Commentaar op het stukje Heist bewaakt en bewaart dat CDenV in het
Reklameklokje liet verschijnen op 6 september.
Het is erg laag bij de grond om de emoties rond de kerk
louter als gebruiksvoorwerp van verkiezingspropaganda te nemen.
CDenV Heist zegt over historische gebouwen:
"Herbestemming van deze gebouwen verzekert hun onderhoud en hun toekomst.
Maar een kerk is anders, is meer dan een historisch gebouw. Het is de plek waar
wij dopen, trouwen en rouwen. Wie dat zo wil houden, zal alleen op CD&V
kunnen rekenen."
Natuurlijk heeft CDenV een lange traditie
van besteding van openbaar geld aan de herbestemming van historische gebouwen
in het centrum van Heist-op-den-Berg. De belangrijkste zijn het Hof van Riemen,
de dekenij op de berg, het kloostergebouw met cultuurkapel op de berg. Of deze
gebouwen geschikt zijn voor hun nieuwe functie en of het kostenplaatje
gerechtvaardigd is, laten we even in het midden.
Laten we het nu even hebben over de kerken.
Heist-op-den-Berg telt 11, ja elf parochiekerken. En wie weet hoeveel kapellen,
maar die zijn niet belangrijk, want de gemeente onderhoudt die niet. Waarom de
gemeente wel de parochiekerken moet onderhouden, moet je aan Napoleon vragen
hij vond het indertijd opportuun om als staat alle bezittingen van de kerk over
te nemen, had iets te maken met scheiding van kerk en staat, maar zon grote
denker als Napoleon ben ik niet om dat te kunnen doorgronden. Misschien brengt
eigendom macht met zich mee en die kerkelijke macht wou Napoleon afnemen.
Maar nu zitten we nog altijd opgescheept
met die gedrochten van lang geleden die het landschap verstoren. Volgens de media is er geen mens die het nog
nodig vindt om deze gebouwen te betreden. Het doel van deze gebouwen is
namelijk om een gelovige gemeenschap te huizen, daar hoort misschien dopen,
trouwen en rouwen bij, maar op zich is dat een beperkte dienstverlening. Wie
trouwt er eigenlijk nog? Van die paar mensen per jaar kan een parochiekerk niet
leven. De begrafenisondernemers zijn allen volop bezig om aula's te zetten om
de vraag aan niet-kerkelijke begrafenissen te kunnen bijhouden. Wie rouwt nog
in een kerk? Aan die nevenactiviteiten kan de kerk alleen voldoen als de kerk
in hoofdzaak gebruikt wordt om een levende parochiegemeenschap te huizen - dat
veronderstelt een gelovige gemeenschap. Waar vinden we die in Heist?
Ik heb cijfers teruggevonden over
Antwerpen. Gemiddeld in Groot-Antwerpen gaat 9% van de katholieke bevolking
wekelijks naar een religieuze dienst. Voor Heist zal dat niet anders zijn,
vermoedelijk. 40% van de inwoners is katholiek in Groot-Antwerpen. Als we
extrapoleren naar Heist krijgen we 1440 personen die wekelijks een viering
bijwonen. Als we uitgaan van een 200 personen per religieuze dienst om van een
gemeenschap te kunnen spreken, dan moeten er, naar boven afgerond, 8 diensten
doorgaan per week. Dus maximaal 8 kerken zijn nodig op dit ogenblik. Dat
strookt met de studie van KULeuven die stelt dat 25% van de parochiekerken
overbodig zijn in Vlaanderen, dat zijn er dus drie te veel in Heist-op-den-Berg.
Een simpele oefening? Niet als het aan het
gemeentebestuur ligt. Die wil niet weten van een werkgroep om na te gaan welke
kerken onderbenut zijn. Nochtans is de conceptnota van Geert Bourgeois over de
toekomst van de parochiekerk duidelijk. En zijn kabinetschef Marc Andries heeft
dit uitgelegd aan de leden van alle kerkfabrieken: Kerkbesturen moeten
slagkrachtiger. De oefening moet gemaakt worden: welke kerken,
welke investeringen en een meerjarenplan met visie moet in 2013, maar
voorbereid met uittredend gemeentebestuur. Er moet evenwicht zijn, de
kerkfabriek kan er niet van uit gaan dat er een lopende rekening is met de
gemeente. Over Vlaams geld zal de vraag gesteld worden: is er een strategie
voor het gebouw in de toekomst?
Zonder na te denken over de strategie voor de toekomst
zal er geen Vlaams geld naar de kerken van Heist-op-den-Berg vloeien. In Heist
zijn ze zo happig om subsidies als het over de sporthal of het cultuurcentrum
gaat gaan ze dan voor de kerken hun neus ophalen over Vlaams geld?
Welke van de elf kerkfabrieken zitten op dit moment rond
de tafel voor deze voorbereidingen met het uittredend gemeentebestuur waar de
minister zo op hamert? Ik zou het graag weten.
Een reëel voorbeeld: de Sint-Jan Baptistkerk van Schriek
werd beschermd als erkend monument in 2004. Dit wil zeggen dat bij een
restauratie Vlaanderen 80% van de factuur zal betalen. De buitenrestauratie van
deze kerk, geraamd op bijna één miljoen euro door ir architect Frateur al in
2007 staat op de helling zonder Vlaams geld. En zonder oefening over
strategieën voor de toekomst krijgt Schriek geen Vlaams geld. Is het
kerkfabriek van Schriek in gesprekken met het uittredend gemeentebestuur om
deze buitenrestauratie op te nemen in hun volgend meerjarenplan? Wil het gemeentebestuur
van Heist niet dat de kerk van Schriek kan gerestaureerd worden? Want daar
lijkt het wel op. De kerk heeft een 700 jarige geschiedenis en werd door
de gemeente die bewaakt en bewaart pas beschermd over 8 jaar?
Misschien zijn de Schriekenaren zelf toch niet zo happig
meer om te dopen, trouwen en rouwen in hun kerk? Dat is de vraag die gesteld
moet worden. Maar zeker is dat het aan de gelovige mensen van de parochie met
steun van het bisdom zal afhangen of de kerk er nog gaat zijn voor de parochie
in de toekomst en niet van CDenV!
08-09-2012 om 00:00
geschreven door ETA 
|