Eva Gerlach over de veranderlijkheid van haar poëzie
Eva Gerlach
In een gedicht zit natuurlijk altijd
een zekere stolling: je probeert je gedachten zo getrouw mogelijk vast te
leggen met alles wat het ding zelf je ingeeft qua ritme en taal.Als ik er dan later naar terugkijk, denk ik:
de kern van de zaak heb je hier niet begrepen, dame!
( )
Er zijn mensen die dat niet in de haak
vinden, dat je het gedicht in een later stadium terugpakt. Ze vinden dat vals
spelen, je kunt nu immers meer. Maar dat ding dat je hebt gemaakt is niet een
ding met alle zwaarte van dien, het is een stadium in een doorgaand
proces.Zie, alweer een reden om me
tegen zon verzameld werk te verzetten. De volgende keer verander ik vast weer
van alles.
Het echte leven heeft voor een
schrijver namelijk een belangrijk nadeel: het is dood.Het heeft geen vorm, het is niet mooi
afgewerkt, en het gaat maar door, dag na dag.De enige schrijver die daar iets van wist te maken, was Saul Bellow
omdat hij door zijn personages heen kon kijken.Ieder ander kan beter de woorden van Philip Roth in zijn oren knopen: Schrijf niet over wat er gebeurt, maar over
wat er niet gebeurt. Waarom zou je jezelf beperkingen opleggen?
Arthur Japin over zijn afkeer van narigheid in boeken
Arthur Japin in gesprek met
Jelle Van Riet
Ik zal in mijn dagboek nooit nare
ervaringen opschrijven, die zijn er al genoeg in het leven. Ik schrijf slechts
op wat ik zelf aankan. Als ik dat niet zou doen, zou ik eronderdoor gaan.Ik verdraag bijvoorbeeld slecht van die
dramatische liedjes waarin het verlies en de ellende wordt bezongen. Als je
zoveel verdriet hebt gehad als ik, wil je enkel nog het mooie toelaten. Zo
komen we weer bij Tolstoj uit: ja, er gebeuren afschuwelijke dingen, maar als
je erop gaat zitten, zak je op een dag mee naar beneden.Draai het liever een kwartslag en maak er
iets moois van.
Jeanette Winterson over haar voorkeur voor het kronkelige
Jeanette
Winterson in
gesprek met Chris Meplon
Als je een roman schrijft, moet je de
aandacht van je lezers langer gaande houden dan bij een gedicht.De lezers willen een verhaal. Mij best. Het
hoort zo. Je kunt heel snel door het eenvoudige verhaal lezen, maar er zit veel
meer in.( ) Ik hou van het fluïde, niet
van het rechte, vastgestelde pad.
( )
Mijn verhalen zijn filmisch niet
eenvoudig. Je zou erg radicaal moeten ingrijpen als je ze zou willen verfilmen
en dan zou het nog altijd oppervlakkig zijn.Dat is mijn groot bezwaar tegen film.
Een schrijver is zoals elke andere
mens. Je verandert. Je maakt fouten in je boeken en je maakt fouten in het
leven. Ik zoek geen oplossingen in mijn boeken, maar een uitweg om aan een
nieuw boek te werken dat antwoord geeft aan het voorafgaande.
( )
Schrijven is iets heel banaals. Je hebt
een pen, je hebt papier, er is de geur van inkt. Er is verwondering. He is
fysiek. Ik denk aan de eerste keer dat ik een typemachine gebruikte. Ik was
veertein en had een paar gedichten op zak. Letter voor letter heb ik ze met één
vinger uitgetikt. Het prachtige geluid van de hamertjes en de lade. De
typemachine is ook een muziekinstrument. Nu kun je ratelen op het toetsenbord
van de computer. In het gezelschap van de eenzaamheid kun je soms de essentie
van het geluk vinden.In die zin ben ik
wel een kluizenaar.
Als
ik mijn leven niet transformeer, als ik er geen fictie aan toevoeg, kan het dan
ook voorwerp worden van een literaire constructie? Zijn personages die we
creëren met onze fantasie interessanter dan mensen die we kennen of ontmoeten?
Als we allebei proberen zo objectief mogelijk dezelfde man te beschrijven,
krijgen we toch totaal uiteenlopende resultaten en dus eigenlijk fictie. Ook als
we schrijven over mensen die we kennen, ontmantelen en fragmenteren we hen om
ze daarna opnieuw op te bouwen. De geest die fictie voortbrengt is dus ook in
die gevallen werkzaam.Eigenlijk wou ik
me ook eens op een stille, rustige en serene manier alle voorbije dingen
herinneren.
Ik weet hoe moeilijk het is om emotie
over te brengen. Als je schrijft ze was overstuur dan werkt dat niet. Ik heb
geleerd hoe het anders kan. Al mijn verhalen vertrekken vanuit emotie: verdriet
om een relatie die ten einde loopt, een ruzie, sympathie voor een vlieg.Soms een kleine emotie, soms een grote.Als je je enkel interesseert voor vormelijk
experiment, dan krijg je een curiositeit.In elk verhaal moet emotie zitten, menselijkheid.Ik gruwel van extreem formele
experimenten.Iemand die van vijfhonderd
boeken de eerste lijn op pagina 35 neemt en er een verhaal van maakt, vind ik
bijvoorbeeld saai.
( )
De meeste verhalen weerspiegelen mijn
visie op de wereld. De dingen waarover ik nadenk, die me raken, zitten in de
verhalen.Als ik naar een vlieg kijk en
de vlieg interesseert me, dan neem ik ze op in mijn verhaal. Wat mijn aandacht
trekt, kan in een verhaal terechtkomen. Gedragingen van mensen, maar net zo
goed van dieren.
Ik weet nooit wat er zal gebeuren. Ik
plan niet. Ik ga zelden om 9 uur s ochtends naar mijn werkkamer voor een
schrijfsessie van zes uur. Ik schrijf meestal voor een uur, hooguit twee achter
elkaar. Ik heb heel veel halfafgewerkte verhalen.
Günter Walraff over de noodzaak van zintuiglijkheid
Günter Walraff in gesprek met
Filip Huysegems
Bertolt Brecht heeft gezegd: Elke
wandaad heeft een naam, een plaats en een gedaante. Het is die concretisering
waar het mij om gaat, het tastbaar maken, het zintuiglijk laten voelen van een
mensonwaardige toestand.Ik tracht, al
is het geval per geval, dingen beter te maken. Want het eigenlijke werk begint
pas als mijn reportages gepubliceerd zijn. Dan probeer ik, samen met anderen,
iets teweeg te brengen, iets te veranderen. Als dat lukt, is dat een groot
geschenk voor mij.
Ik heb inderdaad nog nooit een
personage bedacht met wie ik op reis zou willen gaan. Ik schrijf graag over mensen
met fanatieke trekjes. De slapheid en karakterloosheid van veel personages in
hedendaagse romans vervelen me. Veel mensen zijn zo, ja, die personages zijn
behoorlijk realistisch, maar het is toch niet boeiend om dat allemaal nog eens
op te schrijven of erover te lezen?
( )
De
auteur is de vrijzwevende geest die alles mag denken. Mijn boeken zijn veel
stabieler dan mijn geest. Misschien is het daarom dat ik schrijf: om iets
stabiels, iets blijvends te maken. Veel mensen verwerven stabiliteit door werkomstandigheden:
elke dag worden dezelfde eisen aan je gesteld, je hebt dezelfde collegas en dezelfde
bazen.Iemand die geïsoleerd werkt, als
ik, heeft alleen de tekst als opgave en leidraad.
Jeroen Brouwers over het niet-autobiografische van zijn romans
Jeroen Brouwers in gesprek met
Karel Verhoeven
De indruk dat ik mijn personages ben,
ligt aan de stijl.Die zit zo dicht op
de huid. Het ritme, de keuze van de woorden, zijn zo precies dat men denkt: het
kan niet anders of die schrijft vanuit zijn eigen levenservaring. Wat niet zo
is. Dat men de boeken autobiografisch vindt, betekent dat ik ze goed geschreven
heb. Het dringt door tot de ziel van sommige lezers. Al verwijten weer anderen
mij pose, aanstellerij, koketterie.
Ik kan heel afstandelijk op boeken
reageren: ik heb het gelezen, er kennis van genomen, punt.Door andere boeken word ik totaal
platgeslagen. Dat komt heus niet doordat die schrijver alles zo geweldig heeft
verwoord.Het moment klopt, de dialoog
klopt, mijn achtergrond speelt mee.Alles komt samen. De communicatie is optimaal.
( )
Ik kan alleen maar herhalen dat een
boek mee gevormd wordt door zijn lezer.
Als in een korte tekst geen woord te
veel staat, zoals de eis luidt, dan zou dus wat niet geschrapt is, moeten
uitblinken van noodzaak.Nu zou het
uitgerekend de economocraten dienen op te vallen dat er aan literatuur, hoe
zuinig er ook geschreven wordt, niets noodzakelijk
is. Literatuur is een bedrijf dat schittert van overbodigheid maar dan wel
graag met de nadruk op dat schitteren.
( )
Hoe komt het dan dat ook in deze
nieuwe, ademloos voortjachtende eeuw zoveel mensen blijven teruggrijpen naar de
grote romans van de afgelopen tweehonderd jaar?De lezer, de echte, heeft een instinct om te verdwalen. Hij wil niet
verdwalen in een woestijn of een regenwoud, maar in een nauwkeurig aangelegd
labyrint. Hij laat zich erin binnenlokken, raakt vol overgave de weg kwijt, en
bestudeert steeds verder verdwalend de ontsnappingsroutes. Hoe uitgestrekter en
complexer de doolhof, des te adembenemender de dwaaltocht.
Ik vind het gevaarlijk om vrienden en
bekenden in een boek gestalte te geven. Zelfs wanneer je hen op een aardige
manier weergeeft, beperk je hen, maak je hen minder complex. Je beperkt hun
vrijheid en je presenteert ze aan de wereld zoals jij ze ziet. Dat is een
machtsspel.
( )
Het landschap dat ik beschrijf, is
hetzelfde als in de boeken die ik als kind las.Ik was vooral dol op de verhalen van Kipling.
( )
Ik ben dol op research en wil constant
bijleren. Ik krijg vaak kritiek omdat er te veel historische en
wetenschappelijke details in mijn boeken zitten.
( )
Ik vind dat de meeste personages in
Engelse romans veel te weinig nadenken. Ze hebben intense emoties en hevige
persoonlijke relaties, maar nadenken is er te weinig bij.Ik ben veel meer geboeid door mensen die de
dingen trachten te doorgronden, die op zoek zijn naar hun verantwoordelijkheid,
die willen weten hoe alles zich tot elkaar verhoudt.