Imagooh! kaderde in de kunstenroute FantasMa 08. Vanaf november 2008 wil ik mijn blog op onregelmatige basis een ruimere invulling geven.Veel leesplezier gewenst! Reacties zijn altijd welkom.
Op 17augustus 2009 woonde ik in Maastricht een indrukwekkende theatervoorstelling bij: de Apologie van Socrates. Het stuk werd gebracht door theatergezelschap Epidauros uit Brasschaat.
Luc Pay bracht een rationele Socrates, doorleefd en vol wijsheid. Hij wàs Socrates. Het stuk werd opgevoerd in een kleine binnenplaats, boven op een heuvel van Maastricht. De duisternis, de wind en ook de koude waren bijzondere figuranten die de monoloog nog meer kracht bijzetten. Ik ben van plan dit gezelschap te blijven volgen en u kan dit ook via de site www.epidauros.be.
20-12-2008
Terugblik
Beste bezoeker,
De tekst die u hieronder te lezen vindt, is toegevoegd door de co-auteur dixerat.
Terugblik
Soms kan het wel zinvol zijn om eens even terug te kijken naar een handeling of gebeurtenis die voltooid verleden tijd is. Misschien reveleert zon beperkte analyse, want veel meer is hier niet in het geding, inzichten die er toe bijdragen om in de toekomst doodlopende wegen te vermijden of zelfs onontgonnen gebieden met frisse moed te verkennen.
FantasMa 08, daar wil ik mét en zonder vergrootglas naar kijken, is intussen bijna twee maanden afgelopen, alle kunstwerken zijn opgeruimd met uitzondering van De stille roos van Jan Winkels, de resterende catalogi zitten diep opgeborgen in dozen op zolder en de binnenlocatie is zoals vanouds weer paardenstal geworden. Waar een zomer lang naar het verleden, heden en de toekomst van het Maasland werd gepeild, vallen nu weer drollen op vers hooi. Alleen een paar fotos gelden nog als bewijs dat in de kaduke schuur enkele creatievelingen de resultaten tentoon stelden van een maandenlange kwelling waaraan ze hun geheugen en fantasie hadden onderworpen. Aber, hat es sich gelonht? Dat is de moeilijke vraag waarop ik hier een antwoord probeer te geven. Heeft het allemaal wel zin gehad, veroorzaakte FantasMa 08 een blijvend slenkje in de Aldeneiker ondergrond of was het slechts een klein oppervlakkig schokje dat intussen al niet meer traceerbaar is met welk alaam dan ook?
1. Een poging, let op het onbepaald lidwoord, om die kwestie grondig aan te pakken kan niet anders dan vertrekken van het thema dat de organisatoren aan de kunstenaars hadden voorgesteld. Dat onderwerp was, kort samengevat, het Maasland. Toegegeven, het begrip klinkt bij een eerste lezing triviaal en leeg, maar wie even wat wil onderzoeken of speculeren komt zeker bij kleinodiën uit die een creatieve bron kunnen vormen voor een nieuwe artistieke kijk. De kunstenaar die zulke methode volgt, hanteert als het ware een ladder om op de schouders van zijn voorganger te klimmen. Hij positioneert zich even, gooit de ladder weg en tracht dan vanuit een andere hoek naar dezelfde einder te kijken. Hiermee wil ik zeker geen beeld oproepen van vooruitgang in de kunsten, iedere kunstenaar kijkt beter en ziet meer dan zijn of haar voorganger, maar wel dat alle kunsten variaties zijn op een oeroude bron. Laat ik eens een voorbeeld nemen uit de literatuur. Enigszins overdrijvend en grof schematiserend kan men zeggen dat alle verhalen na Homerus varianten zijn op inhoud en vorm van de Ilias en de Odysseia. De blinde bard heeft in de 8ste eeuw voor Christus met zijn epos de toon gezet van de West-Europese literatuur. Wie daarna schrijft, staat op zijn schouders. Toen we het programma voor FantasMa 08 in september 2007 voorstelden, ging ik er impliciet vanuit dat kunstenaars later in het jaar met een loupe, hamer, spatel, verrekijker en penseel door het Maasland zouden trekken om het beeld van de grote roergangers af te stoffen en op te poetsen. Daarna konden ze eenvoudigweg de ladder plaatsen die wij hen aanboden. Vanuit dat perspectief terugkijkend, meen ik toch tot de voorzichtige conclusie te komen dat de kunstenaars vele mogelijkheden uit het thema Maasland als ongeschikt links hebben laten liggen. Maar misschien moet ik eerst even toelichten wat voor mij allemaal onder het onderwerp Maasland valt.
2.
01-11-2008
Co-auteur
Beste bezoeker,
Mijn project Imagooh! was een onderdeel van mijn deelname aan de kunst-en poëzieroute FantasMa 08. Ik beschouwde het als afgesloten.
Veel mensen blijven ook nu nog mijn blog bezoeken en hebben me gevraagd mijn blog verder te zetten. Ik zal dit doen op onregelmatige basis, met andere inhouden en met de assistentie van een co-auteur.
U zal dus in de toekomst verscheidene bijdrages kunnen lezen over de meest verschillende onderwerpen, van anekdotes tot beschouwende stukjes over kunst, cultuur, het Maasland....
Binnenkort zal ik ook de naam van de co-auteur bekendmaken.
Commentaren en suggesties kan u steeds blijven geven door me te mailen of een bericht achter te laten in het gastenboek.
In beide gevallen wordt uw mailadres niet bekendgemaakt en wordt uw privacy beschermd. Ik wens u alvast veel leesplezier!
07-10-2008
Het einde van mijn blog
Beste bezoeker,
Uit de verwerking van de vragenlijsten van het ZHIMI blijkt dat er van de 290 respondenten ongeveer evenveel mannen als vrouwen hebben deelgenomen.
De interesse voor mijn project is dus gelijk verdeeld, waarvoor dank!
Het grootste deelnemersaantal zit bij de 50- tot 70jarigen.
Ofwel hebben mijn leeftijdsgenoten meer tijd genomen dan jongere mensen, ofwel beviel het thema hen meer?
De meeste beantwoorders zijn in het Maasland geboren, hebben er school gelopen, wonen samen met een Maaslander of Maaslandse en woont ook in het Maasland. Dit Maasland is vertegenwoordigd van Lanaken tot Kessenich aan de Belgische zijde van de Maas, en het sterkst door de regio Maastricht aan de Nederlandse zijde.
Het merendeel voelt zich een echte Maaslander.
Voor het bepalen van de Maaslandse identiteit blijkt het dialect de grootste marker te zijn, gevolgd door de regionale en familiale afkomst.
Voor het overgrote deel van de respondenten staat de identiteit vast, is ze niet maakbaar, niet verwerfbaar, niet te verdienen.
In het begin van de verwerking van de vragenlijsten leek dit niet zo; toen scheen de tendens te worden dat de identiteit niet vaststaat.
Later is gebleken dat de meeste mensen vinden dat dit wel zo is.
Naar mijn aanvoelen zijn mijn discussies met de bezoekers zijn op dit vlak enigszins mislukt.
Wat de items taal en dialect betreft verstaat bijna 100% de taal van de woonplaats. De helft van de deelnemers spreekt dialect met de partner. Er wordt nog veel dialect gesproken met de ouders maar minder met de kinderen.
En hier zie ik een tendensverschuiving.
Kinderen in het Maasland worden anno 2008 steeds meer in het AN opgevoed.
Om een gesprek met de huisarts te voeren is de drempel groter dan met de kapper.
Alle respondenten boven de 70 jaar spreken dialect met hun huisarts. Dit vind ik een bijzonder compliment voor de artsen.
Ik denk daarbij aan mijn schoonvader die in zijn eigen moedertaal onbelemmerd kan praten met zijn dokter!
De meeste deelnemers zijn opgevoed in het dialect en deze vaststelling is niet verwonderlijk gezien de gemiddelde leeftijd.
Of de mensen in het AN of het dialect is opgevoed; bijna iedereen is tevreden over zijn of haar taalbad.
Nog enkele opinies : dialect is gezelliger, het Maaslands dialect is mooier dan andere, dialect is helemaal geen slordig taaltje en het wordt zeker niet gesproken door wie niet beter kan.
Beste bezoeker aan mijn blog en beste bezoeker aan FantasMa 08 en vooral beste invullers van mijn vragenlijst en deelnemers aan de sociale sculptuur, ik dank u met mijn Kempische ziel en mijn Maaslands hart. Dank ook aan mijn geliefde, mijn zonen Jan en Wim en mijn familie voor hun hulp, interesse en ondersteuning bij de uitvoering van mijn project Imagooh!
Zonder uw deelname zou mijn deelname er niet geweest zijn.
Ik neem virtueel afscheid van u allen
en groet u met een welgemeend :Glück Auf!
M.H.I. Clemens
06-10-2008
Deel vier
Beste bezoeker,
Hier volgt het vierde en laatste onderdeel van de verwerking van de vragenlijst in het ZHIMI. Dit onderdeel gaat over de opinies over dialect en dialectsprekers.
Schept het dialect een gezelliger sfeer dan het AN?
79% vindt van wel.
Is het Maaslands dialect mooier en rijker dan het AN?
77% is hiervan stevig overtuigd.
Als je je dialect verliest, ben je ook je eigenheid kwijt?
Voor 71% is dat zo.
Wie naast het AN ook het dialect beheerst is tweetalig?
66% is het hiermee eens.
Dialect is de taal die mijn dorp of stad onderscheidt van alle andere plaatsen?
80% zegt JA.
Dialect is een plat slordig taaltje?
98% is het hiermee oneens.
Dialect wordt gesproken door wie niet beter kan?
2% is het hiermee eens.
Morgen geef ik mijn persoonlijke commentaar op deze resultaten en probeer ik een voorzichtige conclusie te trekken.
05-10-2008
Deel drie
Beste bezoeker,
Deel drie van de vragenlijst in het ZHIMI gaat over taal en dialect.
97% van de respondenten verstaat het dialect van de woonplaats. De mensen die het dialect niet verstaan zijn nieuwkomers in Maaseik en Maasmechelen.
Evenveel mensen spreken dialect als AN met hun partner,
7O% spreekt dialect met de ouders en evenveel spreekt AN met de kinderen.
Op het werk wordt evenveel dialect als AN gesproken. Op school spreekt een derde dialect.
8O% van de beantwoorders spreekt dialect met andere dialectsprekers.
Ongeveer de helft van de mensen spreekt dialect met de kapper. Eén respondent spreekt uitsluitend dialect met de kapper van zijn hond dag Wimpie!
Driekwart spreekt AN met de huisarts.
68% is thuis in het dialect opgevoed en deze dialecten zijn zeer verscheiden :
Italiaans,Antwerps, Hasselts, Sittards, Maasbrachts, Maaslands, Maastrichts, Westvlaams, Bocholters, Frans, Grieks, Kempisch, Limburgs uit diverse regios, Kleverlands, AN en Frans, Turks
De meeste mensen spreken meestal AN.
93% is tevreden met de taal waarin men opgevoed is.
Een jonge deelnemer was liefst in het Engels opgevoed.
04-10-2008
Deel 2
Beste bezoeker,
Hier volgt deel twee van de verwerking van de vragenlijst in het ZHIMI.
Op de vragen Wat bepaalt volgens u de Maaslandse identiteit?
hebben in het totaal 230 mensen geantwoord.
Er waren ook 152 virtuele stemmers op mijn blog.
Volgens de respondenten is desterkste identiteitsbepaler het dialect.
Voor de virtuele stemmers is dat voor 34% van de keuzemogelijkheden het geval.
95% van de schriftelijke beantwoorders hebben hier ja geantwoord.
Verder spelen voor de meeste mensen de familale en regionale afkomst een belangrijke rol bij het bepalen van de Maaslandse identiteit.
In tegenstelling met mijn eerdere, voorlopige resultaten die ik publiceerde, vindt uiteindelijk slechts 28% van de invullers dat men de Maaslandse identiteit kan verwerven door huwelijk of samenwonen met eenMaaslander, alhoewel 78% het eengraadmeter vindt dat men in een Maasgemeente wóónt..
Dit vind ik een boeiend gegeven waarover ik met verscheidene mensen heb mogen discussiëren.
Vaak stelde ik de vraag of ik, die al meer dan 30 jaar in het Maasland woon en werk, al langer dan 30 jaar zorg draag voor hun kinderen, gehuwd ben met een Maaslander, zelf kinderen heb die hier school hebben gelopen, die elders fier vertellen zeggen dat ze van Maaseik afkomstig zijn, of ik dan geen Maaslander gewórden kan zijn?
Sommigen zeiden na het gesprek :
Ge zijt en ge blijft voor altijd een Kempenaar
Gij kunt nooit een Maaslander worden
Ik denk wel dat ge het verdient een Maaslander te zijn..
03-10-2008
Eerste gegevens over de vragenlijst.
Beste bezoeker,
Hieronder vindt u de eerste verwerking van de vragenlijst in het ZHIMI in verband met de algemene vragen.
In het totaal hebben 290 mensen de vragenlijst beantwoord. Hiervan zijn er ongeveer evenveel mannen ( 49%) als vrouwen (51%).
De meeste deelnemers zijn tussen 50 en 70 jaar (63%).
De jongste deelnemer is 12 jaar.
7% is ouder dan 70 jaar.
64% is geboren in het Maasland, waarvan 30% in Maaseik.
Een aantal deelnemers kwamen van verderweg en hebben tijdens hun verblijf in het Maasland FantasMa 08 bezocht.
Ze zijn geboren in Sittard, Maasbracht,Stramproy, Roermond, Maastricht, Antwerpen,Hasselt, Heerlen,Lommel, Genk, Afrika, het Waasland.
De meeste respondenten wonen ook in het Maasland (79%). Dit betekent ook dat 1 op 5 buiten het Maasland woont en heeft meegewerkt aan de sociale sculptuur.
56% van de deelnemers woont samen met een Maaslander en drie op vier heeft hier school gelopen.
Bijna driekwart (72%)voelt zich ook Maaslander.
Enkele mooie opmerkingen bij de vraag : Voelt u zich Maaslander? waren
Nee, deze jas is me te klein
Ja,deze week wel
Nee, wel wereldburger Volgende keer komt deel 2!
01-10-2008
Nieuwe directeur
Beste bezoeker,
Zondagavond hebben we met FantasMa 08 afgesloten.
De deelnemers aan de zomerse kunst-en poëzieroute hebben een deel van hun werk in de flessenpost gedoneerd. We hebben afscheid genomen van de familie Cremers en hen een nieuwe bloem, de fantasmaroos, overhandigd.
Met een stemmige muziekband zijn we met zijn allen naar de Maas gelopen, waar mijn geliefde de flessenpost in het water heeft gegooid. "Fles is in de Maas, fles is in de Maas' werd toen door de band gezongen en gespeeld.
Daarna hebben we met zijn allen lekker gegeten,gedronken en genoten van Jan en zijn band.
De afgelopen twee dagen ben ik druk bezig geweest met het fysiek opruimen van de drie kamers. Met gemengde gevoelens heb ik de bokalen weer ingepakt en het ZHIMI ontmanteld. De cyborg inpakken en wegbrengen was een laatste klus.
Deze week nog breng ik u de resultaten van de vragenlijsten.
Zoals Nero ooit een paard als consul aanduidde, heb ik vanavond de nieuwe directeur van het ZHIMI verwelkomd!
27-09-2008
Laatste weekend
Beste bezoeker,
We gaan nu in rechte lijn naar het laatste weekend van FantasMa 08!
Afgelopen donderdag was er een afsluitende debatavond . De debaters namen actief deel; al dreigden de politici soms te vervallen in het ophemelen van hun economische verwezelijkingen. De bijdragen van kunstenaar Koen Van Mechelen waren authentiek en terzake.
Het publiek nam tijdens het tweede deel actief deel aan het debat. Zoals gewoonlijk was er tijd te kort.. Achteraf werd er nog hevig nagediscussieerd en werden nog zinnige zinnen toegevoegd aan de avond.
Vandaag en morgen rekenen we op veel volk op de kunst-en pöezieroute.
We eindigen zondagavond in schoonheid. Elke deelnemer zal een stukje van zijn of haar kunstwerk in de flessenpost deponeren en met veel bombarie trekken we naar de Maas om FantasMa 08 te water te laten.
Ik wil mijn geliefde, mijn zonen Jan en Wim, mijn familie, mijnheer en mevrouw Cremers, collega's en vrienden nu al bedanken voor hun gemeende interesse,voor hun vrijgevige hulp en voor hun actieve ondersteuning van mijn project Imagooh!
Het was een mooi, het was een goed, het was een prachtig en hopelijk ook een zinvol project voor het Maasland waar ik me nu zo thuis voel......
Volgende week zal ik de resultaten van de vragenlijst van het ZHIMI, die massaal werd ingevuld, bekend maken! Ik wil alvast de meer dan 300 mensen bedanken voor hun deelname aan deze sociale sculptuur en denk nu al met een beetje heimwee terug aan de boeiende, interessante, gedreven, verrijkende gesprekken die ik met velen van hen heb mogen voeren.
Kijk vooral naar de verrassende resultaten van de vragenlijst! Tot zo lang : Glück Auf!
24-09-2008
Tot slot...
Beste bezoeker,
Gisteren eindigde ik mijn bijdrage met een oproep aan de stad Maaseik om het kunstwerk van Jan Winkels een definitieve plek te geven op een openbare plaats. A thing of beauty is a joy for ever! Laat zoveel mogelijk zielen genieten van de stille roze. En als ik schrijf zoveel mogelijk dan zit hierin meteen een hint verborgen over de locatie: geef het kunstwerk een eervolle en ordentelijke plaats waar volk passeert, waar gezeverd en gelachen kan worden, maar moffel het niet weg zoals is gebeurd met sommige werken van het project Beeldhouwen aan de Maas. Lag er enkele maanden geleden geen beeldhouwwerk als restafval op een heuveltje klei en leem en zoden voor de boerderij van Schroë in Heppeneert? Staat er geen beeld plompverloren langs de ringlaan tegenover het nieuwe koopcentrum? Hetkan toch niet de bedoeling zijn van de steenhouwers en organisatoren dat die beelden langzaam overwoekerd worden door kroedweschloover. Een beeldhouwwerk roept om bekeken te worden, om kritiek te krijgen, maar niet om in een vergeetput weg te zinken...Op die manier mag Maaseik haar erfgoed niet verkwanselen!
Nu wil ik even stilstaan bij de mogelijkheden die het Maasland als regio zou kunnen hebben, mochten de vijf gemeenten besluiten om op cultureel vlak samen te werken. Ik geef meteen mijn twijfel toe, want die beoogde samenwerking, is dat niet zo onmogelijk als een ezel leren uit zijn tred te gaan? Ik woon namelijk al meer dan dertig jaar in het Maasland en ik kan me niet herinneren dat er ooit een duurzaam pakt gesloten werd om een gemeenschappelijk cultureel doel te realiseren. Iedere gemeente, van Lanaken tot Kinrooi, ze houden toch vast aan hun eigen kleine blik. Over de dorpsgrenzen heen kijken lukt zelfs niet meer, want de myopische visie is een eigenschap geworden die bijna vanzelfsprekend van het ene schepencollege op het andere overspringt. Wat ik met mijn verhaal hier probeer te bereiken zal waarschijnlijk tot hetzelfde resultaat leiden als die avond toen ik in Aldeneik een kleine jongen met een trommeltje op de konijnen zag jagen, omdat ze de net aangeplante bloemen van zijn moeder afvraten. En toch, tegen beter weten in...
Verleden jaar zijn we in de Dordogne met vakantie geweest. Ik was verbaasd over de eenheid en samenhorigheid waarmee die regio zich voorstelt aan de bezoekers. Allerlei initiatieven zuigen je als het ware door het hele gebied, stuwen je van dorp naar stad en terug. Het geheel is daar duidelijk meer dan de delen. Zou zon visie ook toepasbaar zijn op het Maasland en, niet onbelangrijk, zou die eenheid ook wenselijk zijn? Op beide vragen is mijn antwoord ja. Uit mijn onderzoek in het ZHIMI, het zeer hoog instituut voor Maaslandse identiteit, kan ik zonder discussie afleiden dat de taal een belangrijk aspect vormt van het Maaslander-zijn. Nu spreken de inwoners van Lanaken tot Kinrooi bijna hetzelfde dialect en dus lijkt het voor de hand te liggen dat we van een Maaslandse identiteit kunnen spreken. Een obscuur Duits filosoof beweert trouwens: de taal is het huis van het zijn. Of anders gezegd, ik krijg in en door de taal mijn eigenheid. Vermoedelijk breidt die eigenheid zich via de taal uit tot een wij-gevoel. Zou dan toch een ongrijpbare en diffuse samenhorigheid zweven tussen de bewoners van Lanaken tot Kessenisch? Ik meen héél af toe, bij sommige gebeurtenissen, een glimp te zien van dat gevoel.
Maar verder spelen de Maas en het landschap als bindende factoren natuurlijk ook een belangrijke rol. Ik herinner me trouwens nog héél goed de lyrische ontboezemingen over de Maas die de dichter Jan Peeters op band uitsprak tijdens de tentoonstelling Elementa 1 in 2003. Ach, hoe probeerde hij zoekend en tastend naar het juiste woord de ziel van de Maaslander te beschrijven. En lees de zinnen van Arnold Sauwen en Johan Brouwers over de Maasvallei maar eens erop na. Voor hen gaat er een betovering uit van het landschap aan de boorden van de regenrivier en ook zij trachten die raadselachtige sfeer in woorden te vangen.
Zou het dan niet zinvol zijn dat de vijf Maaslandse gemeenten eens de handen in elkaar slaan om een reeks initiatieven te ontvouwen waarin de aspecten taal, Maas en landschap op een creatieve en innovatieve manier aan bod komen. In die drie elementen ligt waarschijnlijk de kern van de culturele identiteit van de Maaslander. Door er over te praten, te onderzoeken en te analyseren wordt misschien langzaam helder hoe dat begrip Maaslander op een open manier kan worden ingevuld. Als de vijf gemeenten daarenboven onder de slogan behoud door ontwikkeling een duurzaam gemeenschappelijk beleid zouden voeren, dan ontstaat er misschien een begin van fierheid van de bewoners over hun regio. De kracht van deze streek ligt immers in de samenwerking van haar bewoners en de overheid. Beide zijn immers niet alleen op zoek naar welvaart, maar ook naar welzijn. Dat laatste aspect wortelt en ontwikkelt zich op een vruchtbare culturele ondergrond. Daarom moet de overheid ook financiële middelen vrij maken om initiatieven te nemen en het project nieuwe renaissance voor vol aanzien. Kunstenaars, dichters, allerlei andere artiesten en denkers met verbeelding kunnen die beweging door hun warse ideeën op gang trekken.
Daarom mijn oproep aan hen en aan de burgemeesters van Lanaken, Maasmechelen, Dilsen-Stokkem, Maaseik en Kinrooi en alle ondernemers van de regio:
maak van het Maasland een dynamisch kunstwerk!
Tot morgen op het debat...
23-09-2008
Enkele bedenkingen vóór het debat aanvangt
Beste bezoeker,
Vandaag wil ik enkele bedenkingen formuleren bij een punt dat zeker ter sprake zal komen tijdens het debat: de rol van de stedelijke overheid ten aanzien van de kunsten. Ik heb gisteren op de website van de stad Maaseik nog eens even de beleidsnota 2007 2012 van het schepencollege nagelezen, en specifiek het luikje cultuur. Tot mijn grote verwondering stel ik vast dat er geen enkele verwijzing is naar een visie op kunst. De sfeer van de renaissance, waar toch heel wat huizen in Maaseik naar refereren, is dus totaal weg. Nu wil ik die periode ook niet als een gouden eeuw voorstellen, er moet immers nog veel onderzoek gebeuren naar het wel en wee van die tijd, maar om het eens triviaal uit te drukken toen zat de vlam in de pijp. Vandaag lijkt het schepencollege met zwavelstokjes rond te lopen om hier en daar een artistiek vuurtje aan te koteren. Vaak is er even een kleine gloed, wat walm en verder niets meer. Oh ja, er wordt veel geïnvesteerd in steen en beton, en dat gaat zo nog een tijdje door, maar waar kan een mens straks in de stad eens even rustig op een bank zitten en kijken naar een ding dat het hart beroert of verwarmt?
Op basis van de beleidsnota stel ik dus vast dat het bestuur van de stad geen visie heeft uitgewerkt om de openbare ruimte - zoals pleinen en verloren hoeken een kloppend artistiek hart te geven. Zou het daarom niet zinvol zijn dat het schepencollege tijdens haar legislatuur toch aan ten minste één kunstenaar de opdracht geeft voor de levering van de nodige zuurstof en gensters. Laat ik meteen toegeven dat de invulling van de openbare ruimte met kunst een moeilijke opgave is. Tijdens de Skulptur Projecte in Münster hebben ze er verleden jaar een hele zomer ernstig over gepiekerd en gepallaverd. Na een bezoek aan die stad en de tentoonstelling roep ik toch een oud adagium in herinnering: bezint eer ge begint. Het lijkt me immers niet zo boeiend dat er op een hoek van een straat een zoveelste bronzen kip wordt neergepoot, waar iedereen achteloos aan voorbij loopt. De stedelijke overheid zou volgens mij beeldhouwers en dichters in hun werk moeten stimuleren, maar mag uiteraard de kwaliteit niet uit het oog verliezen. Verder hoeft de overheid in tegenstelling tot de ondernemers niet altijd in termen van kosten en baten te denken, maar mag ze ook ethische en esthetische aspecten in haar beslissingen laten meespelen. Misschien een tipje voor het schepencollege. In Aldeneik langs de Broekstraat staat nog enkele weken een prachtige roos in keramiek, verwijzend naar het historisch verleden van de stad en bestand tegen de tand des tijds. Een koopje, vind ik, nu nog een plaats en straks is Maaseik vol van schoonheid....
22-09-2008
Debat op 25 september a.s.
Beste bezoeker,
Een van de prangende kwesties die waarschijnlijk ook op het debat aan de orde zal komen, is de samenwerking tussen cultuur, kunst in het bijzonder, en economie. Het lijkt wel of de belangen van beide sectoren, misschien niet tegengesteld zijn, dan toch ver uit elkaar liggen. Waar bedrijven en zelfstandigen doorgaans met hun handel een maximalisering van de winst nastreven, hebben kunstenaars grote moeite met dat principe. Héél scherp uitgedrukt: artiesten hebben een viscerale afkeer van een systeem waarin geld één van de hoofdmotoren is. Met hun creatieve visie proberen ze dan ook alternatieven aan te bieden om de monotonie van de wereld, waar we allemaal in leven, te doorbreken. Vaak gaan hun engagement en reactie lijnrecht in tegen de houding en handelswijze van de entrepreneurs. Het is dan ook niet verwonderlijk dat beide groepen vaak op gespannen voet staan. Kunstenaars hebben het geld niet om een groot project te realiseren, ondernemers beschikken wel over de middelen, maar willen ze aan die onzin of schèle zeiver niet besteden. Of doen het wel en vragen aanpassingen...
De tijd dat gefortuneerde zelfstandigen, eigenlijk aristrocraten,onbaatzuchtig hulp boden aan kunstprojecten al dan niet kritisch - is láng voorbij. Ze kijken nu niet alleen scherp naar vorm en inhoud van de artistieke realisatie, maar vragen ook met klem naar hun return. Of simpel gezegd, ik bied iets aan, wat krijg ik ervoor terug. Laat ik er meteen aan toevoegen datonder de ondernemers vandaag nog altijd een kleine minderheid is die niet voortdurend in kosten en baten denkt, maar enthousiast en positief antwoordt op gekke vragen van kunstenaars. Die groep is echter erg klein, té klein. Hoe kunnen dan meer entrepeneurs overtuigd worden om bijvoorbeeld een dichter te sponsoren, zodat hij wekenlang kan nadenken over tien regels, waar straks honderden mensen een gevoel van schoonheid aan beleven? Heeft het begrip mecenaat nog een inhoud of is het een lege doos? Dat is de vraag die op het debat ter sprake moet komen. Ik ben benieuwd naar de reactie van panelleden en publiek!
21-09-2008
Debat op 25 september 2008
Beste bezoeker,
FantasMa 08 is bijna afgelopen. Nog één week en de tentoonstelling gaat definitief de geschiedenis in. Maar er staan nog twee aktiviteiten op het programma waarover ik de komende dagen nog iets zal vertellen: een debat en de finissage.
Nu donderdag aanstaande hebben we om 20 uur in zaal Oude Eycke te Aldeneik een debat gepland over de thematiek van de tentoonstelling. Het onderwerp is dus weer het Maasland in al zijn aspecten. Zullen aan het gesprek deelnemen: de burgemeesters Creemers en Peeters, de ondernemer Mathi Raedschelders en de kunstenaar Koen Vanmechelen. Centraal in het debat staat de vraag: is een nieuwe renaissance van het Maasland mogelijk? Of anders geformuleerd: kan het Maasland tot meerwelvaart en welzijn komen door een kruisbestuiving van politiek, cultuur en economie? Wat zal er gebeuren indien die drie sectoren als geoliede tandwielen in elkaar zouden draaien? Een antwoord op die vragen lijkt me niet zo voor de hand te liggen. Misschien kan ik met een paar bijkomende vragen de problematiek toch wat verhelderen.
Een eerste vraag cirkelt rond het werk de stille roze van Jan Winkels. Jan probeert met de roos een tip van de sluier op te lichten die over de Maaslandse mentaliteit hangt. Hij toont iets, zegt iets, maar geeft geen definitief antwoord. Mensen kunnen zelf speculeren. Misschien zou zon werk door een stichting of door de stad Maaseik kunnen aangekocht worden. Zijn werk zou dan, bv in Aldeneik een definitieve plaats kunnen krijgen en op die manier een wezenlijk onderdeel kunnen uitmaken van het openbaar leven. En dan nu de vraag: zou het niet zinvol zijn om diverse kunstenaars te laten nadenken over de verfraaiing van de openbare ruimte? Dat zou dan bv een eerste aanzet kunnen zijn van een nieuwe Maaslandse renaissance?
Een volgende vraag draait rond het leger van Xian dat binnenkort in Maaseik binnenvalt. Ik lees in De Morgen dat die tentoonstelling 2,2 miljoen euro kost. De vraag die ik me stel is, of een dergelijk bedrag wel verantwoord is voor een cultureel evenement dat over een paar jaar weer vergeten is. Wie weet immers nog iets over de tentoonstelling duizend jaar seks (of iets in die aard?) van enkele jaren geleden, ook een tentoonstelling die met veel bombarie werd aangekondigd. De curator Hubert Heymans beklemtoont in de krant dat de tentoonstelling rond het terracottaleger Maaseik op de culturele kaart zal plaatsen. Ja, maar voor hoelang? Kan zon tentoonstelling het begin zijn van een Maaslandse renaissance? Mijn antwoord is neen. Deze tentoonstelling zweeft als een veelkleurig ballonnetje in een leeg zwerk: iedereen vergaapt er zich aan en enkele uren later is iedereen alles vergeten en aan t eten... Ach, het waas toch sjoon!
Aan de hand van die twee voorbeelden wil ik voorzichting aangeven dat er in het Maasland nog veel (nadenk!)werk is.
Morgen ga ik verder...
19-09-2008
Week van het Antwerps dialect
Beste bezoeker,
Misschien hebt u via de media vernomen dat er in Antwerpen een week van het dialect wordt georganiseerd.
Typisch dat de Antwerpenaren, toch een beetje dikke nekken, zo sterk in hun eigen dialect geloven dat ze er een hele week extra aandacht aan besteden.
Volgens mij spreken ze altijd en overal hun dialect.
Nochtans zit er een belangrijk element van waardering in voor hun eigen taal. En dat is nu typisch voor Antwerpenaren; zij veronderstellen immers dat hun dialect het belangrijkste én het mooiste dialect van Vlaanderen is.
Ach, wat een mooie en zelfgenoegzame ijdelheid.
Maar van de andere kant is het misschien wel zo dat wat Antwerpenaars te veel hebben, Maaslanders te weinig hebben.
Ik kan me immers niet herinneren dat in het Maasland gedurende een volle week het dialect in het centrum van de belangstelling heeft gestaan. We spreken dan wel het Maaslands dialect maar dragen de taal niet uit.
Maastrichtenaren zijn in dat opzicht te vergelijken met Antwerpenaren. Beiden koesteren een grote liefde voor het dialect.
Ik weet uit ervaring dat zelfs aan de Universiteit Maastricht in vele faculteiten dialect wordt gesproken.
Ik wil hier niet onmiddellijk pleiten voor een volledige week Maaslands dialect maar toch wil ik oproepen dat Maaslanders zich meer bewust zouden zijn van hun moedertaal en misschien zou het zinvol zijn dat de verschillende schepenen van cultuur voor volgend jaar met veel bombarie een dag van het dialect zouden organiseren.
Leef luuj, ich wens euch ne gooije nach ..of misjiën ne gooije mörrege!
17-09-2008
GAWW
Beste bezoeker,
Deze namiddag heb ik een wandelgroep rondgeleid op de kunst-en poëzieroute FantasMa 08.
De groep bestaat uit Belgische en Nederlandse Limburgers.
Ik herkende enkele leden, anderen waren me nog niet bekend. We hebben een mooie wandeling gemaakt en elke deelnemer had verscheidene reacties en participeerde aan een constructieve discussie over hedendaagse kunst en kunst in het algemeen.
Elk had zijn eigen inbreng. Iemand vervolledigde de openingszin van Karel ende Elegast, een anderlegde me uit waartoe een bepaald kruid diende, nog een ander had een originele kijk op het werk van Georges Blom. We hebben de moeilijke situatie van Mustafa Kör besproken
Het was ook voor mij een inspirerende namiddag en ik dank de leden van de GAWW voor hun gezelschap en de andere, nieuwe kijk op de laatste bokkenrijder . Zie hiervoor de bijgevoegde foto!
16-09-2008
Avondwandeling
Beste bezoeker,
Vanavond heb ik een bijzondere wandeling gemaakt!
Samen met mijn oudste zoon heb ik FantasMa 08 bezocht. We waren zo druk aan het praten, kijken en discussiëren dat ik vergeten ben foto's te nemen. Nochtans zou het mooie beelden hebben opgeleverd.
Het werk van Claudia sober en subtiel door de straatlantaarnen verlicht... De witte weerkaatsing van het werk van Veerle, de zacht verdwijnende kleuren bij Ludo's panelen... Het transparante beeld bij Anonymus... De stoel die wel leek te zweven in het avondlicht... De tunnel van Georges die een echte shelter werd...
Ik moet absoluut terug gaan en u enkele sfeerfoto's tonen!
15-09-2008
FantasMa 08 en kermis
Beste bezoeker,
Zoals ik u meldde was er dit weekend kermis in Aldeneik. Zondag zijn ruim 160 mensen FantasMa 08 komen bezoeken, in groep, gekoppeld of alleen.
Veel mensen waren ook bereid de vragenlijst in het ZHIMI in te vullen,
waarvoor mijn dank.
Sommige bezoekers waren op zoek naar het gedicht
over het Maasland van Wouter Wetzels.
Dat gedicht was overdekt en ingesloten door een kraampje van de rommelmarkt. Bij nader onderzoek bleek het een standje te zijn van de gehandicaptenvereniging van Maaseik.
De leden van de vereniging zijn die dag de fiere beschermers van het gedicht geweest, zoals blijkt uit de foto. In ruil voor het kiekje kreeg ik van hen zelfs een eigengemaakt bloemstukje!
12-09-2008
Aldeneiker kermis
Beste bezoeker,
Dit weekend zijn het hoogdagen voor Aldeneik : het is kermis! Elk jaar weer trekken honderden mensen naar Aldeneik om feest te vieren, koopjes te doen, koffie met vlaai te nuttigen. Elementum vzw nodigt al deze kermisgangers graag uit om een bezoek aan FantasMa 08 te brengen!
Ik zal alleszins zondag in de binnenlocatie zijn om, indien gewenst, uitleg te geven bij mijn project.
Ik kijk er naar uit om de bezoekers van mijn blog (opnieuw) te ontmoeten!
10-09-2008
taal in taal, brain in brain.
Beste bezoeker,
Vandaag staat er een interessant artikel in de krant De Standaard van Arne Franck .
Ik neem het voor u over:
'Weet je hoe frustrerend dat is', vraagt de 31-jarige Filipijnse Myla Callego. 'Ik woon al drie jaar in België, ben hier getrouwd en volg al twee jaar een intensieve cursus Nederlands. Maar als het er écht op aankomt, begrijp ik geen snars van al dat gebrabbel. Ik kan perfect een gesprek voeren in het Algemeen Nederlands. Maar van zodra iemand mij antwoordt in het dialect of zelfs in dat befaamde tussentaaltje van jullie, dan val ik stil. Ik heb het onlangs nog meegemaakt. We waren uitgenodigd door een paar vrienden, het was ontzettend leuk, maar toen ze grapjes begonnen te maken in het plat Brugs, kon ik totaal niet meer volgen. Eén keer is dat niet erg, maar als je dat geregeld meemaakt, is dat behoorlijk frustrerend.'
Centra voor Volwassenenonderwijs in heel Vlaanderen kennen het probleem al langer. In Brugge start daarom nu de eerste cursus Regionaal Taalgebruik, zeg maar een opleiding Brugsch. Veertien anderstaligen schreven zich intussen al in. 'Binnen drie maanden zullen ze dan normaal gezien e moendje kunn meeklappn met de Bruggelingen', zegt directeur Dirk Temmermans van het Centrum voor Volwassenenonderwijs in Brugge. 'Soms is het toch wel nodig dat die mensen ons dialect beter leren begrijpen. Zeker als er, zoals in Brugge, sprake is van een zeer typisch woordgebruik. Maar pas op, ik begin me zelfs af te vragen of de cursus beperkt moet blijven tot anderstaligen. Of denk je dat een Limburger een echte Bruggeling altijd even goed begrijpt?'
'In eerste instantie gaat het om integratie', zegt Temmermans. 'Een ontspannen babbeltje met je buren slaan: dat is integratie. Eén van onze vereisten is trouwens dat onze cursisten al een goed mondje Nederlands kunnen spreken. En zodra ze dat kunnen, is het inderdaad interessant om hen dat Verkavelingsvlaams te leren begrijpen. Dat zou zeer veel misverstanden kunnen vermijden. En natuurlijk, het is altijd leuk als je er hier en daar zo'n typische uitdrukking kan tussengooien. Al was het maar om je wat minder als een aangespoelde vis te voelen.'
Of wij, Vlamingen, ons dan moeten schamen? Dat we ons nog eens niet verstaanbaar kunnen uitdrukken? 'Absoluut niet', zegt Ina Galle, docente Regionaal Taalgebruik.
'Dat typische streekdialect maakt onze taal precies zo mooi. Laat het nu net dat dialect zijn dat onze taal een zeker karakter geeft. Wat onze cursus betreft, hebben we momenteel al een cd'tje vol met fragmenten van dagelijkse dingen in het Brugs. Bijvoorbeeld: u excuseert zich en krijgt als antwoord da me sat-ny,. In feite wil die andere gewoon zeggen: geen probleem. Van die simpele, alledaagse dingen dus. En dat werkt. Ze begrijpen het niet alleen beter, soms proberen ze het ook zelf na te bootsen. Niet dat dat de bedoeling is, maar de verleiding is soms wel groot.'
Is deze visie ook van toepassing op het Maasland?
Hier komt de problematiek van de vreemde tot uiting. Het lijkt zo verbazend dat iemand het AN aanleert en dan in de regio Maasland aangesproken wordt in het dialect.