
Tekst & tekeningen: Karel Biddeloo.
Wanneer de Rode Ridder door de Witte Bergen trekt, vindt hij tussen de rotsen een zwaargewonde ridder. Johan brengt de ridder naar een grot en verzorgt diens wonden. Wanneer Walderick wakker wordt,vertelt hij dat hij overvallen werd door Gorks, kwaadaardige bergwezens. Walderick is opzoek naar de legendarische ijsvorstin,die in deze Witte Bergen haar ijskasteel bewoond. Al geruime tijd droomt Walderick van deze ijsvorstin,die blijkbaar zijn hulp nodig heeft. Wanneer Johan buiten hout hakt voor het kampvuur,ziet hij plots het ijskasteel opdoemen en weer verdwijnen. Walderick,die beweert een Gork gezien te hebben,blijft in de grot achter,terwijl Johan de achtervolging inzet. In zijn droom ziet Walderick de ijsvorstin,die zijn hulp inroept. Blijkbaar wordt ze bedreigd door Heptateuk,een boze tovenaar. Wanneer Walderick wakker wordt,wordt hij overvallen door de Gorks. Gelukkig kan hij hen verjagen met vuur,waarvoor ze blijkbaar bang zijn. Wanneer ook de Rode Ridder wordt aangevallen door de Gork die hij achtervolgde,valt hij in een diepe afgrond.
|