Inhoud blog
  • 25. WIE SLAAPT ER OP DE BANK?
  • 24. CYRANO
  • 23. HET SPROOKJESCONCERT
  • 22. ROODKAPJE, DE MUSICAL
  • 21. REINAERT DE VOS
    Zoeken in blog

    agenda

    Belangrijke data in mijn agenda

    25 keer applaus...
    een overzicht van 10 jaar op de planken
    29-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.16. EN TOEN WAS ER KALKOEN
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Een nieuw stuk bij Hand in Hand...

    Na drie jaar Ray Cooney was het tijd voor iets anders. Er werd een stuk van Ruud De Ridder gekozen. Regie was voor het eerst in handen van Philippe Hemelsoet, die ik reeds kende van bij De Motoen. Als ik me niet vergis, had ik hem voorgesteld bij het bestuur.

    Er was ook een nieuwe speler bijgekomen: Patrick De Rijck. Hij was van de streek en kende dus het Atoms dialect wel wat. Kon altijd van pas komen, dacht ik. In september was er de rolverdeling en eerste lezing. Ik weet niet meer hoe het origineel in elkaar zat, maar er scheelde wat aan, vond ik. Dus gaf ik een tegenvoorstel. Hierdoor kreeg ik een kleinere, maar voor mij interessantere rol.

    Het stuk ging over een vrouw (gespeeld door Renée) die jaren voor haar oude vader had gezorgd, maar nu die was komen te gaan, had ze haar broers en zussen uitgenodigd op kerstavond, dit tot groot ongenoegen van haar man (Patrick). Gezien wij met onze toneelbond o.a. speelden op Kerstmis, geen oninteressant stuk! De broers en zussen waren stuk voor stuk personages met een eigen uitgesproken karaktertrek: Sofie speelde de jongste, die haar uitbundige Italiaanse echtgenoot (ongewenst) had meegenomen, Norbert was de ziekelijke, Niels de vraatzuchtige, Christel en Karen de excentrieke tweeling en ik was - ondanks mijn nog jeugdige leeftijd, maar goed opgesmukt door Herman - de oudste en meest norse van het gezelschap. Zwartgalligheid in het kwadraat. Cynisch. Kortaf. Een brompot eerste klas. Dokter van beroep. En stiekem gaf ik hem ook een grote appetijt voor korte drank. Heerlijk om te spelen! Ik herinner me een discussie met Robert Kestemont, één van de grote mannen van Hand in Hand. Hij begreep namelijk mijn kledingkeuze niet: ik had gekozen voor een zwarte broek, wit hemd, zwarte stropdas en zwarte overjas. "Dat is hier net of ge moet naar een begrafenis, en 't is een kerstfeest!" Waarop ik hem steevast antwoordde (hij gaf die commentaar namelijk meermaals): "Ja, Robert, maar voor die mens IS dat kerstfeest een begrafenis. Hij is daar niet graag!"

    Ik genoot met volle teugen van deze rol en ook het stuk zelf was best te pruimen. Philippe had zijn vuurdoop bij Hand in Hand netjes doorstaan en wist waarschijnlijk niet dat hij er nog enkele keren ging terugkomen, ook als speler. Ikzelf wist niet dat ik enkele maanden later de handdoek in de ring zou smijten. Tijd voor iets anders.

    10-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.15. KREUPEL EN KAPOT
    September 2009

    Ik weet niet hoe het komt, maar het was nooit in me opgekomen om - gezien mijn liefde voor theater - een opleiding in de Ninoofse academie te volgen. Woord dan, uiteraard. Mijn vrouw echter volgde al enkele jaren de opleiding. Eerst nog Denderhoutem, maar in het schooljaar 2009-2010 volgde ze haar leerkracht Philippe Huyghe naar Ninove. En met ambitie! Ze zou een toneelstuk schrijven én zelf spelen. Hallo, kroket! Het stuk zou gaan over een vrouw die het helemaal niet gemakkelijk heeft. Ze spreekt ook over haar kind die het haar niet gemakkelijk maakt, en een echtgenoot die haar verlaten heeft. Nele zou de twee rollen die het stuk bevatte, op zich nemen: de moeder en het kind.
    Tot het idee rees om ondergetekende ook eens mee te nemen naar die academie. En hey, waarom volgde ik eens geen jaartje de opleiding mee? En waarom, nu ik daar toch was, speelde ik geen rol in dat zelfgeschreven stuk - waar ik nog geen letter van gelezen had nota bene! Z

    Zo gezegd, zo gedaan. Tim schreef zich in, volgde de privélessen van Philippe - mijn vrouw en ik zaten daar met ons tweetjes - en we werkten langzaam aan dat zelfgeschreven stuk van haar. Een zwaar stuk, zo bleek al gauw. Ik zou de rol van kind op mij nemen, en we gaven er een extra dramatiek aan: ik speelde de zoon waarvan de moeder altijd gehoopt had dat het een dochter zou geweest zijn.

    Na enkele maanden lezen en interpreteren en letten op juiste uitspraak, kwam die verrekte datum waarop we het stuk zouden moeten brengen - voor publiek! Voor een jury!! - wel heel dichtbij. Paniek alom bij vrouwlief: wat een hoop tekst! En waar halen we alle rekwisieten? En decorstukken? De zin om het hele project af te blazen was groter dan om het door te laten gaan. Maar gelukkig waren daar de schoonouders: Neles ouders zouden ervoor zorgen dat alles op zijn plek kwam: onze zetel, onze salontafel, onze tv... alles werd voor één voorstelling verhuisd van ons knusse appartement naar het podium van de academie.

    In juni 2010 was het dan zover: de voorstelling van ons stuk. We speelden het in één ruk door, zonder pauze, zonder hapering. Het publiek reageerde verdeeld: sommigen waren ontroerd, want het was een verdomd zwaar stuk. De jury was minder onder de indruk. Zij vroegen zich af of het de eerste keer was dat die jongen (lees: ik) op het podium stond; zo onzeker kwam ik over. Die reactie maakte ons kwaad: snapten ze dan niets van dat stuk? Een kind dat door zijn moeder mishandeld wordt, kan toch nooit relaxed overkomen? We kregen onze (veel te lage) punten, dachten er het onze van en gingen naar huis.

    Een jury die je beoordeelt... ik zou er nooit fan van worden...

    Later bedachten we ons nog een paar keer dat we 'Kreupel en Kapot' misschien wel voor leerlingen uit een hogeschool (de sociale richting weliswaar) konden brengen. Het is er (nog) niet van gekomen... Wie weet?

    08-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.14. VAN DE BRUG AF GEZIEN
    2010 zou voor mijn vrouw en ik een bijzonder jaar worden: we zouden ons ja-woord geven! Ik had het hemelse geluk dat het grootste deel van de voorbereidingen in haar handen lag. Ikzelf moest niet teveel uitsteken. Dat gaf me tijd om nog eens bij De Motoen in Liedekerke te spelen. Daar stond een klassieker van formaat op het programma: "Van de brug af gezien." Een tragisch stuk van meesterschrijver Arthur Miller over de problematiek van migranten in New York in de jaren '50.

    Het stuk handelde over een man en een vrouw die een jonge vrouw in huis hadden: een geadopteerde dochter als het ware. Dan komen er twee illegale bezoekers: twee Italiaanse immigranten, die familie zijn van de vrouw des huizes, die in de haven komen werken. De dochter wordt verliefd op de jongste immigrant. Een sprookjesachtig liefdesverhaal? Niets is minder waar: de man des huizes, die stiekem ziekelijk verliefd is op zijn adoptiedochter, verraadt zijn gasten en geeft hen aan bij de politie.

    Ik speelde de jonge Italiaan Rodolfo die verliefd werd op Catharina, de dochter. Philippe, die ik reeds kende van Jeanne Panne, zou mijn grote broer spelen. Jos Maesschalk, die ook in Jeanne Panne meespeelde, stond in voor de regie. Geen gemakkelijke repetities, want dit was een zwaar dramatisch stuk dat het moest hebben van zijn teksten en spel! Of Jos uiteindelijk het stuk gezien heeft dat hij voor ogen had, weet ik niet meer. Wel weet ik nog dat ik me enorm geamuseerd heb met Philippe. Hij had - naar eigen zeggen- niet zoveel tekst en zat vaak tijdens de voorstellingen kruiswoordraadsels op te lossen. Ikzelf, het groentje, zat dan zenuwachtig te wachten tot het onze beurt was om op te gaan. Vaak stond ik al als een Mad Hatter te springen en te gebaren dat het dringend aan ons was, waarop Philippe steevast fluisterde: "Nog één woordje!"

    Privé ging het ons even minder voor de wind: mijn moeder kreeg op de dag van de generale repetitie, twee hersenbloedingen. Ik liet De Motoen weten dat de kans bestond dat ik niet meespeelde als de toestand van mijn moeder niet verbeterde. Gelukkig was ze de dag erop al beter. Toch was het een beetje vreemd: dit was het eerste toneelstuk dat mijn eigen moeder niet gezien had, en dan nog wel omdat ze in het ziekenhuis lag. De mensen van De Motoen trokken dit toch een beetje recht: ze gaven me een prachtige foto van één van de scènes waarin ik zat als geschenk aan mijn moeder.

    In die dagen echter kreeg ik plots een facebookberichtje van een oude bekende...

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.13. VANAVOND NIET, SCHAT!
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Ergens in het voorjaar van 2009 ging ik met mijn vrouw naar een toneelopvoering kijken in het Vrij Technisch Instituut te Aalst. Ze zouden er 'Alles uit behalve het licht' van Ray Cooney spelen. 'Ze', dat zijn de leerkrachten van dat instituut. "Waaw", dacht ik, "leerkrachten die een schooltoneel spelen..." Ik droomde er al stilletjes van om dat ooit met mijn eigen collega's te mogen doen.

    Het stuk bleek een echte billenkletser. Een bontverkoper bedriegt zijn vrouw al een tijdje en wil zijn minnares een bontmantel cadeau doen. Jammer maar helaas: vrouwlief komt te onpas op de proppen! Aan zijn persoonlijke assistent om de vrouw de tuin om te leiden met heel wat 'bonte' trucs. Persoonsverwisselingen, spitsvondige dialogen en hier en daar wat mimische kolder... wij genoten met volle teugen. Als kersvers bestuurslid van toneelbond Hand in Hand bekeek ik het stuk echter ook op een andere manier: kunnen wij dit spelen? Hebben wij daar het volk voor?
    Ik stelde het stuk voor bij de rest van het bestuur (lees: Herman) die het met argusogen las. Herman stond er nooit voor te springen om een stuk te spelen dat hij zelf nooit gezien had. Toch kreeg ik het vertrouwen en zouden we dat stuk in december van dat jaar op de planken brengen. Regisseur van dienst zou Fons Vinck zijn! Haha! Die goeie, ouwe Fons. Met hem hadden we al wat watertjes doorzwommen met het jeugdtoneel en het klikte zeker.

    De rolverdeling verliep zeer vlot: Dieter en ik zouden de twee hoofdrollen op ons nemen. Dieter de geslepen bedrieger, ik de man die alles zou moeten rechtzetten. De repetities waren ook zeer leuk, hoewel de massa tekst niet voor iedereen even gemakkelijk in te studeren was. Gelukkig zetten we een puike prestatie neer. De drang om terug in het dialect te spelen, werd echter groter. De voorbije twee jaar hadden we in het gekuist Vlaamsch gespeeld, omdat de stukken van Cooney zich daar beter in wentelen. Volgend jaar zou het dus vast en zeker iets anders worden.

    Spannend voorvalletje: toen we onze allerlaatste voorstelling speelden, moest ik, net zoals tijdens de andere voorstellingen, een glas breken 'achter de scène'. Ik gooide een glazen bokaal in een emmer die al wat gevuld was met glas... maar had niet door dat een wegspringend scherfje mijn hand geraakt had. Pas op het podium merkte ik het bloed op. Ik speelde mijn verwonding zo goed als ik kon weg en gelukkig was het dra pauze. Mijn spierwitte broek vertoonde evenwel een bloedrode vlek. Jef, de man van Renée die blijkbaar heel goed met rode vlekken om kon, stortte zich op de broek. Na een kwartier of zo kwam hij terug met de broek en die scheen bijna nagelnieuw. Geen vlek te bekennen, waarvoor nog steeds mijn oprechte dank aan Jef!

    09-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.12. JEANNE PANNE
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Vermoedelijk waren we nog bezig met de voorstellingen  van HOTEL OP STELTEN, toen Louise van toneelgroep De Motoen uit Liedekerke ons contacteerde om nog eens te komen spelen bij hen. Ze zouden JEANNE PANNE spelen, een middeleeuws rechtbankstuk. De veroordeling van de heks Jeanne Panne uit Nieuwpoort. Nele en ik zagen het allebei zitten, hoewel geen van ons wist wat ons te wachten stond. De regie stond in handen van oude bekende Frans Vanderschueren.

    Nele zou de rol spelen van de jonge Jeanne. Eerste struikelblok: Frans had graag gehad dat ze naakt speelde. Dat zagen Nele noch De Motoen echt zitten. Hun publiek was nu wel al wat gewend, maar dit... het concept veranderde naar 'schaars gekleed'. Ikzelf had het voordeel dat ik mocht kiezen: er waren nog twee rollen voor één acteur. De andere rol zou geschrapt worden. Ik koos voor Pieter Jaacs, de dronken visser die 'iets gezien had' en die zou komen getuigen op het proces tegen Jeanne Panne. Een klein rolletje, maar heel plezant om te doen. Aangezien we getuigen waren, bleven we wel een ganse tijd op het podium zitten en moesten we dus 'stil spelen'.  Ik mocht ook pistolets eten tijdens het stuk. Dat waren elke keer van die heel krokante, die het nodige geluid produceerden tijdens ons 'stil spel'.

    Met dit stuk leerde ik ook Philippe kennen. Een geboren Gentenaar, maar al jaren uitgeweken naar Okegem. Ik vond hem een meer dan goeie speler, met een geweldige dosis humor. Met hem zou ik nadien nog een paar keer samenwerken.

    Tijdens de voorstelling moesten Nele en ik ook een dans doen, achter een doek. Daarbij droegen we enkel ons ondergoed, zodat het voor het publiek leek alsof we naakt waren. Een dans. Zowel Nele als ik waren niet bepaald de beste dansers. We waagden ons er echter op en gingen les volgen bij een zekere Marieke. Zij begeleidde ons zo goed (en zo kwaad) mogelijk en uiteindelijk brachten we het er zeker niet slecht vanaf.

    Van dit stuk hebben we nu nog enkele prachtige foto's. Een massascène, waarin Jeanne Panne (magistraal gespeeld door Karin Delil) het volk uitmaakt. Een foto van Nele en ik, dansend achter het doek. Dan nog enkele foto's van ons alleen, in volle doen.

    Het was een leuk stuk om te doen, hoewel het door het publiek niet warm onthaald werd. De groep was ook eens iets 'nieuws' voor ons. Vooral Nele voelde zich er goed. We werden warm onthaald en dat deed deugd. Benieuwd of we hier nog mochten komen spelen...



    01-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.11. HOTEL OP STELTEN
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Juni 2008

    De geslaagde jeugdvoorstellingen waren net achter de rug, of er wachtte ons al weer een nieuw speeljaar... De vergadering die daar aan vooraf ging, liep echter niet van een leien dakje.

    Het nieuwe stuk zou voorgesteld worden en de spelers die erin zouden meespelen, zouden bekend gemaakt worden. Als kersvers bestuurslid wist ik al dat de hoofdrollen voor mij en Danny zouden zijn, net als het jaar ervoor met FAMILIETREKJES. Er was echter iets vervelends bijgekomen: de voorzitter opende immers de vergadering met de mededeling dat in de statuten van ons aller toneelbond stond dat mensen met een politiek mandaat geen spelende rol mochten hebben in een productie van Hand in Hand. Zodoende mocht Sofie, die toen politiek vrij actief was in Haaltert, geen rol krijgen en dit in tegenspraak met wat we op de bestuursvergadering enkele dagen ervoor hadden afgesproken. Onze secretaris, Marc, wist niet wat hij hoorde en zei dat als wij ons zouden houden aan een oeroud statuut, hij zijn ontslag zou nemen. En zo gebeurde. Marc stapte na enkele rake woorden op. Sofie trouwens ook.
    Ik werd snelsnel opgetrommeld als nieuwe secretaris en maakte het verslag van de overigens rustige vergadering. Echter, er hing een sfeer die niet leuk te noemen viel.

    Eind augustus begonnen we met repeteren. Regisseur van dienst was Nelly, die me vier jaar ervoor mijn eerste stappen op een podium had zien zetten. Nu stond ik vier jaar en tien stukken verder, maar er was meer veranderd: Nelly gedroeg zich baziger, excentrieker, veeleisender. Ze wilde een draaideur in de zaal. En een lift. Dingen die wij als 'simpele' toneelbond niet meteen zagen zitten, hoewel we in het verleden al hadden getoond dat we qua decor voor weinig schrokken. Ik schrijf 'we', maar eigenlijk had ik niets met dat decor te maken. Het decor was steeds het product van manusje-doet-al Herman, zijn broer en zijn neef. Daar kwam af en toe wel een lid bij helpen, maar die drie konden echter jaar na jaar een prachtige scène op het podium toveren.

    Ook Danny, mijn tegenspeler, was veranderd. Hij gedroeg zich meer 'uit de hoogte'. Hij was ook helemaal niet akkoord dat we Sofie desondanks toch een rol gegeven hadden. Sofie had het echter steeds heel druk,en kwam zeer vaak niet opdagen tijdens de repetities. Haar rol was dan wel miniem, maar toch... En toen, ergens in september, ontplofte de bom: Danny had zelf een vervangster mee voor Sofie. Ik als bestuurslid kon hier niet mee akkoord gaan; ik wist immers van niks. Danny zei dat hij dit met de voorzitter had besproken en dat deze akkoord was. Ik kon dit moeilijk geloven. Van het één kwam het ander en voor we 't goed en wel beseften, had ook Danny de handdoek in de ring gegooid, na enkele stevige woordenwisselingen natuurlijk.

    Dat was, hoe je het ook draaide of keerde, een groot verlies voor 'den toneelbond'. Danny was en bleef een meer dan begenadigd speler. Er moest dus dringend een vervanger gezocht en gevonden worden. Er werd gebeld, gemaild, terug gebeld... Sneller dan verwacht kregen we goed nieuws: Norbert zou Danny vervangen. Ik kende Norbert van haar noch pluimen, maar we wisten dat we er het beste moesten  van maken. De repetities die volgden; waren niet van de gemakkelijkste. Nelly maakte het ons (mij) niet gemakkelijk en speelde bijna alles letterlijk voor, iets waar menig speler de kriebels van kreeg.

    Toch slaagden we erin om er een leuke voorstelling van te maken. Nele, mijn vrouw, speelde ook mee. Een kleine rol, maar het was zeer leuk om met haar samen op het podium te staan (ze speelde immers mijn minnares). Maar... we voelden allemaal dat het niet meer was zoals vroeger: er was teveel gebeurd dit seizoen: Marc en Danny weg. Sofie (terecht?) misnoegd. De repetities die niet geweldig verlopen waren... Het aantal kijklustigen was ook gedaald. Was dit het begin van het verval van de grote toneelbond uit Denderhoutem? Het was een vraag waar ik niet wilde aan denken.

    11-06-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.10. EEN SCHNAPS TEVEEL
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Mei 2008

    Een drukke maand, mag je wel zeggen. Net nadat ik ALLADIN, DE MUSICAL achter de kiezen had, moest ik optreden bij... het jeugdtoneel van Hand in Hand.

    Daar speelden ze voor het tweede jaar op rij een drieluik: drie kortere stukjes, drie totaal verschillende genres, drie verschillende casts. Ik speelde mee in het laatste stuk: EEN SCHNAPS TEVEEL, een klucht van Fons Vinck, geregisseerd door hemzelve. Het ging hier over het vervolg op DE NIEUWE DIRECTEUR, een blijspel over een groepje ambtenaren met hun probleempjes. Het stuk deed zwaar denken aan de geweldige serie 'De Collega's'. Nu speelden we dus de opvolger.

    Het stuk ging over het groepje ambtenaren dat op reis ging naar Tirol. Ik speelde de rol van Louis, de buschauffeur die hen naar hun bestemming bracht. Het had allemaal weinig om het lijf, en ik herinner me dat ik me vooral zeer oud voelde tussen dat jong geweld op het podium. Voor de rest stuk voor stuk goeie spelers, en de sfeer was geweldig. Maar toch: ik was 'al' 24 tussen een hoop tieners en dat voel je ergens.

    Achter de schermen werd er echter hard gewerkt: de volwassenen die in december jaarlijks aantraden, kwamen hier een tandje bijsteken. Mooi was dat. Op het moment dat ik dit typ, vernam ik net dat Robert Kestemont, een mijlpaal in de geschiedenis van de toneelbond, net overleden is. Met hem heb ik mooie momenten op en naast het podium mogen hebben. Ik was een jonge ket, hij een ervaren rot... maar zijn bescheidenheid sierde hem. Nergens of nooit heb ik hem horen zeggen dat hij met zijn ervaring zoveel beter zou zijn. Hij was rechtuit, eerlijk, amusant. Merci, Robert.



    22-05-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.9. ALLADIN, DE MUSICAL
    Klik op de afbeelding om de link te volgen September 2007.

    We waren nog niet zo lang bezig met FAMILIETREKJES, of ik ging terug (eindelijk) naar Mariakerke, waar de audities zouden plaatsvinden voor de nieuwe musical van Event-Team vzw: ALLADIN. Hier had ik al een tijdje naar uitgekeken. De eerste ronde was ik goed doorgekomen, en ik mocht terugkeren omdat ik één van de kandidaten was voor één van de meest gegeerde musicalrollen: de Geest. Wie kent hem niet? Rad van tong, grappig, showbeest. Dit was het moment om mezelf te bewijzen. 

    Helaas... de wekker had zijn werk niet goed gedaan en dus ging ik overhaast naar Mariakerke. Ik ging de auditieronde net halen. Jammer genoeg niet zo goed voorbereid, en de stem was allesbehalve klaarwakker. Ik zong het lied en speelde de opgelegde scène zo goed als ik kon. Ze zouden me nog iets laten weten. 

    Enkele dagen later - het was een vrijdag - kreeg ik thuis bezoek van enkele goede vrienden. Zij kwamen eten ter gelegenheid van mijn verjaardag. Mijn ouders hadden mosselen klaar gemaakt. Ik was nerveus, maar niet voor het bezoek. Ik zou die dag - of ten laatste de dag nadien - te weten komen of ik de rol van de Geest had of niet. Tussen de gerechten door even facebook checken... een koude douche werd het: Olivier liet me kort weten dat ik de rol niet zou hebben. Waarschijnlijk wel een dubbelrol als marktkoopman en één van de drie prinsen die prinses Yasmine tevergeefs de hand zou komen vragen. Diep teleurgesteld probeerde ik de avond door te komen. 

    De weken en maanden nadien kon ik weliswaar genieten van de repetities voor FAMILIETREKJES, maar bij Event-Team was de lol er voor mij een beetje af. De rollen van marktkoopman en prins waren wel leuk om te doen, maar ergens voelde ik toch de koude steek van jaloezie tegenover hij die de rol van de Geest bemachtigd had. Ik had hem nog nooit gezien. Ik wist alleen dat hij Simon heette. Ik ging ook niet meer naar de musicallessen, dus de klik met andere spelers was er amper. 

    In januari 2008 echter, kreeg ik de onverwachte vraag van Olivier of ik toch nog auditie wilde doen voor de rol van Sultan. Er was tot op heden niemand gevonden om die rol te spelen. Ik? De Sultan? Was die niet klein? Dik? Oud? En ik was tamelijk groot. Slank als een riet. En ik voelde me nog piepjong. Volgens Ann Van Kerschaver, die de rol van Layali, moeder van Alladin, speelde en die ik al kende van bij HET ONEINDIGE VERHAAL, zou ik die rol toch aankunnen. Ik deed de auditie, samen met Chloé, die prinses Yasmine zou spelen. Er was zowaar een klik. Het nummer dat we samen moesten zingen, was aarstmoeilijk, maar kwam nog behoorlijk uit mijn strot. Niet veel later kreeg ik het bericht dat ik de rol kreeg. Mijn dubbelrol werd gesplitst en de rollen werden doorgegeven aan twee andere getalenteerde jonge mannen. Het was nu aan de kostuumploeg en het grimeteam om van mij een ouwe, ronde sultan te maken. 

    In mei gingen we in première. Simon, op wie ik zo jaloers was geweest, speelde de rol van Geest meesterlijk. Geen wonder dat hij de rol gekregen had; hij was écht goed.  Ik had de rol van Sultan gekneed en naar mijn stem en lichaam gezet. Zalig om te doen. Hele leuke scènes mogen spelen met Chloé en Ben, die Kaifas, de slechterik speelde. En voor het eerst in mijn leven een recensie over mij op een musicalwebsite:
    http://www.musicalworld.nl/artikel/alladin_vol_pracht_en_praal

    Genieten was het! Na de voorstellingen wisten we al wat het volgende jaar zou worden: REPELSTEELTJE. Ik had zelf het gevoel dat het welletjes was geweest. Misschien was musical toch niet zo mijn ding. En REPELSTEELTJE vond ik qua verhaal niet zo bijzonder. Dus neen, geen musical voor mij in 2009. Er waren wellicht andere paden om te bewandelen.... 

    Bijlagen:
    alladin1.jpg (5.4 KB)   


    26-04-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.8. FAMILIETREKJES
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Eind augustus 2007...

    Hier zaten we weer, in onze vertrouwde zaal Hand in Hand. Klaar voor de ledenvergadering met aankondiging van en kennismaking met het nieuwe stuk en de nieuwe regisseur. Deze keer geen volkse komedie, maar een Engelse billenkletser van Ray Cooney. De naam zei me toen nog niks, maar zou ik in de loop van de jaren nog een aantal keer tegenkomen.  De voorzitter, Herman, nam het woord. Hij legde het stuk uit. Ik zag niet meteen een rol voor mij. Of toch: de buitenechtelijke zoon. Maar die rol bleek voor Niels te zijn. De agent dan? Neen, dat was Willem. De jonge dokter? Dat was een rol voor Dieter. Bleven er nog twee rollen over. Dé twee hoofdrollen in het stuk. Bleven er ook nog twee spelers over: Danny en ik. Danny was (en is) een zeer goed theaterspeler, met een ongelooflijk gevoel voor timing en humor. Zijn gay-kant nam je er graag bij. Zijn oneliners ook. Zo herinner ik me elke eerste repetitie, waarbij Danny steevast vroeg: "Wanneer leren we groeten?"

    De twee hoofdrollen waren dus voor ons. Bij de eerste lezing was ik twee minuten te laat. De regisseur, Chris Desaveur, was een strenge man en hij wilde dan ook stiptheid bij alle spelers. Eerste foutje dus. Het werd al snel duidelijk dat dit stuk beter ook in het dialect zou gespeeld worden. Het maakte het allemaal wat sappiger. De humor was van een heel andere soort dan die die ik gewend was. Sneller, spitsiger. Heel leuk om te doen.

    Na een tijdje te repeteren, drong het tot me door wat voor een grote rol dit wel was: in het eerste deel ging ik geen enkele keer van het podium! Het was zweten op teksten instuderen, maar dat ging toen allemaal heel vlot. Het spelen met Danny was ook een plezier, maar zeker ook met de anderen: Renée, Dieter, Willem, Sofie, Niels... het was een bont allegaartje maar vooral een toffe bende. Het decor kwam stilaan tot stand; er zaten enkele leuke visuele gags in... dit zou zeker en vast een klassieker worden. 

    Voor één iemand werd het een emotionele rollercoaster: Willy Provost. De laatste van de stichters, zou zijn allerlaatste voorstelling spelen. Hij speelde mr. Lesly, een oude patiënt die af en toe in de war was en vooral over het podium moest 'racen' met zijn rolstoel.

    Bij de allerlaatste voorstelling gaf hij een emotionele afscheidsspeech voor zijn 'Atom'. Met een allesbetekenende kus op het podium zei hij het toneel vaarwel. Het raakte iedereen. Willy was een keikop, had het voorzitterschap een paar jaar ervoor opgegeven maar hield achter de schermen nog enkele touwtjes stevig in handen. Als Willy sprak, zweeg de rest. Zo was dat. Puur uit respect voor die man. Het was de man die ook zei dat je werk nog steeds moest voorgaan op de hobby, hoe mooi die hobby ook was. "Eerst je boterham verdienen!" zei hij.  't Is iemand die ik niet snel zou vergeten...


    30-03-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.7. HET ONEINDIGE VERHAAL
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    "Je stoort me bij m'n wetenschappelijk werk!"

    Het was één van mijn eerste zinnen op de planken in Evergem. De musical "HET ONEINDIGE VERHAAL", geschreven door Jos Dom met muziek van Stefan Van Guyse, was voor mij de kennismaking met musical. Ik moest zowaar zingen in dat stuk, én dansen! Zang werd ons aangeleerd door Helena Maes, de danspasjes werden met een engelengeduld aangebracht door Sanne Maesen. Regie was in handen van Olivier De Meyer. Je voelde meteen de sterkte van deze vzw: jeugd! Hier zaten geen oude knarren achter de knoppen, maar een jong gedreven team.

    "HET ONEINDIGE VERHAAL" was gebaseerd op het Duitse gelijknamige boek van Michael Ende en was zelfs al verfilmd door Wolfgang Petersen. Ik had de film én het boek ontleend om me zo goed mogelijk voor te bereiden op mijn rol: professor Engywoeck. Wetenschapper van het eerste uur. Bestudeerde al jaar en dag het Zuidelijk Orakel. Getrouwd met Oergl, een kruidenvrouwtje met meer haar op haar tanden dan ik op... nu ja, op mijn borst, zal ik maar zeggen. Oergl werd gespeeld door Peggy, en die twee karaktertjes lagen vrij dicht bij elkaar. Ze was klein van gestalte, maar liet zich door niemand doen!

    Repetities voor de musical lagen altijd in de vakanties, hetgeen voor mij als onderwijzer zalig was. We repeteerden bijna altijd volledige dagen, en daardoor was het aantal repetities vrij beperkt. De première naderde als een sneltrein en de zenuwen gierden door ons aller lijf. Het decor bestond voornamelijk uit zetstukken op wieltjes, die heel snel af en aan moesten gereden worden, maar de technische repetities vooraf wierpen hun vruchten af. Hier stond een geoliede machine op de bühne. Peggy en ik hadden slechts één scène in de ganse musical, maar wel een tamelijk lange. Onze tegenspeler was Braam Verreth, die later zou bekend worden als Franky uit Thuis. Braam speelde hier Atréjoe, het hoofdpersonage die op zoek moest gaan naar een geneesmiddel voor de Kleine Keizerin. Er zaten wel andere leuke mensen in de cast. Ben, die mijn vader kon zijn, maar met datzelfde Urbanusgevoel voor humor als ik. Hannes, die in zijn Gmork-pak nog imposanter leek dan hij al was. Dries De Vis, , die het jaar ervoor nog de hoofdrol had gespeeld in Pinokkio van Studio100. Allemaal klasbakken, en daar mocht ik deel van uitmaken. Het leek wel een droom. Dit alles werd geruggesteund door een backstageploeg die wel allemaal familie van elkaar leek. Dat was ook het overheersende gevoel bij Event-Team: je leek in één grote familie terecht te komen. Het feit dat niet alleen Oliviers ouders, maar ook zijn grootouders achter de schermen meedraaiden, deed dat gevoel alleen maar groeien. Je sprak die mensen gewoon aan met Parrain of Marrainneke... zalig gewoon!

    Concentratie was natuurlijk een woord dat hoog in het vaandel moest gedragen worden. Olivier was (en is) een perfectionist en eist dat ook van zijn medewerkers en cast. Ikzelf zou het mezelf nooit vergeven één foutje te maken op het podium... maar helaas... niemand is perfect. Tijdens één van de voorstellingen was de pauze net gedaan maar zat ondergetekende nog op het toilet. Ik hoorde de muziek starten en wist dat ik eigenlijk op het podium moest staan om nog één zin te roepen. De zin is die dag nooit uitgesproken geweest... Op dat moment sterf je natuurlijk een beetje.

    Toen het hele ONEINDIGE VERHAAL toch eindig bleek te zijn, keken we met de ganse groep uit naar de bekendmaking van de musical voor 2008. Olivier had ons lang in spanning laten wachten... het zou ALLADIN worden. Mijn toneelhartje ging als een razende te keer... ALLADIN, dat was een kleine droom! En vooral één rol... die van de Geest natuurlijk. Ik kende dat typetje uit de Disneyfilm los uit mijn hoofd... Ik wist dat ik ze bij de audities in september eens iets zou laten zien... Die rol zou voor mij zijn. En voor niemand anders!


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.6. HET GEBROED ONDER DE MAAN
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Ergens in januari 2007 kreeg ik telefoon van een zekere Louise. Louise was voorzitster van toneelgezelschap De Motoen in Liedekerke en ze zaten daar met een probleem: ze vonden geen Pool. 't Is te zeggen: ze vonden geen acteur om de rol van de Pool te spelen. Ik had niets in de weg, de repetitiedagen lagen helemaal niet gelijk met die van de musical, dus ik kon gerust meespelen. Ik kende De Motoen totaal niet en wist dus ook niet welk repertoire zij hadden.

    "HET GEBROED ONDER DE MAAN" was een grauw stuk. Het speelde zich af in een donkerbruine kroeg annex bordeel, waar mannen, die op hun trein moesten wachten, hun lusten konden botvieren op Pakita of de veel mooiere Prinses. Prinses was de mooiste hoer van het café, uitgebaat door de Patron en Cricri. Zij zat echter vast in het web van Roland, haar pooier. Het werk deed ze allerminst graag. En daar kwam ik dan op de proppen: de Pool, een vetzak met veel geld, en hij zou Prinses vrijkopen. Klein detail: ik sprak geen woord Nederlands. Het was een gebral dat nog het meest leek op Duits. Een kleine rol, maar één om grote ogen bij op te trekken.

    De regisseur, Frans Vanderschueren, was een man die ik niet snel zal vergeten. Bij mijn eerste repetitie, ergens in een turnzaaltje in Liedekerke, zette ik vijf stappen op het podium en hij stuurde me al terug af. "Gij denkt zeker ook dat ge kunt toneelspelen?" Was zijn eerste vraag. "Alles wat ge tot nu toe geleerd hebt, moet ge vergeten." Dat was zijn tweede binnenkopper. Ik was er 'effenaf' niet goed van. Daar waar ik de voorbije vijf stukken bijna de hemel ingeprezen werd om wat ik deed, was ik nu een nietsnut. Ik kon niet toneelspelen. Alle zekerheden vielen weg.

    Frans was echter een doorzetter, en we kneedden samen aan de rol van de Pool. De Pool was een maniak, en elk moment dat hij Prinses zag, wou hij erop. Dat moest duidelijk zijn. Goeie afspraken maken met Evi, die de rol van Prinses op zich nam, was de boodschap. Half-Duits spreken is één ding, aan iemands lijf zitten een tweede zaak. Evi mocht er zeker zijn, maar we kenden elkaar nauwelijks. Toch kwam ook dat goed.

    Derde moeilijkheid: sterven. Op het einde van het stuk kwam de Pool in gevecht met Roland, de pooier. Vechten is al een choreografie op zich, sterven is nog een pak moeilijker. De eerste keer dat ik me op de grond wierp, was een fiasco. "Ge gaat uzelf pijn doen." Zei Frans. Traag op de knieën, en dan rustig neervallen. En dan nog een kwartier doodstil blijven liggen, want het stuk was nog niet gedaan. Niet simpel, als je net gevochten hebt.

    Het werd uiteindelijk een heel mooi stuk, vond ik zelf. Hier zaten spelers tussen van een ander niveau, voelde ik, maar het voelde niet slecht. Hier zou ik nog iets kunnen leren! Ik dacht bij mezelf dat ze mij hier zeker zouden terugzien.



    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.5. HET DORPSPLEIN, VIJF JAAR LATER...
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Begin september 2006 begonnen de repetities voor een nieuw volks stuk, opnieuw van de hand van René Gijbels: "HET DORPSPLEIN, VIJF JAAR LATER". Het was het vervolg op "HET DORPSPLEIN", een stuk dat Hand in Hand een aantal jaar terug had gespeeld voor zeven bomvolle zalen. Een grote cast opnieuw.

    Ik zou de rol krijgen van Polleke, de zoon die voortkwam uit de buitenechtelijke relatie tussen de cafébazin en de slager. Die rol werd vijf jaar geleden gespeeld door Koen Vijverman, maar door zijn professionele carrière kon hij deze rol niet meer spelen. Het bestuur vond dat ik zijn plaats dan maar moest innemen. Misschien wel ondankbaar, maar ik was vereerd dat ik zo'n belangrijke rol kreeg. Ook Nele, mijn vriendin, kreeg een rol. Zij moest mij komen 'verleiden' (lees: overtuigen om opnieuw te gaan studeren in plaats van ganser dagen in de beenhouwerij te werken). Sofie, de zus van Dieter, speelde mijn vrouw: Polinneke. Dieter zelf speelde de facteur.

    Ook deze keer werd het een voltreffer, en we amuseerden ons op de planken. Ik herinner me nog levendig de scène die ik had met Robert en Willy. Zij waren de twee ouwe rotten waarvoor gans 'Atom' zijn woonkamer verliet. De ene speelde mijn vader, de andere dacht dat hij mijn vader was. Memorabele momenten, vooral omdat geen van beide nog echt tekstvast was en ik dus de teksten van drie spelers moest memoriseren. Spannend, maar o zo leuk. Ook de scènes met de koster, gespeeld door Danny, waren hilarisch.

    Wel herinner ik me ook dat we nooit helemaal voltallig waren tijdens de repetities, en altijd moest er wel iemand vervangen worden. Zenuwslopend, maar uiteindelijk viel alles in de plooi en brachten we het er goed van af.

    Het moet in die periode geweest zijn dat ik dacht dat ik voor altijd in Denderhoutem zou blijven. Een nieuwe thuisbasis. Ik zou er kunnen gaan wonen. Het was een levendig dorp, met hele leuke mensen en tal van activiteiten het hele jaar door. Er was niet alleen het toneel, maar ook Driekoningen werd er enorm gevierd. Ik deed er dan ook, samen met Nele en mijn schoonouders, aan mee en ik merkte op dat de mensen me begonnen te herkennen. "Zijt gij niet die van toneel?" Vroegen ze dan. Dat was leuk: herkend worden.

    Ik had ook al gezegd dat ik niet zou kunnen meewerken aan het jeugdtoneel, omdat die speelperiode ongeveer gelijk zou lopen met de speelperiode van de musical. Er werd raar opgekeken bij het woord musical, en zeker toen ik zei dat ik die in Evergem zou spelen. Waarom ging Tim het zo ver zoeken? Nu ja, ik was jong en ik wilde wat.

    Ik wist echter niet dat mijn volgende rol niet in Evergem zou zijn... maar in het veel nabijere Liedekerke...


    19-03-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een spannende zomer...

    In de zomer van 2006...

    Mijn eerste zomer intersocvakantie, als begeleider van een hoopje tieners in het zonnige en autovrije Wengen te Zwitserland... Ik kan er me eerlijk gezegd weinig van herinneren. Ik weet zelfs niet of ik toen al een stapje op het podium zette daar. Dat zou dan mijn eerste buitenlands optreden geweest zijn, maar ik vermoed dat ik dat gehouden heb tot het jaar erop, in Sankt-Moritz.

    Diezelfde zomer zat ik thuis wat te snuisteren op het internet, en ben ik gebotst op een auditie-oproep van een musicalgroep uit het Gentse: Event-Team vzw... Enkele klikken verder zat ik op de website van diezelfde vzw en las ik de nodige info. Geleid door een jonge kerel, Olivier De Meyer genoemd. Al wat musicals gespeeld, de laatste was er eentje gebaseerd op het Annie-verhaal. 'Zweven' was de titel. Nu zochten ze acteurs en actrices van alle leeftijden voor hun nieuwste musicalavontuur: Het Oneindige Verhaal, naar het boek van Michael Ende en geschreven door Jos Dom.

    Zou ik dat kunnen? Ik wist het niet... In de hoeken van mijn kamer moeten wel wat hoopjes moed gelegen hebben, want ik raapte ze allemaal bijeen en ik had genoeg om me in te schrijven voor die auditierondes. Na een tijdje kreeg ik een mail met de nodige gegevens: een tekst om in te studeren, een liedje om uit het hoofd te leren - ik moest echter ook wel een zelfgekozen lied ten berde brengen - en een uur en plaats waar ik zijn moest. Het moet ergens in augustus 2006 geweest zijn.

    Die bewuste dag ging ik erheen. Ik droeg mijn bruine hoed, die ik het jaar ervoor op mijn 21e verjaardag gekregen had van mijn beste vrienden. Er waren veel kandidaten, daar in die school in Mariakerke nabij Gent. We zaten in een turnzaal, op van die lage zweedse banken, en vooraan stonden enkele tafels met daarachter 'de jury', waaronder diezelfde Olivier De Meyer, voorzitter van dit alles.

    Eerst moesten we ons zelfgekozen liedje zingen. Ik had gekozen voor 'Een band', een liedje uit de musical Pippi Langkous. Lekker swingend, lichtjes rock and roll erin... Geen idee of het juist gezongen was of niet, maar ik zag toch geen van pijn vertrokken gezichten achter de jurytafel. Nadien moesten we de ingeoefende scène spelen, met een voor ons aangeduide tegenspeelster. Bij mij was dat Peggy, een dame die al had meegespeeld bij deze groep in het vorige stuk, en bij wie ik het vreemde gevoel had van: 'Dit zou misschien wel kunnen klikken.' Het klikte ook tijdens de auditie, maar of Olivier dit had gemerkt en of het wel ruim voldoende was, wisten we niet. We mochten naar huis - na eerst gefotografeerd te worden - en moesten afwachten...

    Ik weet niet hoeveel later er dat bevrijdende mailtje in mijn inbox zat, maar ik weet wel dat er diezelfde avond een multicultureel feestje op het Kerkplein van Ninove was, en dat ik daar op een wolk liep: ik had een rol bemachtigd in de musical Het Oneindige Verhaal ('welke?' 'waarover gaat die?' 'wie?'). Een musical! Ik! Ik was dolblij en keek al uit naar de eerste repetities, die in de herfstvakantie zouden plaatsvinden.

    Eerst zou ik waarschijnlijk nog meespelen bij het 'groot toneel' van Hand in Hand, maar daar wist ik nog niet welk stuk ze gingen spelen en welke rol ik daarin zou krijgen. Als er al een rol zou zijn, tenminste...

    Ook hier was wachten de boodschap.



    16-03-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.4. DE HEILIGE BRON
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
     Auteur Fons Vinck
     Regie Fons Vinck & Eddy Cassiman
     Speeldata mei 2006
     Rol Kapitala
     Productie Jeugdatelier Hand in Hand
     Plaats Zaal Hand in Hand Denderhoutem

    ZEGEN DER JAREN was nog niet goed afgesloten, of een nieuw jeugdtoneelstuk drong zich op: DE HEILIGE BRON. Opnieuw van en met Fons Vinck. Deze keer kwamen ze met de rol van slechterik pur sang op de proppen. Een nieuwe uitdaging voor mezelf, moest ik zeggen.

    Ook deze keer kon ik samen met Nele op de planken staan. Zij speelde in het begin van het stuk mijn 'partner in crime', maar naar het einde toe keerde ze 180 graden en werd ze mijn tegenstander. Persoonlijk vond ik het een moeilijk begrijpbaar stuk om als 'jeugdtoneel' op te voeren en vroeg ik me af in hoeverre de kleine kindjes, die meededen, het stuk zelf goed begrepen... Nieuw voor mij was dat ook mijn eigenste broer Jente zijn eerste stappen op het podium waagde. Hij was toen 11 jaar oud. Geen van ons wist dat hij het 6 jaar later nog eens zou wagen en dat ik, als zijn 'grote' broer, me geweldig zou amuseren met wat hij toen zou uitsteken op de bühne.

    De slechterik spelen was leuk, maar gaf toch een ander gevoel dan bij 'de goeierd' of 'de komiek'... Bij het applaus hoort dan blijkbaar een soort van boe-geroep. Het was ook het eerste toneelstuk waar ik iets zong op het einde, en waarvan een oud-leerkracht me nadien zei: "En blijkbaar kan jij nog zingen ook!" Was het die opmerking, was het de muziek... was het een combinatie van beiden of ik weet niet wat, maar blijkbaar moet iets er me toe aangezet hebben om op zoek te gaan naar 'meer dan theater'... iets met zang... musical dan maar?

    De zomer zou klaarheid brengen...


    15-03-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.3. ZEGEN DER JAREN (1)
    Eind augustus 2005...

    Vergadering van toneelbond Hand in Hand. Voorstelling van het nieuwe stuk dat opnieuw rond de kerstperiode zou gespeeld worden. "ZEGEN DER JAREN" was de titel, een volks stuk van René Gijbels over de perikelen in een rusthuis. Gezien de gemiddelde leeftijd van de spelers van Hand in Hand was dat geen onlogische keuze.

    De regisseur, Fernand Neerman, stelde zichzelf en het stuk voor en ging dan over naar de rolverdeling. Heel wat volk, maar helaas geen volwaardige rol voor mezelf. Ook niet voor Dieter. We konden wel de cast aanvullen als jonge verplegers en ik was tevreden dat ik toch nog kon meedoen. Ergens zal het wel minder goed aangevoeld hebben, maar goed, ik had al geluk gehad met twee mooie rollen bij het volwassen en het jeugdtoneel.

    De repetities waren nog niet goed gestart, of Danny, die het jaar ervoor nog de glansrol van Silvester op zich had genomen en nu één van de bewoners in het rusthuis zou spelen, moest forfait geven wegens ziekte. Niet zomaar een verkoudheid of een late griep, maar toch iets serieuzer en hij gaf, om het met dezelfde theatertermen te zeggen, 'zijn brochure binnen'. Er moest dus een vervanger gezocht worden en om de één of andere redenen vroeg men het aan mij. Moest ik als 21-jarige een 70-plusser spelen? Kon ik dat wel? Zou het publiek dat geloven? Het werd onder de andere toneelspelers ook wel argwanend besproken, maar ik kreeg het voordeel van de twijfel.

    Ik probeerde mijn best te doen: veranderde van houding, bewoog schoorvoetend over het podium, paste mijn stem aan alsof het een oude roestbak was en repeteerde alsof het een lieve lust was. Charelke, de gepensioneerde warme bakker, zou mijn derde rol worden en het zou toch weer een memorabele worden.

    Ondertussen liep mijn liefdesleven ook wel op rozen: mijn relatie met Nele bleef aanhouden en - hoezee! - ze deed ook mee in het stuk, weliswaar als figurante (de sexy verpleegster waar de oude 'mannekes' meer dan één oog lieten op vallen), maar het was wel leuk om terug samen op de planken te staan.

    Weken verstreken, en de premièredatum was in zicht... het publiek moest zijn kritische blik nog werpen op deze jonge gast die een ouwe knar zou gaan spelen op een zo geloofwaardig mogelijke manier...

     



    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.3. ZEGEN DER JAREN (2)
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    Auteur
    René Gijbels
     Regie  Fernand Neerman
     Speeldata  december 2005
     Rol Charles
     Productie Toneelbond Hand in Hand
     Plaats  Zaal Hand in Hand Denderhoutem

    Première van het stuk. Een kwartier voor aanvang. Ik zat op een stoel op het podium. De stoel waar ik moest opzitten als het doek zou opengaan. Van ver zou je zeggen dat daar een oude brompot zat, want de grime was uitermate goed gelukt. Daarvoor was het genie en manusje-doet-alles van de toneelbond, Herman De Troyer, verantwoordelijk.

    Bij mij aan tafel zaten Jo, een jonge snaak van het jeugdtoneel die mijn rol van verpleger overgenomen had. Ook Nele, mijn vriendin, zat erbij. We zaten te kaarten, maar mijn concentratie zat ergens anders. Hoe zou het publiek reageren?

    Diezelfde avond, een paar uur later, was het stuk gepasseerd en werd er met complimentjes gestrooid naar de voltallige cast. Terecht, want het stuk was, ondanks zijn trage tempo, een schot in de roos. Eén van de toeschouwers was Paul Cieters, een gerenommeerd Ninoofs toneelregisseur. Hij was 15 jaar lang huisregisseur geweest van Hand in Hand en had er talrijke successen op zijn naam staan. De leeftijd had hem echter parten gespeeld en hij was al een tijdje geen regisseur meer bij ons. Paul stond erom gekend enorm kritisch te zijn tegenover deze toneelbende. Ik wist dat hij er was en keek enkele malen vanuit mijn ooghoeken naar hem.

    Had ik dat goed gezien? Wenkte hij me? Oei, dat wordt niks, dacht ik. Die breekt mijn rol af tot op de grond. Niets was minder waar... Paul keek me aan en sprak met diepe stem: "Ik vond uw inleving zeer goed. Ik heb u geloofd. Je bleef de hele tijd datzelfde oude ventje. Proficiat." Het waren de eerste woorden van een, voor mij, grote meneer. Op dat moment wist ik niet dat ik het geluk zou hebben dat er nog veel grote meneren zouden passeren...



    13-03-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.2. GEESTEN IN HET KASTEEL (1)
    Klik op de afbeelding om de link te volgen
    Auteur  Fons Vinck 
     Regie Fons Vinck & Eddy Cassiman 
     Speeldata mei 2005
     Rol Filemon, de butler 
     productie Hand in Hand Denderhoutem 
     plaats zaal Hand in Hand 

    Minder dan een maand na de laatste voorstelling van LIEVE SILVESTER, werd ik opnieuw gecontacteerd door het bestuur van toneelbond Hand in Hand Denderhoutem. Hun jeugdvoorstelling van oktober was zo goed meegevallen, dat ze meteen een tweede stuk wilden brengen, maar dan wel in de maand mei. En of ik bereid was om mee te doen. "Ben ik nog jeugd genoeg?" Vroeg ik me af. De meeste van die pagadders waren maximaal 16 jaar oud, dus wat zou ik daar gaan tussen doen als 20-jarige? Het bleek geen probleem, en ook Dieter, die meespeelde in LIEVE SILVESTER, zou meedoen. 

    Van een stuk met 7 spelers, naar een stuk met meer dan 30 spelertjes... het was een aardig chaotisch boeltje, maar dat werd allemaal professioneel geleid door een 60-plusser met de energie van twaalf Redbulls: Fons Vinck. Een Aalstenaar die het werken met toneelspelende kids gewend was en die het allemaal in goede banen zou leiden, bijgestaan door zijn rots in de branding Eddy. 

    Het stuk - GEESTEN IN HET KASTEEL - was door hem geschreven en leek wat op het bekende Draculaverhaal. Dieter zou de vampier-graaf spelen, ikzelf zou de rol van butler van de kasteeldame voor mijn part nemen. Niet zoveel tekst... maar een geweldige rol, bleek achteraf. De repetities begonnen in januari, we zouden spelen in mei. Tijd genoeg dus. Repetities waren op donderdagavond en zondagvoormiddag: ook goed te doen. 

    Naast de planken had ik ook geluk: ik leerde mijn huidige vrouw Nele kennen. Zij speelde al mee in het vorige stuk (en toen al dacht ik: wat is me dat voor iets) en ook die spreekwoordelijke vonk sloeg over. Zij zou de rol van Angela, sidekick van graaf Vlad Tepes, spelen. 

    De weken vlogen voorbij en voor ik het goed en wel besefte, stond ik klaar om voor de tweede keer iemand anders te zijn. Een brompot van een butler... maar tijdens het spelen voelde ik dat ik de lachers op mijn hand kreeg... Het applaus dat ik op het einde van de voorstelling kreeg, bleek fenomenaal... dit had ik eigenlijk niet verwacht.  

    Het deed mijn honger naar meer spelen alleen maar groeien. De drie voorstellingen van GEESTEN IN HET KASTEEL waren in een flits voorbij en ik kon niet wachten op de eerste vergadering voor het 'volwassen' toneel. Welk stuk zouden ze dan spelen? En zou ik opnieuw mogen meedoen? 

     

     


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.1. LIEVE SILVESTER (2)
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Zes intensieve repetitieweken met een gemiddelde van 3 repetitieavonden per week, later...

    Ik zou mijn allereerste toneelstuk spelen, met een hoopje lieve mensen rondom mij die ik de voorbije weken beter had leren kennen. We wisten allemaal dat dit een bijzonder groepje was en zou blijven. Het was de eerste van zeven voorstellingen waarin de mensen bulderlachten met de vele grappige woordspelingen en de hilarische verwisselingen, maar ook ontroerd werden door de emoties die oplaaiden op het podium. 

    Het werd het stuk waarbij ik meteen ook mijn eerste black-out had en simpelweg aan de keukenkast ging vragen wat ik moest zeggen, omdat ik wist dat daarachter de souffleuse zat. Het werd ook het stuk waarbij we allemaal in de lach schoten op het podium omdat één van ons een hilarische fout had gezegd die niemand had opgemerkt, behalve zijn medespelers... Rond de 2000 mensen kwamen deze voorstelling bekijken - een enorm succes in het kleine Denderhoutem, en daar mocht ik deel van uitmaken. Ik wist één ding: dit pakt niemand mij af. 

    Na de laatste voorstelling bleven we met de drie jongste spelers slapen in één bed bij één van de medewerkers. 's Anderendaags gingen we met de hele kliek gezellig gaan eten, kwestie van een goeie afsluiting van het speeljaar. Enkele weken later speelden we het hele stuk nog één keer, in Sint-Antelinks, een dorp niet zo ver daar vandaan. De gezinsbond aldaar nodigde ons elk jaar uit om 'ons' stuk daar nog één keer te spelen voor hun publiek, in een overvolle parochiezaal.

    Het waren de tijden van lang blijven hangen, lekker veel lachen, nieuwe mensen leren kennen en genieten. Het was het eerste toneelstuk... en er gingen al gauw nog volgen...
     

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.1. LIEVE SILVESTER (1)
    Auteur  Paul Coppens 
     Regie Nelly Debruyne 
     Speeldata december 2004 
     Rol Bart Tubbax 
     Productie  Toneelbond Hand in Hand 
     Plaats Zaal Hand in Hand Denderhoutem 

    Twee weken na de jeugdvoorstelling van 'Het duivelse plan', waarna ik mezelf officieel had ingeschreven bij 'den toneelbond' van Denderhoutem, kreeg ik telefoon. Mijn vader stond onderaan de trap en riep dat er telefoon was van Willy. Welke Willy? Hoe Willy? Wie Willy? "Hoeveel Willy's kent gij misschien?" Vroeg mijn va. "Ja... euh... Willy de coiffeur?" Zei ik onzeker. "En waarom zou die je bellen?" Hij had een punt. 

    Willy Provost, voorzitter van 'den toneelbond', was dus aan de lijn en vroeg of ik eerstdaags naar Denderhoutem kon komen om te repeteren voor een nieuw stuk. Het vorige was geannuleerd wegens meningsverschillen en andere perikelen... Er zou een nieuw stuk gekozen worden en enkele nieuwe spelers aangetrokken worden. Uiteraard zag ik het zitten. Ik keek enorm uit naar die bewuste avond. 

    LIEVE SILVESTER - stond er bovenaan mijn allereerste brochure. Een klucht van de Aalsterse toneelauteur Paul Coppens. Ik werd ontvangen door warme mensen. Nelly, de regisseur. Willy, die ik vorige keer al zag. Renée, een iets oudere dame, ook uit Ninove. Dieter, een boomlange vent die een jaar jonger was dan ik. We zouden hard moeten werken met dit hechte team, want binnen 6 weken was er première. Danny zou gevraagd worden voor de hoofdrol van Silvester, ik zou zijn zoon mogen spelen en Renée speelde mijn moeder. Dan waren er ook nog een overbuurman en -vrouw, een oud lief van Silvester en een tante. De rollen waren verdeeld, het repeteren kon beginnen...

     


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De eerste vonk...
    Klik op de afbeelding om de link te volgen 23 oktober 2004...

    Een dag die ik me voor altijd zal herinneren. Ik lag, als jonge twintiger, in de zetel van mijn ouderlijk huis in de Ooststraat te Ninove. 
    De bel ging. Een buurvrouw, die goed bevriend was met mijn ouders, stond daar met een ticket voor de voorstelling van het jeugdtoneel in Denderhoutem. Zij kon door omstandigheden niet gaan kijken. Mijn ouders gingen al... maar kenden ze nog iemand die geïnteresseerd was? 

    Ik moet gedacht hebben: "Allez, waarom niet?" En zo geschiedde...

    Die avond keek ik gebiologeerd naar dat jong talent dat zich op de 'Atomse' planken voortbewoog. Het publiek reageerde zeer enthousiast... en daar is een vonk overgeslagen. Meer dan één zelfs. Ik richtte me tot mijn ouders en zei hen dat ik dit ook wel zag zitten: toneel spelen en zo... 
    Mijn vader, altijd lekker enthousiast, zei met enige trots dat hij de voorzitter van de toneelbond wel kende en dat het zelfs verre familie was. Hij zou wel eens een goed woordje voor me doen. 

    Een goed kwartier later zat ik aan tafel met Willy Provost, het toenmalige 'opperhoofd' van toneelbond Hand in Hand te Denderhoutem. Jonge gasten waren altijd welkom, zei hij, maar ik moest niet direct rekenen op een rol. De repetities voor het volgende stuk, dat eind december zou gespeeld worden, waren al een tijdje aan de gang. Volgend jaar misschien. 

    Die avond keerde ik, lichtjes hoopvol, terug naar huis, niet wetende dat heel binnenkort mijn wereld zou veranderen... 


    Archief per week
  • 02/03-08/03 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 15/12-21/12 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 07/07-13/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 21/04-27/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 10/03-16/03 2014

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs