Zoals telkens vooraleer te vertrekken heb ik de "caffard". Het onbestemde gevoel van komend heimwee, achterlaten, missen en het daarmee gepaard gaande slecht in zijn vel zitten. Ik heb dit steeds enkele dagen voor vertrek van thuis, maar evenzeer wanneer ik terug moet vertrekken uit Kreta. Daar kent men dit gevoel ook, "to kefi", een woord dat een gevoel uitdrukt dat zeer moeilijk omschrijfbaar of vertaalbaar is. Soms danst men daar caffard van zich af, in België zou dit echter maar vreemd overkomen.
De tijd gaat dus nu te traag voorbij, de zon lokt en thuis hier trekt. Nog enkel dagen geduld want dit gevoel gaat snel over eenmaal op het vliegveld, wanneer er geen stap meer terug is wijkt de caffard!
De bagage staat klaar. Na een drukke periode en weinig tijd om te schrijven keren we terug naar Kalives. Vanaf volgende week dus terug verslag over het leven ginder. We zien er natuurlijk naar uit, het gevoel dat deze plaats op je wacht, onveranderd sinds je ze maanden terug verliet is wel opwindend. Gedurende de voorbije maanden is er ook veel klaargezet om mee te nemen, dus we vertrekken met volle koffers en met veel zaken van hier om het daar verder een eigen gezicht te geven. Ik vraag mij af of Vosje er nog zal zijn en of hij mij nog zal kennen..... . Dat hoor je binnen een paar dagen.
In maart 2010 kwamen 4 bevriende Kretenzische muzikanten naar hier. Ze waren al een aantal maal op het festival geweest en het idee was gegroeid om een project op te zetten, samen met Vlaamse muzikanten. Na een week repeteren was er een eerste programma: fusiemuziek tussen Kreta en Vlaanderen. Al snel vonden ze mekaar, zowel instrumentaal als vocaal. Het was niet de bedoeling om enkel mekaars muziek te spelen, er werden ook nieuwe teksten en muziek geschreven en ongebruikelijke combinaties van instrumenten en stemmen uitgetest. Op die manier creëerden ze een eigen geluid, fusie tussen Vlaamse volksmuziek en Kretenzische traditie, combinaties van Rizitika met Oosterse instrumenten, lyra met keyboards, zang in het West-Vlaams; kortom ze creëerden Filia: vriendschap. Het programma ging in première in het muziekcentrum Dranouter en werd daarna ook uitgevoerd in Koksyde. De groep kwam terug samen in augustus-september en speelde de festivals van Dranouter en van Kalives op Kreta. Daar ook werd beslist dat Filia geen eenmalig project mocht blijven. Er werd verder gewerkt aan nieuwe nummers en het geheel evolueerde naar een avondvullende voorstelling van 2 x 45 minuten. Eind april 2011 komt er een eerste tour, met als sluitstuk een concert op Dranouter aan zee te De Panne op zondag 1 mei om 18:00 uur in de grote concerttent op het strand.
Line-up: Kreta: Vardis Karadakis: louta en zang Elias Vlamakis: lyra en zang Demetris Vlamakis: louta Stathis Paliampelos: bas Vlaanderen: Yves Bondue: accordeon, viool en zang Peter Paelinck: didgerido, Aziatische instrumenten en zang Jurrie Delporte: percussie Frederik De Clerck: keyboards en piano
Ze vormen samen Filia en brengen een concert met heel veel sfeer, vreemde combinaties en traditionele Kretenzische invloeden. Een ontdekking voor wie houdt van fusie en grieks muziek.
Vlakbij ons huis, in de hoofdstraat van het dorp zijn heel wat winkels. Eén ervan is een oude wijnhandel. Er staan altijd nieuwe vaten op het voetpad voor de winkel, eiken vaten, om de zelfgemaakte of in bulk gekochte wijn in te bewaren. Vardis zegt dat je pas echt op Kreta woont als je een vat met wijn hebt staan. Vullen is geen probleem, er zijn hier producenten genoeg. Wie meerdere vaten heeft kan zijn wijn lang laten staan, soms 4 - 5 jaar. Hij wordt dan zeer donker van kleur, bijna zwart, met een sterke smaak van vanille en Madeira.
De oude heer zit achter het raam van zijn winkel, 't is immers regenachtig. Bij goed weer zit hij buiten, aan de overkant van de straat op klanten te wachten. Hij is al heel oud, wel meer dan tachtig, ouder dan zijn winkel die zo'n vijftig jaar geleden is ingericht en perfect bewaard. Het interieur zou in België beschermd erfgoed zijn. Meestal is de man er nog alleen, soms komt iemand helpen om het bureauwerk te doen. Hij is er echter altijd.
Wij gaan er een fles wijn kiezen, een rosé van Hadzimichalis. Niet wat wij meestal onder rosé verstaan, eerder een lichtrode wijn met veel karakter, perefct ongekoeld te drinken. De conversatie verloopt wat moeilijk, mijn Grieks gaat niet zo vlot en zijn Engels is bijna onverstaanbaar door zijn ontbrekende tanden, maar toch praten we. Het moet wel luid genoeg gaan want hij hoort ook niet meer zo goed. Hij denkt dat ik een Griek ben die met een Belgische is getrouwd. Ik laat het maar zo, het zou teveel moeite kosten om uitleg te geven.
Zoals zoveel oudere mensen hier is hij nog actief, misschien uit noodzaak, maar ook omdat ouderen hier niet zomaar worden afgeschreven. Er is een totaal andere benadering van ouderdom hier. Op veel plaatsen zie je de grootouders nog deelnemen aan het werk en het sociale leven en met veel respect behandeld worden. Het is hier dus niet zo uitzonderlijk dat bejaarde mensen nog een winkel openhouden.
We vertrekken met onze fles wijn, de oude heer blijft een echte Kretenzer, hij draagt een zwart kostuum en loopt fier rechtop. Als we weggaan geeft hij een bloem aan Mireille met als commentaar " voor de mooie dame". Charmeur tot in de kist.
Een van de meest typische gerechten in Griekenland is wel oktopus. Je ziet ze dikwijls nog buiten hangen te drogen in de wind en ze staan op het menu in bijna elk restaurant. Ginder overal verkrijgbaar, vishandel of supermarkt of direct van de visser. Gekookt, gestoofd, met pasta, gegrild, er zijn een eindeloos aantal variaties en bereidingen ervoor.
Hieronder een eenvoudige, lekkere bereiding: gemarineerde oktopus (oktopus salata).
Probeer een oktopus op de kop te tikken, moet kunnen in de betere vishandel. Bestel meteen een grote, zo rond 1,5 kg, die zijn het best. In de vishandel zal hij wel schoongemaakt zijn en vermalst. In griekenland doet men dit door de oktobus herhaaldelijk op de rotsen te slaan totdat de vezels gebroken zijn en hij dus malser wordt na het koken. Eenvoudiger is om hem een nachtje in te vriezen en daarna te ontdooien voor gebruik. Dit heeft hetzelfde effect op de malsheid.
Zet een kom op het vuur die juist groot genoeg is om de oktopus in te leggen, een te grote kom is niet goed. Verwarm een goede geut olijfolie en stoof een ui aan, in grote stukken. Als de ui glazig is leg dan de inktvis erop. Voeg dan de kruiden toe, een paar teentjes look, bladpeterselie, zwarte peper, laurier, een vurig spaans pepertje en eventueel nog andere groene kruiden die je bij de hand hebt. Alles mag in grote stukken.
Overgiet nu alles met een geut wijn, wit of rood doet er niet zoveel toe. Gebruik echter weinig wijn, de oktopus zal zelf heel wat vocht lossen en moet daarin gaar koken. Deksel op de pot en op een zacht vuurtje laten sudderen. Test regelmatig de gaarheid, de inktvis moet zacht zijn maar mag niet uiteenvallen.
Als hij gaar is, laat dan wat afkoelen en snijd hem snel in stukken, snij de tentakels los van het lichaam en verdeel alles in hapklare stukken. Maak vooraf een vinaigrette, olijfolie, (Griekse) wijnazijn, peper, gehakte sjalot of rode ui, fijngesneden look, peterselie, tomatenblokjes (zonder zaad), oregano en indien bij de hand, verse groene kruiden; een beetje sambal, piri-piri, harissa of verse spaanse peper mag ook. Meng de lauw-warme inktvis met de marinade en proef op zout. Pas op, de oktopus is op zichzelf al behoorlijk zoutig.
Laat nu volledig afkoelen, dek af en zet een nachtje in de frigo vooraleer aan te vallen.
Voor begin februari is het prachtig weer, zonnig, en in de voormiddag al meer dan 20 graden. Een ideaal moment voor een wandeling, het lawaai van de weekdagen is er niet, weinig verkeer en er hangt sfeer in de lucht.
We wandelen van het hotel via Makrigiani naar de metrotoegang Akropolis. De terrasjes zitten al vol en vele honderden Atheners hebben hetzelfde gedacht gekregen als wij. Het gebabbel en de Gia Sas vullen de straten en iedereen ziet er vrolijk en ontspannen uit. We slaan nu linksaf, de weg op die naar het Akropolis loopt. In het begin van deze straat (Dionissiou Areopagitou) ligt het nieuwe Akropolis museum. Als je ooit in Athene komt, dan is dit een must. Het is prachtig en de presentatie van de collectie is onovertroffen. We wandelen hier op de grond van de Goden, en ik voel hier altijd hun aanwezigheid. Ze zijn bijna tastbaar aanwezig op al deze plaatsen, Zeus, Athene, Orpheus en zo veel anderen.
Eerst loop je langs het theater van Dionysos, daarna het Akropolis en even verder het theater van Herodes Atticus, het Herodeon. In dit theater gaan nog veel concerten en theatervoorstellingen door. We zijn er verschillende malen geweest en het is steeds een evenement om in dit duizendjarige theater een voorstelling te kunnen bijwonen.
Aan de splitsing van de weg heb je rechts de cel van Sokrates, met daarnaast "Sokrates" een van de bekendste restaurants van Athene. 's Avonds is vanuit dit restaurant het zicht op het Akropolis werkelijk adembenemend, je zit er met je neus op maar dit heeft wel zijn prijs. Rechtsaf nu de Apostolou Pavlou in. Deze straat loopt langs de Akropolisheuvel verder naar Thission. Nu zijn al deze straten verkeersvrij en heraangelegd. Ik heb de tijd nog beleefd dat we zelfs met de wagen de heuvel opreden. Gelukkig zijn hier toch ernstige inspanningen gebeurd en is de hele omgeving aangenaam en toegankelijk geworden.
Het plein op Thissio is een groot terras, dus tijd voor een frapé en om te genieten van de zon die volop schijnt. Van Thissio gaan we via Adrianou Monastiri binnen. Monastiri is de permanente vlooienmarkt van Athene, een wirwar van straatjes en standjes waar je zowat alles kunt kopen. Op zondag is er ook een ambulante markt met veel standjes en verkopers, het is er aanschuiven! Er zit natuurlijk veel brol tussen maar soms vind je mooie dingen voor een goedkope prijs.
Je moet wel even halt houden bij Thanassos, vlakbij het Monastiriplein, eet er een souvlaki, een brochetje in pitabrood met bijhorende groeten en sauzen. Dit is de Griekse "zak frieten". Vraag wel de echte, uit het vuistje, niet de toeristische borden, deze zijn veel duurder maar zeker niet beter. Het is er steeds aanschuiven. Van Monstiri volgen we verder Adrianou tot voorbij Plaka. Helemaal volgens de Griekse logika verdwijnt Adrianou plots om twee straten verder weer tevoorschijn te komen, pas dus op. In Plaka nog een laatste stop, bij Vrettos, dit is doorheen de jaren zowat ons Atheens stamcafé geworden, maar dat is een ander verhaal.
We gaan dan via de Poort van Hadrianus en de tempel van Zeus terug naar het hotel.
In de winter schieten de wilde kruiden als onkruid uit de grond op Kreta. Je ziet dan ook overal, langs de kanten van de wegen en in de velden vrouwen die chorta aan het snijden zijn. Dit is wel degelijk een vrouwenaangelegenheid, je ziet zelden mannen dit doen. Het vraagt natuurlijk enige kennis, wat je verzamelt moet ook eetbaar zijn, ik vrees dat als wij chorta zouden snijden, je er best niet te veel zou van eten.
Het meest natuurlijk is zeker de zelfgesneden chorta. Als je voor de gemakkelijkste oplossing kiest dan kun je ze ook kopen in het winkeltje om de hoek of in de supermarkt. Er zijn verschillende soorten, mengelingen van kruiden, zoals wilde venkel, groenten, zoals wilde spinazie en chicorei, aangevuld met een heel gamma eetbare kruiden. In veel Kretenzische gezinnen komt ze iedere week verschillende keren op tafel, je vindt ze ook in praktisch alle restaurants. Chorta is immers zeer gezond, licht en lekker. Een dagelijkse boost van vitamines, vezels en mineralen.
We maken ze zelf vaak klaar en ik geef hieronder het recept zoals wij ze graag eten: 1 grote greep chorta per persoon 1 aardappel, geschild en in stukken gesneden per persoon 1 kleine courgette per persoon, gesplitst in vier maar de punt heel laten zodat ze niet uit mekaar valt. enkele teentjes look water en zout citroen en olijfolie peper
Breng water aan de kook met het sap van een halve citroen, peper en zout en een paar tenen look. Als het water kookt, voeg dan de aardappelen toe en laat ze 10 minuten koken. Voeg daarna de courgettes toe en laat 5 minuten verder koken. Laatst de chorta erbij doen en laten pruttelen tot alles gaar is. De chorta mag echter niet platgekookt zijn, liefst nog wat knapperig.
Giet dan het water af, laat de chorta even uitlekken en breng op smaak met peper, zout, citroensap en olijfolie; eventueel nog een teentje fijngesneden look. Je kunt ze zo warm eten, wat ik het lekkerst vind. De chorta kan ook koud gegeten worden, op dezelfde manier klaargemaakt.
Hieronder staan alle berichten die in Kalives zijn geschreven. Ik heb ze allemaal ineens on line gezet. Lettertype en opmaak zijn nogal rommelig, dit komt omdat de berichten zijn overgenomen van mijn I-Pad en de programma's zijn niet volledig compatibel.
Zoals steeds wanneer ik moet vertrekken heb ik de dag ervoor de "caffard" , niet graag weggaan, niet graag afscheid nemen, niet graag achterlaten. De plaats waar je woont, het dorp, mensen en dieren. Dit alles stemt me steeds weemoedig en zorgt ervoor dat ik me al een paar dagen voor vertrek ongemakkelijk voel.
Ik vrees dat dit alleen maar erger zal worden, ik heb dit gevoel als ik uit België vertrek en evenzeer wanneer ik wegga van Kreta. Ik denk dat ik ertoe veroordeeld ben, leven tussen twee culturen, twee talen, twee vriendenkringen, twee huizen. Deze dualiteit is er al lang, nu wij ons vast verblijf hebben in Kalives wordt ze alleen maar sterker.
We zijn terug vertrokken, op naar Athene voor een paar vergaderingen en ook een beetje stadsbezoek, we kennen de stad inmiddels goed. Gisteren van iedereen afscheid genomen, nog een etentje met de vrienden en dan een onrustige nacht. Vanmorgen dan afscheid genomen van onze twee nieuwe hondenvrienden, Vosje en Dino. Ik vrees dat ze de hondenkoekjes zullen moeten missen tot in mei, dan komen we terug.
Vlekkeloze vlucht, behalve wat turbulentie, maar dat heb je bijna altijd als je aanvliegt op Athene, de overgang van zee naar land veroorzaakt nogal wat luchtstromingen. Met de taxi naar het centrum, de bussen en trams staken zodat de lijn vanuit het vliegveld naar het centrum platligt. Sinds kort is er een vaste prijs voor dit traject, redelijk en eerlijker dan de woekerprijzen die met vroeger durfde vragen.
We zijn al dikwijls in dit hotel geweest, het ligt in het centrum vlakbij de poort van Hadrianus, op 5 minuten wandelen van Plaka. De prijzen vallen er best mee en we krijgen nog een verassing, in plaats van de doorsnee kamer (de goedkoopste) krijgen we een upgrade naar een juniorsuite, gratis, omdat we er vaste klant zijn.
Vanavond zijn we vrij, de volgende dagen vergaderingen en verplichtingen. We gaan de stad in, eerst wandelen via Plaka naar Monastiraki en zo terug via Ermou.Daarna enkele glazen bij Vrettos in een van de zijstraatjes van Plaka. Het café is zeer oud, prachtig ingericht en ze hebben er de beste Griekse cognac, veel beter dan de bekende Metaxa. Ook de ouzo is er zeer goed. De muren zijn van boven tot beneden bekleedt met rekken en deze vol met flessen in alle kleuren. Het is er altijd zeer gezellig, ook door de oude vaten waarin de zelfgestookte ouzo wordt bewaard. In vele gidsen over Athene vind je dit café terug, het is een monument!
Daarna naar Psarras, een restaurant in Odos Erotokritos, op de heuvel van het Akropolis. Het eten is er zeer lekker en betaalbaar en de sfeer, met livemuziek altijd aangenaam.
Dit is ons vast programma voor onze eerste dag Athene, een reusachtige, hektische stad met het hart van een klein dorp op het platteland.
Het is nu stil in Kalives, de hotels zijn gesloten tijdens de winter en heel wat cafenias zijn maar enkele dagen per week open. Langs het strand en aan de haven liggen een tiental restaurantjes en café's, nu allemaal dicht.
Kalives valt echter nog mee, alle winkeltjes en de supermarkt zijn open. We zijn hier op dit gebied bevoordeligd, hier is werkelijk alle accomodatie, bloemenwinkels, tuincentrum, apothekers, supermarkt, beenhouwerijen, bakkers, alles voor de verwende westerse toerist. Deze week waren we ook in Rethymnon en Giorgopolis, daar was werkelijk alles dicht, echte spooksteden in de winter. Daartegenover is Kalives een bruisend dorp, je kunt er iedere dag overal terecht, ook in restaurant en café.
Veel mensen leven hier van het toerisme, voor hen is het nu de periode dat ze weinig inkomsten hebben en moeten teren op de winst van de zomer. De taxi's staan werkeloos op de Platea en de enkel op toeristen gerichte zaken zijn dicht.
Iedereen hier heeft zelf of via familie wel met toerisme te maken, de vele handelszaken met hun uitbaters en personeel, de hotels, de landbouw, verhuur van kamers en auto's. Iedereen pikt zijn graantje mee van het toerisme. Het is echter zo dat velen er zich niet van bewust zijn dat toerisme meer vraagt dan enkel Kretenzische gastvrijheid, vriendelijkheid en service. Om meer toeristen te trekken zou ook de mentaliteit van het bestuur moeten veranderen. De verkeersproblemen langs de smalle doortocht van het dorp wachten al jaren op een aanpak. De kade langs de zee is al enkele jaren in beton gegoten om daarna te worden aangekleed, de aankleding is nooit gebeurd. De sokkels voor de verlichtingspalen zijn voorzien, zonder palen. De vuiniscontainers staan open en bloot en velen denken dat het openbare stortplaatsen zijn. Niettegenstaande Kalives over zo veel toeristische troeven beschikt maakt de overheid daar geen gebruik van. Op dat gebied is er nog heel wat werk aan de winkel, nu is er echter geen geld voor en toen er wel geld was deden ze niets. Laat ons in België maar ophouden met te emmeren over goed bestuur.
Vandaag reden we naar Vatolakos, het dorp waar de Manousakis wijnmakerij ligt. Eerst richting Omalos en daarna de zijweg naar Vatolakos, een klein dorp op de hellingen van de Lefka Ori. De wijnmakerij ligt even buiten het dorp, midden de olijf-en sinaasappelbomen. We hadden een afspraak met Alexandra Manousakis, die de wijnmakerij runt, om te praten over eventuele distributie van hun wijnen in België. Dit gaat echter niet zo maar, er zijn heel wat problemen op te lossen: aankoopprijs, transport, accijnzen, leveringstermijn enz. Geen gemakkelijke opgave maar Alexandra ziet het zitten, verdeling in België zou haar goed uitkomen nu het in Griekenland, wegens de financiële problemen, met de verkoop minder goed gaat. In november komt ze naar België om haar wijn voor te stellen en te promoten. Hij is dan ook van hoge kwaliteit, biologisch geteeld en met veel vakmanschap en liefde gemaakt. Ze waren vandaag de rosé aan het bottelen, ze maken die maar om de twee jaar. Die proeven we als we terug zijn.
We zijn afgesproken dat de vrienden langskomenvoor het middageten, dat wil dus zeggen rond 14.00 uur. Ze zijn talrijk, klein en groot, moeder en kinderen, jong en oud. Goed voorzien van bloemen en vooral veel "gliko" taarten, chocolaatjes en gebak. Het eten staat al op tafel, wijn en water eveneens en iedereen begint meteen te eten. Intussen maken we de warme gerechten klaar zodat alles ineens en snel op tafel komt. Dit is de Griekse traditie. Het eten blijft dan ook staan en iedereen kan nemen wat en waneer hij wil. Rode en witte wijn, retsina en water worden overvloedig gedronken en de gesprekken komen los. Urenlange discussies over verschillende onderwerpen, van muziek tot politiek, vriendschap tot oorlog, alles komt aan bod. Na enkel uren komen de instrumenten boven en speelt en zingt iedereen mee, de oude liederen over liefde en vriendschap, rijkdom en armoede, oorlog en vrede en terzelfdertijd komen de verhalen los. De tafel wordt dan afgeruimd en er komt plaats voor fruit en zoetigheden, yoghurt en koffie en vooral veel tsikoudia, de zelfgestookte alcohol van druiven.
In de late avond komen nog wat vrienden van vrienden binnengevallen, maar dat is geen probleem, iedereen is welkom. Ook Nektarios, barman van het hotel waar wij jaren verbleven komt binnnen. Hij brengt wijn en tsikoudia, zelfgemaakt, die ik besteld had. Hij wipte even binnen voor 5 minuten maar is twee uur gebleven, Er waren immers vrienden die hij al jaren niet meer gezien had en dit had voorrang op zijn nog lange rit naar Rethymnon.
Nu is ons nieuwe huis definitief ingewijd, dat is het hier immers pas nadat er een echte pareaki is in doorgegaan. De volgende staat al gepland als we hier terug zijn in mei.
Vannacht naar een concert geweest van het Kretenzische deel van FIlia. 5 muzikanten, twee loutas, een lyra, bas en percussie. Ze spelen een typisch Kretenzische dansavond. Laat beginnen, zo rond elf uur en vroeg eindigen, rond zes uur in de morgen. Het ging door in een klein café in Almirida, een dorp op Apokoronou aan de zee. De muzikanten waren al in stemming, de nodige whisky en tabak waren aanwezig en het publiek kwam, weliswaar laat, maar ze waren er. Een intro van ongeveer een uur is het begin, een aantal liederen, veel gebaseerd op Kretenzische madinades, (korte, meestal vierregelige verzen, uit de traditie maar soms ook recent en zelfgemaakt).
Dan begint de dans, de muzikanten krijgen regelmatig drank, aangebracht door de aanwezige gezelschappen en soms wordt hen gevraagd om een bepaalde dans te spelen. Het gezelschap dat de dans bestelde danst, allemaal samen, en in de traditionele stijl. De mannen steunen op mekaar om de moeilijkste sprongen te maken en doen dit elk om beurt, zelfs jonge knapen nemen er al aan deel. De deelnemende vrouwen, een minderheid, dansen zeer gratieus en doen de ingewikkelde sprongen niet. Pas op, laat je niet misleiden, je neemt hieraan niet deel als je niet uitgenodigd bent. Enkel als de groep muziek speelt, niet op bestelling, kun je meedansen; of als men je uitnodigd. Wanneer je onuitgenodigd deelneemt aan een betaalde dans kun je, in het beste geval, resoluut gevraagd worden om op te houden en in het slechtste geval zwaar miserie krijgen. Wanneer je als bezoeker op een dergelijk feest binnenvalt zorg dan dat je de regels ietwat kent, dit is geen dansavond in een toeristisch hotel!
Vanuit mijn venster heb ik zicht op de Lefka Ori, de witte bergen. Die naam hebben ze ooit gekregen, honderden jaren terug, omwille van de wit-besneeuwde toppen in de winter. Nu doen ze hun naam eer aan, de toppen zijn scherp, wit en glinsterend in het licht van de vroege morgenzon. Soms zijn ze verborgen door de wolken, hangen in de mist en dreigen donker met regen en sneeuw. Hier aan de zee hebben ze weinig invloed, meestal schijnt hier de zon en is het zelfs in januari nog behoorlijk warm. Boven echter ligt er een pak sneeuw en vriest het. Enkele malen per jaar komt van over hun spitsen de zandstorm aangejaagd, zoals deze nacht. Zware windstoten, regen, onweer en storm. Deze morgen was alles bedekt met een gele laag stof van de Sahara. De hele dag waren er dreigende wolken, af en toe regen, maar wel 20°celcius warm. De Lefka Ori zorgt ervoor dat Kreta leefbaar blijft, water, olijven, wijn, voedsel voor de geiten en schapen, honing, kruiden, chorta, fruit en op de plateaus groenten, zonder haar zou Kreta een woestijn zijn. Vandaar ook dat alle Kretenzers van de bergen houden en er fier op zijn om af te stammen van een vader of moeder die vanuit de bergen kwam. De vele afgelegen dorpen bewaren ook de oude zeden en tradities, leefwijze en muziek en zijn veel minder vatbaar voor invloeden van de moderne tijd. In de zomer brengen ze ook verkoeling en velen rijden in het weekend de bergen in om er te verpozen, eten en drinken bij temperaturen die veel draaglijker zijn dan beneden aan de zee of in de valleien. Ook een van de mooiste natuurreservaten van Europa ligt in de Lefka Ori, de kloof en het natuurgebied van Omalos. De langste natuurlijke canyon van Europa. Een prachtig gebied voor natuurminnaars en avonturiers maar ook een reservaat voor de Kri-kri (wilde berggeiten) en voor de lammergier, het laatste reservaat van Europa. Lefka Ori, bewaarder van leven en tradities.
Uitgenodigd bij Vardis en Eleni, zijn moeder om s' middags te gaan eten, volgens Kretenzische traditie. De tafel vol met eten, zelfgemaakte wijn, alles overgoten met drukke gesprekken. De halve familie loopt binnen, eet en drinkt mee en komt zien naar de Belgen die nieuwe buren worden.
Je wordt inderdaad dadelijk opgenomen in de kring, de Kretenzische gastvrijheid is groot, iedereen probeert een woordje met je te praten, zegt dat je welkom bent en snel koffie moet komen drinken, hartverwarmend als vreemdeling in toch een vreemd land.
Na enkel liters wijn en veel muziek, rond 22.00 uur afscheid genomen en in bed gerold. Maandag wacht heel wat werk.
Ons appartement is in perfecte staat, net, geschilderd, elektriciteit en sanitair werken en de ligging is perfect. Het is een soort klein penthouse, op het dak van de eerste verdieping met een enorm terras. Vooraan zicht op de vallei en de Lefka Ori, zijdelings zicht op zee, op de baai van Souda. We wonen in een straat in het centrum, dichtbij de kerk met alle voorzieningen, winkels, supermarkt, apotheken, restaurants en een hotel vlakbij. En dit op 50 m van het strand.
Natuurlijk moet er nog ingericht worden, een tafel en stoelen, wat kookgerief, frigo, een radio en kleine huisraad moeten we aankopen.
Ook kuis- en wat schilderwerk moeten nog gebeuren maar uiteindelijk valt dit zeer goed mee, zo goed zelfs dat we voorzien om op woensdagmorgen helemaal geïnstalleerd te zijn. Uiteindelijk een succes.
Vanaf morgen dus meer tijd voor de dagelijks dingen en ook meer tijd om te bloggen.
Internet en meerbepaald Proximus speelde al die weken met mijn voeten, het was niet mogelijk om vanuit Kalives te bloggen. Daarnaast ondersteunt dit blog-programma ook mijn I-Pad niet, dus vanaf nu de berichten in uitgesteld relais.
We zijn aangekomen op vrijdag 21 januari, via Athene naar Chania, alle vluchten zijn vlekkeloos verlopen, dus op tijd voor de afspraak met Vardis. Eerst natuurlijk een bezoek aan zijn moeder Eleni, tsikoudia,zelfgebakken Koekjes en kaastaartjes met honing als welkom. Na het uitwisselen van de laatste nieuwtjes krijgen we sleutels en kunnen we naar boven. We moesten even wachten op Elias want die zou helpen het bed opzetten, maar was natuurlijk veel te laat. Na het uitladen van de bagage zijn we nog iets gaan eten in het dorp, traditioneel, een kilo wijn, kalamares, gebakken courgetten en fava met versgebakken brood. Zo kom je onmiddelijk in stemming behalve dat de eerste nacht de verwarming niet werkte en we dus in een koud appartement moesten slapen, een eerder onrustige slaap gezien het vele werk dat op ons wachtte
In mei 2007 rijden we naar Kalami, daar ligt een strook strand waar wij telkens opnieuw naartoe gaan. Even buiten het dorp vraag ik Mireille om te stoppen, ik wou de laatste paar kilometer te voet gaan. Langs de weg hangen affiches op de houten elektriciteit- en telefoonpalen. Vastgehecht met enkele nietjes proberen ze je aandacht te vestigen op komende evenementen en concerten. Op een van die palen hangt een affiche met twee jonge muzikanten, één ervan herken ik in een flits; de zoon van restaurant Kiani Akti dat ligt op het strand van Kalami.
In de eerste jaren van onze bezoeken aan Kreta was dit onze vaste slaapplaats, we sliepen er op het strand en moesten maar de aardeweg oversteken om in het restaurant te komen. We beleefden er legendarische dagen en nachten. We konden daar ook douchen, in open lucht, en we kregen er drinkwater. In ruil gingen we er dikwijls eten en drinken, vooral ettelijke liters huisgemaakte, sterke wijn. We gingen er bij onze latere bezoeken ook telkens terug, zagen de kinderen van de uitbater opgroeien, huwen en zelf kinderen krijgen en werden toen al bediend door de derde generatie.
De jonge kerel met de Lyra op de affiche was één van de kleinzonen van Elias, de oorspronkelijke uitbater. Ik was er niet echt zeker van en scheurde de affiche los om ze Mireille te tonen maar deze bevestigde mijn vermoeden. Dezelfde avond gingen we er eten en de jongen van de affiche bediende ons. Hij heet Elias, net als zijn grootvader. Zijn Engels was nogal beperkt, maar we konden voldoende praten om te horen dat hij Lyra speelde samen met een vriend, dat ze ook zongen en al heel wat concerten hadden gegeven op feesten en bruiloften. Ook hadden ze een opname van de Kretenzische TV, die zouden ze kopiëren en mij eens opsturen. Ik vertelde hem dat ik in België bezig was met muziek, ook volksmuziek. Hij zei dat te weten, daar we als ze klein waren dikwijls geschenkjes voor hen meehadden waartussen ook Cds van het festival. Zo wist hij wat Dranouter was, hij had de site ook al bezocht op internet.
De kopie van de CD kwam er, naar Kretenzische gewoonte, na heel wat weken. Het klonk goed, dus spraken we af om bij ons volgende bezoek te zien of ze in 2008 konden overkomen voor een concert op het festival. Zo maakte ik ook kennis met Vardis, de zanger en Louta-speler en met Demetris, de jongere broer van Elias die virtuoos de Louta bespeelt. Deze kennismaking mondde uit in een jaarlijks terugkerend concert op het festival, weliswaar in verschillende bezettingen maar steeds met de populaire Kretenzische volksmuziek. Naast de concerten kwamen er ook projecten met Vlaamse muzikanten Filia, waarover ik het later nog zal hebben; maar ook een jaarlijks klein festivalletje dat we samen organiseren in Kalives, het dorp waar zij wonen.
Zo is voor mij de cirkel rond, de kennismaking met de oude Elias resulteerde 30 jaar later in een samenwerking met de jonge Elias, en dit rond volksmuziek, een genre muziek waarrond heel mijn leven is opgebouwd. Het is voor mij dan ook steeds ontroerend om een concert van hen bij te wonen en als ik Elias terugzie is het steeds een beetje terugzien van mijn, voor een deeltje, geestelijk kind.