77. De kinderen van Leda.
< tekening Jan Bauwens, naar Michelangelo < klik op de tekening om te vergroten
Na de dood van Atreus kwam Thyestes gedurende een korte tijd op de troon in Mykene. Atreus zoon Agamemnon slaagde er echter in, geholpen door de Spartaanse koning Tyndareos, om zijn oom van de troon te verdrijven en zelf het bewind in handen te nemen. Agamemnon trouwde met Tyndareos dochter Klutaimnestra, terwijl Agamemnons broer, Menelaos, uiteindelijk Klutaimnestras zuster, de mooie Helena, tot echtgenote zou krijgen. Deze laatste is het die de inzet zou worden van de oorlog van Troje.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Klutaimnestra en Helena waren dus tweelingszusters, en eigenlijk ook weer niet. Of misschien kunnen we zeggen dat ze beiden de vrouwelijke helft waren van een vierling, waarvan de andere helft de broeders Castor en Pollux waren. Gecompliceerd? Ziehier hoe de vork aan de steel zat. Zeus, de oppergod, werd verliefd op Tyndareos echtgenote Leda. Hij zag geen andere mogelijkheid om haar te benaderen dan door zich te veranderen in een zwaan. In die gedaante bezwangerde hij Leda. Deze bleek ook zwanger te zijn van haar echtgenoot en uiteindelijk baarde zij twee eieren. Uit het ene ei kwamen twee goddelijke kinderen te voorschijn: Pollux (ook Polludeukes genoemd) en Helena, beiden kinderen van Zeus en onsterfelijk. Uit het ander ei kwamen Castor en Klutaimnestra: zij waren kinderen van Tyndareos.
Castor en Pollux groeiden op tot heldhaftige kerels. Men noemt ze de dioskoeren, wat zonen van Zeus betekent, ofschoon in feite enkel Pollux op die titel aanspraak zou mogen maken. Ze namen deel aan de strijd tegen de Kalydonische ever (zie verhaal nr. 26) en aan de tocht van de Argonauten (zie verhaal nr. 46). Pollux onderscheidde zich vooral als worstelaar, Castor als paardenmenner. Beide broers hielden zielsveel van elkaar en ze waren ook goed bevriend met hun neven Idas en Lynkeus. Maar ze kregen ruzie met deze laatsten volgens de enen was het een kwestie met vrouwen, volgens anderen ging het om vee dat het ene broederpaar het andere had ontstolen en daar kwam een bloedig gevecht van, waarbij Castor werd gedood. Met de hulp van zijn vader Zeus doodde Pollux daarna Idas en Lynkeus, uit wraak. Maar het verdriet om het heengaan van zijn broeder werd er voor Pollux, die zelf onsterfelijk was, niet minder op. Hij smeekte zijn vader Zeus zijn broeder terug te laten keren uit de onderwereld. Hij verklaarde zich zelfs bereid zijn eigen onsterfelijkheid aan Castor te schenken en zelf zijn broeders plaats in het dodenrijk te gaan innemen. Zeus besliste dat elk van beiden afwisselend de ene dag op de Olympos zou vertoeven en de volgende dag in de onderwereld. Uiteindelijk werden beiden als het sterrenbeeld van de tweeling aan het firmament geplaatst, maar zó dat de ene keer de ene het meest oplicht, de andere keer de andere
|