Christopher Hitchens trekt in God is niet groot fel van leer tegen de
godsdienst. Door nauwkeurige analyse van belangrijke religieuze teksten laat hij
zien dat religie niet meer is dan een wens van de mensheid.
Religie is het
gif dat de maatschappij verziekt, ze is een oorzaak van gevaarlijke seksuele
repressie en zorgt voor miskenning van de bakermat van onze beschaving.
God
is niet groot is stilistisch briljant, geestig, boos, onredelijk, overtuigend,
erudiet en scherpzinnig een boek om in één adem uit te lezen.
Aan de vooravond van een wereldwijde ramp zitten vijf wanhopige mensen
opgesloten in een cocktailbar op een vliegveld. Karen, een alleenstaande moeder
die wacht op haar internetdate; Rick, de barman die niet meer drinkt; Luke, een
pastoor die met een zak geld gevlucht is; Rachel, een onderkoelde blondine die
geen menselijk contact kan krijgen en een mysterieuze stem die we alleen leren
kennen als `Speler Een`. Langzaam maar zeker sijpelen de gevolgen van de ramp de
bar binnen, en de veiligheid die hun onderkomen biedt dreigt steeds tijdelijker
van aard te worden. Terwijl de wereld in elkaar stort en alles voor altijd
verandert, delen de lotgenoten hun eigen waarheden en geheimen.
In de
traditie van Kurt Vonnegut en J.G. Ballard onderzoekt Coupland hedendaagse
kwesties als tijd, identiteit, maatschappij, religie en het hiernamaals. Deze
roman stelt net zo veel vragen als hij antwoorden geeft. De lezer krijgt het
gevoel dat we leven aan de vooravond van een nieuw soort bestaan, en dat we niet
meer terug kunnen naar waar we vandaan komen.
In september 2004 kwamen bij een gijzeling op een basisschool in Beslan,
Noord-Ossetië, 186 kinderen en 147 volwassenen om het leven. Een voorheen
slaperige plaats veranderde door deze brute terroristische aanslag in een stad
in rouw, waar het verdriet en de woede na vele jaren nog steeds voelbaar zijn.De
jonge Erika Fatland (1983) is een veelzijdig wonder. Ze spreekt zeven talen,
studeerde en werkte in verschillende landen en schreef artikelen voor kranten en
tijdschriften. Ze staat door haar veldwerk in de Kaukasus bekend als expert op
het gebied van de meest ongure regio van Rusland.
Albrecht woont begin jaren twintig met zijn ouders in een Duitse provinciestad.
Hij gaat naar het gymnasium, houdt ervan om de natuur in te gaan en voert lange
gesprekken met zijn ongelukkige vriend Fritz, die niet meer naar school wil. De
grote economische crisis van die jaren laat zich ook in het stadje voelen. Zijn
vader, die een kleine kledingzaak heeft, weet het hoofd maar nauwelijks boven
water te houden. Als Albrecht na zijn eindexamen in Berlijn gaat studeren, komt
hij in een turbulente wereldstad terecht, waar stakingen en demonstraties aan de
orde van de dag zijn. Om in zijn onderhoud te kunnen voorzien gaat Albrecht in
een orkestje spelen. Maar overleven is niet zijn enige uitdaging; Albrecht moet
in deze verwarrende tijden ook zijn levensbestemming zien te vinden in het besef
dat afzijdig blijven onaanvaardbaar is. Het leven gaat verder is de
schitterende ontwikkelingsroman waarmee de inmiddels wereldberoemde schrijver en
psychiater Hans Keilson in 1933 debuteerde. De roman geeft niet alleen een
fascinerend beeld van het alledaagse leven in de Weimar-republiek, maar kenmerkt
zich tevens door het enorme psychologische inlevingsvermogen van de schrijver,
zoals dat in al zijn werk naar voren komt.
Nadat hij in de klassiekers De terugkeer van Bonanza, Guggenheimer wast witter
en Uitgeverij Guggenheimer al wild om zich heen had geslagen, vinden we
Guggenheimer nu terug als rentenier die meer geld heeft dan een normaal mens op
kan maken. In zijn vrije tijd ontfermt hij zich over z`n ex-vrouw Ellen en laat
hij zich door z`n chauffeur Jules rondrijden in een bolide uit 1934.
Guggenheimers hoofd loopt nog steeds praktisch altijd om. Zo vindt hij dat de
hedendaagse vrouw er bijzonder ongeïnspireerd gekleed bij loopt. Hij besluit om
daar iets aan te doen en richt derhalve de firma gfc op. Welnu, Guggenheimers
Fashion Company zal er wel even voor zorgen dat overal te lande de mokkels,
grietjes en ja, zelfs de wijven, eindelijk zullen beseffen waar het in de mode
van deze tijd precies om draait. Met behulp van z`n rechterhand Emmeke, z`n
ontwerpster Mufti Müsmuz, z`n poetsvrouw Debbie, en diverse andere vogels van
vreemd pluimage, zal hij het landschap van de vrouwenkledij tot ongekende
hoogten opfleuren. Op de enige echte guggenheimeriaanse manier werpt hij zich
weer op als het merkwaardigste en aantrekkelijkste romanpersonage dat de
Nederlandstalige literatuur ooit gekend heeft. Guggenheimer kwam, zag en
overwon, toegejuicht door de lezers van deze uitzonderlijke nieuwe roman van de
unieke letterengigant Herman Brusselmans.