Ik heb het artikel van Aviel Verbruggen onder de titel
Een Groene Minister, architect van SMR-atoomkernenergie met interesse
gelezen. Als mede-oprichter van de aktiegroepen tegen kernenergie ( VAKS) ken
ik Aviel Verbruggen als een kritische denker over de maatschappelijke
ontwikkelingen, in het bijzonder over de energiepolitiek. In het verleden is
hij daarvoor verguisd door delen van het establishment en zeker in kringen van
kernenergie-gelovigen.
Zijn
kritische blik blijkt uit zijn artikel als reactie op het interview dat Tinne
Vanderstraeten gaf aan DS. Wat mij daarin opvalt is dat Aviel weinig oog en
begrip heeft voor de moeilijke politieke situatie waarin de Minister moet
laveren om de kernuitstap te realiseren. In het regeerakkoord staat dat de
kernuitstap gerealiseerd wordt als de bevoorradingszekerheid verzekerd is.
Zeker, Groen heeft dit regeerakkoord
onderschreven in de volle overtuiging dat dit geen probleem zou zijn als
hernieuwbare energie volop tot ontplooiing komt en als er gascentrales zorgen
voor eventuele vervangcapaciteit. Ook ik heb dit laatste altijd een moeilijk te
verteren punt gevonden omwille van de CO² emissies en de doelstellingen die we
hebben afgesproken om de klimaatproblematiek te beteugelen. Maar de
doelstelling om de kerncentrales te sluiten is na jarenlange blokkade te belangrijk om op te geven zodat een
tijdelijk compromis een eerbare uitweg biedt. Aviel bewijst ook dat de
kernuitstap nodig is door aan te geven welke immense gevolgen de kernenergie
heeft voor de toekomstige generaties en voor de huidige bevolking als het
misgaat.
In zijn
artikel laat Aviel zich echter te veel leiden door beweringen en niet door
feiten. Zo beweert hij dat de grote stroomproducenten de bocht naar
hernieuwbare energie hebben gemaakt om puur financiële redenen. Dat die
redenen er zullen zijn ligt in de doelstellingen van bedrijven. Maar dat
bedrijven enkel daarom de bocht hebben gemaakt is de onderschatting van de
invloed van jarenlange actie en sensibilisatie van de bevolking voor de
gevolgen van de klassieke fossiele en nucleaire opwekking van elektriciteit die
ook in het bedrijfsleven heeft geleid tot inzichten die we tot voor kort voor
onmogelijk hielden. Dat het bedrijfsleven dus meegaat met een Minister die
mogelijkheden biedt om een toekomstgericht energiebeleid op de kaart te zetten
moet ons dan ook niet verwonderen.
Of de Groene
Minister het verschil maakt in het energiebeleid is voor Aviel nog een vraag maar
voor vele waarnemers een zekerheid. Zij is door haar expertise en haar kennis
van de materie de uitgelezen persoon om de energiepolitiek van dit landvorm te
geven.
De Standaard
typeerde haar in november vorig jaar als:
In een
jaar tijd won minister van Energie Tinne Van der Straeten (Groen) het
vertrouwen van de energie- en industriebonzen in ons land. Dankzij de expertise
die ze opbouwde als energieadvocate, de ervaring die ze op haar kabinet
verzamelde en haar open lijnen met cruciale directiekamers. Ze is een
technocrate, maar met een missie.
Die
missie is duidelijk. De kernuitstap wordt gerealiseerd en hernieuwbare energie
is de toekomst. En als ik daarbij gascentrales als tussenstap nodig heb dan zal
ik die gebruiken, stelt ze.
Cruciaal
in het stuk van Verbruggen is de passage over de SMRs, de imaginaire vierde
generatie kernmodules die door de lobby wordt gebruikt om kernenergie en de
splijtstofcyclus draaiende te houden.
In het
interview in DS zegt Tinne dat ze naar de mogelijkheid van SMRs wil kijken,
niet dat ze er aan zal werken en ze ontwikkelen. Willen kijken is geen
engagement tegenover deze ontwikkeling, het is enkel ingegeven door haar wil de
kernuitstap te realiseren met een regering waarin de socialisten zwijgen,
rechts de kernlobby volgt, en de anderen niet in de hoek van de
anti-wetenschappelijken willen terecht komen.
Verbruggen
begrijpt niet waarom Myrha de onderzoeksreactor waaraan het SCK werkt, niet
meteen door Tinne naar de schroothoop wordt verwezen. De strategie van de
Minister is veeleer te begrijpen als de oproep aan het SCK om eindelijk eens te
bewijzen dat ze iets kunnen met de Myrha. En als dat niet zo is, zoals al
jarenlang blijkt, ze ophouden met die technologie. Het uur van de waarheid
nadert dus. En je kunt geen twee oorlogen terzelfdertijd voeren.
Daarna
gaat Verbruggen helemaal uit de bocht. Hij benoemt de Minister als neo
modernist, ze kan haar geloof zeker kwijt aan het nucleair forum, ze is
onwetend over de vierde generatie, als ze even googelt zou ze al weten hoe het
zit, het is nonsens, misleiding.
Met als
conclusie dat hij als hij lid zou zijn van Groen, hij zijn lidkaart zou
verscheuren. We zullen niet schrijven wat we daarover denken maar voor mij
staat het vast dat ik dat niet zal doen. Ik zal de Groene minister blijven
steunen in haar aartsmoeilijke taak de energiepolitiek van dit land vorm te
geven waarbij ik ervan uitga dat in maart de kernuitstap gerealiseerd wordt.
Guido
Steenkiste
In een
jaar tijd won minister van Energie Tinne Van der Straeten (Groen) het
vertrouwen van de energie- en industriebonzen in ons land. Dankzij de expertise
die ze opbouwde als energieadvocate, de ervaring die ze op haar kabinet
verzamelde en haar open lijnen met cruciale directiekamers. Ze is een
technocrate, maar met een missie.
Die
missie is duidelijk. De kernuitstap wordt gerealiseerd en hernieuwbare energie
is de toekomst. En als ik daarbij gascentrales als tussenstap nodig heb dan zal
ik die gebruiken, stelt ze.
Cruciaal
in het stuk van Verbruggen is de passage over de SMRs, de imaginaire vierde
generatie kernmodules die door de lobby wordt gebruikt om kernenergie en de
splijtstofcyclus draaiende te houden.
In het
interview in DS zegt Tinne dat ze naar de mogelijkheid van SMRs wil kijken,
niet dat ze er aan zal werken en ze ontwikkelen. Willen kijken is geen
engagement tegenover deze ontwikkeling, het is enkel ingegeven door haar wil de
kernuitstap te realiseren met een regering waarin de socialisten zwijgen,
rechts de kernlobby volgt, en de anderen niet in de hoek van de
anti-wetenschappelijken willen terecht komen.
Verbruggen
begrijpt niet waarom Myrha de onderzoeksreactor waaraan het SCK werkt, niet
meteen door Tinne naar de schroothoop wordt verwezen. De strategie van de
Minister is veeleer te begrijpen als de oproep aan het SCK om eindelijk eens te
bewijzen dat ze iets kunnen met de Myrha. En als dat niet zo is, zoals al
jarenlang blijkt, ze ophouden met die technologie. Het uur van de waarheid
nadert dus. En je kunt geen twee oorlogen terzelfdertijd voeren.
Daarna
gaat Verbruggen helemaal uit de bocht. Hij benoemt de Minister als neo
modernist, ze kan haar geloof zeker kwijt aan het nucleair forum, ze is
onwetend over de vierde generatie, als ze even googelt zou ze al weten hoe het
zit, het is nonsens, misleiding.
Met als
conclusie dat hij als hij lid zou zijn van Groen, hij zijn lidkaart zou
verscheuren. We zullen niet schrijven wat we daarover denken maar voor mij
staat het vast dat ik dat niet zal doen. Ik zal de Groene minister blijven
steunen in haar aartsmoeilijke taak de energiepolitiek van dit land vorm te
geven waarbij ik ervan uitga dat in maart de kernuitstap gerealiseerd wordt.
Guido
Steenkiste

|