Deel 1 van 5 kortverhalen als reclame-uitgave voor Top Camera.
Tekst & tekeningen: Paul Geerts.
Het is bijna volle maan en Sep, een Tiroler, heeft lang op dit moment gewacht. Tobias wordt samen met Dolly door toeristen achtergelaten in de bergen. Lambik, Jerom, Suske en Wiske zijn voor een vijfdaagse tocht door de bergen ook in Oostenrijk. Tante Sidonia is in het hotel gebleven. De vrienden komen bij Sep en als hij de vrienden een overnachting in zijn hut weigert wordt Lambik kwaad. Hierdoor valt Sep en verstuikt hij zijn enkel, hij vertelt de vrienden dat in de zestiende eeuw gevangenen in Salzburg veroordeeld werden tot de galeien. Ze werden geketend over het bergmassief, het Hochtor, naar Venetië gedreven. Enkele misdadigers wisten te ontsnappen en ze doodden hun bewakers. De boeven gingen op zoek naar het goud in de bergen bij de Grossglockner route, die ook wel de gouden bergen genoemd worden. Ze kwamen in een lawine en vroren in, maar kunnen eens in de honderd jaar terugkeren om naar het goud te zoeken.
Sep laat de vrienden in de hut overnachten als ze in zijn plaats op zoek gaan en bewijzen dat de legende klopt. Tobias brengt Dolly naar een grot, maar ze is erg zwak en Tobias huilt bij de volle maan. Zijn gehuil wordt door marmotten gehoord en ze gaan naar Tobias om te helpen. Ze brengen Tobias en Dolly naar hun huis en vertellen dat ze zich vreemd voelen en kunnen spreken. De vrienden gaan de volgende dag op pad om Sep te helpen met zijn zoektocht naar bewijs voor de legende. Ze komen bij de Pasterze, een gletsjer, en dalen af. Maar Wiske glijdt uit en sleept Suske mee in haar val. Tobias ziet hen en gaat hen achterna om te helpen. Hij komt in het binnenste van de gletsjer terecht en ziet een woeste bende uit de ijswand komen. Samen met Suske en Wiske kan Tobias ontkomen aan de bende en met een marmot gaat Tobias hulp halen. Suske en Wiske gaan verder de berg op.
Lambik en Jerom ontmoeten een sprekende steenbok die vertelt dat hij met volle maan kan spreken. Honderd jaar geleden gebeurde dit bij zijn voorvaderen ook. De steenbokken helpen met de zoektocht naar de kinderen. Dan zien ze Tobias en hij vertelt dat Suske en Wiske in gevaar zijn. Suske en Wiske worden ingesloten door de boeven, maar dan arriveren Lambik en Jerom op de steenbokken. Ze verslaan de boeven, maar Wiske wordt door één boef gevangengenomen. Jerom breekt de ijswand open en hierachter verschijnt een goudglans. Doordat de boeven alleen nog oog hebben voor het goud kan Wiske ontsnappen. Dan verschijnt een bewaker van de boeven, die gezworen heeft zich te wreken op de mannen die hem hebben vermoord.
|