'Verbeelding is alles. Het is de voorbode van de mooie dingen die het leven in petto heeft.' Albert Einstein
Ik ben...
Veerle Schaltin (°1967) Ik begeleidde bijna twintig jaar mensen met een verstandelijke beperking in een dagcentrum. Onlangs zapte ik van leven. Na een ommetje in de afslanksector werk ik nu als stafmedewerker bij een budgethoudersvereniging. Voor en na schrijf ik voor kinderen en volwassenen. Ik hou van Manlief, Zoonlief (°2002), lezen, vertellen, koken, wijn, reizen, scrapbooken, knutselen, frutselen, en duizend en een andere dingen.
Leessprokkels... Voor de kids -Het ei met de gouden gans/Veronique Puts -Vader Zeepaard/ Eric Carle -Een raadsel voor Roosje/ André Sollie -Spoken bestaan niet/ Inge Bergh -Het land van de grote woordfabriek/ Agnès de Lestrade -Al zijn eendjes/ Christian Duda -Balthazar, de eenzaamste ezel ooit/ Inge Misschaert -Verkocht/ Hans Hagen -Krullen/Hilde Vandermeeren -Allemaal willen we de hemel/ Els Beerten
Voor volwassenen -Onder de ombu-boom/ Santa Montefiore -De schaduw van de wind/ Carlos Ruiz Zafon -Duizend schitterende zonnen/ Khaled Hosseini -Het eiland onder de zee/ Isabel Allende
kleine en grote momenten uit mijn leven gesprokkeld Op wandel door woordenwoud pluk ik letters als vruchten van de bomen, bind ze tot een blogboeket.
Takken en twijgen sprokkel ik tot mijn verhaal.
25-03-2009
Woorden
Eens per week ben ik leesmama in de klas van Zoonlief.
Dit keer mogen de kinderen met letterkaarten woorden maken die ze zelf kiezen.
De zoon van de bakker legt brood en deeg.
Die van de schrijnwerker hout, zaag en hamer.
Het dikkertje maakt vet en smul.
prot, snot en piet verschijnen bij de grootste kwajongen van de klas.
Bij het meisje dat op alle jongens verliefd is lees ik toon, jens, ward en sander.
En Zoonlief legt eifeltoren en piramide.
Tja, ik kan er ook niks aan doen dat hij mijn reiskriebels geërfd heeft.
Ons buurmeisje is laaiend enthousiast over haar studiereis naar Italië. Alleen de picknick was niet zon succes.
Samen met enkele vriendinnen had ze een kerk bezocht. Daarna nestelden de meisjes zich op het grasplein naast de kerk en haalden hun lunchpakket boven. Voorbijgangers deden teken dat het niet mocht, maar daar stoorden ze zich niet aan. Hun buiken rommelden. Het zonnetje scheen lekker. Deze plek nodigde hen gewoon uit. Waarom zouden ze het dus elders gaan zoeken? De boterhammetjes smaakten overheerlijk, tot plots de politie voor hen stond. Meteen zwaaiden die met een proces. De meisjes bleken op een strooiweide te zitten.
Soepje van kokos, zalm, champignons en sojascheuten
De eerste lentezonnestralen jagen me elk jaar weer met een goed boek mijn terras op. Ook al kruip ik onder een deken en dicht bij de vuurkorf, het kan nog behoorlijk fris zijn. Nadien warm ik me graag op met een soepje. Met de deze bijvoorbeeld:
Nodig(voor 4 pers.):
-1,5 l gevogeltebouillon
-4 dl ongezoete kokosmelk
-300 g zalmfilet
-250 g champignons
-200 g sojascheuten
- 2 eetlepels olijfolie
-een kruidentuiltje
-een mespunt saffraanpoeder
-peper en zout
-kervel
Zo maak je het:
-Breng de gevogeltebouillon met het kruidentuiltje aan de kook. Laat wat inkoken.
-Zeef de bouillon. Voeg de kokosmelk en de saffraan toe. Roer goed.
-Warm nog even op, maar zorg ervoor dat de soep niet meer kookt.
-Kruid met peper en zout. Hou warm.
-Snijd de zalm in stukken van ongeveer 2 cm bij 2 cm. Bak ze halfgaar in een eetlepel
olijfolie. Laat uitlekken op keukenpapier.
-Maak de champignons schoon. Snijd ze in plakken. Bak ze samen met de sojascheuten in de
andere eetlepel olijfolie. Laat uitlekken op keukenpapier.
-Schep de kokosmelksoep in diepe borden. Verdeel de zalm, champignons en sojascheuten
Na de spannende match belt R. vanuit de voetbalkantine naar huis.
Schatje, wil jij de samenvatting even voor me opnemen?
Ja, ja
Oké!
Ja!
Maar vergeet het dus zeker niet, he? Tot straks!
Amai, zegt hij tegen zijn vriend, Wat een moeilijke verbinding. Ik heb er niets van verstaan.
Temidden van het supporterstumult drinken de mannen een pintje. Dan zoeken ze een rustiger café op.
Op straat zegt R.: Ik ga toch nog even terugbellen naar huis, want het was echt een rotverbinding daarnet.
Schatje, ik terug, he. Wil jij de samenvatting van de match opnemen?
Ja, hoor!, zegt zijn vrouw, Goed dat je lang genoeg laten rinkelen hebt, want daarnet belde ook iemand. Voor ik kon opnemen had die alweer ingehaakt.
Lange werkdagen, schrijven, feestjes, sporten, van hot naar her rijden met Zoonlief, tv, vriendinnenuitjes, overuren, vergaderingen, maken dat Manlief en ik elkaar regelmatig alleen in bed tegenkomen en dan soms zelfs pas als de anderereeds ligt te ronken.
We voelen ons daar allebei niet goed bij. Dus besloten we voortaan een half uurtje voor bedtijd onze drukke bezigheden te staken en ons samen op de bank te nestelen.
We kraken dan een flesje wijn en tateren over de voorbije dag, de dingen waarmee we bezig zijn of gewoon over koetjes en kalfjes. Het is echt thuiskomen bij elkaar.
-Koek koek Vos en Haas/ Sylvia Van den Heede: een van de avonturen van Vos en Haas, dat niet alleen mij, maar ook Zoonlief kon bekoren. Hij wurmde zich probleemloos door deze 88 paginas! Leuke tekeningen van Thé Tjong-Khing. Prachtige woorden die alle zo op hun plaats lijken te staan dat je helemaal vergeet dat dit boek op AVI-2 niveau geschreven is. Vanaf 6 jaar.
-De twaalfde man/ Hilde Vandermeeren: een levensecht en gevoelig verhaal over een kind dat koste wat het kost een topvoetballer moet worden van zijn vader. Niet alleen leuk voor kinderen, het zet vast ook sommige veeleisende ouders aan het denken. Zoonlief was weg van de illustraties van Marjolein Pottie. AVI 5. Vanaf 7 jaar.
-Verkocht/ Hans Hagen: een beklijvend verhaal over kinderslavernij in het Midden-Oosten. Krantenartikels achteraan in het boek bewijzen dat dit ook vandaag nog voor vele kinderen realiteit is. Vanaf 10 jaar.
-De gelukvinder/ Edward van de Vendel en Anoush Elman: een bijzonder mooi verteld verhaal over een Afghaanse vluchteling, gebaseerd op waargebeurde feiten. Soms hartverscheurend. Vanaf 11 jaar.
Tweeëntwintig jaar is het al geleden dat ik je voor het laatst zag. In dat veel te grote bed. Een machine ademde in jouw plaats. Ze deed dat met zon irritant geluid dat ik het maar wat graag van haar overgenomen had.
Je kamer moet bomvol geweest zijn, want nog hoor ik de stem van tante het ritme van dat apparaat doorkruisen: We zijn hier allemaal, moe, onzen A. en W. en P., en ons H. en M. en G. en V. en L .
Maar in mijn herinnering zijn er alleen dat grote bed. Ik. En jij.
Als een tere krokus. Bedolven onder een laagje sneeuw.
Een krokus die doorheen mijn kinderjaren en jeugd bloeide.
Een jonge moeder stapt met een peuter het nagelatelier binnen. Terwijl zij haar nagels laat verzorgen speelt haar zoontje in de buggy met zijn knuffel. Als het even kan kijken de nageljuffrouwen van hun werk op naar de kleine. Zijn oh oh ta ta... doe da vertedert hen. Als het jongetje eerst per ongeluk, maar daarna doelbewust zijn speeltje laat vallen springen ze om het snelst recht om het weer in zijn kleine knuistjes te stoppen. Elke glimlach die hij produceert maakt hen zielsgelukkig. Wat is hij toch schattig!
Als even later een snottebel uit zijn neus drupt concentreren de meisjes zich alle op de nagels voor hen. De handen van de moeder zitten in het droogkastje. Zij kan dus niet weg. Ze kijkt haar zoon vertwijfeld aan, maar durft niemand iets vragen. Het kind eet het groene slijm ondertussen haast op. De juffen werken alle stevig door.
Ik kan het niet aanzien. Helaas zitten ook mijn handen in het droogkastje. Hebben jullie geen zakdoekje? vraag ik.
De meisjes buigen zich alle dichter naar de nagels voor hen toe.
Euh wacht , stamelt de eigenares van het atelier, Ik zal seffens eens zien. Ze vijlt alsof haar leven ervan afhangt.
Gelukkig zijn de nagels van de jonge moeder nu droog. Ze staat op en veegt het snot weg.
Dada roepen de nageljuffrouwen met hun liefste glimlach op het gezicht als de moeder met haar peuter naar buiten stapt.
Toen we zon vijftien jaar geleden lid van een wijngilde werden, doopten ze ons daar meteen om tot jeugd. We waren er immers het jongste koppel. Omdat we onze wilde haren al lang kwijt waren, vonden we dat best grappig.
Ondertussen zijn er haast geen jongere mensen bijgekomen. Toch hoor ik er het woord jeugd niet meer vallen. Ik weet eigenlijk niet wanneer ze opgehouden zijn met ons zo te noemen.
Daar dacht ik die middag aan toen de bedrijfsrevisor ons kantoor bezocht. Blijkbaar komt hij eens per jaar langs. Hij lunchte samen met ons.
Vele nieuwe gezichten hier, merkte de man op.
Naast mij zijn er inderdaad nog een heleboel andere mensen het voorbije jaar aan de slag gegaan. Toevallig zaten al die nieuwelingen - afgezien van mezelf stuk voor stuk jonge mensen - aan de ene kant van de tafel en de anciens aan de andere.
En de jeugd zit nog bijeen ook, liet hij erop volgen.
Ik zweeg stil. Mijn strategische plaats vlak naast hem zorgde er immers voor dat hij geen zicht op mijn rimpels had.
Zoonlief bekijkt de ringen aan mijn vingers. 'Zijn die echt goud?' vraagt hij. 'Ja,' knik ik. 'Kreeg je ze allemaal van papa?' Weer: 'Ja.' 'Amai, dan moet onze papa rijk zijn!'
Het doet me ontzettend veel plezier. Ik vind zijn oordeelheel belangrijk. Dat zeg ik hem ook.
Tja laat hij erop volgen, Je weet dat ik niet veel lees. Het is zoals met wijn. Iemand die haast nooit wijn drinkt, vindt het simpelste flutwijntje ook lekker. Die kan niet vergelijken.
Daar zit waarheid in.
Voelde ik me eerst de koning te rijk, dan nuslechts nog de prins, of misschien zelfs maar de knecht. Maar dan wel een knecht die het goed heeft.
Ik besluit rustig de feedback van mijn cursusgenoten af te wachten.
Op dit blog schrijf ik gauw een elfje uit de oude doos over en post ik fotos die al eeuwenlang in mijn album kleven, want een klein mannetje trekt me voortdurend aan mijn mouw zijn wereld binnen.
In de rij aan de kassa in de supermarkt fluistert datzelfde mannetje mij van alles in mijn oor.
Ook in de auto tatert hij honderduit en vraagt net voorbij de zijstraat doodleuk: Moest je hier eigenlijk niet afslaan?
Thuis sleept hij me dag en nacht naar het witte scherm. Hij kruipt in mijn vingers en laat ze over de toetsen dansen.
Dat mannetje is het hoofdpersonage uit mijn nieuwste verhaal. Ik schrijf het voor een cursus. Hij zorgde ervoor dat ik op mijn dooie gemak de deadline haalde.
Het is het jaar 1939. Nazi-Duitsland. Het leven van Liesel Meminger verandert op slag als ze bij het graf van haar broer een voorwerp vindt dat gedeeltelijk onder de sneeuw ligt. Het is Het Doodgravershandboek, dat daar per ongeluk lijkt achtergelaten. Liesel leert lezen van haar pleegvader en begint een passie te ontwikkelen voor boeken en taal. Al spoedig steelt ze boeken uit de boekverbrandingen van de nazi's, uit de bibliotheek van de vrouw van de burgemeester, waar er ook maar boeken te vinden zijn. Maar het zijn gevaarlijke tijden. Als het pleeggezin van Liesel een jood in de kelder verbergt, gaat er een wereld voor Liesel open, maar ook dicht...
Ooit al de Dood zelf aan het woord gehoord?
Wel, in De boekendief van Markus Zusak vertelt hij het verhaal. Is hij een nietsontziende boeman? Eigenlijk niet, hij doet ook maar zijn werk. Weet je trouwens hoe zwaar hij het tijdens die oorlogsjaren had, toen hij zoveel doden diende weg te slepen?
De Dood vertelt over de oorlog zondernaar het slagveld zelf te trekken. Hij geeft de gruwel ervan weer zoals Liesel en haar omgeving deze ervaren. Maar hij verhaalt ook over de liefde voor woorden, telkens weer.
Een liefde die de schrijver vast ook deelt, want wat me het meest zal bijblijven van dit boek is de taal waarin het geschreven is. Zeer beeldend. Vol originele uitdrukkingen.
Toen hij die avond het licht aandeed zag Liesel het vreemde van haar pleegvaders ogen. Ze waren gemaakt van vriendelijkheid en zilver. Zacht smeltend zilver.
Een bijzonder boek voor jongeren (met enige leeservaring) en volwassenen.
Schoolvakanties grijpen wij graag aan om musea of tentoonstellingen te bezoeken. Dit keer viel onze keuze op de expo Dit is onze aarde!', over duurzame ontwikkeling. Niet de zoveelste vingerwijzing naar onze manier van leven, maar een gevarieerde tentoonstelling die de evolutie van onze aarde laat zien vanaf het ontstaan tot nu en de verbeelding van de bezoeker naar de kern van de zaak brengt.
Fotos, films en indrukwekkende decors die je aan het denken zetten, worden er afgewisseld met kunstwerken, die vaak meer zeggen dan woorden, interactieve opstellingen waar je mag voelen, spelen,en uittesten en kinderruimtes met doe-dingen die de allerkleinsten laten beleven wat duurzaamheid inhoudt.
Dat je op verscheidene plaatsen tevergeefs zoekt naar materiaal als waterbalpennen, puzzelstukken, e.d., dat restafval in sorteerbakken terechtgekomen is en dat er regelmatig letters ontbreken op de tekstpanelen, bewijst dat niet iedere bezoeker respect en duurzaamheid hoog in zijn vaandel draagt. Dat is jammer, maar kan de pret aan deze tentoonstelling niet bederven.
Dit is onze aarde! is een evenement dat nog lang blijft nazinderen.