Na een stormachtige nacht, nee jullie fantasietjes mogen achterwege blijven, want het was de zwaarste storm sinds jaren gecombineerd met een springtij, waren we al vroeg uit de veren, om de trein van 7u te nemen richting Antwerpen. Pas daar aangekomen werden de vertragingen van de treinen merkbaar, omdat de storm in Nederland nog meer voor overlast zorgde en er zelfs enkele treinen werden afgelast. Met een uurtje vertraging kwamen we dus aan in Amsterdam. Het wandelplan met bijhorende wandelroutebeschrijving werd bovengehaald en al gauw liepen we om te beginnen langs de walletjes. De dames van dienst keken ons eens ongeïnteresseerd aan, nee aan ons gingen ze niks verdienen. We vonden er wel een leuk caféetje waar een trio broodjes aten, waarvan eentje met een kroket. Kan het nog Hollandser? Met nieuwe krachten vervolgden we onze weg en kwamen langs de meeste bezienswaardigheden. We brachten ook nog een bezoekje aan het Sexmuseum. Leerrijk :) om te weten te komen dat er al een heuse pornoindustrie bestond op het einde van de 19de eeuw en grappig om de commentaren te aanhoren van de overige internationaal alomtegenwoordigde toeristen. Het was de slechts 4 euro aan imkomgeld waard. Na nog wat verder gewandeld te hebben en nog een aperootje gingen we op zoek naar ons hotelletje Robertramon, gelegen in de PC Hooftstraat, een iets chiquere winkelstraat. Het kamertje was klein, maar netjes en het ontbijt heel lekker. Voor ons moet dat niet meer zijn. Na het inchecken, spoedden we ons naar het Bolsmuseum een eindje verderop. Daar kon je een interactieve rondleiding doen, ruiken, proeven, wat geschiedenis over de vele jenevers en likeuren,... Op het einde kon je zelf een cocktail samenstellen, die dan gemaakt werd door 2 goodlooking guys, die een poging deden Tom Cruise te imiteren in Cocktail. Daarna waren er nog 2 shots te kiezen uit wel 30 verschillende smaken en that was it. Op naar Planet Rose! Planet Rose, tja, dit Caraibean restaurantje werd door Marnix op internet gevonden. Blijkbaar zeer gekend in Amsterdamse kringen om de beste Jerk. Rose houdt het binnenkort voor bekeken in Nederland en trekt naar Londen. Hope to see you there again Rose! De volgende dag werd volop benut om door de winkelstraten te slenteren, een paar marktjes te bezoeken, nog wat rond de grachten te wandelen, kortom gewoon wat relax genieten. De dag werd alweer veel te gauw avond. We hadden een boottochtje geboekt op de grachten, vooral omdat er een lichtshow zou zijn. Het inschepen verliep heel chaotisch, de lichtshow stelde niet veel voor. Naar mijn gevoel een beetje weggesmeten geld, maar ja, we hadden het toch maar weer meegemaakt en samen is toch alles leuk é. Het was nog een eindje terugwandelen naar het hotel, waar we eerst de winkelzakken achterlieten, om dan op zoek te gaan naar een restaurantje. We kwamen terecht bij een Indïer, waar er geen luis zat. Maar 't was wel lekker en we dronken er een goedkoop Spaans flesje wijn bij. Op zondag volgden we nog even een andere wandelroute, dwars door het Vondelpark, waar het wemelde van de lopers en de hondjes. We kwamen voorbij de bekendste musea, zoals het Rijksmuseum, het Van Gogh museum, ... en keken even naar de kindjes die een poging deden recht te blijven op hun kleine ijsschaatsjes op de ijspiste. Nog even verder door de winkelstraten en dan de trein op naar huis. Welke indruk Amsterdam nu op me maakte ? Het kan absoluut niet tippen aan Londen (nog steeds op 1) of Parijs, of zelfs Brussel. Maar het heeft zo'n eigenheid, zo'n openheid. De tolerantie van de vele coffeeshops, de walletjes, de sexshops, niemand kijkt er van op. De weetplantjes kan je gewoon op de bloemenmarkt kopen. Ik zie het hier niet zo direct gebeuren. De vele fietsers had ik wel verwacht, maar dat er zo'n 80 % zonder fietslichten 's avonds en 's nachts op de baan zouden zijn, nee dat had ik niet gedacht van het Hollandse fietsvolkje. De grachten maken het bijzonder, al ben ik als Bruggeling ook wat kanaaltjes gewoon natuurlijk. Kortom, verrassend, maar ik heb het eventjes gezien daar.
Een rondje Luxemburg-Duitsland-België in de herfst
De vertrekdatum stond al een tijdje vast, de bestemming niet; dit zouden we van het weer laten afhangen. Een tiental dagen op voorhand waren we hoopvol gestemd : bijna overal in de dichte omgeving zagen de weerberichten er goed uit. We werkten een aantal routes uit, er werden wandelingen uitgezocht, de camperplaatsen min of meer bekeken, enz. De beslissing viel op een rondje Groot Hertogdom Luxemburg-Moezel en Ardennen. Maar hoe dichter de vertrekdatum kwam, hoe slechter de weersvoorspellingen. De ene site zei 'voortdurend regen', de andere had het meer over af en toe een bui. Tot de dag voor vertrek was er twijfel. Bleven we bij het plan of gingen we meer zuidwaarts? Maar een alombekend spreekwoord zegt : Blijf bij je eerste gedacht of stick to the plan ! En dus gingen we ervoor : eerste stopplaats : Echternach. De laatste 50 km reden we nog in de regen, maar geloof het of niet, net toen we Echternach binnenreden en goed en wel geparkeerd stonden naast de Lac, klaarde de hemel op. Na een lekker tasje soep met een boterham trokken we op verkenning in het beroemde stadje. We volgden een uitgestippelde wandeling langs de meeste bezienswaardigheden en leerden dat er door de eeuwen heen niet altijd 3 stappen voorwaarts 2 achterwaarts gesprongen werd tijdens de jaarlijkse springprocessie. De volgende dag gingen we voor het meer serieuzere werk : een goed aangeduide E1 wandeling dwars door "Klein Zwitserland". We vertrokken aan het station en hadden zo het mooiste stuk op t laatste : de Perekop, het Labyrinth en de Wolfsschlucht. Een prachtige wandeling op een wat grijze maar droge dag die we toch konden afsluiten met een drankje op een terrasje in de zon. En ja vooruit , maar nog een korte wandeling langs de lac, voor we Fons inkropen. Moe en met 20 km in de benen. Nee, voor ons geen 'zondag rustdag'. We vertrokken rond 10 u om zo'n 120 km verder in Cochem langs de Moezel te belandden. De mobilhomeparking stond goed vol en wij vonden gelukkig nog net een laatste plaatsje op de parkeerstroken even verderop. Terwijl we van het thuisfront berichten kregen over een zondvloed en storm aan zee, maakten wij een lange wandeling die ik vond op internet. "De kweekvijver van forellen aan de rechtse kant" was aan geen kanten te bespeuren, dus konden we ook de plaats niet vinden die "even verder links het brugje over" ging. Maar niet getreurd :we liepen evengoed in de bossen en op de terugweg volgde nog een steile klim naar de ruïne Winneburg waar we genoten van het mooie uitzicht op Cochem. Nog even het stadje zelf in en 's avonds aten we lekker in het Burghotel. Het interieur leek meer op een museum maar het soepje van paddestoelen, het hertereegebraad met 'rode kool' en kroketjes en het dessert smaakten voortreffelijk. De stappenteller gaf die dag 19 km aan en de spieren begonnen stilletjes aan toch wat tegen te pruttelen. Rustig aan de volgende dag dus in Koblenz. We vertrokken in de mist, maar al gauw was de zon van de partij en konden we genieten van het uitzicht op de Moezel en de wijngaarden er rond. In Koblenz installeerden we ons op een camping langs het water, op de plaats waar de Rijn en de Moezel samenvloeien. We bezochten het oude stadje en namen de kabellift naar burcht Ehrenbreitstein. Even stilstaan hoe het er in al die voorbije jaren aan toeging : het was in vele verschillende handen, het werd gebruikt als schuiloord, als gevangenis, als luchtverdedegingsplaats, ... Als we 's avonds van onze spaghettie zaten te smullen, hoorden we de eerste regendruppels vallen. Op dinsdag reden we door naar Monschau in een stralend zonnetje. De camperplaats ligt net boven de oude stad en als we na de middag op verkenning vertrokken, begon het te regenen. Even een kopje koffie en een apfelstrüdel / käsetorte waren goed om met een wel heel volle maag weer buiten te staan en alsnog zonder paraplu de wandeling aan te vatten. We beklommen het weggetje naar de ruïne en naar de burcht en waren er ook getuige van de tentoonstelling 'Trash People' die naast al enkele wereldsteden te hebben aangedaan, hier nu te gast waren. Koken zat er die avond niet in, want de gasfles bleek leeg. Toch jammer é dat een mens zo maar verplicht wordt om op restaurant te gaan. :) Veel keuze van restaurants hadden we niet, want zo rond 19 uur leek Monschau meer dood dan levend. Maar Marnix smulde van zijn knuistje met Sauerkraut en ik nam er een vegetarische lasagne. We schakelden het thuisfront in om een verdeler te vinden van de Twiny-primagaz flessen en dit bleek te vinden te zijn in Eupen. Plannen aanpassen dus : geen tweede dag in Monschau, maar via Eupen naar Malmedy en daar een prima camperplek gevonden.
Even informeren bij het bureau van toerisme en vlug de wandelschoenen weer aangetrokken. De wandelroute was nu en dan heel pittig en steil en soms wel eens moeilijk te vinden en te begaan, door omgekapte bomen. Maar we kregen weer energie over toen we even in de schuwe oogjes van een bambi konden kijken, die vlug weer weghuppelde, de donkere bossen in. Niet zo heel lang daarna kwam Malmedy weer in het zicht, maar nee, het was geen 'direct', want de wandelweg leidde ons weer weg andere bossen in en een hoogplateau over. De frisse pint achteraf was welverdiend. En weer hadden we die dag oerechance! We waren nog niet goed aan de aperitief begonnen in Fons of het begon te regenen. Zoals gepland reden we de volgende dag naar Durbuy langs de kronkelende Ardense wegen. Deze keer gingen we op wandel met een gedownloade gpx wandeling op onze wandelgps. Een nieuw avontuur voor ons, maar de 'roze lijn' werd netjes gevolgd en bracht ons veilig, maar deze keer niet helemaal droog terug. Heel lang kun je niet rondlopen in Durbuy zelf, niet voor niets noemen ze zichzelf 'het kleinste stadje ter wereld". Maar 's avonds hadden we gereserveerd bij brasserie Fred met een cadeauboxbon. We mochten eten wat we wilden en kozen voor het wildmenutje. Mmm, dat was echt verrukkelijk en een mooie afsluiter van deze prachtige week met Fons.
Camperplaatsen :
Echternach : gedoogplaats aan de lac, Route du Luxembourg, staat aangegeven, geen voorzieningen, gratis
Cochem : langs de rivier, camperplaats is aangeduid, 7 euro/nacht, geen voorzieningen, overdag wat drukke weg
Monschau : parking langs de weg boven de stad, aan de overkant van het zwembad, 8 eur, electr., lozen en water nemen mogelijk
Malmedy : Place de la gare, 5 euro/24 uur, alle voorzieningen inbegrepen, bewakingscamera, dichtbij stadje
Durbuy : Le vedeur :langs de Ourthe, 21 eur camper en 2 pers., alle voorzieningen, en vernieuwde verwarmde sanitaire blok met douches en toilet
Camping in Koblenz : Knaus, mooie standplaatsen, heel vernieuwde sanitaire installaties, verwarmd (31 euro vr camper en 2 pers) Ook camperplaatsen net naast de camping, betalend mr met gebruik van sanitair en alle voorzieningen. Supermarkt op korte wandelafstand.
Op een kleine 90 km van huis, in Arques, nabij het beter gekende St-Omer, brachten we 2 heerlijke zonnige dagen door op een prachtig gelegen camperplaats. Net naast camping Beauséjour, volg je een klein weggetje, je rijdt naast enkele vijvers, die vol zit met hele stille eenden (haha, het bleken plastieken te zijn) en dan kom je vanzelf op de parking. 's Avonds komt er iemand langs om 3 euro te vragen. Na een kommetje soep met een broodje, vertrokken we met de fiets richting het begin van een uitgestippelde wandeling in de Clairmarais. Na enig zoekwerk kwamen we aan een informatiehuis en daar vertrokken verschillende aangeduide wandelingen. Wij volgden de 14 km route : de bocage au marais, heel afwisselend, goed aangegeven, we moesten zelf een veerpontje nemen waarmee je jezelf naar de overkant moest trekken. Het was echt t-shirt weer, heerlijk zo'n nazomertje. Om af te sluiten dronken we een frisse pint bij Isnor, waar je bootjes kunt huren en de kanaaltjes kan afvaren. De spieren pruttelden wat tegen toen we weer de fiets opsprongen, maar het was niet zo ver voor we weer bij Fons waren. Onze Frans/Engelse buren kwamen een babbeltje doen, bleek dat ze al 2 jaar onafgebroken on the road waren. Het leek ons toch wel heel lang en vroegen ons af van wat ze in godsnaam leefden. Het hele verhaal zullen we nooit weten. Uiteindelijk konden we toch aan onze aperitief beginnen, we verloren de tijd wat uit het oog en het was dan ook al laat toen we aan tafel gingen. De volgende dag vertrokken we richting St-Omer, langs het kanaal, uiteindelijk maar zo'n 7 km ver. We kuierden eerst wat rond op de markt en dronken een aperitief op een terras. Allé, eigenlijk was het van mij een warme chocomelk. Daarna aten we een broodje in het park en liepen we daar wat rond. Gevolgd door een bezoek aan de kathedraal, dat ze net in gereedheid brachten voor een trouwplechtigheid. We reden daarnet ook nog naar de ruines en met een heel klein beetje spettertjes regen reden we naar Fons terug. We konden de wc-tank nog legen net naast de parking en we sloten het weekendje af met een bezoek aan de Auchan. We kochten er een paar lekkere speciale kaasjes voor 's avonds thuis op te eten. De volgende dag werden we als supporters verwacht op de marathon van Oostende waar een loopmaat van Marnix zijn 100ste marathon liep. En dat moest achteraf gevierd worden. Nog eens proficiat Koen.
Dit weekendje weg gingen we op bezoek bij schoonbroer Kenneth die in Hericy woont, in de omgeving van Fontainebleau, zal ik maar zeggen, jullie misschien beter gekend. We hadden ook 2 verstekelingen mee aan boord, schoonma en schoonzuster Tanya. Laatsgenoemde had hier nog wat te regelen die ochtend, wat wat uitliep en waardoor we in plaats van om 10 u om 12 u vertrokken vanuit Oostende. Het verkeer rond Parijs liep vlotjes en rond half vijf in de avond kwamen we aan. We brachten nog een bezoekje aan het leuke stadje Barbizon, waar in een ver verleden heel wat schilders hun dagen doorbrachten. Het is dan ook echt een kunstenaarsdorpje. Het telt maar één grote straat, maar het is er vol van antiekwinkeltjes, kunstgalerijen, restaurantjes en charmante huisjes, waar je af en toe een mozaïek-schilderij kunt bekijken. 's Avonds werd er in de tuin bij Kenneth op een groot houten vuur stukken vlees gebakken en samen met de slaatjes, bereid door Tanya, een glaasje wijn gedronken. We bleven buiten tot bijna middernacht, de dames weliswaar onder een dekentje.
De volgende dag, na het ontbijt, waren we weer de boer op. Ditmaal richting Moret sur loing, een pittoresk middeleeuws stadje aan de rand van de bossen van Fontainebleau en aan de oevers van de Loing. We maakten een wandeling door het historische centrum, bezochten de kathedraal Notre Dame, zagen de donjon, het huis van Frans I, de versterkte poorten en de vele oude huizen met houten gevels. Het aperitiefje werd uitgesteld tot thuis. In de namiddag ging het richting de bossen, welke bos juist, ik zou het niet meer weten, want de omgeving is daar precies één groot bos. We stopten nog even aan de kerk van Larchant, een mooi stukje gothische architectuur met een klokportaal van wel 50 meter hoog. Daarna werden de wandelschoenen aangetrokken en trokken we de bossen in. We konden genieten van de mooie natuur, van de heide die in bloei stond, en van de klimmers die aan het uitdokteren waren hoe ze het beste naar boven konden komen. 's Avonds gingen we lekker Italiaans eten in 'il primo baccio', het restaurantje waar Tanya werkt. Voldaan kropen we even later het bed in.
Op zondagmorgen bezochten we nog even de markt in Fontainebleau, aten nog een kiekske en trokken rond 14 u terug huiswaarts. We stopten nog even voor een frietje , zetten ma af in Oostende om uiteindelijk rond half acht de motor af te zetten in Gistel.
Om maar meteen de maand augustus goed in te zetten, vertrokken we rond 15 u onder een stralende zon richting Berck sur mer. Dit jaar met eentje minder, Aäron bleef thuis om te blokken voor de herexamens. In Berck stond de ,schitterend naast het strand gelegen, mobilhomeparking zo goed als vol, maar voor Fonske is er meestal wel een plaatsje te vinden. We maakten nog een mooie wandeling langs de dijk tot in Le Touquet, herenigden nog even tussendoor twee verloren gelopen kindjes met hun mama, dronken een frisse pint om de dorst te lessen en aten een zelfgemaakt belegd broodje buiten op naast Fons. We bleven Uno spelen tot het donker werd en kropen daarna nog steeds puffend van de warmte in bed. De volgende morgen stonden we iets vroeger op om de resterende kilometers tot in Carnac te rijden. Er was heel weinig verkeer op de baan en we namen ook de nodige tijd om rustig de slaatjes op te eten tijdens de middagpauze. Rond 15 u kwamen we aan op de Camping Les Menhirs, de Quecha tent werd opgezet en even later waren we al op verkenning in het heel nabij gelegen stadje, waar we een heerlijke, maar oh zo grote pizza verorberden. En wat deden we zo verder nog al behalve naar het strand gaan, ploeteren in het zwembad, boodschapjes doen, het plaatselijke marktje bezoeken, lezen, spelletjes spelen, ijsjes kiezen uit wel 50 verschillende smaken, ...... ???
We gingen op zoek naar de dolmen (niet gezien) en de menhirs (gevonden). (12 km gewandeld)
"Maar liefst 3 000 menhirs staan hier tussen de heide in lijnen met een lengte
van ongeveer 1 km. Dit is een van de meest opmerkelijke concentraties rechtop
staande stenen in de wereld. De meest indrukwekkende rijen zijn die van Menec,
Kerlescan en Kermario. Naast hen bevindt zich de grafheuvel van Saint-Michel en
de Reus uit Manio, een menhir met een hoogte van 6,50 m. Geloof maar niet dat
Obélix er iets mee te maken heeft! De menhirs zijn 5 000 tot 3 000 jaar v.Chr.
opgericht. Dus lang voor de Galliërs! Verschillende theorieën, tot aan de meest
hilarische, trachten deze monumenten te verklaren.Vaak wordt hen een
astronomische functie toegedicht." (bron : internet)
We gingen te voet naar het naburige stadje Trinité sur mer. We zochten naar allerlei diertjes tussen de rotsen aan zee en vonden er onze aperitiefhapjes : kreukeltjes of beter gezegd karakolletjes. De krabbetjes waren te klein en een zeester leek ons niet zo smakelijk. (15 km lange wandeling)
"La Trinité-sur-Mer heeft een grote vissers- en jachthaven en is het centrum van de oesterkwekerij. Het is tevens een alomgekende badplaats die zeer mondain is en voorzien met winkelstraten, speelzalen, een winkelcentrum en vele souvenirswinkels." (bron Wikipedia)
We bezochten een op 30 km gelegen stadje Vannes, met zijn oude huisjes, kathedraal en smalle straatjes. We aten er een heerlijk hartige pannenkoek.
"Vannes heeft alle reden een s achter haar naam te zetten. Deze stad is zo
veelzijdig! Hoofdstad van de Morbihan, jachthaven, vestingstad, middeleeuwse
stad, stad van kunst en historie Van de kaden, omzoomd door bomen, tot de
huizen uit de 15e eeuw, alles herinnert aan het goede leven. Pal in het zuiden, tegenover de haven, heeft Place Gambetta de allure van een
badplaats. Maak van de gelegenheid gebruik om even op een terrasje te pauzeren
voordat u onder de Porte Saint-Vincent doorloopt voor een bezoek aan de oude
stad. Voorbij het voorportaal staan aan weerskanten van de straat huizen uit de
17e eeuw. Rond de Place des Lices, waar in de Middeleeuwen toernooien werden
gehouden, staan voorname herenhuizen zij aan zij met vakwerkhuizen. De gevels
worden op de maat van de huizenrijen verlicht in vrolijke kleuren. Voorbij de
kathedraal en de Cohue en afdalend naar de Porte Prison die toegang geeft tot de
schilderachtige wijk Saint-Pagtern, biedt de Rue Saint-Gwénaël een keur aan
kruisbreuken en uitkragingen. Op de hoek van de Rue Rogue en de Rue Noé wordt u begroet door twee vrolijke
gedaanten. Uit steen gehouwen vertegenwoordigen zij de heer en meester van dit
huis uit de 16e eeuw, en zijn eega. Zij zijn de mascottes geworden van de
inwoners van Vannes.
We volgden een uitgestippelde wandeling in Carnac, langs een klein gehuchtje met een oude kapel, langs oesterkwekerijen en langs een prachtig ruig kustpad en hadden uiteindelijk weer een elftal kilometers op de stappenteller staan.
We sloten de vakantie in Carnac af met een aperitiefje met oesters op visserijfeesten aan de haven, een superlekkere Fruits de mer en een dansfeest met Keltische muziek, waar we alledrie een poging waagden om mee te huppelen.
Aan alle mooie dingen komt een eind, dus ook aan de vakantie, maar we gingen niet rechtstreeks huiswaarts. We bezochten mijn schoonbroer/schoonzus die in de buurt van Fontainebleau wonen. Het vergde even wat stuurmanskunst van Marnix om met Fons het steile kiezelbaantje achterwaarts af te rijden, maar zo stonden we wel rustig van het weggetje af. Kenneth liet ons nog het indrukwekkende Chateau van Fontainebleau zien en 's avonds gingen we heerlijk Mexicaans eten.
Na nog eén nachtje slapen in Fons, een lekker ontbijtje en nog 350 km te rijden, kwamen we weer eens veilig terug thuis, waar de twee jongens ons hartelijk verwelkomden met een aperitief, met hapjes en een lekkere spaghettie.
Met een Mooiweer-weekendje in het vooruitzicht vertrokken we vrijdag al richting Werchter, waar we een plaatsje bemachtigden op camping Klokkenberg. We waren bij de vroege vogels, want hoe later het werd hoe meer campers, caravans en auto's beladen met tentjes, toe kwamen gestroomd. In de namiddag probeerden we de 'Rock Werchter route' in omkeerde volgorde te rijden, omdat we eerst richting Leuven wilden. Dit bleek niet zo eenvoudig, maar met alternatieve routes geraakten we iets na de middag toch in bruisend Leuven. Daar begon de zoektocht naar het Mexicaans restaurant waar we een tijdje geleden heerlijk aten. Helaas, eenmaal gevonden, bleek het gesloten. We aten dan maar een pasta op een terrasje op de oude markt.
We kochten een knooppuntenfietskaart van de streek en zo keerden we terug naar Werchter. Op de camping dronken we eerst een aperitiefje aan het caféetje en daarna in Fons ook. :) De avond werd verder gevuld met het verder werken aan de fotoboek van Maleisië en met de traditionele yahtzee.
De volgende dag stonden we rond 9 uur op en vertrokken rond 11 u met de fiets naar de weide. De fietsen stonden netjes gestald op een bewaakte fietsweide en daarna dronken we het eerste pintje van de dag. We bemachtigden een mooi plaatsje waar we de rest van de dag bleven zitten, en staan en swingen ook natuurlijk. Het weer was heerlijk, een beetje warm van tijd tot tijd, maar mij hoor je niet klagen. Baltazar zette de dag in, gevolgd door Blondie, Santana, Ben Harper en Musselwhite, Keane en om de dag af te sluiten met het spetterende, nooit vervelende, tweeënhalf uur durende optreden van Bruce Springsteen. Wat een energie heeft die man, en hij had er blijkbaar zin in. We aten nog een frietje in puntzak en rond 2 uur lagen we te ronken in Fonske.
Veel meer dan opstaan, eten en naar huis rijden deden we de zondag niet. Ah ja , toch wel, we pikten Jade op en hadden nog een leuke namiddag aan het klein strand van Jabbeke.
afstand gistel - Werchter : 160 km totaal op de teller : 16644 km camping : 40 eur vr 2 nachten met electriciteit
En waar ligt nu juist Bettrechies? Tot vrijdagmorgen net voor vertrek wist ik dit dus ook niet. Het plan was om naar Bavay te gaan. Nee, veel bekender is dit nu ook niet. Iets gekendere steden in de buurt zijn Valenciennes en Mabeuge. Er is een mobilhome parking in Bavay, maar net voor we vertrokken, zagen we dat de batterij maar op 1 stond. Blijkbaar hadden ze bij het uitmeten van de batterij bij Urbano een schakelaar aangezet en was deze blijven aanstaan. In laatste instantie zochten en vonden we dus nog een kleine camping in het buurt. Zo kon Fons eens goed aan de elektriciteit liggen. De bestemming ligt maar op zo'n 130 km en er werd mooi weer voorspeld. Ideaal dus. We mochten zelf een plaatsje zoeken op het piepkleine campingtje Les Charmes.
We stonden er net naast de weide, waar er 2 schapen, 2 geiten en een ezel in rondliepen. En het eerste wat we deden , was een aperitiefje drinken en de kleren uitspelen, of was het andersom? In elk geval, het was zalig warm. En we zaten daar zo goed. Maar toch sprongen we de fiets op om de streek te verkennen, wat best pittig was wegens de vele hellingen. Vooral dan het laatste stukje net voor de camping was een echte kuitenbreker. Uiteindelijk hadden we 40 km op de teller. De frisse pint op het terras daar, smaakte dan ook extra goed. We zaten tot 22u buiten, daarna koelde het toch af. De volgende morgen was het weer zo verleidelijk om te blijven zitten in de zon. Maar rond de middag vertrokken we terug met volle moed, richting Bavay om van daaruit verder te rijden naar de ingang van het Forrêt de Mormal. De verharde wegen in het bos waren verkeersarm, rustig rijden dus, en vooral weer wreed op en neer. Onze boterhammekes werden verorberd aan een klein meertje en af en toe, en niet genoeg naar mijn goesting, kwamen we een caféetje tegen om de dorst te lessen. We waren blij toen de camping terug in zicht was, want die dag reden we 65 km. Na een frisse pint, een wijntje en wat eten,had ik niet al te veel fut meer, maar al bij al hield ik het toch nog een tijdje uit alvorens in bed te rollen.
Na een buikvullend ontbijtje, werd de boel weer opgekraamd. Het weer was intussen weer volledig gekeerd en een vestje was welkom. Maar niet getreurd, we hebben weer de nodige vitamientjes opgedaan. We kunnen er weer tegenaan.
camping : 20 euro en ong 5 eur douchejetons gereden km : 288 km totaal op de teller : 16303
Tijd om de rugzakken weer behoorlijk in te pakken, nog even te relaxen aan het zwembad en dan op naar de volgende bestemming : Singapore. Omdat ik dus niet zo graag vlieg en liever geen tussenvluchten nam, gingen we met de nachttrein. Maar eerst nog met de bus terug naar Kuala Lumpur. We waren nog even bijna in tijdsnood om de bus te halen in Buttersworth, omdat de eerste stadsbus die we moesten nemen eerst maar laat arriveerde en hij daarna aan bijna elke bushalte moest stoppen om mensen op of af te laten stappen. Maar zoals gewoonlijk waren we toch nog netjes op tijd. Rond half tien 's avonds arriveerden we eindelijk in Kuala Lumpur Sentral. Veel keuze om daar nog iets te eten te vinden was er niet, dus gingen we binnen bij de Burger King waar we een menu konden krijgen voor 1eur half.Daar we een eerste klas rijtuig met slaapgelegenheid hadden geboekt , konden we in de Vip-ruimte wachten, alvoor we op de trein konden stappen rond 23uur. De slaapcouchette was echt prima voor een nachtje, met een stapelbed, verse lakens, een badkamertje met douche, lavabo en toilet en we kregen een pakket handdoeken en wat toiletartikelen. Zo'n twee uur voor aankomst werden we gewekt en kregen we een paar boterhammetjes en een tasje koffie, we konden ons wassen en even later was er douane-controle aan boord van de trein. We dachten dat daarmee de kous af was, maar bij aankomst moesten we nog heel lang aanschuiven en een formulier invullen. Heel wat mensen, zowel Maleisiërs als buitenlanders, moesten mee naar een bureautje apart. Maar gelukkig mochten wij allebei door. We namen een taxi naar Anchorage, waar Guy, een jeugdvriend van Marnix en die dus nu in Singapore woont, ons opwachtte. Eerst gingen we samen ontbijten in Chinatown, waarna Guy naar zijn werk vertrok en wij wat konden ronddwalen in Chinatown en daarna de omgeving van Marina Bay ontdekten. Daarna hadden we terug afgesproken met Guy die ons heel wat indrukwekkende plaatsen liet zien. Uiteindelijk belandden we op de hoogste verdieping van een indrukwekkend 3-ledig gebouw waar er dan bovenop nog een boot werd opgebouwd. Wat een uitzicht terwijl je daar van een drankje nipt!! We zagen de dag overgaan in de nacht, zodat je weer een ander zicht kreeg op de skyline van Singapore, met al de lichtjes aan. Later ontmoetten we nog de vriendin van Guy, waarna we samen krab en nog zo veel meer gingen eten. De volgende morgen hadden Marnix en ik wat tijd om uit te slapen en daarna wat winkeltjes en marktjes in de omgeving te bekijken. In de namiddag nam Guy ons terug mee op sleeptouw. En zo kwamen we uit op Sentosa, een soort groot pretpark met stranden, wandelmogelijkheden, Universal studios, een hardrock-café, een Underwaterworld, een nagemaakt Gaudi-parkje, enz. We aten 's middag lekkere dim sums en kuierden daarna nog wat rond tot het tijd was om naar het appartement van Guy terug te keren. We hadden immers nog een vlucht te halen die dag. Singapore was een totaal andere beleving dan Maleisië. Maleisië had meer ziel, meer diepgang,de natuur was er prachtig. Singapore daarentegen had iets kunstmatigs, maar maakte wel indruk. Niet elke dag sta je middenin een jungle van wolkenkrabbers. Toch ook iets om gezien te hebben. En daarbij hadden we natuurlijk een lokale,weliswaar ingeweken, gids, waardoor we ons gewoon konden laten leiden. Hierbij onze welgemeende merci aan Guy en Bernadette voor de hartelijke ontvangst, de rondleidingen, de drankjes, etentjes, ... Heel goed op tijd waren we op het vliegveld, waardoor we extra tijd hadden om daar eens rond te lopen. En de vlucht naar Kuala Lumpur had dan ook nog eens vertraging, waardoor we nog meer tijd hadden. Toen we eindelijk landden in KL moesten we lopen naar het vliegtuig die al stond te wachten om naar Parijs te vertrekken. De vlucht verliep verder weer voortreffelijk en rond 6u in de morgen waren we er. Helaas waren onze valiezen achtergebleven. Al bij al, dit is dus het enige minpuntje aan onze reis. We konden het slechter treffen é?
10 tot 14/5 Het ontbijt werd opgevrolijkt (ahum) met een wel heel zachtgekookt eitje. Maar voor de rest alles prima hoor. Prima genoeg om er weer tegenaan te kunnen en de wandeling aan te vatten naar het busstation. De busrit van Ipoh naar Butterworth duurde 2 en een half uur. We stapten op aanraden van de chauffeur een halte vroeger af. We konden dan een ferry nemen naar Georgetown op het eiland Penang. Dit kostte ons welgeteld 30 eurocent per persoon. Vanuit Georgetown moesten we dan nog een stadsbus nemen naar Tanjung Bunga, waar we onze intrek namen in het chique hotel Flamingo-beach. Onze ruime kamer had zijdelings zicht op zee. Na een douche gingen we op verkenning en nestelden ons aan het zwembad. We aten er een lichte snack met zicht op zee, dit was onze duurste maaltijd van de reis, nl 25 euro voor twee met drank erbij. Raar hoe je dit dan opeens al duur vindt, als je steeds zo veel minder betaalde en je beseft dat 25 euro voor ons helemaal niet niet zoveel is. Als twee echte profiteerden we ook nog van Happy Houre en dronken we elk een lekkere cocktail. 's Avonds aten we in een restaurantje langs de weg, maar voor de eerste keer waren we een beetje teleurgesteld in de maaltijd. De volgende dag begon met een uitstekend ontbijt: alles wat je maar kan denken stond uitgestald , van westerse broodjes, eitjes, croissants,... tot oosterse nasi schotels, dim sums enz. We stapten te voet naar Batu Ferringhi, een kuststadje zo'n 6 km verder. Het leek niet ver, maar in die hitte was het toch wel blazen en die blaren op mijn voeten maakten het ook nog pijnlijk. Maar de verse fruitsappen en de heerlijk toast met banaan en kaas op een terrasje met zicht op zee maakten alles weer goed. Toch maar met de bus terug en daarna weer heerlijk relaxen aan het zwembad. 's Avonds gingen we eten bij de Indiër aan de overkant van de straat. Zalig ! Op zondag werd er net als bij ons Moederdag gevierd, maar daar zeg je niet alleen 'gelukkige moederdag' aan je eigen mama maar aan iedere vrouw waarvan je denkt dat ze moeder is. Die dag gingen we even op en neer naar Butterworth om tickets te kopen naar Kuala Lumpur. Dit even op en neer kostte ons meer tijd dan we voorzien hadden, dus was het al na de middag als we op uitstap vertrokken naar Penang Hill. Eenmaal daar aangekomen konden we een kabeltreintje nemen naar de top, bijna 800 meter hoog. Vandaar had je een adembenemend zicht op Penang en zelf op Butterworth op het vasteland. Er was ook een tempel en een moskee te bezichtigen. Eenmaal terug beneden deden we nog een korte wandeling tot de Kek Lok Sitetempel, de grootste Boeddhistische tempel van Maleisië. Het metershoge gouden godenbeeld was al van ver te bewonderen. Toch wel weer even in de armen knijpen hoor, ja hoor, je staat hier echt. Schitterend! We moesten dan nog 2 bussen terug nemen en helaas was het dan toch wel te laat voor nog in duik in het zwembad. Maar niet te laat voor weer een lekkere maaltijd bij de zelfde Indiër van gisteren. Nog één volledige dag hadden we te gaan op het eiland. Dagje relaxen of dagje ... Maar jawel, zoveel had ik toch niet nodig om mijn ventje te verleiden met een stevige wandeling naar Monkey beach. We namen de bus tot Teluk Bahang. Daar was de ingang van het nationaal park van Penang. Je kon er kiezen uit verschillende wandelingen en wij gingen dus volledig voor de Monkey beach. Het werd een toffe, spannende wandeling van een uur of twee. Het pad werd met pijltjes aangegeven maar was niet altijd even zichtbaar. We moesten nu en dan eens over rotsen klauteren, ons laten zakken aan een touw, tussen de struiken en bomen het pad weer zoeken, echt heel avontuurlijk. De hitte maakte het wel weer pittig. Uiteindelijk kom je dan uit op een idyllisch strandje. De aapjes loerden ons vanuit de struiken toe. Toch opletten dat ze er niet met onze spullen vandoor gingen. Om terug te keren naar de ingang van het park waren er twee opties : ofwel ga je te voet dezelfde weg terug ofwel spreek je daar een visser aan, die je met plezier en tegen een prijsje natuurlijk terug vaart. Na de inspanning was er de ontspanning met platte rust aan zee. Van beide werelden het beste eruit halen dus en van alles even veel genieten. 's Avonds gingen we nog naar de avondmarkt in Batu Ferringhi, waar er vooral weer veel nep werd verkocht en veel blingbling. Maar we namen weer een heerlijke maaltijd bij de locale bevolking, even buiten het toeristische centrum. Een leuke afsluiter van deze vier dagen 'strand'vakantie.
De bus naar Ipoh vertrok om 9 uur. De nieuw aangelegde weg liep kronkelend omhoog door de bergen. We werden even buiten het centrum van Ipoh afgezet waardoor we nog een stukje met een taxi naar het hotel moesten. Vanzelfsprekend waren we te vroeg om in het hotel Regalodge in te checken. Maar dat vonden ze aan de receptie erger dan wij, want we kregen ter compensatie een upgrade aangeboden en konden we in de suite overnachten. Mooi meegenomen zou ik zeggen. We gingen te voet op zoek naar het station. De lokale bevolking vond ons 'weird', te voet naar het station? Dat is toch veel te ver : take a cab! Het station is trouwens een prachtig koloniaal gebouw die een bezoekje waard is. We informeerden er ondertussen of de trein geen betere optie was om naar Butterworth te reizen, maar het was iets duurder dan de bus en vooral duurde de rit veel langer. Het plan was om een bepaalde tempel te gaan bezichtigen. We vroegen informatie aan een man bij het lokale busstation, maar die zei no ,no don't go there. We zeiden : Why not? Wel , dat hij het verzekers zelf niet weet, maar hij zei dat de andere tempel veel mooier was. En tja, wie zijn wij om niet te luisteren é. Dus wij de bus op, geld moest de chauffeur niet hebben, en daar zaten we met onze centjes in onze hand. Na een paar minuutjes kwam dan ineens een mevrouw ons ticketjes verkopen. Een medereizigster porde ons aan om af te stappen. Dus wij er uit dan maar. Maar we stonden wel bij die tempel. Die was wel wat kitscherig. En er liepen vuile honden rond met schurft en beestjes. En de tweehonderd en zo veel treden die ons naar een grote grot zouden brengen, waren maar 100 treden en stopten ergens, waar we helemaal niks zagen van het beloofde spectaculaire zicht op Ipoh. Maar toch weer een ervaring bij é. En was die andere tempel dan toch zo veel mooier? We zullen het nooit weten. We moesten een tijdje wachten op de bus terug, het was snikheet. Ik was dan ook blij met de kleine rustpauze in het parkje voor we weer naar het hotel terug wandelden. Na een verfrissende douche en wat relaxtijd gingen we nog de bustickets kopen voor de volgende dag. We aten weer bij een eetstalletje, waar de uitbater wat bij ons kwam zitten om een babbeltje te slaan. We sloten de avond af met een wandeling op de avondmarkt.
Een busje van het NKS-bedrijf kwam ons aan het hotel afhalen en voerde ons naar de hoofdvertrekplaats in Jerantut. We vertrokken met een 3 kwartier vertraging en een halfvolle bus richting Cameron Highlands. De rit duurde zo'n drie en half uur en we kregen alsmaar mooiere vergezichten te zien. We werden dichtbij het hotel afgezet en we konden ook vrij vlot inchecken. Dit koloniaal-uitziend hotel is een beetje ouderwetser van inrichting, maar het is er netjes en we hebben een balkonnetje. We vertrokken op verkenning in het stadje waar we eerst een stukje taart eten. Ondertussen was het beginnen gieten, met blaasjes zoals we zeggen, en deze keer was het niet gedaan na een half uurtje. We kochten een paraplu en geraakten zo redelijk droog aan de overkant van de straat om de andere winkeltjes te bekijken. We lieten ons verleiden om onze voeten te verwennen met een voetreflexologiemassage. Maar of je dit verwennen en genieten kunt noemen? Pff, het was toch maar pijnlijk soms. En die mannen wisten bijv. te vertellen door aan onze voeten te duwen dat we nek-of rugpijn hadden. Weer een interessante ervaring bij. 's Avonds zijn we lekker Indisch gaan eten. De volgende dag kwam er een jeep ons oppikken voor een halve dag uitstap naar de theeplantages. De weg werd geleidelijk aan smaller, de bochtjes scherper en het uitzicht spectaculairder. Bij de theeplantages zelf stopten we voor een fotoshoot, een korte uitleg en een korte wandeling. We leerden dat er voornamelijk buitenlanders werkten op de plantages, die betaald werden per kilo geplukte blaadjes. En daarvoor kijgen ze slecht 25 cent. Van al die zelfde blaadjes kunnen er 5 soorten thee gemaakt worden. Daarna vertrok de jeep terug naar het hoogste punt van de Highlands, zo'n 2000 m. Daar konden we nog hoger klimmen op een uitkijktoren waar we een prachtig zicht hadden . Vlotjes reden we daarna terug een stukje naar beneden tot aan de Mossy Forrest. We kregen heel wat uitleg over de planten in dit kleine stukje jungle, waar er altijd mist hangt. Dit werd gevolgd door een bezoek aan de theefabriek waar de blaadjes verwerkt worden. Je kon een kopje thee drinken en iets eten in het restaurant die er bij hoorde met een weids gezicht op de bergen. De laatste stop was een bezoek aan een vlindertuin. We zagen reuzevlinders, slangen (Marnix was zo moedig om er één rond zijn nek te laten hangen), schorpioenen, kevers,schildpadden, ...We konden ook proeven van de lekkere aardbeien die ook in deze regio volop gekweekt worden. Rond de middag waren we weer bij het hotel, waar we eerst een douche namen en daarna weer de stad in trokken. Tijdens de wandeling ontdekten we nog een mooie tempel.'s Avonds gingen we eerst een aperitiefje drinken bij een Hollandse pub, nee niet lachen. Aangezien Maleisië een Moslim land is, is er niet altijd en overal alcohol te krijgen, en een wijntje kan toch eens smaken é. 's Avonds aten we een Maleisische specialiteit : Steamboat. Je krijgt op een vuurtje twee soorten bouillons. En een grote variatie aan vis en andere onbekende stukken en die moet je dan in die bouillon laten stomen. Op het eind laat je dan ook je noedels en rijst meestomen. Heerlijk ! Morgen weer een nieuwe uitdaging!
5 en 6 mei : Met de trein naar de busstop in Titiwangsa, daar was het even wachten op de bus en opeens was het alle hens aan dek: hup hup , opstappen ! Na een ritje door de stad kwamen we op de autostrade. De bus reed wel heel traag, maar ja misschien hadden we een heel voorzichtige chauffeur, of moest hij zicht aan een bepaald schema houden? Blijkbaar niet, want na anderhalf uur rijden, aan een péageplaats was het plots 'retour à Liège', door de middenberm en al spookrijdend draaide hij de autostrade over en stonden we weer neus richting Kuala Lumpur. Niemand die zich vragen stelde, behalve wij natuurlijk. Tot de chauffeur plots riep: get out, other bus. En ja , daar stond een andere bus, dus bagage uit de ene, inladen in de andere en weg waren we weer, maar natuurlijk moesten we weer tegenrichting rijden en door de middenberm om terug in de juiste richting te kunnen rijden.En vanaf dan ging het vooruit, het ging verbazend goed vooruit. Met een half uurtje vertraging kwamen we aan in Jerantut. Vandaar gingen we te voet naar hotel Wau, waar we hartelijk ontvangen werden door de manager. Hij bleef maar praten en stelde ons voor de volgende dag naar de ingang van het nationaal park te brengen, uiteraard tegen een prijsje. Daarna konden we eindelijk een verfrissende douche nemen en op verkenning gaan in het stadje. Wat eigenlijk niet veel voorstelde, het is eigenlijk vooral een doorgangsplaatsje voor de toeristen die naar de jungle willen. Toch konden we een beetje kuieren langs de winkeltjes, een parkje, er waren talrijke restaurantjes. We kozen er alweer voor om tussen de lokale bevolking te eten, altijd lekker en goedkoop en iedereen is supervriendelijk.
De volgende morgen werden we rond 9 u aan het ontbijt verwacht, de electriciteitwas uitgevallen dus de toast werd een gewone boterham met wat marmelade. De manager kwam er ook bij zitten en deelde zijn Maleisisch ontbijt met ons, dit waren een soort beignetkoekjes met verschillende vullingen erin. Heerlijk. De rit naar Kuala Tahan met de bijna-antieke Toyota was superspannend en ik zat er maar met een klein bang hartje bij. De chauffeur waande zich een formule 1 piloot, reed aan hoge snelheid, scheurde door de bochten, stak voorbij net voor die bochten en reed meer op het verkeerde rijvak dan op het juiste. En ondertussen maar tetteren. Maar allé, door hem kwamen we ook heel wat te weten over de bevolking en het land zelf. Aan de ingang van het park moesten we ons registreren en een paar ringits betalen voor het overzetbootje en voor het gebruik van onze camera's. De jungle-walk begon dus aan de overkant van de rivier.Het park is 4300 km2 groot en het is een immens stuk jungle dat helemaal beschermd wordt en nog ouder dan het Amazonewoud, nl. 130 miljoen jaar. Het pad dat wij volgden is hoofdzakelijk aangelegd en bestond uit een soort houten vlonders. De vochtigheidsgraad is er enorm groot, wat het wandelen lastig maakt. Na een drie kwartier kwamen we bij de Canopy Walk : de hoogste hangbrug ter wereld (500 meter touw, kabels en planken over het bladerdak tussen bomen die tot 80 meter hoog kunnen zijn). Gelukkig was het er heel kalm en konden we rustig de oversteek wagen. Ik kan me voorstellen dat het geheel veel meer wiebelt als er een massa toeristen over moet. Toffe ervaring! We wandelden nog wat verder en na een tijdje kwamen we weer bij de rivier terecht. Voor een eurootje werden we weer naar de overkant gevaren. We aten iets very spicy en iets later was onze racepiloot er terug om ons terug te voeren naar ons hotel.Op de terugweg stopte hij nog even aan een eetstalletje en in het hotel werden we getrakteerd met limonade en de heerlijke hapjes. 's Avonds terug eten bij de locals en in de gietende regen terug naar het hotel. Maar hey : dikke fun é!
De langverwachte reis naar Maleisië : Kuala Lumpur
3- 4 mei :Met de nodige kriebels stapte ik samen met mijn vaste (reis)compagnon
rond half twaalf de spiksplinternieuwe airbus 380 op richting Kuala Lumpur.
Verstand op nul, knop omdraaien en proberen te relaxen. Wat ook verbazingwekkend
redelijk lukte. De steeds-glimlachende crew van Malaysian Airlines bezorgt je
dan ook regelmatig de nodige afleiding : een apertiefje, een lekkere maaltijd,
af en toe een drankje,... Je hebt ook een persoonlijk tv-schermpje, waar er een
ruime keuze is aan films, muziekalbums, spelletjes, enz. Maar het blijft toch 12
uur vliegen é. De landing verliep voortreffelijk, de pascontrole ging vlotjes,
even zoeken waar we de bagage konden terugvinden en dan de KL-express op naar
KL-Sentral waar we dan nog een treintje moesten nemen om dichtbij ons hotel te
geraken. Om 8 u waren we al bij hotel A-one, waar we gelukkig al in onze kamer
konden. En na een heerlijk douche waren we een uurtje later al op weg voor onze
eerste uitstap : Batu Caves. Dit zijn immense grotten die je bereikt na 272
treden, in het gezelschap van grijpgrage aapjes. Bij de aanvang van de
klim krijg je kippevel door het grote gouden godenbeeld. Er zijn ook meerdere
tempels te bezichtigen.Dit kon al tellen voor de eerste kennismaking met Azië. Daarna keerden we eventje terug naar het hotel waar
we een tweetal uurtjes in bed kropen, dit was nodig na zo'n bijna 24 u op te
zijn. We konden er dan ook weer eventjes tegen en we bezochten dan wat ze
noemen 'de gouden driehoek' in de buurt van ons hotel. Chinatown, Little India,
de prachtige Sri Mahamariammantempel (een Indische tempel gebouwd in 1873,
versierd met goud en edelstenen, en kleurige goden uitgebeideld in de muren), te
veel om op te noemen. Alleen mensen kijken is al boeiend op zich. Rond
de avond werd de lucht redelijk snel donkergrijs en opeens viel de regen met
bakken uit de lucht, vergezeld van donder en bliksem. Maar de warmte bleef.
Tegen dat we het restaurant verlieten, stonden de straten blank en konden we met
natte voeten terugkeren naar het hotel. We vielen beiden als een blok in
slaap.
De volgende morgen stonden we rond 9 u op en een uurtje later
waren we al op weg naar Titiwangsa waar we alvast busticketten kochten voor de
volgende dag. Aan de oever van de rivier zagen we twee leguanen liggen. De
wandelgps was ondertussen tot leven gekomen en zo wandelden we tot de
Chowkit-market. Dit is echt een markt voor de plaatselijke bevolking, geen
toeristen te zien, maar wat een belevenis : zo veel kleuren, geuren, voor ons
ongekende produkten, en een wirwar van kleine gangetjes tussen de vele
kraampjes. Je zou er honger van krijgen: eten zoeken dus. We vonden een
terrasjes, de dames konden helaas geen Engels, dus werd een man erbij gehaald,
maar heel veel uitleg kon hij ook niet geven, dus mochten we mee in de potten
gaan kijken. Niet dat we dan veel wijzer werden natuurlijk, maar het smaakte en
dit met 2 grote fruitsappen erbij kostte ons dit toch wel 4 euro hoor:) Het plan
was daarna om naar het moderne gedeelte te wandelen van Kuala Lumpur, de torens
leken dichtbij, maar een autostrade maakte dat we niet direct zo aan de overkant
geraakten. We wandelden door een woonwijk, waar een 10 jarig meisje ons
vriendelijk toelachte en 'Welcome to Malaysi' zei. Even hadden we ook een
regenvlaag wat eigenlijk welkom was, want ondertussen was mijn temparatuur toch
ook serieus opgelopen. Na een verkoelend drankje, kwamen we na een tijdje toch
bij de Petronella -towers aan. Indrukwekkend ! De top van deze torens is iets
meer dan 451 meter hoog. Elke toren telt 88 verdiepingen. Op de benedenverdieping is er een gigantisch
shoppingcomplex, waar we een tijdje in rondliepen. Voor elks portemonnee was er
iets te vinden, winkels zoals H&M, The body shop, enz tot topmerken zoals
Versace, Gucci, ... Terug buiten kwamen we in een leuk parkje terecht, maar na
een tijdje was er weer een regenbui en dus namen we de trein terug naar ons
hotel. 's Avonds liepen we nog wat rond in de Central Market, aten we nog iets
lekkers in een soort fastfoodrestaurantje maar dan met Aziatisch eten, en konden
we nog even relaxen in de hotelkamer alvorens onder de lakens te kruipen.
Morgenvroeg begint ons grote avontuur : We vertrekken om 6 uur richting Parijs om van daar uit het vliegtuig te nemen richting Kuala Lumpur.Dit alleen al bezorgt mij kriebels want ik vlieg absoluut NIET graag. Maar ja, als je iets van de wereld wilt zien moet je dat er natuurlijk voor over hebben. Om 12 u gaan we de lucht in, om normaal gezien 12 uur later terug voet aan land te zetten. Het is daar dan 6 u 's morgens. Hoe dit allemaal verlopen is , probeer ik zo vlug mogelijk op deze blog te zetten. Want gelijk waar in de wereld bestaat er Wifi en zijn er pc's en we hebben de tab mee.
Een beetje een start in mineur, want de vrijdagmorgen begon met twee begrafenissen op een rij. De ene collega verloor haar mama, de andere haar schoonmama, allebei op dezelfde dag gestorven en op dezelfde dag ten grave gedragen, in dezelfde kerk dan nog. Veel sterkte collega's !
Marnix stond me aan de kerk op te wachten met Fons en vandaar uit vertrokken we dan via de expressweg richting Antwerpen. Net voor de aansluiting met de autostrade stond we even aan te schuiven in de file. Op de ring was er vrij druk verkeer, maar we konden blijven rijden. Net boven Breda konden we al de afrit nemen en op zoek gaan naar de boerderijcamping 'Oud Drimmelen' in het wereldberoemde Drimmelen. We namen een plaatsje in en vertrokken rond 16u nog richting centrum. Een centrum kon je het eigenlijk nauwelijks noemen, een kerk, wat huisjes, en niks bakker, beenhouwer, laat staan supermarkt. We reden wel 5 keer hetzelfde toertje, maar nee niks te vinden. Wel een bezoekerscentrum waar we een 'zwerftocht' boekten voor de volgende dag, en een gezellige jachthaven met zicht op de rivier. Uiteindelijk belandden we in een buurgemeente Made, waar we een supermarkt vonden en een teugsje dronken op de eerste openingsdag van een nieuw café 'Bij de buren'. We reden terug naar Drimmelen waar we gelukkig nog een tafeltje vrij vonden in het restaurant Jachtpanorama. Marnix had namelijk een ontdekking gedaan tijdens het surfen op internet. Je zou er 'van de hoed' kunnen eten. En ja hoor: we aten van de hoed. Nieuwsgiering nu zeker wat dat inhoudt :
VAN DE HOED ETEN
De naam is afgeleidt van de zogenaamde teutonenhoed. De
Teutonenhoed was de helm die de soldaten van de Teutonen uit Italie droegen.
Deze helmen waren bezaaid met metalen pinnen als extra bescherming. De hoed
is dus eigenlijk een metalen kegel met metalen pinnen aan de buitenkant. Het
vlees dat u op tafel geserveerd krijgt kunt u dan op deze pinnen prikken, tegen
de wand van de hoed aan en zo grillt het vlees.
Bij het hoedetten
krijgt u het volgende op tafel geserveerd: 4 soorten vlees, 6 sauzen, 6
salades, gepofte aardappel, friet en satésaus.
Voldaan fietsten met wat lichte regen in het pikdonker langs de boerenwegels terug naar de camping. De volgende dag vertrokken we richting Oosterhout, via de knooppunten. Oosterhout is een levendig stadje, vele winkels, een grote indrukwekkende kerk en een winkelcentrum. En misschien wel nog meer, maar we werden rond 13u30 verwacht aan het bezoekerscentrum De Biesbosch. Daar konden we eerst nog eens de tentoonstelling bezoeken en rond ongeveer 13u45 begon gids Louis met een korte uiteenzetting over het ontstaan van het natuurreservaat. "De Biesbosch is één van de de weinige zoetwatergetijdengebieden van Europa.Het is een avontuurlijk doolhof van rivieren, waterbekkens,
wilgenbossen en grillige kreken met glashelder water. Het is een uitgestrekt
fourageergebied voor talloze soorten watervogels, zoals ganzen, reigers, eenden
en steltlopers. Overal in de Biesbosch vind je nog de nalatenschap van de
griendwerkers die eeuwenlang het land bewerkten.En natuurlijk vind je overal sporen van de bever, die al 25 jaar vaste bewoner
is." Schipper Jan wachtte ons op en we vertrokken dan naar het natuurpark aan de overzijde van de rivier. Eénmaal we in het park waren, werden de motoren wat stiller gezet en kregen we voortdurend uitleg van de gids, over het leven van de bevers, hij wees ons vogels aan, we zagen 3 reeën voorbijschieten, en wat we ook vooral hoorden was de interactie van de groep mondige Nederlandse jongelui die mee aan boord waren. Na een tijdje maakten we aan land een wandeling tot aan de 'eendekooi', een oude constructie waarmee ze vroeger eenden vingen. Met een karig zonnetje en vooral veel wind vaarden we terug, waar de uitstap afsloten met een aperitiefje. Marnix had diezelfde avond een schitterende Yahtzee-opflakkering. Goed voor zijn zelfvertrouwen dus, haha. We zaten redelijk vroeg in bed en waren dan ook fris en monter om de volgende dag rustig op te ruimen en huiswaarts te keren. De weg lag er al even rustig bij. We stopten nog even bij ma en pa en rond 15 uur waren we thuis.
camping 'Oud Drimmelen' 32 eur vr twee nachten met electriciteit 195 km vanuit Gistel tot. km 15990
De winter blijft maar duren, maar het weerbericht voorspelde droog weer. Genoeg reden om even Fons buiten te halen. En daarbij, Fons moest naar de jaarlijkse keuring, dan kan je het hem toch niet aandoen om zomaar zonder bijkomend uitje terug naar zijn winterverblijf te moeten? Dus : Marnix had een tijdje geleden al een Waals-Brabants plaatsje gevonden waar je de ruïnes van een abdij kunt bezoeken. Dus de bestemming van dit weekendje werd : Villers-la-Ville.. Betty werd voorlopig vervangen door ene Marnix die me met een bevallige, diepe stem feilloos daarheen leidde. Onderweg kregen we ook nog een schitterend zicht op de 'leeuw van Waterloo' kado. Je rijdt Villers binnen onder een oude boog van de abdij. We parkeerden ons op de verste parking, dronken een tas warme soep en vervolgens bezochten we de abdij met een audioguide. De ruïnes zijn echt indrukwekkend.
Daarna fietsten we even naar het centrum, we kochten bij de plaatselijke bakker een stokbrood of twee en een taartje, dat we met een tasje koffie verorberden in Fons. Even heerlijk weer opwarmen. Rond 15 u vertrokken we nog voor een 14 km lange wandeling. Met een plannetje bij de hand kon er niks misgaan. We wandelden door verrassend grote bossen die afgewisseld werden door landwegen. We zagen zelfs 3 bambi's! Tot ongeveer 8 km ging alles goed, en toen waren we even , nee niet voor even, het noorden kwijt. dat heb je natuurlijk met een wandelgps, ... die nog thuis lag. :) Dan maar de grote weg zoeken en de verkeersbordjes volgen en zo kom je uiteindelijk toch terug waar je startte. In de enige café van Villers die open was, dronken we het plaatselijk abdijbier, ik een donkere, Marnix een blonde. Ons avondeten werd terug , een beetje een gewoonte geworden, een kaasschotel met een glaasje rode wijn en rond 23 uur kropen we ons bed in. Het werd een rustige nacht tot ... er om 5 uur 's morgens op Fons werd geklopt. Even schrikken. Marnix trok het gordijntje open en daar stond een man met een zaklamp binnen te schijnen, om ons doodleuk te melden dat we weg moesten omdat er plaats gemaakt moest worden voor de rommelmarkt. Jakkes, dus kleren aanschieten, fietsen losmaken, en Fons verplaatsen naar de andere parking. Marnix wist niet goed wat aan te vangen : moeten we nu al koffie maken, ontbijten, .. ? Maar nee gij, kom we kruipen terug in bed. En wonder boven wonder sliepen we nog redelijk vlug terug in,om uiteindelijk terug, voor de tweede keer op te staan , ditmaal op een meer schappelijk uur. Na het ontbijt brachten we natuurlijk eerst een bezoekje aan die rommelmarkt om daarna terug de wandelschoenen aan te trekken en een 15 km wandeling aan te vatten. Toffe wandeling, wel heel slijkig en glad op sommige plekken in de bossen, maar we bleven recht. En ditmaal deden we het helemaal goed é. Tot op ongeveer 4 km van het einde het pad naast de rivier bleek afgesloten. De rivier was blijkbaar buiten haar oevers getreden en je kon onmogelijk door het diepe slijk verder. Dus ja, weer langs de grote baan het laatste stukje afgelegd. De woonbatterij van Fons was serieus gezakt, blijkbaar moet er een probleempje zijn. Aangezien we toch van plan waren de volgende ochtend terug te keren, besloten we nu al naar huis te gaan. Anders lagen we misschien de hele nacht naar lampjes te kijken, of zou de verwarming terug in alarm gaan wegens te weinig stroom. We maakten van de nood een deugd en stopten nog even in Ikea. Rond 19 u waren we terug thuis.
totaal aantal kms tot Villers vanuit Gistel : 156 totaal stand 15578 km parking bij de abdij: geen voorzieningen
Ja ja, ook in 2013 kruiste een weekendje Londen ons pad. En wat voor eentje. Wie zegt ook al weer dat het altijd regent in Engeland? Nee hoor, net na aankomst en nadat we een echt Engels ontbijt achter de kiezen hadden, kregen we enkele druppeltjes te verduren, maar zelfs niet genoeg om een paraplu boven te halen. En de daaropvolgende dagen geen spetter te zien. Maar gelukkig wel heel veel anders gezien : behalve de klassiekers ook : Saint-Pauls cathedral, London museum, de oudste steen, een prachtige mix van mensen, Brick Lane, marktjes in Petticoat lane, Notting Hill, Royal Alberthall, authentieke pubs, daklozen, dronkaards, punkers, donkere steegjes waar ooit Jack the ripper ronddwaalde op zoek naar slachtoffers, Camden, en zo veel meer... Ons hotelletje in East Londen viel geweldig goed mee, misschien wel een adresje om te onthouden. We versleten weer heel wat kilometers, goed voor de nodige pijntjes, maar die nemen we er graag bij. Allé, voor zoiets wel hé.Kort samengevat dus : een super-weekend!
Yes eindelijk! Weg met Fons. Het was een beetje zoeken op de weerkaarten en het werd Le Touquet ,ook wel Paris Plage genoemd. De plaats waar de iets meer gegoede Parisiens hun vakanties doorbrengen. Marnix deed de vrijdagmorgen nog eerst een loopje en rond 10 u 30 waren we vertrokken. De temperatuurmeter gaf ongeveer 8° aan en de zon scheen volop. Ook zonder onze Betty (die nu bijna geheel de geest heeft gegeven) vonden we de voorbestemde mobilhomeparking vrij vlotjes. We stonden er netjes aan de duinen met een mooi zicht op de baai en de jachthaven. We trokken meteen de wandelschoenen aan en vertrokken langs een mooi wandelpad tot aan de boulevard. Tijd voor een aperitief, met iets hartigs erbij.En dat buiten op een terras zonder jas aan. De winkelstraten lagen er wat verlaten bij, maar later bleek dat alles pas om half drie openging. We besloten op zoek te gaan naar de Carrefour om wat boodschappen te doen. We hadden de bordjes gezien bij het binnenrijden van de stad, maar hoe langer we te voet rondliepen, des te meer we beseften, dat ofwel die winkel heel wat verder lag dan we in gedachten hadden, ofwel dat we hopeloos verloren waren gelopen. Tegen het eind van de dag hadden we dus ten eerste geen winkel gevonden, ten tweede hadden we ettelijke km's gewandeld (ik moet wel toegeven dat het heel aangename paden waren) en ten derde was ik enkel nog rijp om me ergens neer te ploffen en niet meer recht te moeten. Dit dank zij een pijnlijke heup ( een kwaaltje van lange duur) en een omgeslagen pijnlijke enkel. Enfin, we vonden nog een buurtwinkeltje, en we vonden een caféetje zodat we eindelijk ook eens naar het toilet konden. En daarna kon ik bijna al strompelend terug stappen tot aan Fonske. (klein beetje overdreven dat strompelen maar het voelde wel zo'n beetje aan) Maar we hadden verder een gezellige avond met een flesje wijn en een kaasschotel. De zaterdag stonden we rond 9u15 op en na een lekker ontbijt maakten we de fietsen klaar voor een fietstocht. We reden via Stella Plage tot in Berck-sur-Mer. De hele dag bleef het grijs en het was een stuk kouder dan de dag ervoor. In Berck deden we nog een korte wandeling op de dijk en we zagen een bende zeehondjes liggen op het strand. 's Middags aten we pizza, genoeg voor met nieuwe energie de terugrit aan te vatten. En nogmaals de Carrefour te zoeken. En yes, gevonden. We dronken daarna een kopje koffie in Fons en na een uurtje gingen we nog eens te voet naar t stadje. Wat rondgelopen en een aperitiefje in een pub. En daarna was het weer tijd om ons te nestelen. Bij de aperitief deed Marnix de eerste poging van het jaar om een Yahtzee te winnen, maar zoals goeie gewoonte, lukte het net niet. Een stokbrood, wat tzaziki, tarama en gamba's waren de ingrediënten van een smakelijk avondmaal. Tegen de ochtend begon het paneel van de verwarming/boiler te flikkeren. Onze woonbatterij stond heel laag en blijkbaar was dat de reden dat het bedieningspaneel een waarschuwing gaf. Het lange stilstaan tijdens de koude winter zal er voor iets tussengezeten hebben. Dus nog voor het ontbijt hebben we ons verzet en namen we electriciteit. (2 euro voor 55 minuten) We konden daar onze tanks en wc legen en het was rond half tien als we klaar waren om te vertrekken. We vertrokken met volle zon, langs de landelijke wegen, tussen duinen en bossen, en reden toch nog iets te vroeg de autostrade op. Zo moesten we toch nog 1eur60 péage betalen. Net voor Calais was er ineens dikke mist en dat bleef zo tot we in Gistel waren.
Totaal aantal km's gereden : 315 km km stand : 15195 km parking : Le Touquet aan de jachthaven, 11 euro per nacht, asfalt ondergrond en alle voorzieningen.
Het voorbije weekend was ons eerste echt vrije weekend van het jaar. Januari verliep wat in mineur. Mijn schoonvader belandde in het ziekenhuis en is er helaas overleden. Je hoofd staat dan niet meteen naar uitstapjes natuurlijk. Neem daarbij ook nog het feit dat het de voorbije weken echt rotweer was. Sneeuw, ijzel, stevige min-temperaturen, gevolgd door regen, storm en nog eens regen. En dit was het voorbije weekend dus niet anders. En viel het eerst-mogelijke Fons weekendje in het water. Nu maar duimen en ten volle hopen voor binnen 14 dagen. Duimen jullie mee?
Ik ben Heidi
Ik ben een vrouw en woon in Bredene () en mijn beroep is Administratief bediende.
Ik ben geboren op 04/04/1965 en ben nu dus 60 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Reizen, linedance, muziek, lezen, handwerk, wandelen, geocaching.