De macht en glorie van het Romeinse Rijk bereikt onder keizer Augustus een absoluut hoogtepunt. Nadat de Romeinen Gallië« hebben ingelijfd, laten ze hun oog vallen op Germania. De Romeinse overheersing in Germania begint met de overwinning van Drusus op de Germaanse stammen en eindigt met de Slag bij het Teutoburgerwoud. In die legendarische slag hakten de Germanen, onder leiding van Arminius, drie Romeinse legioenen en hun hulptroepen in de pan. Nadien hebben de Romeinen onder leiding van Germanicus tevergeefs geprobeerd om de Germaanse gebieden terug onder controle te krijgen en de nederlaag van Varus bij het Teutoburgerwoud te wreken.
De Romeinen zijn op expeditie in de Germaanse gebieden tussen Rijn en Elbe met de bedoeling die bij het Romeinse Rijk in te lijven. Keizer Augustus heeft Drusus en zijn broer Tiberius de opdracht gegeven de barbaarse stammen te onderwerpen en het gebied te verkennen waarover in Rome de meest gruwelijke verhalen de ronde doen. Na drie jaren van uitputtende veldtochten verslaan de legioenen van Drusus de Sicambriers, de Tencteren, de Usipeti en de Cherusken. Overwinnaars en overwonnenen sluiten vervolgens een verbond. De Germanen mogen hun wapens bij zich houden en worden gevraagd om te vechten aan de zijde van de Romeinse legioensoldaten. De leiders van Germania geven hun koningszonen als onderpand voor het pact. De jongens worden als gijzelaars meegenomen naar Rome, waar zij het Romeins burgerschap krijgen en opgenomen worden in de huishouding van vooraanstaande burgers. Zo vergaat het ook het hoofdpersonage, de jonge, blonde krijger Ermanamer, de zoon van koning Sigmar van de Cherusken. Ermanamer krijgt van de Romeinse keizer de naam Gaius Julius Arminius mee en komt onder voogdij te staan van Titus Valerius Falco, één van zijn beste officieren.