imagooh!
Imagooh! kaderde in de kunstenroute FantasMa 08. Vanaf november 2008 wil ik mijn blog op onregelmatige basis een ruimere invulling geven.Veel leesplezier gewenst! Reacties zijn altijd welkom.
Archief per maand
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 09-2014
  • 05-2014
  • 02-2014
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 02-2010
  • 08-2009
  • 12-2008
  • 11-2008
  • 10-2008
  • 09-2008
  • 08-2008
  • 07-2008
  • 06-2008
  • 05-2008
  • 04-2008
  • 03-2008
  • 09-2005
    Inhoud blog
  • Jan van Eyck, een Maaseikenaar met wereldse allures.
  • Griet und so weiter
  • Vele hemels boven de zevende
  • AKO voor Stefan Hertmans
  • Elementaire deeltjes
  • Antwoord
  • Oorlog en terpentijn
  • Transhumanisme en identiteit
  • Elementaire deeltjes
  • Antigone
  • Koning Leopold I en de Gebroeders Van Eyck
  • Van Eyckjaar 2014
  • Wat is liefde?
  • Jeanne d'Arc en Jaqueline Harpman
  • Gelezen: Norwegian Wood van Haruki Murakami
  • Paralipomena
  • wij-identiteit
  • Waalse haan...
  • Regionale identiteit
  • Sabina Spielrein
  • gelezen: Persepolis van Marjane Satrapi
  • Gelezen: Tirza van Grunberg
  • Toelichting
  • Verkoop de stille rose van Jan Winkels
  • Bijlage de stille rose Jan Winkels
  • Alles van waarde is weerloos
  • Apologie
  • Terugblik
  • Co-auteur
  • Het einde van mijn blog
    Zoeken in blog

    Rondvraag / Poll
    Wat bepaalt volgens u de Maaslandse identiteit?
    Het dialect
    De familiale afkomst
    Het wonen in een Maasgemeente
    Gehuwd zijn met een Maaslander
    De culturele achtergrond
    De regionale achtergrond
    De geschiedkundige achtergrond
    Bekijk resultaat

    28-02-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Toelichting
    Mijn blog maakte onderdeel uit van het kunstproject FantasMa 08, een tentoonstelling die in Aldeneik plaats vond tijdens de zomer van 2008. Aan dat project nam ook Jan Winkels deel. Hij stelde toen een grote roos op. Dat kunstwerk wordt nu te koop aangeboden en Jan heeft een korte toelichting geschreven voor mogelijke kopers. Uit sympathie plaats ik zijn vraag op mijn blog. Adresgegevens van Jan Winkels zijn te vinden op zijn site.

    Verder kan ik u nog meedelen dat ik op zeer onregelmatige basis mijn blog zal aanvullen.



    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verkoop de stille rose van Jan Winkels
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Inleiding

    In 2008 nam ik deel aan de tentoonstelling FantasMa 08 die georganiseerd werd door Elementum vzw. Het thema van de expositie werd door de organisatoren simpelweg omschreven als ‘Het Maasland’. Iedere kunstenaar kreeg de opdracht om zijn of haar visie op de regio en haar bevolking uit te drukken in woorden of beelden. De kunstwerken werden opgesteld in de oude dorpskern te Aldeneik, een klein gehucht in de buurt van Maaseik. Gedurende de hele zomer hebben duizenden toeschouwers uit het Maasland – maar ook uit de ruime Euregio – kunnen genieten van gedichten, foto’s en hedendaagse installaties. In de meest diverse creatieve vormen kwamen het verleden, heden en toekomst van de smalle strook land langs de Maas tot uiting. Hoe ik het onderwerp heb benaderd en uitgewerkt, leest u in de volgende paragraaf.

    • I Persoonlijke interpretatie van het thema

    De afgelopen jaren ben ik steeds meer geboeid geraakt door de ideeën van de Franse historicus Pierre Nora. In zijn monumentale studie Les lieux de mémoire probeert hij een volledig nieuw terrein van geschiedkundig onderzoek te openen. Anders dan de klassieke historiografie, die gebaseerd is op een chronologische weergave van koningen, hun veldslagen en de gevolgen, werkt hij voorbeelden uit van specifieke ‘plaatsen’. Nora interpreteert het begrip lieux nogal ruim: het zijn niet alleen fysieke locaties, maar ook voorwerpen, uitdrukkingen en ideeën. Al die elementen roepen levendige herinneringen op bij mensen. Plekken en dingen zetten ons geheugen aan het werk en door dat raadselachtige proces wordt het verleden gevormd en geconstrueerd in het heden. Geschiedenis is mensenwerk, niet alleen van hogerman maar ook van lagerman.

    Die visie stimuleert en prikkelt me als kunstenaar sterk, omdat hier creativiteit in het geding is. De omgang met de geschiedenis is voor iedereen een persoonlijke en scheppende daad, die steeds opnieuw moet uitgevoerd worden. Het verleden ligt immers niet als een blauwdruk vast, maar krijgt contouren door interpretaties op grond van herinneringen. Vanuit die houding ben ik begonnen aan de opdracht om een kunstwerk te creëren rond het thema ‘Maasland’. Tijdens mijn wandelingen in de buurt van de prachtige Romaanse kerk van Aldeneik – eeuwen geleden lag daar de oorsprong van Maaseik - kwamen brokken van verhalen en legendes, die zich afspeelden op die locaties, opnieuw tot leven. Uiteindelijk raakte ik méér dan geboeid door het verhaal van de heiligen Harlindis en Relindis die een leugentje om bestwil gebruikten om hun vader te misleiden bij de bouw van het kerkje. Het volledige verhaal over de rozen kan u lezen aan het eind van dit dossier. Ik zag er ook een goed voorbeeld in van een lieu de mémoire die uiteraard niet mag vergeten worden, maar telkens om een andere, persoonlijke interpretatie vraagt. Het rozenwonder, ken-merkend voor de culturele geschiedenis van het Maasland, mag niet in het Grab des Vergessens belanden. Mijn reactie moest helder en groots zijn. Ik heb dan ook een monumentale roos in keramiek gemaakt en opgesteld, niet zo ver van de historische plek waar het verhaal zich afspeelde. Die kunstzinnige uitdrukking is dus mijn visie of mijn herinnering aan een legende die al decennialang een sluimerend, stil gangetje leidt in het gehucht.

    Voor wie de roos ook als een milieu de mémoire wil bekijken, voor hen krijgt ze nog een andere betekenis, namelijk als geheugenboei. Het kunstwerk de stille rose, referend naar een bijna vergeten verhaal, kan men ook interpreteren als een baken uit het verleden waarbij toeschouwers even kunnen verwijlen om zich in alle rust de gebeurtenis te her-‘inneren’. In een tijd die volgens de filosoof Paul Virilio niet beter kan gekarakteriseerd worden dan door het begrip ‘snelheid’ of dromologie – ook op cultureel vlak holt alles en iedereen als gek – is mijn kunstwerk een bron van traagheid en rust. Dat is voor mij als kunstenaar een vorm van engagement waar ik veel belang aan hecht.

    • II Algemene betekenis van de roos

    Alhoewel de stille rose dus vooral gekoppeld is aan het rozenwonder te Aldeneik, gaat er ook een algemener appèl van uit. Mag ik summier wijzen op enkele symbolische verklaringen voor de roos uit twee perioden van onze westerse cultuurgeschiedenis, de klassieke oudheid en de christelijke tijd. Uit mythologische verhalen blijkt dat de godinnen van de liefde, Aphrodite en Venus, en de drie Gratiën vaak rozen als wijgeschenk ontvingen. De bloem gold toen al als een symbool voor eeuwige liefde, trouw en verlangen. In de Goddelijke Komedie van Dante uit de veertiende eeuw speelt de roos een indrukwekkende rol. De Italiaanse dichter beschrijft een reis, met Vergilius als begeleider, door de hel en het vagevuur naar de hemel. Ze vertrekken op witte donderdag en even later stappen ze door de poort van het inferno, waarop de zin staat: laat alle hoop varen, gij die hier binnentreedt. Na een verschrikkelijke tocht in de diepste krochten van de aarde bereiken ze de louteringsberg en uiteindelijk – op woensdagmiddag na Pasen - het aards paradijs. Vanaf daar krijgt Dante het gezelschap van Beatrice. Zij begeleidt hem tot aan het empyreum, de woonplaats van de gelukzaligen. Dat hemels amfitheater heeft de vorm van een grote roos waarin de heiligen zitten die van enige betekenis zijn geweest bij de verlossing. Tijdens een visioen ziet Dante in het hart van de roos het mysterie van de heilige drie-eenheid. Een lichtflits maakt een einde aan die mystieke ervaring en Dante sluit zijn gedicht af met de verzen: zo werden mijn gevoel en wil bewogen, door Liefde, die de zon en de sterren drijft.

    De roos door de eeuwen heen als symbool, als zinnebeeld, als embleem, als logo, met één voorname onderliggende betekenis in al zijn diverse interpretaties, met name de liefde. Zij is het vitaal elan van het universum. In die zin is de stille rose een universeel beeld vol van ratio en emotie.





    • III Materiaal en afmeting van de stille rose

    Het kunstwerk is samengesteld uit staal, beton en keramische bladen. De roos heeft een breedte en een hoogte van vijf meter, een diepte van drie meter. Als fundering dienen zware betonnen balken, die de constructie tijdens guur weer en strakke wind in het lood houden.

    • IV Duurzaamheid

    In een tijd dat het begrip duurzaamheid steeds meer aan belang wint, heb ik geprobeerd om mijn kunstwerk te produceren met respect voor milieu en natuur. De keramische bladen van de roos zijn gebakken op een zeer hoge brandtemperatuur, waardoor een garantie ontstaat op lange duurzaamheid. Bovendien werden al die onderdelen met glazuur behandeld, zodat ze niet poreus zijn en dus ook niet kunnen kapot vriezen. Over de houdbaarheid van de kleur van de bladen kan ook geen twijfel bestaan. Niet alleen mijn ervaring, maar ook de archeologie bewijzen dat keramische objecten hun kleur zeer goed bewaren in het licht van de tijd.

    De stalen constructie waar de roos op rust, is gegalvaniseerd waardoor ze voor tachtig jaar bestand is tegen roest. Dat materiaal kan eventueel nog vervangen worden door ‘inox’. De duurzaamheid zou daardoor aanzienlijk worden verlengd. Ook de draad waarmee de bladen aan de constructie zijn bevestigd, is uit roestvrij materiaal vervaardigd.

    Bij de opbouw van de roos is – in de mate van het mogelijke – rekening gehouden met de kans op vandalisme. Alle onderdelen zijn stevig, hard en degelijk met elkaar verbonden. Om de kans op beschadiging te verminderen lijkt me een goede verlichting tijdens de nacht zinvol.

    • V Mogelijke locaties voor inplanting

    Gelet op de monumentale omvang van de roos, is een grote open locatie onontbeerlijk. Het kunstwerk moet vanop een ruime afstand, én vanuit alle hoeken kunnen bekeken worden om tot haar recht te komen.

    De stille rose zou natuurlijk een definitieve plek kunnen vinden in Aldeneik op grond van mijn persoonlijke interpretatie. Maar in het licht van de algemene visie op de roos als symbool, is het evenwel voor de hand liggend en goed aanvaardbaar om het kunstwerk ook in andere gemeenten een plaats te geven.

    • VI Opbouw van het kunstwerk


    De installatie van de roos neemt tenminste twintig werkdagen in beslag. Niet alleen moet de fundering degelijk verzorgd worden en de raamwerk stevig geïnstalleerd, maar ook ieder rozenblad dient precies en nauwkeurig vastgemaakt op de matrix. Voor het vervoer van de materialen, de machines om te graven en de hulp die nodig is bij de opbouw, sta ik in.

    • VII Plaats van de stille rose in mijn creatieve biografie

    Toen ik de roos voor het eerst kant en klaar zag staan in een weide te Aldeneik, besefte ik dat mijn creatief leven een nieuwe wending had genomen. Na een lange periode van eerder bescheiden – in omvang – keramische objecten, was ik er nu in geslaagd om een monumentaal project tot een goed einde te brengen. Bovendien sluit dit werk aan bij een traditie in de beeldhouwkunst, waaruit blijkt dat kunst meer is dan l’art pour l’art. Mijn beeld is esthetisch, maar er zit ook een inhoud aan vast. De roos stijgt boven het materiële uit, of iets genuanceerder uitgedrukt, is meer dan louter vorm. Vorm en inhoud houden elkaar in evenwicht. De roos staat in het midden van een verhaal over liefde, kan verbonden worden met de raadselachtige werking van het geheugen en het begrip lieux de mémoire. Kortom, het beeld noodt uit tot bespiegeling en reflectie. In mijn artistiek parcours beschouw ik deze benadering als een verrijking.

    Tijdens mijn opleiding keramiek aan de hogescholen te Hasselt en Gent, werd het accent van het onderwijs vooral gelegd op de technische kwaliteiten als kunstenaar. Vakmanschap, luidde het adagium. Probeer een goede ambachtman te zijn, of wat trivialer uitgedruk, wees een goede pottenbakker. Dat was dan ook tijdens mijn beginjaren de opdracht die ik perfect probeerde te vervullen. Als snel vond ik daarin geen creatieve voldoening meer en begon ik te onderzoeken hoe ik kon losgeraken van de zuivere bewerking van klei tot vorm. Het hobbelig en kronkelig parcours dat ik heb afgelegd op weg naar het punt waar ik nu sta, wordt gemarkeerd door tentoonstellingen als Terra Sigillata, Hemel en Aarde en Ecce Corpus. In al deze exposities is goed merkbaar dat ik het materiaal keramiek veel speelser gebruik. Bovendien getuigen de projecten ook van een diepere inhoudelijke betekenis dan mijn eerste ondernemingen. Die visie past beter bij mijn aard. Misschien kan ik die houding nog het best omschrijven met twee begrippen van de Franse filosoof Blaise Pascal: esprit de finesse en esprit de géométrie. De laatste jaren probeer ik intuïtief, met finesse, te werken zonder de ratio - die meet, rekent en analyseert – te verwaarlozen. Ook daarvan is de roos een mooi voorbeeld. Het raamwerk waar de roos in rust is volkomen geometrisch, ruimtelijk en onbeperkt, het beeld zelf is een fantasierijke creatie van ontwerp tot uivoering. Een evenwicht van verstand en hart probeer ik ook in mijn beelden tot uitdrukking te brengen.

    • VIII De stille rose en de openbare ruimte

    De afgelopen decennia wordt het begrip ‘openbare ruimte’ steeds vaker in een nauw verband gebruikt met kunst. Wat is hier aan de hand? In het kort gezegd komt het hier op neer. Vroeger werd kunst louter en alleen gebruikt om landschappen of pleinen te onderbreken op een nogal losse manier. Een kunstenaar kon om het even welk werk neerpoten in de vrije natuur of in de hoek van een openbaar plein. Intussen is men zich ernstige vragen gaan stellen hoe de openbare ruimte - markten, rotondes en parken – zinvol kan opgevuld worden met kunstwerken. Men heeft vastgesteld dat de obligate bronzen kip of koperen hannes door iedere burger of wandelaar na verloop van tijd als staal zonder waarde wordt voorbij gelopen. Kunst als vervelende sta-in-de-weg prullaria, dat kan toch ook niet de bedoeling zijn.

    Misschien is er een andere interessante mogelijkheid. Men zou kunstwerken, gebaseerd en voortbouwend op het begrip lieux de mémoire, op welbepaalde plaatsen kunnen opstellen. Die visie houdt echter een engagement in voor de kunstenaar. Hij moet namelijk proberen om een onderzoek uit te voeren naar de geschiedenis van de buurt en de plek waarvoor het kunstwerk geconcipieerd wordt. Indien hij of zij die kennis op een intuïtieve manier tracht te verwerken in de realisatie van zijn of haar werk, ontstaat een oproep tot herinnering uit het cultureel geheugen van de regio. Dat zou dan weer kunnen resulteren in de ontwikkeling van een culturele identiteit van dat gebied. Geheugen en identiteit hangen uiteraard nauw met elkaar samen. Vervolgens ontlenen de bewoners dan via de kunst, geënt op de geschiedenis van de streek, een regionale identiteit. Die eigenheid is uiteraard een geconstrueerde, tijdelijke identiteit die zich in de loop van de jaren wijzigt. Maar steeds opnieuw zal de vraag terugkomen: wie zijn we?

    Die opdracht lijkt me op dit moment een mooi project waarvoor ik me met hart en verstand wil inzetten. Een creatief antwoord zal dan ook niet meer zolang uitblijven.

    • IX Prijs

    De prijs van het kunstwerk wordt bepaald in onderling overleg.




    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Bijlage de stille rose Jan Winkels
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    De stille rose

    Fraaie historie ende alwaer?

    In de achtste eeuw voltrekt zich in Aldeneik een wonder. Twee novicen, de zussen Harlindis en Relindis, willen in het sanctuarium van de kerk in opbouw een vloer aanleggen zonder medeweten van hun vader Adelhart. Als ze hem onverwachts ontmoeten, met kleine Maaskeien in hun voorschoot, geven ze op zijn vraag ‘wat verbergen jullie’ het simpele antwoord: rozen. En het blijken ook rozen te zijn...

    Dit verhaal interesseert me sterk. Ik zie er een belangrijk thema in dat misschien kenmerkend is voor de Maaslandse volksaard: een spel van waarheid en leugen, met twijfel als gevolg. Stenen en rozen of waarheid en leugen, ze lijken wel inwisselbaar te zijn, met als resultaat onzekerheid. Die teneur ontdek ik in andere sagen en legenden aan de Maaskant. Vandaar mijn conclusie: Maaslanders twijfelen aan de waarheid.

    In de eenentwintigste eeuw is er ook vaak sprake van twijfel op diverse vlakken, maar als kunstenaar ben ik vooral geboeid door de impasse in de hedendaagse beeldende kunst. Ook hier heerst twijfel, maar dan niet over de waarheid. Dat thema is immers al enkele decennia niet meer aan de orde. De twijfel heeft voornamelijk betrekking op de interpretatie van het kunstwerk. Wat zou de betekenis kunnen zijn, in welke verhouding staat het werk tot de omgeving? Is het wel een roos of ook weer niet?

    De realisatie van De Stille Rose is voor mij een klein wonder dat, net zoals het verhaal rond de beide zussen, meer vragen dan antwoorden oproept.

    Het zijn fraaie historieën, maar wat is er van waer?




    03-02-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Alles van waarde is weerloos

    Beste bezoeker,

    Deze tekst werd geschreven door co-auteur Dixerat.
    Het artikel verscheen in 'De Maaseikenaar', jaargang XL, 2010, nr.1
    Foto's zijn van de  Willibrorduskapel, de oude scheepskade en het beeldhouwwerk Kubus.




    Alles van waarde is weerloos

     

     

    De titel van dit artikel komt uit het gedicht de zeer oude zingt van Lucebert, gepubliceerd in de bundel Verzamelde Gedichten uit 1974. In Nederland is de versregel zo populair dat hij intussen bijna tot de categorie van de gemeenplaatsen behoort. Te pas en onpas wordt het zinnetje dan ook als cliché – zelfs als reclameslogan - geciteerd. Lucebert formuleert het bijna aan het eind van een gedicht waarin hij vermoedelijk een ode brengt aan de denkbeelden van de Griekse filosoof Parmenides uit de vijfde eeuw voor onze tijdrekening, met recht en reden dus ‘de zeer oude’ genoemd. Deze wijsgeer beschrijft met een scherp inzicht zijn visie op de werkelijkheid, waarin hij onverbiddelijk wijst op het hemelsbreed verschil tussen de schijn en het wezen van alles wat bestaat. Lucebert parafraseert die gedachten en verwerkt ze in het eerste gedeelte van zijn gedicht. We kunnen nooit zeker weten, zo beweert de dichter, waar de oorsprong en de toekomst liggen van de dingen en het leven. Slechts in een benadering ‘hier en nu’ van alles wat is, ligt de enige mogelijkheid om waarde te geven aan ons bestaan. Maar dan volgen de zinnen

     

             alles van waarde is weerloos

             wordt van aanraakbaarheid rijk

             en aan alles gelijk

             als het hart van de tijd

             als het hart van de tijd

     

    Alles wat waardevol is, kan zich niet weren of verdedigen, is teder en wankelbaar, maar wordt rijk door aanraakbaarheid. Die beweging verrijkt het leven en geeft het glans, onder één voorwaarde: indien we alles maar bewust beleven in het hier en nu. Dat kan de betekenis van de twee laatste regels zijn.

     

     

    Ik wil het vers alles van waarde is weerloos nu uit zijn context losmaken en Parmenides verder laten prakkezeren over de zin van het zijn. Dan ontstaat de mogelijkheid om de inhoud in de afgeleide betekenis toe te passen op enkele versteende monumenten in het Maasland. Achtereenvolgens bekijk ik de Willibrorduskapel, de oude scheepskade en enkele beeldhouwwerken.

     

               I        De Willibrorduskapel

    Deze kapel ligt in Aldeneik, niet zo ver verwijderd van de parochiekerk kerk Sint-Anna. Ze werd gebouwd in opdracht van het kapittel van kanunniken rond 1680. Een jaar later volgde de inwijding ter ere van de heiligen Harlindis en Relindis en Sint-Antonius van Padua. De culturele waarde van de kapel zal wel door niemand in twijfel worden getrokken. Toch heb ik het gebouwtje in de decennia die ik door Aldeneik wandel en fiets, steeds verder zien afbrokkelen. Alles van waarde is weerloos. Een kleine stand van zaken. De glasramen van de kapel zitten op verschillende plaatsen vol met gaten, zodat wind en regen vrij spel krijgen. De leien boven het afdakje van de voordeur lijken ieder moment naar beneden te vallen en de dakrand rafelt steeds verder af. De voordeur rot traag maar zeker weg. Dit cultureel erfgoed zal men zonder twijfel straks een kaduke kapel kunnen noemen. Op het informatiebord aan de rechterkant van de ingang wordt vermeld dat de kapel beschermd werd op acht december 2000. Verder staat er zwart op wit geschreven: ‘onlangs besliste het stadsbestuur om een restaturatiedossier voor deze kapel op te starten’. Dat bijwoord van tijd onlangs kan ik ongeveer concretiseren en invullen, het was namelijk in 2002. Weet er eigenlijk iemand hoeveel bladzijden dat dossier intussen telt, en waar en in welke toestand het zich bevindt? Misschien is de tijd aangebroken – het is immers nog niet te laat - om eens met héél veel aandacht én ondernemingszin naar de kapel te kijken. De huidige minister van cultuur, Joke Schauvliege, zal de stedelijke overheid zeker niet tegenspreken. Ze heeft in haar beleidsplan een rubriek ‘bewaring en ontsluiting van het erfgoed’ opgenomen. Misschien kan de sclerose aan de kapel met vereende handen dan gestopt worden. Want alles van waarde is weerloos. 

     

            II        De oude scheepskade


    Ik kan me nog vaag herinneren dat de oude scheepskade aan Labaer met veel tromgeroffel werd ingehuldigd aan het eind van de jaren tachtig. De stad Maaseik kon immers opnieuw een toeristisch ankerpunt aan haar mooie lijst toevoegen. Het is bovendien een plek waar men naar hartenlust kan fabuleren en dromen. Er zouden in de 18de eeuw schepen uit verre oorden hebben aangemeerd, het lossen en laden van de goederen zorgde voor een boeiend leven rond de kade en jonge mannen uit de stad kozen voor een beroep als schipper. Maar niet te vergeten, langs die kade werden scheepsbeschuiten – Maaseiker knapkoek! – aan boord gebracht. Die verhalen mogen dan misschien historisch niet correct zijn, ze werken wel op de fantasie. Net zoals mythen en legenden, behoren volksverhalen tot het collectieve geheugen van een gemeenschap. Voor Maaseik is dat de site van de oude scheepskade. Wie wil luisteren en kijken, hoort en ziet in dat stille gebied schippers tieren, hijsen en vloeken. Daarom is die oude scheepskade waardevol. Dat moeten ook de verschillende overheden hebben gedacht. Want op een roestig stalen plaatje, ergens tot verleden jaar tussen het onkruid opgesteld maar intussen spoorloos verdwenen, stond genoteerd: ‘aanlegkade aan de oude Maasoever, gebouwd in het begin van de 18de eeuw gerestaureerd in 1988 op initiatief van de werkgroep voor stadskernvernieuwing Leefstadskern in samenwerking met de stad Maaseik met steun van de Koning Boudewijstichting en de Nationale Loterij’.

    Wie nu gaat kijken naar de oude scheepskade treft er een grote rotzooi aan. Onkruid tiert welig, hier en daar brokkelen de muur en trappen af, de kaai ligt er unheimlich bij. Eens te meer: alles van waarde is weerloos. Misschien wordt het tijd om de kade in eer te herstellen en zelfs op te nemen in een toeristisch project. Ik neem aan dat er heel wat geld geïnvesteerd is in de renovatie van 1988 en dat men andere bedoelingen had dan de site na verloop van tijd te laten verkommeren. Mij lijkt het zinvol om opnieuw creatief na te denken hoe de scheepskade een plaats kan krijgen in de rijke geschiedenis van Maaseik. Het is immers een lieu de mémoire die moet gekoesterd worden. Alles van waarde is weerloos. 



          III        Beeldhouwkunst

    Op het gebied van hedendaagse kunst heeft het Maasland geen grote traditie. Het gebeurt niet zo vaak dat de overheden een mogelijkheid in de regio creëren voor kunstenaars om hun artistieke kijk op mens en maatschappij tentoon te stellen. Een van de uitzonderingen was het project Beeldhouwen aan de Maas uit 2005. Toen kregen acht kunstenaars de kans om een beeld te vormen uit een blok ruw arduin. Onder het goedkeurend oog van een nieuwsgierig publiek en echte kunstkenners hakten en polijstten de beeldhouwers op het binnenplein van Nuchelenhof onverwachte vormen uit grillige steen. Drie organisaties sloegen de handen in elkaar voor de realisatie van het evenement: Leader+ vzw, de gemeentelijke overheid en de vereniging Ontwikkeling Binnenstad Maaseik. Zij investeerden er samen flink wat geld en moeite in. Iedereen die een beetje in en rond het project betrokken was, had de overtuiging dat hier eindelijk een voorzichting begin was gemaakt met de erkenning van kunst in het Maasland. Kijkers lieten meer dan hun goedkeuring blijken over de mogelijkheid die ze kregen om kunstenaars live aan het werk te zien. Met andere woorden: een waardevol project. Maar wat is er intussen met de beeldhouwwerken gebeurd? Wandelend door de regio stel ik vast dat sommige kunstwerken plompverloren in het land staan. Ik geef een voorbeeld. Het werk Monoliet van Lambert Rocour staat in een strook niemandsland langs de Koningin Fabiolalaan tegenover het koopcentrum. Ik verwed er mijn hoofd op dat slechts een kleine minderheid van wandelaars het werk ziet staan. Het is bovendien bijna onmogelijk om even rustig te kijken of te genieten van het kunstwerk. Tweede geval. Het werk Kubus in bladmotief van Veerle Achten is aan de kerk van Aldeneik geplaatst vlak tegenover een woonhuis. Wie het werk vanop enige afstand wil bekijken moet nolens volens de achtergrond van het huis mee bekijken. Bovendien staat heel vaak een zware zitbank voor het beeldhouwwerk, blijkbaar sleuren en slepen toeristen het lompe ding gewoon voor de Kubus. En om het kunstzinnig beeld compleet te maken: op twee meter afstand staat een vuilbak die tijdens de zomer doorgaans meer dan vol zit. Ach, ik zocht de kunst, maar vond de chaos! Eens te meer geldt hier ook het adagium: alles van waarde is weerloos. Over de andere kunstwerken spreek ik me niet uit, ik herinner me vaag dat ze over het Maasland zijn verspreid. Het is ook niet de bedoeling om een exhaustieve lijst te maken van alle malheuren op cultureel gebied, maar simpelweg even te roepen dat  het waardevolle en weerloze in Maaseik moet behoed worden voor de ondergang.




    Coda

    Op zondag 1 februari 2009 presenteerde Yasmine in de Ancienne Belgique haar nieuwe CD. Als laatste song kwam de zeer oude zingt van Lucebert aan bod. Het gedicht werd op muziek gezet door Jo Mahieu.

    Alles van waarde is weerloos...

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     










    Blog als favoriet !

    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs