We kunnen op tijd vertrekken en worden vrolijk uitgewuifd door het Nederlands koppeltje.Vandaag wandelen we veel langs asfaltweg en moeten af en toe flink stijgen. Het lijkt me meer dan vorig jaar. Onderweg komen we een jong Frans koppeltje tegen die,precies, voor het eerst de route lopen en nog niet goed weten hoe het werkt. Ze laten ons ook voorop lopen, maar we hebben ze de rest van de dag niet meer gezien. We vragen ons af of ze er misschien de brui aan hebben gegeven. De laatste 2 km van onze weg liggen vol maar dan ook echt vol wc-papier met kaka, ook midden in de weg en echt de hele 2 km lang, deze pelgrim had echt serieuze darmproblemen. Paul ziet, als het zo blijft, al niet meer zitten om nog verder te gaan.
Om 16 uur komen we aan in Varzy en instaleren ons op een terrasje voor een fris Belgisch pintje. We zoeken nog even naar een chambre 'hotes maar vinden niets en trekken dan maar naar de camping. Onderweg komen we langs een terrein van Rom's die een trouw hebben, ze hebben allemaal honden en deze liggen aan de ketting in de (droge ) beek. De camping is erg rudimentair. Ik doe de was in de douche. Ik kijk op buienradar iets voor 18 uur en pm 18 uur gaat een bui los barsten en ja hoor stipt om 18 uur gaan de hemelsluizen open, we hadden net tijd om al ons gerief in de tent te sleuren. De was hangt helaas nog op de wasdraad, of is er afgewaaid.
Er is op de camping ook een refuge e Paul heeft meer zin om daar te slapen. Hij ziet de madame van de camping en zij opent de deur. We breken de tent af en sleuren alles naar binnen. Hopelijk is zo morgen alles toch bijna droog. Ik ben stiekem wel blij want ik blijk een beetje koorts te hebben. Ik neem een pijnstiller, het klaart op en we gaan in het dorp een pizza, lasagne en tiramisu eten bij een klein Italiaans restaurantje (woonkamer groot ). Aan de camping is een grote vijver en in het gras liggen wel een, stuk of 5 vissen, precies iets van slijkkruipers. Ze snakken naar lucht en met een fles die we vinden, gooit Paul ze terug in de vijver, zijn 2 de goede daad van de dag. Nu maar hopen dat die vissen om de één of andere reden niet de hele dag moeite hebben gedaan om op het land te komen. We moeten dus weer 2 keer langs de honden en ieder keer een koor van blaffende honden.
jaargang 5, dag 2, vrijdag 21 juli 2017, Vezelay - Brèves
Om half 8 vertrekken we naar de bakker voor broodjes, kaas en een koffietje. Dan terug naar de camping, alles inpakken en we kunnen vertrekken voor onze eerste etappe. Het is vandaag een superkorte trip van 12 km omdat dit beter uitkomt voor een slaapplaats van de volgende dagen en een goede test isvoor mijn knie.We zijn nog maar pas de poort van de camping uit en we lopen al de verkeerde kant uit. Ah ja dat was bergaf, als dit een aanduiding is voor rest van de trip dan staan we er goed op. Gelukkig na een kilometer al gezien dat we verkeerd zaten en dus al direct in het zweet terug bergop. We lopen de rest van de voormiddag in het bos en dus vielen de temperaturen goed mee en ook de dazerikken zijn niet te zien, ik denk door de droogte?
Ter hoogte van Brèves missen we een afslag naar de camping, die niet op de route lag en dus komen we uiteindelijke rond 14.30 uur aan. Het is een mooie camping maar douches en wc's ohlala ( dat blijkt wel een constante in Frankrijk, ook in chique hotels en restaurants) Ik doe een wasje want het kan lang drogen. Volgens onze gids is er een brasserie maar zoals al wel eens meer in kleine dorpjes in Frankrijk is het fermé definitief en dus besluiten we toch nog naar het volgende dorp, Dormey, te wandelen zo'n 3 km verderop. Daar zou van alles zijn maar ook daar is maar één café open waar je iets kunt eten. Op het terras worden we al luidruchtig, maar goedgezind toegeroepen. Omdat er toch maar één is keren we alsnog op onze stappen terug en gaan er toch binnen. Ze hebben er veel Belgische bieren en da's wel plezant omdat het vandaag de nationale feestdag is. We bestellen een rode Keizer Karel en voor 7,50 krijgen we een croque monsieur, charcuterie, kaas, sla en brood. Eén van de mannen die ons zo luidruchtig toeriep komt zich verontschuldigen maar 't is vandaag inzetten van 't verlof en ze zitten al van deze middag op café en hebben speenvarken gegeten. Hij vertelt dat in het nabije dorp, Clamecy , een belg een café heeft en dat ze in november nog naar België zijn geweest voor een trappistentoer te doen (maar Westmalle kennen ze niet?! hoewel ze dat hier in't café ook hebben)
We kwamen vandaag op de camping weer een Nederlands bejaard koppel tegen dat we ook in Vezelay zagen. Ze komen uit Drenthe en hebben een karretje dat aan de heupen van de meneer kan gehangen worden, hij zegt dat het goed werkt. Ze kennen onze Nederlandse gids niet en gaan op stap door middel van een kaart. Hun caravan staat in Frankrijk en ze doen elke dag een kort tripje van ongeveer 15 km, je ziet dat het plantrekkers zijn, ze hebben koffie, eten uit pakjes en een waterketeltje bij.
Jaargang 5, dag 1, donderdag 20/7/2017:thuis - Vezelay (vertrekpunt van dit jaar)
Deze ochtend al vroeg wakker om weer (letterlijk) op stap te gaan. Na een jaar waarin weer heel wat is gebeurd , heeft een mens toch weer nood aan wat rust, (zelf)reflectie en tijd voor elkaar. Laura-Lynn en Ben hebben bijna een jaar bij ons gewoond en wonen nu terug op de boerderij, Moemoe is in januari overleden en in februari had Remy voor de eerste keer een epilipsieaanval.
Ik sukkel al sinds een strandwandeling in januari met mijn knie en dus toch maar net voor we vertrokken een MRI laten maken en bij de specialist langs. Het verdict: gescheurde meniscus, cystes op de knieschijf en aangetast kraakbeen. De dokter is niet zeker waar de pijn dus juist vandaan komt en besluit dus om een cortisonespuit in de knie te geven en om na de vakantie verder te kijken.Ik heb een brace gekocht en deze morgen heb ik net voor we vertrokken mijn knie nog laten intapen bij de kinesist. Nu op hoop van zegen.
We rijden nog voor wat laatste spulletjes langs de Decathlon en om 10.15 uur vertrekken we dus echt naar Vezelay.
Onderweg nog enkele buitjes en wat korte files en om 18.30 uur komen we eindelijke in Vezelay aan, amai, wat hebben wij al ver gestapt in al die jaren!
In Vezelay op de camping laden we snel de auto uit, Paul help nog even om de piketten in de beenharde grond te krijgen en springt dan als de wind in de auto om deze in Sermizelles aan het treinstation te zetten zodat we daar op de terugweg met de trein kunnen afstappen. Omdat er maar 2 bussen per dag naar Vezelay rijden, is het van groot belang dat hij de bus terug heeft. Hij had precies 1 minuut om van de auto in de bus te springen, dat was nipt!
Ondertussen installeer ik de tent verder en wacht hem aan de bus op. Dan is het tijd om te relaxen op een terras met een plaatselijk flesje wijn (het eerste van velen) en van de rust en een dinertje te genieten.
jaargang 4: 5 augustus 2016 Sens- Fontainebleau- Lille - thuis
Na het ontbijt bezoeken we de kathedraal van Sens en inderdaad, ze is van binnen nog schitterender dan langs buiten, eigenlijk de mooiste en indrukwekkenste van de hele trip. Het is de oudste van de grote gotische kathedralen van Frankrijk. We zijn onder de indruk.
Vanuit Sens is het kasteel van Fontainebleau niet zo ver en ook dit is weer echt de moeite , ik zou alleen niet graag de glazenwasser van dienst zijn, de karpers zijn ook grote jongens,
Nu is het tijd om de trip huiswaarts aan te vangen met nog een laatste tussenstop in Lille (Rijsel he niet de kempen ook gezellig trouwens)
Lysander is vandaag ook thuis gekomen en net voor Antwerpen stuurt Remy een berichtje of we hem willen ophalen n Westmalle, alles valt in de juiste plooi. Alleen spijtig dat we de pas geplaatste ramen en deuren in de boerderij niet kunnen zien, dat zal voor morgen zijn.
Thuis ontvouwt zich een berg was van onszelf, Lysander en Yorick die ook pas terug is vanuit Spanje. Ik steek er direct eentje in de machine en de gewone gang van zaken neemt een aanvang.
Voila, dit was het relaas van dit jaar, nu kunnen we een nieuwe route beginnen plannen en beginnen dromen over volgend jaar want hoewel we ons soms afvragen waar we aan begonnen zijn, soms bergen tegenkomen die onoverwinnelijk lijken, loodzware rugzakken, zere rug en voeten is het gewoon heel heel fijn en ook wel verslavend.
Na het ontbijt nemen we om half 11 de trein naar Troyes. Zoals voorspeld is het inderdaad aan het regenen en is het nog maar 20 graden.
In Troyes om half 2 aangekomen hebben we net de middagbus van 13 uur naar Mery -sur -Seine gemist en moeten we wachten tot 19.25 uur tot de volgende bus. We kunnen onze rugzakken niet achterlaten in het station omwille van de terreurdreiging en zijn dus gedwongen om hem de hele dag mee te zeulen. Mijn humeur begint net als de temperatuur serieus te dalen. We lopen maar wat rond (want Troyes al 3 keer gezien) in de fnac rondhangen is ook niet plezant met een grote rugzak enz.
Om 20 uur zijn we dan eindelijk in Méry , de oudjes zitten nog steeds voor de deur en met de auto is alles ok.
We trekken vlug iets anders aan en besluiten naar Sens te rijden zo'n 65 km verder. We eten er en vinden er een motel, morgen willen we er de kerk nog even bezoeken die ziet er ons mooi uit.
Ondanks de ongerustheid hebben we toch goed geslapen, om 4 uur kreeg ik het wel weer koud. Om kwart na 6 worden we wakker en we besluiten maar op te kramen, voor alles goed en wel is ingepakt is het toch alweer 7 uur. Vandaag gaan we aankomen in Vezelay, daar hebben we al zo lang naar uitgekeken, eindelijk aan de officiële start als het ware.
In La Jarrie eten we ons ontbijt op. Nu is het nog maar 12 km en het is gek maar op één of andere manier wil ik het moment dat we aankomen precies nog uitstellen en verzin dan (onbewust) allerlei vertragingsmanoeuvres. En weer moeten we flink klimmen maar het is een mooie klim langs weides vol wilde bloemen. Boven aan de klim staan 2 huizen de mensen zijn er gastvrij want overal zie je schelpen en aanmoedigingen en er is zelfs een kraantje met een bordje " drinkbaar water voor de pelgrims" een oud mannetje wenst ons "courage" We denken nog genoeg water te hebben en vinden het lief van het oude mannetje, maar hij wist waar hij het over had! De afdaling is keistijl en gevaarlijk, een deel van het pad en de stenen zijn zelfs weggespoeld. Ik ga dan voor de eerste keer en ook de laatste keer op mijn poep. Halverwege de klim zien we ineens Vezelay liggen ,6 kilometer verder, impossant zo op de berg! We zijn onder de indruk. Onder aan de helling bij het croix rouge eten we een vroeg middagmaal. Dan begint de voorlaatste klim van 2 km naar Vezelay. Onder aan de muren van de kathedraal staat het grote kruis dat de plek aangeeft waar Sint Bernard, priester van Clairvaux predikte voor de 2de kruistocht, hij bracht veel enthousiastelingen op de been. Nu kan je met een asfaltweg langzaam klimmen rond de berg of een stokoud pad met kasseitjes waarlangs honderden jaren pelgrims ons zijn voorgegaan nemen. De klim is 150 meter en lijkt erg stijl maar op één of andere mysterieuze manier (echt waar vraag het aan Paul als je me niet gelooft) is het totaal niet moeilijk en lijkt het of je echt een duwtje in de rug krijgt. Dan eindelijk na 4 jaar of eigenlijk 5 want vorig jaar hebben we overgeslagen, staan we voor de kathedraal van Heilige Magdalena. Het is er zonnig maar zo als we ook van de kerk van Hoogstraten herkennen, waait het er hard. We vragen iemand om een foto te nemen en het is toevallig een Belg, iemand uit Boom. we praten nog wat hem en zijn vrouw en dan gaan we de kerk binnen voor deze belangrijke stempel, de laatste van deze trip en ook een hoofdstuk in onze tocht. We mogen omwille van de terreurdreiging onze rugzak niet aan de ingang laten maar we mogen hem wel mee binnen nemen. We vinden de kerk erg mooi maar ook eenvoudig. We bezoeken nog de crypte met de relekwieën. Voor Paul binnen gaat houdt een nonneke hem nog tegen om te checken of hij wel een dopje op zijn wandelstok heeft (wat hij heeft). Beneden ligt voor het altaar een groot tapijt, daarop zitten een mama met haar 2 kleine kindjes. Ineens komt de papa naar ons en vraagt of zijn zoontje( Leon, een jaar of 5 ) met ons mag kennis maken, hij vraagt al de hele tijd waar die pelgrims nu wel zijn. We laten onze schelp op onze rugzak zien en hij mag onze credentiaal met al onze stempels zelf vasthouden om te bekijken , hij is onder de indruk en wij gestreeld in ons ego. Misschien gaat hij zelf ooit wel eens de tocht maken omdat hij ons ontmoet heeft?! Het gezin is uit Mechelen.
Na ons bezoek aan de kerk gaan we langs bij de vrienden van de pelgrims. Er zit een ouder Engels koppel dat 2 refuges in het zuiden van Frankrijk uitbaat. Ze hebben er ook één uitgebaat in Spanje. Ze vertellen vol enthousiasme en we stellen vele vragen over de verdere weg. We weten nog niet goed welke route we van hier gaan nemen, dat hadden we ook niet gepland. We hebben nog tijd en Paul is nog helemaal in orde en ik zou ook nog wel graag 2 dagen doorstappen maar ik heb toch last van blaren, mijn schoenen zijn eigenlijk op en welke weg nemen we dan en morgen wordt er regen en kouder weer verwacht. Na lang wikken en wegen besluiten we toch om huiswaarts te keren. De man van het genootschap zoekt voor ons uit hoe we terug aan de auto of toch al tot in Troyes geraken. We moeten in Vezelay de bus nemen tot Sermizelles. De bus komt pas over 3 uur , we eten nog iets, schrijven kaartjes en wachten. We komen Leon nog verschillende keren tegen en hij zwaait ons elke keer toe, zo leuk! Mijn voeten doen te veel pijn om nog in de vele straatjes rond te dalken, mijn pijnstiller die ik vanochtend vroeg nam is uitgewerkt. Ik ga in een apotheek nog iets voor mijn lippen kopen want ik krijg uitloop en mijn lippen zijn ook wat verbrand van de hete dag in de wijngaarden.
Er is nog een speciaal moment, ik besluit mijn wandelschoenen ceremonieel in Vezelay in de vuilbak te gooien, de veters bewaar ik en knoop ze rond mijn hals. Hoewel ceremonieel: Paul neemt een foto en de zon schijnt in mijn ogen en de vuilbak stinkt dus trek ik een raar gezicht.
We nemen de bus , hij is wat laat maar we zijn de enigen op de bus en de chauffeur peert door omdat hij weet dat we de trein moeten hebben. We halen hem net, we hebben wel maar 1 ticket kunnen kopen omdat de bus te laat was. In Sermizelles stapt er nog een pelgrim op, we vinden het sneu dat hij blijkbaar net niet tot in Vezelay geraakt is. De trein brengt ons naar een dorpje een half uur verder op, Hier moeten we op de bus naar Auxerre wachten. We geraken aan de praat met de pelgrim, het is Patrick Dujardin hij komt uit België, Ter Hulpen bij Brussel. Hij is professor plantkunde bij de bio- ingenieurs van de unief van Gembloux. Het is een aangename man die zeer goed Nederlands spreekt. Hij heeft 3 kinderen en heeft ooit een vliegtuigticket gekregen naar Compostella van zijn vrouw, vandaar heeft hij naar Finesterre gewandeld en daar is het idee gegroeid om de hele tocht te doen. Hij is ook 4 jaar geleden gestart. Blijkbaar had hij 2 jaar geleden wel goed weer. Hij is in Arcy -sur -Cure gestopt omdat hij anders niet tijdig thuis zou geraken en we snappen elkaar perfect als we zeggen dat de 20 km naar Vezelay eigenlijk niet zoveel uitmaken in de hele tocht. Hij trouwens tijdens een vakantie al eens in Vezelay geweest. Hij geniet van het alleen op pad zijn en vind het niet zo erg, wij vinden het voor ons wel een meerwaarde dat we samen de tocht doen. Zijn kinderen krijgen ook wel kriebels om eens mee te gaan en wij vertellen van Lysander die samen met ons maar in de tegenovergestelde richting op stap is. Wat ik ook wel leuk vond dit jaar is dat Lysander, die normaal niet vaak berichtjes stuurt nu elke dag een berichtje stuurde met hun vooruitgang en hoewel zij meer kilometers deden ,meer moesten klimmen en 20 jaar jonger zijn liepen de tochten verrassend gelijklopend, we hadden zelfs op dezelfde dag een slechte dag en zijn op dezelfde dag klaar. Maar waar het bij ons 's avonds altijd opklaarde waardoor we telkens nog een terraske kunnen doen , begon het bij hun steeds 's avonds te regenen wat natuurlijk niet zo leuk is en hoewel je zou denken dat het bij hen onherbergzamer is, konden zij gemakkelijker aankopen doen.
Omdat we nog nooit in Auxerre geweest zijn en al tweemaal in Troyes, besluiten we te overnachten in Auxerre. Het is misschien nog wel een mooiere stad dan Troyes met ook veel vakwerkhuizen. Ik moet wel erg wennen aan de vieze geuren en het tamelijk agressief verkeer van de stad , na dagen waarop we amper een levende ziel, behalve een ree tegen kwamen. De rivier met zijn plezierbootjes en de boulevard zijn erg tof met veel waterpartijen waar de kinderen in spelen. We eten lekker en 's avonds is er in de kathedraal nog een klank en lichtspel. We kunnen een koptelefoon krijgen met een Engelse vertaling. Het vertelt het verhaal van de kerk maar 700 jaar duurt erg lang en net voor de wereldoorlog houden we het niet meer uit en verlaten de kerk (nee niet voor het zingen). Het lichtspel stelde ook niets voor, er werden enkel stukjes van de kerk opgelicht, niets in vergelijking met het spektakel in Reims.
Het is nog erg warm en het is bijna niet te geloven dat ze voor morgen zo'n slecht weer geven.
Het was toch fijn om nog eens in een bed te slapen, het ontbijt was op z'n Frans: gene vette en het was nog thans niet zo goedkoop. Voor het eerst gebruiken we Reflexspray voor de stramme spieren ( hebben we die toch ook niet voor niets meegesleurd) en ook de teentjes doen zeer, toch maar even stoppen en stevige pijnstiller die heel de dag meegaat ( Diclofenac) innemen. De dag begint weer met een flinke helling. Waarom liggen al die dorpjes toch in een dal? Maar de beloning is mooi want de volgende 5 km lopen we door een sprookjesachtig mooi bos. Het wandelen schiet goed op , nadien nemen we de grote weg want we zien dat de pelgrimsroute weer stevig klimmen is. 's middags (half 12 ) komen we in Arcy- sur -cure aan. We besluiten daar naar de winkel te gaan maar dit is het zuiden en de winkel is al dicht en gaat pas om 16 uur weer open. Er is ook een camping maar we willen nog 4 km wandelen naar het volgende dorpje waar ook een camping is zodat we morgen ongeveer de laatste 15 km moeten doen.
We besluiten dus te wachten tot de winkel weer opengaat want in de volgende dorpen is geen winkel meer. We moeten dus eten voor 's avonds, 's morgens en 's middags meenemen. Paul rolt aan de Cure zijn matje uit en vangt een uiltje, ik lees nog wat.In het water ligt het vol schelpen van een soort zoetwatermosseltjes. We hebben allebei voor het eerst onze fleecetrui aangetrokken want als de zon achter de wolken verdwijnt is het fris als je niet wandelt.Voor we vertrekken doen we die wel weer uit want we gaan weer moeten klimmen.
Na de boodschappen beginnen we er aan en inderdaad een hele klim maar de beloning is echt de moeite, aan andere kant zien we dat de berg waarop we gelopen hebben heel veel grotten heeft waar 10.000 jaar geleden mensen hebben in gewoond, spectaculair!
Minder spectaculair, eigenlijk een dikke ramp is het feit dat de camping die in het boekje staat niet meer bestaat. Hadden we dan toch gewoon in het vorige dorp moeten blijven? Er zitten voor het oude gebouw waar vroeger de camping was 2 mensen aan een tafeltje en ze hebben vandaag al dezelfde vraag gekregen, dus er is nog een pelgrim langs gekomen. Als ik vraag of we onze tent niet mogen opstellen, doen ze wat ontwijkend. In het dorp op een terras voor een huis zitten vier gedistengeerde gepensioneerden een spelletje rummikub te spelen, zij weten ook niet waar we kunnen overnachten. Ze bellen voor ons naar het volgende logeeradres maar daar is het voicemail en zeggen dat er onderweg voortdurend boordjes voor een B&B stonden maar we sloegen er geen aandacht op omdat we toch naar de camping gingen.
We besluiten dan maar eerst op het kerkpleintje te eten voor we doorstappen naar La Jarrie maar het is ondertussen al 19 uur.
Na het eten lopen we niet via de pelgrimsroute maar langs de grote weg want anders moesten we door het bos en daar begint het al te schemeren in de schaduw. Ik doe een schietgebedje dat we langs de kant van de weg een open plek vinden in het bos waar we onze tent kunnen opslagen en ja hoor zo een 2 km na het laatste dorpje, halfweg naar het volgende is er zo'n plek. We gaan kijken, het is een mooie plek, iets verder, meer in het bos staan wel een stuk of 6 bijenkorven. Ik denk echt dat dit een goede plaats is om te overnachten. Paul is er niet gerust in omdat we niet heel ver van de weg afliggen en dus misschien kunnen gezien worden of dat de imkers 's avonds of 's morgens vroeg naar zijn bijen komt kijken. We stellen de tent toch maar op. De bijen zoemen nog zeker tot 22 uur maar hebben geen kwaad in de zin.
jaargang 4: 1 augustus 2016: Chablis - Cravant 22,5 km
Vandaag ook weer wat langer geslapen want we willen een stempel van het gemeentehuis van Chablis en dat gaat pas om 9 uur open. We doen eerst inkopen, vooral wc papier want daar wil je niet zonder van vallen. Ambetant dat je wel minstens 4 rollen moet kopen, de rest hebben we op een bankje achtergelaten misschien is er nog iemand blij mee.We eten een broodje kaas, een chocolade croissant en drinken lekker fruitsap, ik koop voor de zekerheid maar 2 tubes secondelijm.
Na de stempel is het al direct een stevige klim, boven op de helling staat gelukkig een picknickbank, diegene die die bank gezet heeft is een engel. We laten onze t shirt drogen in de notenboom boven ons hoofd. In de wijngaarden is het druk, de machines snoeien de ranken, sproeien en het werkvolk bindt de planten op. Aan deze zijde van Chablis liggen de echt grote wijngaarden. Ik zie er ook een koppel mannetjes distelvinken , zo'n mooie vogels. Bij de kapel van Préhy is het prachtig mooi er staat ook een mooi heel groot modern chateau waar we onze waterflessen spijtig genoeg met water bijvullen, je kan er proeven en kopen, het is precies berekend om heelder bussen Amerikanen en Chinezen te ontvangen, hier moeten we zeker met de auto nog eens terugkomen. Helaas gaat het vandaar nog maar eens verkeerd , het is een erg warme dag en er is geen schaduw en jawel we lopen nog maar eens verkeerd. In plaats van de weg van het boekje te volgen besluiten we nog eens de grote weg te volgen. Ik begin er wat door te zitten door de hitte en de extra kilometers, vandaag ook voor het eerst ingesmeerd.Net voor we in Cravant zijn moeten we een hele gevaarlijk afdaling doen met veel losse stenen maar we geraken heel beneden.
Cravant wat toch een groot plaatsje moet zijn met een brede Yonne, is verlaten. Het hotel in de stad is volzet en we gaan dan maar naar het hotel uit de gids. Het zou een truckershotel zijn en inderdaad de parking van het restaurant staat vol vrachtwagens. Een raar mannetje is er conciërge en gaat aan Madame vragen of er plaats is. Paul zijn verbeelding slaat al op hol en hij vraagt zich af of het toch geen cabardoucheke is, nu ben ik er ook niet meer gerust in. Maar het hotel blijk in orde, we krijgen de Madame wel niet te zien want we staan net klaar om te gaan douchen en het gesprek verloopt via de gesloten deur. We zullen haar pas 's morgens bij het ontbijt zien. Na dat we ons opgefrist hebben gaan we eten in de restaurant ernaast, Het zit er vol truckers, de bazin is een wat groezelig mens en de menu een simpele dagmenu maar het smaakt ons, alleen de rode wijn is nog maar eens gekoeld, ik word er zot van. Het is net het weerbericht op de tv en de truckers grappen dat het speciaal voor de toeristen slecht weer is maar dat is niet waar ,morgen is een mooie dag.
Ik heb veel last van mijn kleine teentjes, ondanks dat ik ze uit voorzorg had ingetaped zijn ze één blaar en één teen is precies wat ontstoken. Ik prik de blaar toch maar door en de druk is zo groot dat het centimeters hoog spuit. Ik kan maar slapen nadat ik een pijnstiller heb genomen. Met de schoenen is het ook een probleem, nu is het de anders schoen die loslaat., gelukkig hebben we secondenlijm.
jaargang 4 : 31 juli 2016 Flogny la Chapelle- Chablis 24km
licht bewolkt 25 graden
Gisteren was er nog een groot vuurwerk maar omdat we al in de tent lagen, zijn we niet gaan kijken. Achteraf hebben we gelezen dat het een jubileumeditie was en dat het de moeite moet geweest zijn, spijtig maar 't is nu zo.
We kramen vroeg op want we kamperen dus eigenlijk een beetje wild wat eigenlijk niet mag in Frankrijk. Rond half 8 zijn we weg. We lopen langs het kanaal van Bourgogne, we zien zeker wel 10 reigers. Wat we spijtig genoeg niet zien is onze afslag en al weer lopen we zo verschillende kilometers om. Het is een constante dit jaar. Paul gaat een kijkje nemen bij een brug en ik hou een visser op een gele fiets tegen die we daarnet voorbij liepen. "jaja hij had al gezien dat we te ver gelopen waren maar via de brug en dan naar rechts komen we er ook. " Al bij al valt het nog mee en moeten we maar 3 km omlopen. In Bernouil zien we een madammeke eind 50 jaar met een mountainbike de berg opzwoegen.. Ik moedig ze aan en ze stopt. Jaja ze had daarnet langs 't kanaal ook al gezien dat we te ver waren gelopen. Ze vraagt waar we deze nacht gaan slapen, ze heeft een B&B in 't dorp en had 2 dagen geleden nog pelgrims maar het is nog maar 10 uur dus we gaan zeker niet stoppen, misschien een volgende keer als we met de auto zijn.
We komen nu het eerste wijngaardje tegen, achteraf blijken deze diegene te zijn die de Chablis grand-cru produceren. 's middag eten we in een piepklein dorpje waar wel elke 3 minuten een TGV door raast met veel lawaai. Juist voor Chablis stoppen we nog een laatste keer en ineens zien we uit een graanveld twee grote oren komen piepen, weeral een ree (misschien wel een kalf dat door zijn moeder in het veld verstopt is) het blijft ook als we langslopen veilig zitten , 50 meter verder weer een andere ree op de weg. Hij blijft staan tot een tractor met veel lawaai voorbij komt. Het is warm vandaag Pas voor Chablis beginnen de echt grote wijngaarden.. De camping is aan de rand van het stadje maar via een parkje sta je er ineens middenin. Het is een toffe camping voor kinderen met de rivier en zelfs een stenen stroomversnelling waar het tof spelen moet zijn. De madame van de camping is een model. Op hare mountainbike gaat ze ons voor naar onze plek.
We maken kennis met onze overbuur, het is een Duitser uit Bonne die de camino per fiets rijdt. Hij lijkt wat eenzaam en heeft precies ook zin om in Vezelay te stoppen. Om 18 uur worden we bij de receptie verwacht om in te schrijven. Het is er aanschuiven ( Belgen, Nederlanders, veel Engelsen). Ze legt een heleboel regels uit van de camping, voor de wc en douches is een deur met een code zodat geen toevallige passanten er gebruik van kunnen maken. Er is een wasmachine en een droogkast en daar maak ik dan ook gebruik van.
We gaan iets eten in Chablis , je denkt hier zullen we wel eens culinair verwend worden en de wijn daar keek ik van thuis al naar uit maar het valt nog maar eens tegen 41 , 2 glazen Chablis in begrepen maar 1 ervan is rode wijn en iedere keer opnieuw (gebeurd wel een keer of 4 tijdens ons verblijf ) serveren ze de rode wijn koud, waardoor hij totaal geen smaak heeft. Er is ook een jong Nederlands koppeltje met een peutertje op het terras die ook op dezelfde camping zitten en we babbelen wat. In het toeristisch kantoor kwamen we nog een Engelse pelgrim tegen maar hij leek erg moe en was niet veel van zeg. Hij had de camino vier jaar geleden al gelopen en ging dit keer voor hotels met een bed om te overnachten. Als we terug op de camping komen ligt de Duitser al in zijn tent maar ocharme de sukkelaar wordt geplaagd door een bende Engelse kids. Rond 23 uur vallen onze oogjes dicht, 's nachts doet het nog een buitje.
jaargang 4 : 30 juli 2016 Ervy le Chatel - Flogny- la -Chapelle 16 km
Omdat de etappe in het boekje bijna 30 km is besluiten we vandaag een stukje van 16 km te doen.
Licht bewolkt 25 graden
Deze morgen hebben we uitgeslapen, we ontbijten met de rest van het brood van gisteren.
We moeten 2 km door het bos en de dazen zijn op het appèl, we gebruiken onze muggestick op elk bloot plekje. Er zijn op zonnige plaatsjes in het bos ook veel vlinders Het is goed opletten waar we lopen want de tractorsporen in het bos zijn keihard.
Op het pad staan ineens 2 grote reeën. Ze kijken ons aan met hun grote bruine kijkers en schieten het bos in. Vandaar kijken we vol verwondering een tijdje naar elkaar voor ze verder het bos in verdwijnen. Ik moest ineens aan de moeder van Harry Potter denken, haar patronus was immers een ree.
Na het bos lopen we kort tussen de boerderijen, op één van de weien hangt tot tweemaal toe een bordje " vache mechant", dat moet nen kwaaie zijn maar hij is niet te zien en ligt waarschijnlijk al op één of ander bord.
Dan weer het bos in maar omdat we de prikkebeesten beu zijn en de afstand toch hetzelfde, beslissen we langs de asfaltweg te gaan. De weg loopt ook door het bos maar de beestjes zijn hier toch wat verder weg.
We komen op ons eindpunt. De voorkant van mijn schoen komt helemaal los. In het dorp zou een centre commerce zijn met verschillende winkels . Dus we denken dat die op zaterdag wel zullen open zijn. Hun idee van winkelcentrum verschilt wel lichtjes van ons idee. Bij hun is dit een bakker, een beenhouwer, een supermarkt, bar tabac, kapper en apotheker. Allemaal gesloten op de middag minstens tot 14 uur en sommigen wel tot kwart na 3. We placeren ons op het terras van de bar tabac die om 14 open gaat maar in werkelijkheid pas om half 3 de rol optrekt. Wat ons de laatste dagen opvalt is hoe veel krablootjes hier verkocht worden, dat is hier echt big business en iedereen lijkt verslaafd. We kopen een tubetje secondenlijm voor mijn schoen, hopelijk halen we zo Vezelay. Ze zijn al bijna 15 jaar oud en hebben al goed dienst gedaan Als de supermarkt opgaat koop ik allerlei lekkers: geraspte selder en worteltjes, hespensalade en een fles cider, brood, chips en eten voor morgenvroeg. We installeren ons bij het kanaal en eten, drinken de fles cidre en kappen ons af voor de rest van de middag. We denken er aan om daar ons tentje op te stellen want er is geen camping of hotel in de buurt. Paul gaat eens op verkenning en evenwijdig met het kanaal is een proper snelstromend riviertje en daar is ook de voetbal waar eigenlijk pelgrims terecht kunnen. We wachten nog met onze tent op te stellen maar wassen ons al wel in de rivier, koud maar zo verkwikkend. De visjes zwemmen rond onze voeten (zonder er aan te knabbelen) Paul gaat nog in het dorp water halen bij de supermarkt en ik installeer me op mijn sletsen op een bankje. Er komt een oud vrouwtje langs en we doen een klapke. Nu is het tijd om naar de pizzeria te trekken, die zijn in Frankrijk zo gewoon als een frituur bij ons. Ik heb nog nooit zo veel pizza gegeten als in Frankrijk. De pizza's zijn echt super super lekker met een flinterdunne bodem. Er waren 2 maten maar omdat de grote zo groot leek hadden we een kleine genomen maar daar hadden we spijt van. De pizzeria heet " O sole mio" en Paul zegt dat ik ze maar 3 sterren moet geven. Blijkbaar komen langs het kanaal in het dorp veel plezierbootjes die daar dan aanleggen voor de nacht.
Ik wou het eigenlijk niet opschrijven maar het is zo grappig dat Paul zegt dat ik het maar moet schrijven allee dan: Ik heb op vakantie altijd moeite om naar de wc te gaan voor nr2 en op een camping is dat nog meer het geval. HUDO is dus moeilijk voor mij en dan kan het wel eens gebeuren dat door te wandelen ineens wel alles aan het werk gaat en het dus ineens dringend kan zijn en ik het volgende dorp niet zou halen. Ne mens wilt zich dan toch wat verdekt opstellen dus snel door de stekels het bos in. Helaas is de adrenaline daarna weg en ik geraakte dus niet meer zonder kleerscheuren en schrammen uit het bos door alle doorns. Paul heeft mij met 2 wandelstokken moeten komen bevrijden.
jaargang 4: 29 juli 2016: Sommeval- Ervy le Chatel 19 km
23 graden zwaar bewolkt
Na een nachtje slapen op de houten banken van de refuge opgestaan om 7 uur en na een koek rond 9 uur vertrokken. We wandelen door de zonnebloemen en de gouden graanvelden en de boer hij werkte voort. De boeren laden de strobalen op. Om 11 uur in Puiseaux willen we graag het cidermuseum bezoeken maar het is dicht, we denken dat we niet veel gemist hebben het leek meer op de verkoop gericht.Ook de kruidenier is weer dicht maar gelukkig heb ik net nog een koek kunnen redden van koekiemonster. Dan maar langs de camping om eens naar de wc te gaan. maar dat was buiten de eigenares gerekend.Ze roept ons van ver toe wat we van plan zijn. ik zeg dat ik naar de wc wil en dat ik daar gerust voor wil betalen. Ze dacht dat we stiekem wilden douchen maar naar de wc gaan is geen probleem. Het is een chique camping, je mag niet in bloot bovenlijf of bikini aan het onthaal komen of met de bal spelen. Ik zag in de wc een affiche dat ze ook kaas verkopen dus ik vraag of ze kaas te koop hebben? " Nee" Ik vraag "hebben jullie iets van eten te koop?" antwoord: " hoe? Was de winkel niet open?" "Nee het leek dicht maar jullie hebben niets te koop?" " In het volgende dorp, ah wacht, ge bedoelt kaas enz? Ja dat hebben wij wel en 5 soorten paté en cider en salami en ..." " hebben jullie ook brood (plaatje op de toonbank) ja uit de diepvries" Ok een potje eendepaté met groene peper, een plaatselijk kaasje van rauwe schapenmelk: chaource en een diepvriesbrood dat niet uit den diepvries komt"
Een uurtje later zetten we ons in de kant om te eten. Het brood is heel lekker en goed vast en de paté smaakt er heerlijk bij, de kaas is wel niet onze goesting, wat straf voor ons.
Dan gaat het het bos in. In het boekje staat dat het er erg nat is en voor we het bos in gaan staat een pijl met een alternatieve route bij nat weer. We denken dat het wel mee gaat vallen en wagen het erop en het is inderdaad goed te doen. Na het bos zijn we zo goed als op onze bestemming. Er is een supermarktje en blijkbaar hadden we onze douchegel in het hotel in Troyes en dus kopen we een nieuwe. Dan placeren we ons op het terras van de Franco- Belge voor 2 Leffes en een Affligem ( in Frankrijk wordt veel Leffe van het vat geschonken). We reserveren ineens om vanavond te eten.Er is aan de graanhalle op het pleintje voor het café deze avond een Jazzoptreden en het zou wel eens druk kunnen worden. Paul gaat op zoek naar een stempel en krijgt er één in een instelling voor gehandicapten omdat de kerk al dicht is. Dan trekken we naar de camping. We weten de weg niet goed en vragen het aan een man in een voortuin en toen hij niet wist wat links en recht is hebben we door dat het een noorderbuur is en dieë blij dat hij het in het Nederlands mag uitleggen. Op de camping is er nog veel plaats maar diegene die er staan zijn allemaal Nederlanders. We stellen de tent op die stikt door het nat opvouwen in Méry en dan de douche die weer zo'n deugd doet na een hele dag zweten. We trekken weer naar het dorp en het is echt een tof plaatsje, de zon komt er door en 't is plezant We eten biefstuk friet en als dessert chocomousse op een krokantje en sause Anglaise en koffie bij de Franco-Belge met zicht op het optreden. Op de tafel plakt een briefje : 2 Allemands" Om de ene of andere reden, die we niet begrijpen, hebben we al verschillende keren gemerkt dat ze denken dat we Duitsers zijn en geen Hollanders. Het concert van het jazzorkestje ( contrabas, klarinet, basgitaar en drums is erg leuk. We hebben vandaag 2 Leffes, een pintje en een fles Sauvignon op dus maar goed dat we morgen maar 15 km gaan doen. maar dit is echt vakantie en plezant als je bij zo iets onverwacht uitkomt.
jaargang 4 : Donderdag 28 juli 2016: Troyes- Sommeval 23,3 km
We staan om half 8 op en genieten van een lekker uitgebreid ontbijt. Paul heeft deze nacht veel last gehad van zijn muggenbeten van gisteren en ook bij mij jeukt het. Omdat ik gisteren veel last had van een rugspier plakt Paul een kinesiologische tape langs mijn ruggengraat ( het heeft heel goed gewerkt want de rest van de hele trip geen last meer gehad, hij lijkt ook warmte te verspreiden)
We verlaten Troyes om 9 uur langs een mooi wandelgebied met een botanische tuin en volkstuintjes. Het is de hele tijd zwaar bewolkt en op het moment dat we de graanvelden in willen lopen zien we over de berg een regenbui aankomen, tijd om onze nieuwe regencape uit te testen, het is maar miezer maar we worden er wel nat van Het is wel niet koud zo'n 23 graden. In het volgende dorpje, Laines aux bois zou volgens de pelgrimsgids een kruidenier zijn en omdat dat misschien de laatste is van vandaag besluiten we toch maar bij een huis aan te bellen om te vragen waar hij is. Helaas de winkel is er niet meer, er is er wel één 3 km verderop maar voor ons is dit dan 6 km en dus meer dan een uur tijd verlies. De vrouw des huizes is erg lief een geeft ons spontaan een pak Princekoeken mee. We bedanken haar uitgebreid, ze vroeg ook of we nog water wilden maar ik zei nee omdat ik dacht dat we nog genoeg hadden, wat dus niet zo was , dus Paul 2 huizen verder gaan vragen om het water bij te vullen.
Na het dorp gaat het de helling op en moeten we de GR 2 volgen, daar loopt mis, we zijn om de berg gelopen ipv er over. Er zit dus niets anders op dan (in een mooi park maar niet veel van gezien wegens te pissed) de berg op te klauteren via een steil pad en er langs de andere kant weer af te klefferen, ook weer redelijk stijl. Zo verliezen we meer dan een uur voor we weer op de goede weg zijn. Iets voor 17 uur komen we Sommeval binnen. We zien meteen de gemeenterefuge staan. Wat gaan we doen: hier blijven of nog meer dan 2 uur lopen tot een plaatsje met camping en café-restaurant. We besluiten aan het kerkje eens in ons boekje te kijken, is de weg gemakkelijk en gemakkelijk te volgen op de kaart dan gaan we door, anders haasten we ons naar de Marie voor de sleutel van de refuge. Maar wat blijkt: ons boekje zit niet meer in ons zakje, wat nu? We vinden het een teken en ik ga snel naar het gemeentehuis. Onderweg kom ik een gemeentearbeider tegen, het gemeentehuis is al dicht maar de refuge is gewoon open. We zullen dus terug naar daar gaan en Paul zal terug lopen om te kijken of hij het boekje kan vinden, het kan niet verder dan 3 km liggen. De gemeentearbeider wil ons een lift terug naar boven geven maar ik zeg dat we wel te voet gaan en kijk een paar honderd meter verder ligt ons boekje in de kant, net voor de refuge. Ik ben maar een beetje bijgelovig maar er gaan hier nog meer rare dingen gebeuren. Als ik mij binnen omkleed met de deur open want het is er donker en ruikt er niet zo fris, gaat de deur vanzelf dicht, ik heb een halskettingkje met Maria om en ook een armbandje met het handje van Fatima en het armbandje gaat net daar stuk. De refuge zelf is primitief maar proper met 3 houten banken een keimassieve grote stenen tafel en 2 Franse wc's waar je ver genoeg moet afstaan om door te spoelen of het is douche inclus. Er is warm water, een emmer en waspoeder in de refuge en ik doe nog maar eens het wasje van die dag, de zon schijnt dus het zal wel drogen. We gaan buiten aan een stenen tafel zitten, we lezen het logboek van de refuge (veelal Belgen en Nederlanders) en wat blijkt : heel veel van de bezoekers zijn verkeerd gelopen. We eten een beetje want we moeten overhouden voor het ontbijt, de koeken zijn welkom.
We hebben redelijk geslapen in de tent, ik ben wel om 5 uur wakker geworden van de kou. Met muggen in de tent is het goed meegevallen.
We ruimen alles op, tapen onze voeten voor de eerste keer in (om blaren te voorkomen op gevoelige plekken) en eten een chocoladebroodje. We zetten de auto op zijn plek en om half 9 vertrekken we. Vandaag staan 30 kilometer op het programma, de langste etappe van de tocht maar goed te doen omdat we bijna de hele tijd langs het kanaal moeten lopen. Hoewel we steeds langs hetzelfde kanaal lopen, gaat het toch niet vervelen. Er zit veel forel, kleintjes van een paar cm tot grote van wel 30 cm. We moeten wel regelmatig de muggenstick gebruiken en nog worden we gebeten.
Stipt om 17 uur komen we in de kathedraal van Troyes aan en hebben we voor het eerst in 2 jaar een verse stempel in onze pelgrimscredential staan. We zijn toch wel op als we aankomen en planten ons dan ook op een terrasje met een frisse Belgische Grimbergen van een halve liter, dat smaakt. Voor deze nacht hebben we een hotel ( Le Splendid ) geboekt, wie weet wanneer we nog eens de kans hebben om in een echt bed te slapen. We nemen een lekkere douche, we trekken onze steunkousen (zonder voet ) onder onze lange broek aan, dat doet echt goed voor de beentjes en gaan dan even langs een wasserij, kwestie van al niet direct met vuile was te zitten. Terwijl de machine draait eten we wat tapas op een terras. Daarna nog iets eten maar het blijkt een echte toeristenval te zijn en trekt op niks, we betalen de pizza niet omdat hij aangebrand was.
De grote dag is aangebroken, nadat we 2 jaar geleden vroeger zijn moeten terugkomen omwille van de regen en we vorig jaar een jaartje oversloegen omdat we 25 jaar getrouwd waren, staan de rugzakken weer klaar.
Deze morgen zijn we op tijd opgestaan zodat we rond half 8 konden vertrekken. We brengen eerst Lysander naar de luchthaven van Zaventem vanwaar hij naar Noorwegen vertrekt om daar met maten het 2de deel van zijn pelgrimsroute te lopen van Lillehammer naar Hjerkinn (de Gudbrandsdalleden gaat van Oslo naar Trondheim )
Na dat we Lysander hebben afgezet op de parking( vanwege de terreurmaatregelen) vertrekken we, de GPS doet al direct moeilijk we zijn nog niet vertrokken en al verkeerd. Het verloren lopen zal deze reis een constante worden.
Om 12 uur stoppen we in Rocroi ,het vestigingsstadje waar we ooit te voet ook zijn geweest en toen hebben overnacht. We willen graag een lokaal kaastaartje eten maar de kaas is op. Dan maar een quiche en een broodje van de boulanger.
Rond half 4 komen we dan eindelijk aan in Méry- sur-Seine. We zetten een eerste keer onze tent op op de camping (7,90auto inbegrepen)aan de oevers van het kanaal dat evenwijdig loopt met de Seine. Aan de overkant zien we een veilige parkeerplaats waar onze auto gedurende de rest van onze trip op vakantie mag. 2 oudjes zitten voor hun huis en zij zeggen dat het veilig is, we zijn er gerust op.
Wat direct opvalt is dat ze hier ook in de ban van Pokemon Go zijn, het wemelt hier van de jongeren met hun gsm en ook wel van de muggen. We kopen een fles bruin bier, een bokaal olijven en rauw hesp en aperitieven aan het water.'s Avonds eten we nog een pitta en de muggen eten ons (hopelijk helpt de looksaus wat) De vele waterlelies op het kanaal zijn cent porcent Monet, schilderachtig mooi.
We zijn op tijd opgestaan zodat we voor we de bus naar Reims nemen nog even langs de tentoonstelling kunnen gaan over Napoleon en de slag aan de Aube in 1814 .
De tentoonstelling is gratis,klein maar tof en we maken in het gastenboek nog wat reclame voor de slag van Hoogstraten en de musical.
De busrit duurt 2 uur, ik wifi wat, slaap wat en Paul lost een paar sudoku's op.
We stappen aan het station van Reims af en stappen langs het kanaal de 6 kilometer naar de auto, zo klopt dat ook weer.
We stoppen bij de Mc Donalds 2km voor de auto om iets van de verloren calorieën van de voorbije dagen aan te vullen.
De auto staat nog steeds op z'n plekje en alles is in orde. Ik trek direct een kleedje aan, ok terug geciviliseerd.
We rijden met de auto naar Hautvillers waar we de eerste dag champagne hebben geproefd. We proeven terug wat en slaan enkele flessen in.
Daarna rijden we naar Epernay waar we een hotel nemen. We wandelen langs de bekende Avenue de Champagne met alle beroemde champagnehuizen. Vooral Moët- Chandon maakt indruk. 's avonds is er nog een licht en klankspektakel ter reclame van de erkenning van de Epernay door Unesco. Het is bijlange na niet zo mooi als het spektakel in Reims.
We slapen wat langer uit en na het ontbijt brengen we een bezoek aan de kelders van het champagnehuis Mercier.
Het is echt een toffe rondleiding met een lift 30 meter naar beneden en dan met een treintje door de kilometers lange gangen vol champagne met een Nederlandse audio-uitleg. Veel bijgeleerd en vooral het grote vat met inhoud van 200.000 flessen en zijn geschiedenis zijn indrukwekkend.
We denken er over na om misschien alsnog de 30 kilometer tot Troyes te stappen, eerst onze kleren te wassen in een wassalon maar er is geen hotel meer te krijgen in Troyes en geen bus naar Méry sur Seine en dus worden de plannen definitief opgeborgen, ook al omdat het vanmorgen al weer regent.
Daarna gaat het richting huis. Telkens als we in de auto stappen, gaan we achteruit van de stank van de natte kleren, bweik.
We stoppen nog in Antwerpen , waar het erg druk is omwille van de Rubensmarkt voor veel, lekkere mosselen friet in de Maritieme
Om 19 uur komen we aan op de boerderij waar iedereen er nog is voor het feest van moederdag . Plezant dat we er toch bij konden zijn , zo onverwacht. Moemoe is blij ons te zien en we kunnen onze avonturen vertellen
We staan om kwart na 6 op omdat we denken dat er misschien werkmannen komen straks. Om 7 uur vertrekken we. In het volgende dorp maken we even gebruik van een Franse wc aan een voetbalveld met watertoren en vullen ons water bij want bij het vorige voetbalveld rook het water erg naar chloor. We eten het chocoladebroodje dat we gisteren kochten. We moeten langs het kanaal lopen en al snel begint het te gieten.
In Méry sur Seine geven we er de brui aan , we zijn nat tot op ons vel en hebben het heel koud. Al onze kleren in onze rugzak zijn kletsnat, zelfs die van Paul die een overtrek over zijn rugzak had.
We zijn nog maar 30 km van Troyes maar het is niet te doen om verder te doen, het zit er op voor dit jaar. We moeten nu in Troyes zien te geraken. Het duurt nog meer dan 3 uur voor de bus komt. We gaan een koffie drinken in de bar maar 2 uur duurt echt nog te lang en we hebben het veel te koud. We besluiten een taxi te laten opbellen, we moeten er 20 minuten op wachten De meneer van het café zegt dat Troyes verschrikkelijk duur zal zijn en dat we beter de taxi naar het station van Romilly sur Seine kunnen nemen. Ik versta dat dat maar 5km is en dat dat dan inderdaad beter is. Het blijkt dat het 15 km is en dus toch nog duur, 18. Daar moeten we nog 1,5 uur wachten op de trein. Ik vraag aan het loket naar het toilet om iets min of meer droog aan te trekken maar de sleutel van het toilet is op het gemeentehuis en het gemeentehuis is dicht, echt Kafka.
Ik hou het niet meer en barst in tranen uit en bibber mij kapot. De mevrouw van het loket heeft medelijden en ik mag mij in een lokaaltje omkleden. Ik vind nog een min of meer droge onderbroek en short.
In de trein is het lekker warm, om 14 uur komen we aan in Troyes. Het giet er nog steeds. Met de trein naar Reims gaan waar de auto staat duurt 4 uur want hij gaat via Parijs, hij kost ook nog bijna 90 voor ons beiden. Er is wel een bus en dat duurt maar 2 uur en kost 15 per persoon.
Maar omdat we helemaal onderkoeld zijn zien we het niet zitten om zo 2 uur op een bus te zitten. We besluiten dan maar om een hotel te nemen en op te warmen en te bekomen. We vinden een hotel vlak bij het station. We nemen een superlange warme douche en kruipen onder de dekens.
Rond 16 uur zijn we wat bekomen en drogen enkele kleren met de haardroger.
Dan trekken we de stad in, zal ik foto's nemen of mag dat pas als we volgende keer te voet aankomen?
Troyes is erg mooi en pittoresk met veel scheve vakwerkhuisjes. Echt een bezoek waard!
We eten een lekkere croques op een plein, het café heeft zijn eigen huismus die binnen rondvliegt, grappig!
Wanneer we verder wandelen, ziet Paul ineens een oude bekende. Het is Maarten, de pelgim uit Mol. Wat ziet die er nog fris en droog uit! We babbelen wat , hij heeft al vele leuke ontmoetingen gehad. We halen herinneringen op aan plekken waar we alle twee gelogeerd hebben. Het begint te druppelen en we laten hem verder gaan en wensen hem " Buenne Camino" Stiekem voelen we ons toch watjes en hebben we spijt dat we moeten stoppen, een week vroeger dan gepland. Maar het ging gewoon niet, al onze kleren, schoenen, rugzak is doornat.
We staan op en het zonnetje schijnt al schitterend. Toch heb ik het gevoel dat het vandaag een moeilijke dag gaat worden. De bakker komt langs op de camping en we kopen een lekkere appelflap, chocoladebroodjes en een brood. We eten de flap en gaan om kwart na 9 op stap. Na een uurtje komen we het bos uit en omdat we nu door de vlaktes moeten, smeren we ons voor het eerst dit jaar in.
's middag stoppen we in Barbonne- Fayel en kopen er quiches en een pizza. We eten ze op aan de kerk , die een belangrijke kerk is gebouwd door de tempeliers, de hosptaalridders hebben de zijkapellen bij gevoegd. Paul gaat binnenkijken en zegt dat het een echte ramp is, erg vervallen en op het altaar ligt zelfs plastic tegen de regen, erg spijtig zo iets.
Bij het vertrekken lopen we verkeerd , we hebben het snel door maar doen zo toch een aantal kilometers extra.
Vanaf nu lopen we de hele tijd langs een ongebruikte spoorweg, het is saai en erg lang. Er is niet veel te zien, enkel veel voederplaatsen voor kwartels. Ik heb het moeilijk, het gaat echt niet vooruit. Rond 15 uur begint het te regenen en nu gaat het stappen iets beter. Maar tegen dat we in Anglure zijn ben ik kapot, kletsnat en heb kou..
We lopen toch maar even langs het hotel maar het is inderdaad volzet. We vragen of we eventueel bij het voetbalveld mogen kamperen maar ze weten niet waar we daarvoor moeten zijn. We riskeren het er dan maar op en zetten ons achter de kleedkamers uit het zicht. We staan naast de rivier en het water staat hoog.
We gaan 's avonds in het hotelletje eten en het is simpel maar het smaakt, hesp met macedoine, ossetong en plattekaas met confituur.
Rond 22 uur duiken we onze tent in. Zo naast een rivier slapen is niks voor mij, ik moet er 's nachts wel 4 keer uit om te plassen en ook een uil beslist om boven onze tent in een boom te gaan zitten en de hele tijd te oehoeën. Paul heeft er geen last van die slaapt goed.
jaargang 3 :Maandag 11 augustus Soizy sur bois - Sezanne
Rond half 7 staan we op, ik heb het vannacht koud gehad.
Ik trek een lange broek aan. Dat is een slecht idee, binnen de kortste keer is mijn broek nat tot aan mijn knieën en ze schuurt. Na een uurtje trek ik ze dan ook uit.
We gaan nog door een dorpje, door bos, vlakte en bos en wanneer we het bos uitkomen, komen we weer in de wijngaarden. Dat was geleden van Epernay.
We laten de binnenstad van Sezanne links liggen en gaan eerst naar de camping die op de route ligt. De camping heeft een zwembad maar er is veel te veel wind en dus te koud om te zwemmen. Er is wel een wasmachine en je krijgt er een wastablet bij en dus de moment om eens onze kleren te wassen. Er is geen droogkast en dus moeten we de was op de wasdraad hangen. Het waait weer met orkaankracht en we hebben geen wasstekken dus wie weet waar we straks onze was moeten gaan zoeken. De sokken hang ik op in de omheining achter de tent daar is het wat minder wind en hangen ze wat vaster.
De camping is erg proper en er is zelfs toiletpapier. Hoe een mens toch blij kan worden van kleine dingen.
In de namiddag trekken we naar het centrum. Sezanne is helemaal niet zo groot als ik dacht. We willen een stempel halen in het toeristisch kantoor maar de mevrouw is even een rondleiding geven dus planten we ons neer op een terras met zicht op het toeristisch kantoor.
Als we dan onze stempel hebben, vragen we of ze voor ons wilt reserveren in het hotel van Anglure, maar het is volzet. Dat wordt dus misschien weer wildkamperen want voor de rest is er niks.
We hebben honger maar zoals steeds kan je voor 19 uur nergens aan eten geraken. We "dalken", zoals de Remy zou zeggen,dus nog maar wat rond, drinken nog iets op het terras. Als we dan om 19 uur in het restaurant- hotel van onze keuze binnenstappen worden we professioneel genegeerd. Als ons geld niet goed genoeg is dan gaan we maar op een ander. In La Croix d'or, worden we dan wel anders ontvangen. Het is nog 10 minuten gesloten maar mogen toch al gaan zitten. We bestellen een menu terroir. Als voorgerecht neemt Paul gerookte ham en ik een slaatje met een plaatselijke gesmolten straffe kaas. Het hoofdgerecht is "het" gerecht van de streek: " Andouillette de Troyes" het zijn reepjes vlees in varkensdarmen, uren gekookt in bouillon van wijn en kruiden, in een jasje van bladerdeeg. Het zou al vernoemd zijn in de 12de eeuw in het epos van de vos Reinaard. Als dit "het " gerecht is amaai, 't is droog , taai en trekt op niks. Deze streek is buiten champagne , culinair echt niks. Geef mij dan maar Normandië any time.
Voor dessert heeft Paul een ijsje en ik sorbet van Champagne, ook al niet lekker. De wijn slaagt ook al tegen maar we hebben gegeten en de bediening was vriendelijke en efficiënt. Het zit er dan ook vol, vooral toeristen, zeker ook die bij die andere niet binnen mochten.
jaargang 3 :zondag 10 augustus Monmort - Soizy sur bois
Gisteren moest er nog een meisje met de fiets komen, ze moest om 20 uur nog 20 kilometer fietsen en dus ontmoeten we haar pas aan het ontbijt. Het is een jong meisje van half in de 20 , lief en een beetje verlegen. Ze komt uit Butgenbach. Vorig jaar is ze de tocht te voet begonnen en dit jaar doet ze verder met de fiets. Omdat ze hetzelfde boekje heeft als wij en dus ook door het bos moest, wat natuurlijk niet ging met de fiets, moest ze zo ver omrijden.
We krijgen een Frans ontbijt met lekkere confituur, baguette en een grote kom koffie.
Om 9.30 brengt de eigenaar ons terug naar het dorp. Omdat het zondag is en het beter uitkomt, willen we vandaag maar een 10 kilometer lopen en in Bayes stoppen. Als we er bijna zijn, fietst het meisje ons voorbij, ze zegt dat we al goed opgeschoten zijn, erg lief en eigenlijk ook wel waar :)
In Bayes zit het meisje aan de kant, ze heeft een probleem met haar remmen. Paul kijkt er naar en kan het verhelpen. Het blijkt toch niet mogelijk te zijn om in Bayes te overnachten, het hotel is gesloten en ook de Reclus is volzet en dus besluiten we ons in het kleien kruideniertje, dat gelukkig nog net even open is, te bevoorraden ( keuze uit 4 appels of geen,..wat zijn wij toch verwent in België met in elk dorp een supermarkt met keuze uit 5 soorten appels)
Ik heb wat buikpijn en er zit niets anders op dan achter de struiken te duiken.
We zijn deze morgen in de regen vertrokken maar al snel droogt het op. We zijn nu de wijngaarden uit en moeten door de vlaktes. Er is daar enorm veel, gelukkig warme, wind. Zou dit nog een overblijfsel zijn van de tropische storm? We moeten echt tegen de wind in beuken.
We zijn niet in Sezanne geraakt, dat hadden we ook niet verwacht. We zijn in Soizy sur bois en het is nog 14 km tot Sezanne.
We rusten, samen met 2000 soldaten , even uit op een oorlogskerkhof. Paul schrijft iets in het register.
In de verte wordt de lucht onheilspellend donker. We lopen nog even door maar besluiten dan toch maar om wild te kamperen en de tent op te stellen tussen 2 maisvelden. Ik zie nog juist een vos met een prachtige pluimstaart het veld in duiken.
De tent staat nog maar net of de bui barst los en de tent waait bijna omver. Gelukkig is de bui van korte duur, maar we zitten weeral heel vroeg in de tent. Ik stuur een paar smsjes maar omdat er niemand antwoord, bel ik even. Alles is rustig thuis, ze hebben er net ook een zware bui gekregen.
Ik lees een boek op de tablet en schrijf het verslag op van de dag.
Het is valavond als er ineens uit het bos een brul opstijgt. Denkend aan de wroetplekken van de everzwijnen en de vele sporen van herten , ben ik er toch niet gerust in. Ik tuur nog een hele tijd naar de bosrand maar zie niets. Ik stuur een smsje naar Lysander om te vragen of everzwijnen 's nachts actief zijn en hij stuurt dat everzwijnen agressief kunnen zijn als ze zich bedreigt voelen. Dat weet mijnen kleine teen ook , maar wat met de lekkere hapjes (en dan bedoel ik niet ons ) in de tent? Ik besluit dan maar de drinkbussen klaar te leggen om eventueel lawaai te maken als er ene te dicht moest komen.. Dus toch niet zo'n held als ik dacht. Ik bedenk of ik Paul zou vragen om eens rond de tent te plassen om ons territorium af te bakenen maar da's er misschien net over.
Ik zeg dat ik precies een fiets hoor en Paul zegt dat dat die vos is. Onmiddellijk zie ik voor mij het beeld van een vos op een éénwieler, slalommend door de maïs, hahaha.
's nachts hoor in enkele uilen maar voor de rest niets, gelukkig.
jaargang 3 : zaterdag 9 augustus 2014 Mardeuil - Monmort
Het heeft de hele nacht geregend en heel hard gewaaid. Ik heb niet heel veel geslapen want het was bedompt in de tent door de natte bezwete kleren. We zijn rond 7 uur opgestaan om te douchen, daarna een koffie uit een automaat met een boterham met chocolade. De tent opgeruimd en rond 9 uur op weg richting Epernay, de hoofdstad van de champagne. Hier blijven we niet te lang, we kunnen later nog eens terug komen. Ik koop er een nieuw notitieboekje want ik had van thuis een volgeschreven meegenomen, typisch!
We duiken terug de wijngaarden in en gaan langs het mooie alleenstaande kerkje van Chavot. Om 12.15 is het tijd voor middagpauze aan de watertoren van Montehelon. Er is een picnickplaats, je kan water bijvullen en er is een toilet.
Omdat er maar één goede tafel is, komen twee nederlandse dames bij ons zitten. We hebben een leuke babbel. De dames zijn op reis met een camionnette en goed uitgerust. Ze maken een slaatje voor het middageten en hebben alles er voor bij: sla, tomaat, advocado, look, notenolie, andere olie, pepermolen, geitenkaas,...
Om de hoek zien we een raar wezen opduiken, het is een homo pelgrimus, met het bekende gele boekje. Hij houdt er stevig de pas in maar gaat de verkeerde kant uit. Algauw ziet hij zijn fout in en neemt nu wel de juiste richting. Die zien we vast niet meer terug, zo snel als die gaat.
We vullen onze drinkbus en gaan terug op pad.
Dan moeten we door het bos. Het is er erg modderig en het is echt ploeteren. Overal zijn sporen van reetjes en wroetplekken van everzwijnen. We lopen langs een vijver en denken dat we nog maar een kilometer moeten, helaas is het de verkeerde vijver en moeten we nog 5 km. Het was een mooie tocht vandaag maar het vele stijgen en dalen is met ons gewicht toch niet vanzelfsprekend. Wat wel opvalt is dat de mensen erg behulpzaam zijn, als ze denken dat we de weg kwijt zijn komen ze spontaan hulp aanbieden, ook opvallend is dat ze hier onwaarschijnlijk lange middagpauzes hebben, eigenlijk werken ze 's namiddags niet meer maar zitten lekker te kletsen op in een bar of in een garage.
Op 3 km voor Monmort stoppen we even voor de laatste helling van de dag en wie komt daar even later aan? Juist de pelgrim die we deze middag zagen en dachten niet meer te zien. Het blijkt een Belg uit Mol te zijn die de hele tocht ineens maakt. Hij is in het bos verkeerd gelopen en heeft daar anderhalf uur verloren.. Met twee is het toch net iets gemakkelijker om de weg in het oog te houden.
Wij hebben gisteren gereserveerd in een gite 4 etangs in Monmort maar hij gaat nog 10 km verder naar Bayes, chapeau! Het is 18 uur en voor ons is het genoeg geweest voor vandaag. Aan het gemeentehuis worden we opgehaald door de dochter des huizes. De gite zou niet zoveel bedjes krijgen in "Met 4 in bed "maar er is wel een mooie vijver. De eigenaars zijn wel vriendelijk. Voor het avondeten eten we samen met hen: couscous en seldersalade als voorgerecht, eend gebakken met aardappelblokjes, kaas en een ijsje met perzik en verse frambozen. De eigenaars hebben net met hun paarden in het bos gaan wandelen en klagen ook over de vele modder in het bos.
Vandaag bleef het de hele dag droog en zo'n 23 graden.
Ik ga op bed liggen en ben instant zo stijf als wat. Ik trek mijn compressiekousen aan en dat helpt wat, toch voor mijn kuiten.