Tekst: Georges Rodenbach --- Tekeningen: Erwin Sels (Ersel).

Meneer Viaene is de dood van zijn geliefde nooit te boven gekomen. Hierdoor wordt hij beschouwd als een gekke, zonderlinge rijke weduwnaar. Tot de dag dat hij een mooie vrouw ontmoet die sprekend op zijn vrouw lijkt. Hij komt tot de ontdekking dat zij een beroemde Parijse toneelactrice is. Na een optreden in de schouwburg maakt hij een afspraak met haar. Het is het begin van een passionele relatie die opnieuw zin geeft aan het leven van Mr. Viaene. Maar Jane Scott is een vrijgevochten dame die graag uitgaat en plezier maakt in het leven. Ze laat zich weliswaar overhalen om haar carrière op te geven om te trouwen met mr. Viaene, maar algauw voelt ze zich een slavin van de dood-sublimerende liefde van haar man. Mr. Viaene is gauw jaloers wanneer hij haar met andere mannen ziet. De spanningen worden opgedreven. Mr. Viaene wordt ook het slachtoffer van allerlei roddels. Is hij immers niet getrouwd met een hoer ? Of zelfs een heks ? Uiteindelijk kondigt het fatale noodlot zich aan. Jane lijkt straalbezopen, heeft ruzie met haar man en pleegt uiteindelijk heiligschennis door een aantal relikwieën van Mr. Viaenes overleden geliefde als bij ritueel te vernielen. Uiteindelijk wurgt hij haar met de als relikwie bewaarde haren van zijn overleden vrouw.Jane Scott is dood. Brugge is dood. Mr.Viaene is de dood nabij.