Zondag 17 oktober 2021. Molenberg, St. Denijs-Boekel. In niet alfabetische volgorde: Axel, Dirk, Danny, Jeffrey, Johan, Luc, Patje, Rudy, Ivan, Mario.
Rudy Rogiers komt aan om 8 uur 37 minuten en 15 seconden. Bijna juist op tijd! Rudy Clerck is er niet, een vroegtijdig maar te voorspellen slachtoffer van de Fortunefeesten. Ook Koen en Stefan – die er verleden week bijna zijn leven bij – Imschoot ontbreken. Nochtans had Stefan gezegd dat hij deze week weerwraak ging pakken voor het debacle van verleden week. We passeren na 100 meter aan zijn deur, luid toeterend en bellend, maar nee, geen beweging. Stefan is weerwraak aan het nemen op zijn matras, denk ik.
Als ik vraag aan Jeffrey waar hij de voorbije weken zat, murmelt hij iets van beteke ziekskes geweest. Het was gewoon wat niegoesnitis, zegt hij. Blijkbaar is dat een nieuwe virale infectie, die vooral de Kalkense jeugd treft.
Het begint al goed in Wetteren als Axel ons een mij nog ongekend singeltrakske langs de Schelde, richting Kwatrecht, doorstuurt. De Hammekensrede. Mooi! Mijn dag kan al niet meer stuk. Verder via Melle kerkhof en Lemberge.
In Moortsele, na een passage over weeral het kerkhof, zijn we Danny en Axel kwijt. Ik pak mijn gsm en bel naar Danny. Ik zie een D op mijn schermpje, bel, en vraag, nogal luidruchtig: Awel, Danny, waar zitte gijlie, denonde?’ Ik krijg als antwoord: U bent verbonden met het kabinet van Dr. Van Hoecke, excuseer? Oh, sorry, dokter, zeg ik, Ik had gewoon een acute aanval van niegoesnitis, het is alweer over. En het is eigenlijk Jeffrey zijn schuld. Verdorie, intvervolg toch 2 keer kijken vooraleer ik een nummer bel. Als een mens niet goed meer ziet, hé.
In Baaigem gaan we, in plaats van gelijk anders naar links, deze keer rechtdoor, ten opzichte van waar we komen. Maar vanwaar we komen kan ik hier eigenlijk niet goed uitleggen, zodat deze informatie geheel oninteressant en volledig overbodig is, waarvoor dan ook mijn excuses. In alle geval, weeral een schoon wegelke dat we nog nooit deden.
Ergens in Dikkelvenne vraagt Rudy: Molenberg of geen Molenberg?, waarop zijn broer Ivan, vol overmoed en zonder twijfelen antwoordt: Molenberg natuurlijk. Lap, vandeneerstenkeer 15 kilometer erbij en de Molenberg erbovenop natuurlijk. Wat zeggen wij dan allemaal? Dankewel, Ivan!Goed gedaan, jongen, met uw grote .... Via Meilegem en St. Denijs-Boekel dan maar naar de Molenberg. Ach, het is maar een bult vol vuile kasseien.
Na de Molenberg is het even wachten tot iedereen boven is en patat, daar vliegt er een patat bijkanst tegen mijn kop. Geeft er nog eens een patat op, Mario, roept Ivan. Dat doe ik dan ook. Bijna de hele dag rijden Rudy en Patje op kop, maar ik neem over van Patje, van wie ik het daar nu toch danig op mijn heupen krijg. Kijk, zegt Rudy, de ouwe vandagen op kop. Ja, de ouwen vandaag op kop, effekes toch.
Even verder stoppen we nog eens om te poseren voor één van de beroemde selfies van Johan, met de Vinkemolen (St. Blasius Boekel) op de achtergrond. Zie Foto’s. Het riekt daar niet zo fris, moet ik zeggen. Dat is dan eerder een smelfie dan een selfie, merkt Ivan op. En nog een geluk dat die foto’s niet meer ontwikkeld moeten worden, want met Danny er op zou dat onbegonnen werk zijn.
In Roborst stuiven we naar beneden over de kasseien van de bochtige weg rond de kerk. Ik 10 meter achter Rudy. Het scheelt echt niet veel of we vlammen boven op een auto die naar omhoog komt gereden. Weeraleens effekes éél veel sjans gehad, zunne, of er stond hier geen verslagje, wegens verslaggever in de lappenmand.
Rakelings langs Velzeke en langs Balegem-Zuid verder. Ook in St. Lievens Houtem heeft Rudy nog wat extra nieuwe pestwegeltjes in petto. In de Middeleeuwen waren pestwegeltjes wegeltjes om de pest te ontwijken, vandaag zijn ze gewoon wegeltjes om modderfokkers te pesten. Na Baaigem en Balegem eerder op de dag, passeren we ook nog eens door Bavegem. Kwestie van een mooi triootje tesaam te rijden.
Ons gemiddelde van maar 25.5, over 75 km met 452 hoogtemeters, steekt af tegen de snelheid van rond en boven de 30 waarmee we voortvlammen, maar dat komt doordat we af en toe eens moeten wachten op de een of ander. En dan te bedenken, zegt Johan, dat we dan nog goed kunnen doorrijden, nu Stefan niet meerijdt. Een mens verstaat er hem soms niet aan.
Ik ben voor de tweede week op rij in form. Kwestie van u goed te verzorgen gans uw leven, zeg ik altijd. Kijk maar naar Stefan, zó een talent, en hoe rap het ermee gedaan kan zijn, als ge, awel ja, als ge ... Ik moet er geen tekeninkske bij maken, hé.
Danny Fack heeft ons al veel doen lachen in ons leven, dankzij zijn fratsen, maar vandaag lig ik echt dubbel. Stel je voor: een rijkswachter op pensioen, één en al spier, stoer uitzicht à la Sergeant Garcia, weegt evenveel als zijn dochter en haar vriend tesaam, en dan: Danny doet zijn mond open en daar komt vandaag zo een piepstemmeke uit. Misschien een aanval van niegoesnitis? Ge kunt u gewoon niet houden van het lachen.*
Het zit al vol B-kes in de Beize als wij toekomen. Amai, die rijden nog rapper als wij, zeg: ze vertrekken 23 minuten later en ze zijn rapper terug dan wij. Straf! Ook Danny’s dochter Amber en haar vriend reden deze keer mee. En aangezien zowel Danny’s zus Nadine (ja, dat is hier een hele familiekwestie zeg) als haar echtgenoot Rudy verjaren (4 dagen verschil) krijgen we 2 traktaties, zodat ik mijn inleg terugneem. A ja, hé, toch! Hoe zout ge zelf zijn, als ge moet rondkomen met een klein pensioentje? Ge zijt westvlaming of niet, hé, zegt Jeffrey. En al die keren dat ik teveel ingelegd hebt, daar klappen ze dan niet van, hé. Wat is het toch moeilijk om als migrant geïntegreerd te raken in deze gemeenschap.
Waarna Axel vraagt aan Jeffrey: Zijn er bij jouw ballekes in de soep? Ook niet? Neen, zegt Jeffrey, bij mij ook geen ballekes. Ha ja, merk ik op, de cafébaas is Westvlaming of niet, hé. En dan nog van Menen, erger kunt ge het echt niet treffen. Maar dat meen ik niet, zunne. Mario
* Als je wil weten hoe Danny klonk, klik dan hier eens op: Gloria
Zondag 10 oktober 2021. Nederhasselt, St. Antelinks. Met 10 aan de kerk. Ivan, Rudy DC, Koen O, Stefan, den dezen, Johan, Luc, Pieter, Axel, and not least but certainly last, gelijk always, kapitein Rudy. Daar waar hij anders altijd stipt zeven minuten te laat om 8:37 verschijnt, wordt het nu 8:38. Een geluk dat we Axel nog een minuut extra konden tegenhouden. Een platte tube was de oorzaak van dit ongelukkige oponthoud. Een platte tube repareren kost Rudy maar 1 minuut blijkbaar. Maar het was weer het wachten waard, want Rudy heeft een mooie variant op de rit naar St. Antelinks in petto. Niet zo zwaar als anders, ietske korter, maar voor mij met weer tal van nieuwe superschoon singel-trakskes, zoals dat heet: wegelkes waar maar 1 mens of 1 fiets terzelfdertijd doorkan. Het is regelmatig opletten geblazen voor de diepe en grillige sporen, verborgen onder het gras, zeker aan de snelheid waarmee we erdoor vliegen, maar ik zie alleen Axel eens lichtjes slagzij maken, zonder erg. Een rit met toch 300 hoogtemeterkes en een aantal lange, lange, hele lange vals platten, waarvan sommige zó vals zijn dat men zelfs van een klim mag gewagen. Ik ben daarenboven eens in supervorm, een gevolg van de zware beproevingen in Mallorca, 2 weken geleden, samen met Johan, Luc, Danny en Rudy V. Afgezien gelijk de beesten heb ik daar, en ik ben toch al wat gewend na 22 jaar modderfokkers, zomer-winter. Ook Axel is in goeien doen, zodat de twee kneusjes van anders deze keer niet afsteken bij de rest.
Ter hoogte van ik weet niet waar, want het was mistig en ik had daar nog nooit gereden, loopt er een koe los op de weg. Axel, ikzelf en Koe, euh Koen, drie muttens gelijk, proberen de koen, euh koe, terug de wei op te krijgen, want zo een beest op de baan is gevaarlijk, zeker met zo mistig weer. De koe echter ziet mij komen en denkt: Oei, Ivan Rogiers komt eraan, het is al erg genoeg geweest voor vandaag, ikke ben hier rap weg. Nu zal de achteloze lezer opmerken: Amai, een koe die kan denken, wat een slimme koe is me dat, zeg. Maar als je nu leest dat ze het tronie van Ivan verwart met mijn inteliggent voorkomen, dan heb ik toch al veel snuggerder koeien gekend, zunne. Door dit runderlijk misverstand, mislukt onze poging om de koe terug in de wei te zetten. Nu maar hopen dat er geen malheuren gebeurd zijn en vooral ... dat Dirkske Deboever niet met zijn mootoo gepasseerd is. Waar zat die trouwens weeral!?
Er zijn er twee met een complete off day. Koen Oosterlinck, die normaal met zijn twee vingers in de neus meerijdt, is vandaag een beetje gelijk zijn initialen, KO. Deze keer gaat het bij Koen voor geen meter, zelfs met zijn twee handen aan het stuur. We spelen hem uiteindelijk kwijt op de terugweg tussen Oordegem en Wetteren. De grote afgang van de dag is echter die van Stefan – wiens vader er hem die ene keer spijtig genoeg wel – Imschoot.
Stefan, als het een troost mag zijn, jongen: zélfs ik heb zwakke momenten gekend toen ik nog zo jong was als jij. Dat moet zowat net na WereldOorlog II geweest zijn, als ik me goed herinner. Natuurlijk nooit zóó zwak als jij vandaag, we gaan nu ook weer niet overdrijven, hé. Haha. Hahaha*.
Het gaat zo slecht met Stefan dat we hem voor St. Lievens Houtem op de terugweg al kwijt zijn. Wij, het is te zeggen de Modderfokkers die wel op niveau rijden, stoppen boven op de Balein (dus ook letterlijk op hoog niveau) en bellen hem op. Ja, we stonden daar juist aan een telefoonkotje, dat moest nu ook lukken, zeg. Waar ben je, Stefan? zo vraagt Rudy. Ik weet het niet, jongens, snif, snif, snif snottert Stefan. Vraagt Rudy: Staat de zon links of rechts van U? Het is kwestie van te weten of Stefan met zijn kop tenminste in de goeie richting staat. Ja, het is ook het vermelden waard, maar de zon was nog maar net door de killige mist gebroken, even voor we Stefan kwijtspeelden. Hou de zon in uw gat, Stefan is het advies van Rudy. Op het eerste zicht is dit een hoogsteigenaardig en tamelijk onwelvoeglijk advies, maar wel een heel degelijk, dat mag gezegd. Immers, we bevinden ons op de Balein te St. Lievens Houtem. Dat wil dus zeggen: ten Zuiden van de Beize, en het loopt naar de late voornoen, dus de zon zit ook in het Zuiden. Als je de zon dan achter je houdt, rijd je naar het Noorden, dus naar de Beize. Slim toch van onze kapitein! We hebben Stefan echter pas in de Beize teruggezien, maar het reisadvies van Rudy heeft dan toch geholpen.
Maar zie, zeer eigenaardig, even nadat we Stefan gebeld hadden, is de zon weer verdwenen. Het is toch geen waar, hé!? Zeg dat het geen waar is, hé!! Dat Stefan het advies van Rudy over waar hij de zon moest houden, letterlijk genomen heeft!!?? In alle geval heeft Stefan de Beize pas bereikt een kwartier na ons, na een omweg via ... Zonnegem.
In de tent van de Beize worden we niet, zoals gewoonlijk, bediend door Nadine, maar wel door een nieuwke. ‘Kurt’ noemt diene gast en ik ken hem gelijk van ergens, maar dan van een ander café, meandert het me voor de geest. Echt vlot gaat het noteren van onze consommaties gelijk niet, maar ja, een mens moet wat geduld hebben met zo een beginnelinkske in de horeca, hé. Mario
* Woehahahahahahahahaha.
(Toegevoegd als voetnoot omdat anders het verslag te lang ging zijn, maar ook en vooral omdat het zo deugd doet van zo eens goed te kunnen lachen, zeker als het is met ...)
Zondag 16 mei 2021. Munte, Baaigem, Dikkelvenne, Meilegem.
Staan al aan de kerk: Ivan R, Rudy DC en Jeffrey DB. Goeie morgen, gentlemen, groet ik, vriendelijk als ik ben. En ook goeiemorgen, Ivan, voeg ik daar aan toe, correct als ik ben. Daarna komen nog toe, Stefan (die er hem ook graag wel eens, maar dan toch uiteindelijk veel te weinig) Imschoot, Axel T, Luc K en kapitein Rudy Rogiers.
Luc is 56-jarig vandaag. Hij ziet er nog steeds strak uit en is nog niets veranderd, bij toen hij ... 55 was. Maar toen was hij ook al niets veranderd bij toen hij ... 54, enzovoort. Bij sommigen werkt 20 jaar mountainbike blijkbaar dan dus toch goed. En zó blinken dat die zijn fiets doet, niet te doen. Rudy DC blijft als enige overgeblevene nog steeds met 26 inch wielekes rondrijden. Houden zo, want die rijdt al rap genoeg met zijn klein wielekes.
Gezien de Zuid-Oostenwind stelt de kapitein voor om naar het ZO te vertrekken, richting Melle. Wij stemmen in met de idee: een plaatstelijk ritje naar Melle zodat we op tijd terug zijn om na lange tijd nog eens lang en rustig van het terras van de Beize te genieten. Rudy zegt er niet bij dat de uiteindelijke bestemming ... Meilegem zal zijn, minstens drie keer zo ver als Melle, voor een tocht van ... jawel, 82 km aan ... jawel, 27.2 per uur, met 350 hoogtemeters.
In Laarne houdt Jeffrey al de achterkomers op in de smalle Kalverboswegel, waar hij vastraakt, het kalf ... zouden sommigen dan zeggen. Het is ook door zijn breed stuur. Ja, Jeffrey, ik snap wel dat dat stoer staat bij de meiskes, zo een breed stuur, maar leer misschien eerst eens met een gewoon stuur sturen als je meerijdt met de grote mensen. Een béétje techniek zou toch welkom zijn bij sommigen, denk ik dan. Neem een voorbeeld aan mij, Jeffrey. Ik heb nooit echt hard kunnen rijden, maar ik compenseer dat door mijn techniek.
In Lemberge is het even wachten op Axel die in de boskes is blijven hangen. Stefan maakt van de gelegenheid gebruik om van alles aan zijn velo vast te vijzen. Ja, ik heb hem gisteren nog eens helemaal op orde gezet, zegt Stefan. Op een gegeven moment heb ik sjans gehad, zegt Stefan, want er vloog plots een resoorke1 weg, zodat ik gans mijn stal, euh mijn garage, heb moeten opkuisen om het terug te vinden. Het vrouwke meteen ook content. Ondertussen heeft Axel besloten om het wat rustiger aan te doen en zetten we onze weg verder met zeven.
En dan komt een onverwacht hoogtepunt van de dag. Rudy neemt in Munte een wegelke waarvan ik al zeker een keer of 10 gepeinsd had, in het passeren: dat wegelke ken ik niet, dat moet ik eens proberen. Maar het was er nog nooit van gekomen. Het is de Rattepaswegel die halverwege verandert van naam in de Schietsewegel. Single track, afdalingske, klimmeke, boomwortels, bomen in de weg, beetje technisch, beetje modder, in een boske, en halverwege zelfs wat vriendelijke meiskes. Kortom: dit wegelke heeft het gewoon allemaal. Een verborgen pareltje dat – voor mij dan toch – te lang onononontdekt is gebleven. Míjn dag kan al niet meer stuk.
Maar dan moet Stefan afstappen. En zie, in plaats van zijn voet los te klikken, zoals normale mensen doen, klikt hij gans zijn manivel2 los. En Stefan krijgt zijn schoen niet losgewrikt uit die losse manivel. Jeffrey moet uitleggen hoe het moet. Dus ja, zo moeilijk kan het dan eigenlijk niet zijn, hé. Gelukkig is Rudy R mee die dat mankement weer kan oplappen, al blijft de manivel half los zitten.
Even verder neemt Stefan zijn drinkbus uit zijn drinkbushouder. Kijk, zegt Jeffrey, het enige dat goed vastzit aan Stefan zijn velo is zijn drinkbushouderke3. Dat manneke is toch ook niet op zijn mondje gevallen, hé. Mocht ik van Stefan zijn, ik zou dat toch zo niet laten passeren, zunne. Maar ik ben niet van Stefan. Meestal ben ik achter Stefan. Zelfs met maar een halve pedal, rijdt hij gezwind mee met Rudy R en Jeffrey, als die zich weer eens niet kunnen houden.
Als we bij het Geestesgoedbos passeren, vraagt Rudy mij om de naam van dit bos uit te spreken. Hahaha, een portie lachen met Westvlamingen, dat kan toch zo deugd doen, hé, mannekes. Ik doe er nog een schepje bovenop: het Geestesgoedbosgehucht.
Wie denkt dat de terugweg met windachter makkelijker zal zijn – stopt dat eigenlijk nog met waaien de laatste jaren??? – heeft het helemaal verkeerd voor. Het is vlammen, enkele kms zelfs aan 40 per uur. Want ik heb mij in Meilegem laten ontvallen dat er voor mij weer niet veel après meer zal bij zijn, want ik ben graag op tijd thuis de zondagnoen, en Rudy heeft beloofd dat we stipt om kwart na 11 toch in de Beize gaan staan.
En ja hoor, stipt om kwart voor 12, kom ik uitgeput aan aan de Beize. Nadine en Koen zijn weer blij, dat ze weer aan de slag kunnen, en vooral van mij na lange tijd nog eens te zien. Vooral Koen is blij dat hij weer de volle 30% kan werken. Nie getaukt, geen Duvel! Mario
Resoor:Een spiraalveertje.
Manivel:Ik moest hoehelenom het Nederlands te vinden: zwengel, hendel, kruk. Ook wel crank, al is dat eigenlijk Engels. Aldus zoekende kwam ik ook toevallig op: fietscafé de Manuvèl in Sint-Niklaas.
En nogeentip om mee af te sluiten: staat je fiets iets te vast, en wil je hem iets losser: Eén adres: Stefan (die er hem vast ook wel eens los) Imschoot. Zie Foto (zonder bril weliswaar).
Stefan staat al als enige aan de kerk als ik toekom. En om 2 na halfnegen staan we daar nog altijd als enigste. Wat gaat me dat hier zijn?Daar komt Danny, de helmboswuivende, aangereden in geel kanariepak + witte pots (een helm blijkbaar) + grijze haardos die overal uit de helm probeert te ontsnappen.Hoe komt het dat onze penningmeester, anders altijd fijn uitgedost en met tot in de puntjes verzorgde blinkende bike, er nu zo POTSierlijkuitziet? Zo vraagt de lezer zich af, maar Stefan en ik ook.
Awel, hij was verleden week met dochterlief gaan rijden. En op een domme wielertoerist gebotst, die zelf net op een andere domme wielertoeristgebotst was. Al Danny zijn Modderfokker fietskleren geschonden en zo moest hij vandaag het gele truitje van Rudy Vergeylen Badkamers en Keukens weer aantrekken waar we in den beginne mee rondreden, nog voor de Modderfokkers bestonden. Ja, Danny, ik zit met hetzelfde probleem. Ik rij bij,zeg maar,de rijkste club van Kalken en omstreken, ik betaal elk jaar 1000 euro lidgeld, maar ik wacht al 4 jaar op nieuwe uitrusting. Allemaal doordat de penningmeester van onze club er vierkant zijn voeten aan veegt, denonde. Euh, ah, oei. Juist, jij bent zelf de penningmeester. Doe er eens iets aan, Danny!
En Danny zijn helm gebroken ook nog, zodat hij Amber haar wit helmpje moest opzetten. Dat moet een serieuze val geweest zijn, denk je dan. Maar nee, dat was omdat hij voor vertrek achterwaarts met zijn auto over zijn helm was gereden. Een les voor iedereen: leg nooit je helm achter je auto! En als je dat dan toch niet laten kunt: rij dan tenminste niet achteruit! Danny zijn kop kan gelijk niet helemaal in het helmpje van Amber. Zo zie je maar: het is niet omdat iemand een groot hoofd heeft dat hij ook ... maar alla, we gaan het over de rit hebben. Als ook Luc, Rudy en Jeffrey er zijn, zijn we weg.
Stefan – die er hem meestal neffens, maar soms ook en dan geheel per toeval – Inschoot, is niet echt in vorm, zegt hij, en hij heeft er niet veel goesting in. Maar dan zet hij aan en rijdt de eerste 20 km op kop bal windop en ik moet geven al wat ik kan om in zijn wiel te blijven. Niet te doen. De wind is ook al niet te doen. Koude, felle, niet-aflatende noordenwind. Ik, als oudste, en zeker als wijststste, ben de enige met korte broek. Rudy kreeg er zelf koud van toen hij mij zag, zegt hij, het watje.
Wat is dat getik de hele tijd? Komtdat van mijn velo? “Dat is Mario zijn pacemaker die overslaat”, zegt Danny. “Maar neen, het is mijn incontinentiepamper die wat te strak zit.” antwoord ik, maar dan blijkt dat het mijn kilometertellerke is dat de hele tijd tegen mijn spaken tikt. Ik had beter gezwegen.
Het grote voordeel van Danny zijn uitrusting: Als hij weer eens verloren rijdt in een bos, dan gene schrik: we zien hem van op kilometers met zijn kanariepak en witte helm, zeker nu er nog niet teveel blad aan de bomen staat.
De rit gaat tot in Tielrode, domein Roomackers, met tiel van, euh, tal van nieuwe wegels. Dankewel, Stefan, man van de dag. Niet gelijk, Danny dus, dat is meestal de man van de dag voordien.
Jeffrey, een snotneus die rondrijdt met gasten die zijn grootvader zouden kunnen zijn,en die voortdurend vallen of moeten stoppen om te plassen of om hun pamper recht te trekken, toont af en toe zijn technische bagage en zijn truukskes, zoals op zijn velo wippen gelijk de cyclocrossers. Pas toch op, jongen! Eén keer misspringen en ... ik mag er niet aan denken. Een andere van zijn specialiteiten is om expres een halve seconde zogezegd te haperen aan een nauwe doorgang om degene achter hem te ambeteren. ‘Allez, gij Vervecken, verdorie!’ roept Luc dan.
Op de klimmetjes hebben Stefan, Rudy en Jeffrey nog serieus veel over, Luc volgt goed, en de twee bijna-gepensioneerden, Danny en ikzelf, volgen op afstand, maar raken nog steeds boven. Ja, op de cuesta’s van het Waasland tikken de hoogtemeterkes toch ook wel aan. In Waasmunster kruisen we een keer of drie een paar asociale modderfokkers, die ik maar niet bij naam ga noemen, want ik wil nu Ivan en Rudy DC niet affronteren ook niet.
Stefan doet drie knievallen, één keer dat ik het niet zie, één keer in het gras na het haperen met zijn pedaal aan een afgebroken betonpaaltje (echt gefaarlijk seg!), en één keer in de zandbak in Waasmunster (de Vaag, noemt dat daar).
Maar dan, op het asfalt van het Molsbroek, op terugweg naar huis, is het even wachten op Rudy – na zijn zoveelste pi(t)sstop. Luc kent daar ook wat van de laatste tijd. Die prostaten zijn ook niet meer je dat, hé. Stefan, ik en Jeffrey keuvelen gezellig wat aan 5 per uur. Stefan denkt dat hij aan die snelheid ook nog zijn drinkbus kan pakken en zijn stuur loslaten, maar zijn voorwiel slaat weg en Stefan slaat op zijn ... Hij slaat een beetje op zijn vanalles: knie, dij, elleboog, kneukels. Allemaal getaukt, en bebloed. Deugd doen is anders. En ook al een gescheurde broek. Nog een reden te meer voor nieuwe truikes en broeken, Danny! Maar na 5 minuten is Stefan het al weer vergeten en is het weer vlammen geblazen. Mijn pijp is, na 65 km geven al wat ik kan, zo goed als uit. Maar niet getreurd, nog slechts 13 km en we zijn er, en het is deels wind achter.
Na 78 km aan 24 induur, voor de helft in het veld en het bos, met draaien en keren en voortdurend weer optrekken, en wat nijdige hellingskes, is deze jongen weer flagada voor een paar dagen.
Maar, ... binnenkort is het terras van de Beize weer open: nie getaukt, geen Duvel! Mario
26 april 2021. Tielrode.
Stefan staat al als enige aan de kerk als ik toekom. En om 2 na halfnegen staan we daar nog altijd als enigste. Wat gaat me dat hier zijn?Daar komt Danny, de helmboswuivende, aangereden in geel kanariepak + witte pots (een helm blijkbaar) + grijze haardos die overal uit de helm probeert te ontsnappen.Hoe komt het dat onze penningmeester, anders altijd fijn uitgedost en met tot in de puntjes verzorgde blinkende bike, er nu zo POTSierlijkuitziet? Zo vraagt de lezer zich af, maar Stefan en ik ook.
Awel, hij was verleden week met dochterlief gaan rijden. En op een domme wielertoerist gebotst, die zelf net op een andere domme wielertoeristgebotst was. Al Danny zijn Modderfokker fietskleren geschonden en zo moest hij vandaag het gele truitje van Rudy Vergeylen Badkamers en Keukens weer aantrekken waar we in den beginne mee rondreden, nog voor de Modderfokkers bestonden. Ja, Danny, ik zit met hetzelfde probleem. Ik rij bij,zeg maar,de rijkste club van Kalken en omstreken, ik betaal elk jaar 1000 euro lidgeld, maar ik wacht al 4 jaar op nieuwe uitrusting. Allemaal doordat de penningmeester van onze club er vierkant zijn voeten aan veegt, denonde. Euh, ah, oei. Juist, jij bent zelf de penningmeester. Doe er eens iets aan, Danny!
En Danny zijn helm gebroken ook nog, zodat hij Amber haar wit helmpje moest opzetten. Dat moet een serieuze val geweest zijn, denk je dan. Maar nee, dat was omdat hij voor vertrek achterwaarts met zijn auto over zijn helm was gereden. Een les voor iedereen: leg nooit je helm achter je auto! En als je dat dan toch niet laten kunt: rij dan tenminste niet achteruit! Danny zijn kop kan gelijk niet helemaal in het helmpje van Amber. Zo zie je maar: het is niet omdat iemand een groot hoofd heeft dat hij ook ... maar alla, we gaan het over de rit hebben. Als ook Luc, Rudy en Jeffrey er zijn, zijn we weg.
Stefan – die er hem meestal neffens, maar soms ook en dan geheel per toeval – Inschoot, is niet echt in vorm, zegt hij, en hij heeft er niet veel goesting in. Maar dan zet hij aan en rijdt de eerste 20 km op kop bal windop en ik moet geven al wat ik kan om in zijn wiel te blijven. Niet te doen. De wind is ook al niet te doen. Koude, felle, niet-aflatende noordenwind. Ik, als oudste, en zeker als wijststste, ben de enige met korte broek. Rudy kreeg er zelf koud van toen hij mij zag, zegt hij, het watje.
Wat is dat getik de hele tijd? Komtdat van mijn velo? “Dat is Mario zijn pacemaker die overslaat”, zegt Danny. “Maar neen, het is mijn incontinentiepamper die wat te strak zit.” antwoord ik, maar dan blijkt dat het mijn kilometertellerke is dat de hele tijd tegen mijn spaken tikt. Ik had beter gezwegen.
Het grote voordeel van Danny zijn uitrusting: Als hij weer eens verloren rijdt in een bos, dan gene schrik: we zien hem van op kilometers met zijn kanariepak en witte helm, zeker nu er nog niet teveel blad aan de bomen staat.
De rit gaat tot in Tielrode, domein Roomackers, met tiel van, euh, tal van nieuwe wegels. Dankewel, Stefan, man van de dag. Niet gelijk, Danny dus, dat is meestal de man van de dag voordien.
Jeffrey, een snotneus die rondrijdt met gasten die zijn grootvader zouden kunnen zijn,en die voortdurend vallen of moeten stoppen om te plassen of om hun pamper recht te trekken, toont af en toe zijn technische bagage en zijn truukskes, zoals op zijn velo wippen gelijk de cyclocrossers. Pas toch op, jongen! Eén keer misspringen en ... ik mag er niet aan denken. Een andere van zijn specialiteiten is om expres een halve seconde zogezegd te haperen aan een nauwe doorgang om degene achter hem te ambeteren. ‘Allez, gij Vervecken, verdorie!’ roept Luc dan.
Op de klimmetjes hebben Stefan, Rudy en Jeffrey nog serieus veel over, Luc volgt goed, en de twee bijna-gepensioneerden, Danny en ikzelf, volgen op afstand, maar raken nog steeds boven. Ja, op de cuesta’s van het Waasland tikken de hoogtemeterkes toch ook wel aan. In Waasmunster kruisen we een keer of drie een paar asociale modderfokkers, die ik maar niet bij naam ga noemen, want ik wil nu Ivan en Rudy DC niet affronteren ook niet.
Stefan doet drie knievallen, één keer dat ik het niet zie, één keer in het gras na het haperen met zijn pedaal aan een afgebroken betonpaaltje (echt gefaarlijk seg!), en één keer in de zandbak in Waasmunster (de Vaag, noemt dat daar).
Maar dan, op het asfalt van het Molsbroek, op terugweg naar huis, is het even wachten op Rudy – na zijn zoveelste pi(t)sstop. Luc kent daar ook wat van de laatste tijd. Die prostaten zijn ook niet meer je dat, hé. Stefan, ik en Jeffrey keuvelen gezellig wat aan 5 per uur. Stefan denkt dat hij aan die snelheid ook nog zijn drinkbus kan pakken en zijn stuur loslaten, maar zijn voorwiel slaat weg en Stefan slaat op zijn ... Hij slaat een beetje op zijn vanalles: knie, dij, elleboog, kneukels. Allemaal getaukt, en bebloed. Deugd doen is anders. En ook al een gescheurde broek. Nog een reden te meer voor nieuwe truikes en broeken, Danny! Maar na 5 minuten is Stefan het al weer vergeten en is het weer vlammen geblazen. Mijn pijp is, na 65 km geven al wat ik kan, zo goed als uit. Maar niet getreurd, nog slechts 13 km en we zijn er, en het is deels wind achter.
Na 78 km aan 24 induur, voor de helft in het veld en het bos, met draaien en keren en voortdurend weer optrekken, en wat nijdige hellingskes, is deze jongen weer flagada voor een paar dagen.
Maar, ... binnenkort is het terras van de Beize weer open: nie getaukt, geen Duvel! Mario
Waarschuwing. Dit verslag bevat passages die niet geschikt zijn voor lezertjes jonger dan 60 jaar. Ouderlijk toezicht en begeleiding zijn aangeraden.
Na 2 weken thuisgebleven te zijn omdat Frank en Sabine (en dienen nieuwen) voorspeld hadden dat het ging regenen, om dan te moeten vaststellen dat er elke keer GEEN ENKELE DRUPPEL valt, dacht ik: Maar deze keer gaan ze den dezen niet liggen hebben, gelijk wat ze voorspellen.
Er was weer veel regen voorspeld, dus ik toch gaan rijden. En jawel hoor, ze hadden me toch wel weer liggen zeker: nu kieperden ze de regen met bakken uit de grijze, donkere herfsthemel. Deze keer kunt ge alvast niet kwaad zijn op Frank en Sabine, merkt Rudy op. Dat maakt het dan nog erger, hé, als ge het op niemand anders kunt steken. Hoe dikwijls heb ik dat al niet voorgehad in mijn leven? – dat ik het op niemand anders kon steken. Veel te veel.
Als ik arriveer, staat alleen nog maar Johan aan de kerk. Alleen de twee zestig-plussers zijn er al, merkik op. Dan komt Axel aan. Ha, nu zijn de drie rapste er al, zeg ik. Tenminste als ge van langs onderaan in het klassement begint te tellen, moet ik er wel aan toevoegen. Dan komt Ivan. Ha, nu zijn we al met de vier sympatiekste, zeg ik. Hahaha, deze laatste opmerking was maar om te lachen, natuurlijk. Er mag al eens gelachen worden ook, hé.
Laat ons rap vertrekken, zegt Axel, voor er van die raprijdende ambetanterikken (al de rest van de modderfokkers dus) toekomen, het is al 8:36. We ontsnappen bijna van het kerkplein, maar helaas, twee dergelijke ambetanterikken komen juist nog terzelfdertijd het plein opgereden: Stefan en Rudy R, de laatste zoals steeds stipt 7 minuten te laat.
Axel weet dat de langverwachte brug over de Kalkense Vaart geplaatst is. Wij langs Fifi de Mennenweg in en ernaartoe. Amai. Ik had me een lieflijk romantisch houten voetgangers-fietserbrugje voorgesteld, maar dit lijkt meer op het monster van ijzer en staal van Wannes Vandevelde. Maar alla, niet geklaagd, dit is een grote verbetering voor de wandelingen en fietstochtjes die je nu kunt doen. Johan vereeuwigt dit historische moment met één van zijn beruchte selfies: de eerste modderfokkers die de brug over de Kalkense Vaart oversteken. Nu nog een brug over de nieuw-uitgegraven Oude Schelde, daar waar ze uitmondt in de Vaart, dus vlakbij deze brug, zodat we aan de andere kant van de Kalkense Vaart weer doorkunnen naar de Schelde, gelijk een paar jaar geleden, en het is perfect.
Nog maar in Melle, en we zijn al doorweekt door een eerste wolkbreuk, en Ivan besluit huiswaarts te keren, geplaagd door pijn in de knie. Het vooruitzicht van nog een paar uur door de modder ploeteren met een kletsnat pak zal ook de moraal niet opgekrikt hebben. Met vijf verder, tot we omgekeerd op het parkoers van onze ondertussen klassieke uitstap naar Baaigem komen. We rijden dus de toer omgekeerd en Axel pakt nog een extra-bos mee, kwestie van genoeg drets onder de wielen te krijgen.
Even zijn we Johan kwijt in het eerste bos van de dag. Johan got stuck in the mud, zegt Axel. Deze totaal onbelangrijke gebeurtenissen spelen zich af ter hoogte van de Butter Corner Street (de Boterhoekstraat), niet zo ver van Rollercoaster Road (de Rollebaan) en de Rats Crossing (de Rattepas) in Bottelare (Flesselare).
Maar wat gebeurt er nu? Een vuil wegelke + mooi klimmetje naar Munte toe, maar Rudy slaat die over en snijdt een hoek af, op de asfalt blijvende.
En even verder, weer van dattum. Het Heilig Geestgoed bos (deel van de Makegemse bossen bij Munte)ligt er, zoals te verwachten was, heel drassig bij, en het is er ook zóo donkeren angstaanjagend door de regen dat Axel niet van onze zijde wijkt: bang van de boze wolf dat hij is. Ik moet zodanig rare maneuvers doen om recht te blijven in de diepe plassen dat Stefan in een onbedaarlijke lach schiet, die door het donkere bos weergalmt. Dat wilt ge echt niet meemaken, lieve lezertjes. Door de aanstekelijke lach van Stefan, schiet ik zelf in de lach, en daardoor is het nog moeilijker om recht te blijven. Ook dit bos slaat Rudy over. Heeft Rudy nu ook al bang van de boze wolf, voor zo een grote vent? Nee hoor, het is nog erger gesteld: Rudy heeft bang van een beetje more. Ja, beste mensen, vroegdementie bij bijna-zestigjarigen, het is een sterk onderschat probleem in Vlaanderen. Doe er iets aan! Storten op onderstaande rekeninig kan nooit geen kwaad, natuurlijk.Ik fiets graag, zegt Rudy, maar zwemmen veel minder. Nochtans dacht ik dat Rudy vroeger wel graag zwom, en nog liefst ónder water, maar dat is van horen zeggen.
Omdat we ondertussen goed bezig zijn aan de tweede wolkbreuk, kiezen we voor asfalt vanaf Bottelare en Rudy legt er nog een beetje de pees op, zodat we in Laarne nog de Unkerbakzikers voorbijsteken. Nat en vuil, maar voldaan arriveren we in de tent op de parking van De Beize, na54 km aan 23.7 induur, helemaal niet slecht gezien de staat van de ondergrond en de atmosferische omstandigheden.
De poging van Koen om onsin zijn tent alsnog te vergassen met zijn gasflesverwarming*is schromelijk mislukt. Anders was er hier geen verslagske natuurlijk. Ook de dappere B-kes (Els, Nancy en Ivan2) en de Veldmeersrunners kwamen allemaal geelhuids weg.
Mario
*Euh, schreef ik ‘Verwarming’!?? Echt waar?
‘Stop vroegdementie bij bijna-zestigjarigen’. Rekeningnummer: BE49 0001 2992 1371. Giften fiscaal aftrekbaar vanaf 2000 Euro.
Zondag 11 oktober 2020. Baaigem in the rain.
Waarschuwing. Dit verslag bevat passages die niet geschikt zijn voor lezertjes jonger dan 60 jaar. Ouderlijk toezicht en begeleiding zijn aangeraden.
Na 2 weken thuisgebleven te zijn omdat Frank en Sabine (en dienen nieuwen) voorspeld hadden dat het ging regenen, om dan te moeten vaststellen dat er elke keer GEEN ENKELE DRUPPEL valt, dacht ik: Maar deze keer gaan ze den dezen niet liggen hebben, gelijk wat ze voorspellen.
Er was weer veel regen voorspeld, dus ik toch gaan rijden. En jawel hoor, ze hadden me toch wel weer liggen zeker: nu kieperden ze de regen met bakken uit de grijze, donkere herfsthemel. Deze keer kunt ge alvast niet kwaad zijn op Frank en Sabine, merkt Rudy op. Dat maakt het dan nog erger, hé, als ge het op niemand anders kunt steken. Hoe dikwijls heb ik dat al niet voorgehad in mijn leven? – dat ik het op niemand anders kon steken. Veel te veel.
Als ik arriveer, staat alleen nog maar Johan aan de kerk. Alleen de twee zestig-plussers zijn er al, merkik op. Dan komt Axel aan. Ha, nu zijn de drie rapste er al, zeg ik. Tenminste als ge van langs onderaan in het klassement begint te tellen, moet ik er wel aan toevoegen. Dan komt Ivan. Ha, nu zijn we al met de vier sympatiekste, zeg ik. Hahaha, deze laatste opmerking was maar om te lachen, natuurlijk. Er mag al eens gelachen worden ook, hé.
Laat ons rap vertrekken, zegt Axel, voor er van die raprijdende ambetanterikken (al de rest van de modderfokkers dus) toekomen, het is al 8:36. We ontsnappen bijna van het kerkplein, maar helaas, twee dergelijke ambetanterikken komen juist nog terzelfdertijd het plein opgereden: Stefan en Rudy R, de laatste zoals steeds stipt 7 minuten te laat.
Axel weet dat de langverwachte brug over de Kalkense Vaart geplaatst is. Wij langs Fifi de Mennenweg in en ernaartoe. Amai. Ik had me een lieflijk romantisch houten voetgangers-fietserbrugje voorgesteld, maar dit lijkt meer op het monster van ijzer en staal van Wannes Vandevelde. Maar alla, niet geklaagd, dit is een grote verbetering voor de wandelingen en fietstochtjes die je nu kunt doen. Johan vereeuwigt dit historische moment met één van zijn beruchte selfies: de eerste modderfokkers die de brug over de Kalkense Vaart oversteken. Nu nog een brug over de nieuw-uitgegraven Oude Schelde, daar waar ze uitmondt in de Vaart, dus vlakbij deze brug, zodat we aan de andere kant van de Kalkense Vaart weer doorkunnen naar de Schelde, gelijk een paar jaar geleden, en het is perfect.
Nog maar in Melle, en we zijn al doorweekt door een eerste wolkbreuk, en Ivan besluit huiswaarts te keren, geplaagd door pijn in de knie. Het vooruitzicht van nog een paar uur door de modder ploeteren met een kletsnat pak zal ook de moraal niet opgekrikt hebben. Met vijf verder, tot we omgekeerd op het parkoers van onze ondertussen klassieke uitstap naar Baaigem komen. We rijden dus de toer omgekeerd en Axel pakt nog een extra-bos mee, kwestie van genoeg drets onder de wielen te krijgen.
Even zijn we Johan kwijt in het eerste bos van de dag. Johan got stuck in the mud, zegt Axel. Deze totaal onbelangrijke gebeurtenissen spelen zich af ter hoogte van de Butter Corner Street (de Boterhoekstraat), niet zo ver van Rollercoaster Road (de Rollebaan) en de Rats Crossing (de Rattepas) in Bottelare (Flesselare).
Maar wat gebeurt er nu? Een vuil wegelke + mooi klimmetje naar Munte toe, maar Rudy slaat die over en snijdt een hoek af, op de asfalt blijvende.
En even verder, weer van dattum. Het Heilig Geestgoed bos (deel van de Makegemse bossen bij Munte)ligt er, zoals te verwachten was, heel drassig bij, en het is er ook zóo donkeren angstaanjagend door de regen dat Axel niet van onze zijde wijkt: bang van de boze wolf dat hij is. Ik moet zodanig rare maneuvers doen om recht te blijven in de diepe plassen dat Stefan in een onbedaarlijke lach schiet, die door het donkere bos weergalmt. Dat wilt ge echt niet meemaken, lieve lezertjes. Door de aanstekelijke lach van Stefan, schiet ik zelf in de lach, en daardoor is het nog moeilijker om recht te blijven. Ook dit bos slaat Rudy over. Heeft Rudy nu ook al bang van de boze wolf, voor zo een grote vent? Nee hoor, het is nog erger gesteld: Rudy heeft bang van een beetje more. Ja, beste mensen, vroegdementie bij bijna-zestigjarigen, het is een sterk onderschat probleem in Vlaanderen. Doe er iets aan! Storten op onderstaande rekeninig kan nooit geen kwaad, natuurlijk.Ik fiets graag, zegt Rudy, maar zwemmen veel minder. Nochtans dacht ik dat Rudy vroeger wel graag zwom, en nog liefst ónder water, maar dat is van horen zeggen.
Omdat we ondertussen goed bezig zijn aan de tweede wolkbreuk, kiezen we voor asfalt vanaf Bottelare en Rudy legt er nog een beetje de pees op, zodat we in Laarne nog de Unkerbakzikers voorbijsteken. Nat en vuil, maar voldaan arriveren we in de tent op de parking van De Beize, na54 km aan 23.7 induur, helemaal niet slecht gezien de staat van de ondergrond en de atmosferische omstandigheden.
De poging van Koen om onsin zijn tent alsnog te vergassen met zijn gasflesverwarming*is schromelijk mislukt. Anders was er hier geen verslagske natuurlijk. Ook de dappere B-kes (Els, Nancy en Ivan2) en de Veldmeersrunners kwamen allemaal geelhuids weg.
Mario
*Euh, schreef ik ‘Verwarming’!?? Echt waar?
‘Stop vroegdementie bij bijna-zestigjarigen’. Rekeningnummer: BE49 0001 2992 1371. Giften fiscaal aftrekbaar vanaf 2000 Euro.
Zondag 11 oktober 2020. Baaigem in the rain.
Waarschuwing. Dit verslag bevat passages die niet geschikt zijn voor lezertjes jonger dan 60 jaar. Ouderlijk toezicht en begeleiding zijn aangeraden.
Na 2 weken thuisgebleven te zijn omdat Frank en Sabine (en dienen nieuwen) voorspeld hadden dat het ging regenen, om dan te moeten vaststellen dat er elke keer GEEN ENKELE DRUPPEL valt, dacht ik: Maar deze keer gaan ze den dezen niet liggen hebben, gelijk wat ze voorspellen.
Er was weer veel regen voorspeld, dus ik toch gaan rijden. En jawel hoor, ze hadden me toch wel weer liggen zeker: nu kieperden ze de regen met bakken uit de grijze, donkere herfsthemel. Deze keer kunt ge alvast niet kwaad zijn op Frank en Sabine, merkt Rudy op. Dat maakt het dan nog erger, hé, als ge het op niemand anders kunt steken. Hoe dikwijls heb ik dat al niet voorgehad in mijn leven? – dat ik het op niemand anders kon steken. Veel te veel.
Als ik arriveer, staat alleen nog maar Johan aan de kerk. Alleen de twee zestig-plussers zijn er al, merkik op. Dan komt Axel aan. Ha, nu zijn de drie rapste er al, zeg ik. Tenminste als ge van langs onderaan in het klassement begint te tellen, moet ik er wel aan toevoegen. Dan komt Ivan. Ha, nu zijn we al met de vier sympatiekste, zeg ik. Hahaha, deze laatste opmerking was maar om te lachen, natuurlijk. Er mag al eens gelachen worden ook, hé.
Laat ons rap vertrekken, zegt Axel, voor er van die raprijdende ambetanterikken (al de rest van de modderfokkers dus) toekomen, het is al 8:36. We ontsnappen bijna van het kerkplein, maar helaas, twee dergelijke ambetanterikken komen juist nog terzelfdertijd het plein opgereden: Stefan en Rudy R, de laatste zoals steeds stipt 7 minuten te laat.
Axel weet dat de langverwachte brug over de Kalkense Vaart geplaatst is. Wij langs Fifi de Mennenweg in en ernaartoe. Amai. Ik had me een lieflijk romantisch houten voetgangers-fietserbrugje voorgesteld, maar dit lijkt meer op het monster van ijzer en staal van Wannes Vandevelde. Maar alla, niet geklaagd, dit is een grote verbetering voor de wandelingen en fietstochtjes die je nu kunt doen. Johan vereeuwigt dit historische moment met één van zijn beruchte selfies: de eerste modderfokkers die de brug over de Kalkense Vaart oversteken. Nu nog een brug over de nieuw-uitgegraven Oude Schelde, daar waar ze uitmondt in de Vaart, dus vlakbij deze brug, zodat we aan de andere kant van de Kalkense Vaart weer doorkunnen naar de Schelde, gelijk een paar jaar geleden, en het is perfect.
Nog maar in Melle, en we zijn al doorweekt door een eerste wolkbreuk, en Ivan besluit huiswaarts te keren, geplaagd door pijn in de knie. Het vooruitzicht van nog een paar uur door de modder ploeteren met een kletsnat pak zal ook de moraal niet opgekrikt hebben. Met vijf verder, tot we omgekeerd op het parkoers van onze ondertussen klassieke uitstap naar Baaigem komen. We rijden dus de toer omgekeerd en Axel pakt nog een extra-bos mee, kwestie van genoeg drets onder de wielen te krijgen.
Even zijn we Johan kwijt in het eerste bos van de dag. Johan got stuck in the mud, zegt Axel. Deze totaal onbelangrijke gebeurtenissen spelen zich af ter hoogte van de Butter Corner Street (de Boterhoekstraat), niet zo ver van Rollercoaster Road (de Rollebaan) en de Rats Crossing (de Rattepas) in Bottelare (Flesselare).
Maar wat gebeurt er nu? Een vuil wegelke + mooi klimmetje naar Munte toe, maar Rudy slaat die over en snijdt een hoek af, op de asfalt blijvende.
En even verder, weer van dattum. Het Heilig Geestgoed bos (deel van de Makegemse bossen bij Munte)ligt er, zoals te verwachten was, heel drassig bij, en het is er ook zóo donkeren angstaanjagend door de regen dat Axel niet van onze zijde wijkt: bang van de boze wolf dat hij is. Ik moet zodanig rare maneuvers doen om recht te blijven in de diepe plassen dat Stefan in een onbedaarlijke lach schiet, die door het donkere bos weergalmt. Dat wilt ge echt niet meemaken, lieve lezertjes. Door de aanstekelijke lach van Stefan, schiet ik zelf in de lach, en daardoor is het nog moeilijker om recht te blijven. Ook dit bos slaat Rudy over. Heeft Rudy nu ook al bang van de boze wolf, voor zo een grote vent? Nee hoor, het is nog erger gesteld: Rudy heeft bang van een beetje more. Ja, beste mensen, vroegdementie bij bijna-zestigjarigen, het is een sterk onderschat probleem in Vlaanderen. Doe er iets aan! Storten op onderstaande rekeninig kan nooit geen kwaad, natuurlijk.Ik fiets graag, zegt Rudy, maar zwemmen veel minder. Nochtans dacht ik dat Rudy vroeger wel graag zwom, en nog liefst ónder water, maar dat is van horen zeggen.
Omdat we ondertussen goed bezig zijn aan de tweede wolkbreuk, kiezen we voor asfalt vanaf Bottelare en Rudy legt er nog een beetje de pees op, zodat we in Laarne nog de Unkerbakzikers voorbijsteken. Nat en vuil, maar voldaan arriveren we in de tent op de parking van De Beize, na54 km aan 23.7 induur, helemaal niet slecht gezien de staat van de ondergrond en de atmosferische omstandigheden.
De poging van Koen om onsin zijn tent alsnog te vergassen met zijn gasflesverwarming*is schromelijk mislukt. Anders was er hier geen verslagske natuurlijk. Ook de dappere B-kes (Els, Nancy en Ivan2) en de Veldmeersrunners kwamen allemaal geelhuids weg.
Mario
*Euh, schreef ik ‘Verwarming’!?? Echt waar?
‘Stop vroegdementie bij bijna-zestigjarigen’. Rekeningnummer: BE49 0001 2992 1371. Giften fiscaal aftrekbaar vanaf 2000 Euro.
Zondag 11 oktober 2020. Baaigem in the rain.
Waarschuwing. Dit verslag bevat passages die niet geschikt zijn voor lezertjes jonger dan 60 jaar. Ouderlijk toezicht en begeleiding zijn aangeraden.
Na 2 weken thuisgebleven te zijn omdat Frank en Sabine (en dienen nieuwen) voorspeld hadden dat het ging regenen, om dan te moeten vaststellen dat er elke keer GEEN ENKELE DRUPPEL valt, dacht ik: Maar deze keer gaan ze den dezen niet liggen hebben, gelijk wat ze voorspellen.
Er was weer veel regen voorspeld, dus ik toch gaan rijden. En jawel hoor, ze hadden me toch wel weer liggen zeker: nu kieperden ze de regen met bakken uit de grijze, donkere herfsthemel. Deze keer kunt ge alvast niet kwaad zijn op Frank en Sabine, merkt Rudy op. Dat maakt het dan nog erger, hé, als ge het op niemand anders kunt steken. Hoe dikwijls heb ik dat al niet voorgehad in mijn leven? – dat ik het op niemand anders kon steken. Veel te veel.
Als ik arriveer, staat alleen nog maar Johan aan de kerk. Alleen de twee zestig-plussers zijn er al, merkik op. Dan komt Axel aan. Ha, nu zijn de drie rapste er al, zeg ik. Tenminste als ge van langs onderaan in het klassement begint te tellen, moet ik er wel aan toevoegen. Dan komt Ivan. Ha, nu zijn we al met de vier sympatiekste, zeg ik. Hahaha, deze laatste opmerking was maar om te lachen, natuurlijk. Er mag al eens gelachen worden ook, hé.
Laat ons rap vertrekken, zegt Axel, voor er van die raprijdende ambetanterikken (al de rest van de modderfokkers dus) toekomen, het is al 8:36. We ontsnappen bijna van het kerkplein, maar helaas, twee dergelijke ambetanterikken komen juist nog terzelfdertijd het plein opgereden: Stefan en Rudy R, de laatste zoals steeds stipt 7 minuten te laat.
Axel weet dat de langverwachte brug over de Kalkense Vaart geplaatst is. Wij langs Fifi de Mennenweg in en ernaartoe. Amai. Ik had me een lieflijk romantisch houten voetgangers-fietserbrugje voorgesteld, maar dit lijkt meer op het monster van ijzer en staal van Wannes Vandevelde. Maar alla, niet geklaagd, dit is een grote verbetering voor de wandelingen en fietstochtjes die je nu kunt doen. Johan vereeuwigt dit historische moment met één van zijn beruchte selfies: de eerste modderfokkers die de brug over de Kalkense Vaart oversteken. Nu nog een brug over de nieuw-uitgegraven Oude Schelde, daar waar ze uitmondt in de Vaart, dus vlakbij deze brug, zodat we aan de andere kant van de Kalkense Vaart weer doorkunnen naar de Schelde, gelijk een paar jaar geleden, en het is perfect.
Nog maar in Melle, en we zijn al doorweekt door een eerste wolkbreuk, en Ivan besluit huiswaarts te keren, geplaagd door pijn in de knie. Het vooruitzicht van nog een paar uur door de modder ploeteren met een kletsnat pak zal ook de moraal niet opgekrikt hebben. Met vijf verder, tot we omgekeerd op het parkoers van onze ondertussen klassieke uitstap naar Baaigem komen. We rijden dus de toer omgekeerd en Axel pakt nog een extra-bos mee, kwestie van genoeg drets onder de wielen te krijgen.
Even zijn we Johan kwijt in het eerste bos van de dag. Johan got stuck in the mud, zegt Axel. Deze totaal onbelangrijke gebeurtenissen spelen zich af ter hoogte van de Butter Corner Street (de Boterhoekstraat), niet zo ver van Rollercoaster Road (de Rollebaan) en de Rats Crossing (de Rattepas) in Bottelare (Flesselare).
Maar wat gebeurt er nu? Een vuil wegelke + mooi klimmetje naar Munte toe, maar Rudy slaat die over en snijdt een hoek af, op de asfalt blijvende.
En even verder, weer van dattum. Het Heilig Geestgoed bos (deel van de Makegemse bossen bij Munte)ligt er, zoals te verwachten was, heel drassig bij, en het is er ook zóo donkeren angstaanjagend door de regen dat Axel niet van onze zijde wijkt: bang van de boze wolf dat hij is. Ik moet zodanig rare maneuvers doen om recht te blijven in de diepe plassen dat Stefan in een onbedaarlijke lach schiet, die door het donkere bos weergalmt. Dat wilt ge echt niet meemaken, lieve lezertjes. Door de aanstekelijke lach van Stefan, schiet ik zelf in de lach, en daardoor is het nog moeilijker om recht te blijven. Ook dit bos slaat Rudy over. Heeft Rudy nu ook al bang van de boze wolf, voor zo een grote vent? Nee hoor, het is nog erger gesteld: Rudy heeft bang van een beetje more. Ja, beste mensen, vroegdementie bij bijna-zestigjarigen, het is een sterk onderschat probleem in Vlaanderen. Doe er iets aan! Storten op onderstaande rekeninig kan nooit geen kwaad, natuurlijk.Ik fiets graag, zegt Rudy, maar zwemmen veel minder. Nochtans dacht ik dat Rudy vroeger wel graag zwom, en nog liefst ónder water, maar dat is van horen zeggen.
Omdat we ondertussen goed bezig zijn aan de tweede wolkbreuk, kiezen we voor asfalt vanaf Bottelare en Rudy legt er nog een beetje de pees op, zodat we in Laarne nog de Unkerbakzikers voorbijsteken. Nat en vuil, maar voldaan arriveren we in de tent op de parking van De Beize, na54 km aan 23.7 induur, helemaal niet slecht gezien de staat van de ondergrond en de atmosferische omstandigheden.
De poging van Koen om onsin zijn tent alsnog te vergassen met zijn gasflesverwarming*is schromelijk mislukt. Anders was er hier geen verslagske natuurlijk. Ook de dappere B-kes (Els, Nancy en Ivan2) en de Veldmeersrunners kwamen allemaal geelhuids weg.
Mario
*Euh, schreef ik ‘Verwarming’!?? Echt waar?
‘Stop vroegdementie bij bijna-zestigjarigen’. Rekeningnummer: BE49 0001 2992 1371. Giften fiscaal aftrekbaar vanaf 2000 Euro.
Zondag 23 feburari 2020. Munkzwalm en Molenberg. Op de baan.
Vierde week op rij storm tijdens het weekend. De maartse buien en aprilse grillen komen nu al in februari en een beteke straffer als vroeger.
Drie weken geleden (2 februari), toen het eens echt serieus regende en wat waaide, heb ik me wat laten gaan en de vele afwezigen er eens goed doorgesleurd in het verslagje. Met excuses, maar ja, wat moet je anders doen met mietjes? De voorbije 2 weken had ik niet kunnen meerijenwegens aangename familiale verplichtingen op zondagtwee weken geleden en sociale verplichtingen op zaterdag verleden week. Die sociale verplichtingen op zaterdagavond waren zó aangenaam geweest dat wakker worden de zondagmorgen heel wat minder aangenaam aanvoelde. Dat alcoholvrij bier, hé, ik kan daar echt niet tegen. En als het dan nog stormt buiten, is de keuze rap gemaakt. En ja, dan krijg ikwat fotokes via Whatsapp van degenen die wel gereden hebben, met als onderschrift: ‘Awel, Mario, met uw grote muil, waar zat gevan de week?’Maar eigenlijk, de voorbije 2 weken was het alleen veel wind op zondag, maar wel droog. Dus schep daar eens wat minder over op hé, mannekes.
Maarvandaag is er weer echte wind en echte regen voorspeld. Toch staan er 7 dapperen aan de kerk. Of moet ik zeggen: 7 dwazen. Wel, 6 dapperen (Jan, Axel, Dirk, Rudy en Johan, enikke natuurlijk!), en énen dwazen,want Danyreed ook mee. Overlaatst kwam Dany thuis van de Smatch met zes!bakken bier. Hij had tegen Els gezegd: ‘Ik ga eens naar de Smatch om een bak bier’, waarop Els antwoordde: ‘Weeral? Ge zijt gisteren nog maar om een bak bier geweest. Maar allez, als ze wortelen hebben, pak er dan zes mee.’ En ja, ze hadden wortelen.
Axel slaat geen ene zondag over. Sommigen denken dat dat is omdat hij zo graag rijdt, of zo een keiharde Flandrien is, of zo dapper. Maar eigenlijk is dat omdat hij de zondagmorgen niet mag thuisblijven van zijn eega. ‘Dan ben ik tenminste één halve dag in de week ook eens op mijn gemak’, zo wist ze onlangs te vertellen. Maar ik vraag me nu juist af: Hoe komt het dat Els ook geen enkele zondag overslaat???
Bij Johan is het wel even schrikken. Zo scherp dat die staat. Ik sneed er me bijkanst aan. Volgens sommigen komt dat door geen bier meer te drinken, maar volgens mij is het gewoon weer een mooi voorbeeld van hoe rap en efficiënt dat werkt, zo een maagring. Spijtig dat wat vroeger vetkwabben waren nu wapperende zeemvellen geworden zijn. Maar geen paniek, Johan, over een jaar of vijf merk je daar niets meer van. Tegen dan is iedereen je zo gewoon. Maar, alle hekheid op een stokje: bij Johan overheerst toch het strakke gevoel, waar ik waarempel een beetje jaloers op ben. Mocht Dany bijvoorbeeld zo een maagring installeren, dan hebben we meteen een uitklapbare vierpersoonstent die met ons meerijdt, wat wel handig zou zijn bij slecht weer. Of als we eens ergens willen blijven overnachten. Doen, Dany!
Regen voorspeld, ons niet tegengehouden, maar eigenlijk worden we met moeite nat, want de regendruppelsworden uit mekaar gewaaid door de felle stormwind en het is slechts fijn sproeisel dat we te verwerken krijgen. En het is dan nog warm ook, zeker als ge u zo moet afbeulen. Subiet overkleed zijt ge. Niet gewoon, die wind, want het wordt beuken en beuken en het is onmogelijk om u goed weg te steken, want de wind komt van alle kanten.Voor mezelf, Dany, Rudy en Axel heb ik gene schrik, maar voor de lichtgewichten Jan, Dirk en Johan moet het toch bangelijk zijn, zo voelen hoe uw wielen bijna vanonder uw velo worden weggeblazen. Op de terugweg scheelt het centimeters of ik was onder een aanstormende auto gewaaid. Een verslagje zou er hier dan niet gestaan hebben …
Dirkske is weer in form. Alleen Jan en Rudy kunnen hem volgen. Het probleem met Dirkske (voor ons, mindere goden, dan toch): hij vangt geen wind. Ook daardoor gaat hij zelf rap vooruit, maar wijhebben er geen winst aan, want we kunnen er ons niet achter wegsteken. Hij rijdt dus elke keer vlotjes weg. Dirk kan daar ook niet aan doen. Maar Dirk, we gaan het toch eens moeten duidelijk zeggen: ge gaat gij niet meermogen meerijden als ge niet rap een beetje veel vervet, hé, manneke. Want zó hebben wij niets aan U.
Jan stippelt ons een origineel heuvelendparcours op de weg uit en brengt ons tot aan de Zwalm en St. Denijs Boekel en de Molenberg. Soms lijkend op het parcours dat Rudy Rogiers meestal volgt als we langs die kanten op de baan rijden, maar ook met veel stukskes waar ik nog nooit passeerde.
Wat is me dat nu? Zijn die aan het applaudisseren voor mij? Ha nee, het is gewapper ’t allenkante. Zijn dat de zeemvellen van Johan en de vetkwabben van Dany? Ha neen, ook niet, het zijn de plastic regenjasjes die wapperen gelijk zot. En wat is me dat? In het weerkeren, wind achter, rij ik 37 induur, maar moet zelfs met die snelheid een gaatje laten vallen, en er is me waarempeléén die me nog bijduwt!Het is Rudy, die weer het eind van zijn krachten niet kent vandaag. Onlangs belde ik aan bij Rudy en vraag voor de zekerheid: ‘Is dat hier dat Rudy Declerck woont?’ waarop Marie-Jeanne antwoordde: ‘Jazeker. Wacht, ik ga eerst de slaapkamerdeur gaan open zetten, kun jij dan helpen om hem mee naar boven te dragen?’
Deze week kan ik niets over de soep in de Beize rapporteren, want ik moest rap naar huis, waar ik arriveer na exact 71 km aan bijna 23 per uur.
En o ja, wie reden ook nog gejaagd door de wind? Zomaar even 6 B(akken bier?)-kes:Els (ziet ge wel), Nadine,Sabine,Rudy V,Guy R, en Annemie. Richting Hyfte, Mendonk... Wachtebeke. 💨💨💨
En o ja, wie reden ook nog gejaagd door de wind? Zomaar even 6 B(akken bier?)-kes:Els (ziet ge wel), Nadine,Sabine,Rudy V,Guy R, en Annemie. Richting Hyfte, Mendonk... Wachtebeke.
En o ja, wie reden ook nog gejaagd door de wind? Zomaar even 6 B(akken bier?)-kes:Els (ziet ge wel), Nadine,Sabine,Rudy V,Guy R, en Annemie. Richting Hyfte, Mendonk... Wachtebeke.
Zondag 23 feburari 2020. Munkzwalm en Molenberg. Op de baan.
Stonden aan de kerk om stipt 8:36: de A-kes Rudy Rogiers, Ivan Rogiers, Rudy De Clercq, Jeffrey De Brouwer, Danny Fack, Cedric Laureyns, Stefan Imschoot, Luc Krick, Dirk Deboever, Kenneth Vanderzypen, Johan Van Hulle, Davy Poelman, Thomas Bisschop, Maarten Jespers, en natuurlijk, Marc Roelandt.
Ho, excuses. Een klein foutje in het verslag. Ge ziet, dat gebeurt zelfs met de besten. Ik bedoelde: stonden NIET aan de kerk. Maar waarom, zo vraagt de pientere lezer zich af? Zelfs de iets minder pientere lezer vraagt zich af hoe zoiets kan gebeuren. Ook de helemaal niet pientere lezer verstaat er zich niet aan, maar dat is dan weer normaal, want de helemaal niet pientere lezer verstaat zich zo al nergens aan. Is het misschien omdat het palindroomdag is (1)? Is het omdat het Maria Lichtmis is en moeder pannenkoeken gaat bakken? Neen, het is omdat het een beetje regent. Wie er wel staan als ik arriveer, zijn Jan Willems en Axel Troch. En daar blijft het bij, wat de A-kes betreft tenminste. Misschien moeten we onze categorienaam veranderen in de Mie-kes.
Wij drieën weg naar de toertocht in Huivelde, voorbij Zele. Vijfhonderd meter verder kont (2) ge ons al uitwringen, maar omdat dat bij Axel veel te lang ging duren, reden we maar gewoon verder. En ja, ge kent hem, hij ging gelijk hoetoch tegenspartelen. Aangekomen te Huivelde is het efkes opgehouden met regenen, maar ik ben gelijk de enige die het nog ziet zitten om door de modder te beginnen ploeteren. Ja, dat kunt ge zo hebben als in uw jeugd al uw buren varkens waren. En op latere leeftijd al uw makkers. Maar alleen is maar alleen, en dus rij ik mee terug, maar dan langs de Schelde en mee met Jan tot in Wetteren, zodat we toch meer dan 40 km op de teller hebben, van de eerste tot de laatste km in de drets en de plets en de felle wind. Doorweekt tot onder ons vel, maar gelukkig en met een echt Flandrien-gevoel, zo van: veel gaan er ons dat niet nadoen.
Even later komen de B-kes toe: drie vrouwen dan nog: Nadine Fack, Nancy Van Waes en Els Cattoir. Daar kunnen de mannen van de A-kes dus een puntje aan zuigen (3)!Leer daar eens iets van, jongens, of liever,jongetjes. Er waren ook nog twee mannen bij de beekes, met name Rudy Vergeylen (die moest wel van Nadine) en Koen Oosterlinck, maar die moesten eerst nog een douchke gaan pakken, dat ze proper en warm op café konden zitten.
Bij zo een weer smaakte de soep van Koen natuurlijk lekker. Naar het schijnt. De soep van Koen wordt altijd vakkundig en artistiek afgewerkt met een kwakje room. Gegarnierd, gelijk ze zeggen. Dat brengt me wel bij een ernstig grammaticaal probleem. Zegt men: Ja, ze smaakte weer lekker, de soep van Koen, met een kwakje, of is het correcter om te stellen: Ja, ze smaakte weer lekker, de soep met een kwakje van Koen.? Ik geraak er maar niet aan uit. De eerste versie klinkt wel iets smakelijker, vind ik, maar het blijft er hetzelfde uitzien, natuurlijk. Ik hou het toch maar bij Duvel.
(1). 2 februari 2020 was een palindroomdag omdat je datum zowel voor- als achterwaarts kunt lezen: 02022020. Lepel is een palindroomwoord. Het langste palindroomwoord is: koortsmeetsysteemstrook. Zo, dat weten we dan ook alweer.Het onthouden is iets anders.
(2). Het zou kunnen dat dit eigenlijk een dt fout is.
(3). Figuurlijk, hé, figuurlijk!
Zondag 2 februari 2020. Huivelde, Zele.
Stonden aan de kerk om stipt 8:36: de A-kes Rudy Rogiers, Ivan Rogiers, Rudy De Clercq, Jeffrey De Brouwer, Danny Fack, Cedric Laureyns, Stefan Imschoot, Luc Krick, Dirk Deboever, Kenneth Vanderzypen, Johan Van Hulle, Davy Poelman, Thomas Bisschop, Maarten Jespers, en natuurlijk, Marc Roelandt.
Ho, excuses. Een klein foutje in het verslag. Ge ziet, dat gebeurt zelfs met de besten. Ik bedoelde: stonden NIET aan de kerk. Maar waarom, zo vraagt de pientere lezer zich af? Zelfs de iets minder pientere lezer vraagt zich af hoe zoiets kan gebeuren. Ook de helemaal niet pientere lezer verstaat er zich niet aan, maar dat is dan weer normaal, want de helemaal niet pientere lezer verstaat zich zo al nergens aan. Is het misschien omdat het palindroomdag is (1)? Is het omdat het Maria Lichtmis is en moeder pannenkoeken gaat bakken? Neen, het is omdat het een beetje regent. Wie er wel staan als ik arriveer, zijn Jan Willems en Axel Troch. En daar blijft het bij, wat de A-kes betreft