In het voorjaar van 2009 was ik in de auto onderweg met Virgil van Boekarest naar Constanta. Virgil kreeg telefoon van de voorzitter van de Pescarie. Morgen is het vergadering op de Pescarie, er komt een afgevaardigde van de Primarie toelichting geven bij de komende plannen.
Daags nadien staat er wel 100 man om te horen wat men nu eigenlijk van plan is. Na een lange discutie is het resultaat duidelijk : wat er juist gaat gebeuren weet de man niet, maar alle barakken moeten weg. Misschien komt er een baan, misschien wel iets anders, ... dat is totaal onduidelijk.
Ook op de vraag wanneer dit zal gebeuren, blijft hij het antwoord schuldig.
De meeste van de vissers verwachten dat men na de zomer de plannen zal doorvoeren en dat men het seizoen 2009 nog op de Pescarie zal kunnen vertoeven.
Niets is minder waar, 2 weken later krijgt iedereen een bericht dat binnen de 10 dagen alles moet afgebroken zijn. Zoniet volgt een boete van 1.000 RON (250 Euro). De boten mogen dit seizoen nog wel blijven liggen.
Iedereen dus onmiddellijk aan de slag en op een mum van tijd lag de Pescarie er kaal bij. De vereniging van de vissers heeft de zaak aanhangig gemaakt bij de rechtbank. Enkele vissers bouwen wat tenten op om toch wat bescherming te hebben als ze nog uit vissen gaan. Een zigeuner-familie heeft introk genomen in een grote polyesteren boot die voor herstelling is blijven liggen. Rond de boot hebben ze met resten van de oude barakken een 'nieuwe' constructie gemaakt. Er liggen nog een 10-tal bootjes. Het zijn nog enkelingen die er nu komen. Sommigen verblijven zelfs nu met het winterweer in een tentje. Kerstmis 2009 : "Belgianu', waar ben je ?" Ik nodig enkele vissers die in een tentje verblijven bij mij thuis uit om wat te eten en een glaasje te drinken, maar vooral om hen een fles wijn uit Murfatlar van 2 1/2 liter te geven ! De missnoegdheid is groot. Bijna dagelijks wordt er in de buurtbar over de toestand gepraat. Recent kwam het bericht dat de rechtzaak op 10 januari 2010 zal voorkomen. Er zijn nog voldoende anecdotes over de Pescarie, maar 3de deel zal er NIET meer komen !
Maar
Sorin, de gebuur van Virgil, zit vaak eenzaam voor zijn
barak bij een glaasje naar de zee te turen. Hij heeft een fabriekje in Medgidia
(een 40-tal kilometer van Constana) en in zijn vrije tijd komt hij vaak naar de
Pescărie om er van het zeezicht en de rust te genieten. Als hij ţuică (brandewijn, op basis van fruit), vişinată (kersenlikeur) of wat
speciaals te eten heeft, nodigt hij steeds Belgianu, als hij me ziet, uit om
eens te proeven. Dikwijls maken wij een praatje over koetjes en kalfjes. Na een
bbq overhandig ik hem een schotel met vlees en
we geraken weer aan de praat. Vermoedelijk is de Pescărie geen lang leven meer
beschoren. Aan het eind van de Pescărie heeft men een dertigtal barakken afgebroken
en in de slechte grond overal betonnen palen geheid, om er appartementsblokken op te plaatsen. Hiervoor heeft men
zelfs een stuk van de zee dichtgemaakt om land in te winnen. Door deze dijk is
de stroming van het water op de Pescarie weg en blijft het aangespoelde zeegras
en algen achter. Hierdoor is het water tot meer dan 5 meter in zee zeer vuil en
is het voor de vissers zeer moeilijk om hun boten in het water te laten of ze
eruit te halen. De gedroogde algen geven ook een verschrikkelijke geur af. Er
staan nu vijf blokken beton van twaalf verdiepingen, met blikken karkassen
erin, op de plaats waar ooit barakken stonden. Een groot stuk van de Pescărie
is dus verdwenen. Tevens is er sprake dat er op de andere dijk, de heuvel waar
de zigeuners verblijven, een hotel zou komen en dat nadien de hele Pescărie
gaat afgebroken worden. Met spijt in het hart zal dan een stuk cultuur verdwijnen,
een groep vrienden wordt uit mekaar gerukt, vissers vallen zonder inkomsten,
mensen die er zelfs wonen zullen zonder huisvesting zitten, toeristen
verspelen hun jaarlijks intrekje ... dit alles voor het kapitaal!
Net voor het verschijnen van dit boek, hoor ik s morgens op
de radio dat er de dag voordien ongeveer 2 kilometer van de kust, ter hoogte
van de Pescărie een bootje is gekapseisd. De 3 opvarenden hebben lang in het
koude water gezeten en zijn door de grenspolitie gered. Eén van de vissers is
na reanimatie met onderkoelingsverschijnselen naar het hospitaal overgebracht.
De andere 2 konden gewoon huiswaarts keren. Het middagnieuws op televisie geeft
een nieuw bericht : De visser is aan zijn verwondingen bezweken !
Ik snel naar de Pescărie om het nieuws te melden en hoor
daar wat er werkelijk is gebeurd. Nicu en Nelu waren samen met Motanu (de kater) en zijn boot uit
vissen. Door een golf is Nicu overboort geslagen en heeft hierdoor Nelu mee in
het water getrokken. Motanu trachtte de 2 drenkelingen terug in de boot te
trekken en daarbij is de boot helemaal omgeslagen. Na pas ruime tijd heeft
Nadinu het ongeval opgemerkt en heeft hij onmiddellijk de hulpdiensten
verwittigd. De 86-jarige held is dan naar de plaats van het ongeval gevaren en
heeft de 3 drenkelingen in zijn klein bootje geholpen. Nadien pas zijn de hulpdiensten
ter plaatse gekomen.
Voor de oudste onder hen, de 72-jarige Nicu, heeft het te
lang geduurd in het koude water. Hij is de dag nadien gestorven.
Ik wil dit verhaal opdragen aan Nicu en alle andere vissers
die ooit door de niet voorspelbare Zwarte Zee om het leven zijn gekomen.
Er komt een oude Dacia op de Pescărie toe. Aan het stuur zit
een man met een lange baard. In de wagen zitten nog twee mannen. Aan de
trekhaak hangt een trailer met een klein bootje. Het is voorzien van een lichte
motor van 9,9 PK. Even verder stopt de wagen en de mannen stappen uit. De man
met de baard draagt een zwart lang kleed, een călugăr (monnik). Verwonderd vraag ik aan Mushi: Wat doet die
călugăr hier?. Mushi antwoordt: Weet je dat dan niet? Die monnik komt hier
vaak. Hij is uit het klooster van Dervent. Hij komt hier met vrienden voor een
boottochtje. Later zie ik de monnik vaker met zijn vrienden en ik denk bij
mezelf hier ontbreekt nog een kerkje, een klooster, een moskee, wat
religieus. Dan was de Pescărie een perfect kopie van het hele land.
Nu de boot het weer doet,kan de waterpret opnieuw beginnen. Het is zomer en de speeltuigen worden
weer bovengehaald. Twee Belgische vrienden Patrick (Boekarest) en Frederic
(Cluj- Napoca) zijn met hun partners en vrienden in vakantie en komen naar
jaarlijkse gewoonte (soms meerdere keren) naar de Pescărie voor een tochtje en
een bbq. Terwijl ik met mijn vrienden aan tafel zit, vaart mijn zoon met zijn
vrienden uit. Als hij op ongeveer één kilometer van de kant uit richting Mamaia
voorbijvaart, hoor ik een visser, die niet had gezien dat ik aan wal was
gebleven, aan een andere vragen: Şalupă, nu e a noastra ? (Is dat onze boot
niet?). Ze noemen mij wel Belgianu, maar ik ben één van HEN. Een aardig
gevoel!
Na de bbq overhandig ik naar gewoonte het resterende vlees, salade,
brood en drank aan enkele minderbegoeden op de Pescărie. Zo komen dikwijls ook
de ţigani (zigeuners) aan de beurt.
Het is een zigeunerfamilie met maar liefst 5 kinderen (tussen 7 jaar en 4
maanden). Niet alleen hij heeft in de gevangenis van Poarta Albă gezeten, ook
de echtgenote heeft gebromd. Merkwaardig is dat de kinderen helemaal niet op
mekaar lijken. De kleur van de ogen, haartooi en kleur en fysionomie wijken
sterk af. Vandaag geef ik het weinige overschot die er rest aan Ulise.
Hij hielp me bij het uit het water halen van de boot en bij het opruimen nadat
de gasten waren vertrokken. Ulise is een Turk die ook het hele jaar door op de
Pescărie leeft. Ulise is een leuk ventje van rond de 60 jaar, altijd
vriendelijk en behulpzaam, maar hij zit graag, zoals vele van de vissers,
aan de fles. Even later hoor ik lawaai, een ruzie tussen Ulise en Mushi. Beiden
dronken. Ulise beweert nu dat Mishi zijn eten gestolen heeft. Ik breng hen tot
kalmte en stuur ze naar hun barakken. In Ulises barak staat de kom met eten.
Als ik er naar wijs, is hij natuurlijk verlegen.Ulise, morgen geef je die kom proper afgewassen aan me
terug, of je hebt problemen met mij! Ja, ja, Donmul
Belgianu, ik zal het niet vergeten ! De dag nadien, hun roes is uitgeslapen en er wordt weer eens
flink om gelachen.
Op verzoek van Virgil, maakt Fanace een hangmat. De Lipovean (van Lipoveense afkomst
Russisch gedeelte van de Donaudelta), die geen studie heeft genoten, is een
zeer goede vakman. Hij heeft een hart van goud en als hij iemand kan helpen,
doet hij dat met veel plezier. Natuurlijk is er meestal wel een beloning van
een of ander alcoholische drank aan gekoppeld. Fanace maakt niet alleen zeer
goed fuiken, de Lipovenii (meervoud van Lipovean) zijn gekend voor het knopen
van hangmatten. Virgil levert het touw en Fanace knoop gedurende 2 dagen een
prachtige grote hangmat in mekaar. Deze siert nu op het terras van Virgil en
Gigi doet er een dutje in. Als Gigi me ziet aankomen, roept hij onmiddellijk:
Belgianu, vanavond kom je toch naar de bbq ?. Gigi komt al veel jaren, samen
met zijn echtgenote Aura, op de Pescărie en we ontmoeten iedere keer tijdens
hun vakantie. Het is een ongelooflijk fijn koppel uit Boekarest. Zij verblijven
in een van de blokken achter de Pescărie, maar brengen hun vakantie voor het
overgrote deel bij Virgil door. Op de bbq zijn
ook Carmen met haar echtgenoot Juan, een Spanjaard. Bij Virgil in de barak
tref je alleen mensen met enige standing hoewel deze natuurlijk ook erg uit
de bol kunnen gaan. We beleven er iedere zomer zeer veel gezellige avonden.
Eugen heeft zijn boot eindelijk klaar en vraagt me om samen
met hem en Lugi uit vissen te gaan. Er is stavrizi te vangen en deze lekkere visjes lust ik graag. Lugi is pas gescheiden en komt vaak bij zijn vriend en werkmakker Eugen. Soms brengt hij ook met zijn kleindochtertje
mee, die dan met de andere kinder op de Pescărie speelt. Samen met Lugi speel
ik ook regelmatig het remi-spel. Met drie vrienden trekken we dus op zee. Na
een poosje komt de Poliţia de Frontieră(grenspolitie) aanvaren. Gezien nog niet alle papieren van Eugens boot in orde zijn, maken we ons snel uit de voeten en begeven ons aan wal. Ik heb van bij
Doru Hoţu(Doru de dief) een verlengkabel getrokken om een koelkastje te installeren in mijn barak. Doru
komt op zijn beurt van bij iemand anders aan elektriciteit. Deze heeft echter
geen aarding. Ik heb frisdrank in de koelkast staan en bij terugkomst van het
vissen, heb ik dorst. Nat aan de voeten en de handen wil ik de koelkast openen
en ik elektrocuteer me. Ik heb mijn eigen lichaam in vuur gezien, net als in
een film. Het houdt een poosje aan, en ik blijf helemaal verkrampt tot het
zwart voor mijn ogen werd dan laat de elektriciteit me los en vliegt de
koelkast tegen de grond. 30 Meter verder halen we de stekker uit de
contactdoos. Deze is half weg-gesmolten. Belgianu krijgt een tijdelijke
bijnaam: Curentatule (de ge-elektrocuteerde curent = stroom). Een beetje uit mijn lood geslagen, ga ik
naar huis wat rusten. Een tijdje nadien belt Mircea me op met de melding:
Belgianu, er is storm opgestoken en het anker van uw boot is losgeslagen. Uw
boot is op de oever terechtgekomen en helemaal vol met zand en water!
Met Suspectule kuis ik de boot uit en de schade blijft
beperkt. Een jaar later echter duiken de problemen op. Het binnendringen van
het zout water begint in te werken op kabel en de motor. We herstellen alles,
maar er blijft benzine stromen uit de motor. De hersteller daagt niet op en met
Virgil halen we de motor zelf uit mekaar. Ik ben totaal leek op dit gebied.
Virgil echter klust graag en heeft er wel wat verstand van. Hij vindt een klein
pluisje waardoor een klep blijft openstaan. Alles wordt weer in mekaar gestoken
en de boot doet het nu van de eerste keer.
Virgil is naar Bulgarije geweest en heeft er 4 kilogram
afgekookte mosselen gekocht. Hij belt me op en vraagt hoe hij deze kan klaarmaken.
Ik begeef me naar de Pescărie en er komen twee gedachten op om deze klaar te
maken. Ik ga dus inkopen doen. Virgil heeft bezoek in zijn barak, kennissen uit
Rîmnicu Vălcea. Deze komen jaarlijks met een tiental personen en verblijven in
de grote barak van Virgil en Lupu (de
wolf). Er komen regelmatig toeristen in hun barakken, die er in de zomer hun
vakantie doorbrengen. Ik maak de helft van de mosselen in lookboter en de
andere helft in een lichtpikante tomatensaus met fijn gehakte groen-ten.
Iedereen schuift aan tafel, ook de gasten, de buren komen ook proeven. Zo gaat
het op de Pescărie, als er gegeten wordt; wordt alles onder de aanwezigen
verdeeld. Je hoeft dus niet verlegen te zijn om, zonder dat het gevraagd wordt,
mee aan tafel te gaan. Na goed te hebben gegeten, feliciteren allen mij:
Belgianu, je bent een goede kok! Daags nadien doen de gasten van Virgil een bbq. Ik heb net
thuis gegeten, maar als ze mij zien toekomen, roepen ze mij mee aan tafel. Ik
kan niet ontkomen, ze rukken mij als het ware op een stoel en scheppen
onmiddellijk een bord vol.
Op de heuvel naast de Pescărie hebben zich zigeuners gevestigd. Zij hebben wat oude materialen bij mekaar getimmerd om een verblijfplaats te maken. Zij hebben 2 karren en 2 ezels die ze gebruiken voor
het inzamelen van plastiek flessen. De ene ezel is net een uurwerk. Bijna
klokslag op het uur balk hij. Je zou er haast je uurwerk kunnen op afstellen.
Als hij toch eens fout is met het uur, zegt Luci, de vriend van Eugen: Hij is
ontregeld!
Eén van de zigeunerdochters komt op de Pescărie water vragen
en geraakt in contact met sommige vissers. Na een tijdje praten, gaat zij in
een barak binnen en de deur gaat op slot. Het meisje komt nadien dagelijks om
water en er gaan meer deuren achter haar dicht. Tijdens een gesprek met een van
de vissers hoor ik dat het meisje slechts 13 jaar is.
Het is een zomerse zondag. Ook de zigeuners hebben een vrije
dag. Als tijdverdrijf spannen ze de karren achter de ezels en trekken er de
pier in zee mee op. Vanaf de punt van de dijk wordt het startschot gegeven en
de ezelkarrenrace gaat van start. Alle zigeuners staan boven op de heuvel te
supporteren voor hun lievelingsdieren en hun berijders. Dit herhaalt zich
gedurende een hele periode op zondag.
De zigeuners worden door de politie verjaagd en de hele zone
werd opgekuist. Ondertussen hokken er weer andere zigeuners op dezelfde plaats.
Ik heb een oude Dacia die het niet meer doet. Dan,
bijgenaamd de Ucraineanu (omdat hij
uit Oekraïne afkomstig is), vraagt me om de auto over te kopen. Ik leg hem uit
dat de auto in zeer slechte staat is, maar Dan wil absoluut de auto. Hij zou
hem zelf volledig herstellen. Voor een prijsje verkoop ik gelukkig met
officiële papieren- het oud ijzer en de Oekraïner begint met de herstellingen.
Als de wagen hersteld is, rijdt Dan er duchtig mee rond. Hij gaat ermee naar Năvodari
uit vissen. Bij het terugkeren, rijdt hij achterwaarts tegen een betonblok die
hij niet had gezien. De wagen is nu bij het kofferdeksel helemaal ingedeukt.
Hij laat de wagen op de Pescărie achter. Ondertussen behaalt zijn echtgenote
Nina haar rijbewijs en ze kopen een andere wagen aan. Op een dag laat Nina haar
Oekraïner op de Pescărie achter. Hij gaat aan de boemel met andere vissers.
Gezien hij geen vervoer heeft, besluit hij de oude wagen te nemen om huiswaarts
te keren. Onderweg stopt de politie hem en zijn rijbewijs wordt ingetrokken
wegens dronken besturen van een wagen. Ook blijken de papier van de wagen niet
in orde te zijn. Er wordt mij een verklaring gevraagd en de aan- en
verkoopbewijzen van de wagen. Ik heb er dus duidelijk niets meer mee te maken.
Dan heeft de auto nu op de plaats van het voorval achtergelaten. De wagen is
ondertussen totaal onbestuurbaar geworden. Na enkele maanden staat de politie
(een andere afdeling) weer aan de deur. Domnul Constant, wij hebben vannacht
zigeuners opgepakt die uw wagen hebben gestolen! Wij willen de wagen terug naar
de eigenaar geven. Gezien Dan de eigenaar is verwijs ik de politie naar de
Oekraïner. Ik bezorg ook deze politieman een kopie van het aan- en
verkoopbewijs. Enkele dagen nadien is de politie op zoek naar Dan op de Pescărie.
Het is 21 mei, de feestdag van Sf. Constantin si Elena. De politieman heeft me
gezien terwijl ik met Mushi, Namichu en Broască (de kikker, zijn bijnaam is
afkomstig van zijn familienaam Broscoiu) het remi-spel speel. Hij kent mijn
voornaam uit het dossier en komt in mijn richting en zegt: La Mulţi Ani,
Domnule Constantin! en meldt dat alles in verband met de auto geregeld is.
Nadinu is een oude man van 86 jaar. Het werd hem tal van
keren gezegd dat hij niet alleen uit vissen mag gaan, maar Nadinu luistert
niet. Bij een woelige zee is hij, zonder dat het iemand had gezien, weer alleen
uit vissen getrokken. Als hij terug aan wal komt sta ik met Dan Rosu (de
voorzitter van de Pescărie) en nog enkele vissers te praten. Dan Rosu maakt
zich boos op Nadinu en roept hem toe: Waar haal je het in het hoofd om bij dit
weer alleen uit vissen te gaan? Als je jou boot alleen op het water kan laten,
kan je hem er ook alleen uithalen. Iets wat voor de oude man onmogelijk is.
Uiteindelijk helpen we Nadinu bij de zware klus en zegt hij: Ik kan toch even
goed op zee sterven als thuis voor de kachel. Op mijn leeftijd verkies ik dan
op zee te sterven. We lachen er eens om en Nadinu haalt zijn hooguit 2
kilogram vis binnen.
Virgil gaat met duikers op zee. Zij vangen tarbot (calcan). Terwijl zij onder water zitten,
blijft Virgil in de boot en om de tijd te doden, vist hij op de kleinere
vissen, guvizi en hanusi (twee soorten grondel). Virgil vraagt me om mee te gaan
zodat hij niet alleen in de boot zit. Aangekomen op de goede plaats, springt
Costică, de duiker, in het water. Virgil en ik blijven achter. Na een uurtje
komt Costică weer boven. We helpen hem met de uitrusting en de ongeveer 15
kilogram gevangen tarbot in de boot. Na 15 minuten rust, gaat Costică op een
andere plaats weer voor een uurtje het water in. Hij komt weer met een vijftal
kilogram vis boven. Virgil en ik hebben ondertussen een zestal kilogram
kleinere vis gevangen. Aan wal gaan we, zoals gebruikelijk na een vistocht,
samen aan tafel. Er wordt nagekaart over de visvangst en de plannen voor de
volgende dag worden gemaakt.
Virgil moet naar Boekarest en Costică wil gaan duiken. Ik
stel voor dat ik met de boot van Virgil zou varen. Samen met Costică gaat ook
Petrică duiken. Op de Pescărie is ook een politieman uit Arad, die tijdelijk in
Constanţa werkt. In de zomer worden veel politieagenten uit het hele land naar
Constanţa overgeplaatst om de drukte van de toeristen op te vangen. Hij
bestuurt een moto, weermee hij de hele tijd op en neer in Mamaia rijdt. Op zijn
vrije dag wil deze ook gaan vissen. Onderweg zien we een voorwerp drijven en ik
vaar ernaar toe. Het is een dood haaitje dat in de visnetten heeft vastgezeten.
Costică en Petrică halen ongeveer 35 kilogram tarbot boven en wij vangen
ongeveer 10 kilogram kleinere vis. Ik geef alle vis aan de politieman, die er
op zijn moto mee vertrekt.
Dan, Suspectule (de
verdachte), heeft een vriendin. Het is de 35-jarige Violeta, de tweelingzuster
van Gaby, die vroeger al bij Dan was ingetrokken. Violeta heeft 2 kinderen en
brengt ook nog het dochtertje van haar zuster Gaby (alcoholiste en prostituee
in de haven) groot. In de kleine barak van Dan wonen ze dus met 2 volwassenen
en 3 kinderen. In de zomer geen probleem, de kinderen spelen buiten tot laat op
de avond. Net voor de winter maakt Suspectule het overdekte terrasje dicht,
zodat zij er een gesloten ruimte bij krijgen. Hij plaatst er een houtkacheltje
voor de verwarming. Vanop de aanpalende werf trekt hij stroom naar de barak om
wat verlichting te hebben en een koelkastje te plaatsen.
Gheorghe, het zoontje van Violeta, zit in de derde klas. Van
school trekt er niemand zich wat aan, tot er resultaten komen. Dan krijgt het
ventje onder zijn kont als de punten onvoldoende zijn. Ik kan niet erg veel
doen, maar stel voor hem met rekenen te helpen. De vermenig-vuldigingstafels
kent hij totaal niet. Op de Pescărie gaat de aandacht van de jongen vlug
verloren, dus laat ik Gheorghe gedurende enkele weken dagelijks naar me thuis
komen. Ik koop een zak seminţe
(zon-nebloemzaadjes) die hij mag gebruiken voor zijn berekeningen te maken. Aan
het eind van iedere les maken we oefeningen en mag Gheorghe de zaadjes houden.
Na drie weken kent hij de vermenigvuldigingstafels (tot 10) perfect.
Violeta, ondertussen Suspecta
genaamd, heeft geen enkel gevoel voor waarden. Als ze geld heeft moet het
meteen op. Zo koopt ze na ont-vangst van het kindergeld, dat de Primărie (gemeente) jaarlijks aan
alleenstaande moeders geeft, een wasmachine van 500 RON (ongeveer 150 Euro).
Deze wordt met de taxi geleverd en het geld is meteen op. Wat ze ermee
aanvangt, blijft voor iedereen een raadsel, want ze hebben geen stromend water.
Af en toe komt de familie Suspect, zoals ze de bijnaam hebben gekregen,in de winter bij mij thuis om een douche te
nemen. Dan vraagt me om wat geld te lenen zodat ze brood en sigaretten kunnen
kopen, want Violeta heeft weer alle het geld gespendeerd aan zaken die ze
absoluut niet nodig hebben.
Dan krijgt van iemand een oud tv-toestel en hij koopt op de
Russische markt Gorbaciov, waar alles veel goedkoper is, een kleine antenne
van 30 RON (ongeveer 8,5 Euro) zodat ze ook wat televisie kunnen kijken. Maar
Suspecta krijgt weer wat onderhoudsgeld voor de kinderen en koopt onmiddellijk
een dvd-speler van 200 RON (ongeveer 60 Euro). Geld voor dvds is er echter niet.
Vorig jaar verdween Violeta en de kinderen na een hevige
ruzie met Dan. Enkele maanden later staat ze er weer: Dan, ik ben zwanger van
jou! De familie Suspect wordt weer herenigd. Violeta gaat ondertussen uit werken, zo hoor ik van de
kinderen. Waar ze werkt blijft wel heel onduidelijk. Tijdens een wandeling in
de buurt kom ik er echter achter. Violeta zit voor de kerk met 2 kinderen en
een dikke buik te bedelen om geld. Op 23 april (de dag van Sfânt Gheorghe) wordt de kleine
Gheorgiana geboren. De flinke meid weegt bijna 4 kilogram en heeft prachtige
blauwe oogjes, net als Dan. De vissers mompelen onder elkaar: Zou Suspectule
dan toch de vader zijn? In de barak woont men nu met 6. In juni ontstaat er een nieuwe ruzie tussen Dan en Violeta.
Weer verdwijnt Violeta met de kinderen. Enkele dagen later trekt een
zigeunerin, die ook al in andere barakken heeft vertoefd, bij Dan in. Deze is
op haar beurt ook hoogzwanger en op de Pescărie lacht men er nu mee dat de
barak van Dan een kwekerij is geworden, niet van vis, maar van kinderen. Laat in augustus loopt Violeta weer op de Pescărie. Pronkend,
de kinderwagen voorduwend, roept ze tot twee maal toe zeer luid: Buna, .
Buunaaaaaaaa! om aan mij te tonen dat ze weer terug is.
Virgil, bijgenaamd Olteanu (omdat hij uit Oltvallei komt), is ondertussen een heel goede vriend geworden.
We ontmoeten mekaar bijna dagelijks. Ook drinken we dikwijls wat samen in een
bar in de buurt of we spelen met andere geburen een partijtje biljart. We doen
heel veel samen en Virgil zal dus dikwijls in dit verhaal voorkomen.
Virgil werkt in het visfabriekje van Bogdan. Het fabriekje
bevindt zich achter de Piaţa de Peste (de vismarkt), even voorbij de Pescărie. Zij leggen er uit Griekenland
ingevoerde ansjovis op voor de handel. Olţeanu heeft een heel vat vol
opgelegde visjes en geeft mij wel meer dan 5 kilogram. Alle vrienden in
Roemenië die ik in deze periode heb ontmoet, hebben een bokaal gekregen.
Nadat ik in het vorige boek had geschreven over mijn
ervaringen op De Pescărie, is er ondertussen weer heel wat gebeurd bij de
zeevissers. Ik vond het dan ook de moeite om deze nieuwe ervaringen via dit
boek over te maken. Pescărie is een baai tussen mijn woning en de badplaats Mamaia.
Nafaic en Colonelu(de
gepensioneerde kolonel bij de marine) zijn ondertussen overleden. Ook Babă Caty (baba = oude vrouw) is niet
meer. Rond Kerstmis waggelde zij scheelbezopen van de ene naar de andere kant
van de Pescărie. Niemand die naar haar omkeek omwille van haar dronkenschap. De
volgende morgen werd zij bij de bushalte in de nabijheid van de Pescărie
doodgevroren aangetroffen. Kenan komt wegens ziekte nog zeer zelden op de
Pescărie. Uit vissen gaat hij hele-maal niet meer. Gică heeft zijn barak
verkocht en is zelf ook van het toneel verdwenen. Ion, de broer van Florin,
rijdt met de vrachtwagen in het buitenland en komt enkel nog als hij wat vakantie
heeft. Vampiru (de vampier) werkt
ondertussen bij een kermisbedrijf. Hij heeft helemaal geen tijd meer om te
vissen. Zo zijn er nog personen die zich niet meer op de Pescărie begeven, maar
aan de andere kant komen er weer nieuwe gezichten bij en spelen zich andere
taferelen af.