25. Het vat der Danaïden.
Zoals reeds verteld in het verhaal over Kadmos en zijn zuster Europa, had hun beider vader Agenor nog een tweelingsbroer, Belos. Deze had zelf twee zonen: Aigyptos en Danaos. De twee zonen stonden vijandig tegenover elkaar en dat had alles te maken met de verdeling van het rijk van hun vader. Aigyptos kreeg Arabië en Egypte toegewezen, Danaos kreeg Lybië. Beiden hadden vele kinderen, bij verscheidene vrouwen: Aigyptos had vijftig zonen, Danaos vijftig dochters. Toen op een keer Aigyptos, ten teken van verzoening, een huwelijk had voorgesteld van zijn vijftig zonen met de vijftig dochters van zijn broer, ging Danaos het orakel raadplegen omdat hij twijfelde aan de goede bedoelingen van Aigyptos. Wat hij gevreesd had werd bewaarheid. Het orakel deelde hem mede dat zijn broer geenszins vredelievende bedoelingen had, doch dat het huwelijk slechts een voorwendsel was om zich het ganse rijk van vader Belos toe te eigenen. Danaos weigerde zijn toestemming tot dit massahuwelijk te geven, waarop Aigyptos in hevige woede ontstak. Tenslotte werd Danaos zo bevreesd voor zijn broer dat hij besloot het land te verlaten. Met de hulp van de godin Athena slaagde hij erin het land te ontvluchten, tesamen met zijn vijftig dochters. Hij bereikte de stad Argos in de Peloponnesos en hij verklaarde tegenover de inwoners van de stad dat hij door de goden was uitverkoren om hun koning te worden. Hij kreeg allen op zijn hand en zo werd Danaos verkozen tot koning van Argos.
Maar Aigyptos had het idee van het grote huwelijk niet laten varen. Hijzelf en zijn vijftig zonen gingen Danaos achterna en ze belegerden de stad Argos. Noodgedwongen stemde Danaos tenslotte toch toe in het huwelijk, niet echter zonder eerst een wreed plan beraamd te hebben. Met de dochters kwam hij overeen dat allen hun echtgenoot zouden doden tijdens de huwelijksnacht, door middel van de lange gouden haarspeld die zij zouden dragen op het huwelijksfeest. Alles verliep volgens plan, of bijna alles... Negenenveertig van de vijftig zonen vonden de dood. Eén bracht het er levend van af: Lynkeus. Eén enkele bruid, Hypermnestra, had het leven van haar echtgenoot gespaard, uit erkentelijkheid omdat hij haar tijdens de huwelijksnacht had gerespecteerd en haar haar maagdelijkheid had laten bewaren. Danaos wou die ene dochter straffen met de dood, maar uiteindelijk werd dat vonnis niet uitgevoerd en tenslotte was het Lynkeus die Danaos doodde en daarna zelf regeerde over Argos.
En de negenenveertig anderen? Zij kwamen na hun dood allen in de Tartaros terecht alwaar zij gedwongen werden, bij wijze van straf voor hun wandaad, een vat te vullen met water. Maar het is een werk zonder einde, want nooit zal het vat vol raken, want zo snel als ze het water erin gieten loopt het er weer uit: de bodem van het vat is namelijk zo lek als een zeef. Door sommigen wordt beweerd dat het vat niet eens een bodem heeft en nog anderen dat de emmers waarmee de Danaïden het water moeten aandragen zelf ook lek zijn...
|