47. Asklepios.
Phlegyas had ook nog een dochter, Koronis. De god Apollo raakte verliefd op haar en maakte haar zwanger. Desondanks begon Koronis een verhouding met een sterveling, Ischys genaamd. Apollo werd echter op de hoogte gebracht van die ontrouw door één van zijn lievelingsvogels, de raaf, die toen nog een witte vogel was. In blinde woede deed Apollo beroep op zijn zuster Artemis en gaf haar de opdracht Koronis met haar pijlen te doorboren. Toen de dode Koronis reeds op de brandstapel lag, waaraan men doden toevertrouwt, zag Apollo het zinloze van zijn daad in en hij vervloekte nu de raaf, die van dat ogenblik af zwart werd dit verhaal doet denken aan dat van de kraai, die zwart werd als gevolg van een vervloeking door de godin Athena maar door sommigen wordt ook beweerd dat die vervloeking reeds plaatsgreep op t ogenblik dat de raaf Koronis ontrouw kwam melden: Apollo verweet de vogel immers dat hij zijn rivaal niet de ogen had uitgepikt. Apollo realiseerde zich nu ook dat Koronis zíjn kind droeg en hij ontbood Hermes om hem te helpen het kind alsnog te redden. Hermes paste een keizersnede toe op het dode lichaam. Het kind was Asklepios en Apollo vertrouwde het toe aan de wijze Kentaur Cheiron, die het onderwees in alle wetenschappen en in het bijzonder in de geneeskunde. Al gauw bleek de jonge Asklepios over heel bijzondere geneeskundige gaven te beschikken. Niet alleen kon hij zieken genezen, maar hij kon zelfs doden weer tot leven brengen. Hierbij werd hij geholpen door de godin Athena die hem een flesje bloed, afkomstig van Medusa, had geschonken, dat levenswekkende eigenschappen bezat. Maar dat zinde de goden in t geheel niet. Vooral de opwekking uit de doden van Hippolytos werd Asklepios zwaar aangerekend. Hippolytos was de zoon van de Atheense koning Theseus. Om zijn kuisheid was hij geliefd bij de godin Artemis. Maar om dezelfde reden verfoeide Aphrodite hem en met de hulp van Poseidon bewerkstelligde ze zijn dood. Artemis kreeg het van Asklepios gedaan dat hij de jongeling het leven terugschonk. Maar nu gingen de god van de onderwereld en de drie Schikgodinnen hun beklag doen bij Zeus: als het zo doorging konden ze hun winkel wel opdoeken
De oppergod wond er weinig doekjes om: hij doodde Asklepios met een bliksemstraal.
Maar ook na zijn dood namen de mensen hun toevlucht tot Asklepios. Ze bouwden te zijner ere heiligdommen (asklepions) in talrijke steden in Griekenland en ook daarbuiten, alwaar ze hem als een god gingen aanbidden en genezing van hun kwalen afsmeekten. Het meest bekende asklepion bevindt zich in Epidauros, in de landstreek Argolis in de Peloponnesos, waar, naar men zegt, zijn graf zich zou bevinden. Zijn twee zonen, de geneesheer Podaleirios en de chirurg Machaon, stonden de Grieken bij tijdens de oorlog van Troje. Ook zijn twee dochters maakten zich verdienstelijk in de geneeskundige branche: Hygieia, die staat voor gezondheid en Panakeia, die staat voor medicatie.
|