Over deze etappe valt niet veel te vertellen. De eerste 20 km verloopt voor het grootste gedeelte over een asfaltweg. Er rijden niet veel auto's, maar degene die er passeren voelen er niet veel voor om veel uit te wijken voor de pelgrims die er hun weg zoeken. En eigenlijk valt er ook niets te zien.
De laatste 8 a 9 zijn iets leuker. De weg is over het algemeen aangenamer om over te lopen. Ik zie er een Oostenrijker terug die ik op de camino del norte tegenkwam met een Argentijns meisje. De meeste mensen kende hen als het feestende duo. Nu loopt hij hand in hand met een Duitse die in Oostenrijk woont. Even later komen we een Italiaan tegen en zo lopen we al pratend verder. Plots vliegt de tijd. Een halve kilometer voor ik op mijn bestemming ben gaan we in één van de enige bars op dit deel van de camino iets drinken. Wanneer we om 18h00 weer verder gaan hebben zij een plaatsje gereserveerd in een herberg 6 km verderop. Het regent al een poosje en ik ben blij dat ik een halve kilometer verder kan gaan douchen.
De kleding van vandaag bestaat uit een regenbroek, een T-shirt en een poncho. De kap van mijn poncho doe ik soms eens af wanneer mijn pet alleen volstaat. Toch is het soms onvoldoende.
Bij het vertrek gaat het nog eens flink omhoog. Kort maar krachtig. Boven in het bos haal ik mijn i-pot voor de eerste keer deze reis uit mijn rugzak. Gans de dag houdt hij me gezelschap.
Na 6 km kom ik terug in de bewoonde wereld. Aan de kerk staat een dame die me zegt dat ik in de kerk een stempel kan krijgen. Ik ben er vandaag de 27ste pelgrim die er passeert. Ze komen uit allerlei verschillende landen. Maar van de 2 Duitsers is er geen spoor.
In het kerkje staat wel een mooi beeld van Santiago op zijn paard die strijd tegen de moren.
2 km verder kom ik in Castroverde. Wanneer ik voorbij de kapper loop staat die wat te starendoor het raam. Hij had even niets te doen en ik heb hem dan maar een beetje werk gegeven. Daarna is het tijd om te eten en na het eten loop ik terug de regen in.
Er zijn momenten dat mijn lichaam op automatische piloot verder gaat en ik helemaal wegdroom door de muziek waar ik naar luister. Het grootste deel van de route verloopt op goed begaanbare verharde wegen waar helemaal geen verkeer komt. En dus kan.een dagje dromend verder lopen geen kwaad. Het is zelfs zo dat dit stukje maar enkele kerendoor de beschaving van enkelekleine dorpjes loopt. In 2 van die kleine dorpjes staan er tafels en stoelenbij enkele voedsel en drankautomaten. Bij degene waar ik gerust heb, stond zelfs een microgolf oven om eten uit de automaat op te warmen.
De laatste14 km heb ik nergens meer gepauzeerd. En dat hebben mijn voetjes toch geweten. Ze kregen het zwaar op einde. Ik was blij dat ik in Lugo aankwam. Ook aan regendagen komt een einde. Am is dat tot nog toe niet echt te merken.
Van A Fonsagrada naar Cadavo Baleira. 27 km 750 hm
De naam van A Fonsagrada zij me iets. Al kon ik me niet herinneren van wat. Tot ik deze morgen aan de tocht begon. Een kilometer na het dorp ging de route het bos in. Het leek wel of ik hier nog geweest was en dacht "deze bocht lijkt wel sterk op die waar ik drie jaar terug gestopt ben aan dat gore baancaffé". En ja, ik liep er door het bos achterdoor. Daarna leek gans de dag wel déja-vu. Drie jaar geleden fietste ik hier over de weg en vandaag liep ik over een bosweg die steeds links of rechts van dezelfde weg loopt. In de dorpjes hiervoor was ik precies gisteren nog geweest, maar het dorpje waar ik slaap kan ik me helemaal niet herinneren.
De laatste 2 uur begon het te miezeren en voor morgen voorspellen ze de ganse dag regen. Dat worden dan 31 lange kilometers tot Lugo. En na Lugo volgt er iets als "de pelgrimshel". De laatste 100 km. Die moet je lopen om een composelana te halen. En nu dat de Paus van 2016 uitgeroepen heeft tot een heilig jaar, wordt het waarschijnlijk heel erg druk op de route de komende dagen.
Van het stuwmeer van Salim naar A Fonsagrada. 32,5 km 1180 hm
Dikke wolken hangen in het dal boven het stuwmeer. Ik kan me voorstellen hoe het er vanuit Berducedo uitziet. Ik heb het zelfs daarnet van een Duitserop foto kunnen zien en het is echt prachtig. Wat gisteren een straf leek te zijn, is vandaag een zegen. De afdaling van meer dan 600 hoogte meters heb ik me bespaart. Daar is mijn knie niet rouwig om. Er is echter wel 1 probleempje. De etappe mogelijkheden zijn relatief beperkt. 5, 12 of 32 km.
Na 5 km kies ik resoluut voor de 32 en leg mijn kamer vast.
Het is prachtig weer. Maar ook erg warm. En na kilometer 8 is er geen enkele bar meer die vandaag open is. Wanneer het omhoog gaat schuift mijn bril van mijn neus van het zweten. Loodzwaar is het. Maar ook "O zo prachtig!" Behalve die enkele kilometers over het asfalt. Maar die vergeet ik met plezier.
Om 19h00 kom ik aan. Het hoefde vandaag niet meer te zijn.
Als alles goed gaat is het nog een dag of 6 stappen. Er komen steeds meer mensen op het pad. En dan moet het ergste nog komen. Vanaf Lugo is het nog 100 km. Daar vertrekken er dus ook veel. De rust van de voorbije drie weken staat op het punt te veranderen.
Van Campiello naar Berducedo en het stuwmeer van Salim. 34 km 1320 hm
Bij het vertrek geraak ik geen stap vooruit of ik moet mijn wandelstokken als steun gebruiken. Na 4 km moet ik kiezen. Of ik sla rechts af langs de route over los Hospitales of rechtsoor naar Pola de Alande. Ik kies om af te dalen naar Pola. Ik doe zowat drie uur over de eerste 8km. Dit gaat echt niet goed. De zon is echter wel van de partij en ik rits de pijpen van mijn broek. Even later voelt het aan alsof iemand met een naaldje in mijn been prikt. Een keer of drie. Ik heb er geen verklaring voor, maar het stappen gaat plots veel beter.
In Pola ga ik langs de apotheek en even iets kleins eten. Om 15h10 vertrek ik dan toch maar naar Berducedo. Een tochtje van 16km met 600 stevige hoogtemeters. Een uurtje na mijn vertrek kom ik 2 andere pelgrims tegen die gisteren ook aan de tafel zaten. Zij zien er erg moe uit. Wanneer ik over de top passeer gaat het behoorlijk stijl bergaf. Het is dan nog een kilometer of 8 en zonder het goed te beseffen is het al voorbij 6 uur. Een dik uur later zie ik in een bar de Duitse Anna. Zij stapt behoorlijk traag en is over los Hospitales gekomen.
Wanneer ik in Berducedo aankom is het 8 uur. De 2 herbergen en het pension zitten helemaal vol. Andere pelgrims zitten te genieten van hun eten terwijl ik naar een oplossing zoek voor vannacht. Een spaanse pelgrim belt naar de herberg 4km verder om te zien of daar nog plaats is. Ik bel naar een hotelletje dat iets verder ligt. Daar is nog plaats en ze zullen een taxi sturen.
Wanneer ik wacht op de taxi komen de 3 andere pelgrims ook aan. Niemand heeft iets gereserveerd en dus hebben ze alledrie geen plaats om te slapen. De Spanjaard belt terug naar de herberg om te zien of er nog 3 plaatsen zijn.
Alles komt goed. Even later neemt de taxi ons mee en zet eerst de 3 anderen af in het volg3nde dorpje. Daarna slingert de taxi zich door het prachtige landschap naar het stuwmeer van Salim. Daar kom il om 22h00 aan in het hotelletje. Snel douchen, eten, kleren wassen en per-total mijn bedje in.
Het weer is prachtig, de omgeving schitterend en de wegen aangenaam om op te lopen. Dit heeft alle ingrediënten voor een geweldige dag. Maar mijn linker scheenbeen doet behoorlijk veel pijn. Het was gisteren begonnen op een stijle klim. Ik heb er gisterenavond twee grote ijsblokjes op weggewreven. Maar het mocht niet baten. Hoe verder ik vandaag kwam, hoe erger het werd. Voor ik ga slapen doe ik er nog eens voltaren zalf aan. Al vrees ik dat het onvoldoende gaat helpen om te doen wat er morgen op het programma staat.
Binnen 4 km moet ik kiezen tussen een route hoog in de bergen of eerst omhoog en dan het dal in. Als het aanvoelt als vandaag, vrees ik dat afdalen de beste optie wordt
Ook al ben ik speciaal tot hier gekomen om de route over los Hospitales morgen te doen
Met mooi weer zou dat het hoogtepunt van de camino primitievo moeten worden. Het zou dus wel jammer zijn moest het niet lukken. Afwachten maar.
Ik heb vannacht erg slecht geslapen. Weet ik veel waarom, maar ik raakte niet in slaap en.was veel voor de wekker wakker. Ik maak me klaar om te vertrekken en ga dan langs de bar van het volgeboekte hotel aan de andere kant van de straat om te ontbijten. Ik wil om 9h00 nog even hangs de winkel voor een brood. Tijdens het wachten zet ik via de wifi van de bar mijn tekstje van gisteren op de blog. Als ik buiten kom uit de winkel vertrekken er net 8 am wat oudere pelgrims uit de bar. Tijdens de eerste klim van de dag geraak ik aan de praat met één van hen. Het zijn een groep Fransen van pensioengerechtigde leeftijd die de laatste 8 jaar, ieder jaar een week op de camino stappen. Ooit zijn ze vertrokken in Tours en volgend jaar komen ze na 9 jaar aan in Santiago de Compostela. Het waren zij die gisteren het enige hotel in het dorp bijna hadden volgeboekt. Boven op de berg staat een kerk en zij gaan daar naartoe. Ik niet. De route draait iets onde de kerk naar links af, en dus neem ik afscheid van dit groepje.
Verder was het over het algemeen een mooie dag.
7 km voor Salas kom ik een boer tegen. Hij vraagt waar ik vandaag heen ga. Mooi! Zegt hij
Dat is na Salas nog 11 km. Volgens mijn boekje is het maat 7,9 km. Bij aankomst heeft de boer gelijk gekregen en heb ik een klein uurtje meer gestapt dan Ik had verwacht. Maar toch ben ik blij dat ik tot hier geraakt ben.
Ik had gisteren de pijltjes al zien staan. En dus vertrek ik deze morgen vol vertrouwen ... in de verkeerde richting. De voorbije 2 dagen liep de aangegeven route ook niet zoals ik het op mijn gps gemarkeerd stond en dus leek het allemaal wel mogelijk dat de route iets afweek. Maar na 2 km krijg ik door dat dit de route zeker niet kan zijn. Deze weg boog helemaal af naar het noorden. Ondertussen was ik al wel meer dan 100 meter gestegen. Er liep daar een oude spoorwegbedding die de goede richting uitging en die ben ik dan ook gevolgd. Het resultaat was een omweg van ongeveer 4 km met een erg mooi uitzicht over de stad.
Anderhalh uur later liep ik dan eindelijk langs de juiste pijltjes. Het viel me op tijdens mijn eerste pauze dat er hier meer pelgrims liepen dan de voorbije dagen.
Verder was de route best aangenaam, maar vind ik dat er toch nog veel verharde weg wordt genomen. Al is het nu een stuk beter dan daarvoor.
In Grado stop ik bij het infopunt voor toeristen. Ik krijg er te horen dat er nog maar 1 slaapmogelijkheid bestaat in dit dorp en dat is een klein hotel net buiten het bereik van de man zijn kaartje. Daar aangekomen vraagt men mij of ik gereserveerd heb. No! Oei. Alles is volgeboekt. Ook voor de man die net na mij binnenkomt. Maar aan de andere kant van de straat kunnen we voor 20 euro in een appartement slapen. De Ier is erg moe en zegt toe voor hij de kamer heeft gezien. Ik wil eerst kijken in wat voor een hok ze ons wil stoppen. Op het 3de verdiep lopen we binnen in een appartement met 4 slaapkamers. De Ier krijgt de grootste. Ik neem de verste en heel even later betrekken 2 Duitsers de kamer recht over mij en een Spaans koppel krijgt de laatste kamer. Wanneer ik terugkom van de winkel lopen er nog steeds pelgrims voorbij die pas rust zullen vinden in de pelgrimsherbergen die hier 3 kilometer verder ligt en geen voorzieningen heeft.
Later op de avond ga ik met de Duitsers eten en is de dag alweer om.
Ik noem dit een overgangsdag. Zo een dag die je nodig moet stappen om op een bepaalde plaats te komen en waar verder niets te zien of te beleven valt. Gans de tijd loopt de route over asfalt en beton en de beschaving is nooit veraf. Dat gaat de komende 10 dagen waarschijnlijk wel anders worden.
De laatste kilometers voor het centrum zijn eigenlijk niet om aan te zien. Het centrum daarentegen is een gezellige, mooie stad. En ook vanavond was het er leuk om te zijn. Het komt misschien omdat het vrijdagavond is, maar er heerste een gezellige drukte. Iets wat ik in de voorbije weken toch wel een beetje gemist heb op al de andere plaatsen.
Morgen begin ik aan de camino primitievo. Als mijn knieën en benen er niet te veel last van hebben, verwacht ik dat het een leuke tocht gaat worden.
Van Villaviciosa naar Pola de Siero. 28 km 700 hm.
Een slechte dag gaat ook voorbij. En dus zet ik even alles op een rijtje. Deze morgen wordt ik veel te vroeg wakker door een vreselijke nachtmerrie. Puur horror. Het beeld waar ik van wakker werd blijft gans de dag hangen. Vandaag smaakt het eten dan ook niet. Ongeacht hoe het is gemaakt.
Na 4 km kom ik op de spitsing. Hier moet ik kiezen tussen de camino del norte naar Gijon of de camino primitievo naar Oviedo. die keuze lag natuurlijk al lang vast.
De eerste 10 km gaan nog best goed. Aan het klooster van San Salvador de Valdediós zet ik me neer om te eten. Een vrouw leidt een groepje van 4 mensen rond. Ze is op het einde van haar rondleiding en stuurt iedereen naar huis. Daarna doet ze de ramen van de pelgrimsopvang dicht, doet het toilet op slot en verzoekt mij om op te vertrekken.
Het daaropvolgende stuk Gaat behoorlijk stijl omhoog. Eenmaal boven zie ik de oceaan nog een laatste keer in de verte liggen. Er staat een sterke bries en die is ijskoud. Het uitzicht verandert en de zichten op de oceaan maken plaats voor besneeuwde bergtoppen.
Nadat ik alweer een stukje ben afgedaald neem ik mijn tweede pauze. Maar wanneer ik daar terug vertrek doen mijn benen pijn. Pas na 6 km komt daar wat beterschap in. Wanneer ik eindelijk eens niet meer over asfalt of beton moet.
Om 19h00 kom ik aan in Pola de Siero en ben ik blij dat mijn voetjes kunnen rusten.
Voor wat ik vandaag in mijn gedachten had, was ik eigenlijk te laat vertrokken. Er zijn enkele mogelijkheden om te slapen vandaag. Eén na 19 km, een pelgrimsherberg na 31 km en een klein stadje na 37 km. Ik neem me voor dat ik de laatste optie alleen neem als ik voor 18h00 31 km heb gedaan.
Na 6 km zitten er 2 mensen op hun terras. Er staat een bordje bij dat pelgrims uitnodigt om bij hen iets te komen drinken. En dat doe ik ook. Ik blijf er een half uurtje babbelen en wanneer ik terug vertrek besef ik maar al te goed dat ik zo een hypotheek zet op mijn planning.
De rest van de dag zijn de pauze ingekort tot het hoogst noodzakelijke. Eten drinken en mijn voeten verzorgen. Oeps, en ja. Een gesprek met een Nederlands sprekende Duitser.
Iets voor 18h00 kom ik aan de herberg op het 31km-punt. Er bestaat geen twijfel over. Laat die laatste 6 maar komen. Even later neem ik nog een pauze en volbreng ik mijn voornemen.
Villaviciosa is het laatste stadje dat ik langskom op de camino del norte. Ongeveer 4 km verder splitsen de wegen en neem ik de camino primitievo. Weg van de kust, de bergen in.
Deze morgen in Llanes vind ik nergens schelpen of gele pijltjes. Voor mij loopt een vrouw die, voor zover ik dacht, haar hond uitlaat. Voor de zekerheid vraag ik haar langs waar de camino hier loopt. Haar antwoord klinkt alsof ik kan kiezen tussen twee routes. De officiële langs de weg of het alternatief naast de oceaan. Daarna verstond ik dat ze me de weg naast de oceaan even ging tonen. En zo stappen we 15 km samen verder. Zij met rubber laarzen, een handtas om haar schouder en een dikke jas aan haar handtas. Wanneer we iets gaan drinken, vraagt ze de barman naar het dichtstbijzijnde station. Een kilometer verder scheiden onze wegen.
Ik neem even pauze om te eten en begon dan aan de tweede helft. Deels asfalt, maar het overgrote deel gaat over verharde wegen tussen de velden en door het bos.
Om 18h30 kom in aan in Ribadesella en vind ik een plaats om te slapen.
Tijdens het eten kijk in naar het voetbal en supporter stilletjes voor Manchester city die tegen Real Madrid spelen. Er wordt echter niet gescoord.
Hoera! De zon schijnt. En ik moet vandaag maar 23 km stappen. Ik doe het vandaag kalmpjes aan. In het benzinestation koop ik een brood. Daarna steek ik de autostrade over en volgt er eindelijk nog eens een gewone met kiezeltjes verharde weg. Even voorbij het volgende dorpje, wanneer de camino nog maar eens het asfalt opgaat, geeft een vervaagde pijl de richting aan van een alternatieve route langs de kustlijn. Het begin ziet er alleszins leuk uit en dus volg ik eens niet de weg die uitgestippeld is op mijn gps. Ze is wel een heel pak langer, maar adembenemend mooi. En dat blijft zo de ganse dag. Super!
Ook Llanes is een leuk stadje. Dat maakt de dag echt compleet.
Bij het vertrek vanmorgen is het zwaar bewolkt. In het enige winkeltje dat open is staat een jonge dame inkopen te doen voor onderweg en wandelt nietszeggend met haar tugzak weer buiten. Ze loopt 200 meter voor mij. Wanneer het kort daarna begint te regenen trekt ze haar rode poncho aan en stapt verder. Ik stop in een bushokje, trek mijn regenbroek en poncho aan en stap ook verder. Waar zij naartoe is weet ik niet, maar ik zie haar nergens meer lopen.
Wanneer ik net na de middag in San Vicente de la Barquera langs het busstation wandel kom ik een Duitse tegen die ik in Noja tegen kwam enkele dagen geleden. Zij heeft de bus genomen vanuit Santillana en wacht nu op haar vriendin Lena. En ja, even later komt het meisje van deze morgen over de brug gewandeld. We gaan met drie eten en stappen na een veel te lange pauze weer verder. Zij stappen tot het volgende dorp met een pelgrimsherberg. Ik wil nog iets verder vandaag. Om half vier neem ik afscheid van hen en stap ik alleen verder.
Om 16h45 kom ik in het dorpje waar zij gaan slapen. Ik ga er in een bar iets drinken en kan nog net de slotkilometers van Luik-Bastenaken-Luik zien op de tv.
Om 18h30 kom ik aan in het dorp waar ik zou stoppen. Maar ik stap nog 2 km door tot het volgende. Op een pelgrimsherberg na, lijkt dat wel uitgestorven. Een spaans koppel zegt me dat er 1 km verderop een hotelletje is. En daar ligt ook het eindpunt van vandaag.
Van Santillana del Mar naar Comillas. 23 km 500 hm
Ook al geef ik het niet graag toe aan mezelf, maar mijn lichaam had nood aan een rustigere dag. In het hotelletje moest ik pas buiten om 12 uur en dus ga ik even na 10 uur nog rustig de middeleeuwse kerk bezoeken, spring ik nog een museum binnen over middeleeuwse verhoor en foltertuigen en ga ik nog langs de bakker en de supermarkt. Zo is het bijna middag wanneer ik vertrek.
Op mijn planning staat 23 km. En daar heb ik nog de ganse namiddag voor. Tijd zat. Het regent al sinds vannacht en het ziet er niet naar uit dat het snel zal beteren. Na 2 uurtjes kom ik Christine tegen. Een Duitse vrouw die eergisteren ook op de overzetboot naar Santander zat en gisteren met veel moeite tot Santillana is gestapt. Ze heeft net haar voeten verzorgd en loopt mee verder. Na 200 meter komen we aan een bar en is het etenstijd. We stappen met twee binnen en krijgen de tafel van een Nederlandse en Finse pelgrim die net vertrekken.
Na het eten begint het buiten lichtjes op te klaren. Wanneer even later een Amerikaan met ons mee komt stappen, zegt Christine dat ze vannacht in het klooster iets verder op gaat slapen en dat ze graag op zichzelf is op deze tocht, waarna ze stilletjes achter blijft.
De Amerikaan stapt mee verder. Bij de eerstvolgende klim trapt hij echter stevig op zijn adem en gaat hij boven uitgeput zitten. Maar wanneer ik een half uur later een praatje maak met twee andere pelgrims komt de Amerikaan zwijgend voorbij gelopen. Er zitten soms toch wel rare snuiters tussen die pelgrims.
Van Comillas dacht ik dat het een klein plaatsje ging zijn. Maar dit stadje heeft me aangenaam verrast. Zo mogen er zeker nog sdadjes komen.
Van Santander naar Santillana del Mar. 36 km 590 hm
Om 10h15 stond ik deze morgen voor de deur van het hotel in Santander. Maar mijn besluit stond toen al vast. Ik stap vandaag naar Santillana del Mar. Deze keer niet proberen te "vertragen", maar flink de pas erin.
In Santander was het erg druk. Maar eenmaal de stad uit werd het al een stuk rustiger. Tot mijn spijt valt er over de tocht van vandaag niet veel spectaculair te vertellen. Het waren allemaal asfaltwegen en de fraaie uitzichten bleven wat achterwege.
Tot net voor de stadspoort van Santillana del Mar. Daar wandel je precies de Middeleeuwen binnen. Voor wie hier ooit in de buurt komt geef ik echt de raad om eens te stoppen. Het is piepklein om een stad te zijn, maar er hangt een speciale sfeer. En daar ga ik nu terecht en verdiend van dromen. Slaapwel
Het regent wanneer ik 's morgens vertrek. Maar als ik na 6 km even pauze neem in een bar, kan mijn regenpak terug in de rugzak. Het volgende uur is er erg veel wind die de wolken wegblaast. Het zonnetje komt eraan en het wordt nog een aangename dag.
Het pad loopt hier en daar over een leuk paadje of een brede bosweg. Toch is het grootste deel asfalt. Maar het uitzicht blijft verbazen.
De bestemming was bedoeld in Laredo. Maar ik had liever de boot naar Santoña vandaag al genomen en dus loop ik nog 4 km verder. Op de pier staat een bordje dat het bootje in de week maar vaart tot 14h30. Dat valt even tegen. Er een Duitser die hier een appartement heeft spreekt me aan. En wanneer we aan het praten zijn komen er nog 2 pelgrims onze richting uit
De Duitser neemt ons in zijn Fiat 500 mee en zet ons af aan het busstation. De eerst volgende bus vertrekt om 21h00 en komt er aan om 21h30. We besluiten om de taxi te delen en zo komen we aan de herberg van Santoña aan omstreeks 20h15 en is het doel toch bereikt.
Wanneer ik deze morgen net vertrokken ben, word ik ingehaald door een Duitser. Hij stapt erg snel, heeft vandaag al 14 km gelopen en wil op 20 dagen van Irun naar Santiago stappen. Hij liever dan ik. Die zie ik beslist niet meer terug. Even later loopt het pad 50 meter boven de zee tegen de rotsen. Het is er prachtig. Een uurtje later gaat het terug het binnenland in en loopt de camino via rustige landwegen en een oude spoorwegbedding tot Castro-Urdiales en ben ik terug aan zee.
De meerderheid van de pelgrims lopen hier nog 1,5 km verder naar de pelgrimsherberg op het einde van het stadje. Ik heb meer zin om in het centrum te blijven en zoek er een goed pensionnetje.
Het is 17h00 als ik gesetteld ben en dan kan de dagelijkse routine van stretchen, wassen, kleren wassen, winkelen en eten weer beginnen en wordt het laat voor ik het goed en wel besef.