Inhoud blog
  • verjaardagsbrief aan Tricia
  • Zalig Kerstfeest aan alle mensen van goede wil...
  • Bevestiging deelname huwelijksreceptie
  • Creëer je eigen stress
  • verjaardagsbrief
  • Solitaire
  • Au suivant ...
  • De boerin wordt 65!
  • Niet de eerste keer...
  • Een halve eeuw ...
  • Wotabi
  • Allemaal beestjes
  • Naar huis
  • altijd een beetje anders
  • De beurs
  • De laatste rally
  • De bedrijfsarts stuurt me naar huis
  • het ontwaken
  • einde oktober 2007
  • Proloog
  • waarom mijn blog over burnout
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Mijn favoriete links
  • burnout
    over-leven als je lichaam een nieuwe periode aankondigt
    Een dagboek gebaseerd op feiten uit mijn leven, verweven met een aantal fictieve elementen. Wat volledig echt is, zijn alle passages rond de burnout en mijn weg om deze te boven te komen.
    12-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Creëer je eigen stress
    De laatste paar weken van 2007 waren op mijn manier ‘druk’.
    Niet dat ik zoveel deed, dat kon ik niet omdat mijn lichaam nog steeds niet meewilde, maar ik zette mezelf onder druk omwille van de deadline na nieuwjaar terug te kunnen werken.
     
    Ik vroeg Johan om me te wekken voor hij naar de academie vertrok. Normaliter was ik tegen dan wel wakker van de geluiden in en rond het huis maar ik wilde leren om stilaan ook echt terug te kunnen 'opstaan'. Wanneer ik terug moest gaan werken, zou de wekker weer op 5.30u gezet worden en ik was nog lang niet klaar om zo vroeg al uit de veren te kunnen. Zelfs al sliep ik tot negen, dan had ik nog altijd minstens een half uur tot een uur nodig om stilaan écht wakker te worden. Ik sleepte me dan uit bed, hopende dat de gekregen nachtrust voldoende zou zijn om de dag door te geraken.

    Ik maakte een kleine toast, doorgaans met gerookte zalm. Het was een van die verwennerietjes die ik mezelf toestond omdat ik gedurende mijn tien jaar als strikt vegetariër regelmatig wel zin had gehad in deze lekkernij, maar er toch altijd van afgebleven was.  Achteraf bleek dat in alle mogelijke diëten specifiek op mij afgestemd, gerookte zalm steeds als ‘zeer goed’ voor mij op het lijstje stond. Sindsdien ben ik wellicht de grootste consument van dit goedje in België.
    Na het ontbijt was ik alweer doodmoe en zette me in de zetel waar ik de rest van de voormiddag stilletjes zat te niksen, hopend dat mijn opgeblazen maag toch het toastje zou kunnen verwerken.
    Op zich zou deze rust positief zijn, ware het niet dat ik me intussen wel zorgen maakte over alles en nog wat.
    Mijn vermoeidheid die maar niet wou verdwijnen, de zware mist in mijn hoofd, de aanhoudende pijn in rug, schouders en nek, mijn gezwollen lichaam dat duidelijk overgewicht aangaf. Allemaal tekens dat het nog niet beter ging.

    Hoe zou het met mijn werk gaan? Volgens vage berichten van een van de collega’s was het grootste gedeelte van mijn werk gewoon blijven liggen. Een paar kantoren hadden me al eens gebeld om te informeren hoe het met me ging en lieten duidelijk verstaan dat ze mij misten omdat de service opeens tot een lager niveau was teruggevallen.  Het brak mijn hart en ik vroeg me af waarom ik mezelf te pletter had gewerkt voor al die belangrijke deadlines en dringende zaken die nu opeens geen prioriteit meer waren omdat ik weggevallen was.
    Waarom had ik toen niet gezegd dat ‘trop’ teveel is? De bank draaide nog steeds verder zonder mij en zelfs al draaiden sommige dingen nu vierkant, er waren niet al te veel hanen die ernaar kraaiden... Iedereen zei me dat ik me nu geen zorgen moest maken over het werk, maar hoe moest dat dan wanneer ik terug kwam en opnieuw moest beginnen? Zou ik nog de moed hebben om de draad weer op te pikken? Waaraan zou ik dan eerst moeten beginnen?

    De financiën gingen niet goed. Ik had nog geen euro gekregen sinds ik thuis was. De bank betaalde het loon vooruit met als gevolg dat mijn laatste inkomen dateerde van begin oktober en het zou weldra Kerstmis worden!
    Ik besefte niet dat het probleem bij mij lag omdat ik een aantal documenten voor de ziekenkas nog niet had laten invullen door mijn werkgever. De gegevens daarin waren blijkbaar noodzakelijk om een vervangingsinkomen te krijgen maar er stond telkens een vakje bij met ‘datum van arbeidshervatting’ en in mijn onwetendheid meende ik dus dat ik moest wachten om deze papieren te laten invullen. Als gevolg hiervan bleef ik wachten op de mutualiteitsuitkering die er niet zou komen omdat zij wachtten op de documenten.
    Ook de groepsverzekering had nog steeds niets uitgekeerd maar ik leefde in de veronderstelling dat dergelijke dossiers wel een langere verwerkingstijd nodig hadden en realiseerde me niet dat ik niet in orde was met mijn ziektebriefjes aan de werkgever.
     
    Aangezien Johan als ‘vrijwillige werkloze’ (lees: zelfstandige voor wie het niet goed gegaan is en heeft moeten vereffenen) geen enkele vorm van vervangingsinkomen kreeg, bestond de voeding naar onze rekening enkel uit overschrijvingen vanuit de spaarrekening.
    Gelukkig had ik enkele maanden tevoren een deel financiële aandelen verkocht toen de koers vrij hoog stond omdat ik hiermee de eventuele aankoop van een weide wou mogelijk maken. Dit geld kwam nu goed van pas om te kunnen overleven.

    Dan was er het project ‘weide’. Zou dit nu eindelijk goedkomen? Op de boerderij zei men dat Bos & Natuur doorgaans niet zoveel bood op weidegrond. Een studente op de academie had Johan echter verteld dat ze tegenwoordig alles opkochten aan eender welke prijs, het geld kwamen ze wel halen bij de belastingbetaler... De notaris durfde er niets méér over te zeggen dan dat zij doorgaans pas op het laatste moment antwoordden. Wat moest ik er van denken? Het bleef bang afwachten tot hun antwoordperiode zou voorbijzijn, maar die liep nog tot begin februari! Dat betekende dat zij voor deze aankoop een eventueel overschot van het budget 2007 konden reserveren of anders de kans hadden om te wachten tot het nieuwe boekjaar.
    Ik vreesde dat ik weer eens de koop zou mislopen, dan stond er mij nogmaals een kater te wachten...
     
    Door al dat gepieker kwam ik natuurlijk geen stap vooruit en bleef mijn energiepeil steeds op het nulpunt hangen.
    Johan begreep het allemaal niet meer. Hij zag me al zolang rusten zonder enige vorm van verbetering en voelde zich machteloos in het ganse proces. Met de beste bedoelingen probeerde hij wat leven in me te krijgen met als enige resultaat dat er zich een spanning tussen ons begon op te bouwen.
    Waarom geniet je nu niet van die laatste weken, straks moet je weer gaan werken en je ziet er nog steeds niet uit! Stop met je zorgen te maken over het werk en neem nu eens vakantie! Waarom kom je niet eens buiten, ga eens wandelen met de hond. Ga naar je paarden, je weet dat je daar altijd een beter gevoel krijgt, door hier in de zetel te blijven hangen kan je hoofdpijn niet verdwijnen...
    Laat me gerust! Ik ben moe!
    Het waren allemaal goedbedoelde raadgevingen die aan mij voorbijgingen. Ik zat in mijn mist te piekeren en besefte niet dat boven de wolken de zon toch scheen.

    Ik probeerde elke middag eten te maken maar ook dat ging me niet goed af. Hoewel lekker koken een van mijn hobby’s is, bestond onze maaltijd doorgaans uit veredelde diepvrieskost. Tegen mijn eigen principes in, begon ik meer en meer de microgolf te gebruiken. Het gevolg hiervan was enkel dat ik mezelf een schuldgevoel opzadelde omdat ik het eigenlijk niet gepermitteerd vond om enkel eten op te warmen terwijl ik de ganse dag had om gezond te koken. Het eten smaakte me niet en mijn maag maakte me weer eens duidelijk dat dit niet was wat ze nodig had...

    Na de middagrust verplichtte ik mezelf nog steeds om mijn computer aan te zetten. Mails, de site van de fokker en Solitaire waren echter het enige dat me kon bewegen.
    Ik verplichtte me om stilaan langer achter het scherm te blijven (weldra zou ik terug een ganse werkdag moeten aankunnen) en wilde na een tijdje komen tot drie uitgespeelde scores. Dwangmatig bleef ik spelletjes spelen om deze doelstelling te kunnen halen. Hierbij slaagde ik erin om mezelf zo onder druk te zetten dat ik het verschil niet meer zag tussen rood en zwart!  Neen, je bent niet gek aan het worden, raasde het dan door mijn hoofd, kijk goed naar het prentje. Dit is klaveren dame, dus dat moet zwart zijn. Zoek nu naar een heer in harten of koeken, die zijn rood.

    Nooit in mijn leven was kaartspelen zo stresserend geweest.

    12-07-2008 om 00:00 geschreven door joanna  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    10-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.verjaardagsbrief

    Liefste Gretchen,

    Bij deze neem ik nog eens terug het woord
    Ik heb dan ook al weer een tijdje van jou niet gehoord
    Ik heb nog steeds mijn probleempjes hier, jij jouw zorgen daar
    Het was terecht voor ons beiden geen al te goed jaar

    Maar Hierboven zullen ze het misschien toch ooit leren
    Dan zullen voor jou en mij de sterren wel eens keren

    Dan komt er terug gezondheid en geluk, voor ons alletwee
    Voor jou eindelijk een afgewerkt huis met daarin peis en vree
    Dan kom je terug buiten naar je vrienden en hebt lol
    Dan zeg je op 10 juli: kom, doe de glazen nog eens vol!

    Dan besef je: Allemachtig,
    Wat is het leven soms toch prachtig!

    Want hoe je de zaken ook draait of keert
    Met elk jaartje meer dat je huid verweert
    Word je wel ouder, maar ook slimmer en zachter
    En zo kom je er ooit wel eens achter

    Dat VRIENDSCHAP het geschenk is, dat ik je graag wil geven
    Maar dat kan alleen als jij ook écht wil Léven

    Dus aub, kom uit je tent
    Vergeet je zorgen over het huis of die vent
    Zodat wij samen, met een traan en een lach
    Terug kunnen klinken op jouw verjaardag

    Want wat ik heel graag zou willen doen
    Is jou feliciteren en met een zoen
    Jou terug eens te kunnen omarmen
    En zo mede je hartje te verwarmen

    Wij wensen je alleszins een ‘Hartelijk gefeliciteerd’
    En hopen dat het tij nu heel snel keert

                            10 juli 2008

    10-07-2008 om 11:23 geschreven door joanna  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    05-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Solitaire
    Eenmaal terug thuis nam ik mijn situatie even onder de loep. Het was begin december, ik was al zes weken thuis. Ik kon nog maar net ‘s nachts doorslapen en kreeg nu van de  mutualiteit een dikke drie weken om verder te genezen zodat ik na nieuwjaar terug aan het werk moest. Ik redeneerde dat, als mijn slaap nu verder de goeie richting uitging, ik dat toch zou moeten halen! Ik was nu al zo lang aan het rusten...

    Om mij stilaan voor te bereiden op het werk, nam ik mijn notebook en zette me hiermee in de zetel. Ik zou elke dag een beetje langer op de computer proberen te ‘werken’. Eerst zou ik proberen om mijn privemails regelmatig door te nemen en te beantwoorden. Dit was op zich geen zware klus want ik kreeg bijna geen privemails...  Ik zou trachten wat te surfen en een aantal interessante hobbysites door te nemen om te zien hoeveel mijn hersens al aankonden. Ik besefte wel dat ik minder dan een week geleden me nog niet kon concentreren op een artikel in een aftandse Libelle die in de wachtzaal van de huisarts had gelegen, maar ik maakte mezelf wijs dat de vermoeidheid van de autorit daar voor veel tussen zat.
    Vol goeie moed zette ik mijn laptop aan en bekeek mijn mailbox.
    Goed nieuws van een Sheltiefokker die ik een tijdje geleden had gecontacteerd: er was een nieuw nestje geboren, twee reutjes en drie teefjes! De fokker had een wachtlijst voor ons van drie reuen en twee teefjes en al die mensen bleven bij hun keuze. Dit betekende dat er één teefje voor ons was! Mijn hart klopte opeens een slag sneller. Wat leuk, tegen einde januari zouden wij terug een pupje in huis krijgen. Wat spijtig dat we nu nog zo lang moesten wachten, net nu ik nog thuis was... maar toch heel opwindend dat dit nieuwe leventje binnenkort deel zou uitmaken van het onze! Het was nog eventjes wachten op de eerste foto’s maar die zouden binnenkort op de site verschijnen. Meteen had ik een reden om mijn goeie voornemens waar te maken en elke dag toch even online te gaan.

    In mijn hoofd begonnen de gedachten snel rond te tollen. Zou het leven dan toch gaan beteren? Een paar dagen geleden had ik een verkoopovereenkomst kunnen tekenen voor de aankoop van een weide van een halve hectare, die grensde aan de weide waar de paarden nu stonden. Het was inmiddels mijn zesde poging om eindelijk een thuishaven voor mijn beestjes te vinden en ik hoopte dat het ditmaal wel in orde zou komen. Er was slechts één risico: er zat voorkooprecht op van de landmaatschappij en Bos & Groen kon nog steeds letterlijk het land van onder mijn voeten wegmaaien. Ik had daarom een hoge prijs vooropgesteld en al een voorschot gegeven, hopende dat de kosmos hiermee begreep dat het menens was van mijn kant. Zouden de Goden mij eindelijk goedgezind worden? Zouden mijn sterren eindelijk beginnen goed te draaien?
    Ik zag een nieuwe toekomst voor mij: goed uitgerust terug aan het werk, de paardjes op onze eigen weide en een jonge pup naast onze opa-reu en oma-poes. Dat zou pas een mooie nieuwe start zijn!
    Aan mijn mijmerende droom kwam al snel abrupt een einde wanneer een nieuwe vlaag van vermoeidheid mij duidelijk maakte dat ik eerst toch maar beter zou genezen. Ik sloot mijn computer af en permitteerde me de rest van de dag pure rust. Morgen zou ik wel eens naar wat serieuzere sites surfen.

    Ook de volgende dagen echter bleek dat mijn hersens nog niet aan eenzelfde tempo van herstel dachten dan wat ikzelf voorzien had. Ik kon me op niks serieus concentreren of kreeg binnen de kortste keren weer een aanval van hoofdpijn, stijfheid over mijn rug en nek en een maag die niets kon verteren. Stilaan begon ik echt bang te worden: stel dat ik toch niet zo snel zou herstellen, stel zelfs dat het zou uitdraaien op chronische vermoeidheid... Waar ik eerder die week mezelf al terug als een actieve dynamische persoon had gedroomd, voelde ik me nu eerder wegkwijnen naar een frêle dametje dat niet veel meer zou aankunnen zonder telkens de nodige platte rust erbij te nemen.
    Ik besefte dat ik bijna alles vergat, mijn aandacht niet kon vasthouden, altijd meteen moe was, bijna niets meer kon eten en toch altijd met een gezwollen maag rondliep... Ik geraakte in paniek en voelde dat ik IETS moest doen om mezelf te bewijzen dat ik niet stilaan naar Alzheimer toeging. Iets simpel op de computer waarbij ik mijn hersens een beetje moest gebruiken, mezelf een resultaat voor ogen kon nemen zonder dat het toch te vermoeiend zou zijn... Solitaire! Dit kaartspel had ik vroeger zo dikwijls gespeeld en het beantwoordde aan al mijn criteria. Ik opende het spel op de computer en begon de kaarten te leggen. Ik zou doorspelen tot ik minstens één keer uit was!

    Ik bekeek de kaarten kritisch vooraleer ik de eerste aflegde: het zag er me niet zo’n goed spel uit, maar ok.  Na goed drie minuten was het spel gespeeld: score 6/52, niet zo goed dus... Dan maar een nieuw spel geprobeerd. Dit keer duurde het bijna vier minuten maar de score was nog steeds maar 8/52. Ik moest wellicht beter opletten, dan zou het me toch moeten lukken. Na een viertal minuten besefte ik dat ik telkens opnieuw dezelfde kaarten omdraaide zonder dat er nog maar eentje kon afgelegd worden. Verdorie! Weer maar 7/52... Maar ik had een doelstelling: één spel uitspelen en dan mocht ik terug rusten. Het volgende spel duurde nog geen driekwart minuut en haalde slechts een score van twee afgelegde kaarten. Nog eentje: drie minuten en 9 kaarten afgelegd. Ik begon moe te worden maar weet het aan het feit dat ik nog niet had kunnen winnen. Bij het volgende spel, met weer eens een belachelijke score, duurde het weer een tijdje voor ik besefte dat ik tevergeefs een volgende kaart vroeg. Mijn hoofd voelde zwaar en verdoofd en een gevoel van triestheid overviel me: kon ik dan zelfs niet eens een spel kaarten uitspelen? Ik vocht tegen de vermoeidheid en opende een volgende spel. Deze kaarten leken iets beter te zijn en na een dikke vier minuten kon ik eindelijk de ganse reeks afleggen. Eindelijk! Dus ik kon toch nog iets!  Ik was de tel kwijt hoeveel spelletjes ik inmiddels had geprobeerd maar was blij mijn naam op de blanco lijst van hoge scores in te vullen.
    Ik sloot de computer af en legde me doodmoe neer in de zetel.

    05-07-2008 om 00:00 geschreven door joanna  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    28-06-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Au suivant ...
    Die vrijdag kreeg ik een aangetekende brief waarin ik werd opgeroepen voor controle door de adviserend geneesheer van de mutualiteit. Jaren geleden had ik gekozen voor de goedkoopste (en wellicht de kleinste) mutualiteit in Belgie. Aangezien ik al van mijn twintigste voor alternatieve geneeskunde had gekozen (in een tijdperk waarin homeopathie nog door de goegemeente als kwakzalverij werd bestempeld), wou ik zo weinig mogelijk extra betalen voor diensten die ik toch niet zou gebruiken. De ‘Hulpkas’ van het ZIV was daarom toen voor mij het beste ‘alternatief’: je betaalde bijna niets al kreeg je dan ook enkel hetgeen een mutualiteit wettelijk verplicht is uit te betalen. Haar hoofdzetel, tevens zetel voor Brabant, lag in Brussel en ik regelde altijd alles telefonisch of per brief. Tot die dag had ik nooit te klagen gehad van deze ziekenkas maar ik had hun diensten dan ook bijna niet gebruikt.

    Ik werd verzocht om mij de volgende maandag om 9u ‘s ochtends in hun kantoor te Brussel aan te melden. 
    Meteen werd ik door paniek overvallen: om 9u in Brussel en dan nog op een maandag! Angst voor het overslapen, het aanschuiven in de files, de drukte, de moeilijkheid om een parkeerplaats te vinden met daarenboven het risico om door dit alles te laat te komen... hier was ik echt nog niet klaar voor! Met de moed der wanhoop besloot ik te bellen om een latere afspraak te vragen. Tot mijn verbazing bleek het geen probleem te zijn zolang ik maar aanwezig was voor half twaalf. Wat een opluchting, tenminste al op dit punt: ik zou tot half tien kunnen slapen en dan via internet nagaan of de ochtendspits richting hoofdstad al was geminderd. Indien nodig kon ik nog altijd binnendoor rijden in de hoop dat ik zo binnen het uur op mijn bestemming zou kunnen geraken. De rit was maar 23 kilometer, hopelijk zou dat wel lukken.

    Hoewel het vervoersprobleem hiermee opgelost was, bleek mijn angst niet over: hoe zou die dokter reageren? Je hoorde altijd van die horrorverhalen over controles bij verzekerings- en mutualiteitsdokters...
    Mijn enige ervaring van die aard dateerde van zeventien jaar geleden toen ik opgeroepen werd door de verzekering nadat ik een arbeidsongeval had gehad met een dubbele hernia in de nek tot gevolg. Niettegenstaande de pijn hiervan nog jaren heeft aangesleept, verklaarde die controlearts al na zes maanden dat ik volledig genezen was en zette hij me danig onder druk om zijn verklaring met mijn goedkeuring te ondertekenen. Ik zat toen nog in mijn proefperiode bij de bank (het ongeval had zich voorgedaan gedurende de ‘onthaaldagen voor nieuwe werknemers’) en de arbeidsverzekering was afgesloten bij de verzekeringsmaatschappij binnen de bedrijvengroep.  Als je weet dat ik toen, als alleenstaande, net mijn huisje gekocht had met een zware hypotheeklening bij dezelfde bank, dan is verdere uitleg wellicht overboden waarom ik toch maar het document tekende waarin stond dat ik genezen was en geen verdere aanspraak maakte op enige vorm van invaliditeit of andere vergoeding? 
    Enige twijfel misschien waarom ik me dan zorgen maakte over de oproep van de mutualiteit?

    Mijn goede slaap van de twee vorige nachten werd uiteraard weer geweld aangedaan door alle emoties (in casu voornamelijk de angst) die me dat weekeinde overspoelden. Tegen zondagmiddag was het zover dat ik niets meer verteerde en mijn maag enkel soelaas kon vinden door het beetje eten dat ik die dag had durven binnennemen er met volle kracht weer uit te stuwen... Van zondag op maandag zag ik ongeveer elk uur van de nacht voorbijtikken. Aangezien ik toch niet meer kon slapen, stond ik al rond half acht op.
    Een zombie zag er frisser uit dan ik!

    Ik had rustig de tijd om me te douchen en aan te kleden en probeerde mijn gezicht toch een beetje te fatsoeneren. Aarzelend zette ik me achter het stuur en volgde de weg naar de ochtendspits. Alhoewel het verkeer al minder druk was (het was al goed december en er waren duidelijk al wat mensen met vakantie), had ik vreselijke moeite om mijn concentratie op een behoorlijk peil te houden. Ik besefte al snel dat het eigenlijk onverantwoord was dat ikzelf met de wagen reed in mijn conditie en op dit uur van de dag.
    Gelukkig was mijn bewaarengel alerter dan ik en geraakte ik heelhuids en zonder ongelukken in de buurt van mijn bestemming, waar ik mijn wagentje meteen in een klein  plaatsje kon parkeren van iemand die net wegreed.

    Ik vond het gebouw van de Hulpkas en vroeg waar ik moest zijn voor de adviserend geneesheer: in de loketzaal links achteraan door de rode deur. De zaal in kwestie zat bomvol volk en ik merkte meteen dat ik, op twee andere bezoekers na, de enige autochtoon was. Jeetje, zijn al die grapjes over ‘la moetoeëlle’ dan toch op waarheid gebaseerd? Ik ben normaliter tegen elke vorm van discriminatie en was er altijd prat op gegaan dat ik heel goed met alle nationaliteiten kon omgaan. Ik beschouwde mezelf trouwens altijd al als ruimdenkend maar in deze  'vreemde' omgeving voelde ik me toch net een beetje over de schreef van het goede gevoel gaan... Onwennig stapte ik door de rode deur waar het gevoel slechts kon bevestigd worden door het publiek in dat wachtzaaltje: ik was er de enige met een enigzins blanke huidskleur! Niemand maakte aanstalten tot conversatie of zelfs maar enig oogcontact en bij gebrek aan stoelen zette ik me neer op de verwarming. Na een tijdje kwam een allochtone jongeman buiten en hoorde ik vanuit de kamer ernaast ‘au suivant’! Het herinnerde me aan dat liedje van Jacques Brel waarin hij een absurde situatie in het leger bezingt met de treiterige stem van een machthebber die het volgende slachtoffer binnenroept: au suivant, au suivant... Tegen wanneer ik eindelijk ‘le suivant’ was, voelde ik me een even absurd slachtoffer dat binnengeroepen werd voor een verhoor.

    Au suivant au suivant
    Tout nu dans ma serviette qui me servait de pagne
    J'avais le rouge au front et le savon à la main
    Au suivant au suivant
    J'avais juste vingt ans et nous étions cent vingt
    A être le suivant de celui qu'on suivait
    Au suivant au suivant
    J'avais juste vingt ans et je me déniaisais
    Au bordel ambulant d'une armée en campagne
    Au suivant au suivant

    Moi j'aurais bien aimé un peu plus de tendresse
    Ou alors un sourire ou bien avoir le temps
    Mais au suivant au suivant
    Ce ne fut pas Waterloo non non mais ce ne fut pas Arcole
    Ce fut l'heure où l'on regrette d'avoir manqué l'école
    Au suivant au suivant
    Mais je jure que d'entendre cet adjudant de mes fesses
    C'est des coups à vous faire des armées d'impuissants
    Au suivant et au suivant

    Je jure sur la tête de ma première vérole
    Que cette voix depuis je l'entends tout le temps
    Au suivant au suivant
    Cette voix qui sentait l'ail et le mauvais alcool
    C'est la voix des nations et c'est la voix du sang
    Au suivant au suivant
    Et depuis chaque femme à l'heure de succomber
    Entre mes bras trop maigres semble me murmurer
    Au suivant au suivant

    Tous les suivants du monde devraient se donner la main
    Voilà ce que la nuit je crie dans mon délire
    Au suivant au suivant
    Et quand je ne délire pas j'en arrive à me dire
    Qu'il est plus humiliant d'être suivi que suivant
    Au suivant au suivant
    Un jour je me ferai cul-de-jatte ou bonne soeur ou pendu
    Enfin un de ces machins où je ne serai jamais plus
    Le suivant le suivant.

    Achter een bureau zat een dame die niet eens van haar dossier opkeek wanneer ik binnenkwam. Me duidelijk negerend bleef ze een aantal zaken in de farde bekijken, zette ergens een paraaf, klapte het dossier dicht, stond recht en ging achter mij door naar haar secretaresse in een aanpalend kantoortje die het dossier verder mocht afhandelen. Ze kwam muisstil het bureau terug binnen en terwijl ze achter mij stond zei ze opeens met luide stem: et votre nom c’est?  Ik schrok even. Joanna Willems, zegde ik zacht. Ha oui madame Willèms, je vous attendais aujourd’hui. Ze zocht mijn dossier in de stapel die nog achter haar lag en ergens voelde ik zelfs een schijntje van mededogen omdat deze zieke eens een échte Belg was. Ze bekeek mijn ziekteaangifte en ging over naar gebroken nederlands waarin ze mij vroeg wat ‘mijn problème’ was. Ik ben zes-zeven weken geleden door de bedrijfsarts naar huis gestuurd met een burnout. Hierr staat: u heeft een depressie maarr u heeft cheen depressie, besliste ze al snel. Wat doet u als werrk? Ik gaf haar mijn business kaartje en een korte uitleg wat ik op de bank allemaal deed. En welke traitement doet u, neemt u medicijnen? Voorlopig nam ik enkel rust en fytotherapie middelen maar omdat ik tot begin deze week niet kon doorslapen heeft mijn huisarts nu een homeopathisch middel gevonden waardoor ik nu wel terug doorsliep.
    Pfoeh, homéopathie, zei ze afkeurend. Maarr enfin, u kunt nu terruch slapen. D’accord, u bent dus wat moe van teveel te werrken, ik cheef u nog tot 2 januarri, maarr dan moet u wel terruch chaan naar uw werrk. In orrderr, u kunt chaan, dach mevrrouw Willèms.
    Tot 2 januari, dat was nog een drietal weken. Dat moet lukken dacht ik, nu ik toch begin door te slapen zal ik na nieuwjaar wel terug in orde zijn.
    Advies had ik van deze 'adviserend' geneesheer niet gehad, maar ik had toch het gevoel dat ik het er al bij al nog goed van af gebracht had.

    28-06-2008 om 00:00 geschreven door joanna  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (2 Stemmen)
    23-06-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De boerin wordt 65!
    Vandaag is het een grote dag voor Renate
    Zie je het niet? Hou haar eens goed in de gaten
    Hier loopt toch veel volk rond voor een feest?
    Oh ja, er is weer eens een jaar voorbij geweest

    Hou oud ze dan is? Het is haar niet aan te zien
    Neen, niet meer in de 50, al 60 misschien?
    Kijk, ik zal het zeggen, eerlijk en plechtig:
    Vanaf vandaag is Renate 65!

    Nu is ze dan eindelijk officieel met pensioen
    Al vrees ik dat ze nog altijd veel heeft te doen.
    Vanaf nu een beetje rust op tijd en stond
    Dan blijft ze zeker nog lang gezond.

    Gezondheid wens in haar, geluk en plezier met de beestjes
    Dan komen er later zeker nog veel meer feestjes.

    Hartelijk gefeliciteerd van Joanna en Johan
    Maar ook van Billy, Tachat en Wodan.
    De ene werkt in de tuin, de paardjes staan in de weide
    Maar in gedachten staan allen aan mijn zijde.

    Dus ondertussen
    Geef ik je 3 kussen
    En een orchidee naar goede gewoonte
    Ik weet uit ervaring dat deze bloemetjes loonden

    Geniet ervan, je weet dat het mag:
    Het is immers maar eens in je leven jouw 65e verjaardag!

    23-06-2008 om 10:35 geschreven door joanna  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    14-06-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Niet de eerste keer...
    Het was begin december. Ik was nu al bijna zes weken thuis en sliep nog steeds geen enkele nacht normaal door. Indien ik vier uur aan een stuk kon slapen, mocht ik me gelukkig prijzen. Dan werd ik wakker van de kou, van het geritsel van een duif op het dak, het geraas van een ochtendvlucht of het geruis van de autostrade verder weg die stilaan tot leven kwam met de eerste ochtendpendelaars. Ik lag uren wakker, met het besef dat het niets hielp om te trachten terug in te slapen: gewoon rusten en proberen weer warmte te vinden door me helemaal in te duffelen was nog de beste remedie. Soms probeerde ik wat te mediteren waarna ik doorgaans wel terug in slaap viel. Dikwijls echter had ik niet eens de moed om me recht te zetten in mijn bed, toch wel de eerste voorwaarde om een goeie meditatie te hebben. Toch viel ik tegen achten wel terug in slaap, nadat ik Johan had horen opstaan. Hem te horen gaf me een rustiger gevoel en zo sliep ik dan een gat in de dag.
    Omwille van mijn slechte slaap (en mijn gesnurk wanneer ik toch eindelijk sliep), hadden we een jaar geleden beslist om apart te slapen zodat we allebei het beste van de nacht konden maken. Dit bleek nu de meest comfortabele situatie voor beiden, al was het lang niet voldoende om mij een goeie nachtrust te verzekeren.

    Die nacht werd mijn lichte slaap weer stilaan verweven met een zacht gedonder op de achtergrond dat stilaan dreigend luider werd en dichterbij kwam.  Het aanzwellende gebrul van de motoren bracht opeens een golf van angst die me overspoelde: ik moet dekking zoeken, de bommenwerpers zijn daar!  Met een schok werd ik wakker, mijn hart sprong bijna uit mijn borstkas die vreselijk pijn deed, mijn hoofd was ijl en ik baadde in het koudzweet! Het duurde een ganse tijd voor ik besefte dat het slechts een nachtmerrie was, gekoppeld aan de zoveelste nachtkoerier die moeite had om de lucht in te geraken...
    Ik bleef rillend liggen en in mijn hoofd raasde de gedachte dat dit een bekend gevoel was. Bij elk volgend vliegtuig overviel het me opnieuw en het duurde nog een paar uur na de laatste vlucht vooraleer ik mijn evenwicht terugvond.

    ‘s Ochtends belde ik mijn huisarts voor een afspraak.
    Ik vertelde hem het ganse beleven en hoe reëel de angst mij leek. Ik werd toch niet gek of zo?  Ik had toch nooit de oorlog meegemaakt en herinnerde me enkel een aantal vage verhalen van mijn moeder of tantes die me ooit wel eens van de bombardementen van Leuven gesproken hadden? Vanwaar kwam deze reactie?
    Ik herinnerde me dat ik al van kindsaf niet tegen het geluid van geweren of eender welk oorlogsgeluid had gekund. Zelfs als volwassene moest ik het huis uit wanneer mijn man indertijd naar ‘De kanonnen van Navarone’ keek terwijl ik in de keuken bezig was. Het achtergrondgeluid dat tot daar doordrong maakte me misselijk en vreselijk onrustig zodat ik snel met de auto vertrok voor een paar uur tot de film zou gedaan zijn.  Ik kon absoluut niet tegen geweld en zelfs maar het idee eraan deed mijn maag keren.
    Ooit waren we eens met de collega’s een dag naar Ieper gegaan voor de ‘human relations activiteit’ en was het de bedoeling om daar het oorlogsmuseum te bezoeken. Ik voelde me de ganse ochtend onrustig maar hield me sterk tot we in het museum waren. De gids startte zijn rondleiding en was nog maar aan zijn tweede zin geraakt toen ik een replica zag van een soldaat uit de eerste oorlog met bajonet en al het oorlogsgerief van die tijd. Mijn maag keerde en ik voelde een zure oprisping terwijl mijn hoofd verschrikkelijk ijl werd en ik dezelfde vale kleur kreeg als de bleke pop achter het glas. Met een stil excuus vluchtte ik het gebouw uit en ging het volgende uur rondjes wandelen rond de vijver waarbij ik probeerde mijn aanval van hyperventilatie stilaan terug te dringen.

    Mijn huisarts luisterde aandachtig naar gans mijn verhaal en zocht een aantal zaken op in zijn pc op basis van de kernwoorden van mijn gevoelens. Hij mompelde iets over existentiële angst die homeopathisch kan aangepakt worden met een aantal elementen uit de tabel van Mendeliev. Hij zocht een drietal produkten uit een valiesje dat hij blijkbaar zelden moest bovenhalen en bij het kinesiologisch checken wees mijn lichaam inderdaad aan dat het sterk reageerde op een van de produkten in een 1000k potentie. Ik vroeg hem naar de naam ervan en het antwoord klonk als een donderslag bij heldere hemel: Germanium Metallica! 
    Ik geloofde al veel langer in reincarnatie en dit gegeven was een volgend stukje in de puzzel van mijn bestaan dat me overtuigde dat ik al een aantal keer op deze planeet had rondgelopen.
    Ik kreeg een drietal globulen en de raad binnen een maand zeker op controle te komen.
    Ik betaalde het consult maar vergat te vragen naar een ziektebriefje voor mijn werkgever om de verlenging van mijn arbeidsongeschiktheid door te geven.  Ik vertrok naar huis met enerzijds een totaal verward gevoel en anderzijds een vrij helder inzicht in een volgend stukje van mezelf.

    Tot mijn grote verbazing sliep ik de volgende paar nachten acht uur aan een stuk zonder wakker te worden...


    14-06-2008 om 00:00 geschreven door joanna  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    07-06-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een halve eeuw ...
    Ik zat in mijn oude lederen zetel voor me uit te staren. Ik zag het meubilair in de kamer maar was me niet bewust van wat zich rond mij afspeelde. Mijn lijf voelde nog steeds gebroken en ik leefde in een constante mist waarbij een eeuwigdurende zware bastoon mijn hersens pijnigde. Ik kon alleen stilte appreciëren, een eenzame stilte die als enige balsem mijn zware hoofd zachtjes omhulde. Ik wilde niet meer denken omdat elke gedachte een zorg was. Ik was leeg, ik voelde me doodmoe, elk etmaal leek op het volgende.  Na een onrustige nacht waarin ik hooguit 3 tot 4 uur aan één stuk kon slapen (met of zonder nachtlawaai van de vliegtuigen), bleef ik gebroken in bed liggen en stond ik pas laat in de voormiddag op. Ik sleepte me naar de keuken waar ik met moeite een belegd toastje probeerde te eten. Mijn maag was constant geïrriteerd en opgeblazen  en protesteerde bij ongeveer alles wat ik innam. De vertering van zelfs het kleinste toastje kostte me zoveel energie dat ik me daarna naar de zetel moest slepen om onmiddellijk weer te rusten.
    Het huis was doorgaans stil: Johan was regelmatig op de academie waar hij leerde beeldhouwen en zat de rest van de dag voor zijn pc waar hij trachtte een aantal computertalen onder de knie te krijgen. Onze oude hond en poes lagen doorgaans bij mij, te genieten van de stilte in de warme huiskamer. Tegen de middag probeerde ik mezelf te motiveren om toch wat te koken. Zelfs al was het maar diepvrieskost die enkel moest opgewarmd worden, toch was het eten dikwijls pas klaar in de namiddag omdat mijn tempo in al mijn bezigheden zo traag was. Ik had absoluut geen zin en al zeker geen moed om aan iets te beginnen.

    Oktober ging over in november maar mijn situatie verbeterde geen zier. Ik die vroeger altijd hyperactief was en zo snel kon recupereren, bleef even moe en futloos. Op het einde van de maand zou ik 50 worden, was dit het begin van het einde? Zou ik zo de rest van mijn leven verder moeten doorbrengen, als een zwak en breekbaar dametje dat uitgeblust was, nog voor ze haar midlife had bereikt? Ik kende mijn lichaam niet meer en mijn hersenpan was te moe om te begrijpen wat er met me gebeurde. Zou dit nog ooit goedkomen? Ik kon me niet meer concentreren omdat daar teveel energie voor nodig was. Zelfs een vrouwentijdschrift moest ik terug neerleggen wanneer ik na de eerste paragraaf een barstende hoofdpijn kreeg. Weken van leegte en stilte vloeiden voorbij in een dikke mist.
    Johan begreep het allemaal niet en herkende zijn Joanna niet meer. Ben je zeker dat je niet lui bent, vroeg hij. Neen, het gaat gewoon niet, ik kan niet meer. Elke moeite is me te zwaar.

    Mijn verjaardag kwam eraan maar ik voelde me niet in feeststemming. Waar was de tijd dat ik mezelf ooit een groot feest beloofd had voor die halve eeuw? Al mijn vrienden en een aantal familieleden zou ik uitnodigen in een thermencentrum voor een dagje pure verwennerij en een groot buffet. Inmiddels waren Johan en ik echter vrijwel in een sociaal isolement geraakt en bleef er niet veel volk meer over om uit te nodigen voor mijn groots feest ... Einde idee!

    Met mijn familie had ik zo goed als geen contact meer nadat de situatie tussen de zussen in dergelijke mate verzuurd was dat ik liever wegbleef van de familiefeestjes dan me de weken tevoren erin op te jutten om me de weken erna depri te voelen.
    De relatie met Johan’s familie was al niet beter sinds vijf jaar geleden zijn internetbedrijfje de doodsteek kreeg omdat zijn broer, dé IT-specialist bij uitstek, zich er doodleuk had uit teruggetrokken aangezien ‘hij het beu was en liever ging stempelen’. We hadden niemand gevonden die ons uit deze crisis kon helpen en er was onvoldoende budget om het ganse IT-gebeuren uit te besteden. Na een aantal verwoede reddingspogingen gooiden we de handdoek in de ring en vereffenden met onze laatste spaarcentjes het bedrijf.  Voor Johan betekende het niet enkel het verlies van zijn bedrijf en zijn droominvestering maar tevens het einde van een periode als zelfstandige en daarenboven miserie in de familie. Vreemd dat opeens ook al zijn vrienden bij het volgende verjaardagsfeestje niet kwamen opdagen voor een of andere nepreden...
     
    Als ‘vrijwillige’ werkloze kreeg Johan nergens financiële of andere steun en na een honderdtal sollicitaties begrepen we dat zijn eeuwige zogezegde over- of onderkwalificatie voor een baan in dienstverband een gedoodverfd excuus was om niet te moeten zeggen dat hij ‘te oud en/of te duur’ was, of erger nog: teveel ondernemersbloed in zijn aders had. Behalve dan voor de dame bij Wurth die hem aan de telefoon droogweg meldde dat hij ‘afgeschreven’ was, begreep hij dat dan niet?
    Johan was toen net 43 geworden en neen, we begrepen het zeker niet.

    Ik kon evenmin begrijpen dat de paar interimjobs van zogezegde ‘lange duur’ niet veel langer dan een of twee weken duurden, waarbij hij soms aan 8EUR bruto per uur in een of ander call center tot tien uur ‘s avonds tickets voor dure evenementen mocht verkopen... dat was dan vakantiegeld en 13e maand inbegrepen!  Het herinnerde me aan de prijs van een tuinman die ons het jaar tevoren wou komen helpen aan 10EUR per uur, in het zwart! Er klopte iets niet in de rekening...

    Uiteindelijk waren we al gewoon geworden om de tering naar de nering te zetten en besloten we niet verder te zoeken naar een tweede inkomen. Ik verdiende een mooi loon bij de bank en moest hiervoor lange dagen beschikbaar zijn. Het was wel comfortabel om dan te weten dat Johan voor het huis en de beestjes kon zorgen wanneer ik daar niet (meer) toe in staat was. Daarenboven was zijn zelfvertrouwen al meer dan gekraakt door die ellendige sollicitaties en we beslisten dat hij voortaan huis-, tuin-, keuken- en paardenman zou zijn.

    Stilaan vielen echter, op één na, ook al mijn ‘vrienden’ weg, waarbij de ene ons meer kwetsend behandelde en de andere ons gewoon totaal in de steek liet, terwijl een derde gewoon geen interesse meer toonde.
    Zelfs mijn beste vriendin had ik al maanden niet meer ontmoet omdat ze zelf door een persoonlijkheidscrisis ging waarbij ze zich totaal van de wereld afzonderde.
    De enige vrienden die verder overbleven waren een koppel van onze buren.

    Johan besloot toch dat mijn verjaardag niet zomaar kon voorbij gaan. Om mij niet te veel te vermoeien organiseerde hij een feesttoneel in drie bedrijven: op mijn verjaardag zelf had hij het huis opgepoetst en helemaal versierd voor een kaas en wijnavondje met recente kennissen. Het was erg leuk en ik werd (als whiskyliefhebber) vreselijk verwend met een gans scala whiskyflesjes waardoor ik later nog langer rustig zou kunnen nagenieten. De dag erna vierden we rustig verder tijdens een aperitiefborrel met onze buren. Op zondag was het feest bij mijn moeder, met onze lievelingstante en nonkel, die samen met Johan een Ipod-touch voor mij hadden gekocht.
    Al bij al een leuk intermezzo op mijn vermoeid traject, vooral omdat ik het enkel moest laten gebeuren en nergens enige verantwoordelijkheid moest in nemen.
    Mijn ventje was een schat, ik kon dit alles net aan en vrijwel niemand merkte dat onder mijn jarige masker een angst schuilde dat het met mij nooit meer zou goedkomen...

    07-06-2008 om 00:00 geschreven door joanna  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (2 Stemmen)
    24-05-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wotabi
    Op mijn 14e werkte mijn broer tijdens de zomervakantie op een kleine manege. Op een dag mocht ik er een ritje maken op een van de paarden. Het duurde niet meer dan een tiental minuten maar toch wist ik meteen: op een dag zal ik mijn eigen paard hebben! Thuis konden we ons geen paardrijlessen permitteren, dat was iets voor boeren of rijke mensen. Ook later wanneer ik ging werken probeerde ik een aantal keer om met paarden te beginnen maar er was altijd wel iets dat me ervan weerhield. Meestal was het de prijs maar doorgaans was het een vaag gevoel van ‘op deze manier wil ik het niet’, terwijl ik niet wist hoe ik het dan wél wilde. Toen ik 30 was kocht ik mijn eigen huisje op de buiten en hoopte vooralsnog te leren paardrijden. Maar weeral moest je daar een eigen paard hebben en dat ‘kon mijne bruine niet trekken en de witte stond op stal’! Mijn paard bleef nog steeds een droom...
    Mijn broer was inmiddels verhuisd naar Ierland en had daar een merrie gekocht. Hij reed cross country en ik benijdde hem erom. We besloten ooit samen in Ierland te gaan paardrijden en daarom maakte ik eindelijk, op mijn 43e, toch de eerste stap en ging ik naar een manege om paardrijlessen te volgen. Men gaf er klassieke rijles en ik vond het allemaal niet veel voorstellen. De lesgeefster stond in het midden van de piste orders te roepen terwijl ik niet eens begreep wat ze bedoelde en, net zoals de anderen, maar wat aanmodderde op een afgetobt paard. Gevoel kwam niet aan bod, niet voor de mensen en nog minder voor de paarden die 6 tot 8 uren lesjes draaiden per dag zonder nog verder iets te willen voelen. Dit was niet wat ik bedoelde met paardrijden!

    Al vrij snel ontdekte ik Wodan, een veulen van 2 jaar oud dat daar in een kleine vuile stal stond te verkommeren zonder ook maar enige aandacht te krijgen. Hij kreeg nooit weidegang en stond altijd maar in de stal te wachten op iets wat wellicht nooit komen zou. Ik voelde telkens een vonkje overspringen wanneer ik hem aankeek en vroeg al snel of ik hem mocht buiten halen om te borstelen. Op eigen risico, zei de manegehouder want het is een hengst die stampt, steekt en bijt. Volgens mij was dat gewoon omdat hij (terecht) geen mensen vertrouwde, ik zou hem leren dat sommige mensen toch anders zijn... De eerste keer duurde het een half uur om hem  uit de stalgang te krijgen omdat hij bij de buitendeur verblind werd door het zonlicht! Hij stond al een jaar lang in kunstlicht en zijn ogen konden dit echt niet aan!  Ik maakte hem vast aan een paal en probeerde hem te borstelen, waarbij ik regelmatig zelf achter de paal moest springen om een stamp of een beet te vermijden... Na elke borstelbeurt liep ik wel telkens met hem naar een stukje gras dat wat verder lag zodat hij daar toch een beetje kon van eten.
    De manegehouder had inmiddels begrepen hoe ik meer en meer van dit veulen begon te houden en al na een paar weken gaf hij koelweg de mededeling dat Wodan op Pinkstermaandag naar de paardenmarkt zou gaan om verkocht te worden. Dat werd wellicht enkele reis naar het slachthuis! De man had geld nodig om nieuwe merries aan te kopen, met een hengstenveulen kon hij niks aan, dat kostte alleen maar. Ik had nog 5 dagen om te beslissen of ik hem zou kopen!  Voor mij was het een kwestie van alles of niets. Indien ik Wodan liet gaan zou ik nooit meer iets met paarden willen ondernemen! Maar in welk avontuur zou ik me storten: een jonge hengst en ik kende nog niks van paarden!
    Een vriendin gaf me het passend excuus: als het niet lukt kan je hem nog altijd terug verkopen... goed wetende dat, wat ik eenmaal in mijn hart geborgen heb, daar voor altijd zal blijven. Dus kocht ik Wodan en sprak af met de manegehouder dat hij minimaal 2 keer per week op de weide zou mogen staan.

    Wodan mocht inderdaad een paar keer op de weide en was gelukkig tot de nieuwe merries aankwamen waarvan er eentje ook nog hengstig bleek! Mijn jonge hengst moest nog alles over rangorde leren en wist bovendien nog niet goed hoe hij op avances van volwassen merries mocht reageren. Hij deed duidelijk niet wat van hem verwacht werd en werd al snel door de merrie hardvoetig uit de weide gestampt! Mijn arme Wodan rende terug naar het enige veilige plaatsje dat hij kende: zijn kleine donkere stalletje. Vanaf dan kreeg hij verbod om nog op de weide te komen en met die beslissing was voor mij de maat wel vol.
    Iets verder dan mijn huis ligt een bos en achter dat bos was een grote weide waar ik regelmatig een kudde van meer dan 10 paarden zag lopen: daar zou ik Wodan onderbrengen! Het was behoorlijk wat zoekwerk om de juiste boerderij te vinden en het kostte me een paar uur om de boer te overtuigen om Wodan bij hem te laten stallen maar uiteindelijk was hij akkoord. Een paar dagen later ging ik ‘s ochtends naar de stal, nam het touw, klikte het aan het halster en zei: kom mijn godje, we gaan naar huis. Alsof we nooit iets anders gedaan hadden volgde hij me rustig mee naar buiten en ging zonder aarzelen mee op de paardencamion die hem zou vervoeren. Een ganse reeks mensen die klaarstonden om me te zien sukkelen konden hun ogen niet geloven, dit hadden ze nog nooit meegemaakt!
    Niettegenstaande de waarschuwingen voor het gevaar, bleef ik de ganse rit bij mijn bange hengst in de bak van de vrachtwagen. Ik hield hem de ganse tijd vast, zachtjes fluisterend dat hij niet bang moest zijn. Het is een rit die geen van ons beiden ooit zal vergeten en die een stevige vertrouwensbasis legde voor onze verdere relatie. Wodan heeft me sindsdien trouwens nooit meer gebeten of gestampt.

    Na een paar weken leerde ik een collega kennen die bezig was met ‘natuurlijk omgaan met paarden’. Dit klonk me als muziek in de oren en samen met haar volgde ik een ganse reeks cursussen die me eindelijk een aanpak leerden zoals ik het me had voorgesteld: met geduld een echte vertrouwensrelatie opbouwen met je paard, eerst op de grond en later op de rug. Op heel korte tijd verbeterde mijn aanpak en Wodan en ik maakten heel goede vorderingen, althans op de grond.
    Indien ik zou willen rijden moest ik verderzoeken naar een volwassen, volleerd paard.

    Zo kwam ik terecht bij Tachat, een springpaard dat tot de top in België had moeten behoren en als 4-jarige de moeilijkste proef in Gesves zonder enige fout over 1m40 had gesprongen. Hij werd daarop doorverkocht aan een befaamde springstal waar hij door topruiters zo opgefokt werd tot hij stukgereden was. Zijn volledige verhaal heb ik nooit kunnen achterhalen maar in elk geval kreeg ik hem als 5-jarige aangeboden aan slachtprijs: een ruin met zeer zware hanetred brengt niets meer op in de competitie en dan is hij voor een springstal toch niks meer waard. Maar hij zou nog goed kunnen dienen als wandelpaard, zegden ze. Waarom kreeg ik in Godsnaam nu dit gekwetste paard aangeboden? Ik had constant het gevoel dat Tachat niet mijn paard was, maar dat ik hem wel moest helpen om te genezen. Met deze verwarde gedachten in het hoofd maakte ik een kort ritje. In stap voelde het eerder alsof ik op een kameel zat omdat hij zijn ene been dan altijd veel te hoog optrok. Maar in draf leek het wel alsof ik op een bom zat: zoveel kracht had ik bij geen enkel manegepaard ooit gevoeld! Zowel in draf als in galop merkte je niks van zijn probleem! Toen ik hem terugbracht naar zijn veel te lage stalletje (hij heeft meer dan 1m78 schofthoogte en moest constant met zijn hoofd naar beneden staan) begon ik zacht tegen hem te praten: jij bent zo’n grote jongen en ik zo’n klein mevrouwtje, wil jij nu echt mijn paard worden zodat ik je kan helpen? Ik bleef stokstijf staan toen hij met zijn grote hoofd knikte! O jee, nu kon ik niet terug! Je kan een paard toch niet zeggen dat je het maar zei voor de grap! Voor mijn gevoel was de deal beslist en ik kwam terug naar huis met een grote mankepoot met de zachtste ogen die ik ooit gezien had.
    Uiteraard zou ik hem niet direct beginnen te rijden maar hem eerst de nodige rust en therapie geven...

    Een maand later werd in de stal naast Wodan een hengstje geboren: Billy. Vanaf dag 1 voelde ik mij aangetrokken tot dit veulentje, dit was net mijn baby. Het was al juni en het weer was zalig zodat moeder en zoon al heel snel op een kleine weide buiten konden. Ik ging meteen mee en mocht van de merrie rustig met haar kleintje bezig zijn. Ik streelde hem overal en deed een aantal drukoefeningetjes om hem zo al meteen in te prenten dat hij beter kon wijken voor druk in plaats van er tegenin te gaan. De volgende dagen maakte ik een touwhalstertje op maat, een job die toch wel eventjes duurt en waarvoor ik verschillende malen de maat moest nemen rond zijn hals, hoofd en neusje. Eens het halster eindelijk klaar was, was het voor ons beiden reeds de normaalste zaak van de wereld om het aan te doen! 
    Elke dag hield ik me ook met Billy bezig, hij was als het ware mijn veulen. Toch twijfelde ik toen ik hoorde dat de merrie en Billy te koop kwamen omdat de eigenares zou gaan studeren en geen tijd had voor zoveel paarden.  Ik twijfelde tot wanneer ik merkte dat er slechts 1 andere persoon in hem geïnteresseerd was: een paardenbeenhouwer, op zoek naar veulenvlees...

    Voor de derde keer op rij zou ik een paard redden van de slacht waardoor ik op minder dan zes maanden tijd eigenaar werd van een raar trio: een pasgespeend veulen, een tweejarige hengst en een vijfjarig gekwetst springpaard.
    Ik zou mijn natuurlijke paardentechnieken goed kunnen oefenen, maar rijden zat er nog niet onmiddellijk in...

    24-05-2008 om 00:00 geschreven door joanna  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    17-05-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Allemaal beestjes
    Al van kindsbeen af stond ik zot van beestjes. Alhoewel ik erg allergisch van aard was, kon men mij er toch niet van weerhouden om elk diertje dat op mijn weg kwam indien mogelijk in mijn armen te nemen en er mijn eigen conversatie mee te houden. Poezen waren thuis niet erg geliefd omdat ze in de tuin tussen de planten kwamen krabben, voor hen kreeg ik nooit pardon om zelfs maar een verdwaald kitten te mogen meebrengen. Toch heb ik het  gedaan gekregen om een ganse reeks andere viervoeters te mogen houden: een paar cavia’s (tot wanneer ik er daarna ongeveer 40 had en toen was het welletjes), een serie individuele hamsters en we hadden zelfs een aantal keer een hond, alhoewel die eigenlijk niet van mij was.
    Zelfs toen ik op mijn 20e ging alleen wonen had ik nog steeds een hamster. Zijn naam ben ik inmiddels vergeten maar hij heeft ooit een tijdje onder de matras van mijn bed gewoond omdat ik hem, na zijn dagelijkse vrije tijd in de kamer, niet meer terug kon vangen. Het was een drama wanneer dat beestje uiteindelijk stierf en de vriend waarmee ik die nacht op stap geweest was begreep niks van mijn groot verdriet toen ik het kleine lijfje levenloos terugvond. Hij was gelukkig tactvol genoeg om mij proberen te troosten en er verder geen commentaar op te geven.

    Kort daarna leerde ik mijn eerste man kennen. We gingen samenwonen in een arbeidershuisje met een kleine koer achteraan die uitgaf op de parking van een plaatselijke brouwerij. Onmiddellijk namen we een poes (eindelijk!) maar aangezien mijn man als hond enkel een boxer wilde, wachtte ik toch nog maar een tijdje om daar aan te beginnen. Het idee van een kwijlend dik ding te zien rondwaggelen in mijn kleine living, vond ik maar niks. Toen we trouwden en op huwelijksreis gingen, met de nachttrein naar het zuiden van Italië,  weende ik de eerste nacht tranen met tuiten omdat ik poes zo miste! Nu ja, men heeft me dan ook nooit kunnen verwijten om geen emoties te kennen...

    Na goed 5 jaar was ons huwelijk aan een einde toe en gingen we als goeie vrienden uit mekaar. De poes kwam eerst mee naar mijn appartement maar kon het daar toch niet vinden en ging uiteindelijk toch maar terug naar het baasje die in het huis was blijven wonen. Meer dan 1,5 jaar lang zat ik compleet alleen tot ik het niet meer aankon en in een opwelling met een wit Keeshond puppietje naar huis kwam nadat ik haar in het vensterraam van een winkel zag zitten.

    Spunky was een heel mooi, lief dingetje maar de veearts waarschuwde me: het was een kasplantje dat veel te snel van de moeder was weggehaald! Niettegenstaande mijn goede zorgen kreeg ze na een dikke week diarrhee waardoor haar kleine lijfje op een paar uur tijd volledig uitgedroogd was. Een reddingsactie bij de veearts inclusief infuus en constant waken kon niet meer baten en weer bleef ik alleen over. Toen ik achteraf bij de winkel mijn beklag deed zegden ze mij dat ik een andere pup kon krijgen aan halve prijs van zodra ze er eentje konden geven.
    Twee weken later kreeg ik Floepje, ze was waarschijnlijk bij een andere kweker niet verkocht geraakt want ze was duidelijk al een paar weken ouder dan Spunky. Ze was wel veel solider en had een sterk karakter. Ik twijfelde of ik ook zo gemakkelijk van dit creatuurtje zou kunnen houden, een gedachte die wellicht heeft bijgedragen aan de moeilijke relatie die ik 10 jaar lang met dit teefje gehad heb. Ze was verschrikkelijk dominant, een situatie die ik niet verbeterd kreeg niettegenstaande diverse speciale trainingen. Het leven met Floepje was tekenend voor de periode die ikzelf toen doormaakte: vreselijk moeilijk en een constante strijd om terug geluk en harmonie te vinden.
    Maar Floepje heeft me wel een heel mooi geschenk gegeven in haar zesde levensjaar, een nestje van 2 lieve pups: Snoetje en Koosje, een teefje en een reutje. De laatste was een echte ‘kozer’, al de eerste nacht in zijn bestaan lag hij te zagen wanneer hij een beetje te ver van zijn mama af lag!  Hij moest constant zijn mama, zijn zus of minstens onze nieuwe poes dichtbij hem hebben, anders was hij verloren.
    Toen ik zijn mama uiteindelijk op 10-jarige leeftijd moest laten inslapen omdat ze echt te gevaarlijk werd voor mezelf en eventuele gasten, duurde het geen 6 maanden  vooraleer hij een domme wanhoopsdaad deed. Een ochtend kreeg hij het gedaan om in mijn handtas op zoek te gaan naar kauwgum maar deze liet hij liggen om inplaats daarvan een doosje met gevaarlijke pilletjes open te knagen en daar de helft van op te eten! Snoetie stond er van verbazing naar te kijken en begreep er niets van dat hij zo’n viesruikende bolletjes wou eten, zij dacht er niet aan om er zelfs maar aan te likken! Ik vond hem een fractie later. Hij probeerde nog naar me toe te komen maar onderweg begaf zijn hartje het aan de grote dosis medicatie die ik had moeten nemen om mijn bloeddruk op te jagen. Sindsdien heb ik nooit meer iets genomen tegen de lage bloeddruk.

    De dood van Koosje gaf mij het verdriet van de verloren kansen. Ik had nog zoveel met hem willen doen en nu had ik de mogelijkheid niet meer. Ik besloot vanaf dan geen andere hobby meer aan te houden en enkel nog te genieten van mijn beestjes. Snoetje en Miekepoes kregen vanaf dan de eerste prioriteit na het werk en er waren nog maar weinig zaken die ik deed zonder hen. Snoetie was een prachthondje dat overal mee naartoe kon waarbij ze zelfs bijna niet opgemerkt werd omdat ze zo rustig was. Mieke was uiteraard onafhankelijker maar kreeg toch een heel hechte band met ons beiden. Zij is inmiddels 20 geworden en ze is nog steeds in goede conditie. Snoetje stierf op 14 jaar oud in mijn armen aan de invloed van de hitte op haar verzwakte hartje dat al jaren een hartklep had die niet goed sloot. Zij was een beestje dat ik nooit zal kunnen vergeten en ook nu 6 jaar later, is zij nog heel regelmatig in mijn gedachten.

    Het leven in huis werd snel daarna terug geactiveerd toen we toevallig een paar weken na het verlies van Snoetie een Pyrenees herderreutje, Xinshu, adopteerden. Hij probeerde mijn verdriet te verzachten en is daar ook voor een groot deel in gelukt. Maar ik wenste ook voor hem een vriendinnetje. Hij heeft er lang moeten op wachten maar sinds een paar maanden heeft hij nu toch het gezelschap gekregen van een prachtige Sheltiepup, Gritzl, die mijn tekort aan energie probeert te compenseren door met haar overvloed aan activiteiten heel regelmatig mijn aandacht op te eisen. Nu ja, niet alleen de mijne want vanaf het begin krijgt ze het gedaan om ons huis op stelten te zetten waarbij zowel Miekepoes, Xinshu, Johan als ikzelf goede slachtoffers zijn om haar kunnen te tonen! Zij is degene die mijn slechtste dagen kan opfleuren en toch een glimlach op mijn lippen kan toveren wanneer ik me rot voel en zomaar wat doelloos in huis rondloop.
    Haar therapeutische invloed op mij is dan ook van onschatbare waarde, al heeft ze op dat gebied een paar ‘grote’ concurrenten: de paarden!

    17-05-2008 om 00:00 geschreven door joanna  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    10-05-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Naar huis

    Verdwaasd reed ik thuis de parking op na een lange trage rit, regelmatig onderbroken door een huilbui. Johan, mijn eeuwige tuinier, was in de tuin bezig en stelde niet teveel vragen wanneer hij me zag uitstappen. Ik liet al het materiaal in de auto: dat zou ik nu toch niet snel nodig hebben... 

    Ik werd vrolijk begroet door onze hond die niet snapte waarom ik in huilen uitbarstte gedurende onze knuffel. Hij likte mijn handen waarin ik mijn gezicht begroef en duwde met zijn natte neus tegen mijn arm zodat hij mijn tranen zou kunnen likken. Laat me maar schatje, het vrouwtje is triest en moe, maar het zal wel overgaan. Ik kleedde me om en kroop in bed waar ik na weer een volgend tranenspel uiteindelijjk toch in slaap viel.
    De rest van dat weekeinde ging in een trance voorbij. Ik herinner me vaag dat ik af en toe wel aan de beurs dacht en hoe alles zich daar zou afspelen, maar eigenlijk was ik zo murw dat het me niet echt meer kon raken. Zoals de gewoonte was sinds maanden, sliep ik amper 4 uur per nacht waarna ik wakker werd en niet terug de slaap kon vatten. Ik was het gewoon geworden om stil te wachten tot het ochtend werd. Aangezien ik nu niet om half zes meer moest opstaan bleef ik liggen tot ik tegen achten toch terug in slaap viel voor een paar uurtjes.   Overdag sleepte ik me van mijn bed naar de sofa maar kon nergens rust vinden, meestal zat ik gewoon apathisch in de zetel voor me uit te staren.
    Johan liet me begaan en drong nergens op aan.

    Toen ik maandagmiddag wakker werd belde ik mijn huisarts voor een afspraak.
    Hij was niet echt verwonderd toen ik hem mijn verhaal deed: ik was al maanden geleden langsgegaan omwille van maagklachten die ik maar niet onder controle kreeg en hij wist ook dat ik al jaren niet goed meer sliep door het nachtlawaai van de vliegtuigen.
    Hij was klassiek medisch geschoold, net als zijn vrouw die veearts was maar beiden waren bovendien ook homeopaat en kinesioloog, een combinatie waar ik veel voor overhad. Ik had zelf ook een uitgebreide homeopatische huisapotheek voor onszelf en al onze beestjes en kon de meeste kwaaltjes en aankomende ziektes zelf aan. Omdat ik doorgaans met mijn eigen remedies vrij snel herstelde, wist hij dat het menens was wanneer ik dan toch eens bij hem langskwam voor een visite.

    Alhoewel hij een uur uittrok voor mijn consult, was zijn diagnose niet al te moeilijk te stellen: burnout.
    Hij wist dat ik niet graag alllopatisch werkte, daarom zouden we eerst proberen met fytotherapie om de slaap terug te herstellen. Aan het geluid van de overkomende vliegtuigen kon hij echter niet veel doen en oordopjes had ik al veel vroeger geprobeerd maar de druk die ik daardoor in mijn oren kreeg maakte het me ook onmogelijk om te slapen.
    Hij schreef me zes weken rust voor, het leek me een eeuwigheid! Zoals ik mijn lichaam kende betekende dit voor mij 3 weken écht rusten en dan 3 weken vakantie!

    Ik wist duidelijk nog niet wat een burnout eigenlijk betekent...

    10-05-2008 om 00:00 geschreven door joanna  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    03-05-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.altijd een beetje anders
    Ik ben altijd al een beetje 'anders' geweest dan het gros van de mensen...
    In mijn jeugd voelde ik me thuis bijna letterlijk het zwarte schaap en heb ik me heel lang afgevraagd of ik bij mijn geboorte niet van bedje verwisseld was. Ik was de enige in een gezin van zes die blauwe ogen had, alle anderen hadden dezelfde bruingekleurde iris. Ik was de dochter van de melkboer, grapte mijn moeder altijd wanneer ik haar ernaar vroeg, dat was de enige daar in het zwarte Congo die blauwe ogen had. Waarbij ze er telkens aan toevoegde dat die melkboer een oud patertje was die met een stok moest rondlopen...
    Maar voor mij waren mijn ogen een duidelijk teken dat ik niet was zoals zij. Ik zag het leven ook anders en voelde dingen die zij niet voelden. Mijn vreemde ervaringen, de rare vragen die ik daardoor stelde, het gevoel dat niemand mij begreep. Mijn zus Lies die het als oudste en daardoor ‘slimste’ wel altijd beter wist, waardoor ze er telkens opnieuw in slaagde me te kleineren en het gevoel te geven dat ik maar een dom wezen was dat zich altijd verschrikkelijk kon aanstellen...
    Al heb ik voor de buitenwereld een vrij normale en 'gelukkige' jeugd gehad, toch voelde ik me al van kindsaf anders en was het moeilijk om ergens bij te horen. Ik was een new-ager voor het woord was uitgevonden en vond dit helemaal niet prettig want waar waren de anderen zoals ik? Wanneer ik nu terugkijk op die periode, besef ik dat ik wellicht als kind een soort depressie doormaakte waarbij ik het grappig vond om met de dood te flirten. Op mijn 14e kende ik een heleboel manieren om zelfmoord te plegen, waarvan ik een aantal uitprobeerde tot op het randje waar het echt gevaarlijk begon te worden. Vooral wanneer ik lucht in mijn aders spoot vond ik het telkens spannend om te testen of ik nu echt zou doodgaan en of het dan effectief zonder veel pijn zou zijn... Maar niemand wist van deze 'spelletjes' en uiterlijk was ik een gelukkig kind.

    Om mezelf te bewijzen dat ik wel degelijk kon gelijk hebben, kweekte ik de nood om de zaken die ik leerde aan anderen weer door te geven. Initieel was het schooljuffrouw spelen voor mijn poppen, later werd het een gewoonte om nieuwe ‘kennis’ die ik ergens oppikte uitgebreid door te vertellen aan wie er maar wilde naar luisteren. Het werd mijn manier om te studeren, gewoon alles zo correct mogelijk door te vertellen en ik fietste door mijn schooljaren met mijn vingers in de neusgaten. Talen werden mijn grote liefde want met elke extra taal kon ik met een miljoen extra mensen communiceren (achteraf leerde ik dat de mensen mij in mijn eigen moedertaal nog niet eens begrepen wanneer ik over eigen ervaringen sprak). Elk onderwerp was goed om over te vertellen en ik probeerde de wereld te leren kennen door mijn uitleg aan anderen en daarna hun reactie op mijn verhaal.
    Thuis echter werd deze eigenschap niet zo goed begrepen en jaren later had mijn broer het nog steeds over mijn ‘missionarishouding’, omdat ik telkens opnieuw de anderen leek te willen ‘bekeren’ met elk nieuw onderwerp. Ze hebben nooit ingezien dat dit mijn manier was om te trachten de wereld te toetsen aan de realiteit.

    Uiteindelijk leerde ik hierdoor goed les te geven maar kon ik ook goed verkopen, waarbij zowel kennis als objecten vlot van de hand gingen. Ik was rad van tong en aangezien ik geleerd had altijd snel te moeten repliceren op reacties of aantijgingen, leek ik niet snel van mijn voetstuk te geraken. Ik kreeg een sterk maar zeker ook koppig karakter en bleef altijd bij de eersten van de klas, tenminste zolang ik het zelf wilde.
    Niemand bemerkte intussen dat dit alles enkel uiterlijke schijn was en dat er diep in mezelf een vreemd wezentje huisde dat zich nergens thuisvoelde en erg bang was om te tonen hoe ze gekwetst werd door het gelach of gehoon van anderen die mij niet begrepen.
    Ik was klein van bouw en compenseerde dit door mijn grote mond. Indien men mij niet zag staan, zou men mij tenminste wel horen! Ik was een haantje de voorste, zowel figuurlijk als letterlijk omdat de kleintjes altijd vooraan in de rij moesten staan.

    Omdat ik aan den lijve geleerd had wat het betekent om kwetsend aangesproken te worden door iemand sterker dan jezelf, kreeg ik de neiging om mijn eigen scherpe tong vooral te richten naar diegenen van wie ik het kwaad te verduren kreeg. Ik werd daarom een wijsneus genoemd en een koppige tegenspreker omdat ik dikwijls het gevoel had dat mijn mening of ervaring wel degelijk juist was, zelfs al zagen anderen hun realiteit anders.
    Door dit alles kreeg ik een heel grote zin voor rechtvaardigheid maar ook voor verantwoordelijkheid naar zwakkeren toe. Toch was mijn houding te assertief voor hen waardoor ik jaren later hoorde dat ze eigenlijk best bang waren voor mij.

    Mijn vader was een streng maar rechtvaardig man en alhoewel ook hij mij zelden begreep, gaf hij me een aantal principes mee die ik nog tot op heden tracht te huldigen, ook al vraag ik me soms af of het wel de beste manier is om door het leven te gaan: eerlijkheid, hard werken, rechtvaardigheid. Ik heb inmiddels geleerd dat er niet veel mensen zijn die ditzelfde pad  bewandelen, tenminste niet in de praktijk want als je al de kerkgangers moet geloven...
    Ooit werd ik door mijn baas op het matje geroepen omdat ik ‘te eerlijk was en teveel energie had’! Het was pas op het einde van een tirade van meer dan een half uur dat ik opeens besefte dat dit eigenlijk toch wel goeie eigenschappen zijn?
    Het is in die periode dat ik begon te experimenteren met energie en besefte dat ik in ons gezin (en ver daarbuiten) de enige was die blijkbaar een gave had meegekregen waardoor ik net zo ‘anders’ was, voor alle partijen... maar tegen dan liep de vorige eeuw al stilaan naar zijn einde.


    03-05-2008 om 19:49 geschreven door joanna  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    26-04-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De beurs
    Die nacht sliep ik bijna niet. Mijn hoofd tolde om alles wat er de vorige dagen was gebeurd en ik piekerde hoe alles nu verder moest met mezelf, mijn werk, de beurs... Zou Louis de zaken nu wel op de juiste manier afwerken, hij had niks aan de voorbereiding gedaan! En hoe moest het daarna met de opvolging van de ganse promotie die ik op touw gezet had? Een massa werk zou moeten wachten tot ik terug goed op de been zou zijn!  Alle emoties kwamen door mekaar op me af: schuldgevoel omdat ik het niet had volgehouden, triestheid dat ik de beurs nu niet kon meemaken, onzekerheid over het verloop van al wat ik voorbereid had, angst om wat moest komen... voor het werk, voor mezelf.
    Van pure miserie stond ik al redelijk vroeg op en begon meteen het materiaal in de auto te laden. Ik trachtte mezelf een beetje op te peppen en met de nodige make-up zag ik er zelfs een beetje behoorlijk uit. Ik zou misschien niet veel klanten zien maar een aantal professionele contacten zou ik zeker tegen het lijf lopen, zelfs al was ik maar een paar uur op de beurs... Ik liep wat verloren rond in huis, denkend wat ik kon vergeten zijn.
    Voor ik vertrok drukte Johan me nog goed op het hart om vooral niet te lang te blijven hangen. Hij wist hoe moe ik was maar tegelijkertijd hoe nauw mijn werk mij aan het hart lag. Ik zou moeite hebben om de beurs te verlaten...

    Omdat ik nog redelijk vroeg aankwam vond ik onmiddellijk een gemakkelijke parking dichtbij de ingang. Gelukkig kon ik al het materiaal voorttrekken op wieltjes maar ik moest wel twee maal terugkeren voor ik alles meehad. Ik vond de stand vrij snel terug aangezien hij op dezelfde plaats stond als het vorige jaar. Louis was er al en hij had zowaar zijn vrouw meegebracht om hem het ganse weekeinde te helpen! Wellicht kon geen enkele collega zich nog ‘last minute’ vrijmaken... Ik was beschaamd omdat ik hem altijd voor de zwarte piet nam en nu moest hij zorgen dat alles maar in orde kwam!
    Ik checkte de stand die niet helemaal naar mijn zin was, vooral omdat het afgesproken plan niet correct gevolgd was waardoor er zich al onmiddellijk een aantal praktische problemen voordeden. Ik was boos omdat de weinige zaken die ik niet meer persoonlijk had kunnen nakijken, niet degelijk uitgevoerd waren. Ik voelde bezorgdheid over het goede verdere verloop van alles en moest mezelf temperen door de gedachte dat ik er straks thuis weinig van zou merken. Maar Louis wuifde al mijn bezwaren weg en zei dat het allemaal wel zou lukken... Speelde hij nu komedie gewoon om mij niet nog meer te verontrusten of kon hij alles echt zo gemakkelijk opnemen? Hoe deed hij het om er zich precies niets van aan te trekken?

    Nadat ik de volledige procedure van de actie had uitgelegd en voor de zoveelste maal getoond had wat waar lag en welk geschenkje voor welke klant bestemd was, riep hij me even achter de schermen. Hij duwde me een pakje in de handen: steek dit nu weg en doe ze vanavond open om samen met Johan te toasten op jouw gezondheid. En maak nu dat je wegkomt, je bent hier al veel te lang gebleven. Ik zal je niet bellen maar als je wilt, mag je me zelf wel altijd een belletje geven. Joanna ga nu, het lukt ons wel!

    Schoorvoetend vertrok ik maar op het einde van de gang moest ik toch nog eens omkijken om te zien wat er ginder nog verder gebeurde. Een zwaar gedreun kwam uit de luidsprekers aan het podiumgedeelte waardoor mijn pas automatisch versnelde. Het lawaai versterkte de hoofdpijn en het geheel van de omstandigheden verdoofden me opeens. Ik leek wel in trance en de indrukken kwamen op me af alsof de tijd in een vertragend tempo wegtikte. Als in een droom zweefde ik door de gangen waar enkel een sporadisch vroege bezoeker wandelde en waar de standhouders alles nog in versneld tempo verder in orde brachten. Alle anderen leken snel te handelen terwijl ikzelf leek achter te lopen in de tijd... ik leek te lopen zonder vooruit te geraken.

    Uiteindelijk strompelde ik door de uitgang en kwam opeens in de frisse lucht terecht. Het grote contrast van de relatieve rust na het kabaal op de beurs deed me stilstaan als ware het om mezelf te bewijzen dat ik wel degelijk in de realiteit stond...



                                               We speelden de laatste scène, met de avond als souffleur
                                               Het decor bestond alleen maar uit een vormeloze deur
                                               De tekst leek versleten en bijna banaal
                                               Je kwam naar me toe, geen applaus uit de zaal
                                               Ik heb nog wat staan wuiven als een slechte figurant
                                               En volgde met verbazing de beweging van mijn hand
                                               Het was als een afscheid, als een vriendelijke groet
                                               Zo sloot ons theater zijn poorten voorgoed

                                               Het afscheid deed niet zo zeer als ik had gedacht
                                               Het afscheid deed minder pijn dan ik had verwacht
                                               Het was eigenlijk heel eenvoudig, het ging zomaar zonder meer
                                               Maar de napijn moet nog komen, vanavond of vannacht.
                                               Maar de napijn moet nog komen, vanavond of vannacht.

                                                                                                    (Het afscheid, Martine Bijl)


    26-04-2008 om 00:00 geschreven door joanna  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    19-04-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De laatste rally
    Versuft en moe kwam ik terug op mijn bureau waar de collega’s onmiddellijk vroegen wat het verdict was geweest. OK, de bedrijfsarts had me gezegd dat ik naar de huisarts moest voor een rustperiode maar ik had toch eerst nog die professionele beurs waar ik al maanden naartoe gewerkt had! Als ik dit weekeinde nog kon doorgeraken, dan ging ik maandag wel naar de dokter...  Ik had nu eigenlijk niet veel tijd om erover te praten, ik moest nog alles klaarzetten in de auto om mee naar huis te nemen. Morgen was het vrijdag en zou ik vanuit het kantoor in Leuven nog de laatste zaken regelen, dus ik mocht niets vergeten.  Ik zou eerst een lijstje maken voor de beurs en daarna eentje van alles wat ik nog moest doen voor ik in ziekteverlof ging! Het voelde wat raar aan: ‘Kroniek van een aangekondigde dood’ schoot me door het hoofd...  Ergens had ik een vreemd gevoel dat er iets ernstigs aan het gebeuren was maar ik had geen tijd om na te denken over wat er zat aan te komen.
    Ik moest twee keer naar de parkeergarage om al het gerief in mijn autootje te kunnen laden en uiteindelijk was ik klaar om naar huis te gaan. Mijn collega Louis was nog niet terug van zijn klantenbezoeken en daar was ik niet rouwig om: ik zou hem morgen wel bellen om de zaken te bespreken, tegen dan had hij wellicht al het nieuws gehoord van de collega’s. Ik voelde me laf dat ik het hem niet als eerste durfde te zeggen, maar ik vreesde een moeilijk gesprek en had hier nu echt geen energie voor over. Mijn baas, die moest ik vandaag wel nog bellen, dat zou ik zodadelijk doen wanneer ik toch in de file stond.
    Voor ik vertrok passeerde ik de dames van de afdeling die zoals steeds trouw op post waren. We zullen je dus een tijdje moeten missen, word maar gauw terug beter! Veel sterkte, we zullen voor je duimen. Hopelijk heb je toch nog een goeie beurs, je hebt er zo hard aan gewerkt! Maar laat Louis daar maar het meeste werk doen en probeer jij er gewoon te genieten van het resultaat van al je labeur. Hou ons op de hoogte van je herstel en geniet dan maar eens van de extra vrijetijd: je hebt hem zeker verdiend!
    Het leek me allemaal zo raar, het voelde als een soort afscheid dat veel te vroeg kwam.

    Met verwarde gevoelens stapte ik in de auto en gooide me in de beginnende avondspits.
    Eenmaal ik in het normale slakkegangetje terecht kwam, belde ik mijn baas op zijn gsm maar ik kwam uit op zijn voicemail. Ik liet een kort berichtje waarin ik meedeelde dat mijn bezoek aan de bedrijfsarts geen goed gevolg had maar dat ik hem er morgen zou over spreken, tenzij hij me zelf vanavond nog wou terugbellen.
    Ik voelde me een lafaard omdat ik de moeilijkste gesprekken probeerde uit de weg te gaan en drukte uiteindelijk toch maar het nummer van Louis. Maar ik had geluk want ook zijn voicemail sprong aan... In zijn berichtje gaf ik mee dat ik na de beurs naar mijn huisarts moest en dat hij er dus rekening moest mee houden dat ik wellicht enkele weken buiten strijd zou zijn. Ik hoopte dat hij het berichtje pas later op de avond zou horen en er mij morgen pas zou over terugbellen.

    De volgende ochtend stond ik wat later op dan normaal omdat het kantoor in Leuven veel dichter bij huis lag en ik vrijwel volledig tegen de files in kon rijden. Ik had een tijdje geleden toelating gekregen om elke maandag en dinsdag daar te gaan werken om zo de stress wat te verminderen, maar dit was erg tegen de zin van Louis geweest. Maar voor mij maakte het een wereld van verschil omdat ik ongeveer twee uur langer kon blijven liggen en die rust kon ik zeker gebruiken!
    Ik bekeek de prioriteitenlijstjes die ik gisteren had opgesteld en begon eerst alles voor de beurs af te werken. Na een uurtje flink doorwerken kreeg ik Louis aan de lijn. Zoals verwacht hadden de collega’s hem hun versie van de vorige dag doorgegeven. 
    Ik heb al eens met de baas gesproken Joanna, we zijn er beiden van overtuigd dat je de beurs beter niet meer zou doen. Je bent nu al uitgeput en je weet dat zo’n beurs heel veel van je vraagt. Ik probeer na te gaan of we iemand kunnen vinden die voor jou kan invallen, zoniet moet ik het alleen zien te klaren. 
    Het was alsof de hemel op mijn kop viel: hoezo, nu de beurs niet doen? Na alle moeite die ik ervoor gedaan had voelde dit alsof ik naar de kermis had uitgekeken en nu niet op de molen mocht gaan! Dat kun je niet menen Louis, het zal me wel lukken als ik het wat kalmaan doe. Ik heb trouwens al het materiaal hier in Leuven en je weet niet eens wat er allemaal moet gebeuren omdat je gewoon geen tijd had om je ermee bezig te houden! Ik kan daar nu toch niet zomaar wegblijven! Wat met al die klanten die ik persoonlijk uitgenodigd heb om hun geschenkje te komen halen, wat zullen die wel denken als ik er dan uiteindelijk niet ben? Laat ons dit nu niet zomaar beslissen, ik doe vandaag nog zoveel mogelijk verder aan de voorbereiding van de volgende weken en probeer dan eens vroeg naar huis te gaan zodat ik dit weekeinde nog wel aankan. De tranen sprongen mij in de ogen en ik probeerde mijn stem recht te houden: ik bel je straks nog wel eens terug.

    Ik deed de gsm uit en strompelde naar het toilet waar ik met langgerekte snikken mijn tranen de vrije loop liet: had ik hiervoor nu zo mijn best gedaan, om dan de beurs niet eens te kunnen doen? Verdomme toch, waarom moest ik net gisteren naar dat medisch onderzoek gaan, als dat volgende week geweest was, was alles toch heel anders gelopen! Ik voelde me doodmoe maar wilde toch nog graag de finish halen. Maar ergens zei een stemmetje diep in mij dat het misschien een zegen was dat het bijna afgelopen was, dat ik die zware beurs misschien niet zou moeten...
    Met de moed der wanhoop ging ik terug aan het werk. Wat als ik de beurs toch zelf niet kon doen, hoe moesten de plannen dan allemaal aangepast worden? Ik zou me eerst concentreren op het afzeggen van afspraken in de volgende weken en ik moest nog een infomail sturen naar de kantoren om hen te laten weten dat ik een tijdje afwezig zou zijn.

    Ik was hier druk mee bezig toen mijn baas me zelf belde en bevestigde dat Louis de beurs alleen zou moeten doen. Er was geen sprake van dat ik mijn gezondheid nog meer op het spel zou zetten. Hij wou me enkel toestaan om op de beurs alles nog op te starten zodat Louis wist wat hem te doen stond maar ten laatste tegen de middag moest ik terug naar huis en vanaf dan was het: platte rust! Hij duldde geen tegenspraak en eerlijk gezegd, ik had geen moed meer om hem tegen te spreken. Stil snikkend hoorde ik alles aan en zegde dat het ok was waarna ik voor de tweede maal wegvluchtte naar het toilet!

    19-04-2008 om 18:44 geschreven door joanna  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    15-04-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De bedrijfsarts stuurt me naar huis
    Die namiddag om 14.00 u precies klopte ik aan bij de bedrijfsarts. Het medische team van de bank bestond uit een 4-tal artsen, verspreid over een paar locaties. Op het hoofdkantoor in Brussel had je de hoofdarts, een man begin in de veertig, die assistentie kreeg van een vrouwelijke arts. Het was deze laatste die me binnenliet. Dat is lang geleden, Joanna! Het is 6 jaar geleden dat ik je hier laatst zag. Laat ons eerst de  standaardprocedure afwerken, daarna heb ik wat tijd uitgetrokken voor een goed gesprek. 
    Tijdens de routine onderzoeken werden o.a. mijn ogen getest en werd de longfunctie gemeten. Ik had zo weinig kracht dat we de longmeting opnieuw moesten doen omdat het resultaat zo laag was dat het niet normaal was. Je moet zo hard mogelijk blazen totdat alle lucht eruit is, zegde ze. Ik deed mijn best en het was ietsje beter, net goed genoeg om het daarbij te laten. Ze keek zorgelijk toen ze zich achter haar bureau neerzette. Je ogen zijn terug achteruit gegaan Joanna, dat is spijtig omdat ik weet dat je zo getracht hebt om ze op natuurlijke manier te verbeteren en dat het je gedurende meer dan 10 jaar gelukt is. Maar de verpleegster heeft me daarstraks al wat verteld, dat het je niet zo goed gaat op dit ogenblik en het zal daar wel mee te maken hebben. In elk geval raad ik je aan om een bril te laten voorschrijven door de oogarts, niet zozeer voor het verre zicht want dat is nog redelijk goed, maar wel voor dichtbij. 

    Zij wist dat ik niet graag een bril droeg. Op mijn 28e, een paar jaar na mijn echtscheiding, kreeg ik constante hoofdpijn die blijkbaar werd veroorzaakt door een oog dat verziend was en het andere bijziend. Ik keek dus eigenlijk altijd op 1 oog, wat op zich goed mogelijk is, maar wel heel vermoeiend. Ik kreeg daarom een bril die ik dan wel de ganse dag moest dragen. Dat stoorde me erg omdat ik het gevoel had dat ik het leven vanuit een beperkt kastje moest bekijken. Omwille van mijn allergische aanleg waren lenzen niet aan de orde, daarom moest ik noodgedwongen achter mijn bril blijven leven. Tot ik na bijna 10 jaar een boek aangereikt kreeg waarin stond dat je op natuurlijke manier je ogen kan verbeteren mits een speciaal dieet, lichaamsoefeningen en oogoefeningen. In die periode was ik ook beginnen mediteren en door dit alles slaagde ik erin om mijn ogen in dergelijke mate te verbeteren dat ik mijn bril terug kon uitdoen. Dat was inmiddels ook al weer zo lang geleden en die ganse tijd kon ik het uithouden zonder mijn ‘oogkastje’. Ik voelde aan mijn ogen wanneer ik vermoeid werd, dan was het weer moeilijker zien en kreeg ik ook gemakkelijk hoofdpijn. Maar die verdween telkens dankzij mijn meditaties en wat extra rust. Aangezien ik uiteindelijk die rustpauzes inruilde voor extra werktijd, had ik er eigenlijk om gevraagd om terug achteruit te gaan... Ook nu nog wilde ik eigenlijk liever geen bril dragen.

    Joanna, je kan nu nog wel proberen om goed te lezen door je papier wat verder weg te houden maar er komt een dag dat je armen tekort zullen zijn, grapte de dokter, in de hoop zo de pil wat te verzachten. Ik raad je echt aan om een leesbril te nemen, het kan maar bijdragen om minder hoofdpijn te hebben.
    Meteen kon ze overstappen op de rest van de problemen: vertel eens, wat scheelt er verder aan dat het zover gekomen is, de laatste keer dat ik je zag bleek alles toch goed onder controle te zijn?
    Ik vertelde haar van de slapeloze nachten tengevolge van het spreidingsplan van Bert Anciaux waardoor onze gemeente opeens een massa lawaai boven het hoofd kreeg, dag en nacht. Ik ben altijd al een moeilijke slaper geweest en heb daarom mijn huisje gekocht waar het rustig was zodat ik geen problemen moest vrezen van die kant... tot 'de bleiter' er zich mee moeide, daar had ik nooit aan gedacht natuurlijk.  Dan kwam de overstap naar de verzekeringen toen ik van job moest veranderen omdat het fusiewerk gedaan was en er weinig anders opzat dan een job te aanvaarden waardoor ik elke dag in de Brusselse regio moest werken. Niet zover in afstand, ik geef het toe. Maar ik wist uit ervaring dat de files voor mij zo zenuwslopend zijn dat het moeilijk zou worden. Voor die job moest ik de baan doen en had ik verder een thuiskantoor: dat moet goed te doen zijn, dacht ik... In realiteit betekende dit dat ik verschrikkelijk lange dagen klopte, 4 tot 5 uur per dag in de file zat en 's avonds tot bijna 10.00 u nog achter mijn computer zat voor het werk. Terwijl niemand besefte waar ik mee bezig was, laat staan dat ze het zouden geapprecieerd hebben, vooral omdat ik in mijn product weinig succes boekte. Ik had geen extra rust meer in mijn meditaties die ik opgaf omdat het werk teveel tijd nam en voor de paarden had ik stilaan geen moed en energie meer over. De overstap naar de verzekeraar was de slechtste stap die ik ooit in mijn carrière had gedaan.
    Ik probeerde terug te keren naar de bank maar het duurde me 3 jaar vooraleer ik er eindelijk in slaagde mijn baanjob in te ruilen voor een kantoorjob... nog steeds in Brussel. Maar dit was een echte uitdaging en de nieuwe taak deed ik met hart en ziel: ik gooide me er voor 120% in! Regelmatige avondrepresentaties werden gedaan met de glimlach. Ik begon ‘s ochtends als eerste en was regelmatig diegene die als laatste ‘het licht uitdeed’ om dan nog eens naar een of andere netwerkingavond te gaan waardoor ik tegen middernacht pas terug thuis was. Met vakantie bleef de gsm aan want mijn klanten en de kantoren moesten mij kunnen bereiken. Ik voelde me terug belangrijk in mijn job en boekte successen... echter ten koste van mezelf. Het werk werd te zwaar, er kwam geen extra hulp, integendeel. Maar ik draaide door tot ik gewoon begon dol te draaien. Ik moest gewoon volhouden tot na de beurs, dit volgende weekeinde...
    Ik ben er niet zo zeker van dat het zo goed is dat je die beurs nog doet, zei de dokter. Van mij mag je nog proberen Joanna, maar je bent al veel te ver gegaan! Wat mij betreft moet je naar de huisarts voor een periode van rust en herstel en ik vrees dat het voor lange tijd zal zijn. Wanneer je terugkomt moet je wel leren beseffen dat de bank niet alleen op jouw schouders draait. Je neemt teveel het werk van anderen op jou en niemand zal je daarin tegenhouden zolang de boel draait. In jouw geval is het al meer dan goed wanneer jij 'voldoende' werkt, je legt de lat veel te hoog voor jezelf vergeleken met de anderen, dat kan niemand volhouden.

    Ik zat er stilletjes bij en kon geen weerwoord bieden: ze had gelijk, zo simpel was het.
    Maar die beurs zou ik toch nog proberen te doen...

    15-04-2008 om 18:03 geschreven door joanna  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (1 Stemmen)
    02-04-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.het ontwaken
    Het gedempte geluid van een vrouwelijke stap kwam met lichte tred naar me toe. Reflexmatig openden mijn ogen maar mijn vermoeide brein weigerde de prikkels op mijn netvlies om te zetten tot een concreet beeld. De doffe klik van de openende deur en de schelle witte lichtstreep die meteen binnendrong werden net zo min door mijn bewustzijn opgenomen als het zoemende geronk van de airco die me anders altijd opdringerig stoorde.  Ik was murw. Nu het mij toegestaan was, wilde ik enkel wat kunnen slapen.
    Zachtjes ging de deur weer dicht en meteen verdween het licht om weer plaats te maken voor de louterende duisternis.

    Heel stilaan kregen de achtergrondgeluiden op de medische dienst terug greep op mijn vermoeide hersens en brachten mij terug naar het hier-en-nu. Oh ja, nu herinnerde ik me terug waarom ik hier in dit bed lag: de emotionele uitbarsting en mijn snikkend verhaal kwamen terug in mijn verwarde geest. Ik was duidelijk erg moe geweest, maar hoe lang had ik hier liggen slapen? Waarom was niemand mij komen wakker maken, ik had nog zoveel werk te doen! Ik moest dringend terug aan het werk in plaats van hier te liggen luieren omdat ik de laatste tijd wat te veel te doen had!  Hoe laat was het inmiddels wel? Ik zocht naar mijn gsm maar realiseerde me dat ik hem op mijn bureau had laten liggen. Verdorie, wie weet hoeveel klanten en kantoren me hadden trachten te bereiken! Met de moed der wanhoop sleurde ik mezelf uit bed en ging op zoek naar de verpleegster om haar te laten weten dat ik terug naar mijn kantoor ging. Aarzelend klopte ik aan en vrijwel onmiddellijk ging de deur open.
    Joanna, ben je terug wakker? Ik was al eens komen kijken maar je sliep als een blok en ik vond het gewoon zonde om je daaruit te halen. Je zal nu wel honger hebben, je hebt vanochtend nog niks gegeten. Ga maar naar het restaurant en zeg hen dat je van de medische dienst komt na de bloedafname, dan krijg je een paar lekkere boterhammetjes en een tasje koffie of thee. Om 14u verwacht de dokter jou voor de onderzoeken. Ga nu maar meisje en laat het je smaken!
    Ja, tot daar dan het goede idee om meteen terug aan het werk te gaan... Eigenlijk was ik wel stiekem blij want, hoe zeer het werk mij ook riep, mijn pijnlijke lijf en leden hadden weinig kracht om op die roep in te gaan. Dat boterhammetje en die tas thee lonkten me des te meer. Door dat slapen was het kwaad toch al geschied, het werk kon nu ook nog wel een beetje langer wachten.

    Een klein halfuurtje later waren de collega’s van de afdeling aangenaam verrast me eindelijk terug te zien. Zoals doorgaans was ik ook die ochtend als eerste aangekomen om 7.15u omdat ik zo de zwaarste files richting hoofdstad probeerde te vermijden. De meesten van hen woonden zelf in het Brusselse en hadden dus de mogelijkheid te ontwaken op het ogenblik dat ik al mijn eerste mails gelezen had zodat zij zo rond de klok van negen één voor één kwamen binnenvallen. Louis was die dag op de baan voor zijn andere functie en zij herinnerden zich niet meteen dat ik mijn medische controle had waardoor ze vreesden dat er iets gebeurd was. Het was hun uiteraard niet ontgaan dat ik al een tijdje als in een dikke mist rondliep en recent nog was ik op bureau kotsmisselijk geworden. Niettegenstaande mijn aankomende vijftig, hoopten zij eigenlijk stiekem op een late zwangerschap, wetende dat Johan en ik nog maar een jaartje geleden wettelijk gingen samenwonen en dat ik vroeger altijd graag kindjes had gehad. Toch was mijn slecht nieuws hun nu niet zo vreemd omdat zij wel gemerkt hadden hoe de ganse dienst eigenlijk zo goed als alleen op mijn schouders draaide. Nu ja, misschien was het allemaal toch niet zo erg als de verpleegster vreesde. Ik was toch altijd al oersterk geweest en had altijd heel snel gerecupereerd. We zouden die namiddag wellicht al wat meer weten na mijn doktersbezoek.
    Ik zette me terug aan mijn bureau en voor een keer was ik blij dat onze dienst de verste uithoek van de afdeling had gekregen zodat ik me achter de planten in mijn hoekje kon verschuilen. Ik besefte dat de beurs gevaarlijk dichtbij kwam en dat ik vannamiddag nog behoorlijk wat tijd zou ‘verliezen’ op de medische dienst. Verdomme toch, waarom hadden ze die medische controle toch niet op volgende week gezet, nu zou ik bijna een dag tijd verspelen en er was nog zoveel te doen!

    Ik trachtte mijn hersens terug wat te ordenen en een prioriteitenlijstje op te stellen: wat moest vandaag nog en wat kon ik verschuiven naar morgen. Wellicht zou ik volgende week niet komen werken, dus ik moest niet alleen alle maatregelen nemen opdat de beurs een succes zou worden, ik moest ook zorgen dat er een deel werk kon verplaatst worden naar later. Een aantal afspraken moesten voorlopig afgezegd worden en ik moest de kantoren op een of andere manier verwittigen dat ze voorlopig Louis moesten aanspreken omdat ik een tijdje zou afwezig zijn. Ok, dat laatste kon nog wachten tot morgen, nu eerst de laatste hand leggen aan de voorbereidingen van de beurs.
    Voor ik het besefte was het middag en kwamen de collega’s me halen om mee een hapje te gaan eten. Mijn hoofd stond op barsten en daarom besliste ik om  met hen eventjes een kom soep te drinken in de kantine. Als ik daar niet te lang bleef hangen, kon ik daarna nog een paar zaken in orde brengen en toch nog op tijd bij de bedrijfsarts zijn. Louis zou ik pas later op de namiddag zien om hem het nieuws te melden. Hij zou er niet gelukkig mee zijn...

    02-04-2008 om 15:45 geschreven door joanna  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    28-03-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.einde oktober 2007
    De verpleegster op de medische dienst tapte handig een paar tubetjes bloed af. Omdat ik binnenkort 50 zou worden, was ik nog eens op medische controle geroepen. De bank deed dat, afhankelijk van de leeftijd van het personeelslid, telkens na een aantal jaren. Aangezien ik tussenin 3 jaar gewerkt had bij de verzekeringstak, was het mijn eerste controle sinds mijn terugkeer naar de bank, nu zo’n goed 1,5 jaar geleden.

    Behendig maakte ze het elastieken bandje rond mijn bovenarm los terwijl ze intussen de naald uit mijn arm trok en een watje op het wondje legde. Goed op duwen, zegde ze en draaide zich om terwijl ze zocht naar een plakkertje dat het gaatje van de prik volledig zou bedekken.
    Onbewust greep ik voor de zoveelste keer naar mijn hoofd dat al sinds maanden pijnlijk loodzwaar aanvoelde. Gaat het, vroeg ze. Dat had ze niet moeten doen! Opeens welde er diep vanuit mijn binnenste een golf van emoties omhoog die er met luide snikken uitgestoten werd. Neen, het gaat helemaal niet meer! Het gaat al lang niet meer! Ik kan niet meer, ik ben op! 
    Geduldig wachtte ze naast mij tot het hevigste snikken eindelijk wat minderde. Wat scheelt eraan Joanna, heb je problemen thuis of op het werk? Is er iets met je gezin of met je collega’s?

    Met horten en stoten kwam een stukje van mijn verhaal naar boven.
    Hoe ik al maanden bijna niet meer kon slapen waardoor ik uitgeput was. Hoe ik voelde dat mijn zo geliefde job me boven het hoofd groeide nadat ik er zo keihard voor gewerkt had om het tot een succes te maken, waar ik nu zelf het slachtoffer van werd.
    Hoe ik in juli-augustus getracht had om de zaken wat te keren door elke vrijdag vakantie te nemen, waardoor het ergste toen vermeden werd. Maar dat het najaar traditioneel altijd de drukste periode was in deze job en hoe Louis, mijn collega die sowieso al maar 20% van zijn tijd meedraaide in deze functie, net dàn 3 weken verlof nam. Dat ik in diezelfde periode ook nog een opleiding voor onze kantoren volledig alleen had moeten uitschrijven en klaarmaken. Ik was er mee klaargeraakt vrijdagnamiddag om 16u terwijl we ‘s maandags de cursus moesten geven. Hoe Louis dan, als de grote mijnheer, wel mee voor onze leerlingen stond terwijl hij niet eens wist wat ik allemaal in de cursus geschreven had!
    Hoe ik daarenboven verschrikkelijk veel werk had gehad aan de voorbereiding van onze deelname aan een professionele beurs die nu het volgende weekeinde zou doorgaan. Dat ik al een maand geleden voelde dat er een veer gesprongen was, dat mijn rekker te ver gerokken was: ik maakte fouten in mijn job, deed sommige zaken dubbel terwijl ik andere dingen vergat te doen.
    Niettegenstaande het constante zinderen in mijn hoofd, een maag die bijna niets meer verteerde, een prikkelbaarheid die ik al jaren niet meer gehad had en een over-emotioneel reageren op kleine en grotere zaken, had ik toch maar doorgezet. ‘Steek nog maar een tandje bij’, om toch maar de beurs te halen waarvoor ik een volledige promotiecampagne in een aantal vakbladen en op professionele websites had gemaakt.
    Op het moment dat ik een aantal weken platte rust had moeten nemen, had ik het tempo nog extra opgedreven om, mits de nodige overuren, toch mijn resultaat te kunnen behalen.
    Maar nu ging het dus niet meer!

    In de loop van mijn verhaal, was de hoofdverpleegster binnengekomen en samen hadden ze stilzwijgend geluisterd. Ze gaf een zacht teken naar haar collega. Kom maar vrouwtje, jij moet eerst en vooral wat rusten. Ik zal je in de kamer hiernaast leggen, dan kom ik straks eens kijken of het al een beetje beter gaat. Vannamiddag is jouw consult met de dokter, vertel haar maar eens wat er allemaal scheelt. Volgens mij moet jij wel eens naar je huisdokter gaan om wat rust. Zo te zien, zou dat wel een paar maanden kunnen nodig zijn. Kom nu maar mee.
    Als een geslagen hond volgde ik haar, zorgvuldig elk oogcontact ontwijkend met eender wie ik op het pad zou tegenkomen. Ik legde me neer op het bed en voelde me een aansteller. Wat moesten ze nu wel van mij denken, zo erg was het toch allemaal niet zeker! Iedereen had toch wel eens een periode waar het moeilijker ging. Na het weekeinde, na de beurs, zou ik toch wel weer kunnen rusten, wat stelde ik me toch aan! Had ik nu toch maar die laatste paar dagen volgehouden!

    Zachtjes werd een deken over mij heengelegd en hoorde ik de deur weer dichtgaan. Meteen ging ook mijn licht uit.

    28-03-2008 om 11:32 geschreven door joanna  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    25-03-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Proloog
    Ik wist al een hele tijd dat ik verkeerd bezig was. De ommezwaai was heel zachtjes begonnen maar, eenmaal goed ingezet hadden een aantal opeenvolgende trauma’s mij op zeer korte tijd overweldigd. Mijn mooi opgebouwde evenwicht brokkelde af in een razend tempo waarin ik uiteindelijk meewerkte uit een gevoel van onvermogen om de rally te stoppen. Het was al zoveel jaar aan de gang en toch kon ik exact zeggen wanneer het juist begon.

    Nochtans was ik 15 jaar geleden een depressie teboven gekomen, veroorzaakt door een aantal trauma’s uit mijn jeugd en de daaropvolgende onvruchtbaarheid, die mijn leven tot een hel hadden gemaakt.
    De meditaties die ik in die tijd begon hadden alle nare herinneringen naar boven gestuwd alsof een slapende vulkaan, verstoord in haar diepe rust, al het vuil en vuur met een geweld naar boven stuwde in een allesvernietigende kracht waar niks meer tegen te beginnen was. Ik huilde een ganse week aan een stuk door om het grote verdriet dat diep uit mijn binnenste naar boven bleef borrelen en niet meer leek te stoppen.
    Slechts nadat mijn schoonbroer Ivo mij in een lang en intiem gesprek zegde dat hij het allang had zien aankomen, besloot ik zijn raad op te volgen en toch maar professionele hulp te vragen. Ik had Ivo altijd omschreven als ‘een crème van een vent’. Hij was een prachtpsycholoog  met specialisatie in psychotherapie voor kinderen. Wij hadden beiden eenzelfde zwak punt, mijn zus Lies, die met de regelmaat van een klok perfect wist hoe iemand te kleineren op een manier waar weinig tegen in te brengen was, op een wijze die zo geraffineerd was dat iedereen, zij incluis, haar logica als de juiste aanvaardde.

    Ik kreeg Prozac voorgeschreven en een aantal psychiaters en psychologen deden erg hun best om mij ‘normaal’ te krijgen. Toch kon ik die depressie enkel écht teboven komen dankzij een zelfingebouwde regelmaat van dagelijkse meditaties en Taoistische energietechnieken. Deze, ondersteund door mijn nieuwe status als vegetariër, creëerden een perfecte balans tussen rust en mijn hectische leventje als 'verplichte' vrijgezel.
    Ik werkte als money market dealer in het professionele hart van een van de grootste banken in het land en toch fungeerde ik vrij normaal. Ik, die altijd thuiswerkende moeder van vier kinderen wou worden, werd carrièrevrouw tegen wil en dank, een status waar velen -onwetend- mij om benijdden.

    Mijn gezonde balans werd echter ruw verstoord toen de fusie kwam en mijn werkgever op korte tijd een top bankverzekeraar werd in België met de ambitie om Centraal en Oost Europa tot haar tweede thuismarkt te veroveren.
    Opeens werd mijn ganse leven weer verstoord en werd alles boven mijn hoofd beslist zonder dat ik ook maar iets in de pap te brokken had.
    Een tweede depressieve periode kondigde zich aan.

    Toch vond ik weer mijn eigen uitweg dankzij mijn alternatieve levenswijze die ik ditmaal bevestigd zou zien in een officieel bijberoep.
    Enerzijds had ik al mijn ganse jonge leven een speciaal aanvoelen voor bepaalde energieën, een eigenschap die thuis nooit begrepen en nog veel minder geaccepteerd werd. Stilaan had ik een rijke ervaring opgebouwd in Reiki en Craniosacraaltherapie.
    Anderzijds had ik kennis en ervaring vergaard in een aantal klassieke en oosterse anti-stress technieken waardoor ik met zekerheid anderen zou kunnen helpen in hun queste naar evenwicht. Dit alles zou ik verwezenlijkt zien in een bijberoep dat, moest het ooit nodig zijn, wellicht een definitieve oplossing zou kunnen betekenen indien mijn bankcarrière toch vroegtijdig zou eindigen.
    De beslissing om eindelijk de ‘echte’ Joanna te laten openbloeien, herstelde mijn psychisch evenwicht in een mum van tijd.
    Het was een heerlijk gevoel eindelijk te weten dat iemand mijn anderszijn waardeerde.

    Toch waren de behandelingen voor mij fysiek zwaar omdat ik de pijn van de cliënt in mijn eigen lichaam binnentrok waarna ik hem, met wisselend succes, terug trachtte af te staan aan Moeder Aarde.
    In een eerste periode behandelde ik eender wie tot ik besefte dat de meesten enkel mijn positieve energie kwamen aftappen om tegelijk hun vuilbakje leeg te maken. Ik merkte dat het gros van de mensen liever een status quo zagen in hun problemen. Ze volgden nauwelijks mijn instructies op om hun situatie te verbeteren maar bleven regelmatig  aankloppen om in een zoveelste sessie terug bij te tanken.

    Ik beperkte mij uiteindelijk tot een klein groepje gelijkgezinden die wel de moed hadden om hun leven te veranderen. Ik voelde mij goed en kon mijn eigen bank-stress afwerken in mijn bijberoep. Inmiddels had ik een andere functie gekregen en werkte als project- en programmamanager mee om de fusie van de twee banken en drie verzekeraars in de dagelijkse realiteit tot een succesverhaal te maken.  Alles ging prima tot het fusiewerk afgelopen was en ik weer een andere functie in dit nieuwe, veel grotere, bedrijf moest zien te vinden.

    Hoewel mijn leven tot dan niet over rozen was gegaan, toch was dit het punt waarop mijn sterren slecht begonnen te keren.
    Ik besefte maar amper dat mijn zorgvuldig opgebouwde evenwicht uiteindelijk heel breekbaar zou blijken.


    25-03-2008 om 17:20 geschreven door joanna  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    24-03-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.waarom mijn blog over burnout
    Ik ben altijd een bezige bij geweest, een haantje-de-voorste, een trekkersfiguur.

    Al heb ik het een aantal keer heel moeilijk gehad in mijn leven (hierover later meer), toch had ik mijn leven en daarom ook mijn gezondheid vroeger goed in de hand. Ik had een (meestal) leuke job bij een bank, dichtbij mijn eigen huisje (en dat van diezelfde bank), een aantal vrienden (dacht ik), mijn beestjes (honden, poes, later ook paarden), een leuk bijberoep (cranio-sacraal therapeute en lesgever anti-stress technieken!), veel contacten met mensen.
    Mijn evenwicht behield ik door een aantal meditaties en een alternatieve levenswijze...

    Door een samenloop van omstandigheden ben ik zo'n 5 jaar geleden terug 'normaal' gaan leven en gestopt met mediteren om langere dagen te kunnen werken in een niet-zo-leuke job meer. Alhoewel ik in die periode mijn lieve man leerde kennen, kregen we samen behoorlijk wat financiele en sociale tegenslagen te verwerken waardoor meer en meer vrienden (nou ja) ons allemaal in de steek lieten.
    Dankzij de nachtvluchten van Bertje de bleiter was mijn slaap intussen ook al een aantal jaar danig gestoord.

    Twee jaar geleden kreeg ik terug een prachtjob, een uitdaging die ik aan 120% aannam en die mijn 'anti-stress therapie' werd... tot ik  oktober 2007 instortte.
        Diagnose: Burnout-depressie, al voelde ik me niet depressief maar enkel gewoon 'op'.
    Ik had niks energie meer, ik die zoveel jaar energietechnieken had aangeleerd!
    Ik die meer anti-stress technieken kende dan 90% van de bevolking, had mij laten pakken... en hoe!

    Nu, na bijna 6 maanden rust en 'reguliere' behandeling, ben ik nog steeds niet in staat om te werken.
    Toch geloof ik dat ik terug 'goed' zal worden, alhoewel mijn lichaam daar nu nog steeds anders over denkt.
    Ik heb intussen wel al een aantal dingen geleerd, zaken waarover ik niets op het www terugvond.

    Daarom deze blog:
    misschien kan mijn ervaring, mijn verhaal, anderen helpen om een burnout te vermijden, te aanvaarden of ook te overwinnen.

    Let it be...


    PS: ik probeer om de blog gemakkelijker leesbaar te maken door hem in romanstijl te schrijven.
    Daarom ook plaats ik het laatste bericht onderaan zodat nieuwe bezoekers vanaf het begin kunnen starten.

    24-03-2008 om 00:00 geschreven door joanna  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (10 Stemmen)

    Archief per week
  • 21/07-27/07 2008
  • 14/07-20/07 2008
  • 07/07-13/07 2008
  • 30/06-06/07 2008
  • 23/06-29/06 2008
  • 09/06-15/06 2008
  • 02/06-08/06 2008
  • 19/05-25/05 2008
  • 12/05-18/05 2008
  • 05/05-11/05 2008
  • 28/04-04/05 2008
  • 21/04-27/04 2008
  • 14/04-20/04 2008
  • 31/03-06/04 2008
  • 24/03-30/03 2008

    Blog als favoriet !

    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Willekeurig Bloggen.be Blogs
    we_it
    www.bloggen.be/we_it

    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs