
Het verhaal van de Argonauten en het gulden vlies is het verhaal van Iason. Hij stamde af van Aiolos, die een kleinzoon was van Deukalion en Pyrrha (cf. verhaal nr. 33). Aiolos was de vader van o.a. Athamas (cf. verhaal nr. 12) en ook van Salmoneus en Kreteus. Deze laatste werd koning van de Thessalische stad Iolkos en hij nam Tyro, dochter van zijn broer Salmoneus, tot vrouw. Eén van de kinderen die hij bij haar verwekte was Aison. Tyro had echter ook een verhouding met de god Poseidon en ook deze verwekte kinderen bij haar. Eén ervan was Pelias. Via een machtsgreep eigende Pelias zich de troon van Iolkos toe, dewelke toekwam aan zijn halfbroeder Aison. Hij zette Aison gevangen en gaf opdracht Aisons zoontje Iason te doden. Vrienden van Aison slaagden er evenwel in het kind naar een veilig oord te laten ontsnappen. Het kind werd een flinke knaap, die in de leer ging bij de wijze kentaur Cheiron. Tot volwassenheid gekomen, besloot Iason zich naar het koninklijk paleis van Iolkos te begeven en zijn aanspraak op de troon te laten gelden. Op zijn weg naar Iolkos ontmoette hij een klein oud vrouwtje, dat hem smeekte haar naar de overkant van de rivier te dragen. Iason ging daar gewillig op in. Hij nam het vrouwtje op zijn rug en begon de rivier te doorwaden. Maar allengs bleek het vrouwtje zwaarder te worden, zo zwaar dat de nochtans sterk gebouwde jongeman bijna bezweek onder zijn vracht. Het vrouwtje was niemand minder dan de godin Hera die zich vermomd had, teneinde Iason op de proef te stellen. In het midden van de rivier was één van zijn sandalen losgekomen en in de modder blijven steken. Na dank- en lofbetuigingen van de godin in ontvangst te hebben genomen, zette Iason zijn weg verder met slechts één sandaal aan de voeten. Aangekomen in het paleis van Iolkos ging hij onverschrokken voor zijn oom Pelias staan en zonder er doekjes om te winden vroeg hij hem, te zijnen voordele afstand te doen van de troon, dewelke hij zich onrechtmatig had toegeëigend. xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Van het orakel had Pelias vernomen dat hij zich hoeden moest voor een man die hem zou tegemoet komen met één ongeschoeide voet en een sandaal aan de andere. Pelias had onmiddellijk door dat die éénsandalige man op t ogenblik vóór hem stond en dat die man Iason was, zijns broeders zoon. Hij hoedde er zich wel voor de jongeman onvriendelijk te bejegenen. Tot Iasons niet geringe verwondering stemde hij er in toe troonsafstand te doen, doch hij verzocht hem eerst het verhaal van het gulden vlies te aanhoren. En Pelias vertelde hoe hun beider achterneef Phrixos, de gouden vacht in Colchis, aan het oostelijk uiteinde van de Zwarte zee, had achter gelaten. Deze vacht terug naar Griekenland halen, tot meerdere eer en glorie van het land, was een taak waar Pelias zichzelf te oud en te zwak voor voelde. Maar voor een jonge sterke man moest dit niet onoverkomelijk zijn. Of Iason eerst die opdracht wilde vervullen? Meteen zou hij daarmee bewezen hebben een waardige koning te zijn. Van zodra het gulden vlies weer op de voorvaderlijk bodem was, zou Iason dan de troon kunnen bestijgen. Maar Pelias rekende erop dat Iason de opdracht nooit tot een goed einde zou brengen, dat hij nooit levend met het gulden vlies terug zou keren naar zijn vaderland, dat hij wel zou omkomen tijdens de tocht naar Colchis, een tocht vol gevaren
Zonder aarzelen ging Iason in op het voorstel van zijn oom. Hij verzamelde rond zich een vijftigtal dappere Grieken, die net als hij belust waren op het verrichten van heldendaden. Onder hen waren: de ziener Amphiaraos, Augias, de koning van Elis, Kalaïs en Zetes, kinderen van de Noordenwind, Meleager van Kalydon en de hardloopster Atalante, Peleus en Telamon, de respectievelijke vaders van Achilles en Ajax, strijders in de oorlog tegen Troje, de goddelijke tweeling Castor en Pollux. Er was ook de zanger Orpheus (over wie we het zullen hebben in het volgende verhaal). Bij dezen en nog vele anderen voegde zich dus ook Herakles, die voor de gelegenheid zijn geliefde dienstknecht Hylas meenam. Voor onze held was zon tocht met vrienden een welgekomen afwisseling. Er wachtten hem daarna immers nog acht moeilijke werken die hij helemaal in zijn eentje diende op te knappen.
Nog te vermelden dat het schip waarmee de helden de tocht zouden aanvatten ontworpen werd door een befaamde scheepsbouwer, genaamd Argos. De voorsteven werd verstevigd door een stuk hout van de sprekende eik uit het heiligdom van Zeus in Dodona. Schenkster van het stuk was de godin Athena. Het schip stond aldus onder hoge bescherming. Het werd genoemd naar de bouwer van het schip: de Argo. De deelnemers aan de tocht waren de Argonauten.