Martha, O Martha, een welgemeende
proficiat voor een intens betoog, een bewonderenswaardig pleidooi, een
onversneden stukje welwillendheid, een gedreven hunker naar een wezenlijke
verschuiving van een kolos, een omvangrijk bastion, hetgeen het onderwijs wel
genoemd mag worden. Zo fragiel jou wens mag zijn, zo teer de uitgestoken hand,
zo gevaarlijk dichtbij de ontgoocheling zal zijn, zo pijnlijk de nederlaag als
men de zeven vrije kunsten in de strijdarena gooit, ze te grabbel gooit aan een
aller-verslindende, allesvernietigende economie. Een monster dat onverwijld
goddelijke proporties aanneemt, dat geen rekenschap geeft aan zijn
slachtoffers, dat neerkijkt en zijn voeten plompverloren neerduwt op elke
omhoogkijkende naïeveling, bovenop de dromende mens dat meer verwacht dan dat
er uitgedeeld wordt. En toch, ben ik bereid mij achter jou rug te verschuilen,
jou een duwtje in de rug te geven, ben ik bereid mijn handen uit de mouwen te
steken met het risico van schaafwonden op te lopen, ben ik bereid te leren
vliegen nog voor ik goed en wel kan lopen. Kunst en vliegwerk weliswaar, om de
geesteswetenschappen zo diep mogelijk in de strot van de economie te duwen. En
dit met een democratisch gedachtegoed in het achterhoofd, maar dan eentje met
een open geest, eentje dat een warm hart toedraagt aan zijn burgers, eentje dat opvoedt tot kritisch, goed
geïnformeerd, onafhankelijk en empathisch burgerschap, zoals je zelf
formuleert. Je beschrijft een crisis, een soort onderhuidse kanker dat traag
maar gestaag zijn weg voortzet en onverbiddelijk zal leiden tot een algehele
aftakeling van het onderwijs, dat op zijn beurt de naïeve student drogredenen
voorhoudt, een warme jas beloofd voor barre koude tijden maar waarbij de warme
wol van een slechte kwaliteit is. Op korte termijn biedt het hem misschien een
beetje soelaas maar op langere termijn zal hij moeten vaststellen dat hij
bedrogen en belogen is en een kat in een zak gekocht heeft. De student die door
middel van het genoten onderwijs zal uitgroeien tot een welopgevoed burger, zal
doorheen de jaren vergeten naar links en naar rechts te kijken, zal met
oogkleppen oplopen en louter een voorwaarts parcours afleggen waarbij hij in
het slechtste geval wild om zich wegschopt omdat hij zich in zijn doel en
streven bedreigt voelt, zal in het beste geval van tijd tot tijd even stilstaan
bij het knagend gevoel in zijn borst, een welbehagen dat misplaatst blijkt te
zijn, en ondefinieerbaar gemis. Dat gemis is de afwezigheid van de
geesteswetenschappen en de vrije kunsten binnen het onderwijs, dat gemis is een
teveel aan winstbejag, is een te eenzijdig leerplan dat louter zijn pijlen
richt op economische vooruitgang. Onderwijsinstituten houden zich daarbij
krampachtig vast aan de oude getrouwe onderwijsmodellen waarbij de nadruk
gelegd wordt op lezen, schrijven en rekenen, waarbij de factuur zo correct
mogelijk dient ingevuld te worden, de cijfertjes zo juist mogelijk neergeschreven
en de portemonnee zo wijd mogelijk open. Een model dat gebaseerd is op
menselijke groei en minder op een economische ontwikkeling dringt zich
onvermijdelijk op, waarbij uitdrukkelijk de nadruk gelegd wordt op een actieve
participatie met een onderzoekend en bevragend karakter, de kritisch opgevoede
student die met zorg en empathie het economisch gedachtegoed met zich
meedraagt, die naast een innoverende persoonlijkheid ook het lerend principe
durft aan te spreken, waarbij rekenschap gegeven wordt aan alle menselijk
aspecten van de algemene vooruitgang, waarbij falen een weloverwogen optie is
gericht op een proces van genezing met de intentie het eigen immuunsysteem aan
te spreken en bijgevolg sterker en meer ervaren opnieuw recht te staan en de
weg te vervolledigen. Mogelijks biedt het beslapen laken, met de geuren van de
ander, de rimpels veroorzaakt door nachtelijke onvolkomenheden, een even groot
intens genot dan het feilloos gestreken opgemaakte bed. Mogelijks bieden onze
beperkingen een meerwaarde, een kwaliteit dat onze krachten aanzet tot juist en
correct handelen, tot een bewonderenswaardige samenhorigheid.
Je waarschuwing voor een geadapteerd
onderwijssysteem is niet in dovemansoren terechtgekomen, toch zal het
onderhevig zijn aan de culturele en maatschappelijke strapatsen van menig
samenlevingsstelsel. Je bangelijke oproep tot wereldburgerschap, in tijden
van democratische onzekerheid, in tijden waarin naties met argusogen naar
elkaar loeren, waarin de sacrale boodschap loodrecht tegenover een profane
houding komt te staan, waarin het kiezen van een buurman gereduceerd wordt tot
het overlopen van een checklijst, mag niettemin beschouwd worden als een riskante
onderneming. Het maken van een geschiedenis gebeurt niet in ieders achtertuin
maar veeleer in dat van de buurman, de economische status van de wereldburger
aan de andere kant van de aardbol, de sociaal maatschappelijke ingesteldheid
van de tweevoeter in een continent ettelijke kilometers hiervandaan, de
politieke overtuiging van de moeilijk in toom te houden menigte in een naar
adem smachtende grootmacht, zijn maar enkele radertjes in een immense
tijdsklok, een klok die zijn wijzers met een brede waaier uitzwiert over de
feiten van onze hedendaagse geschiedenis, die minachtend neerkijkt op de
pionnen van het schaakbord. Over welke bagage moet ieder van ons beschikken om
met de ingrediënten van ons onderwijssysteem een heerlijk en smaakvol gerecht
te maken, hoe groot moet onze gemoedsrust zijn om te vertrouwen in de
handelingen van onze tegenspelers, hoe breed dienen mijn schouders te zijn om
de zielszorgen van onze medespelers op te vangen, hoe groot of hoe klein, breed
of smal, dient het pad te zijn waarop ik dagelijks een weg baan naar een
gehucht, een gemeente, een stad, een land of een wereld, waarin je welkom
voelen sterk afhankelijk is van mijn genoten opleiding, mijn verkregen
achtergrond, mijn buitengewone toevalligheid? Opvoeden tot wereldburgerschap is
de scheidslijn tussen de bomen in de boomgaard, is een ordeningsprincipe waarbij
rekening gehouden wordt met de noden en behoeften van elke levensvorm in
diezelfde boomgaard, maar of de tijd aangebroken is om appelen en peren in
dezelfde fruitschaal naast elkaar te laten rusten blijft een groot vraagteken. Je
vermeld dat er geen eenduidig recept aanwezig is om leerlingen te vormen tot
mondiale burgers, je doet jezelf de handboeien om en beperkt jezelf tot het
opsommen van te mijden strategieën. Is het opzet misschien te leren uit onze
fouten, dan kan ik met een gerust hart op mijn hart zeggen dat de geschiedenis
heeft uitgewezen dat we maar voor een beperkte periode daartoe in staat zijn.
Als de ervaring verdwenen is uit ons collectief geheugen dan staan de poorten
wijd open om in de zelfde val te trappen. Opvoeden tot wereldburgerschap heeft
een enorme pedagogische injectie nodig, een inspuiting met een hoge dosis
waarden en normen, of een overdosis
deugden en gedragingen. Zoals je zelf
vermeld behoort ons gedrag niet tot de basisprincipes van het onderwijs, staat
ons gedrag niet in het rijtje van lezen en schrijven, behoort ons gedrag
veeleer tot het ervaringsonderwijs en veel minder tot het overbrengen van
kennis. Als je enkel maar beschikt over
een hamer in je gereedschapskist, dan ziet alles in je omgeving eruit als een
spijker,als je enkel onderricht wordt om uit te groeien tot een economisch
wonder, dan ligt je weg open tot het
maken van winst, uitsluitend winst ten koste
van de verliezer.
Martha, O Martha, ik beloof je plechtig je te zullen helpen om de
zuilen van het onderwijs te slopen, om de dikke muren van de onwetendheid met
vocht te injecteren, om de eenzijdigheid van het bordstaren te doorbreken en om
de slaafse volgzaamheid van de horde studenten een halt toe te roepen. Naar
alle waarschijnlijkheid een mission
impossible, maar tranen van geluk zullen over mijn wangen stromen bij de
gedachte aan een veelzijdige vorm van onderwijzen waarbij de nadruk gelegd
wordt op de kritische en open houding van de student, op het onbevangen gedrag
van de cursist, op de schreeuw naar leergierige vrijheid van ieder individu.
Lang leve de mens in wording.

28-12-2012, 16:02
Geschreven door Johan 
|