En hoe ik mijzelf verloor de avond dat ik haar zag doodgaan
Inhoud blog
Zoeken in blog
Beoordeel dit blog
16-03-2017
Jullie moeten daar echt mee stoppen zegt B... met wat? vraag ik. Met wat dan ook wat jullie doen... je hebt niet meegedanst gisteren, jullie hebben 2u in het bureau gezeten, ik heb jullie zien staan aan zijn auto, ik heb u zien instappen...
Ben je bij hem thuis geweest?
B alstublieft er is niks tussen mij en J... we hebben gewoon gebabbeld...
Ze gelooft mij niet, ze is kwaad.
Waarom vertel je mij niks meer?
Omdat ik... ik weet het niet zeg ik. Vertouw je mij niet? Jawel...
Wel dan...
Ik probeer heel even de stem in mijn hoofd weg te duwen.
Vertel mij alstublieft wat er scheelt, ik word er gek van om u zo te zien. Denk je dat ik niet zie dat er iets is... dat ik niet doorheb dat je nog altijd die stomme pillen en de rest gebruikt... denk je dat ik nooit in u tas heb gekeken... denk je dat...
Jij hebt wat? Ze schrikt een beetje van de manier waarop ik dat zeg.
Heb je hem dat ook verteld... of ben je dat vergeten, of heb je hem verteld van die ene keer dat je mij smeekte om niets te zeggen... want anders bellen we even om...
Wacht zeg ik. Niet doen...
Vertel mij dan wat er is want...
Terwijl ze dat zegt doe ik mijn trui uit...
Het is de manier waarop ze er naar keek denk ik die ervoor zorgde dat ik haar vertrouwde, alsof ik ineens door had dat ik het haar kon vertellen.
Waarom vraagt ze? Ik weet het niet zeg ik, ik weet alleen dat het minder pijn doet dan... dan wat? dan hoe ik mij voel...
Weet hij dit? Hij heeft het gezien gisteren. daarom hebben jullie gebabbeld. Heb je hem alles verteld? Bijna alles zeg ik.
Heb je hem over P verteld?
Ik kan het hem niet vertellen. Waarom niet? Wat denk je dat er gebeurd als ik het hem zeg... J zal zowieso naar de directie stappen op school, of erger. De politie.
En dan? Dan ben je van hem af...
Nee. P zal zowieso weten dat ik gepraat heb dan en dat mag niet. Ik moet zwijgen.
Hij kan u toch niet... dat kan hij wel. Ik wil het er niet over hebben. Angst is een slechte raadgever...
Blijf je hier? Of moet je naar huis?
Ik blijf wel, thuis zit niemand echt op mij te wachten.
Ben jij nerveus voor morgen?
Wat is er morgen?
Die mensen van het conservatorium komen kijken... voor de hogeschool opleiding dans...
Ah dat is niet voor mij. Ik dubbel mijn jaar, ik moet hierna nog een jaar voor ik een auditie kan aanvragen.
Ik heb veel verteld, niet alles, maar wel veel. Niet de hele waarheid, ergens tussenin. We hebben lang gepraat, uren...
Ik heb hem verteld van het blowen,de pillen... de rest verzwijg ik. Over hoe lang ik die eerste keer getwijfeld heb. Over hoe ik mij voel thuis, op school, op dans, bij hem, bij X...
En P ? vroeg hij. Stil. Twijfels... vertel ik hem wat ik soms doe voor hem, waarom... wat hij mij in ruil geeft als ik het wel doe, wat er gebeurd als ik zeg dat ik het niet wil. Twijfels, altijd twijfelen. Vertrouwen, kan dat, bestaat dat? Ik ben nog jong, en ik herken mijzelf nog amper...
🎧
Where are you and I'm so sorry
I cannot sleep I cannot dream tonight.
I need somebody and always
This sick strange darkness
Comes creeping on so haunting every time
And as I stared I counted
The Webs from all the spiders
Catching things and eating their insides
Like indecision to call you
And hear your voice of treason
Will you come home and stop the pain tonight.
Stop this pain tonight!
- Blink 182, I miss you -
De wekker loopt af. Mijn Ipod ligt nog steeds te spelen onder mijn kussen. Ik ben uiteindelijk toch in slaap geraakt.
Nadat ik gedouchd heb neem ik snel mijn rugzak en sporttas. Mijn zwemkleren steek ik er snel bij. Ik vind nergens mijn polsbandjes. Ik ga snel naar beneden. Waar staat de was?
Waar hij altijd staat. Ik loop naar achter en na een beetje zoeken vind ik er 1tje.
Ik ben weg roep ik... uit gewoonte, want ik weet dat er meestal toch geen antwoord komt.
Ik ben kapot als ik uit het water kom. 30min test houd eigenlijk gewoon in dat je zo veel mogelijk afstand zwemt in een halfuur. Je moet een bepaalde afstand halen voor de helft van de punten. Sinds die ene keer ben ik constant bang in het zwembad. Ik geraak met moeite vooruit soms. We mogen 10 minuten recupereren en daarna gaan we nog een oefening op techiek doen. Vlak voor het aan mij is zegt de leerkracht opeens; doe dat eens uit, om te zwemmen heb je geen zweetbandjes nodig. Nee zeg ik. Of je doet het uit of ik noteer hier een 0 bij u techniekscore. Noteer dan maar hé, zeg ik een beetje kwaad, ik ga mij omkleden zeg ik erbij. Je blijft hier. Ik denk het niet. Als je nu doorloopt mag je in Augustus voor zwemmen terugkomen. Fuck you zeg ik iets luider dan ik gedacht had terwijl ik mij omdraai en doorstap. Als ik aan de douches ben neemt J opeens mijn arm. Wat is er aan de hand? Oh laat mij gerust en ik stap nog verder. Hij grijpt nu mijn andere arm vast. Au zeg ik laat mij los. Nee blijf staan, en leg mij uit wat er is. NIKS ER IS NIKS! na nog wat over en weer geroep laat hij los. Ik draai mij om en dan neemt hij mijn polsband en met zijn andere hand trekt hij hem af. Zeg mij alstublieft dat dit niet echt is... Er lopen al tranen over mijn wangen, wat denk je dat ik het erop getekend heb met stylo snik ik nog steeds kwaad. Een paar seconden later zit ik huilend op de grond met zijn armen rond mij. Kleed u om zegt hij... we gaan even naar buiten voor de rest hier straks staat.
Hou u kleren maar aan zegt hij daarna op training, wij gaan praten in plaats van dansen. Ik slik, ik ben bang omdat ik denk dat als ik de waarheid vertel ik nog dieper in de problemen zal komen.
Y en ik zijn uit de klas gezet, we moeten om een stempel in onze agenda... In grote vette letters komt er dan "STOREND GEDRAG" te staan. het is de 3de deze week wat wil zeggen dat we strafstudie zullen krijgen als we ons gaan aanmelden.
We melden ons dus niet aan bij het secretariaat. We lopen door naar het plekje waar we over de middag soms zitten. 11u25... nog 35 minuten voor de bel gaat. We blowen een beetje. Niet te veel, anders gaat het opvallen. het gebeurd vaker dat we dat doen op school.
Als de bel gaat lopen we naar de refter.
We zitten nog maar pas neer als de leerkracht die ons uit de klas zette aan onze tafel staat. Dames agenda's alstublieft... kom maar mee zegt ze als ze ziet dat er geen stempel in staat.
We zitten te wachten voor de deur van de adjunct d. Y gaat eerst binnen. De deur van de directeur gaat ook open. Wat zit jij hier te doen? Ik moet bij de adjunct zeg ik, we zijn geen stempel gaan halen als we uit de les van Mevr M gezet zijn. Kom binnen zegt hij... De directeur van onze school is echt ok. Het is niet de 1ste keer dat ik daar binnenkom. Hoe gaat het thuis? Zoals anders zeg ik, dat is deels waar. De constante ruzie's, het geroep, en het gebrek aan intresse is nog niks veranderd. We zitten al even te praten als hij vraagt of ik nog iets wil zeggen, neenee zeg ik. Verder gaat alles goed. U resultaten... die zijn toch goed zeg ik? Ze zijn nog behoorlijk maar niet meer zoals voor nieuwjaar. Gewoon druk met dansen zeg ik. Ja daar heb ik Mnr D al over aangesproken... hij heeft dus met J gebabbeld.
Ik mag gaan. Voor 1 keer zal hij de stempel door de vingers zien. Als er iets is zegt hij, je moet weten dat je altijd alles kan en mag zeggen hier.
Hoe graag ik ook zou willen er is niets of niemand die ik alles kan vertellen. Er was maar 1 iemand en die is weg...
Waarom neem je haar telkens terug mee X denk ik.
Ik doe het opnieuw, deze keer duurt het geen halfuur voor ik durf. Door de rust die ik vanbinnen voel, heb ik geen last van de pijn! Ik heb al een paar dagen niks anders gedaan dan blowen. Maar of wat ik nu doe zoveel beter is...
Fuck denk ik ineens, ik moet zwemmen morgen. Het is 30min test dus ik kan niet aan de kant blijven.
Onderweg naar training praat hij over Amsterdam. Hoe leuk het is, de mensen, de stad, het dansen.
Waarom doe jij eens geen auditie daar vraagt hij?
Euhm omdat ik nog op school zit. En omdat ik niet goed genoeg ben...
Jij bent gek, niet goed genoeg? Geloof eens in uzelf. Jij danst geweldig.
T is al goed zeg ik, zwijg maar al...
5 minuten later komen we aan en kleed ik mij vliegensvlug om. We gaan pirouettes oefenen. Eerst een 20tal keer goed in balans enkel zodat we opgewarmd zijn en daarna dubbel, 3dubbel, 4, 5,... telkens 1tje meer. Vergeet niet telkens dat je de tussenpas zet, balans houden, voet mooi uitdraaien. Wie in de fout gaat valt af.
We zijn nog met 2. Ik en E... en Q en X die doen voor de grap ook mee. 7 ! 8! Bij 9 valt E af. Komaan probeer 10! Ik ga klaar staan. Even twijfel ik... maar hij lacht naar mij. Ik ga in de hoek van de zaal staan aan de barre en ik leg er mijn hand op. Ik wrijf even met mijn voet in de krijtbak met mijn schoen zodat ik niet zou uitglijden. Als ik aan de 10de zit draai ik niet enkel uit maar 3dubbel. Ik kom perfect uit in balans en zet mijn voet mooi neer. Iedereen is kei enthousiast. Waaaw!
Ik bloos. Zie je wel zegt hij, je bent gek als je denkt dat je niet goed genoeg bent. Kom hier gekke meid. Ik kan wel zweven. Zo goed, zo echt, heb ik mij al lang niet meer gevoeld.
Zijn telefoon gaat en hij neemt op.
Op het einde van het gesprek zegt hij; ok tot morgen.
Morgen vraag ik?
Ik moet terug naar Amsterdam. Ze hebben dan toch beslist van extra voorstellingen te doen. Morgen starten we opnieuw op.
Sorry zegt hij, ik wou dat ik langer kon blijven. Geeft niks. Maar ik voel mij opeens weer helemaal alleen. Als hij vertrekt is zij ook weer weg.
Ik zit op mijn kamer voor mij uit te staren. Het doet zo veel pijn maar in mijn hoofd en lijf is het stil. Een halfuur heeft het geduurd voor ik het durfde. Ik neem een plakker en doe er snel mijn trui weer over.
Morgen dan maar weer lange mouwen denk ik.
Ik krijg nog een bericht. Ik ben goed aangekomen. Ik zal je missen. Tot snel xxx... Maar ik stuur niet terug
Hij komt terug. Eindelijk. 2 maand heb ik hier naar uitgekeken. X stuurt dat hij vanavond naar dansen komt.
Als hij er is lukt alles zonder moeite.
Als hij lacht kan ik haar ook horen lachen. Die geweldige schaterlach. Ik zie de manier waarop ze haar ogen dichtkneep om te kunnen stoppen... bij hem.
Als hij er is heb ik opnieuw mijn draaipunt, een gezicht om vast te zetten en te vinden in de ruimte. Als hij er is brengt hij haar elke keer eventjes mee terug...
Het maakt mij rustig. Al zijn het ook soms momenten dat ik heel even besef waar ik allemaal mee bezig ben. Maar al snel volgt dan de gedachte... zie je wel ik kan stoppen als ik wil. Ik ben er niet afhankelijk van, ik ben niet verslaafd...
J ziet dat ik lach. Een echte lach. Hij kent mij intussen goed genoeg om het verschil te kennen tussen mijn echte en gemaakte lach. Je was echt goed vandaag, lang geleden dat ik u zo heb zien genieten.
Ja zeg ik en ik kijk opzij... ik zie hem staan, X, hij knipoogt. Ik moet opnieuw lachen.
Na wat er laatst op school is gebeurd is hebben we niet veel meer gepraat, maar het is duidelijk dat we alle twee weten dat zoiets niet meer mag en kan gebeuren.
Ik ben blij voor u zegt B in de kleedkamer. Wat? Vraag ik omdat ik met mijn gedachten ergens anders zit. Ik ben blij voor u herhaalt ze. X... zegt ze als ik haar niet begrijpend aankijk. Wat is er van X vraag ik? Komaan zegt ze lachend, denk je dat niemand ziet dat er iets is tussen jullie? Er is niks tussen ons zeg ik. Dan heb ik toch een ander idee over "niks" hoor. Kom t is al goed zeg ik, denk wat je wilt! toch kan ik een nieuwe lach niet onderdrukken. Rij jij mee? Nee, ik heb afgesproken met X.
Jaja lacht ze, echt niks hoor! En ze loopt de kleedkamer uit.
Ik ben ook klaar dus loop vlak achter haar. X staat buiten te wachten. Veel plezier straks zegt B en ze grijnst naar X.
Weet jij waarom B zo grijnsde? vraagt hij.
Ja lach ik, ze denkt dat wij iets hebben.
Hij lacht ook. Moet je naar huis of kom je nog even mee? Mijn ouders merken het toch niet of ik er ben dus ik heb wel nog even. Is u mama thuis? vraag ik
Nee hoor. Het kost mij heel veel moeite om binnen te gaan. Als ik haar kamer passeer blijf ik even staan. Maar ik ga er niet binnen. Ik voel de tranen in mijn ogen staan... ik loop door naar zijn kamer en kijk nog even om. Doe je de deur dicht vraagt hij. Hoe laat is het eigenlijk vraag ik. We liggen al een tijdje op bed. Hij zit met gekruiste benen tegen de muur, mijn hoofd ligt op zijn been. 01u- half2 denk ik zegt hij. Ik moet gaan zeg ik.
Kom je morgen terug naar dansen? vraag ik als we aan mijn huis zijn. Geen idee... please? Ok dan. Ik wil hem een zoen op zijn wang geven. Maar hij draait zijn gezicht... het is muisstil... Tot morgen zeg ik nog snel.
Na die bloedneus neem ik een beetje afstand van J.
Als hij nu iets zou opmerken nog dan heeft hij het zowieso door denk ik.
Ik weet niet of hij mij geloofde, maar hij heeft er niks van gezegd. Als ik hem zie op school zeg ik niks en ook op dans ben ik opvallend stiller. Maar dat komt waarschijnlijk ook omdat ik de laatste 2 trainingen niks meer durfde te gebruiken... dansen lukte niet goed maar nog eens een bloedneus zou ik niet meer kunnen uitleggen denk ik.
Een bericht: Kunnen we praten?
Ik antwoord, Wanneer?
Over de middag. Ik moet nog mappen wisselen in locker stuurt ik nog terug.
Ok.
Ga je mee eten? vraagt Y. Ik moet eerst nog wat mappen wisselen zeg ik. Ik loop wel even mee zegt ze. Nee ga maar al, dan hebben we plaats. Ik kom zo. Ok tot straks.
De lockers van ons jaar staan aan het uiteinde van een gang, achter de hoek. Het is een plek waar ik mij soms voor P verberg omdat die normaal nooit in dat stuk moeten zijn. Het zou anderen opvallen moest hij daar rondlopen.
Ik wissel snel mijn mappen en als ik mijn slot dichtmaak zie ik hem de hoek omkomen. Wat is er vraag ik?
Ik wil graag weten waarom je zo stil bent, waarom je mij negeert, waarom u naam opnieuw op de lijst van leerlingenbegeleiding staat...
Is dat dan zo vraag ik? Ja, Mevr S heeft u naam doorgegeven. Ik zou niet weten waarom...
Zeker? Ja echt zeker. Ik word een beetje kwaad. Is dit een verhoor vraag ik of?
Ik heb gelezen waarom ze u naam doorgegeven heeft... ik zeg toch dat ik niet weet waarom... wat voor een reden heeft ze dan.
Ze heeft tijdens atletiek plekken op u been gezien... euh dat is van te vallen. En dat kan ze toch ook gewoon vragen.
Dat was niet de eerste keer dat ze... laat het ok zeg ik nu echt boos.
Ik wil u helpen, ik wil dat je mij vertrouwt, dat je mij vertelt wat er aan de hand is... ik wil doorlopen maar hij trekt mij in zijn armen. Ik kijk recht in zijn ogen, opnieuw een kus. Straks komt er iemand iets uit zijn locker halen zeg ik. Ik weet niet wat er met mij gebeurd als ik zo dicht bij hem ben... maar ik voel mij zo veilig, zo goed, zo... tja... het gevoel dat ik belangrijk ben voor iemand. Kom mee zegt hij. Waar gaan we... kom zegt hij opnieuw. Ik volg. We staan aan de leraarskamer en hij doet de deur open. Wacht even zegt hij. Hij komt buiten met een stapel kegels en zak hesjes. Help even zegt hij. We lopen door de sportzalen en hij opent de deur van de materiaallokalen. Ik trek de deur achter mij dicht en zet de zak op 1 van de banken die er staat. Hij komt achter mij staan. Een zoen in mijn hals, ik wil iets zeggen maar hij draait mij om en kust mij opnieuw. Ik kan nog amper nadenken. J het kan niet, waarom... verder kom ik niet. Omdat ik het gevoel heb dat ik dit niet kan stoppen... ik ook niet.
Pas als de bel luid klinkt houden we op.
Ik haal mijn polsband uit mijn tas en trek ze over de wonde.
Zonder nadenken loop ik door. Ik blijf lopen zonder om te kijken. Eindelijk ben ik aan de bushalte. Nog een 10tal minuten. Normaal zet ik muziek aan. Deze keer niet. Ik wil alles horen. Ik blijf naar de hoek van de straat kijken en het enige waar ik aan kan denken is " kom alstublieft niet de hoek om". De bus, de trein... Ik moet van hem wegblijven, het moet.
Op mijn kamer haal ik de polsband eraf. Het bloed is opgedroogd. Ik duw er op, het doet pijn, maar even vergeet ik wat ik vanbinnen voel... het lucht op. De deur van mijn kamer gaat open. Ik trek snel mijn mouw naar beneden. Wat? vraag ik boos.
Waar was jij? Ik ben nog bij P geweest zeg ik zo neutraal mogelijk. intresseert u dat ineens waar ik ben... let op u woorden. Laat mij gerust. De deur gaat terug dicht.
Ik duw opnieuw op mijn arm. Opnieuw opluchting.
Ik trek mijn broek en trui uit en ik kijk in de spiegel die op de deur van mijn kast hangt. Ik zie een een rode plek aan mijn schouderblad. Hopelijk word het niet te blauw. Ik doe mijn kast open en haal er mijn balletpak met lange mouwen uit en steek het in de tas.
Ik kruip in bed. Kon ik morgen maar gewoon thuisblijven, niet naar school gaan, dan moet ik hem niet zien. niet dansen en proberen om alles te verstoppen. Kon ik maar gewoon eventjes verdwijnen. Ik ben moe, ik ben het allemaal zo moe!
Op school doe ik zo normaal mogelijk. Ik sla de zwemles over. Ik ben misselijk zeg ik. Ik zit op de tribune en wacht tot het voorbij is. Het laatste uur zit er op. Dansen. We zijn er net op tijd. Ik kleed mij nog snel om en doe mee. Na een tijdje voel ik weer hoe moe ik ben.
Onderaan mijn tas vind ik mijn bullet. Ik snuif. Ik loop snel terug en als ik de deur wil openmaken zwaait die net open. Ik bots ertegen met mijn handen. Oei sorry zegt J ik kwam eens kijken of...
U neus bloed... fuck... van de deur zeg ik.
Dit is de laatste keer denk ik bij mezelf als P mij weer een pakje laat aannemen. Als ik hier ooit mee betrapt word...
Ik geef het hem en wil weggaan. Maar opnieuw laat hij mij niet vertrekken. Ik doet het niet meer, dit is echt de laatste keer geweest zeg ik. Ik stop ermee.
Jij stopt pas als ik u laat stoppen. Ga je het vertellen misschien, wie die pakjes aanneemt en wat er in zit...
Ik... maar ik zwijg. Hoelang kan ik dit nog volhouden? Hoelang laat ik hem mijn leven nog beheersen? Uitleggen hoeveel pijn zoiets doet lukt niet. Machteloos... je beslist niet langer zelf wat je doet. Je bent een pop, een pop met touwtjes... touwtjes waar je niet zelf aan trekt. Mentaal zwaar, onhoudbaar...! Vallen doet pijn, geslagen worden doet pijn, blauwe plekken doen pijn. Maar dit, dit is 1000x pijnlijker. Je hebt er geen controle over. IK heb er geen controle over.
Ik ga even buiten zeg ik na een tijdje. Normaal zorgt blowen ervoor dat ik rustig en ontspannen word, maar deze keer lijkt dat niet te lukken. Als ik terug binnenkom zie ik dat hij mijn telefoon vast heeft. Hij grijnst...
Oh nee denk ik. Laat hem alstublieft de berichten van B niet gelezen hebben.
Hij komt dichter, die sukkel krijgt blijkbaar meer gedaan van u dan ik...
Hij heeft het gelezen.
Wat zouden de directie op school daar van vinden? zegt hij met opnieuw die valse grijns op zijn gezicht...
Aan wie zal ik dit eens vertellen...
Ik doe alles wat je vraagt als je maar zwijgt zeg ik snel. Ik... DING DONG...
P doet open, politie!
Na wat uitleg over waarom ze er zijn vragen ze hem waar hij was die avond. In mijn ooghoek zie ik hem staan met mijn telefoon nog steeds in zijn handen.
Ik was thuis zegt hij. De hele avond.
Kan iemand dat bevestigen.
Ja, zij was hier de hele avond. Ze is pas na 12en vertrokken.
Hij maakt een beweging met mijn telefoon...
Juffrouw?
Ja ik was hier...
Ik hoor hem de deur dichtslaan.
Rotzak!!! Ik ben kwaad. Heel kwaad!
Hij trekt aan mijn arm, ik kan mij lostrekken. Zijn beide handen op mijn schouders, ik botst tegen het oude raam naar de veranda. Het is nu of nooit denk ik, vechten of vluchten... Ik trap naar zijn knie, nog eens, raak. Hij laat los.
Hij stapt terug naar voor en slaat hard. Ik val hard op de grond. Maar ik heb door mijn woede zoveel energie gekregen dat ik snel opsta. Zo hard als ik kan ben ik nu diegene die hem tegen het raam duwt, het glas kraakt. zo snel als ik kan haal ik uit, hij stapt opzij...
Ik voel hoe het glas mijn arm ingaat. Opeens staan we stil. Ik voel geen pijn. Ik zie het bloed op mijn trui.
Ik stap achteruit, heel even is hij onder de indruk. Ik draai mij om en loop snel naar buiten. Weg hier... ik moet weg hier.
Ik moet nu echt vertrekken zegt hij. Wanneer kom je terug? Binnen 2 maand zitten de voorstellingen er op en dan kom ik iets langer terug. Ga je mij missen? vraagt hij. Zot! antwoord ik.
Maar ik ga hem enorm hard missen. Ik heb 2 fantastische dagen gehad.
Middagpauze. Tijdens het laatste uur ervoor kreeg ik een bericht. Ik heb u nodig vannavond, we spreken straks af.
Ik blijf in de gang staan. Hij mag mij niet vinden. Ik wil het niet meer.
Een hand op mijn schouder. Ik schrik heel hard en terwijl ik mij omdraai zeg ik, niet doen, ik zal... het is J. Ik zwijg. Ik kijk snel rond of ik P niet zie. He he doe rustig, kalmeer. Wat is er ? Laat mij alstublieft gerust smeek ik bijna. Ik moet een paar keer slikken maar de tranen zijn weer weg. Ik moet... jij moet nu alleen maar met mij meekomen zegt hij. We gaan het lokaal in. Alstublieft zeg ik nog een keer. Laat mij gerust. Ik laat u niet gerust voor je verteld wat er allemaal aan de hand is. Ik ga op een stoel aan het raam zitten. Ik laat mijn hoofd in mijn handen rusten. Hij komt naast mij staan en gaat door zijn knieen. Zijn handen allebei op mijn been. Praat met mij... vertrouw niemand meer fluistert het duiveltje op mijn schouder. Ik zwijg en denk na. Ik zal hem iets moeten zeggen anders laat hij mij niet gaan... ik zeg uiteindelijk dat ik ruzie heb thuis. Al een tijdje. Dat ik daardoor vaak slecht slaap en moe ben. Ik kijk op. Mag ik gaan vraag ik... ik moet nog eten en mijn zwemzak uit de lockers gaan halen. Je kan mij alles vertellen dat weet je toch hé... Waarom ben je zo lief voor mij? Ik heb u graag...
Hij kijkt naar de deur, niemand...
We stappen op de bus. Zwemmen. Dat is altijd met een aantal klassen samen. Ik zit neer en de angst bekruipt mij opnieuw, ik kan daar niet weg, hij zal mij zien, hij zal...
Stop denk ik, hij kan mij niks doen daar, leerkrachten, andere leerlingen,...
Toch ben ik niet gerust.
De les is al even bezig en ik zie hem kwaad naar mij kijken. Ik hou mij vast aan de rand van het zwembad. Hij zwemt mijn richting uit. Ik probeer te kijken waar de leerkrachten staan maar die zijn bezig aan de overkant met uitleg geven. Een golf van angst, paniek, mijn ademhaling versnelt, ik verlies er volledig de controle over. Mijn lijf tintelt en mijn hoofd word licht. Het zijn niet de aangename tintelingen die ik voel als ik iets gebruikt heb. Mijn zicht word wazig. Ik laat de rand los... het volgende dat ik mij herrinner is dat J mij uit het water haalt. Ik zit op de grond in het ehbo lokaal. J zit voor mij en hij laat mij in een plastiek zakje in en uitademen. Ik moet hoesten door al het water dat ik binnenkreeg.
Ijskoud. Ik ril. De andere leerkracht legt een handdoek rond mij.
Op de terugweg moet ik vooraan zitten en de laatste 2 lesuren van de dag sla ik over en zit ik in het secretariaat. Ze hebben mijn ouders gebeld maar die konden mij niet komen ophalen. Het geeft niks zeg ik. Ik voel mij al veel beter.
Hij komt nog even kijken hoe het met mij gaat. Bedankt zeg ik. Jij gaat niet met de trein naar huis zegt hij als hij hoort dat mijn ouders niet konden komen. Ik breng u wel.
Ik wil nog niet naar huis zeg ik als we in de auto zitten. Ik zie dat hij nadenkt. Wil je bij mij thuis even iets drinken vraagt hij. Ja graag antwoord ik stil.
Steeds vaker gebruik ik iets om te kunnen dansen. Als ik het niet doe lukt het bijna niet. Ik kan het goed verstoppen. Ik laat niemand nog toe in mijn fort.
Oppervlakkig, vluchtig...
Ik neem voor niemand nog mijn masker af. Ik doe alsof alles perfect gaat. Ik doe mijn best op school. De examenresultaten van nieuwjaar waren voor mijn ouders het bewijs dat alles goed gaat. Niet alleen voor hen, ook voor J. Ik ben gespeeld vrolijk en vriendelijk als hij in mijn buurt is. Bij B is het moeilijker. Ze is echt lief, bezorgd, als ik bij haar ben komt er soms een barst in mijn muur. En ze blijft ook herhalen dat ik bij P moet wegblijven.
Ik ben nog maar net vertrokken naar training als ik een bericht krijg.
Ik heb een verrassing XO. Het is X
Het is bijna 4 maand geleden dat ik hem zag. Ik lach naar het scherm van mijn telefoon. Ik antwoord dat ik benieuwd ben, en vraag erbij wanneer de verrassing is. Geen reactie meer. Hij stuurt straks wel terug denk ik en ik stop mijn telefoon weg. Ik ben vroeg aan de zaal. Ik probeer meestal heel vroeg te komen zodat als ik iets gebruik het werkt tegen dat de les begint, en minder kans dat iemand mij zou betrappen.
Ik ga binnen. Ik hoor Q praten en J lacht. Als ik voorbij de deur stap zie ik hem... X roep ik luid. OMG X wat doe jij hier? Verrassing lacht hij. Ik loop naar hem toe en spring in zijn armen. Ik denk dat we er zeker 10 minuten zo gestaan hebben. Intussen zijn de andere ook aan het toekomen en iedereen die bij ons danste als hij nog hier danste komt dag zeggen. De les begint maar ik zet mij nog even bij hem neer. Komaan zegt J opeens. Praat straks verder. Meedoen.
Ik sta op en begin op te warmen.
We oefenen een nieuw stuk maar het lukt niet echt. Ik krijg de beweging niet zoals het moet. Ik heb niks kunnen nemen omdat ik de hele tijd bij X gestaan had.
Wacht hoor ik hem ineens achter mij zeggen. Ik help u. Hij legt zijn hand tegen mijn been en zijn andere slaat hij om mijn middel. Hij legt het uit en ik probeer. Het lukt wel deze keer. Ik heb het warm. En sinds lang voel ik mij heel even echt ok. Mijn glimlach is echt, wat ik voel is echt.
Bedankt fluister ik. B ziet het en in de kleedkamer vraagt ze of ik blij ben dat hij er is. Natuurlijk zeg ik. Ik heb hem gemist. En dat is ook zo, want de laatste keer dat ik hem zag voelde het alsof A er was.
Wat mis ik haar.
Ik sport een week niet mee op school. Ook dansen sla ik over... tot mijn enkel genezen is.
J probeert op school met mij te praten. Ik probeer hem zoveel mogelijk te ontlopen. Tijdens de pauze's zit ik bij P. Hij heeft mij compleet in zijn macht. Ik ben echt bang voor hem, en dat weet hij.
Het is vrijdag, wat wil zeggen dat ik met J zal meerijden naar de training. Als de bel eindelijk gaat stap ik langzaam naar zijn auto. Tot vanavond zegt P. Ik zeg dat ik niet kan. Dat was geen vraag zegt hij. Of zal ik even wachten en aan meneer daar vertellen wat er in u sportzak zit. Ik had ze er zelf ingestopt. Ik wil het wel eens proberen had ik gezegd. Ik zie hem aankomen.
T is goed zeg ik snel. Ik kom wel.
Hij stapt weg.
Nu kan je niet weg dat weet je toch zegt J lachend. Ik weet het zeg ik, en in plaats van vooraan te gaan zitten zoals ik normaal altijd doe ga ik achteraan zitten.
Alles ok? Ja zeg ik, en ik lach.
Echt? Ja echt. Ik moet ervoor zorgen dag hij mij geloofd denk ik.
Is u enkel genezen? Ja helemaal in orde.
Hij vraagt niet verder.
Je hebt geluk zegt hij, het is lenigheidstraining. U voet kan nog wat rusten. Ik lach nog eens.
Q is er nog niet. In de zaal staat de radio op. Ferm nummer hoor ik E roepen en ze zet het luider. Please nee denk ik in mezelf. Ik heb het nog al gehoord, maar ik kan er niet meer naar luisteren. Ik voel mijn ogen branden. Gelukkig komen er geen tranen.
Even naar toilet zeg ik snel. Ontspan, ontspan, ontspan... ik kijk naar mijn sportzak. Ik neem er iets uit en stop het snel in mijn mond. Ik pak een paar slokken water en slik het door. Na een 20tal minuten voel ik het eindelijk. Mijn lijf tintelt maar mijn hoofd is vrij. Ik word lacherig. Van het stretchen voel ik niets. Ik kan blijven doorgaan.
Als B tegen mij begint te praten babbel ik vrolijk terug. Ookal ben ik eigenlijk nog kwaad op haar. J ziet het. Kom eens vraagt hij. Hij kijkt naar mijn ogen... wat? Vraag ik terwijl ik weet wat hij denkt. Denk ja dat ik geblowd heb? Of wou je gewoon nog eens in mijn ogen kijken. Ik daag hem uit. Ik heb geen rem meer. Wat een zalig gevoel. Nee zegt hij, t is al goed. Doe maar verder. E vraagt of ze haar muziek mag opzetten. Het liedje van daarstraks op de radio klinkt terug luid door de zaal. Ik voel dat zowel B als J weer naar mij kijken maar het nummer doet mij eventjes niks meer.
Nog een halfuur voor ik moet vertrekken. Ik tape snel mijn enkel in. Hij staat dik en ziet blauw.
Ik had nog een extra week thuisblijven van mijn ouders gekregen maar ik ben toch vertrokken. Waarschijnlijk zouden ze het niet eens merken dat ik er niet ben.
Ik zit bij hem. Zijn vrienden zijn er ook. Zijn ouders zijn er niet dus we zitten beneden. Ze hebben allemaal gedronken en geblowd en beginnen vervelend te doen. P en K zijn aan het discussieren tot dat opeens in getrek en geduw overgaat. De stemming slaat volledig om. Ik ga naar boven op zijn kamer zitten. Ik denk heel even na of ik niet beter naar huis zou gaan.
Ik hoor iemand naar boven komen en ik kijk. Het is K. Er loopt bloed uit een wond op zijn voorhoofd. Ik twijfel maar ik ga toch helpen. Ik hou een handdoekje onder de kraan en wrijf het bloed van K zijn gezicht. Hij zegt niks. Ik ook niet.
P staat er ineens ook. Ik heb hem niet naar boven horen komen. Hij roept tegen K dat hij moet vertrekken. Mij duwt hij aan de kant. Ik stap snel de badkamer uit en loop naar zijn kamer. Razend is hij. Ik zeg niks. Weg denk ik. Ik moet weg. Ik neem mijn tas en wil mijn jas aandoen maar hij laat mij niet vertrekken. Ik doe wat ik wil zeg ik fel. Jij doet wat IK wil zegt hij heel zacht voor hij hard op mijn enkel schopt.
De rest van de avond zegt hij niks meer.
Ik probeer de pijn te verbijten. Dat lukt nog net. Q vraagt of ik alstublieft een klein beetje moeite wil doen als ik voor de zoveelste keer een fout maak. Sorry reageer ik. Opnieuw krijg ik een opmerking. Van J deze keer. Ik ben kwaad omdat ik echt wel moeite doe. Ik heb mijn trainingsbroek aangehouden zodat ze mijn enkel niet zouden zien en ook daar krijg ik nu een opmerking over. Als ik reageer dat hij zich niet moet moeien zet hij mij kwaad de zaal uit. Waarom doet hij zo? Ik loop naar de kleedkamer en wacht B op. Ik ga met haar mee. In de auto vraagt ze waarom ik zo reageerde... ik ben gewoon moe zeg ik.
We gaan vroeg slapen, want morgenvroeg opnieuw dansen.
En? Vraagt hij, een beetje vrolijker vandaag? Ik loop door.
Ik spring en als ik neerkom zet ik mijn voet verkeerd. Ik val. Zoveel pijn. Ik blijf even op de grond zitten en iemand gaat ijs halen. Ik ga naar de kant en hou het er tegen.
Gaat het? vraagt hij. Gaat wel over zeg ik.
Mag ik eens kijken? NEE!
Ik zeg dat ik beter aan de kant blijf vandaag en hij knikt terwijl hij mij bezorgd aankijkt. Ik sta op, ik ga mij al omkleden. Hij knikt opnieuw.
Voorzichtig maak ik de linten los en haal de tape er af. Mijn enkel heeft nu alle kleuren van de regenboog. Ik wil mijn sokken aandoen als de deur opengaat...
Dat is niet van vandaag zegt hij geschrokken.
Nee
Hoe kom je daaraan?
J ? J? Ik hoor iemand zijn naam roepen. Net als hij aan de deur is komt ze binnen.
Ik kom zo schat zegt hij. Er is iemand gevallen en ik kijk er nog even naar.
Heel even twijfelde ik of ik het hem zou vertellen of niet.
Iemand... hij zegt zelfs mijn naam niet.
Ik heb intussen mijn sokken aangedaan.
Wij moeten praten zegt hij. Ik heb niks te zeggen antwoord ik. Hij pakt mijn hand, wat heeft hij gedaan vraagt hij terwijl hij recht in mijn ogen kijkt. Hij weet het denk ik in paniek, hij weet het... ik trek mijn hand weg. Laat mij gerust roep ik, en ik neem mijn spullen en loop naar buiten.
Ze heeft het verteld denk ik, ze heeft het hem verteld. Ze had beloofd om te zwijgen...
In de auto zeg ik weinig. Ik moet moeite doen om niet kwaad te worden op haar.
We stoppen en ik stap uit. Tot volgende week zeg ik snel zonder te kijken.
Ik sla de deur toe en zoek de sleutel van de poort. Ze zitten al aan tafel te eten als ik binnenkom. Ik heb geen honger zeg ik en ik ga de trap op.
Ik kan niemand vertrouwen.
Waarom A denk ik. Waarom? Ik heb u zo hard nodig nu. Ik wacht op tranen, maar ze komen niet.
Maandag 16 oktober 2006. Ik ben klaarwakker. Maar ik blijf in bed liggen. Komaan denk ik in mijzelf. Sta op. Liefst van al wil ik het donsdeken terug over mijn hoofd trekken en een hele dag blijven liggen. Maar mijn ouders zijn allebei thuis vandaag dus geen optie. Ik kom uit bed en trek snel mijn kleren aan. Mijn oog valt op het kadertje dat sinds deze zomer omgekeerd op mijn bureau staat. Ik neem het vast en kijk in haar grote lachende ogen. En dan is het terug. De leegte, het niks voelen. Ik hoef maar 1 keer te slikken. Niks. Geen tranen. Ik schuif mijn bureaustoel aan de kant en ga met mijn hand achter de poot van mijn bureau. Ik haal het blik er vannachter. Ik maak het open en kijk. Niet doen, niet doen... ik sluit het blik en zet het terug.
Ik neem mijn telefoon uit de oplader en typ iets in. " Ik denk aan jou vandaag " verzenden. Als ik naar de bus stap krijg ik een bericht terug. " wil je afspreken? XO "
" Ja tuurlijk , waar? " antwoord ik snel.
" Ik kom je halen, waar ben je? " ik antwoord nog 1 keer met waar ik ben.
20 minuten later is hij er.
We zitten al een paar uur zonder veel woorden naast elkaar.
Blow je nog vraagt hij opeens?
Af en toe zeg ik.
Zin in? Vraagt hij dan
Ja eigenlijk wel.
Kom mee zegt hij. We rijden naar hem thuis. Ik stap uit maar aan de voordeur blijf ik staan. Is u mama thuis? Nee
Hij doet de deur open en gaat binnen maar ik kan het niet. Ik durf niet naar binnen gaan. Wacht zegt hij ik ben snel terug.
Hij sluit de deur weer en we laten de auto staan. We stappen verder. Niet ver van waar hij woont zijn bossen. We wandelen nog een beetje verder en aan een bank in het bos stoppen we.
Hij is er heel handig in, in joints rollen.
Na een tijdje kijk ik naar het uur op mijn telefoon. Ik moet bijna naar huis.
Ik schrik want opeens gaat mijn beltoon af.
Ik neem op. Hoi B!
"Ik wou even horen hoe het met je gaat vandaag" wel ok reageer ik, ik zit bij X.
Ben je bij hem thuis vraagt ze?
B en X wonen maar een paar straten van elkaar.
Nee in dat bos daar...
Mag ik komen vraagt ze? Ik twijfel maar ik kan niet echt nog nadenken dus ik zeg ja en leg uit waar we zijn.
Een paar minuten later is ze er al.
Ze ziet het direct aan onze ogen en aan hoe ik reageer. Maar ze is niet kwaad. Het word laat en ik moet eigenlijk naar huis. We stappen naar X thuis maar die mag mij van B niet wegbrengen. Jij bent te stoned om te rijden zegt ze. Ik moet er om lachen. Mijn ma brengt u wel weg zegt ze.
Ik kijk nog even naar X... wacht zeg ik tegen B en ik loop naar hem toe. Ik neem hem vast en geef hem een kus. Tot binnekort zeg ik. Ik laat los en draai me om.
Ik voel nog altijd niks.
Die avond fiets ik naar de dijk. In een lege fles steek ik het briefje dat ik geschreven heb. Wat er precies in stond weet ik niet meer. Alleen het einde...
Tot snel! I love you
Afgelopen weken heb ik vaak aan de dag met X gedacht. Ik heb hem niet meer gezien maar we bellen en smsen vaak.
Hij heeft een opdracht bij een balletcompany in Amsterdam gekregen. Zoals ik al schreef, hij is echt goed.
Hij stuurde onlangs dat hij het voor haar doet. Hij wist hoe graag zij prima ballerina wou worden. Ik hoop dat hij het ook een beetje voor zichzelf doet.
Thuis is het erger dan ooit. Ik ben weer een paar keer niet naar school geweest. In plaats van een brief hadden ze gebeld nu.
School: Strafstudie en leerlingenbegeleiding.
Thuis: 2 weken geen dans, niet weggaan, niets. Mijn gsm moet ik afgeven.
Aan mijn laptop hebben ze gelukkig niet gedacht. Na school en in het weekend zit ik constant op mijn kamer. Af en toe hoor ik geruzie beneden. Soms vraag ik mij af waarom. P zie ik vaak op school en hoewel ik maar al te goed besef dat ik uit zijn buurt zou moeten blijven zoek ik hem toch op. Mijn ouders hebben hem voordien 1 keer gezien. Een tijdje nadat A gestorven is. Zoon van advocaten, mooi groot huis. Alsof alles daarmee gezegd was. 1 van de eerste avonden klopt mijn vader op de deur. U vriendje staat hier, 10 minuten en dan moet hij weg zijn. Ik weet hoe kwaad mijn vader kan worden dus ik loop snel naar beneden. Aan de deur zeg ik hem dat hij niet meer mag komen en dat ik mijn gsm heb moeten afgeven. Ik zie u op school wel zegt hij en hij geeft het zakje wiet waar ik via msn om gevraagd heb.
T is tijd hoor ik mijn vader opeens achter mij zeggen. P vertrekt. Ik ga naar binnen en ik zet mij even in de zetel voor tv.
We zitten te eten. Mijn ouders ik en mijn 2 broers. Ik krijg met moeite iets binnen. Het is stil aan tafel. Ik kijk naar mijn broer en hij lacht geheimzinnig... ik ken hem, hij heeft een plannetje. Ik grijns.
Waarom kijk je zo? vraagt mijn pa opeens.
Oh niks . Ik prik een paar keer in mijn bord maar eet niet verder. Als je graag nog een extra week niks doet moet je vooral zo verder doen zegt mijn pa. Ik zet mij recht, neem mijn bord en ga kwaad naar de keuken. Wat er nog op ligt smijt ik in de vuilbak. Mijn bord vliegt in de spoelbak.
Laat mij gerust zeg ik, en ik verdwijn opnieuw naar mijn kamer. Waarom zeggen ze niks tegen mijn broer?
Ik neem het zakje uit mijn broekzak en ik doe mijn schuif open. Een paar minuten later zet ik mijn raam open en blaas ik de rook weg. Ik denk aan niks meer. Het is te stil. Ipod... oortjes weer in...
They gave me a life that's not so easy to live. And then they sent me on my way.
I left my love and forgot my dreams
I lost them along the way.
Those litlle things you say
When words mean so much
You never back down
And they all shy away
You always listen to me.
And what do I get to get me trough these sleepless nights? And what do I have to hold when no one's there to hold me tight. And what do I see? The only thing that gets me through...
This is what I feel and I feel you...
De hele avond heb ik geblowd. Er ontstaat een ontspannen sfeer. Ik vergeet dat ik bang ben. Het eerste uur ben ik alleen met hem maar daarna komen zijn vrienden toe. Er word niet alleen geblowd maar ik heb niet mee gedaan met de rest.
B heeft al een paar keer gebeld maar ik durf mijn telefoon niet opnemen. Ik sms haar dat ik naar huis ben gegaan. Ze stuurt terug. " hopelijk voel je je snel beter"
Ook naar mijn ouders stuur ik een bericht om te laten weten dat ik niet naar huis kom. Ok stuurt mijn moeder terug. Het boeit hen echt niet denk ik in mezelf.
Ik blijf bij P slapen. We liggen samen op bed. Ik probeer niet te bewegen, ik wil hem niet wakker maken. Veel geslapen heb ik niet. Ik sta zo stil mogelijk recht en ik ga aan zijn bureau zitten. Ik kijk op mijn telefoon. Niks. Ik ben moe. Het is zaterdag dus straks moet ik opnieuw trainen.
Ik open de 1ste lade van zijn bureau en zie een hele hoop rommel. De 2de lade hetzelfde. Ik draai een beetje en open een lade aan de andere kant.
Ik zie het direct. Een paar zakjes. Wat kaarten, een spiegeltje. Ik sluit de lade en ik draai mij om. Hij ligt met zijn gezicht naar de muur te slapen. Ik open de lade opnieuw en stop snel 2 zakjes weg.
Ik loop op mijn tippen de kamer uit.
Als ik beneden kom zitten zijn ouders in de keuken. Ik verschiet omdat ik dat niet verwacht had. Ah zegt zijn vader opeens. Ben jij L? Nee zeg ik snel. Ik moet weg.
Onderweg naar de bus vraag ik mij af wie L is. Heel voorzichtig haal ik de 2 zakjes uit mijn trui en stop ze onderraan in mijn sportzak. Ik ben een uur te vroeg. De deur is nog gesloten. De batterij van mijn ipod is leeg. Na een halfuur komt Q als 1ste aan. Zo, mooi op tijd. Uitgerust? Jaja zeg ik. Alsof hij de donkere kringen onder mijn ogen niet ziet.
Ik stap mee naar binnen. Q steekt de lichten aan. Ik ga mij even opfrissen denk ik en ik vertrek al naar de kleedkamer.
De training gaat traag voorbij. Gelukkig is het niet te intensief. Het laatste halfuur gaan we enkele nieuwe sprongen proberen. Dat doe ik graag. Ik heb ook veel kracht in mijn benen, en ben er dus redelijk goed in. Ik heb van kleinsaf competitie geturnd, ik turn nog maar doordat ik in deze dansgroep ben geraakt een aantal jaar geleden staat dat even op een lager pitje.
Q doet het voor. De eersten die het proberen vallen of geraken niet rond. Het is grappig om te zien. Het is mijn beurt, het lukt van de 1ste keer. Ook mijn volgende pogingen gaan allemaal goed.
Ik sluit de training af met een heel goed gevoel. Aan de deur houd J mij tegen. Knap hoor zegt hij. Je lijkt wel een springveer. Ik glimlach. Maar ik draai mij om. Soms is het moeilijk, zo moeilijk om in zijn buurt te zijn.
De bel gaat. Ik sla mijn map toe en ik stop ze in mijn rugzak. 2u studie omdat de leerkracht afwezig was. Meer dan wat krulletjes op mijn papieren tekenen heb ik niet gedaan. Het was J die bij ons in de klas was om de studie uren te begeleiden. Hij geeft geen theorie, enkel sport maar niet op vrijdagmiddag.
Ik zie hem op school en vaak savonds of in het weekend op trainingen. Er is niks meer gebeurd. na de 1ste training van het seizoen heb ik met hem gepraat, we beseften allebei dat het moest stoppen. Het kon gewoon niet, hij is leraar, trainer, een aantal jaar ouder dan mij.
Het is eind september, de dag van het ongeval komt dichterbij. Wat ik daardoor voel kan ik moeilijk omschrijven. Ik schiet vaak wakker snachts, ik droom ervan. Dromen... het zijn eerder nachtmerries.
Nog steeds rij ik vaak met J mee na school om te repeteren. Ik loop naar de parking en wacht. Meestal duurt het een kwartier voor hij er is dus ik zet muziek op.
Ik zie P naar de parking komen. Hij stapt recht op mij af. Zin om iets te doen vanavond? Ga weg denk ik... ga weg ga weg ga weg. Ik moet dansen zeg ik dan.
Hij stapt weg. Oef. Steeds vaker stuurt hij berichten of zoekt hij mij op school... ik probeer er voor te zorgen dat ik nooit alleen ben.
J is daar en ik stap in. Je ziet bleek zegt hij opeens. Slecht geslapen antwoord ik. Gaat alles wel goed met jou? Natuurlijk.
T is alleen en ik zwijg even. Binnekort is het een jaar geleden dat A... verder kom ik niet. De krop.
Heel even legt hij zijn hand op mijn been.
Denk je er nog vaak aan?
Ja...
Wat denk je van... ik onderbreek hem. Ik wil er liever niet over praten is alles wat ik nog zeg. Dat vreselijk lege gevoel bekruipt mij terug. Ik word misselijk.
Gelukkig zijn we even later waar we moeten zijn. Ik loop snel naar de kleedkamers en doe wat water in mijn gezicht. Stilaan komen de anderen toe en ik kleed mij om. Ik ben als eerste in de zaal. Ik ga in kleermakerszit op de grond zitten en druk mijn knieen tegen de grond. Het doet pijn, maar dat maakt mij niks uit. De training begint. Ik ben nog steeds misselijk, het word erger met elke draai die ik maak. Ik moet de zaal uit denk ik en ik loop naar de kleedkamers. Net op tijd. Na een paar minuten gaat het beter. Ik drink een beetje. Ik ben opgelucht.
B komt binnen. Gaat het vraagt ze? Ja, alleen misselijk zeg ik. Maar t is beter nu.
Zeg jij tegen Q en J dat ik mij ga omkleden? Ik denk dat ik beter niet verderdoe vandaag. Ze loopt terug en ik kleed mij om.
De les is nog bezig en ik kijk nog even mee in deuropening. Dan ga ik naar buiten. De frisse lucht doet enorm veel deugd. Ik herken zijn auto onmiddelijk, ik schrik. Hij stapt uit en staat een paar tellen later bij mij. Kom zegt hij, ga mee. Nee!
Stap in zegt hij nog een keer. Zijn stem klinkt dwingend nu. Ik ben bang, maar ik stap in. We zijn bij hem thuis.
Ik zeg niks.