe zeg ik.
Zin in? Vraagt hij dan
Ja eigenlijk wel.
Kom mee zegt hij. We rijden naar hem thuis. Ik stap uit maar aan de voordeur blijf ik staan. Is u mama thuis? Nee
Hij doet de deur open en gaat binnen maar ik kan het niet. Ik durf niet naar binnen gaan. Wacht zegt hij ik ben snel terug.
Hij sluit de deur weer en we laten de auto staan. We stappen verder. Niet ver van waar hij woont zijn bossen. We wandelen nog een beetje verder en aan een bank in het bos stoppen we.
Hij is er heel handig in, in joints rollen.
Na een tijdje kijk ik naar het uur op mijn telefoon. Ik moet bijna naar huis.
Ik schrik want opeens gaat mijn beltoon af.
Ik neem op. Hoi B!
"Ik wou even horen hoe het met je gaat vandaag" wel ok reageer ik, ik zit bij X.
Ben je bij hem thuis vraagt ze?
B en X wonen maar een paar straten van elkaar.
Nee in dat bos daar...
Mag ik komen vraagt ze? Ik twijfel maar ik kan niet echt nog nadenken dus ik zeg ja en leg uit waar we zijn.
Een paar minuten later is ze er al.
Ze ziet het direct aan onze ogen en aan hoe ik reageer. Maar ze is niet kwaad. Het word laat en ik moet eigenlijk naar huis. We stappen naar X thuis maar die mag mij van B niet wegbrengen. Jij bent te stoned om te rijden zegt ze. Ik moet er om lachen. Mijn ma brengt u wel weg zegt ze.
Ik kijk nog even naar X... wacht zeg ik tegen B en ik loop naar hem toe. Ik neem hem vast en geef hem een kus. Tot binnekort zeg ik. Ik laat los en draai me om.
Ik voel nog altijd niks.
Die avond fiets ik naar de dijk. In een lege fles steek ik het briefje dat ik geschreven heb. Wat er precies in stond weet ik niet meer. Alleen het einde...
Tot snel! I love you
Afgelopen weken heb ik vaak aan de dag met X gedacht. Ik heb hem niet meer gezien maar we bellen en smsen vaak.
Hij heeft een opdracht bij een balletcompany in Amsterdam gekregen. Zoals ik al schreef, hij is echt goed.
Hij stuurde onlangs dat hij het voor haar doet. Hij wist hoe graag zij prima ballerina wou worden. Ik hoop dat hij het ook een beetje voor zichzelf doet.
Thuis is het erger dan ooit. Ik ben weer een paar keer niet naar school geweest. In plaats van een brief hadden ze gebeld nu.
School: Strafstudie en leerlingenbegeleiding.
Thuis: 2 weken geen dans, niet weggaan, niets. Mijn gsm moet ik afgeven.
Aan mijn laptop hebben ze gelukkig niet gedacht. Na school en in het weekend zit ik constant op mijn kamer. Af en toe hoor ik geruzie beneden. Soms vraag ik mij af waarom. P zie ik vaak op school en hoewel ik maar al te goed besef dat ik uit zijn buurt zou moeten blijven zoek ik hem toch op. Mijn ouders hebben hem voordien 1 keer gezien. Een tijdje nadat A gestorven is. Zoon van advocaten, mooi groot huis. Alsof alles daarmee gezegd was. 1 van de eerste avonden klopt mijn vader op de deur. U vriendje staat hier, 10 minuten en dan moet hij weg zijn. Ik weet hoe kwaad mijn vader kan worden dus ik loop snel naar beneden. Aan de deur zeg ik hem dat hij niet meer mag komen en dat ik mijn gsm heb moeten afgeven. Ik zie u op school wel zegt hij en hij geeft het zakje wiet waar ik via msn om gevraagd heb.
T is tijd hoor ik mijn vader opeens achter mij zeggen. P vertrekt. Ik ga naar binnen en ik zet mij even in de zetel voor tv.
We zitten te eten. Mijn ouders ik en mijn 2 broers. Ik krijg met moeite iets binnen. Het is stil aan tafel. Ik kijk naar mijn broer en hij lacht geheimzinnig... ik ken hem, hij heeft een plannetje. Ik grijns.
Waarom kijk je zo? vraagt mijn pa opeens.
Oh niks . Ik prik een paar keer in mijn bord maar eet niet verder. Als je graag nog een extra week niks doet moet je vooral zo verder doen zegt mijn pa. Ik zet mij recht, neem mijn bord en ga kwaad naar de keuken. Wat er nog op ligt smijt ik in de vuilbak. Mijn bord vliegt in de spoelbak.
Laat mij gerust zeg ik, en ik verdwijn opnieuw naar mijn kamer. Waarom zeggen ze niks tegen mijn broer?
Ik neem het zakje uit mijn broekzak en ik doe mijn schuif open. Een paar minuten later zet ik mijn raam open en blaas ik de rook weg. Ik denk aan niks meer. Het is te stil. Ipod... oortjes weer in...
They gave me a life that's not so easy to live. And then they sent me on my way.
I left my love and forgot my dreams
I lost them along the way.
Those litlle things you say
When words mean so much
You never back down
And they all shy away
You always listen to me.
And what do I get to get me trough these sleepless nights? And what do I have to hold when no one's there to hold me tight. And what do I see? The only thing that gets me through...
This is what I feel and I feel you...
De hele avond heb ik geblowd. Er ontstaat een ontspannen sfeer. Ik vergeet dat ik bang ben. Het eerste uur ben ik alleen met hem maar daarna komen zijn vrienden toe. Er word niet alleen geblowd maar ik heb niet mee gedaan met de rest.
B heeft al een paar keer gebeld maar ik durf mijn telefoon niet opnemen. Ik sms haar dat ik naar huis ben gegaan. Ze stuurt terug. " hopelijk voel je je snel beter"
Ook naar mijn ouders stuur ik een bericht om te laten weten dat ik niet naar huis kom. Ok stuurt mijn moeder terug. Het boeit hen echt niet denk ik in mezelf.
Ik blijf bij P slapen. We liggen samen op bed. Ik probeer niet te bewegen, ik wil hem niet wakker maken. Veel geslapen heb ik niet. Ik sta zo stil mogelijk recht en ik ga aan zijn bureau zitten. Ik kijk op mijn telefoon. Niks. Ik ben moe. Het is zaterdag dus straks moet ik opnieuw trainen.
Ik open de 1ste lade van zijn bureau en zie een hele hoop rommel. De 2de lade hetzelfde. Ik draai een beetje en open een lade aan de andere kant.
Ik zie het direct. Een paar zakjes. Wat kaarten, een spiegeltje. Ik sluit de lade en ik draai mij om. Hij ligt met zijn gezicht naar de muur te slapen. Ik open de lade opnieuw en stop snel 2 zakjes weg.
Ik loop op mijn tippen de kamer uit.
Als ik beneden kom zitten zijn ouders in de keuken. Ik verschiet omdat ik dat niet verwacht had. Ah zegt zijn vader opeens. Ben jij L? Nee zeg ik snel. Ik moet weg.
Onderweg naar de bus vraag ik mij af wie L is. Heel voorzichtig haal ik de 2 zakjes uit mijn trui en stop ze onderraan in mijn sportzak. Ik ben een uur te vroeg. De deur is nog gesloten. De batterij van mijn ipod is leeg. Na een halfuur komt Q als 1ste aan. Zo, mooi op tijd. Uitgerust? Jaja zeg ik. Alsof hij de donkere kringen onder mijn ogen niet ziet.
Ik stap mee naar binnen. Q steekt de lichten aan. Ik ga mij even opfrissen denk ik en ik vertrek al naar de kleedkamer.
De training gaat traag voorbij. Gelukkig is het niet te intensief. Het laatste halfuur gaan we enkele nieuwe sprongen proberen. Dat doe ik graag. Ik heb ook veel kracht in mijn benen, en ben er dus redelijk goed in. Ik heb van kleinsaf competitie geturnd, ik turn nog maar doordat ik in deze dansgroep ben geraakt een aantal jaar geleden staat dat even op een lager pitje.
Q doet het voor. De eersten die het proberen vallen of geraken niet rond. Het is grappig om te zien. Het is mijn beurt, het lukt van de 1ste keer. Ook mijn volgende pogingen gaan allemaal goed.
Ik sluit de training af met een heel goed gevoel. Aan de deur houd J mij tegen. Knap hoor zegt hij. Je lijkt wel een springveer. Ik glimlach. Maar ik draai mij om. Soms is het moeilijk, zo moeilijk om in zijn buurt te zijn.
De bel gaat. Ik sla mijn map toe en ik stop ze in mijn rugzak. 2u studie omdat de leerkracht afwezig was. Meer dan wat krulletjes op mijn papieren tekenen heb ik niet gedaan. Het was J die bij ons in de klas was om de studie uren te begeleiden. Hij geeft geen theorie, enkel sport maar niet op vrijdagmiddag.
Ik zie hem op school en vaak savonds of in het weekend op trainingen. Er is niks meer gebeurd. na de 1ste training van het seizoen heb ik met hem gepraat, we beseften allebei dat het moest stoppen. Het kon gewoon niet, hij is leraar, trainer, een aantal jaar ouder dan mij.
Het is eind september, de dag van het ongeval komt dichterbij. Wat ik daardoor voel kan ik moeilijk omschrijven. Ik schiet vaak wakker snachts, ik droom ervan. Dromen... het zijn eerder nachtmerries.
Nog steeds rij ik vaak met J mee na school om te repeteren. Ik loop naar de parking en wacht. Meestal duurt het een kwartier voor hij er is dus ik zet muziek op.
Ik zie P naar de parking komen. Hij stapt recht op mij af. Zin om iets te doen vanavond? Ga weg denk ik... ga weg ga weg ga weg. Ik moet dansen zeg ik dan.
Hij stapt weg. Oef. Steeds vaker stuurt hij berichten of zoekt hij mij op school... ik probeer er voor te zorgen dat ik nooit alleen ben.
J is daar en ik stap in. Je ziet bleek zegt hij opeens. Slecht geslapen antwoord ik. Gaat alles wel goed met jou? Natuurlijk.
T is alleen en ik zwijg even. Binnekort is het een jaar geleden dat A... verder kom ik niet. De krop.
Heel even legt hij zijn hand op mijn been.
Denk je er nog vaak aan?
Ja...
Wat denk je van... ik onderbreek hem. Ik wil er liever niet over praten is alles wat ik nog zeg. Dat vreselijk lege gevoel bekruipt mij terug. Ik word misselijk.
Gelukkig zijn we even later waar we moeten zijn. Ik loop snel naar de kleedkamers en doe wat water in mijn gezicht. Stilaan komen de anderen toe en ik kleed mij om. Ik ben als eerste in de zaal. Ik ga in kleermakerszit op de grond zitten en druk mijn knieen tegen de grond. Het doet pijn, maar dat maakt mij niks uit. De training begint. Ik ben nog steeds misselijk, het word erger met elke draai die ik maak. Ik moet de zaal uit denk ik en ik loop naar de kleedkamers. Net op tijd. Na een paar minuten gaat het beter. Ik drink een beetje. Ik ben opgelucht.
B komt binnen. Gaat het vraagt ze? Ja, alleen misselijk zeg ik. Maar t is beter nu.
Zeg jij tegen Q en J dat ik mij ga omkleden? Ik denk dat ik beter niet verderdoe vandaag. Ze loopt terug en ik kleed mij om.
De les is nog bezig en ik kijk nog even mee in deuropening. Dan ga ik naar buiten. De frisse lucht doet enorm veel deugd. Ik herken zijn auto onmiddelijk, ik schrik. Hij stapt uit en staat een paar tellen later bij mij. Kom zegt hij, ga mee. Nee!
Stap in zegt hij nog een keer. Zijn stem klinkt dwingend nu. Ik ben bang, maar ik stap in. We zijn bij hem thuis.
Ik zeg niks.
Het is eind augustus. De sfeer thuis zakt regelmatig onder het vriespunt. Heel vaak zit ik alleen op mijn kamer. De vorige zomer was ik heel veel bij A thuis geweest. We zijn zelfs samen op surfvakantie gegaan. Ik kijk naar foto's. Het doet pijn.
Ik slik, geen tranen, het lukt. Ik ben sterk geworden, sterk in het compleet stilleggen van emoties. Ik sleep enkele fotos naar een apart mapje en sluit de laptop af. De foto die op mijn bureau staat draai ik om.
Er word op de deur geklopt. Mijn moeder komt binnen. Ben jij thuis vanavond vraagt ze. Nee, ik ga naar een bbq met B en nog wat mensen van de dansgroep. Hoe geraak je daar vraagt ze. E pikt B op en dan mij, en normaal brengt zij ons ook terug. Ik zeg er nog bij dat het kan dat ik bij B blijf slapen. Ik heb niet graag dat ze op mijn kamer komt. Het is mijn plek.
Ik ga douchen zeg ik. Ze sluit de deur en ik hoor haar naar beneden gaan.
Tot morgen, roep ik aan de deur als ik vertrek. Ik wacht heel even maar er komt geen antwoord.
Het is een warme avond, de bbq is bij Q thuis. Na een 2tal uurtjes zijn een aantal mensen al behoorlijk in de wind. De vriend van Q zegt dat het misschien beter is dat iedereen hier blijft. Ze wonen in een groot huis. De logeerkamer is vrij en enkele luchtmatrassen worden in de living naast de zetels gelegd.
Nog? Ja doe maar en Q neemt mijn glas.
Het begint intussen donker te worden. Er word veel afgelachen en gezeverd. En als E struikelt over de tuinslang ligt iedereen dubbel. Ze neemt direct wraak voor het gelach en zet de tuinslang aan. De meeste lopen weg maar ik en B proberen de tuinslang af te nemen. Het lukt maar ik ben kletsnat. Ik lach nog steeds. Geen zorgen, ik ben happy. Hoewel het nog steeds aangenaam warm is buiten heb ik het een beetje koud door die natte kleren. Aangezien ik misschien bij B zou slapen heb ik gelukkig droge kleren bij.
Ik vraag aan Q waar de badkamer is en loop naar binnen. De handdoeken liggen in de rechtste kast vanboven roept hij nog.
Ik trek de kast open en zie de handdoeken liggen, maar ik kan er niet bij. Wie legt zijn handdoeken nu zo hoog in de kast denk ik. Ik draai mij om en ga terug, Hé Q, ik heb een ladder nodig zeg ik lachend.
J reageert, wacht ik help wel. De hele avond heb ik nog niks tegen hem gezegd.
Hij neemt een handdoek en geeft hem aan mij. Zonder na te denken trek ik mijn short uit en droog ik mijn benen af. Ik merk dat J blijven staan is en ik draai mij om. Zonder iets te zeggen sluit hij de deur en stapt hij dichterbij. Hij neemt mijn topje en trekt het over mijn hoofd. De spanning die er toen in het hotel was is terug.
Nu ben ik diegene die hem kust. Ik doe mijn hoofd achteruit en wil iets zeggen maar hij duwt mij heel zacht achteruit tegen de muur. Opnieuw kussen we. Opeens horen we iets. Hij stopt, ik moet terug zegt hij... straks komt er iemand ons zoeken. Hij vertrekt en ik blijf achter. Ik trek snel droge kleren aan en loop ook terug.
De rest van de avond probeer ik zo normaal mogelijk te doen maar ik voel dat ik constant moet glimlachen als ik in zijn richting kijk. B merkt het en fluistert... lekker dessertje ?
Ik bloos. En ik doe alsof ik niet begrijp wat ze bedoeld. We helpen nog snel opruimen en gaan naar binnen. Het is al heel laat en iedereen zoekt een plekje om nog een paar uurtjes te slapen.
J hangt in de zetel. Naast B is nog een matras vrij maar vlak voor mij springt E erop. Te laat giecheld ze. Er is nog plaats in de zetel. Zo normaal mogelijk zet ik mij neer. Het is stil in huis. deken? vraagt hij. Ik schuif op en ga tegen hem zitten. Ik leg mijn hoofd tegen zijn arm en hij legt het deken over ons heen. Ik voel zijn hand de mijne nemen en ik sluit mijn ogen.
We zijn in Brussel, vandaag is de finale.
Iedereen is er klaar voor maar tegelijk ook enorm zenuwachtig. Nog een 2tal uurtjes voor het begint. We hebben net gehoord dat de andere groep eerst gaat. Ik doe mijn tshirt en shortje aan boven mijn balletpak en ik trek mijn andere schoenen aan. Iedereen is terug hier om 14u45 hoor ik Q zeggen.
J komt bij mij staan. Zullen we nog 1 keer dat 2de stuk overlopen? We kijken snel op de papieren en in slow motion draaien we door de kleedkamer. Het lukt wel straks zeg ik. Ik ga even naar buiten. Ik neem mijn tas en zet mijn zonnebril op. Langs de achteruitgang stap ik de stralende zon in, het is prachtig weer buiten.
Ik zoek mijn aansteker en probeer mijn zenuwen onder controle te houden.
Ik loop langs het gebouw en zie dat wat verder achter wat struiken en bomen schaduw is.
En daar staat hij. Hij leunt nonchalant met zijn rug en 1 voet tegen de muur. Opeens valt mij de geur op, ik herken het direct. Ik wil mij omdraaien. Ik ben niet vergeten wat hij de laatste keer allemaal zei tegen mij. Wacht zegt hij... ik blijf staan maar ik zwijg. Ook eens vraagt hij en hij houd de joint in mijn richting. Zonder iets te zeggen neem ik hem aan en trek ik een paar keer. Ik geef hem terug. Hij leunt nog steeds tegen de muur en ik ga naast hem staan. Klaar voor vraagt hij? Ja zeg ik. Jij? Ook zegt hij. Hij geeft de joint opnieuw aan mij en ik trek nog een paar keer snel.
Blijkbaar niet de eerste keer merkt hij op. Dat kan ik bij jou ook zeggen reageer ik bits terug.
Hij duwt hem uit onder zijn voeten. Ik moet gaan zeg ik. En dan neemt hij mij vast, dans je voor haar fluistert hij... Ja fluister ik terug, Jij? Ik ook zegt hij.
Er moet behoorlijk wat wiet in die joint gezeten hebben want als ik terug in de kleedkamer sta vraagt B of ik gehuild heb. ik kijk snel in een spiegel, Mijn ogen staan waterig en bloedrood, maar ik ben helemaal relax. Van zenuwen geen sprake meer.
Ja zeg ik. Ik zag X. Ze wil doorvragen maar Q komt binnen. Iedereen maakt nog snel schoenlinten vast of prutst nog wat aan haren.
De andere groep is bezig en ik probeer niet te veel te kijken. Tot ik hem zie. Hij is geweldig. Hij was altijd al een hele goede danser geweest maar wat ik hem nu zie doen heb ik nog nooit gezien. De kracht, de snelheid, de soepelheid, de manier waarop alles vanzelf lijkt te gaan...
Wij zijn... nog heel even sluit ik mijn ogen en zeg ik in mijzelf " voor jou A"
De muziek begint en van begin tot einde gaat het perfect. Na het optreden voel ik mijn armen en benen loom worden. Van dat ontspannen gevoel blijft nog weinig over.
Beide groepen op het podium. We winnen. Gejuich en verschillende mensen die elkaar vastnemen. Ze lopen allemaal door elkaar. Mijn ogen vinden zijn ogen en ik stap op hem af. En als hij mij opnieuw in zijn armen neemt voel ik de enorme blok die ik sinds het ongeval meedraag heel even van mij afvallen. Hij is wat groter dan mij, mijn hoofd komt thv zijn borstkas. Ik leg er mijn hoofd tegen en adem rustig in en uit.
Ik heb haar die avond alles verteld. Tot diep in de nacht hebben we gepraat. Ze was niet boos meer. Wel geschrokken van alles wat ik zei. Ze vertelde mij dat ze het al een tijdje begon te vermoeden maar dat ze het niet zeker wist. Ze geeft ook toe dat ze haar bezorgdheid met J deelde.
Ik vraag haar naar wat hij erover zei...
Hij zei dat als het zo zou zijn ze het echt wel gingen zien.
Ik was opgelucht omdat hij het niet door had. Zeker omdat ik hem een aantal maand geleden op school beloofd had van niet meer te blowen.
Ik vertel haar over die ene zoen... ben je verliefd op hem vraagt ze? Ik antwoord dat ik het niet weet. Ik ben graag in zijn buurt geef ik toe. Maar het kan niet, hij geeft les bij mij op school... hij is onze trainer.
Ze vraagt wat ik met P ga doen. Ik denk dat ik beter uit zijn buurt blijf antwoord ik.
Een paar weken gaat het vrij goed. Ik heb sinds die avond dat ze mij betrapte niks meer gebruikt.
Op school probeer ik zo veel mogelijk uit de buurt van zowel J als P te blijven.
P blijft bellen en berichten sturen. Ik negeer het zo veel mogelijk . Alles wat ik voel duw ik weg. Zo ver mogelijk, want als ik begin na te denken voel ik meteen de drang om daaraan te ontsnappen.
Mijn muur is een fort geworden. Mijn fake smile heb ik intussen geperfectioneerd.
Ik sluit mij meer en meer af van wat rondom mij gebeurd. Ik trek vaak op met B en Y tegenwoordig. Maar geen van beide heeft echt door hoe ik mij voel.
In Juli hebben we de finale en met nog een 3tal weken te gaan repeteren we heel vaak. Ook tijdens de eindexamens.
Mijn resultaten op school zijn allesbehalve. Ik zou op 4 vakken minstens 55% moeten halen om over te gaan. Op 2 vakken nog een pak meer. De eerste examens gaan nog redelijk goed. Tot het tijd was om wiskunde te studeren... die avond heb ik om 19u mijn map dichtgedaan en besloten van het er gewoon op te wagen. Ik heb mijn examenpapieren na een halfuur afgegeven. Bio, chemie en Fysica de dagen erna iets soortgelijks.
De laatste 2 zijn mondeling. Psychologie & Anatomie. Psychologie lukt verassend goed. Ik heb geluk met de vragen. Anatomie las ik de vragen waarop ik moest antwoorden door en heb ik eerlijk tegen de leerkracht gezegd dat ik zijn tijd niet ging verdoen en dat ik niet gestudeerd had omdat het een hopeloze zaak was. Tot volgend jaar zei hij lachend. En bedankt om eerlijk te zijn.
30Juni ben ik mijn C attest gaan ophalen.
3 onvoldoendes, Wiskunde, Fysica en Chemie. Ik kijk naar de punten en zie bij Anatomie 50% staan... ik moet lachen.
Ik zie P de gang inkomen en wil mij omdraaien. Het ziet er naar uit dat we nog een jaartje samen op school blijven zegt hij, je bent nog niet van mij af!
Ik twijfel even of ik naar huis zal gaan, ik doe het toch. Ze komen er zowieso achter.
Mama zegt niet veel. Ik merk dat ze gedronken heeft. Ik ga naar mijn kamer en zet de laptop aan om een film te kijken. Ik hoor een bekend geluid buiten... Ik onthoud makkelijk wiens auto welk geluid maakt. Mijn pa is thuis. Even later hoor ik hem mijn naam brullen onderaan de trap. Laat ons zeggen dat verschrikkelijk woest een understatement is... ik stuur een bericht naar B en vraag of ik vanavond na de repetitie bij haar mag blijven slapen. Ik krijg direct antwoord.
Natuurlijk!
Het is ons gelukt, we zijn bij de laatste 2 geraakt. Wij en de groep waar X bijhoort.
Ik ben hem nog een paar keer tegen gekomen maar heb niks meer gezegd. 1 keer dacht ik even die puppy ogen van voor het ongeval te zien.
Zijn puppy ogen... nog iets waar ik met A altijd om moest lachen. Ze hadden een hele goeie band A en X, ik was er soms jaloers op. Gezonde jaloezie. Ik was blij voor haar.
De rest van onze tijd daar heb ik vooral tegen J gedaan alsof er niks gebeurd was. Hoewel ik als we dansten samen telkens weer die vreemde spanning voelde die er toen was. We zaten niet meer naast elkaar tijdens het eten of tijdens ontspanningsmomenten.
Het optreden zelf heb ik onder invloed gedanst. Ik wou het echt zonder proberen maar het ging niet. Tijdens de laatste repetitie er vlak voor ging alles fout. Ik wou niet dat het door mij zou mislopen en we het niet zouden halen.
De 2de week van de paasvakantie was er geen les. De eerste dagen breng ik bij P door tot hij opnieuw zijn woede op mij afreageert. Af en toe een bericht van B of ik zin heb om af te spreken. Ik zeg meestal dat ik geen tijd heb. Nog een bericht: We gaan met de hele groep iets drinken, ga mee. Ik bel haar op om verder af te spreken. Zaterdagavond en ik maak mij klaar om te vertrekken.
Het is best gezellig. Ik heb een beetje geblowd voor ik hier was en ik kan eventjes echt genieten.
We zijn er nog niet allemaal en J is er ook nog niet. Q wel al. Hij geeft iedereen een knuffel en ik probeer op mijn tanden te bijten als hij mij vastpakt. Niemand merkt het. Er is veel volk en het is warm binnen. Maar ik hou mijn trui aan. De meeste blauwe plekken zitten verstopt onder mijn tshirt maar die op mijn arm zouden ze zien... J komt binnen samen met S. De stoel naast mij is nog vrij en J komt naast mij zitten. Opeens duwt hij tegen mijn arm om iets te zeggen. AUW...
Het komt er harder uit dan ik wil. Oei sorry zegt hij, t is ok zeg ik snel, voor hij doorvraagt. Omdat de muziek luid staat hebben de meeste het niet gehoord. Al voel ik wel dat B naar mij kijkt. Ik doe alsof er niks aan de hand is.
Liefst van al wil ik gewoon vertrekken maar ik heb afgesproken dat ik bij haar blijf slapen. Haar mama komt ons halen.
Het is druk geworden, onze tafel staat vol halfvolle en lege glazen. Pas op zegt S opeens maar het is te laat. Hij botst tegen de tafel aan en enkele glazen vallen omver. Een deel komt op mijn trui en een heel klein beetje op de broek van B terrecht. De meeste moeten lachen. B haalt een zakdoek uit haar tas en wrijft erover. Ik zet mij recht, ik ga even mijn trui wat proper maken zeg ik en ik loop naar de toiletten. Zal ik helpen vraagt B, nee het lukt wel zeg ik. Bestel maar iets nieuw ik kom zo.
Ik doe mijn trui uit en spoel het een beetje uit onder de kraan. Ik hou hem tussen zo een blazer die normaal je handen droogblaast. Ik zucht en kijk in de spiegel... daar is mijn duiveltje weer. Ontspan... ik haal iets uit mijn tas en kijk er naar.
Een heel klein beetje denk ik... ik vis nog een beetje tussen mijn spullen en vind een pen die ik snel uit elkaar haal om als kokertje te gebruiken. Ik doe het snel.
Ik blijf even met mijn hoofd naar de grond kijken voor ik opnieuw in de spiegel kijk.
FUCK is alles wat ik kan uitbrengen voor ik mij vliegensvlug omdraai... ik kijk haar recht in de ogen...
Hoe lang sta je daar al vraag ik?
Lang genoeg antwoord ze kwaad.
Dan valt haar oog op mijn arm... ze staat intussen vlak bij mij. Wat is dat? En zeg niet dat je ergens tegenaan gelopen bent want ik geloof die bullshit echt niet meer.
Ik hoor J haar naam roepen... alstublieft zeg niks vraag ik, please ik zal alles uitleggen maar zeg niks tegen hem. Ik denk dat ze de paniek in mijn ogen kon zien. B doet de deur open en ik hoor haar zeggen ik ben hier, ik help even we komen zo. Ze neemt haar telefoon en belt...
Mama? Kan je ons komen halen vraagt ze, ik ben moe, we willen graag naar huis.
45 minuten later is haar mama daar en stap ik bang mee in de auto. Ze heeft niks gezegd, maar ze kijkt nog steeds zo kwaad.
We zitten nog met 5 aan een tafel in de bar. De meesten zijn gaan slapen. De repetities verliepen vlot en iedereen gelooft erin dat we bij de laatste 2 kunnen horen.
Morgen nog een laatste dag repeteren en dan is het zover.
5 zombies op tafel, de laatste word er lachend gezegd. Een zombie is een mix van rum met vruchtensap en een beetje likeur. Gevaarlijk want je drinkt het als limonade. Ik voel het in mijn hoofd.
Ik zit naast J. Tijdens de voorbije dagen heb ik vaak veel tijd alleen met hem doorgebracht. Omdat het rustiger is om samen te oefenen in de spiegelruimtes zaten we vaak daar. Ik weet niet wat het juist is of waarom maar ik begin hem echt te vertrouwen. Ik ben graag bij hem. B houd mij bijna constant in de gaten sinds ons gesprek op de bank tijdens de wandeling. En ik zie haar vaak met J praten ook.
Ik voel opeens zijn hand op mijn rug. Jij nog? Nee zeg ik... ik weet nu al niet meer of ik de kamer nog vind zeg ik lachend.
Ik help je wel zoeken moest het nodig zijn...
Ik kijk hem aan en ik schiet opnieuw in de lach. Hij knipoogt.
Ik drink mijn glas leeg.
B is intussen ook al gaan slapen. En als ik zie hoe laat het is zet ik mij ook recht. Ik ga ook zeg ik tegen de rest.
Ga je het vinden vraagt hij lachend? Ik lach terug... Jaja zal wel lukken.
Ik loop alleen in de gang. Ik twijfel of ik de lift of de trap zal nemen. Ik ben niet zo een grote fan van liften... de trap dan maar. 1ste verdiep, 2de verdiep, tot ik iemand op de trap zie zitten. Ik neem nog een paar treden...
X ?
Hij kijkt op en schrikt precies. Hij zet zich recht en stapt mij voorbij naar beneden. Even blijf ik staan maar dan loop ik hem achterna.
Als ik terug in de gang beneden sta zie ik hem staan.
Waarom probeer je mij te ontlopen vraag ik? Ik sta een 5tal meter bij hem vandaan.
Geen reactie. X alstublieft kijk naar mij. Hij draait zich om.
Zijn ogen zien rood.
Gedroogde tranen op zijn wangen...
Zeg iets alstublieft...
Hij komt dichter en neemt mijn armen vast. Wat wil je dat ik zeg? Vraagt hij, dat ik de hele avond gehuild heb nadat ik u zag hier die 1ste keer. Dat ik haar mis? Dat ik als ik u zie constant aan haar moet denken? Dat ik kapot ga? Hij laat los en loopt weg...
Ik blijf achter en zet mij in het midden van de gang op de grond. Ik sla mijn handen voor mijn ogen en ik huil, ik kan het niet tegenhouden hoe hard ik dat ook probeer.
Hé, wat scheelt er, wat is er gebeurd?
Het is J. Wat doe jij hier? Waarom ben je niet boven? Daar is hij weer, de krop, de krop die al mijn woorden afpakt. Ik kan hem niet tegenhouden. J trekt mij recht en neemt mij mee naar de lift. Als we uit de lift stappen neemt hij mijn hand en we lopen naar de kamer. Gaat het vraagt hij? Ik denk het wel zeg ik stil.
Hij heeft mijn hand nog steeds vast en met zijn andere hand veegt hij een traan weg van mijn gezicht. Hij komt dichter staan en laat mijn hand los. Ik vergeet even waar ik ben, er hangt een rare soort spanning om ons heen. Met 2 handen neemt hij nu mijn gezicht vast. Ik sluit mijn ogen en ik voel zijn lippen op de mijne... ik kus terug, heel even, voor ik opeens weer weet waar en met wie ik hier sta...
Ik kijk hem verbaasd aan. Sorry zegt hij. En dan loopt hij naar zijn eigen kamer. Ik open de deur en kruip met mijn kleren nog aan het bed in.
Ik voel opeens hoe moe ik ben. Ik blijf achter in de oefenruimte nadat we met heel de groep samen nog een keer de hele dans hebben gedaan.
Een tijdlang voel je geen pijn, je hoeft aan niks te denken want alles gaat opeens vanzelf, zonder moeite. Maar als het weg is ben je op, leeg. Het neemt al je reserves af.
Hier zit jij, zegt B opeens. Ze is mij komen zoeken omdat ik niet op de kamer ben geweest en niet in de eetzaal was. Kom zegt ze, iedereen is al aan het eten. Hoewel ik geen honger heb ga ik toch maar mee.
Ik vraag mij af of ze het kan zien...
Er is nog 1 plaats vrij aan tafel dus ik ga naast J zitten. Er word veel gelachen. Het is een hele fijne groep eigenlijk. Ik probeer moeite te doen om te luisteren naar wat er gezegd word en lach mee. Het is geen echte lach. Ik kijk rond en zie hem opeens. Ik blijf kijken. Hij zit aan de tafel in de hoek. Ik vraag mij opnieuw af waarom hij mij zomaar voorbij liep... ineens kruisen onze ogen elkaar. Koud... zijn ogen zijn koud. Hij kijkt onmiddelijk weer weg.
Ik zou zo graag even met hem praten.
Jij ook? Wat ? Wakker worden slaapkop! Het is J, of ik nog koffie wil! Ja graag.
We kunnen pas savonds weer repeteren want de zalen zijn nu in gebruik door de andere groepen.
Het is nog steeds fris buiten maar de zon schijnt. Ik hou van dit soort weer. Ik zit op een bank, mijn knieen opgetrokken tegen mijn buik. Zonnebril op.
De hele groep is er, aangezien we "vrij" waren besloten we te gaan wandelen. Niet te ver, het worden nog zware dagen.
Ik krijg een bericht van P, dat hij mij mist en hoopt dat ik snel terug ben. Leugenaar.
Ik stuur niks terug.
Donderdag dansen we voor de jury... 2 van de 5 groepen zullen overblijven. Die 2 zullen dan in Juli nog een keer tegen elkaar dansen in Brussel. Het zijn die unieke kansen die je slechts een enkele keer krijgt om gezien te worden...
Donderdag mag dan ook familie langskomen als toeschouwers.
Mijn familie zal er niet zijn, geen tijd. En tegen P heb ik niet gezegd dat het kan.
Ik ben niet verliefd op hem, dat weet ik. Maar ik heb hem nodig.
Ik zucht. Ze komt naast mij zitten. Wat? vraagt ze. Ik laat haar het bericht zien.
Je weet wat ik over hem gezegd heb antwoord ze; foute jongen. Ken je hem goed? vraag ik. Ik ken een meisje die een tijdje met hem samen is geweest zegt ze. Ze stopt even...
Ik wil de rest eigenlijk niet weten. Ik hoor woorden als agressief, bedriegen, diefstal, politie...
Ik onderbreek haar... hij kan lief zijn ook hoor zeg ik, en hij geeft mij... ik stop met praten. Ik had het bijna gezegd.
Wat ? Maak u zin af... wat geeft hij?
Niks. Laat het. Ze vraagt het nog eens maar ik geef geen antwoord meer.
Ik kan het, ik kan het, ik kan het...
Ik zeg het een paar keer luidop terwijl ik in de spiegel kijk. Ik ben alleen in de spiegelzaal. De andere zijn in de oefenruimte. Het grootste deel van de solo ken ik. Ik heb het E vaak genoeg zien doen. En het zijn bewegingen die ik goed ken. Het stuk dat ze samen met S danst is anders, het gaat voor een groot deel om vertrouwen in je partner. Als je loslaat val je, als je te vroeg of te laat beweegt gaat het mis, als je tijdens een lift aarzelt lukt het niet. Alles is vertrouwen, en de juiste timing.
Ik warm een beetje op en probeer dan enkele stukken achter elkaar te dansen. Het lukt, maar ik krijg er geen gevoel in.
Ik zet de muziek af en ik neem mijn ipod. Ik stop mijn oortjes in en ga op de grond liggen. Ik sluit mijn ogen. Ik probeer heel even aan niks te denken.
Opeens trekt iemand aan de draadjes van mijn oortjes en ik open mijn ogen. Het is J. Is dit oefenen vraagt hij?
Ik reageer dat ik al opgewarmd ben en alles al eens doorgedanst heb.
Doe maar nog eens zegt hij, we zullen eens kijken hoever je staat. Ik ga klaarstaan en hij zet de muziek van het stuk weer aan. Ik dans het hele stuk en kijk hem aan. Ok zegt hij, de bewegingen ken je, nu moet je ze alleen nog afgewerkt krijgen. Ik verschiet een beetje van die opmerking. Ik ben best wel streng voor mijzelf als het op afwerking aankomt. Ik ga er niet verder op in.
We gaan het 1ste stuk samen inoefenen en daarna moet hij even terug naar Q.
Hij komt achter mij staan en neemt mijn hand vast, zijn andere hand legt hij tegen mijn zij. Ik sluit mijn ogen opnieuw en adem diep in.
Nog eens zegt hij na voor mijn gevoel de 1000ste keer dat ik mijn evenwicht verlies. Na die 2de draai moet je nog een kwart doorgaan. Ik doe het nog een keer maar weer verlies ik mijn evenwicht, hij vangt mij op deze keer. Onze gezichten botsen bijna tegen elkaar. Ik hou hem vast en zeg " ik kan het niet" hij laat niet los en antwoord " je wilt het niet". IK KAN HET NIET roep ik boos en ik duw hem een beetje achteruit. Het is A die hier moet staan om dit stuk te dansen, A zou perfect geweest zijn, zij zou zonder nadenken alle sprongen en lifts doen! Zonder moeite.
Zij... en dan zeg ik niks meer, de tranen zijn er.
Het duurt even maar ik ben rustig geworden. We stoppen er even mee zegt hij, ik kom straks terug. Oefen het andere stuk nog wat. Aan de deur stopt hij... je kan het wel ○, en je wilt dit ook, maar je moet uzelf toelaten om het te doen. Je moet u concentreren, focussen.
Het duiveltje op mijn schouder zegt " je weet wat je moet doen om te focussen "
Ik ben op de kamer, het duiveltje heeft gelijk denk ik... 10 minuten later is mijn hoofd leeg en heb ik weer dat zalige gevoel in mij. Ik ga snel terug en dans het stuk een paar keer na elkaar volledig door. Als ik stop zie ik J terug staan.
Zie je wel zegt hij... concentratie!
Ook het stuk samen gaat perfect ineens. ik ontwijk zijn ogen. Draai mijn gezicht weg elke keer hij mij aankijkt.
Het is een dubbel bed. Ik ben blij dat ik met haar een kamer deel denk ik bij mezelf. Ze is er nog niet.
Ze zitten allemaal nog beneden in de bar. Q is heel laat toegekomen. S ligt in het ziekenhuis en zal morgenochtend overgebracht worden naar UZA om een operatie te krijgen. Sleutelbeen gebroken. E ligt in het gips. Een botje in haar voet gebroken.
Ik bel hem opnieuw, X. Voicemail. Ik spreek niks in maar luister naar de stem die zegt dat ik later terug moet proberen. Gelach op de achtergrond, haar lach...
Ik weet het weer, ik herinner mij het moment. We waren bij haar thuis en hij had een nieuwe telefoon gekocht. Hij sprak de voicemailboodschap in net toen A en ik op de zolder toekwamen. Ze moest lachen omdat hij enkel een boxershort aanhad en zijn haar alle kanten uitstond...
De telefoon valt uit mijn handen. Ik sta recht. En voor ik het weet heb ik mijn jas aan. Ik neem het doosje uit mijn tas waar ik thuis een paar joints heb ingestopt en ga naar buiten. Mijn telefoon blijft achter op de plaats waar hij gevallen is.
Hoelang ik buiten heb gestaan weet ik niet, maar als ik terug op de kamer komt ligt B al in bed te slapen. Ik ben ontspannen. Ik probeer zo stil mogelijk in bed te gaan liggen om haar niet wakker te maken. Er ligt iets op mijn kussen. B heeft waarschijnlijk mijn telefoon opgeraapt en daar gelegd. Hij staat uit. De batterij zal leeg zijn. Ik sta weer op, zoek de oplader en ga terug liggen.
02u17 , 1 gemiste oproep...
Hé, opstaan, komaan we zijn al laat. Ze maakt mij wakker. Met 1 oog kijk ik op de klok. 06u30. Huh? Waarom te laat? Ik dacht dat we pas om 07u30 beneden moesten zijn? Nee Q en J hebben gisteravond besloten vroeger te beginnen omdat we het stuk moeten veranderen nu E en S uitvallen. Ik sta op en doe mijn haar in een staart. Ik doe iets anders aan en ga mee.
Ontbijten kan pas vanaf 07u dus we gaan allemaal eerst naar de oefenruimte. De meeste zijn er al als we daar aankomen. Aangezien Q de hoofdchoreograaf is zal J de rol van S overnemen vertellen ze ons.
Voor E te vervangen gaan ze zo kijken en overleggen...
Ik voel de bui al hangen.
Na ongeveer 2u mogen we ons gaan opfrissen en gaan ontbijten.
Er word op de deur geklopt. Q en J komen de kamer binnen. Het is geen vraag, eerder een mededeling dat ik de plaats van E zal innemen. Ik zal vandaag, maandag en dinsdag veel alleen repeteren met J.
Ik ben terug Soliste. En ik weet niet of ik nu blij moet zijn.
Het hotel waar we verblijven is gigantisch.
Eetruimtes, fitnesszalen, vergaderzalen, enkele kleine spiegelzalen en een paar grotere omnisport ruimtes.
Van op de kamer waar wij verbleven kwam je eerst in een doolhof van gangen en trappen. We staan eindelijk buiten als 1 van de andere groepen aankomt. Ik geef er geen aandacht aan, ik zoek mijn aansteker. Ze verdwijnen naar binnen en wij blijven nog even buiten staan.
Gaan jullie mee? Vraagt iemand van onze groep opeens. We gaan eens kijken naar de concurentie.
We gaan mee. In 1 van de omnisportruimtes zijn andere dansers aan het opwarmen. We blijven staan tot ze echt beginnen en de vrouw die waarschijnlijk 1 van hun trainsters is de deur komt dichtdoen. We besluiten iets te gaan drinken in de bar tot we nieuws zouden horen van Q. We lopen voorbij de andere omnisportruimte waar ook de kleinere spiegelzalen zijn. Ook daar zijn dansers bezig. Wat ze doen ziet er goed uit. De anderen blijven kijken maar mijn aandacht gaat opeens naar 1 van de spiegelzalen waar ik 2 dansers in grasgroene kaptrui zie staan. Ze staan met hun rug naar mij. Ik blijf ver genoeg staan zodat ze het niet zouden zien. Er klinkt muziek uit de boxen en ze beginnen te dansen. Ik merk niet dat J naast mij komen staan is. Het is geweldig wat ik die 2 zie doen. Ze gaan constant heen en weer tussen hedendaagse en klassieke delen. Opeens stopt de muziek. 1 van hen draait zich om en komt naar de deur, ga eens weg zegt hij. Ik schrik, Sorry zeg ik, ik was gewoon aan het kijken. En terwijl ik dat zeg draait de 2de danser hem langzaam om en zie ik zijn gezicht. Ik zet een stap achteruit en struikel bijna over de voeten van J. Wat is er nu vraagt hij...
X... zijn naam is alles wat ik nog kan zeggen.
Sinds de begrafenis van A heb ik hem niet meer gezien. En buiten dat ene telefoontje waarom hij niet meer terugkwam heb ik hem niet meer gesproken.
We stoppen zegt hij tegen de andere. En dan loopt hij onze kant uit...mijn maag krimpt in elkaar. Een paar meter voor ons blijft hij staan maar dan loopt hij ineens weer verder. En zonder iets te zeggen of te kijken loopt hij voorbij, de gang in.
Waarom zegt hij niets? Waarom loopt hij zomaar voorbij zonder op of om te kijken?
De andere zijn intussen doorgelopen naar de bar en ik zeg tegen J dat ik ook zo kom. Ik zoek nog even in de gangen en de inkomhal maar ik zie hem nergens meer.
Ik neem mijn telefoon en bel maar hij neemt niet op.
Ik heb opeens geen zin meer om bij de rest te gaan zitten en ga naar de kamer.
Ik zit tegen de zijkant van het bed tot B binnenkomt en zegt dat we gaan eten.
Wist jij dat hij hier ging zijn vraag ik?
Wie?
X...
Ze zegt dat ze hem iets later dan ons had zien toekomen.
Ik sta recht... waarom zei je niks? Omdat ik niet goed wist hoe je zou reageren antwoord ze.
We vertrekken naar de eetzaal maar ik heb geen honger. Ik neem een appel en ga mee aan tafel zitten. Ik blijf rond kijken of ik hem nergens zie.
Ik zie enkel die andere jongen die samen met hem in de spiegelruimte was bij andere dansers van hun groep zitten.
Na een paar happen sta ik op, ik zeg tegen B dat ik even naar buiten ga.
We stappen op de bus. Hoewel we maar met 18 in totaal zijn is het zo een grote met een beneden en bovenverdiep. Ik wil naar boven gaan maar Q en J vragen om even beneden te blijven.
Ik doe mijn rugzak af en zet mij even neer. Als we vertrokken zijn komen ze bij me. Ze vertellen dat ze wel zien dat ik het nog steeds moeilijk heb met alles wat er gebeurd is maar dat deze week heel belangrijk is. Of ik wil proberen om er even niet aan te denken. Ik hoor verder niet veel meer van wat ze zeggen,
Ze moesten eens weten hoe vaak ik probeer om er niet aan te moeten denken, hoe vaak ik wegvlucht van mijn eigen gedachten. Ze moesten eens weten hoe...
Ok? Hoor ik ineens? Euhm wat? Ja hoor.
Ik heb niet gehoord wat hij zei of vroeg.
Mag ik nu boven gaan zitten vraag ik? Straks zegt hij, we gaan zo even stoppen, daarna kan je bij de anderen gaan zitten.
Ik neem mijn rugzak en haal er mijn Ipod uit. Oortjes in. Na de stop onderweg ben ik boven bij B gaan zitten. Hoe ze het altijd voor elkaar kreeg weet ik niet, maar het lukte haar elke keer om mij te doen lachen. En elke keer ze dat deed voelde het alsof ik weer even mijzelf was, alsof ik ademde zonder het gevoel te hebben dat er niet genoeg lucht was. Ze gaf mij een vertrouwd gevoel.
Veel tijd om onze spullen uit te pakken op de kamer hadden we niet. Omkleden en naar de oefenruimte gaan was er gevraagd. Ik sta met mijn rug naar haar, Ik draai mij snel om maar ze heeft het al gezien. Ze zegt niks. Ik doe snel een topje en mijn trainingsvest aan. De broek had ik al aan om op de bus te zitten zoals de meesten. Tot straks zeg ik en ik vertrek al.
Iedereen begint op te warmen, ik voel hoe ze naar mij kijkt. Ze komt naast me zitten voor de stretch oefeningen die volgen.
Doet het pijn vraagt ze? Nee hoor zeg ik, gewoon ergens tegenaan gelopen. Ik begin te blozen, en kijk weg. Ik heb wel zalf mee tegen blauwe plekken antwoord ze, ik zal ze straks geven. Bedankt zeg ik. Ik sta op en zeg dat ik even naar toilet ga. Als ik terugkom staat B met J te praten terwijl de anderen nog steeds aan het stretchen zijn. Ik ga snel terug zitten, en wacht tot de energie rush overneemt.
Er waren altijd 3 solistes in de groep. A, E en ik. Nu was het vooral E. Omdat ik zelf had gevraagd om even geen soliste meer te hoeven zijn. Q was heel begripvol geweest en alle voorrondes had E de solos en paren gedanst.
Oefenen ging goed. Logisch.
En dan opeens krak... en muisstil in de ruimte. E en S (de mannelijke solist) allebei op de grond. E grijpt met haar handen naar haar voet en S houd zijn schouder vast.
Blijkbaar is hij bij de laatste lift zijn evenwicht verloren...
Het blijkt bij beiden vrij ernstig te zijn en dan beslissen Q en J om niet verder te trainen en met S en E naar een dokterspost te rijden.
J blijft bij de groep en Q vertrekt. We mogen ons gaan douchen en dan hebben we een paar uur vrij afhankelijk van hoelang Q wegblijft.
B gaat eerst. Ik ga eerst naar buiten. Ze is al klaar als ik terug kom. Ik neem mijn handdoek en ga ook. Als ik uit de badkamer kom zie ik dat ze de zalf waarover ze sprak uit haar tas haalt en op bed legt. Net wanneer ik die wil nemen pakt ze mijn hand vast. Zal ik het doen? Ik twijfel maar toch zeg ik ja. Ik doe mijn trui uit en rol mijn tshirt naar omhoog. Het doet pijn als ze de zalf smeert maar ik zeg niks.
Hoe kom je daar nu aan vraagt ze opnieuw. Gewoon, antwoord ik opnieuw, ergens tegenaan gelopen. Ik merk dat ze niet geloofd wat ik zeg, maar wat moet ik dan? Ik kan haar de waarheid niet vertellen.
Ik was bang geworden voor hem, voor P, 2 dagen voordien was ik daar geweest. Hij was naar beneden gegaan omdat er iemand aan de deur belde. Omdat ik al een tijdje vond dat hij zich soms heel vreemd gedroeg nam ik zijn telefoon. Op het moment dat ik het eerste bericht wil lezen komt hij binnen. Hij was razend, hij trok de telefoon uit mijn handen en duwt mij hard tegen de deur aan. Ik voel de deurklink keihard in mijn rug. En pijn, heel veel pijn.
Ik schrik op uit mijn gedachten en zeg tegen B dat ik even naar buiten ga terug.
Ze gaat mee.
Het was nog 1 week tot de paasvakantie. Nog 1 week volop repeteren voor we zouden vertrekken met dans naar de Ardennen om mee te doen aan een belangrijke competitie met de nog 5 overgebleven groepen.
Toen de les begon was J er niet. Het was enkel Q onze andere trainer/choreograaf. Ook enkele mensen van het bestuur kwamen langs met de papieren die moesten getekend worden voor de week Ardennen. Nog steeds geen J. Ik vraag aan B of zij weet waarom hij er niet is maar ze reageert niet. Ik voel mij zo schuldig. De laatste 5 minuten van de les stapt hij opeens binnen. Zijn lip staat dik en er zit blauw omheen. Ik schrik. Ik kan niet blijven kijken. Ik moet weg. Ik loop de zaal uit naar buiten. Lucht... een paar minuten zit ik op de trap tot ik de deur hoor opengaan. Ik kijk niet op. Maar ik kan het zien aan zijn schoenen dat het J is. Sorry mompel ik. Hoewel ik niet diegene ben die dit gedaan heeft voel ik mij immens schuldig.
Opnieuw komt hij gewoon naast mij zitten zoals toen in de kleedkamer. Zonder iets te zeggen. Ik schuif op. Praat met mij zegt hij. Zeg iets. En opnieuw komt er geen geluid. Ik wil weg is het enige wat nog in mijn hoofd flitst. Ik wil rechtstaan maar hij houd mij tegen. Blijf zitten, hij klinkt boos.
Weer zeg ik niets. Hij komt opnieuw dichter zitten en ik ril, ik merk ineens hoe koud het buiten is. Kom zegt hij dan, mee naar binnen, nog steeds klinkt hij boos. Intussen zijn de lichten in de zaal uit en is iedereen naar de kleedkamers. Ik sta voor de deur en bevries... letterlijk en figuurlijk. Met een hand in mijn rug duwt hij mij de zaal in. Ik ga een paar meters verder en blijf staan. Hij komt voor mij staan. Opnieuw zegt hij "praat met mij"
1 enkele traan loopt over mijn wangen en hij neemt mij vast. Heel even geef ik toe aan die omarming. Maar ik wil het niet, want meteen voel ik ook weer de pijn en de leegte die A achtergelaten heeft. In de zaal waar wij samen zoveel mooie herinneringen hebben. Onze droom is hier, de droom om proffesionele danseressen te worden, samen,... en nu sta ik hier alleen. Nu moet ik het alleen doen.
Ik voel dat ik kwaad word, waarom heeft ze die avond niet harder gevochten om te blijven leven. Waarom gaf ze zomaar op?
J laat los en ik stap achteruit. Ik hoor gelach en geroep in de gangen, iedereen is intussen uit de kleedkamers aan het komen. Ik moet ook gaan zeg ik, ik moet naar huis. Nog voor hij iets terug kan zeggen ben ik de zaal al uit. Als ik omgekleed ben staat B nog buiten te wachten op haar mama. Zoals zo vaak. Haar mama en de tijd in de gaten houden ging meestal niet samen. Ik moet eigenlijk naar het station maar ik ga bij haar staan en zeg dat ik mee zal wachten. Ik kan altijd de trein later nog nemen. Zin om een kamer te delen in de Ardennen vraagt ze? Ja is goed antwoord ik. We hebben het nog even over de week die komt en dan is haar mama daar. Ik wil doorstappen zodat ik misschien toch de trein nog haal. Wacht zegt ze en ik zie haar naar de auto lopen en iets vragen. Kom roept ze dan, we brengen je naar huis.
Wie ben ik? Wat doe ik? Een vraag die toen zo vaak door mijn hoofd heeft gespookt. Intussen zijn we een een aantal weken verder en zien alle dagen er ongeveer hetzelfde uit. School, dansen, P,
Een enkele keer ging ik na een repetitie mee iets drinken met de groep, dat deed ik vooral omdat B begon door te krijgen wat er aan de hand was. Had ze iets gezien?
Ze zei er nooit wat over, maar bleef vragen om mee te gaan. Ze bleef in mijn buurt in de kleedkamer en als ik tijdens repetities de zaal uit ging merkte ik steeds vaker dat ze achter mij aan kwam.
Het viel mij op dat ze dezelfde kleur ogen als A had. Ze was bijna altijd vrolijk en heel slim. Ze had geen vriend hoewel ze best knap was.
Hoe het kwam weet ik niet meer of wat ze exact zei, maar opeens kreeg ze mij toch aan het lachen. Eindelijk zei ze, na al die maanden eindelijk een echte glimlach op u gezicht. Ze voegde er nog " bravo " en een knipoog aan toe. Ik had die dag niks gebruikt, meestal deed ik het enkel bij repetities maar omdat ze mij dus in de gaten hield had ik het dit keer niet gedaan. Het was niet mijn beste repetitie zoveel was duidelijk geweest.
Maar ik lachte, en met die lach voelde ik mijzelf een heel klein beetje ontspannen... de eerste keer sinds 16 oktober dat ik zonder iets ontspannen was... dankzij haar. Het meisje dat ik al die tijd probeerde te ontlopen.
Waarom? Ik kon nog niet eens om met mijn eigen verdriet, laat staan dat ik in staat was om dat van iemand anders er ook bij te nemen. Maar zij leek er heel goed mee om te gaan. Moest ik dat wel? moest ik er het verdriet van een ander bijnemen? Opeens leek het duidelijk dat ze er gewoon wilde zijn voor mij...
Ik kreeg een bericht van P, hij wou mij zien. Ik negeerde het bericht. We kregen ruzie een paar dagen geleden. Steeds vaker was hij geheimzinnig als ik daar was. Als zijn telefoon rinkelde ging hij de kamer uit, was hij kwaad, soms agressief als hij terug kwam. Maar ik had hem nodig. Hij was diegene die voor mijn gevoel had wat ik nodig had.
Na 3 berichten ging het over in bellen.
Ik nam uiteindelijk op en hij wou mij zien. Hij had spijt van wat er gebeurd was zei hij en hij wou het goedmaken. Ik vertelde hem waar ik was en hij zou naar daar komen.
Dit keer is het niet enkel B maar ook J die zegt dat ik moet opletten met P. Ik wou het niet horen.
Ik merk het direct als hij toekomt... hij is nerveus, lijkt kwaad. Hij ziet dat B en J naar hem kijken en dan iets tegen elkaar zeggen. Hij komt op mij af en zegt dat we vertrekken. B houd mij tegen. Blijf nog even, toe? Euhm... ik durf even niet antwoorden omdat ik niet weet hoe P gaat reageren. B legt haar hand op mijn arm en vraagt nog een keer of ik nog even wil blijven... P duwt haar hand van mijn arm, ze verliest haar evenwicht bijna, zo hard moet het geweest zijn.
En dan... chaos... J is kwaad geworden en duwt P achteruit. En dan de klap... een gebalde vuist in het gezicht van J! Ik kijk hem aan, draai mij om en loop naar buiten. Wat doe ik hier nog? P staat intussen naast mij en zonder verder na te denken of om te kijken loop ik mee. Ik stuur mijn ouders een bericht dat ik bij Y blijf slapen en dat ik van daaruit rechtstreeks naar dansen ga. Een halfuur later krijg ik antwoord dat dat heel gemakkelijk is dat ze zelf een drukke dag hebben. Y is een meisje uit mijn klas.
Dat bericht heb ik nog met een half oog gelezen.
Bij P kwamen vrienden langs en ik heb de hele avond mee gedaan.
Toen ik die ochtend wakker geworden ben was P nog niet wakker. Ik ben vertrokken zonder iets te zeggen en met een klein hartje, omdat ik opeens besefte wat er eerder die avond nog was gebeurd.
De avond daarna hadden we repetitie. Daar kregen we te horen dat de broer van A niet meer zou terugkomen. Laten we hem in het verhaal X noemen, ook zijn naam kan ik niet schrijven. Ik ben naar de kleedkamer gegaan en heb hem gebeld... het duurde even voor hij opnam. Waarom stop je ermee? vroeg ik. Stilte. Na enkele seconden duwt hij het gesprek weg. Ik bel opnieuw. Wat wil je? Is het eerste dat hij zegt als hij opneemt. Wat wil je horen? Dat ik het niet kan? Dat ik niet meer in die zaal kan komen omdat zij daar voor altijd zal aanwezig zijn? Ik vraag of hij daarom stopt met dansen. X zegt dat hij niet stopt, maar dat hij ergens anders gaat dansen sinds kort. Dan duwt hij opnieuw het gesprek weg. Ik bel niet meer terug.
Ook ik voel haar aanwezigheid elke keer ik die zaal binnenstap, elke keer ik in de spiegels daar kijk of als ik mijn hand op de barre leg.
Ik blijf in de kleedkamer zitten tot J binnenkomt... hij zegt niks, maar komt bij me zitten. Ik wilde wel iets zeggen maar er kwam geen geluid. Tot het einde van de les is hij naast mij blijven zitten. Toen de rest binnenkwam heb ik mij rechtgezet, mijn tas genomen en vertrokken.
Aan de deur staat Britt, een ander meisje dat ook bij ons danst, wil je iets doen? vraagt ze. Wil je praten? Geen tijd zeg ik, ik ga naar P. Pas maar op met P antwoord ze, zo een lieve jongen is hij niet. Ik lach het weg, maar tegelijkertijd denk ik ook aan wat ik gisteren bij hem gedaan heb... toch stap ik door. Ik moet hem zien.
Eindelijk... na een tijdje voel ik mijn hoofd licht worden. Eindelijk opnieuw pauze.
Voor ik naar huis ging vroeg hij of ik iets nodig had voor de volgende repetities, hij wist inmiddels hoe lastig ik het ermee had om daar te zijn. Voor ik het wist zat er een klein doorzichtig zakje in mijn sporttas.
Zonder nadenken heb ik het meegenomen. Ik heb uren op bed gezeten. In de tas, uit de tas, er weer in. Het bleef er uiteindelijk inzitten en aangezien ik de dag nadien na school direct naar de repetitie moest vertrekken nam ik zonder verder nadenken mijn sportzak gewoon mee.
Meestal kon ik met J meerijden, hij zei dat ik er moe uitzag. Ik was ook moe, zonder te reageren nam ik mijn Ipod en stopte mijn oortjes in.
Ik kan mij alles opeens zo goed herinneren, alsof ik zoveel jaar terugga in de tijd en ik er bijsta en kijk naar alles wat er gebeurd.
Omkleden, naar de zaal, opwarmen... na 10 minuten voelden mijn benen al aan als lood. Ik loop naar de deur en voel opeens zijn hand op mijn schouder... Je gaat niet weer de hele tijd in de kleedkamer zitten zegt hij. Ik trek mij weg, ik moet gewoon naar toilet, het kwam er feller uit dan ik bedoelde. Hij laat mij gaan.
Deze keer heb ik niet meer getwijfeld. Na een 10tal minuten was dat fantastische gevoel van die 1ste keer terug. Zoveel energie, hoofd leeg, het gevoel dat ik uren kon doorgaan. En opeens was A niet meer aanwezig in de zaal. Opeens kon ik mijn hand op de barre leggen zonder dat ik er een rilling van kreeg... Was het dat wat ik wou?
En aan het einde hoor ik hem zeggen;
" jij was ineens goed wakker" alles ok?
Zonder hem aan te kijken zeg ik dat dansen eindelijk weer goed voelde. En dan verdwijn ik zo snel mogelijk in de kleedkamer onder de douche.