In 1744 was Louis XV zijn troepen gaan bezoeken in
Metz en had op die tocht zijn minnares
meegenomen, Mme de Châteauroux en haar zuster Mme de Lauraguais. Hij viel daar echter ziek, vreesde voor zijn
leven en wilde graag biechten. Zijn biechtvader, Mgr de Fitz-]ames, vond het
niet kunnen dat hij daar op zijn sterfbed lag met zijn maîtresse in de buurt.
Hij verplichtte de koning beide zussen weg te sturen. Nog voor ze klaar was met
inpakken begon "het grauw" zich rond haar rijtuig te verzamelen en haar
met modderkluiten en uitwerpselen te bestoken terwijl ze er snel vandoor ging,
terug naar Parijs. Een of twee dagen later werd ze vermoord teruggevonden in
haar woning. Het gerucht gaat dat Phélypeaux, comte de Maurepas, daarbij
betrokken was. Maar dat was niet alles. De aalmoezenier liet de koning beloven
dat hij, in geval van genezing, een nieuwe kerk zou laten bouwen in Parijs voor
Sainte Geneviève, beschermheilige van de stad. Bovendien eiste deze
aalmoezenier van de koning een publieke biecht waarin hij zich de titel van Roi Très Cbrétien onwaardig verklaarde
te zijn en hij liet deze verklaring, god weet waarom, door de geestelijkheid
vanaf de preekstoel in gans Frankrijk verspreiden. De bevolking was diep
geschokt en niet alleen Le Bien Aimé, zoals Louis XV toen nog werd genoemd,
maar ook de monarchie als dusdanig verloor definitief heel wat van haar
prestige.
Volgens sommige historici lag het "drama van
Metz" aan de basis lag van een irreversibele aantasting van het principe van de
absolute monarchie veroorzaakt door de stupide houding van de Kerk zelf in de
persoon van de hoofdaalmoezenier van de koning, Monseigneur de Fitz-]ames, die
aldus zijn steentje bijdroeg voor de latere Revolutie..
Een van de eerste architecten van de toen nieuwe neoklassieke
stijl was Soufflot en hij kreeg de opdracht voor de bouw van een nieuwe kerk
voor de abdij van Sainte Geneviève.
Op
6 september 1764 vond de plechtige eerste steenlegging plaats van deze kerk.
Zelfs als men niet van de stijl houdt moet men erkennen dat het een bouwkundig
wonder geworden is dat bijvoorbeeld niet moet onderdoen voor de St Pau1's
Cathedral van Christopher Wren te Londen. Voor de ceremonie van de eerste
steenlegging bedacht Soufflot een reusachtige trompe-loeil op ware grootte van de toekomstige kerk. Dit enorme
doek werd door de Machy geschilderd op basis van de plannen van Soufflot en op
een houten chassis gespannen als decor voor de ceremonie. Uiteraard maakte de
Machy achteraf graag een schilderij van het gebeuren. Op dit schilderij herkent
men, behalve de trompe-loeil
natuurlijk, Soufflot vergezeld door Marigny die het plan van de kerk aanbiedt
aan de Koning en de Dauphin. De kerk zelf kwam pas klaar in de jaren 1780 en
werd na de revolutie prompt herdoopt tot Pantheon, een mausoleum voor de groten
van Frankrijk.
Jammer
genoeg werden later de vensters dichtgemetseld zodat het deelaspect van
gothische lichtvoetigheid verdween en het massief en gesloten karakter van het
gebouw op de voorgrond kwam te staan zoals de tijdsgeest toen wilde. In dit
mausoleum werden figuren als Rousseau, Voltaire en Soufflot zelf begraven. Ook
Marat werd er bijgezet maar kort daarop weer verwijderd wegens beschuldiging
van verraad. Pierre en Marie Curie liggen er, evenals Malraux. En straks komt
er dus Diderot bij te liggen In tegenstelling tot wat velen denken ligt
Napoleon niet daar maar in het Hótcl des Invalides begraven.
Het
Pantheon met zijn 83 meter hoge koepel was tevens de locatie voor de
experimenten met de beroemde slinger van Foucault waardoor werd aangetoond
dat de aarde om haar as draait. Umberto Eco heeft er zelfs een heel boek aan
gewijd. De originele slinger hangt er sinds 1995 opnieuw.