Ik ben Stien
Ik ben een vrouw en woon in Antwerpen () en mijn beroep is integratiewerkster.
Ik ben geboren op 24/10/1956 en ben nu dus 68 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: literatuur, film, politiek, kunst, reizen,.....
Ik hou er van om dingen scherp te stellen, uit te vergroten. Niet alles wat hier staat strookt dus met de werkelijkheid.
Stiens' Kitchen
dank zij mij staat hier geen andere onzin
15-01-2007
Weekend
Wat heeft zon tweedaags weekend een cultureel hoogstaand iemand als Stefanie Cuppens te bieden, dacht u. Jau, met uw mateloze verbeelding en uw honger naar sensatie, vierletterwoorden en adrenaline. Maakt Stefanie een gastronomisch uitstapje naar de Ardennen met één of andere beau? Spoedt zij zich naar Brugge om de ijssculpturen te gaan bezichtigen?. Stort zij zich met een elastiek om haar middel en haar testament op zak van een hoge hijskraan. Of is zij een militante van de groene kerk die met hoge lieslaarzen en een Eastpak op de rug door de bossen host en door de beemden struint. Kent zon Stefanie-weekend hoogtes en laagtes? Pieken en dalen?
Dream on, beste lezer, uw verbeelding met doorgaans zicht op eentonig grijs heeft daar alle recht op. Het vleit mij dat u mij enig savoir vivre toedicht. Maar vraag niet van mij dat ik uw perverse hersenspinsels ook nog eens alle eer aandoe. Want ondanks alle vermoedens van het tegendeel is Stefanie in haar vrije tijd een muisgrijs doetje. Een Sissi, jawel, die zich tussen de vier muren van haar appartementje opsluit. Met een boekje. Met een filmpje. Met Carnivale de rosse kat en een hapje en een tapje. Ze zaait niet of ze maait niet. En wel omdat zij van een kabbelend weekendritme houdt. Zo simpel is het. Punt. Andere lijn. Ze leeft gezond, eet gezond, denkt gezond. Aan haar lijf geen polonaise. En een tango of mazurka al evenmin.
Twee weken geleden, by Jove, werd dit mooie weekendplaatje grondig door elkaar geschud. En wel door mijn overburen. Mijn overburen zijn een man en een vrouw van respectabele leeftijd. Als zij tussen de sanseverias voor hun raam staan zie je nauwelijks het onderscheid tussen hen en hun plantaardig meubilair. Idem dito voor hun ficussen, yuccas, papyrussen of agaves. Jawel, beste lezers, het bestaan van deze mensen was even monochroom als het pigment van een albino. Totdat het mannelijke deel van de tweeëenheid zich een telescoop aanschafte, die vrijwel altijd op mijn habitat gericht staat. Indien al niet een maatstaf voor hun wanhoop, dan was dat toch wel een revolutionair gegeven. Stel je voor zeg!Georges en Fieke op de voyeuristische toer. Aanvankelijk was ik gevleid. Altijd al geweten dat ik een hoge dosis starquality bezat. Toen werd ik boos. Waar haalden ze in godsnaam het lef vandaan? Maar uiteindelijk had ik met hun te doen. Die oude besjes, wegens artritis, reuma en nog een hoop andere ouderdomskwalen zo op homecinema aangewezen. En dan nog wel in de categorie B-films zonder plot.
Zoals steeds haalde mijn caritatieve instelling het dus van mijn morele bezwaren. En sindsdien zorg ik dat die mensen waar krijgen voor hun geld. Niet altijd even simpel met mijn koetswerk vol met levensblutsen. Maar waar krijgen zij, en wat voor waar. Ik hul mij in meters zijden stoffen, drapeer paarsgekleurde boas rond mijn hals en dans de French cancan als een veterane van de Moulin Rouge. Natuurlijk mag ook het mannelijk gezelschap niet ontbreken. Frans, de getatoeëerde zeebonk. Jef, de uitgetreden pastoor, Bonga deNubische ex-slaaf en vele anderen zitten mee in het complot om het leven van onze oudjes op te leuken. Met wat openlijk geflikflooi. Met wat passioneel gedoe. Met wat lifjes en wat lafjes. Alleen in het weekend wel te verstaan. Ze moesten het eens weten bij de vzw Leed & Lompen. Altijd al geweten dat ik een roeping als animeermeisje gemist heb.
Geniaal is een mens soms als hij in het nauw gedreven wordt. Hij surft op de toppen van zijn intellectuele vermogens. Spelenderwijs schudt hij een oplossing uit de mouw. Je weet wel, van die archetypische truukjes die in het collectieve bewustzijn op vinkenslag liggen. Voor als de pan gaat overkoken. Voor als het alarm roodgloeiend staat. Kwestie van adequaat uit de hoek te komen, kort op de bal te spelen, ad hoc het gevaar te bezweren. Het soort gevaar waarin ik mij vanmorgen dus bevond.
Jawel, beste lezer, ondergetekende deed vanmorgen veel wenkbrauwen fronsen bij de vzw Leed en Lompen. De stemming was beneden alle peil. De spanning te snijden. Want er was iets niet volkomen in de haak met Stefanie Cuppens. Die anders zo wakkere medewerkster, die steun en toeverlaat, dat boegbeeld van vzw Leed en Lompen deed vragen stellen naar haar rendabiliteit. Ze kweet zich ondermaats van haar taak die er in bestond het jaarverslag op punt te stellen. Vooral het boekhoudkundige luik daarvan liet te wensen over. Ze modderde maar wat aan met breuken en kwadraten, deelde waar ze vermenigvuldigen moest, en bracht het hele noodlenigende- en lijdende bolwerk dat ze tot steun moest zijn op de rand van het faillissement. De crediteurenrekening was na wat mathematisch gegoochel een juweeltje. De debiteurenrekening, eilaas, een rammelend vergiet. Lerner en Hauspie konden er een punt aan zuigen. De hele kamer van koophandel kon er met gestreken zeilen op spelevaren. De curatoren konden ermee curatoren.
Oversten en collegas kwamen in spoedoverleg bij elkaar. Wat was er loos met Stefanie die anders altijd zo bij de pinken was. Waren haar hersenen aan 't atrofiëren? Was zij gisterenavond naar een bijeenkomst geweest van de vrouwengilde? Een zangstonde van de tochtige wielewaal? Had zij verstelwerk zitten doen bij het licht van een spaarlamp? Een nocturne met dwalende geesten op touw gezet. Of had de hele staf van de vzw Leed en Lompen hoegenaamd niets te maken met wat ons Stefanie deed in haar vrije tijd.
En op dat ogenblik dat boosheid en twijfel elkaar ten dans vroegen, beste lezer, kwam mijn overlevingsinstinct tot leven. Mijn ogen begonnen spontaan te rollen in hun kassen. Zweetdruppeltjes parelden op mijn voorhoofd en, vrij naar Eline Vere, voelde ik hoe het bloed uit mijn gezicht wegtrok. Ik zwijmelde, steunde en zuchtte: de rode vlag hangt uit, de rode vlag hangt uit! Op slag was het boekhoudkundige fiasco vergeten. Het team stoof alle kanten op. Om water te halen, een stoel, een brevier, een pastoor. Een vrouwentruuk, zo oud als de straat, had mijn vel gered. Ik schrijf mij in voor de volgende slimste mens ter wereld.
Ik vrees dat dit mijn nieuwe vaste stek zal worden. De webmaster vond mijn vorige blog blijkbaar niet terug. De meeste tekstjes heb ik kunnen terugvinden door trefwoorden in te vullen in google en daarna de 'in cache' te copiëren. Oef! Ik moet ook nog één en ander aanpassen aan het uitzicht en zo. Maar ik zal sowieso de eerstkomende weken qua bloggen op een laag pitje branden. Gelukkig kan ik in het weekend compjoeteren op mijn werk. Veel bloglol.... Doei!
Vandaag kwam mijn neefje op bezoek. Breckpot heet hij met zijn achternaam. En met toevoeging van één klinker mag je dat vrij letterlijk nemen. Zes jaar is hij. Maar hij heeft de voorwereldlijke wijsheid van het orakel van Delphi. Het leven draait zei hij tot niemand in het bijzonder. En hij keek daarbij met een magisch-tellurische geladen blik die oudtestamentisch aandeed. Toen sprak hij: ik ben alleen, ik zal me een wereld maken. En hij maakte een wereld van ditjes en datjes. Van wisjes en wasjes. Hij smoste met water en knoeide met aarde. En hij sprak: "Er moet licht zijn" en hij stak de gordijnen in brand. Tevreden over het experiment keek hij in het rond en zag dat het goed was. Want hij was een God in t diepst van zijn gedachten.
Aan tafel gedroeg hij zich anders met een Bourgondisch geaarde levensdrift. Zoiets als Obelix bij het groot wild van de Bataven. Hij morste met zijn melk, gooide zijn boterham als een frisbee door de kamer en gaf mij te kennen dat mijn kookkunst niet in het minst kon tippen aan de culinaire hoogstandjes van zijn eigen moeder. Moederlief zat er verlamd van bewondering bij en deed niet de minste moeite om haar naar lebensraum, Anschluss en swastikas snakkende telg een beetje in te tomen.
Ik, van mijn kant, had zin om hem een lel rond zijn oren te geven. Je sais, je sais. De tijd van lijfstraffen, de mond met zeep wassen en ezelsoren is definitief voorbij. Wegens pedagogisch onverantwoord. Wegens een kweekvijver voor psychiatrische patiënten. Maar of het nu zoveel beter is? Wij werden nog groot gebracht volgens de ijzeren wetten van Dokter Spock, dat hardvochtige zelfverklaarde pedagogische genie dat Spartaanse tucht en discipline als enige remedie aanprees om een tot een ontsporen gedoemde jeugd onder de knoet te houden. Beleefd waren wij, dat wel. Maar tot welke prijs. Wij groeiden op tot enigszins geremde volwassen, met altijd wel wat geheimen achter de hand. De kinderen van vandaag zijn veel assertiever. Zij zeggen meteen wat hen op de lever ligt. Aangenaam is dat niet altijd, maar het dwingt je wel om met hen in dialoog te gaan. Om in onderlinge dialectiek tot een oplossing te komen. Anders dan het eenduidige het is zo omdat ik het zeg, dat wij altijd te horen kregen.
De gulden middenweg is ook hier het pad dat naar verlichting leidt. Een psychiatrisch verpleegster die met kinderen werkt zei met ooit: kinderen die bij ons terechtkomen zijn hetzij anti-autoritair, hetzij zeer autoritair opgevoed. Kinderen hebben nood aan grenzen. Maar die grenzen mogen hun groei naar volwassenheid niet in de weg staan. Kinderen zijn heus wel bestand tegen een zekere mate van strengheid. Zolang ze maar aanvoelen dat deze momenten van rigor mortis van hun ouders ingebed zijn in een zee van warme liefde. En vooral: ouders moeten consequent zijn met hun kinderen. Zeg dat Stefanie Cuppens het gezegd heeft.
> Toen de eerste rimpels kwamen was ik in paniek, > ik liet mijn face toen liften in een prijzige kliniek. > Nou, mijn man vond het fantastisch, > mijn gezicht was weer elastisch. > Niks geen rimpels, niks geen vouwen, > net zo glad als bij ons trouwen. > Tot mijn vriend zei "het is misschien gek... > maar jouw kop past niet meer bij je nek". > Ach, een kleine ingreep, ze trekken dit dus strak > en geven hier een sneetje, anders krijg je dáár een zak. > Nou mijn man was heel tevreden > over wat ze met me deden, > De chirurg zat met mijn borsten in z'n maag > want nu zaten die volgens hem veel te laag. > Toen ze waren opgehesen, leken ze een beetje klein, > maar met siliconenvulling mochten ze er best weer zijn. > Nou ik zag mijn man ontvlammen, > want ik had dus zùlke prammen. > Toen op een avond na het vrijen, > keek hij peinzend naar mijn dijen. > En al had ie geen duidelijke kritiek > ik ging toch weer terug naar de kliniek. > Ik had trouwens ook een buikje, dus na enig overleg > liet ik dat meteen ontvetten, ze zuigen dat in no-time weg. > Om tegelijkertijd mijn billen > minstens zóóó'n stuk op te tillen. > Ik was op ieder feestje weer in tel > maar zat wel héél strak in mijn vel. > Mijn man was niet meer zo op zijn gemak, > want op straat riepen jongens "ga je lekker ouwe zak". > Nou toen kocht ie een toupetje > en een veel te strak korsetje. > Hij ging wandelen en trimmen > en in het fitnesscentrum gymmen. > En maandenlang volgde hij een rigoureus dieet, > tot hij zonder reden in de sauna overleed! > Daar stond ik op het kerkhof mooi te wezen aan het graf, > maar nu hij erin lag was de aardigheid eraf. > Nu laat ik de kwabben zwellen > en ik zal u wat vertellen... > Dames laat je niet verlakken, > laat de boel toch rustig zakken. > Met gladgestreken nekken > valt het leven niet te rekken! > Koester buik en onderkinnen, > echte schoonheid zit vanbinnen!
Als kind was ik een boekenveelvraat. Lezen was voor mij een even dwingende behoefte als eten, slapen, of ademen. Ik bracht meer tijd door in de bibliotheek dan waar dan ook. Ik hield van die gewijde sfeer in de bibliotheek, het gekraak van de parketvloer, de geur van in leer gebonden boeken. Vandaag bezorgt mijn literaire boulimie mij veel kopbrekens. Ten eerste omdat de boetes in de bibliotheken de pan uitswingen. Als je zoals ik er nooit in slaagt je boeken tijdig in te leveren een levensgroot probleem. Ten tweede omdat boeken sowieso duur geworden zijn en een bezoek aan de boekenwinkel veel weg heeft van de verzoeking van de H. Antonius en zijn varkentje in de tuin van Getsemane (of was dat ergens anders? Sinds ik agnost ben is mijn bijbelkennis niet je dat). Al die lekkernijen liggen daar uitgestald en je mag er maar één of twee snoepjes uitkiezen. Vandaag kwam ik dus nog maar eens aangeslagen thuis van een bezoek aan ons aller 'Standaard'. Aan de kassa gekomen, ben ik onder impuls van hardnekkige schuldgevoelens en budgettaire overwegingen, 10 van de 13 boeken die ik wilde betalen terug op hun oorspronkelijke standplaats gaan zetten. Mijn hart bloedt. Misschien helpt het als ik ze hieronder op digitaal papier (?) vereeuwig...
Teruggebracht Angela's ashes: Frank Mc Court, het verhaal van een kind dat straatarm opgroeit in Ierland en later emigreert naar Amerka. Naar verluidt bijzonder grappig geschreven Wat u moet weten over het Vlaams Belang: Marc Spruyt, het ware gezicht van het VB wordt in dit boek onthuld. Een samenvatting van artikels op www.blokwatch.be Wilde Zwanen: Jung Chang, het verhaal van drie generaties van vrouwen die opgroeien in China. Al zo lang eens willen lezen Paula: Isabel Allende, de, naar men zegt, prachtige afscheidsbrief van een moeder aan haar stervende dochter Daders: Harald Welzer, de psychologie van de genocide; hoe brave huisvaders zich o.i.v. bashing-propaganda kunnen ontpoppen tot massamoordenaars De gifhouten bijbel: Barbara Kingsolver; het beklijvende verhaal van een familie die naar Congo vertrekt en de culture shock nauwelijks kan verwerken De geverfde vogel: Jerzy Kosinski, omdat het destijds mijn sociaal bewustzijn heeft aangewakkerd en me heeft doen nadenken over racisme en aanverwanten Antichrista: Amélie Nothomb; omdat Amélie zo grappig schrijft; over strebertjes en hun truukjes en ook een beetje over vriendschap en jaloezie Vlaams Geblokkeerd: Geert Van Cleemput; het VB wordt door een ex-insider op de korrel genomen; zin en onzin van het Cordon Sanitaire De meest recente van Dimitri Verhulst(titel vergeten), omdat de 'helaasheid der dingen' mij zo aangenaam verrast heeft. Een man: Oriana Falacci: omdat een man ook maar een mens is en dit boek verder gaat dan de beschrijving van zijn haantjesgedrag
Wel gekocht Behekst: Vitalski; omdat ik eindelijk zelf eens wil kunnen uitmaken of hij zijn roem verdient Het verhaal van de kinderkruistocht: Flip Droste; omdat mijn zoon mij destijds bijna tot waanzin dreef met zijn gedweep met dat boek van Thea Beckman, de film nu uit is en ik wel eens wil weten hoe dat nu precies in elkaar zat En dan nog een hele moeilijke voor het werk waar niemand iets aan heeft. Zo, mijn ei is gelegd
De omstandigheden nopen mij om dit fantoomblog dat ik maakte ter voorbereiding van mijn vaste stekje op het web even in gebruik te nemen. En wel hierom: jullie dachten waarschijnlijk dat ik in navolging van Houdini of David Copperfield de grote verdwijntruuk had toegepast. Dat ik de blogosfeer voorgoed vaarwel had gezegd. Met wat hocus pocus. Met wat voodoo en sjamanisme. Jullie dachten dat ik daarmee een onsterfelijkheid wilde bereiken die enkel grote dichters en schrijvers die voortijdig aan hun einde komen beschoren is. Helaas...Niets is echter minder waar. De verklaring is veel banaler en profaner. Veel minder fantasierijk dan dat. Vorige week stond mijn sterrenbeeld immers in het teken van de asteroïde van Murphy die - zoals u ongetwijfeld weet - zich in de perifere krachtvelden van een zwart gat beweegt. De naam Murphy doet waarschijnlijk ook een belletje rinkelen. Als personificatie van 'stoethaspel, Don Quichote De la Mancha en kluns'. Als omen dat weinig goeds voorspelt.
Welnu, Murphy was in mijn recente verleden manifest aanwezig. Hij gooide roet in mijn eten, verijdelde al mijn plannen en trok een lelijke streep door al mijn rekeningen (tenzij die bij de slager). Ik betrapte hem bovendien in flagrante delicto toen hij mijn computer om zeep hielp. Jawel beste lezers, mijn trouwe virtuele bondgenoot, mijn peeceetje, steun en toeverlaat en archivaris van mijn diepste zieleleven heeft definitief de geest gegeven. Nu mag men een gegeven paard niet in de mond kijken. En zal men geen armoe lijden om een mondje of megabytje meer. Maar geloof mij beste lezers, ik heb tegen die eerste wijsheid gezondigd om de armoede een streepje voor te zijn. Ik heb mijn computer opengelegd en gekeken of er aan zijn geniale brein nog iets te redden viel. Helaas. Driewerf helaas. De rigor mortis was al ingetreden. En de armoede die de aankoop van een nieuwe computer mogelijk met zich meebrengt loert al om de hoek.
Zodoende was ik verplicht om her en der in louche internetcafés mijn stukjes bij elkaar te schrijven. U weet wel, die handelspanden die zo in trek zijn bij het blauw van onze straat. Daar tussen het gepeupel dat op de digitale snelweg racet op zoek naar goedkoop vertier en wellustige deernes, moest ik mijn geheimen prijsgeven. Nu heb ik nooit stijf gestaan van het technische vernuft. Integendeel. Ik was in technisch opzicht een toegewijde leerling van de eerder aangehaalde Murphy. Als ik een schroef in een toestel vastdraaide begon dat terstond het Horst Wessellied te zingen. U kan zich dus misschien voorstellen dat één en ander niet vlot verliep bij het posten van nieuwe berichten voor mijn blogje. Meer zelfs: de laatste posting draaide uit op een nationale ramp. Door een verkeerd manoeuvre verdween mijn blogje gewoon uit de blogosfeer. Ik ben nu druk op zoek naar de webmaster om te redden wat er te redden valt. Maar tot nog toe heb ik dat genie van de Karpaten nog niet te pakken gekregen.
Het zou dus best nog wel even kunnen duren vooraleer ik terug definitief terug in blogsaland mijn intrek neem. Komt daar nog eens bij dat ik het momenteel erg druk heb met het opstellen van jaarverslagen en beleidsplannen, zodat ik ook op mijn werk niet de kans heb om af en toe wat tijd te bietsen om te bloggen. Het zal sowieso, in afwachting van een nieuwe computer, een low profile bedoening worden. Dat kunst- en vliegwerk was ook niet leuk meer. Laat dat jullie in tussentijd niet beletten om te bloggen en daar veel plezier aan te beleven. Ik blijf jullie met veel liefde volgen, zal af en toe eens reageren. En wie weet in de nabije toekomst sta ik er terug als dat elftal voor wie: 'you never walk alone werd gecomponeerd.... '. Of wacht eens, was dat niet omwille van....
Dit is een tekst die ik twee jaar geleden schreef voor een tijdschrift over vrouwen en migratie op basis van een interview met de Bosnische Zinetha.
Zelfs voor het uitbreken van de oorlog in Bosnië liep het leven van Zinetha niet van een
leien dakje. Rijkdom had ze nooit gekend. Haar vader was stalknecht geweest bij een
grootgrondbezitter. Maar toen het paard dat hij moest verzorgen stierf werd hij stante
pede de laan uitgestuurd. Een familiaal drama, want Zinetha had drie zussen en vijf broers.
Soms kwam er dagenlang niets op tafel om te eten en schuimden de kinderen de omliggende
velden af op zoek naar een tomaat, een courgette of wat verdwaalde aardappelen.
Tot overmaat van ramp begon de vader te drinken. Een aantal jaren later overleed hij aan
een vergevorderde levercirrose.
Zinetha zelf was van moslim-origine. Maar voor 1992 speelde dat geen rol. Goed, er waren
wel eens schermutselingen, maar doorgaans leefde haar familie op goede voet met de
Servische buren. Ze had zelfs een schoonzus die met een Serviër getrouwd was. Maar toen
Milosevic aan de macht kwam werd alles anders. De propaganda van de Servische autoriteiten
zetten moslims en katholieken tegen elkaar op. De sfeer werd gespannen. De buren
keken hen met de nek aan. Toen Milosevic na de Bosnische onafhankelijkheidsverklaring het
land onder de voet liep begonnen de acties die geschiedenis zouden schrijven als etnische
zuiveringen: massaexecuties, gedwongen deportaties van hele steden en dorpen en de
herbevolking ervan door de Serviërs, het opsluiten van Bosniërs in concentratiekampen
en de massale verkrachting van vrouwen.
Eind 1992 namen de Serviërs stormenderhand de stad van Zinetha in. De moslimmannen
en vrouwen werden naar buiten gedreven en van elkaar gescheiden. De mannen werden
voor de ogen van de vrouwen gefolterd en van hun waardigheid beroofd. Vaders moesten
hun zoon slaan en vice versa. Of ze moesten elkaars genitaliën pijn doen. Een groot aantal
onder hen werd ter plekke vermoord. Al wie de dans ontsprong werd met een vrachtwagen
gedeporteerd naar Omarska, waar een oude mijn was omgebouwd tot een detentiekamp.
Zinetha werd samen met 36 andere vrouwen opgesloten in een klein kantoortje in een
industrieel gebouw. Dagelijks werden ze er verkracht door de Servische milities. De leider
van de Servische militie-eenheid nam daarin het voortouw en vuurde zijn mannen aan
om vooral niemand te sparen. Lachend zei hij dat de vrouwen Servische kinderen zouden
krijgen zonder de vader te kennen. Overdag moesten de vrouwen huishoudelijk werk doen
en het bloed van de muren vegen in de martelkamers. Eten was er nauwelijks. Door het
raam konden zij zien hoe mannen werden geëxecuteerd. De bewakers riepen de namen
van de terdoodveroordeelden af. Je kon het geschreeuw horen en de geur ruiken van
brandende banden en dode lichamen. De volgende dag werden de lijken weggevoerd
met een gele vrachtwagen. Een aantal gevangenen gingen mee om de graven te delven.
Ze kwamen nooit terug.
In een gebouw the White House genaamd werden mensen geëxecuteerd. Een neef van
Zinetha vond daar de dood. Maar het Rode Huis boezemde iedereen angst in. Daar werden
de kelen van mannen overgesneden.
Het was op de nacht van Sint-Pieter, herinnerde ze zich, de bewakers waren dronken en
staken autobanden in brand. Terwijl ze luidkeels zongen en schreeuwden haalden ze
gevangenen uit hun cellen en sloegen ze dood. Een vrouw, Sadeta Medunjanin, zag door
het raam hoe bewakers op haar man Becir inbeukten Ze schreeuwde, wat doen jullie met
hem? Zenitha probeerde haar te kalmeren om te verhinderen dat ze ook haar zouden komen
halen. Maar later zou Sadeta toch nog sterven. Zij hadden twee zonen; één was al om het
leven gekomen tijdens de bombardementen op zijn dorp Sadeta zei altijd dat ze als
ze Omarska zou overleven op zoek zou gaan naar zijn lichaam om hem een gepaste
begrafenis te geven. De andere zoon, Anes, overleefde Omarska. Hij was de enige van zijn
familie die het verhaal kon navertellen. Toen hij en Zenitha vrijkwamen gingen ze samen het lichaam
van Sadeta identificeren en hij gaf DNA. Dat is mijn moeder, zei hij stil.
Op 5 augustus 1992 maakte het Britse televisiestation ITN een reportage in kamp Omarska.
Maar de Serviërs waren vooraf getipt. Toen de televisieploeg arriveerde was het kamp
grondig schoongemaakt en kregen de gevangenen eten. Toch waren het deze beelden
die ons in het Westen de oorlog in Bosnië deden ontdekken: het prikkeldraad van het
kamp waarachter mensen in verschillende stadia van verval zich verdrongen, sommigen
uitgemergeld, met afgeschoren hoofd. En even later: mannen die in een kantine uitgehongerd
een kom waterige bonenstamppot binnenschrokten, de huid als perkament
over de beenderen gedrapeerd. Ik wil geen leugens vertellen zei een gevangene, maar
evenmin kan ik de waarheid vertellen. Er werden parallellen getrokken met het beruchte
nazi-concentratiekamp Bergen-Belsen. De Britse reporters kregen enkel mannen te zien.
De vrouwen waren s morgens inderhaast afgevoerd naar andere kampen. Zinetha kwam
terecht in het detentiecentrum van Trnopolje. De hel van de Bosnische detentiecentra. Ook
hier werden de vrouwen en meisjes s nachts systematisch verkracht. Sommige meisjes
werden doodgefolterd, andere kwamen zwaar gehavend terug.
Het was moeilijk om er met de ander vrouwen over te praten zei Zinetha, 'omdat er in
onze traditionele godsdienst een taboe rust op verkrachting. In de Islamitische wet is
verkrachting, net als overspel, een onwettige seksuele relatie, waarbij zowel dader als
slachtoffer schuldig zijn. Er is wel een algemene consensus in de islamitische geschriften
dat vrouwen die gedwongen worden tot een dergelijke relatie, geen schuld kunnen treffen.
En dit is ook wel vertaald naar de wetten van het land, waarin verkrachting een strafbaar
feit is. Maar de gemeenschap oordeelt daar anders over. Traditioneel wordt er een groot
belang gehecht aan de eer en de zuiverheid van de vrouw: indien deze aangetast wordt,
wordt de eer van de hele familie bezoedeld'. Het meest macabere aspect van de Bosnische oorlog was dat de mensen hun folteraars en moordenaars kenden. Het waren buren, of zelfs verwanten. Zinetha belandde in Omarska door toedoen van haar buur Vokic. Hij was manager bij een bank en reed in een dikke mercedes.
Je tracht te begrijpen wat je overkomt. Maar dat lukt niet, zei Zinetha, Er zijn gewoon
geen zekerheden meer. Het verleden is uitgewist. Mensen die eerder je vrienden waren,
keren zich van je af. Mannen die je nooit wat hebt misdaan verkrachten je puur voor de
kick. Pas later vertelde iemand mij dat de verkrachtingen een onderdeel waren van een
strategie om de moslimgroep in hun identiteit aan te tasten en te vernietigen, om in de plaats van de
Ander te treden door de eigen genen in plaats van de ander te stellen. Ik zou zelf nooit
op het idee gekomen zijn.
Toen Zinetha werd vrijgelaten keerde ze naar haar appartement terug. Groot was haar
verbazing toen ze merkte dat er een andere vrouw haar intrek had genomen. Ze werd
getrakteerd op een kopje koffie. Ik dacht dat ik gek werd, mijmerde ze hardop, ik was te
gast in mijn eigen flat. Ik zat op de sofa. Ankica droeg mijn kleren, maakte koffie met mijn
koffiezetmachine, gebruikte het porseleinen servies dat ik van mijn moeder had geërfd,
en vroeg: waarom gedraag je je zo vreemd? Ze zei dat het appartement wonderwel bij
haar paste, ze had er altijd al zo een gewild. Zinetha nam dan maar haar intrek in het huis
van haar broer.
Zinetha werkt hard om de draad van het leven weer op te pakken maar de psychische
schade laat zich moeilijk herstellen. Onderhuids leven gevoelens van haat, verdriet en
depressie. De wonden zijn diep en hebben veel tijd nodig om te helen. De oorlog is voorbij,
maar de herinneringen blijven. Het conflict in Bosnië is al geëindigd in 1995 en nog steeds worden vrouwen die slachtoffer werden van seksueel geweld met de vinger gewezen in hun gemeenschap. De erkenning van seksueel geweld in het internationaal recht heeft zich niet vertaald in een mentaliteitsverandering in de samenlevingen zelf. De Bosnische vrouwen worden niet gezien als
slachtoffers maar als onreine vrouwen die misschien zelf wel verantwoordelijk waren
voor wat hen overkomen is.
In de gevangenenkampen in het Bosnische district Prijedor lieten in 1992 honderden
Kroaten en moslims het leven. De reportage door 2 journalisten van het televisiestation
ITN over de kampen leidden destijds tot wereldwijde verontwaardiging en droegen bij
tot het besluit het Joegoslavië-Tribunaal op te richten. De hoofdverantwoordelijken voor de etnische zuiveringen, de aangeklaagden Ratko Mladic (legercommandant) en Radovan Karazdic (politiek leider) lopen nog altijd vrij rond, maar in januari 2000 werd wel al commandant Dusko Tadic veroordeeld tot twintig jaar cel.
Na het grandioze kerstdebacle heb ik me teruggetrokken in de huidplooi tussen Kerst- en Nieuwjaar. In het warme schemerdonker schud ik de overdosis weihnachtsfreude van mij af. Incommunicado ben ik, voor iedereen die mij op grond van een vage verwantschap aan de liefhebbende boezem wil drukken. Liefst tijdens een Lambada op een schreeuwerige familiereunie, onder het licht van een stroboscoop. Snap je't plaatje?. Neefjes en nichtjes, ooms en tantes, en ja ook ...vriend en vijand zullen mijn starquality moeten ontberen en op zoek gaan naar andere gangmakers om hun eindejaarspartouzes het nodige Moulin Rouge-gehalte te geven.
Ik ben namelijk uitgeteld. Finaal geveld.Uitgeput van het eten, het tateren, het socializen. Mijn lichaam heeft duidelijke grenzen gesteld. Als een stier op een rode lap reageerde het op de uitdijende gevaarzones, die een week geleden taal nog teken gaven van een ophanden zijnde expansiedrang. Geen sprake van om mij deze week nog head over heels in nieuwe schranspartijen te storten. Enough is enough is de oneliner die mijn gesprekken domineert. Bovendien wil ik er morgenavond als het Magnificat zelve bijlopen. Unbeschreiblich weiblich à la Nina Hagen en voor ambetanteriken als een seven years itch. Al weet ik dat de Augiasstal reinigen daarmee vergeleken een akkefietje is. De vleselijke pop ups en spamberichten zijn te opdringerig om ze met wat bodysculpture op de valreep te kunnen wegwerken. Toch wil ik mijn best doen om er morgen bij de final countdown als een afgeprijsde versie van de playboy centerfold uit te zien.
Met dat doel voor ogen ben ik twee dagen op rij gaan joggen. Grijs trainingspakje aan, haar in een staartje, en dan stevig de beuk erin. Het was een mentaal en fysiek zuiveringsritueel om het teveel aan calorieën, ranzige humor, en opgelegde gemütligkeit van mij af te schudden. Als neofiet in het joggen pakte ik het natuurlijk verkeerd aan. Telkens liep ik zonder onderbreken een uur. En dat op verharde asfalt. Blijkbaar was dat teveel gevraagd van mijn arme onervaren voeten. Ze zwollen op, zodat ik nu met twee kanjers van olifantenpoten zit opgescheept. Oh du heilige, oh du selige, zong Andrea Jurgens ondertussen op de radio. Niet dus. Gods' goedheid is wel degelijk aan natuurwetten gebonden. Vandaag moest ik noodgedwongen het bed houden. Vanuit die horizontale positie zag ik op TV hoe de openstaande rekeningen van 2006 werden vereffend. Sadam Hoessein werd naar de galg geleid en dit op het stomende ritme van 'It's a Man's world' van James Brown. Er zijn ergere manieren om aan je einde te komen.
2006 loopt dus op zijn laatste benen. De rampspoed die er kwistig deel van uitmaakte blijft wat dat betreft hopeloos achterop hinken. In Irak duurt het oorlogsgeweld onverminderd voort en het ziet er niet naar uit dat daar snel verandering in zal komen. In Jeruzalem trekt de muur der apartheid een lelijke streep door de Palestijnse rekening. In Afghanistan voeren vrouwen strijd voor een leven dat de moeite waard is om geleefd te worden. In post-conflictgebieden blijft het oude zeer smeulen onder de oppervlakte om bij de geringste aanleiding nieuwe brandhaarden te veroorzaken.
Ons eigen kleine apenlandje deed ook dit jaar weer een gooi naar de titel van 'Absurdistan'. De verkleutering van het politieke landschap nam bijwijlen hilarische proporties aan. Met spindoctors die vooral de verpakking in een zinnestrelend kleedje staken. Met BV's die hun garnalenverstand tot nationaal patrimonium wilden bombarderen. De media specialiseerden zich verder in het brengen van infotainment. Makkelijk verteerbare, hapklare brokken die geen ruimte lieten voor de broodnodige schakeringen of correcte duiding. De politieke partijen werden alsmaar meer flauwe doorslagjes van zichzelf en elkaar. Ze hanteerden daarbij het populisme en de simplismen van het Vlaams Belang, alsof het eigen keurmerken waren. Eén ding zagen zij daarbij over het hoofd. Dat het origineel steeds beter verkoopt dan de copie ervan. Alleen Filip Dewinter spon er garen bij. Voorts ontpopte de doorsnee Belg zich steeds meer tot bange wezel, die zich krampachtig vastklampt aan have en goed, en iedere vreemdeling als een indringer ziet op zijn afgebakende territorium. De moord op Luna en Oulemata was daar de bloedstollende exponent van.
Toch waren er in dit desolate landschap ook pieken van pure schoonheid te bespeuren. De moedige houding van Rik Remmery, werkgever van Naïma Amzil, die weigerde te zwichten voor de chantage van racisten, al was dat een verhaal dat in 2005 werd ingezet. De bisschop die mee opstapte in een betoging voor basisrechten voor mensen zonder papieren. De duizenden enthousiastelingen die aanwezig waren op de stille mars en de 0110 concerten voor een verdraagzame samenleving. De teleurstelling van Filip Dewinter toen hij een smadelijke nederlaag in Antwerpen moest incasseren. Jawel, beste mensen, er is nog hoop voor dit tochtige windgat aan de grijze Noordzee. Schoonheid zit soms in van die kleine dingen.
Morgen vier ik oud op nieuw samen met mijn zoon. Benieuwd wat dat gaat geven. Ik wens jullie altegader een stomend, sprankelend, mega nieuw jaar toe.
Hoofddoekendebat in Antwerpen Naar aanleiding van de bespreking en de stemming van het bestuursakkoord van de nieuwe bestuursploeg van Antwerpen op maandag 15 januari organiseren allochtone en autochtone vrouwen (Platform Allochtone Vrouwen, Vrouwen Overleg Komitee, enz ), een protestactie tegen een hoofddoekverbod in de openbare dienst.
Het stadsbestuur wil het dragen van uiterlijke symbolen van levensbeschouwelijke, religieuze, politieke of andere overtuiging verbieden voor stadspersoneel dat rechtstreeks klantencontact heeft. In de praktijk heeft dat voor moslimvrouwen die een hoofddoek dragen ernstige gevolgen: niet alleen uitsluiting van de arbeidsmarkt maar ook een beperking van hun rol als burgers in de samenleving. Dit staat volgens de organisatoren van de actie in schril contrast met de doelstellingen van allochtone en autochtone vrouwenorganisaties, namelijk emancipatie, keuze- en godsdienstvrijheid voor alle vrouwen. Daarom roepen zij vrouwen, allochtoon en autochtoon, op om zich op 15/1 om 19u20 op de Groenplaats te verzamelen om een vrouwen- en mannenketting van solidariteit rond de Groenplaats vormen.
Meningen van sommige Belgen over het hoofddoek:
1) Met alle respect voor ieders persoonlijke levensbeschouwing kies ik er echter voor om dit in openbare functies niet toe te laten. Als je dit wel toelaat, zou je de deur openzetten voor het dragen van symbolen van een verwerpelijke ideologie en hen argumenten aanreiken via een stadsreglement.
Van ambtenaren in functie wordt (terecht) neutraliteit verwacht in het uitoefenen van hun functie. Verder wil ik er even aan toevoegen dat heel die hoofddoekdiscussie al jaren "gebruikt" wordt om een fundamenteel ander gegeven "het gelijkheidsbeginsel" in te perken, en, o ironie, dit beginsel wordt dan gehanteerd om het recht op het dragen van een hoofddoek af te dwingen. En voor alle duidelijkheid je hoeft er niet aan te twijfelen dat ik een vurig pleitbezorger ben van diversiteit in alle vormen maten en gewichten
2) Vrouwen met een hoofddoek zijn een onderdeel van onze bevolking, en het mag dat ook in de stadsdiensten deze mensen te zien zijn. Hoe kan je in de praktijk trouwens een onderscheid maken tussen mensen die "rechtstreeks klantencontact" hebben en andere medewerkers van stadsdiensten ? En wat als mensen van functie veranderen ?
De uitgebreide en zeer genuanceerde visie van het minderhedenforum over de hele kwestie vinden jullie via de url: www.minderhedenforum.be, link: standpunten en dan klikken op gender
In het oude centrum van Barcelona ligt het Kerkhof der Vergeten Boeken. Hoofdpersoon Daniel Sempere wordt door zijn vader, weduwnaar en boekhandelaar, meegenomen naar deze geheimzinnige, verborgen wereld van verhalen. Vanaf dat moment neemt Daniels leven een wending die hij niet had kunnen voorzien. Hij mag een boek uitzoeken en kiest De schaduw van de wind, geschreven door een zekere Julián Carax. Het boek laat hem niet meer los, ook al schudt de wereld tijdens het grauwe Franco-regime om hem heen op zijn grondvesten. Hij wil alles weten over het boek en de schrijver. En merkwaardigerwijs lijken alle mensen die hij ontmoet, ook de vrouwen op wie hij verliefd wordt, deel uit te maken van het grote spel waarvan het boek het middelpunt vormt.
Uit liefde voor het leven;Benoite Groult
Op een dag ontmoet Marion een woest aantrekkelijke Ier, Brian. Ze stort zich in een gepassioneerde affaire, ook tegen haar eigen verwachtingen in. Ze had zich jaren geleden al neergelegd bij het feit dat haar huwelijk niet zo gelijkwaardig was als ze van tevoren had gehoopt, en dat trouw zijn iets anders betekent voor mannen dan voor vrouwen. Maar nu, met Brian, gaan de verhoudingen langzaam schuiven. Marions moeder Alice, ooit voorvechtster op het gebied van de vrouwenemancipatie, heeft zo haar eigen problemen. Ze is in de tachtig, maar verwerpt ze het idee dat ze te oud zou zijn. Te oud om pittige stukken voor een vrouwenblad te schrijven, te oud om een computer aan te schaffen, te oud om haar kleinkinderen goed te begrijpen Ze weigert zich door haar leeftijd te laten hinderen, ondanks alle hindernissen die de moderne tijd met zich meebrengt.
Te voet naar Jeruzalem; Sebastien de Fooz
Sebastien de Fooz vertrok in maart 2005 te voet van Gent naar Jeruzalem. In 184 dagen legde hij 6000 kilometer af en doorkruiste hij 13 landen. - Bij zijn vertrek had hij slechts 50 euro op zak. Op zijn tocht liet hij zich vooral leiden door het onverwachte én door de hulp van mensen. Dat leidde tot talloze boeiende ontmoetingen. - Onderweg sliep hij bij christenen, joden en moslims en ontdekte op die manier wat deze drie wereldgods diensten verenigt. - Dit boek brengt het relaas van een moderne pelgrimstocht waarbij allerlei maatschappelijke vooroordelen stap voor stap ontkracht worden en persoonlijke angsten overwonnen. - De auteur ging op stap met een kleine videocamera. In de loop van 2006 wordt het relaas van zijn tocht in meerdere afleveringen getoond op de VRT.
Het nut van het verleden; Marc Reynebeau - Het nieuwe boek van Marc Reynebeau is integraal gewijd aan zijn grote passie: de geschiedenis en hoe mensen daarmee omgaan. - Wanneer iemand in het publieke debat historische feiten aanhaalt, gebeurt dat zelden zonder ideologische of politieke bijbedoeling. Voortdurend krijgt de geschiedenis spektakelwaarde en wordt ze gebruikt of misbruikt. Door de overwinnaars, die de geschiedenis schrijven, of door de verongelijkten, die hun versie van de feiten op het voorplan willen brengen. Denken we maar aan de 'mythe' van de vreemde overheersers in Vlaanderen, de vieringen van 175 België en 700 jaar Guldensporenslag, 'het geheim van Leopold III' of de discussies over ons koloniale verleden.
Leterme uitgedaagd; Filip Rogiers (in gesprek met Yves Leterme)
Dit is het verhaal van de rijzende ster van onze nationale politiek - Yves Leterme, zoon van een schilderbehanger, en een laatbloeier in de politiek, voor wie cijfers lijken te primeren op ideologische bevlogenheid. Tot tweemaal toe onderbrak hij zijn politieke parcours voor een job buiten de Wetstraat. Het waren achtereenvolgens de dioxinecrisis in 1999 en de voor CD&V tegenvallende verkiezingen van 2003 die Leterme uiteindelijk omhoogstuwden. - Yves Leterme in gesprek met Filip Rogiers, openhartiger dan ooit. Een boek over de weg van Flanders Fields naar het Martelarenplein, vol nieuwe inzichten over cruciale jaren in de Belgische politiek: het einde van veertig jaar CVP, de 'vuile oorlog' tussen CVP/CD&V en VLD, de paarse jaren en de uitdagingen voor de toekomst. - Met aandacht voor de communautaire hangijzers: wat met Vlaanderen, België en Brussel na 2007? - Het mens- en maatschappijbeeld van een intrigerend politicus
Mokerslag;Bart Van Lierde
,,Ik zag alleen maar hoe mijn moeder als een pop tegen de muur beukte.'' Yoeri is een jongen van twaalf. Zijn vader slaat zijn moeder en verkracht zijn zus. In het rauwe boek Mokerslag van de jonge schrijver Bart Van Lierde loert een gezinsdrama om de hoek.
We verklappen het nu al. Yoeri, de jongen van twaalf, vermoordt iemand. Waarmee moordt hij? Dat leest u op de eerste pagina. Wie vermoordt hij? Dat leest u pas op het eind. Maar ondertussen leeft u, als lezer, in het hoofd van de twaalfjarige jongen Yoeri. Eén ding is zeker. Hij neemt de woorden van zijn moeder 'dat ze pas rust zal hebben als vader in zijn graf ligt. Letterlijk.
Je moet van goeden huize zijn om op oudejaar, meteen bij het wakker worden opgestoten te worden in de vaart der volkeren en 'hoezee, hoezee' te roepen omwille van het nakende planetair orgasme. Je moet de naam Rotschilt of 'de Mora y Aragon' in je wapenschild dragen en geridderd zijn in de orde van Leopold ende tevens die van het Gulden Vlies. Met mijn eerder bescheiden komaf was het veeleer in slow motion dat het historisch belang van deze dag tot mijn anders zo wakkere grijze hersenmassa doordrong. En in hetzelfde gezapige gangetje, bereidde ik mij voor op de publieke catharsis die het hoogtepunt moest vormen van een jaar vol met kommer en kwel, verboden passies en beuzelarijen.
Om tien uur rinkelde de telefoon. Zoonlief was aan de lijn. Of ik nog wat van die Antwerpse handjes wou meebrengen, als het even kon. Neen, niet van die speculosen imitaties met kaneel. The real Mc Coy van witte of zwarte chocolade. Tuurlijk wou ik dat! Wie zou ik zijn als ik mijn eigen vlees en bloed niet de hand vol met het heilzame serotonine zou reiken. Over de trip naar Leuven, de thuisbasis van mijn oogappel, kan ik verder kort zijn. Mijn buurvrouw op de trein parkeerde doodgemoedereerd haar contrabas op mijn schoot zodat ik voor de rest van de trip met een black out zit als een immens zwart gat.
Toen ik in Leuven toekwam kuste ik de grond. Niet omdat er grenzen zijn aan de talrijke deugden van seriële monogamie. Evenmin uit adoratie voor het verenigd papendom dat 's werelds landingsbanen telkens weer aan de godvrezende lippen drukt...Wel omdat Leuven de stad is 'waor assek zen gebore' en twintig jaar voorbeeldig burgerschap met eervolle vermelding in de stadsarchieven inschreef. Inderdaad, lieve mensen, als een meeuw op een stort leefde ik jarenlang in de baronie van Louis Tobback. Al was dat gelukkig net voor de tijd dat hij een uitwijzings- en repatriëringsbeleid begon te voeren voor vreemde eenden in de bijt. Hier zag ik de eltite van de toekomstige generaties groot worden. Frank Vandenbroucke in zijn rebelse jaren. Voorman van de trotskisten en meestal gehuld in een Palestijnse sjaal. Ook toen al had hij aanleg voor pyromane neigingen. Al beperkte die zich tot het aansteken van het revolutionaire elan van duistere groupuscules. Wim Schamp was destijds een studentenleider en had toen al een klep en een ego als een industrieel zelfreinigende bakoven. En Dirk Van Den Bulck, heden hoofd van het Commissariaat Generaal voor Vluchtelingen en Staatslozen liep daar ook briljant te wezen. Dirkje? You could alwas find him in the kitchen at parties, zo schuchter was hij. Zijn lamsvlees met spruiten was evenwel succulent. En dan had je nog... en.... en.....Maar ik dwaal af. Waar staan de wegwijzers? Juist, ja....
Mijn zoon gooide de klink van de voordeur van zijn Villa Kakelbont ergens midscheeps in mijn ribben nadat ik de Radetsky-mars op zijn bel had geroffeld. Maar dit volstrekt pijnloos en terzijde. 'Dag make, dag make,' zei hij enthousiast. (Sinds ik 50 ben, ben ik een diminutiefje, groempf). Even later verscheen ook zijn Dulcinea ten tonele. Zij zag er waarlijk oogverblindend uit in haar rode avondjurk. En voor ik het wist lag het groene monster dat jaloezie heet alweer op vinkenslag. De 10 geboden van de ideale schoonmoeder die ik zo zorgvuldig had ingestudeerd, werden met één druk op de knop 'delete' uit mijn geheugen gewist.
In deze lichtelijk mentaal labiele toestand werd ik door mijn lieveling naar de gedekte tafel gedirigeerd. De goddelijke Dulcinea zweefde alras naar de keuken om haar culinaire hoogstandjes ten dis te toveren. Het verorberen van het voorgerecht veroorzaakte godzijdank geen noemenswaardige incidenten. Echter...niet zodra stond de groentenkrans met rosbief op tafel of de poppen gingen aan het dansen. Er deed zich bij mij een mentale dijkbreuk voor die het schoonmoederlijk venijn tsunamigewijs over de hoofden mijner disgenoten uitstortte. 't Moet zijn dat het Hooglied van Salomon met toeters en cimbalen het gehoor van mijn aspirant schoondochter overschreeuwde, want zij bleef minzaam glimlachen telkens ik venijnige sms-jes in de richting van haar cybernetische stuurcabine zond.
Toen Dulcinea de pommes duchesse opdiende en daarbij terloops opmerkte dat deze bereid waren met totale veronachtzaming van de goniometrische verhoudingen van de gezonde voedingsdriehoek, id est met veel hoeveboter en volle room... brak mijn spraakwater. Dat mijn jongen een gevoelige lever had, zei ik, en geen vette dingen kon verdragen. Dat hij in deze barre tijden bijkomende vitamientjes nodig had, met name C, B2 en B1 10. En dat ze eens moest ophouden met flanellen hemden te kopen, want dat hij daarvoor allergisch was. Ik keek haar daarbij in de ogen als een Schicksalgodin die uit de onderwereld was ontsnapt. Op Dulcinea's snuitje dansten ongeloof, ontzetting en gekwetstheid in staccato een stoelendans. Vreemd genoeg was dat de weerspiegeling van wat zich onderhand ook in mijn innerlijke huishouding afspeelde toen het pathetische van de situatie tot mij doordrong. Plotseling voelde ik zoiets als medelijden. Van de weeromstuit besefte ik dat wij vrouwen onze eigen doemscenario's schrijven door met elkaar in de clinch te gaan voor een plaatsje vooraan in de pikorde. Dat wij elkaar met ons gedecanteerd venijn de das omdoen en dat alleen mannen daar beter van worden. Dulcinea was mooi en begaafd. Die combinatie alleen al was dodelijk. Mooi tot daartoe. Maar én..én? Zij zou ongetwijfeld nog vele fiolen van vrouwelijke toorn over zich uitgestort krijgen. Zij zou gepest worden op het werk. Zij zou volwassen worden temidden van stellingenoorlogen en achterhoedegevechten. Haar marktwaarde zou voortdurend aan devaluatie onderhevig zijn. Vrouwen zouden over haar spreken in termen van: ja, ze is mooi, maaaaaaar: dom, onbetrouwbaar, labiel,... en meer van die fraaie dingen. En ik zou nog wat olie op het vuur gooien? Geen sprake van. Terwijl ik dit alles bedacht zat mijn zoon zichtbaar te genieten van de atavistische strijd die er om hem geleverd werd. Een gelukzalige smile op zijn gezicht verried psychedelische hoogten. Aan dit gratuite triomfalisme moest voorgoed paal en perk worden gesteld, besefte ik, alvorens het zich definitief in zijn chromosomen kon nestelen.
'Sorry, zei ik tegen Dulsjie, de menopauze speelt mij soms parten. Af en toe dansen mijn hormonen de Sint-Vitusdans. Geeft niet hoor, antwoordde ze sec, de hormonenmaffia zit er misschien voor iets tussen. Tegen een paardenspuit aangelopen, of zo?
Die zat. Ik ook. Maar daar wilde ik verandering in brengen. En wel meteen. Wat dachten jullie van een bezoekje aan de kersmarkt, vroeg ik. Daar hadden ze wel oren naar en even later gingen we op stap.
De Leuvense kerstmarkt was een gekloonde versie van de miskleunen die overal elders in ons landje de stadscentra in Beierse operettes omtoverden. Houten chaletjes, gezinspakken met glühwein en weihnachtsstollen, het voltallige ledenbestand van de Bond voor Grote Gezinnen. Kortom: alle redenen om een blik parelfrisse wintervreugde open te trekken gaven acte de présence. Opvallend was wel dat ook hier de commercie de Scharzwaldromantiek begon te verdringen. Het paar aan mijn zijde genoot evenwel zichtbaar van elkaar en van de talrijke verlokkingen die voor hun neus in de aanbieding lagen. Hij kocht een pluchen rendier voor haar. Zij voerde hem met zandgebak en tonnen ovenwarme charme. Ik stond erbij als een moeder die uit haar ambtelijke functies was ontzet en geen verweer mocht inbrengen tegen de aanslagen op haar spruits' fysieke conditie. Het was een beproeving zonder weerga. De dramatische intro van het Stabat Mater (lacrimosa) van Pergolesi vulde geleidelijk aan mijn hele wezen. Maar met de kadaverdiscipline van 'zij die gaan sterven' hield ik de tanden op elkaar.
Gelukkig liepen we T. tegen het lijf die ons een drankje aanbood in een nabijgelegen café. Daar kletsen we een eind weg tot het tijd werd om het vuurwerk te gaan bewonderen. Wegens het slechte weer liep dat deel van ons programma met een sisser af. De vuurpijlen geraakten niet voorbij het stadium van 'sfeer en fun met het meisje met de zwavelstokjes'. Mijn zoon sloeg zijn warme winterjas om de schouders van Dulcinea. 'Niet doen,' wilde ik schreeuwen, zijn vatbaarheid voor verkoudheden indachtig. Maar ik beet op het puntje van mijn tong. Schoonmoeder zijn? Het is voorwaar geen sinecure.
PS. Voor de puristen onder ons... mijn schoondochter is een schat van een kind en bovendien erg verstandig. Maar een mens moet toch ergens een uitlaatklep vinden voor zijn opgekropt venijn.
Mea culpa... Mea maxima culpa. Ik ben vandaag over de schreef gegaan. Ik heb gezondigd tegen de ongeschreven wetten van smaak en goed fatsoen die in mijn natuurlijke biotoop aan de orde zijn. Ik heb gesjoemeld met de maten en gewichten waarmee er in die microkosmos gemeten wordt. Die wereld van echte en pseudo-intellectuelen waarin ratio en kritische zin centraal staan. Waarin Foucault en Jean-Paul Sartre de scepter zwaaien en Dostojewski en Goethe op de boekenplanken staan. Waarin Peter Postlewaith en Bruce Willis in al hun getormenteerdheid de helden zijn van het witte doek.
Eén ding staat echter vast. Ik was geheid niet de enige die een scheve schaats reed. Ik deelde alleen maar een publieke schuld. Jaja, beken maar: jij en jij en jij. Hoogmoedig bewijzen jullie lippendienst aan de verzamelde werken van Milan Kundera of Marcel Proust. Beslagen in de letteren citeren jullie foutloos uit 'Il Decamerone' van Boccaccio of de 'Canto General' van Pablo Neruda. Als het even kan outen jullie je als de Encyclopedia Brittanica met een optie op de Hogere Kunsten. Maar in de beslotenheid van de wachtkamers van onze geneesheren of in het scatologisch isolement van het kleinste kamertje gooien jullie je met sturm und drang op dat wat men doorgaans rioolliteratuur pleegt te noemen. Met rode oortjes lezen jullie daar hoe Brad Pitt zijn vunzige lusten botvierde op Angelina Jolie. Met toenemende empathie volgen jullie het relaas van de borstcorrectie van Joyce De Troch. En jullie zijn maar wat content dat het gekroonde en bejubelde volkje ook zijn portie drama te verwerken krijgt. Dat niveleert enigszins hun status en bewijst dat de portie kommer en kwel in deze wereld toch enigszins eerlijk verdeeld is. Maar ééns terug in de buitenwereld gebaren jullie van krommen aas en halen jullie luidruchtig de neus op voor dat soort vulgair volksvermaak. Net zoals het destijds not done was om naar Dallas en Dynasty te kijken. Toch was iedereen op de hoogte van de laatste ontwikkelingen op de Southfork ranch en gaf iedereen zich over aan speculaties over de verdere lotgevallen van de familie Ewing.
Durf mij dus niet met de vinger te wijzen omdat ik vandaag naar de wederwaardigheden van Sissi keek. Dat monument van sentimentaliteit en boudoir-romantiek. Vergeef mij omdat ik meebeleefde hoe Sissi omwille van een ongeneeslijk gewaande ziekte van haar Franz Jozef gescheiden werd. Hoe haar schoonmoeder het vel van de beer wilde verkopen voor hij geschoten werd en meteen op zoek ging naar een nieuwe partner voor haar zoon. Tranen met tuiten heb ik gehuild. Niet omwille van Sissi, maar omwille van mijzelf. Ik gaf me volop over aan plaatsvervangende projectie. Beeldde me in dat een prins op een wit paard zoveel van me hield dat hij bereid was voor mij zijn scepter en kroon aan de wilgen te hangen. Heel even leefde ik in een droom die ver boven de alledaagse werkelijkheid stond. En het deed deugd om me even in die sprookjeswereld te verplaatsen en me aan ersatz-romantiek over te geven. Een mens moet af en toe kunnen zwelgen in pathos en weltschmerz om zijn psychisch evenwicht te bewaren. Dus willen jullie zo goed zijn mij deze misstap niet euvel te duiden? Wie weet heeft hij mij behoedt voor een carrière in de criminaliteit of voor opname in de psychiatrie omwille van een depressie. Wie zonder zonde is werpe de eerste steen! Nu nog iemand vinden om mijn tranen af te vegen!
En om helemaal in de kerstsfeer te komen stond er gisteren een Roma-koppel voor de deur van ons hulpverleningsbastion. ROMA: met de r van rapaille, de o van ongewenst, de m van minkukels en de a van auslösung. Of ik hen kon helpen, vroegen ze. Ze waren dakloos, beweerden ze. Rücksichtlos op straat gegooid door hun huisbaas omdat ze al vier maanden lang hun huur niet hadden betaald. Maar wat wil je, ze waren hun rechten op een uitkering kwijtgespeeld wegens een procedurefout bij het behandelen van hun asielaanvraag. Ze moesten zich maar met wat gescharrel links en rechts in leven houden. Ik zat midden in een pastiche van het verhaal van Jozef en Maria die tevergeefs aan de herberg aanklopten. Hallo! Aarde aan Patrick Janssens: hebben wij daarvoor ons Latijn in uw herverkiezing gestoken?
Vluchtelingen zijn er in alle maten en gewichten. En die maten en gewichten worden op vrij arbitraire wijze geijkt op de Dienst Vreemdelingenzaken. Sommigen krijgen een vluchtelingenstatuut, anderen niet. Al naargelang de vlag hangt in het land van herkomst. Roma krijgen vrijwel altijd een nul op het request. Omdat zij zogezegd afkomstig zijn uit landen waar alles peis en vree is. De meeste Roma komen uit de voormalige Oostbloklanden. In die landen worden zij zwaar gediscrimineerd. Zij hebben ongelijke kansen in het onderwijs, op de werkvloer, qua huisvesting. Vaak worden zij het slachtoffer van racistische aanslagen. Amnesty International heeft honderden dossiers over Roma die met basebalknuppels of anderszins zwaar mishandeld werden. En zo geraken die mensen tussen wal en schip gevangen. Geen enkel Westers land is bereid om hen liefdevol in de armen te sluiten, terwijl een terugkeer naar hun thuisland vrijwel gelijk staat met harakiri plegen. Vluchtelingen worden nagenoeg allemaal als luizen in de pels bejegend. Maar Roma zijn de parias onder de parias. Zij worden geschuwd als de pest en als een hete aardappel van Oost naar West doorgeschoven. Oh ja, we dwepen met hun melancholische bohémienmuziek. We hebben de films van Kustarica in ons hart gesloten. Maar als het er op aan komt deze mensen in hun anderszijn te aanvaarden geven we niet thuis. Nochtans zijn het leuke en productieve mensen indien zij de nodige kansen krijgen, heb ik me laten vertellen. Maar de vooroordelen die zij moeten overwinnen zijn niet van de minste. De was wordt nog altijd vierklauwens binnengehaald als zij in een dorp passeren. En de waakhond krijgt het bevel om meteen te bijten. Natuurlijk moeten zij uit stelen gaan als zij nergens kansen krijgen. En kansen krijgen zij nergens omdat zij zogenaamd stelen. Het is het verhaal van de kip en het ei. Een perpetuum mobile waar begin nog einde aan zit.
En zo zat ik daar gisteren dus op een houtje te bijten terwijl ik koortsachtig nadacht hoe ik die mensen kon helpen. Ik telefoneerde naar dienst X, contacteerde meneer Y, mailde naar mevrouw Z, maar overal kreeg ik hetzelfde te horen: dienst x, y en z waren in verlof tot na de kerstvakantie.
Een gevoel van machteloosheid bekroop mij. Ik kon die mensen toch moeilijk zelf onderdak gaan geven. Ik woon godbetert op een voorschootje groot. Dus gaf ik hen een paar adressen waar ze maar eens moesten gaan aankloppen. Op hoop van zegen. Hoe het uiteindelijk afgelopen is weet ik niet. Och een dakloze Roma meer of minder komt er tegenwoordig niet meer op aan. Hoe is't in godsnaam mogelijk dat in onze hoogtechnologische maatschappij die moeiteloos raketten naar de maan schiet, die zoveel investeert in wetenschap en onderzoek, die zoveel rijkdommen herbergt, dit soort toestanden nog kan bestaan. De Bange Blanke Man schermt zijn verworvenheden af en weigert akte te nemen van de multiculturele realiteit. Tot nader order. 'Vrede op aarde aan alle mensen van goede wil?' Ammehoela. Doe open Bange Blanke Man!
Schoonmoeders, zij zijn het schuim der aarde! Wat zeg ik! Ze zijn de schrik der zeven wereldzeeën. De nagel in de doodskist van iedere onverlaat die de euvele moed had één van hun in helse pijnen gebaarde procreatieve hoogstandjes tot man of vrouw te nemen. Hun reputatie is kwalijker dan die van de boze stiefmoeder, die het - strikt genomen - qua methodieken vrij simpel houdt. Stiefmoeders gaan ambachtelijk eenvoudig tewerk. Zij mengen wat curare met arsenicum in een grote vijzel en amper twee dagen later is er van het grut dat hen voor de voeten loopt geen spoor meer te bekennen. Schoonmoeders, daarentegen, hebben heel wat meer lagen en listen onder de leden. Zij hebben een geintegreerd actieplan om dat wat hun rechtens toekomt terug voor zich in te palmen. De tactiek die zij bezigen wordt doorgaans psychologische oorlogsvoering genoemd. En die beheersen zij tot in de pijnlijke details. Als volleerde puppetmasters bespelen zij de neuronen die het menselijk zieleleven bepalen. Zij weten hoe zij angst en onrust kunnen oproepen. Zij beseffen hoe zij met één welgeplaatste opmerking het zelfbeeld van het voorwerp hunner haat tot ground zero kunnen herleiden. De Cruella De Villes van deze aarde hebben er absoluut geen moeite mee om hun aangetrouwde kroost in een permanente staat van beleg te gijzelen. Zo hopen zij het uit hun vlees, bloed en DNA opgetrokken kunstwerk terug aan moeders pappot te krijgen. Hun ultieme wapen is de strategie van de verschroeide aarde. Als hun genetisch en anderszins gemanipuleerd materiaal niet voor hun streken wil zwichten, blazen zij alle bruggen achter zich op en trekken zich terug op een stragegisch gelegen uitkijkpost met zicht op het niet voor verbetering vatbare huishouden.
Sinds kort mag ik mij een volwaardig lid van deze sympathieke vrouwelijke gemeente noemen. Mijn zoon is mij namelijk ontrouw met een andere vrouw. Veel jonger en knapper dan ik, al heeft zij haar verstandelijke vermogens niet mee. Wat dat betreft moet zij ruimschoots de duimen voor mij leggen. Maar ja, een mens moet niet alles willen in het leven. Natuurlijk ben ik een tikkeltje jaloers op dit wezen dat moeiteloos over mij heen surfte in de topt 10 van mijn telgs' wereldse geneugten. Sinds hij haar kent ziet hij mij amper staan. Ik moest dan ook twee keer slikken toen dit feeërieke wezen van zijn dromen mij uitnodigde om samen met hen de jaarovergang te vieren. Dit moest voorwaar een list zijn. Een snood plan om al mijn geheime oorlogswapens te leren kennen. Maar dan hadden ze buiten de waard(in) gerekend. Ik zou mij tijdens deze vuurproef niet laten kennen. Dus stelde ik een lijstje samen van do's en don'ts om niet in de val van de alle stereotiepen bevestigende schoonmoeder te trappen. Al moet ik bekennen dat de do's lichtelijk achterwege bleven. Ik ben namelijk niet van plan daar ook maar één poot uit de mouwen te steken. Lopen, rennen zullen ze voor me! Voor de don'ts kon ik rijkelijk putten uit eigen ervaringen met specimina van deze menselijke soort. Volgende punten kwamen aan bod:
- zeg niet tegen je nazaat dat hij er slecht en onverzorgd uitziet alsof hij in maanden niets onder ogen kreeg om met een vork in te prikken en zijn slaap verstoord werd door een onverzadigbare nymfomane die het onderste uit de kan (man?) wil. - zeur niet over het gebrek aan aandacht en huisbezoeken van je progenituur - begin niet demonstratief te stofzuigen, de auto te wassen of de das van je lieveling deftig te knopen - vraag niet om de haverklap of er al iets op komst is, ook al speelt het lege nestsyndroom je behoorlijk parten. Laat thuis die kindermand, of dat totaal verouderde doopkleedje van je jongste, en laat zeker geen geboortekaartjes drukken. - maak je schoondochter niet voortdurend attent op haar en zijn frivole kleding, of de surrealistische Buchenwald snit van zijn haar - geef geen aanbevelingen bij het bereiden van gerechten voor het voorwerp van jullie beider liefde - zorg er voor dat je qua kleding, uitstraling, en make up je schoondochter niet overtreft. Zeg niet dat zij haar snor moet bijscheren. - begin zeker niet de boterhammetjes te smeren voor je lieveling om de dag nadien mee naar zijn werk te nemen - begin niet over de talrijke voorgangsters van je schoondochter die door je zoon het hof werden gemaakt en die over een keure van uitstekende kwaliteiten beschikten
Het hoeft geen betoog dat ik hier niet alle geheimen en tips ga prijsgeven, teneinde het schoonmoederschap met de geheel eigen karaktertrekken voor uitsterving te behoeden. De mensheid zou zonder deze kleurrijke flora en fauna voorzekers een heel stukje armer zijn. En onder het motto: 'een gewaarschuwd en gewapend schoonmoeder is er twee waard': op naar het nieuwjaarsfeestje!
Zalig kerstfeest Een Nederlands artistiek bedrijf heeft een DVD uitgebracht om de kerst van eenzame einzelgangers op te fleuren. Op de DVD zie je tafelgenoten eten, drinken en converseren.
Belangstellenden kunnen een keuze maken tussen zes verschillende acteurs die elk een origineel script vertolken. Er is dus voor elk wat wils. De makers van deze DVD, de Tilburgse CowBoys en Theater NWE Vorst, hopen hiermee tegemoet te komen aan de behoefte aan gezelschap van mensen die zonder vrienden of familie kerstmis moeten vieren.
Drastisch Een Russische vrouw werd zo boos omdat haar man niet met haar wou vrijen dat ze zijn penseel (zie Bob Coolsaet) afplakte met scotch plakband en alsnog tot geslachtsgemeenschap probeerde te komen. Het plan mislukte. Daarop pakte de vrouw ook de handen, benen en het hoofd van haar echtgenoot in met plakband en ging slapen. De website Pravda.Ru meldde donderdag dat de man in de loop van de nacht stikte.
Onderzoekers rapporteren dat de 28-jarige vrouw op die dag een feestje bouwde met haar man en zoon. Die laatste meldde dat zijn moeder bij het thuiskomen duidelijk boven haar theewater was. Ze wou per sé een seksfeestje bouwen met haar man, maar die wees haar doodgemoedereerd af. De vrouw begon hem daarop te slaan, en dwong hem om al zijn kleren uit te trekken. Daarop begon ze hem met plakband te bewerken.
De vrouw beweert dat haar ega beledigingen naar haar hoofd slingerde en dat zij hem alleen maar wou doen zwijgen. Ze hield vol dat haar man niet dood was maar gewoon deed alsof. Er werd evenwel een onderzoek naar de zaak ingesteld. Als de vrouw schuldig wordt bevonden aan moord riskeert ze een jarenlange gevangenisstraf.
Een vliegtuig van American Airlines moest maandagmorgen onverwacht een noodlanding maken, nadat een passagier een lucifer aanstak om de geur van een knallerd van een wind te maskeren. De vlucht die op weg was naar Dallas, werd afgeleid naar Nashville, nadat diverse passagiers melding maakten van een solfergeur. Alle 99 passagiers en 5 leden van de crew werden opgevangen op de luchthaven en gescreend. Ook het vliegtuig werd grondig onderzocht. De FBI ondervroeg een passagier die toegaf dat hij de lucifer aanstak in een poging een lijfgeurtje te verbergen. Hij was naar verluidt onder medische behandeling voor een aandoening aan de sluitspieren. Het vliegtuig steeg weer op, maar de petomaan kreeg geen toestemming om terug mee te vliegen. Er zal evenwel geen gerechtelijke procedure tegen hem worden ingeleid.
Dublin (Reuters)
De voltallige staf van een Ierse school moest noodgedwongen een gepland feestje afblazen, omdat Gus, de kameel zich tegoed deed aan een tiental taarten en diverse blikjes Guinnes die in feite bestemd waren om kerstmis de nodige luister bij te zetten. Gus die een hoofdrol speelde in de Magical Animal Kingdom Show van de rijschool in de buurt, sloeg toe terwijl het personeel zich omkleedde voor de feestelijkheden. Hij brak door de omheining van het terrein waarop het feestje zou plaatsvinden en trakteerde zichzelf op een gezellig uitje. De 11-jarige kameel, afkomstig uit Marokko, trok met de tanden 6 blikjes echte Ierse stout open nadat hij merkte dat de deur van zijn stal niet vergrendeld was. Gus bleef Siberisch onder de commotie die ontstond toen het schoolpersoneel ontdekte wat er gebeurd was. De directeur zei: 'we verheugden ons allemaal op het feestje, maar wij kunnen het Gus niet kwalijk nemen. Het is echt een kameel uit de duizend.'
En nu ik jullie op een zacht vuurtje laten sudderen heb, teneinde het verlangen ten top te drijven (pijn verhoogt het genot, zegt men, en vice versa) volgt hierna een nieuwe aflevering van de toch wel uitermate boeiende soap die mijn leven is. En wel deze
Ik had gisteren iets willen schrijven over het enige kerstlied ter wereld dat niet als mierzoete baklava aan je trommelvlies blijft hangen, met name het in alsem en vitriool gedrenkte 'Fairy Tale of New York'. Het wordt gezongen door de in alcohol gemarineerde Shane Mc Gowan, (The Pogues) en de inmiddels overleden Kirsty Mac Coll. Mac Cowan wordt ook wel de Ierse Charles Bukowski genoemd. Zijn uiterlijke tekortkomingen sublimeerde hij bijwijlen in prachtige poëtische teksten en beklijvende melodieën. Als één van de voormannen van de Ierse punkgroep 'The Pogues' haalde hij regelmatig de krantenkoppen. Zijn notoire slemppartijen en drugsverslaving waren dankbaar voer voor de paparazzi. Niet zonder reden, overigens. Het promille booze in zijn bloed werd allengs zo aberrant dat de bandleden besloten hem zijn C4 te geven. Een flater van belang, want het kwam nooit meer goed met the Pogues. Mac Gowan richtte de Pokes op die evenmin gewichtloos van de grond kwamen.
Fairytale of New York is een naar Iers model geboetseerde ballade die werd uitgebracht als een single in 1987, toen alle Pogues nog onder hetzelfde echtelijke dak woonden. Het lied haalde moeiteloos de eerste plaats in de Ierse en de tweede plaats in de Britse hitparade. Het werd in de loop der jaren zowel in Engeland als in Ierland een festivalklassieker. Drie jaren op rij werd deze kaskraker verkozen tot beste kerstlied aller tijden (2004-2006) in de polls van de muziekzender VH1 UK. De tekst ervan gaat over twee Ierse immigranten, minnaars of ex-minnaars die aan de vooravond van kerstmis vaststellen dat al hun jeugdige dromen de bodem ingeslagen zijn door alcolhol en drugs. Verwijten en scheldwoorden vliegen over en 't weer. Shane Mac Gowan was met zijn Stonehenge-gebit erg overtuigend in zijn rol van de aan lager wal geraakte echtgenoot. Hij lalt als het ware zijn nogal rauwe liefdesverklaring de ether in. Geef toe, 't is eens wat anders dan de Chantilly & lace van het doorsnee kerstlied. Kirsty Mac Coll overleed vier jaar geleden op 41 jarige leeftijd toen ze getroffen werd door een speedboat tijdens het duiken aan de kust van Mexico. De tekst van mijn all time favoriete kerstlied vind je hieronder.
"Fairy Tale In New York"
It was Christmas Eve babe In the drunk tank An old man said to me, Won't see another one And then he sang a song 'The Rare Old Mountain Dew' I turned my face away And dreamed about you Got on a lucky one Came in eighteen to one I've got a feeling This year's for me and you So happy Christmas I love you baby I can see a better time When all our Dreams come true
They've got cars Big as bars They've got rivers of gold But the wind goes Right through you It's no place for the old When you first Took my hand On a cold Christmas Eve You promised me Broadway was Waiting for me
You were handsome You were pretty Queen of New York City When the band finished playing They howled out for more Sinatra was swinging, All the drunks They were singing We kissed on a corner Then danced through the night
[CHORUS:] The boys of the NYPD choir Were singing 'Galway Bay' And the bells were ringing Out for Christmas Day
You're a bum You're a punk You're an old Sl*t on junk Lying there almost Dead on a drip In that bed
You scum bag You maggot You're cheap and you're haggard Happy Christmas your arse I pray God It's our last
[Repeat chorus]
I could have been someone Well so could anyone You took my dreams From me when I first found you I kept them with me babe I put them with my own Can't make it all alone I've built my dreams Around you
[Repeat chorus]
Na na na na na na Na na na na na na Na na na na na na Na na na na na na
Na na na na na na Na na na na na na Na na na na na na Na na na
Ik zei dus wel degelijk: dat ik gisteren wou schrijven, want lieve mensen, mijn computer thuis is het aan het begeven, en vermits ik meestal thuis schrijf zou er wel eens enige onregelmatigheid kunnen komen in het brengen van stukjes. Tot ik een nieuwe computer heb uiteraard. Bovenstaand liedje is ook te downloaden via YouTube, maar hoe ik daar moet aan beginnen weet ik al helemaal niet
De andere prijsbeesten uit de VH1 UK poll van 2004:
2. Do They Know Its Christmas?, Band Aid 1984
3. Last Christmas, Wham! 1984
4. Merry Xmas Everybody, Slade (1973)
5. Do They Know It's Christmas, Band Aid 20 (2004)
6. All I Want For Christmas is You, Mariah Carey (1994)
7. I Wish It Could Be Christmas Everyday, Wizzard (1973)
8. White Christmas, Bing Crosby (1977)
9. Happy X-mas (War Is Over), John Lennon (1972)
10. Stay Another Day, East 17 (1994)
11. Christmas Time (Don't Let The Bells End), The Darkness (2003)
12. Mistletoe and Wine, Cliff Richard (1988)
13. Step Into Christmas, Elton John (1973)
14. Lonely This Christmas, MUD (1974)
15. Power Of Love , Frankie Goes To Hollywood (1984)
16. Little Drummer Boy, David Bowie / Bing Crosby (1982)
17. Do They know It's Christmas, Band Aid 2 (1989)
18. Wonderful Christmas Time, Paul McCartney (1979)
19. Walking In The Air, Aled Jones (1985)
20. Please Come Home For Christmas, Bon Jovi (1994)
Of ik mijn goed humeur wilde meebrengen, vroeg mijn zusje nog. Naar het familiale kerstfeestje, met name. Mijn goed humeur? Verdraaid nog aan toe, zeg.... dat was toch al wel weer ruim twee maanden geleden dat ik dat bakbeest nog eens van stal had gehaald. Maar waar het sindsdien was gebleven! Ik zocht alle laden en kasten af en vond het tenslotte terug in het vriesvak van de ijskast waar het tot kleine kubusjes werd gevroren. Immers, een menselijke hoedanigheid die met uitsterven wordt bedreigd kan je maar beter in kleine geconcentreerde doses over selecte gebeurtenissen uitspreiden. Ik nam één blokje goed humeur en stak het in mijn handtas.
Over de trip naar mijn zus kan ik verder kort zijn. Mijn buurvrouw op de trein parkeerde doodgemoedereerd haar contrabas op mijn schoot, zodat ik - wat het verloop van de reis betreft - een blackout heb als een immens zwart gat. In Leuven maakten we een tussenstop. Daar moest ik het levende bewijs van mijn vleselijke lusten ophalen. Mijn lieve zoon, die mij er af en toe aan herinnert dat een gelofte van kuisheid ook zo zijn charmes heeft. Het Leuvense stationsplein stond in rep en roer. In een glazen huis hongerden drie presentatoren van studio Brussel voor de slachtoffers van landmijnen. Rond de kooi stond een horde sympathisanten die zwelgend in frites, hamburgers, pitta's uit het handje de actievoerders een riem onder het hart kwamen steken. Een glazen huis voor het goede doel kan nog net.... bedacht ik een beetje spijtig. Maar wanneer krijgen we eindelijk een beleid als een glazen huis. Maar daar stond reeds de vrucht van mijn nochtans vrij dorre lendenen te wuiven, om mij aan mijn somber gepeins te ontrukken. O jeetje. Wat zag hij er weer stralend uit. Een lange zwarte jas met epauletten constrasteerde fel met zijn melkwitte gezicht. Djeezes, hij had weer een aanval van 'Gothic' . Oh, wat zou mijn moeder in de wolken zijn.
Maar daarom niet versaagd. Drie kwartiertjes later vervoegden wij het gezelschap dat bij zusje thuis ten dis was uitgenodigd. Oma, opa, broers en zussen, moeder, nonkel missionaris, de bij Gods' decreet verplichte eenzame, en kleine Joram. 'Aan tafel', riep mijn zus al vrij snel. En wie waren wij om haar wil niet te respecteren. Amper hadden onze bipsen de stoel geraakt, of nonkel missionaris begon een redevoering af te steken. Dit zou een solidariteitsmaal worden, zei hij, met de armen der wereld. Het verschil in kosten met een normaal kerstdiner zou aan een goed doel worden besteed. Ik kreeg terstond last van warmteopstootjes. Drie dagen had ik gevast om mij hier met des te meer enthousiasme op de kunst van het 'gaffelen' te kunnen storten. En dan dit. Het blokje goed humeur in mijn handtas smolt weg als sneeuw voor de zon. Ook de eenzame kreeg terstond het bibberwater. 'Beste mensen', sprak hij, 'dan kras ik maar eens op. In feite ben ik helemaal zo eenzaam niet. Ik heb vijf bloedjes van kinderen, een vrouw en een minnares die allen naar mijn gunsten dingen. Ik heb nog één en ander goed te maken. Tot nooit meer dus!' En weg was hij. De kommetjes met rijst in eigen nat kwamen in een gezapig tempo aanrukken. Van enige garnering was geen spoor te bekennen, het laurierblaadje niet te na gesproken. Dit galgenmaal moesten wij doorspoelen met mineraalwater of water waar met een katapult een theebuiltje was doorheen geschoten. Het enthousiasme was te snijden. Alsmaar meer zakten de kinnen van de aanwezigen naar ongekende diepten. Onderwijl oreerde nonkel missionaris over die arme kindjes in Afrika die met een hongeroedeem moesten leren leven. De verwarming was opzettelijk twee streepjes hoger gezet, om Saheltoestanden te evoceren. Als kers op de taart zongen 'de heikneuters' op de achtergrond zeer toepasselijk van 'hoe leit dit kindeken'. Hebt u niets van 'Slipknot', vroeg mijn zoon aan mijn zus, 'of een ander black metal groepje?'. Oma dronk van consternatie per abuis van opa's water. 'Maar Gust, dat is jenever,' zei ze schril. 'Mirakel, mirakel', riep opa, en hij gooide zijn armen in de lucht. Daardoor belandde de lucifer die hij net had afgestreken om zijn sigaret aan te steken in de kerstboom, die door de tropische temperaturen tot een dorre houtmijt was herleid. Het gevaarte stond binnen de kortste keren in lichterlaaie. 'Oh, kijk, het Joelvuur, zei mijn oudste broer, die als verwoed paganist altijd al back to basics wou en met een vuurdans de zonnewende begon te vieren. 'Brand, brand, brand,' riep mijn jongste zus, zoals zij dat tijdens de brandoefeningen op school had geleerd. Mijn moeder snelde naar de keuken, pakte de kom met afwaswater en gooide de inhoud daarvan over de laaiende vlammenzee. Met veel gesis en zwarte dampen kondigde het vuur zijn aftocht aan. Een paar desolate kopjes van chinees porselein, een fruitpers, en een ijsschep waren tussen de verkoolde takken blijven hangen. 'Kijk eens wat een originele kersversiering', zei nonkel missionaris op zalvende toon, 'en dan hebben wij nog een verrassing voor jullie in petto! Het dessert bestaat namelijk uit een enorme slagroomtaart, een delicatesse van bakkerij De Ceuninck'. Dat kon als aanbeveling tellen voor negen hongerige magen. De reputatie van De Ceuninck als taartenbakker is ongeslagen. Maar uit de keuken kwamen verschrikte kreetjes. 'Waar is de taart, waar is de taart', riep de gastvrouwe van de avond. Het werd een zoektocht zonder weerga. Iedereen nam deel aan de taartenqueeste. Tot mijn jongste zus het tafellaken van de feesttafel oplichtte. Daar zat ons aller neefje Joram met een mond vol met slagroom en nog een aantal brokken taart in gespreide slagorde om zich heen. Desondanks wist de feestvreugde van geen wijken.
Oma en opa begonnen een tableau vivant op te voeren, waarbij oma de engel Gabriel voorstelde die net de blijde boodschap bracht, en opa de heilige Jozef die met drilboor en schaafmachine aan een keukenkast stond te bricoleren. Dat was het ogenblik waarop de grote verdwijntruuk zich begon te manifesteren. Een na een verdwenen de feestgangers zonder veel poeha op geheimzinnige wijze. Hé, waar is mijn oudse zus naartoe? Maar niemand wist het antwoord. Even later was mijn oudste broer spoorloos. Tot ik en mijn zoon nog als enige gasten overschoten. Er zat niets anders op dan ook maar de plaat te poetsen, en dat deden we dan ook met verve. 'Nog een zalig kerstfeest', wenste ik mijn zuster toe, en wijlle weg. In het centrum van het dorp wachtte ons een alleraardigst tafereeltje. De hele familie stond samengetroept aan het plaatselijke frietkot te smikkelen en te smullen. Berenpoten met karrevrachten ketchup, vettige frieten, gehaktballen met currysaus vonden naadloos hun weg naar acht hongerige magen. 'Ik ook, ik ook,' riep mijn zoon, en hij snelde naar het frietenloket. Waar wij prompt te horen kregen dat alle voorraden uitgeput waren. Wat had ik plotseling een hekel aan Willem Vermandere die kerstmis ooit uitriep tot 'die dag dat ze niet schieten'.
'Ma, je werkzekerheid is weer gegarandeerd voor de eerstkomende weken', was de openingszin van mijn zoon toen hij vanmiddag bij mij op bezoek kwam. Ik keek hem niet begrijpend aan. 'Hoezo', vroeg ik? En toen vertelde hij mij het hele verhaal: van de 26-jarige jongeman die gisterenavond onder een tram werd geduwd, vermoedelijk door allochtonen. De moed zonk mij in de schoenen. Maanden van hard werken, van campagne voeren, van sensibiliseren voor de goede zaak werden hier door één ongecontroleerde beweging van een heethoofd wellicht naar het vergeetregister der geschiedenisboeken verwezen. De hoopvolle, positieve stemming die na de stille mars, de zonder haat straat campagne en de 0110 concerten voorzichtig kiemde, en die resulteerde in een klinkende overwinning van de SP-A, zou wel eens gevaarlijk aan het wankelen kunnen slaan. Mijn zoon zette meteen de juiste toon. 'Zie je nu wel, ma, dat het altijd Marokkaanse jongeren zijn die problemen veroorzaken! Dat kan je toch niet blijven ontkennen!'
Daar sta je dan als gevormd medewerkster in de anti-racistische beweging met je mond vol tanden. Kan je blijven herhalen dat veralgemenen gevaarlijk is, dat allochtonen alleen in het nieuws komen als er stront aan de knikker is. Veralgemenen is een typische reactie van mensen voor wie de hele migrantenproblematiek een ver van mijn bed show is. Zij kennen migranten enkel vanuit de kranten, of hebben te weinig contact met hen om gefundeerde conclusies te kunnen trekken. Als je zoals ik in de integratiesector werkt en dagelijks met nieuwkomers te maken krijgt zie je veeleer het totaalplaatje. Je plaatst het aberrante en ontoelaatbare gedrag van een enkeling tegen het decor van al die welmenende allochtonen die wél hard hun best doen om in de pas te lopen. En je vind het sneu voor hen dat een dergelijk spijtig incident een zware hypotheek legt op al hun inspanningen om zich te integreren. Want reken maar dat de gemoederen weer hoog zullen oplaaien. Filip Dewinter sprong op het voorval als een geit op een haverkist om zijn multicul verhaal weer wat op te poetsen en Jurgen Verstrepen presenteerde het item als een vette kluif aan de bezoekers van zijn weblog. De racistische onderbuikreacties die dit van de weeromstuit opleverde zijn niet voor herhaling vatbaar. De bodem werd van het racistische vat geschraapt. De 'zie je wels' waren niet van lucht.
Waarmee ik niet wil beweren dat wij de waarheid in pacht hebben. Wij zijn niet die naïeve geitenwollensokkers die zich verplaatsen in een 2pk'tje. Ook wij hebben soms onze twijfels en weten niet op alles een antwoord. Ook ik zou als vrouw niet in een moslimdictatuur willen leven waarin de rechten van de vrouw nagenoeg onbestaande zijn. Alleen, ik heb er het volste vertrouwen in dat het zo'n vaart niet zal lopen. Als ik zie hoeveel werk er wordt verzet in de integratiesector en hoeveel goodwill er leeft in de migrantengemeenschap zelf kan ik niet anders dan zeggen : 'I believe'. Voorbeelden van perfect geïntegreerde allochtonen die een meerwaarde zijn voor onze samenleving zijn er inmiddels genoeg. Waarom worden deze lichtende voorbeelden niet wat meer in de spotlights gezet! De welbespraakte Fouzaya's en de slimme Selattins zijn een welgekomen afwisseling op het stereotype plaatje van de achterlijke Achmeds en Abduls die way behind in het berberlandschap van Marokko zijn blijven hangen.
En misschien moeten wij af en toe wel eens de hand in eigen boezem steken. Want nog al te vaak wordt de inzet van allochtonen onvoldoende gewaardeerd. Zo moest Jeugdhuis Rzoezie in Mechelen - dat projecten opzet om allochtone jongeren naadloos te laten aansluiten op
Bent u voor of tegen de herinvoering van de prachtige woorden 'vierklauwens', 'redekavelen', 'verwatenheid'. Bij voldoende interesse lanceer ik een actie om deze terug op te waarderen!