Vespa bestaat 75 jaar ! En dit is de aanleiding voor de 'Vespa 75th' die alleen in 2021 zal worden verkocht, een uniek aanbod om deze levende legende te vieren. Beschikbaar in de Primavera en GTS modellen met een speciaal voor de verjaardag gecreëerde styling; een exclusieve kleurstelling, speciale afwerking een nieuw zadel en een verchroomde bagagedrager en een speciaal en een speciaal voor de scooter ontworpen tas. Op zondag 4Juli verwacht Autoworld omstreeks 14h zo'n 120 tot 150 Vespa's voor de verjaardag rally. Deze Vespa - liefhebbers komen uit alle hoeken van het land met hun blinkende Vespa De bedoeling is dat men het getal 75 te vormen op de Esplanade voor het museum, Een knipoog naar de bedenker en ontwerper van de Wesp , Enrico Piaggo !
Men zegt dat de Ferrari 250 GTO , bouwjaren 1962 -1964, de beste Ferrari is aller tijden . Toen deze op de 'markt' kwam kostte deze 14.690 en was er een persoonlijke toestemming nodig van Enzo Ferrari ( de "godfather" van Ferrari. In 1962 -1963 werden er slechts 36 auto's geproduceerd. In 1964 werd een tweede serie geproduceerd.
Van deze tweede serie werden er slechts drie (3) exemplaren gebouwd , daarnaast werden er vier (4) exemplaren van de eerste 'serie' omgebouwd tot het nieuwere model.
De motor was een 3.0 / V12 . De rest van de auto was typisch voor een Ferrari uit de jaren '60 ; hand gelast buizenframe , A - vormige voorophanging , actieve achteras, schijfremmen en Borrani spaakwielen , versnellingsbak met vijf versnellingen en een metalen plaat die het schakelpatroon liet zien. Wat je nu nog op de nieuwst Ferrari's
kan terugvinden. Dat er dus slechts 36 + 4 van dit model werden gebouwd is genoeg om de waarde van deze GT0 te doen ontploffen . In juni 2018 eindigde een veiling op ;70.000.000 euro ! En dat voor een wagen met een spartaans interieur waarin zelfs een snelheidsmeter ontbrak. Veel knoppen en hendels waren van een Fiat 500 afkomstig en de originele stoelen waren gemaakt van overalls van de werknemers op de werkvloer van Ferrari.
De duurste klassieke wagen is de 100 miljoen dollar kostende Bugatti ,Type 57 SC Atlantic. Er zijn er slechts vier (4) van gemaakt ! Drie zijn er bekend maar de vierde is tot op heden nog altijd spoorloos. Deze Bugatti's zijn dan ook de heilige graal voor verzamelaars van Klassieke wagens. De basis voor deze wagen werd gelegd door Jean Bugatti ( 1909 -1939) die omkwam in een autocrash. Jean , zoon van Ettore Bugatti (1881-1947), liet in de jaren dertig ongeveer 800 exemplaren van het standaard type 57 bouwen. Dat zijn op zich al auto's die vele miljoenen opbrengen. In 1935 tekende Jean een weelderig model met prachtige lijn die de naam kreeg van "Atlantis Coupé". Deze wagen met een achtcilinder motor met dubbele nokkenas en compressor ontwikkelde 200 pk wat resulteerde in een topsnelheid van 210 km/h. Toch niet slecht voor een wagen gebouwd in de jaren dertig van vorige eeuw. Van deze verlaagde versie werden er dus vier (4) gebouwd.
Deze reeks sportwagens , gebouwd door Alfa Romeo tussen 1937 en 1939, waren hun tijd ver vooruit . zowel op esthetisch als mechanisch vlak.
Een achtcilindermotor met een inhoud van 2.905 cc en erboven op geschroefd twee mechanische compressors. Wat de bolide een vermogen gaf tussen de 180 en 200 pk en die een maximum snelheid opleverde van 210 tot 225 km/h. Voor die tijd dus 'oerend hard'. Wat dan ook deze wagen de meest succesvolle racewagen uit zijn tijd maakte! De Alfa won onder andere de Mille Miglia anno 1936 waar het merk zich de eerste drie plaatsen toe eigende.(4)Vier maal de 24h van Le Mans en de 24h van Spa-Francorchamps. Anno 1937 volgde de 2900b model , twee types waren beschikbaar ; een spider race model met twee zitplaatsen en een coupé met vier zitplaatsen.
Dat deze wagen heden een erg gewild verzamel object is geworden 'bij de rijkere' mens getuigd de huidige waarde ; tussen de 16 en 22 miljoen Euro !
Mercedes bouwde amper 25 exemplaren van deze sublieme roadster uit 1937. De acht cilindermotor in lijn had een inhoud van 5.401 cc. De motor werd gevoed door twee onder druk rechtop staande carburateurs en ontwikkelde 115 pk. Bovendien was er een 'Roots- Super charger' op gebouwd die ofwel kortstondig manueel kon worden ingeschakeld of automatisch wanneer het gaspedaal volledig 'op de grond' werd geduwd. Dit verhoogde het vermogen tot 180 pk ! Slechts enkele van de gebouwde 540K's waren uitgerust met een ruimte aan de achteras om een reserve wiel te monteren .Wat een noodzakelijk accessoire was in die tijd . Het was immers WO II en er lag veel glas en ijzer op de openbare weg . Om je enig idee te geven van waarde, in 2011 veranderde een Mercedes-Benz 540 K Spezial Roadster van eigenaar voor een 'kleine' 10 miljoen Dollar !
Moderne wagens hebben toch vaak het nakijken op een Old-Timer , qua luxe en prestaties. Neem nu de DEUSSENBERG SJ , een enorme Amerikaanse wagen, ontwikkelde een kleine 320 pk anno 1934. De motor was een achtcilinder in lijn met een inhoud van 6876 cc met een , grote ,compressor zodat hij in die tijd een topsnelheid haalde van 200 km/h ! Uiteraard was deze bolide, deze supercar vol luxe en comfort enkel bestemd ,voorbehouden aan de elite. Nu bijna 100 jaar later
is de geschatte prijs op enkele miljoenen euro. Wat anno 1934 "slechts " iets van een 8.000 Dollar was
Deze bolide is de nummer 1 van de zeldzaamste, duurdere klassiekers ter wereld ! De PHANTOM CORSAIR ! Van de toenmalige "auto van morgen" werd in 1938 maar één prototype gebouwd. De bolide was ontworpen door Rust Heinz , telg van de Heinz- familie van de bekendste ketchup ter wereld. Met behulp van carrosserie bouwer Bohman & Swartz, de inspiratie zou komen van de scheepsarchitectuur. Dit futuristisch model werd voorgesteld op de New York World's fair van 1939 en zou een prijskaartje hebben gehad van 12.500 US Dollar . Wat een heus fortuin was in die tijden. Onder zijn kap lag een 192 pk. sterke Cord-V8 motor. De huidige waarde zou volgens meerdere veilinghuizen en deskundigen tientallen miljoenen euro zijn. Mij persoonlijk doet de wagen me denken aan het vervoer middel van Darth Vader uit de SF- films Star Wars........
Er zijn wagens die je nooit van je leven op straat zal kruisen, wagens zo exclusief dat je er enkel van kan dromen. Wagens die meer dan 80 jaar oud zijn en waar je voor kilometers ver rijd om ze te zien , meestal op een auto show bij uitzondering of in een musea. Zo'n wagen is de Lagonda V12. Onder de motorkap schuilde een V12 van 4.500 cc. die 180 pk produceerde bij een hoog toerental (+/- 5000 t/m) en deze bolide ging best snel voor zijn tijd , 170 km/h.! In de 24 uren van Le Mans anno 1939 toonden twee Lagonda's V12 hun potentieel door derde en vierde algemeen te finishen. De uitbraak van de W.O.II luide het einde van de productie in met een totaal van slechts 185 exemplaren gemaakt. Nu zijn de wagens een gewild stuk voor de koopkrachtige persoon ; 300.000 € Wat het verbruik is in liters per km was niet opgegeven door de fabrikant......
In 1996 werd Sabine Schmitz een legende. In een BMW M3 won de Duitse de prestigieuze uithoudings wedstrijd voor wagens op de Nürburgring. Toen het haar een jaar later opnieuw lukte was haar bijnaam gemaakt : de koningin van de Nürburgring ! Sabine kende elke centimeter van het parcours , ze verkende het parcours urenlang met de auto van haar moeder. Ze zei altijd dat ze zeker minstens 20.000 rondjes gemaakt had op het circuit. Sabine groeide op in de buurt, in het hotel van haar ouders in Nürburg waar ze werkzaam was als sommelier. Na haar successen op de 'Ring' richtte ze samen met haar echtgenoot Klaus Abbelen haar eigen team op; Frikadelli Racing. In 2004 werd ze internationaal bekend door het BBC programma 'Top Gear'. Deze "Racing Queen" verloor de strijd tegen een erg zeldzame kanker. Ze overleed op woensdag 17 Maart 2021 op 51 jaar. Zoals steeds veel te vroeg .
Sinds het ontstaan van de automobiel ontwikkelde men steeds mooiere , krachtiger modellen. De Talbot Lago is zoiets, zelfs 80 jaar na zijn debuut en ondanks zijn vergevorderde leeftijd, heeft deze "bolide" het nakijken aan menig hedendaagse auto. In 1937 stelde het Franse bedrijf Talbot, al overgenomen door de Italiaan Anthony Lago anno 1934 , de T150 voor. Een sportwagen aangedreven door een zes cilinder in lijn van 3996 cm³. Met drievoudige Zenith carburateurs, 170 pk en een topsnelheid van 185 km/h. Men moest wel iets kapitaal krachtig wezen om zo'n 'schone' aan te schaffen. Nu anno 2021 ,als je geluk en geld bezit, is de geschatte waarde voor een top gerestaureerde Talbot -Lago een 1.600.000 € ! Het is wel geen Bugatti maar toch een droom.
Vanaf Vrijdag 2 April t.e.m. Zondag 30 Mei 2021, zet Autoworld de breaks en station cars in de spotlight. Autoworld richt de aandacht op dit ruime type van auto's.een model dat overgewaaid kwam in de jaren '50-'60 en die nu al enkele decennia een vaste plaats innemen op de automobielmarkt. Breaks zijn ouder dan de auto, er bestonden immers reeds paardenkarren die de naam droegen . In Amerika noemt men ze Station Wagons, omdat ze oorspronkelijk werden om reizigers ,met hun bagage, te vervoeren, niet zelden van of naar het station. Ze waren gebaseerd op gewone auto's maar boden veel meer plaats dankzij een verlengde achterzijde. Voor WO II waren ze gedeeltelijk uit hout, vandaar het ontstaan van de naam "woody". Een mooi exemplaar hiervan is de tentoongestelde Packard Deluxe One-Twenty woody ,anno 1941.
Na de oorlog werden ze mede door de 'Babyboom' populair als familie voertuig. Van 2/04 tot en met 30/05 toont autowereld een vijftiental auto's, een selectie van een aantal opvallende Station cars uit de jaren '50 -'60. Tevens een Belgisch product; een in Mechelen ontwikkelde en gebouwde Mercedes 230S Universal.
Autoworld is dus open onder CORONA , voor meer uitleg hier over zie de web site van Autoworld.
Op 3 oktober 1953 is Jaguar opnieuw aanwezig te Jabbeke. Met een gemodificeerde Jaguar XK 120. De "Jag" was aerodynamisch aangepast en had onder andere een kunststof koepel over de chauffeur heen. De piloot was Norman Dewis. De wagen haalde de voor die tijd een ongelooflijke snelheid van 172.412 Mph. of net geen 277.5Km/h. Deze record poging was dan ook de laatste op de snelweg te Jabbeke. Als je naar de kust rij en je passeert Jabbeke , neem eens de afrit richting Jabbeke en
aan uw rechterzijde , voor je Jabbeke binnen rij is er een kleine industrie zone. Daar vind je de laatste "sporen" terug van deze periode waar het als maar sneller ging .Dankzij een initiatief van de Jaguar Daimler Heritage Trust is er een blijvende herinnering geplaatst aan de plaats die Jabbeke inneemt in de geschiedenis van het Britse automerk. De bronzen gedenkplaat werd geplaatst in de Stationsstraat, in aanwezigheid van de toen 83-jarige "held" , Norman Dewis.
Op 25 september 1953 brak in Jabbeke een Z-102 Touring BS/2.8, een 'oude' Barchetta die reeds was gebruikt op Le Mans (2.8 liter met supercharger) , met als bestuurder Celso Fernandez, vier officiële wereldrecords ! Onder het 'oog' van de RACB ( Royal Autombile Club de Belgique ) Van deze records was de meest opvallende de snelheid in de vliegende start. De supercharged Z-102 haalde een gemiddelde van 243,079 km/h ( 151.042 Mph).Hiermee was de Pegaso z-102 destijds de snelste productie auto ter wereld. De Z-102's namen deel aan diverse race evenementen maar hadden geen succes. Pegaso maakte de Z-102 beginnend in 1951 en eindigen anno 1958. In totaal werden er zo'n 84 auto's gemaakt. Van die 84 waren er 28 cabriolets, terwijl de rest coupés met vast dak waren. De Z-102 had een chassis van geperst staal met een aluminiuim carrosserie. Het basis model had een topsnelheid van 192 km/h (120 Mph)
Autoworld (Bx) traditioneel wijd het museum zijn tentoonstelling in Februari / Maart aan de Volkswagen Kever met als hoogtepunt de daaraan gekoppelde Love Bugs Parade. Deze zal echter niet kunnen plaatsvinden om de voor de hand liggende reden . Maar de tentoonstelling die in samenwerking met Volkswagen wordt georganiseerd gaat door onder de geldende Corona regels en belooft wel iets bijzonder te worden . De expositie "Volkswagen Milestones" kadert de historische tijdsgeest van de wagen van en voor het volk in drie podia. Gaande van de drie belangrijkste modellen van het merk. De kever uit de jaren '50-'60, de Golf uit het midden van de jaren '70 -'80, de gloednieuwe ID.3 de recent gelanceerde elektrische Golf.
Leuk ,leerzaam, nostalgisch en eigentijds ." Volkswagen Milestones" is zonder twijfel een tentoonstelling die het hele gezin kan interesseren !
Verder info betreffende Corona vrij bezoek zie de web site van Autoworld.
In mei 1953 kwam een prototype van de Triumph TR2 een poging wagen het snelheidsrecord te verbeteren in de klasse van 2 liters.
De TR2 werd gereden door Ken Richardson en zette het record scherper : 124,889 MPh ( 199,82 km/h). In juli 1953 ging de TR2 in productie.
De motor was een 4 cylinder van 2000 cc. In oktober 1954 werden de lange deuren vervangen door korte.
Dit bleek nodig om de beschadigingen die optraden bij het openen van de deuren te vermijden bij het parkeren langs de stoeprand.
Vanaf het begin was de TR2 zeer succesvol in rally's zoals de Mille Miglia, Le Mans en in de Alpen rally .
William Kenneth "Ken" Richardson was een Brits autocoureur bij BRM , testpiloot en mekanieker. Hij was deels verantwoordelijk voor de ontwikkeling van de Triumph TR2.
BRM : Britisch Racing Motors was een Britse autosportorganisatie, opgericht in1945 , nam deel aan 197, F1-races, Laatste Grand Prix was de GP van Italië in 1977.
Op 17 Maart 1953 kwam Sterling Moss naar Jabbeke met een Sunbeam Alpine (MKW969). Hij was in gezelschap van een pilote, Sheila Van Damm. Van de wagen was de voorruit verwijderd en de wagen was onderaan volledig glad gemaakt door montage van een aluminium plaat. Een zogenaamde "belly pan" om de luchtstroom zo gemakkelijk mogelijk te maken. Verder was de wagen uitgerust met een 2.267 cc motor die ongeveer 98 pk. produceerde. Verder had de wagen aluminium panelen op de kofferbak en motorkap. De bedoeling was het record te verbreken op de "vliegende mijl". Deze werd neergezet door de "Speed Queen" Sheila van Damm. Die behaalde een snelheid van 120.135 Mph. (193.33 km/h) Stirling Moss probeerde het ook maar het record bleef bij Sheila Van Damm.
De "Flying Fin" is niet meer. Hannu Mikkola (24/5/1942 -26/02/2021) was een Fins rallyrijder . Mikkola begon zijn carrière bij Volvo stapte daarna over naar Ford en op zijn 41° werd hij in een Audi Quattro wereldkampioen. Zijn 'parkoers' strekte zich uit over vier decennia . Hij was in de jaren 1970 -1980 één van de voornaamste rijders in het wereld kampioenschap rally. Hij droeg bij aan de revolutie van vierwielaandrijving in de rallysport als één van de fabrieksrijders bij Audi.Mikkola won ook zeven keer de rally van Finland, Hij heeft daarnaast vier overwinningen de Rallye van Groot-Britanië (RAC) op zij n naam staan In totaal schreef de Fin achttien WK -rally's
De titel die hij droeg van "The Flying Fin" was vooral te danken aan zijn spectaculaire rijstijl. In de laatste jaren liet Mikkola zich heel sporadisch zien bij een historische rally of autosportshow. Op 26 Feb. ll. verloor hij zijn strijd tegen de ziekte met de hoofdletter K, op 78 - jarige leeftijd. Hij was één van mijn idolen.
De eerste Austin Healey was het model 100. De type aanduiding 100 werd afgeleid van de topsnelheid; 100 Mph. (160 Km/h.). Een opvallend detail bij deze vroege modellen is de neerklapbare vooruit. De wagen had een 4 cilinder motor van 2660 cc. en een drie versnellingsbak met overdrive. Kapitein George Edward Thomas Eyston was een Brits auto coureur in de jaren 1920-1930, hij nam deel aan diverse Europese weg races en met succes, zoals de in 1921 en de 1926 Franse Grand Prix.
Later werd hij bekend om te racen met supercharged MG's zoals de "Magic Midget" en de K3 Magnette. Hij won ondermeer de 1933 Isle of Man en anno 1934 de Northern Ireland Tourist Trophy, in 1934 de Mille Miglia (It.). In 1935 was hij een van de eerste Britse Racers om te reizen naar de Bonneville zoutvlakten van Utah (USA), hij behaalde er tussen 1937 en 1939 driemaal het snelheidsrecord over land. Anno 1952 was hij te Jabbeke met de Healey 100 en haalde er een snelheid van 110.9Mph (178.74 Km/h.) Geen record maar wel uitstekende publiciteit voor Austin Healey.
De Veritas was een West-Duits sport en raceautobedrijf gevestigd in de oude Auto Union werkplaatsen. Later verhuisde het naar de Nuburgring. Oprichter Ernst Loof bouwde er een reeks Veritas auto's met een door Heinkel vervaardigde motor.Door een tekort aan geld werd er snel over gegaan op Ford & Opel motoren. Het aantal wagens gebouwd op de Nurburgring wordt geschat op een twintigtal. Later begon men ook de vooroorlogse BMW 328 opnieuw te bouwen en gebruik makende van componenten van BMW en werden de wagens genaamd BMW-Veritas. De eerste wagen werd gebruikt om anno 1947 een race te winnen op het circuit van Hockenheim en zo de duitse 2-liter kampioen te worden. Na bezwaar van BMW werd de wagen simpelweg Veritas genoemd.
Na een eerst poging in Juni 1949 en een tweede poging op 18 Oktober 1952 ,behaalde de Veritas RS met Belgische piloot André Pilette een nieuw Belgisch Record in de vliegende mijl ,te Jabekke, met een snelheid van 128 Mph (206 km/h) in de 2-liter klasse. André Pillet was een Belgische Formule 1 coureur, hij begon zijn carrière in 1951 op het vircuit van Spa-Franchorchamps. Hij reed in totaal 14 Grand Prix maar heeft geen enkel volledig seizoen gereden .
Op 26 juni 1952 dook er een buitengewoon voertuig op ; een Turbine aangedreven auto. De Rover Jet1 met aan het stuur Mr. Spencer King.
Gevolg een nieuwe wereld record met een snelheid van 152 Mph.(244,62Km/h.) voor gasturbine aangedreven auto's. De Rover Jet1 was dus een wagen speciaal voor dit doel gebouwd. De gasturbine motor werd gezien als een symbool van moderniteit en van Britse technische bekwaamheid. Velen zagen het als de krachtbron van de toekomst, maar er kwamen tal van tekortkomingen aan de oppervlakte, zoals het enorme brandstofverbruik en een zekere "traagheid" om op het gaspedaal te reageren.
De Jet1 is gebouwd met de motor achter de stoelen met luchtroosters aan weerszijden van de auto. Tijdens tests registreerde de RAC een acceleratiesnelheid van 0-60 Mph ( O- 97km/h) in een vrij 'rustige' 14 seconden. De Jet1 liep op benzine, petroleum of dieselolie maar het verbruik was torenhoog . zo'n 30liter per 10 km.
Rover en het BRM formule 1 -team sloegen de handen ineen om een coupé met gasturbine te produceren, die deelnam aan de 24h race van Le Mans in 1963. Piloten waren Graham Hill en Richie Ginther. Tijdens de race haalde de bolide gemiddeld 173 km/h en een topsnelheid van 299 km/h. De Jet1 is te bewonderen in het London Science Museum. (GB)