Guy Vandendriessche Oyez ! Oyez ! Oyez ! Aandacht ! Aandacht ! Boeren, Burgers en Buitenlui !...Ja, zo begint een Engelse 'town crier', een Vlaamse 'belleman' of een Nederlandse 'stadsomroeper' zijn betoog. U krijgt hier een overzicht van de herkomst van deze beroepsactiviteit, met een blik in het verleden en hoe het op de dag van vandaag nog steeds, zij het nu eerder als hobby of toeristische attractie, in ere wordt gehouden.
Hier kunnen jullie dan ook mijn reilen en zeilen als de Izegemse stadsomroeper volgen, vanaf het begin (met de opening van de Izegemse Centrale Doortocht in 2004)tot op heden. De nieuwste berichten staan telkens bovenaan.
Lees er alles over op dit blog. WELKOM ! En vooral : Zegt het voort ! Zegt het voort !
Voordat ik met de edele taak van stadsomroeper in Izegem begon, was ik bezig met de studie van verschillende oude beroepen die sinds enige tijd uit het straatbeeld zijn verdwenen... zoals de belleman. Enkele bestaan nog in moderne versie, andere zijn dan weer vervangen door de electronica en de mediatisering. Gelukkig zijn er tal van deze beroepsactiviteiten als erfgoed in stand gehouden en worden ze nog af en toe door vrijwilligers als hobby verder uitgeoefend, en vormen dan een ludieke trekpleister op bvb 'ambachtendagen', folkloremarkten,... Hieronder een greep uit de honderden oude beroepsactiviteiten die onze groot-, overgroot- en betovergrootouders uitoefenden 'om den brode'.
Aanspreker
Een persoon, die de familie en vrienden van de overledene ter begrafenis nodigt, diens dood aan de huizen aanzegt en verder met de bediening der begrafenis belast is. Hij wordt ook Nodiger, Boodschapper, Doodbidder, Lijkbidder, Groefbidder of Leedaanzegger genoemd. De titel "aanspreker" is van de vroegere gilden afkomstig. Iedere gildeknecht was de aanspreker van zijn gilde. Bij de lijkstatie ging hij, als leider van de rouwstoet, vóór de baar uit. Later, toen in de grote steden men dikwijls geen lid meer was van een gilde, waren er andere personen nodig om het werk te verrichten, wat anders de gildeknecht deed. En ofschoon het eigenlijk geen "aan-spreken" meer was, maar een bekendmaken, bleef de oude titel toch in zwang. Een voorbeeld van zo'n gilde-aanspreker is het begrafenisbriefje van het Sint Lucasgilde te Haarlem. "Tegen Woensdagh den 23sten Maert A°1661 nae den middagh ten twee uurenprecys, werd U.E. ter begraeffenisgebeden met mr. Pieter de Molijn,schilder op de oude gracht over destoofsteegh, als vrient in huys te komenmet de Lange mantel, Groote Kerck".
Aardetrapper
In de aardewerkindustrie mengde men verschillende soorten aarde(klei) tot de juiste kwaliteit werd bereikt. Dit mengen werd gedaan door aardetrappers. Op een houten vloer trapten zij de klei tot grote koeken. Dat gebeurde blootsvoets, zodat oneffenheden goed gevoeld konden worden.
Aardewasser
Klei, vroeger aarde genoemd, bestemd voor de aardewerkindustrie moest na aankomst eerst gewassen en gezuiverd worden. Dit werd gedaan door aardewassers, die meestal buiten de stadsmuren werkzaam waren vanwege de grote watervervuiling die het wassen veroorzaakte.
Aardewerkventer
De man leurde van dorp tot dorp met potten en kannen. Hij torstte daarbij zijn hele handel in grote manden op zijn rug.
Dit is dus iemand die scheepsankers maakte. Echter is het ook mogelijk, dat het een smid was, die muurankers vervaardigde. Muurankers werden vroeger ook dikwijls in de vorm van een jaartal gesmeed en gebruikt aan de voorgevel van een gebouw. Met muurankers werd de balklaag aan de muur verankerd.
Appelkoopster
Koopvrouw in appelen. In Amsterdam was dit bijvoorbeeld Lijsbeth Aerts, die "appelcoopster" was. Zij was de weduwe van de Utrechtse schuitenvoerder Dirck Dircksz. Lijsbeth woonde in het Appelmansteegje op de Appelmarkt. Zij overleed in 1587. Haar nalatenschap bedroeg ƒ 2418.-. Voor die dagen een flinke som. In Leiden verkocht Aeltgen Hendricxdr. appelen. Zij was de weduwe van Cornelis Boenensz. en woonde in 1581 op de Mare.
Aschkooper
Handelaar in potas. Potas (kalium-carbonaat) werd vroeger uitgeloogd uit houtas en weleer in potten verzonden. Potas werd onder andere gebruikt als onderdeel van de zeepfabricage. Vandaar dat askopers dikwijls tevens zeepzieders waren. In Amsterdam was dit Evert Pietersz. Swart "Aschkooper op 'tWater, in 't Yserhuis, waar de drieAs tonnen uithangen". Hij was tevens zeepzieder en makelaar. In 1585 betaalde hij ƒ 7.- belasting. Eveneens te Amsterdam, ook op 't Water (Damrak), tegenover de Korenbeurs in "'t Wapen van Schagen" was Nanningh Florishz. Cloeck askoper en zeepzieder. Hij werd in april 1567 in de Oude Kerk te Amsterdam gedoopt. Het huis "'t Wapen van Schagen" (Damrak 44) werd in 1594 zijn eigendom.
Askramer
Een (kleine) handelaar die de afvoer van as(vuilnis) regelde.
Asvaarder
De asvaarders hadden in steden met grachten tot taak as en huisvuil af te voeren naar een aangegeven stortplaats.
Baaiwerker
Baai is een dik en grof weefsel, een op molton gelijkend flanel. In de middeleeuwen sprak men van "baeisch laecken". Baie is afkomstig uit het Frans in de betekenis van roodbruin, de kleur van paarden. In Leiden woonde in 1581 Wouter Christiaen. Hij was een "baywever" en waszoals vele van zijn vakbroeders, afkomstig uit de Zuidelijke Nederlanden 1). Baai werd voor velerlei doeleinden gebruikt. Zo droegen vrouwen in de zeventiende eeuw "baaijen sokken", die ook wel "besuynen" genoemd werden 2). In de vorige eeuw was de rood-baaien borstrok nog een heel gewoon kledingstuk.
De spinbaan, ook spinpad en lijnbaan genoemd, was een vijftig tot vijfhonder meter lange baan, alwaar het spinnen (draaien) geschiedde. Bovengenoemde termen zijn omschrijvingen voor de werkman, die bij de touwslagerij in de lijnbaan loopt. "Op de beschreven wijze spinnende, beweegt zich de werkman achterwaarts tot aan 't einde van het spinpad". De tot dikkere lijnen te spinnen draden werden aan een wiel gehecht, dat veealal door kinderen rondgedraaid werd, terwijl de lijndraaier achterwaarts lopend moest zorgen dat deze draden egaal in elkaar werden gedraaid. In het Handv. v. Amst. 1097 b (1662) vinden we het voorschrift: 'Dat voorts alle Lijn-drayers gehouden sullen sijn haer Kabel-garen te spinnen twee en vyftig Vademen uyt een pond Hennips'.
Baertscheerder In hedendaagse taal: een barbier.
Een beroep, dat in het verleden meestal samenging met dat van chirurgijn. Als voorbeeld hiervan noemen wij mr. Pieter Jansz., die in Amsterdam barbier en chirurgijn was. Over hem is bekend, dat hij 1 juli 1586 een huis kocht in de Oude Brugsteeg. Als herkenningsteken van hun beroep, hadden de baardscheerders een ronde paal in de kleuren rood, wit en blauw aan de gevel staan. Van oudsher werd deze paal een vlaggestok genoemd, later bekend als barbierspaal. "De vlaggestok van ouds het onderscheidingsteeken van zulke barbiers of chirurgijns (vroeger woorden van eene beteekenis), die als heelmeesters gevaren hadden. Later werd echter het uitsteken van de vlaggestok aan barbierwinkels algemeen".
Baggerman
Een arbeider, die sloten en grachten uitbaggert. Dit gebeurde met behulp van een baggerbeugel. Voor het groeter werk maakte men gebruik van een baggerschuit met daarop een baggermolen, die door mensenkracht in beweging werd gehouden.
Balansenmaker
Op de zeventiende eeuwse luifel van een balansenmaker stond weleer te lezen: "Al houd deze man veel van speelen, drinken en danssen, Nochtans levert hy curieuse Gewichten en Balanssen".
Waaruit op te maken valt dat de man niet alleen uitblonk in het maken van weegschalen, maar ook in het vervaardigen van gewichten. Een uiterst nauwkeurig werk, want die gewichten dienden aan een belangrijke eis te voldoen, namelijk het juiste gewicht aangeven. Die gewichten moesten daarom geijkt zijn. De winkelier wiens gewichten niet geijkt waren kon in het verleden rekenen op een forse boete. Zo de Alkmaarse kruidenier Floris van der Lijn, die in 1734 "na gedane inspectie in sijne cruydenierswinkel.alwaar zyn gewigten ongeykt wierden bevonden" gestraft werd met een boete van ƒ 18,-. Drie eeuwen eerder pakte men de zaak van ongeijkte gewichten nog strenger aan. Dit blijkt bijvoorbeeld uit een stadskeur van 1390. "Van die mit ongebrande maaten meten. Item so wye met ongebranden maaten mate, waert achtendeel, off half achtendeel, halve taken, of kleine maten, off grote maten, boter maten,offwat maten dat waren, off mit onrechten wichten woege, verbuerde vyftien scellingen, ende een maent wter stede te wesen op syn lyfalso dicke als hyt dede ". Dus een boete van vijftien schellingen en een maand verbanning uit de stad !
Baleinwerker
Balein is een reep veerkrachtige stof, gemaakt uit de baarden van de walvis. Het Latijnse woord balaena en het Middel-Nederlands baleine betekent dan ook walvis. Baleinen werden gebruikt voor het in model houden van kledingstukken zoals bijvoorbeeld een keurslijf. In Amsterdam was Jan Gerritsz. (van Vollenhoven) baleinwerker. Hij werd daar 14 mei 1643 in de Nieuwe Kerk gedoopt en trouwde in de hoofdstad 14 juli 1669 met Jannetje Hooft. Gedurende de jaren 1653, 1656, 1661 en 1663 werden er door de Hollandse regering voorschriften uitgegeven om de walvisvangst te beschermen. Ook werd de handel in traan en walvisbaarden meermalen ver boden, zoals in 1635. Toch werden er gigantische sommen gelds verdiend. In 1697 bedroeg de opbrengst van de verkoop van traan en baarden bijna 2½ miljoen gulden! In die tijd werden er jaarlijks ongeveer 500 walvissen gevangen, goed voor ruim 70.000 pond baleinen.
Ballenmaker
Ballen voor diverse doeleinden, werden al naar het doel van hun gebruik, gedraaid van hout of been, soms zelfs van ivoor. Dikwijls had de ballenmaker een gouden bal als uithangteken aan de voorgevel van zijn bedrijf. Maar behalve ballen, vervaardigde deze vakman dikwijls nog veel meer. "Ik draai werp-tollen, klossen, houte stijlen en klooten. Ook palmhoute stokken, om die door de poort aan de pen te stooten", aldus een zeventiende eeuwse ballenmaker te Rotterdam. Tot een van de balspelen, die vroeger beoefend werden, behoorde het klootschieten. Hierbij moest een met lood gevulde houten bal over de zogenaamde klootbaan gerold worden. Omstreeks 1500 raakte ook het kegelen in zwang. Verder werd er gekolfd. Eveneens een oud- Hollands balspel, gespeeld op een kolfbaan, waarbij de bal met een kolfstok werd weggeslagen. De kolfbal werd echter gemaakt van zacht wit schapeleer en gevuld met koe- of kalfshaar.
Zo woonde er in 1543 op het Klein Heiligland te Haarlem de ballenmaker Frans Hendfiksz., die gespecialiseerd was in het maken van deze kolfballen.
Bierdrager Ook wel Bierwerkers of Bierslepers genoemd.
Zij verzorgden zowel het lossen van de vaten bier uit de schuiten naar de kelders van de Bierstekers (zie aldaar), als het vervoer van bestellingen door particulieren of tappers. Bierdragers werkten aan de Bierkaai. In Amsterdam bijvoorbeeld op de Herenmarkt en de Oude Zijds Voorburgwal. Daar deden de geprivileerde bierdragers, die tijdens de arbeid geen drank mochten gebruiken, hun werk. Vandaar ook de bepaling, dat op de bierkaai geen tapperijen gevestigd mochten zijn.
De bierdragers waren waarschijnlijk een vrij ruw volkje. Nog in de vorige eeuw werden zij beschreven als: "Geen sprekender beeld van volop-genot dan een bierdrager met een bierbaard, de man leefde geheel in 't bier. Hunne smerige baarden kunnen er uitzien, alsof ze door de stroop gehaald waren".
Eeuwenlang is Genemuiden het centrum voor de verwerking van biezen geweest. De biezen waren daar volop aanwezig. In de negentiende eeuw werd de vraag naar biezen zo groot, dat ze ook van elders moesten worden aangevoerd. De biezensnijders stonden dag in dag uit met lange lieslaarzen of laarsbroeken aan van vroeg tot laat in het water, dat vaak koud was. Waar het water te diep was of de ondergrond te drassig werd de bies vanuit een punter gesneden. Rond de langste dag is de bies volgroeid. Ze moeten dan zo snel mogelijk worden gesneden omdat ze anders kwalitatief sterk achteruitgaan. Biezen werden evenals het riet met de snit afgesneden. De geoogste biezen worden tot bossen met een omtrek van een meter gebonden met behulp van een biezen streng. 100 bossen noemt men ook hier als bij de rietsnijders een 'vim'. Op het vaste land worden de bossen losgesneden en 'in sprei' gelegd. (waaiervormig uitgelegd) om ongeveer drie dagen te drogen. Daarna worden de bossen weer met een speciale hark (krabber) bij elkaar geharkt en opnieuw tot bossen gebonden. Deze bossen worden dan nog ongeveer twee weken aan 'stoepen' (schoven) gezet. Vervolgens gaan ze twee tot drie weken 'aan de mijt'. Voor ze uiteindelijk definitief onder dak gaan kunnen ze indien nodig nog een keer worden gedroogd om schimmel e.d. te voorkomen.
Bilder
De bilder scherpte molenstenen met behulp van een bilhamer.
Blaasbalgmaker
Een blaasbalg - in de volkstaal ook wel blaasbalk genoemd - is een werktuig tot het samenpersen en uitblazen van lucht en werd onder meer gebruikt om een vuur beter te doen branden. "De Lucht ter Blaasbalck uitgedreeven Geeft aan het Vuur een luchtig leeven".
Eigenlijk een verzamelnaam voor hen, die zich bezighielden met het bleken of reinigen van linnen, lijnwaden, garens en kleding. Ook Garenbleker, Kleerbleker, Linnenbleker of Lijnwaadbleker genoemd. De uit vlas vervaardigde linnen garens en geweven linnen stoffen werden al vroeg vervaardigd door de boeren, die vlas verbouwden. Deze garens en stoffen werden gebleekt om ze aan aantrekkelijker aanzien te bezorgen. Naast het produceren voor eigen gebruik begon in de late Middeleeuwen, vooral in de Zuidelijke Nederlanden, de productie voor de handel zich uit te breiden. In die tijd ontstonden er beroepsblekerijen. Zie voor meer informatie bij linnenbleker.
De naam Ble(e)ker komt ook voor als familienaam.
Blikslager
Blik is geplet en vertind plaatijzer, uitgeslagen in dunne bladen. De man die ermee werkt wordt blikslager genoemd. Een beroep dat soms samenging met dat van koperslager. Van blik werden allerlei huishoudelijke voorwerpen gemaakt o.a. trommeltjes, ketels, tabaksdozen, bussen en voorraadblikken. In Haarlem behoorden de blikslagers tot het Sint Lucasgilde, waarvan ook de kunstschilders deel uit maakten. In Alkmaar was Jan van Truyen mr. blikslager in de Langestraat. Hij was getrouwd met Trijntje Winder en werd 28 maart 1740 in de Grote Kerk te Alkmaar begraven 1).
Blikslager komt voor als familienaam.
Blookemaker
Een blookemaker of blokmaker is iemand die katrollen en schijven voor takels maakt, veelal voor schepen. Uit de Handvesten van Amsterdam op het jaar 1288 is te lezen, dat blookemaker min of meer een beschermd beroep was. Alleen zij mochten blokken maken en verkopen. "Dat de Seyle-makers geene blocx en sullen mogen verkoopen, 't en ware syluyden eenige oude blocx ende tuych hadden gekoft, de w/elcke hemluyden vry sal staen te verkoopen."
In Spaarndam, vroeger een welvarend vissersdorp met de nodige schepen, woonden in 1742 een aantal blookemakers. Pieter Akerboom op het Vissersend, "Blookemaker werkt sonder knegt", Aan de Westkolk woonde Willem Mourisse van Duelen, "Blookmaker hout huys met zyn suster". Klaas van Limmen op de Pol was niet alleen blokemaker, maar oefende tevens het beroep van mastenmaker uit. Daarin werd hij bijgestaan door "een knegt en Jonge." De weduwe van Jacob Koster aan de Oostkolk zette kennelijk het bedrijf van haar man voort. Zij wordt in 1742 genoemd als "Blookemaekster, werkt met twee knegts en een jonge". En aan diezelfde Oostkolk woonde en werkte tenslotte nog Cornelis van Zeyl als blokemaker. Ook hij had twee knechten en een jongmaatje .
De koper van een boek ontving dit in de regel als een stapel drukvellen en in te voegen afbeeldingen. Hij zocht dan zelf een boekbinder om het boek te laten inbinden. Naast latere beschadigingen door het uitscheuren van stukken tekst of illustraties komt men de ingebonden boeken vaak in meerdere gedaanten tegen en ook het plaatwerk wil nog wel eens variëren. Soms wordt zelfs een heel hoofdstuk weggelaten.
Boekbinder komt voor als familienaam.
Boekvergulder
Werkte nauw samen met de boekbinder. Hij bracht in goud de versieringen aan op de boekomslag. Dit gebeurde door middel van goudfolie en een stempel dat verhit werd. Een van die boekvergulders was Meijndert Jansz. Bout, geboren te Leeuwarden in 1644, later in 1673 lid van het boekverkopersgilde te Amsterdam. Zijn beroep oefende hij uit in de St. Nicolaasstraat aldaar. Hij trouwde in de hoofdstad 6 augustus 1675 met Susanna Jacobs Pickenoy en werd 13 juni 1686 te Amsterdam begraven. Niet alleen de band werd fraai versierd, ook de snede. Dit zijn de drie door de binder, na het binden, recht afgesneden zijden van het boekblok. De snede werd dan verguld en soms met bepaalde rolstempels geprofileerd.
Ter verduidelijking moet hierbij gezegd worden, dat in sommige streken van het land het beroep van boekweitmolenaar hetzelfde was of gelijk stond met grutter. Dit kwam bijvoorbeeld voor in Groningen. Daar woonde de boekweitenmulder Joannes Noorthoff. Hij werd omstreeks 1665 geboren en overleed te Groningen 29 mei 1716. Zijn "boeckwijten molen" stond aan de Carolieweg.
(De rosmolen te Kampen)
Boendermaker
Een boender is een werktuig om mee te schrobben. Een lange boender voor vloeren en gangen, een platte boender voor houtwerk en een heiboender voor potten, vaten en gootstenen. Ze werden dikwijls vervaardigd van varkenshaar. De heiboender werd van heide gemaakt. Er bestaan verschillende plaatjes, nog uit de tijd vlak voor de Tweede Wereldoorlog, waarop men een boerin of haar meid op haar knieën bij een stap in een sloot de pannen met een heiboender en eventueel wat wit zand schoon maakte. "Hier maakt men schuijers en glasewassers van swijneveêren, Die stuiven niet", wist men voor twee eeuwen terug.
De boendermaker, werd ook wel borstelmaker genoemd.
Bogartman
Exploitant van een bogaard (bongerd) of gaarde met vruchtbomen.
Deze morgen nu reeds de uitnodiging en het pre-programma ontvangen van het Deutsche Ausrufer Treffen 2012 dat zal plaatsvinden van 22 tot 25 juni 2012 in het stadje Minden, een kleine 500 km hiervandaan (zie http://nl.wikipedia.org/wiki/Minden). Gastheer is de plaatselijke belleman Ralf Euer (hier met zijn 'fraulein').
Tijdens het 28ste Rodenbach-carnaval 2012 zal er geen prinsverkiezing zijn. Door ruzie tussen de carnavalclubs wordt de prins dit jaar door het bestuur aangesteld.
Zijn opvolger wordt dit jaar uitzonderlijk niet aangeduid tijdens de traditionele prinsenverkiezing, maar door de orde zelf. Een uit de hand gelopen vete tussen de verschillende carnavalsverenigingen ligt aan de basis. 'Carnaval moet geestig, leutig en zot zijn. Daarbij staat vriendschap centraal en geen vijandschap', zegt Henk Kindt, schepen van Feestelijkheden en voorzitter van de orde. 'Een prinsenverkiezing gebeurt op het scherp van de snee, maar na de strijd moet men samen het glas heffen op de toekomst. De strijd vorig jaar ging echter ook na de verkiezing verder, op een kinderachtige manier zelfs. In zo'n klimaat kan er geen prinsenverkiezing zijn.' De nieuwe prins wordt volgende week aangesteld, zonder verkiezing dus.
Verkiezing of niet, het carnaval slaat ook komend jaar zijn tenten op op de Grote Markt. Het avondfeest op zaterdag wordt in een nieuw kleedje gestoken, met onder meer optredens van de Nederlandse Jettie Pallettie en De Romeo's.
Overdag zorgt de Jeugddienst voor een kindercarnaval. De optocht vindt plaats op zondag. Keizer Gino doet een oproep. 'Wie als jeugdvereniging een eigen wagen bouwt en meeloopt in de stoet, mag zeker een beloning verwachten', belooft hij.
Foto Zittend: Etienne Cornelis en de belleman; staand: museumfunctionaris Annick Rooms, burgemeester Luc De Ryck en schepen van Toerisme Annemie Blommaert.
Ik ben Alison Desmytter,
woonbegeleidster van Beschut wonen regio Izegem. Op zaterdag 5 november 2011
vieren we ons 25 jaar bestaan. We doen dit in de Leest vanaf 15 uur. Van 15 uur
tot 17 uur geven we onze werking weer in de Leest. Vanaf 17 uur zijn er
getuigenissen en daarna volgt het officiële gedeelte met de
burgemeester
We hadden u graag erbij gehad om het
officiële gedeelte te openen.
'De nieuwe bel is zelfs door dubbel
glas te horenÂ’, laat de 60-jarige Herman Snelder weten. Sinds
donderdagavond is hij de aankomende dorpsomroeper van Kuinre. Onlangs is
zijn voorganger, Reino Cats overleden, en nu wordt Snelder aangesteld
om het laatste nieuws in Kuinre te verkondigen.
‘Ik hoop dat ik als dorpsomroeper de mensen op de been kan brengen.’ Snelder ziet het als een eer dat hij de nieuwe dorpsomroeper is. ‘Hier
woon ik al elf jaar. Het is een mooie omgeving met bos en water.
Daarnaast wonen er plezierige mensen. Ik voel mij hier echt thuis. Een
dorpsomroeper hoort echt bij zoÂ’n stadje als KuinreÂ’, meent hij.
Zaterdag 15 oktober kreeg de bib meer dan 900 mensen over de vloer. Het was dan ook een speciaal moment. De bib stond, zoals elk jaar rond deze periode, opnieuw in het teken van pure verwennerij.
Voor de vroege vogels stond er koffie met een koffiekoek klaar, voor de latere opstaanders was er de troost van het huisaperitief. Intussen lokte Bellenman Guy volop marktgangers naar de plaats van het gebeuren en werd het jonge volkje vermaakt door goochelaar, verteller en ballonartiest Ward Seynaeve. Boven in de leeszaal speelden de ‘Kozientjes’ covermatig de pannen van het dak.
Tussen alle gezellige ambiance in, was er ook plaats voor een infomoment over de toekomst van de bib. Aanwezigen kregen er onder meer een korte demonstratie van de Ipad voorgeschoteld. De sfeer zat er duidelijk in. Geen betere getuige hiervan dan onze huisfotograaf die dit verwenmoment in het online-fotoboek vereeuwigde. https://picasaweb.google.com/114537039570118286530/Verwendag2011#
Zweiten Deutschen Ausrufer Treffen Voor de tweede maal organiseert de verleden jaar opgerichte
Deutsche Ausrufer Gilde een Duits Belleman Treffen. Verleden jaar vond het feest plaats in Sande-Neustadtgödens en kreeg ik daar een ere-prijs voor mijn deelname.
Dit jaar gaat de meeting door in het Noord-Duitse stadje Jever, de thuisbasis van de 'Ausrufer Meister' van verleden jaar, Heiko «Charly» Sander.
Alle Teilnehmer beim 29. Brüllmarkt präsentierten sich bei einem Umzug durch die Innenstadt von Jever. Foto: Henning Karasch
Wyker Knudt Kloborg erstmals beim "Brüllmarkt" in Jever / Großer Auftritt für zwölf Ausrufer
Die Auftritte der zwölf Ausrufer beim 29. "Brüllmarkt" in Jever, in dem für einen Tag das Landleben in das ostfriesische Städtchen Einzug hielt, waren unüberhörbar. Mit ihren Glocken machten die Teilnehmer des dritten Ausrufertreffens lautstark auf sich aufmerksam. Erstmalig dabei war auch ein Nordfriese: der Wyker Klingelmann Knudt Kloborg.
Kloborg, der normalerweise in den Wyker Straßen in Kapitänsuniform frische Krabben am Hafen, Currywurst für Links- und Rechtshänder, Buchbesprechungen und überhaupt alles ausruft, was die Leute ihm in den Briefkasten werfen, stellte den Jeveranern seine Nordseeinsel vor.
Da er selbst jahrelang Kapitän auf großer Fahrt war und danach 25 Jahre lang auf Fähren der Wyker Dampfschiffs-Reederei fuhr, nimmt er zu seinen Gängen stets ein Sammelschiffchen der Deutschen Gesellschaft zur Rettung Schiffbrüchiger mit.
Aus Ebstorf, Minden, Leipzig, Norderney, Cuxhaven, Werth und Grevesmühlen kamen Ausrufer, Schellen- und Klingelmänner, die jüngste, die 23-jährige Rebekka Müller, aus Unterfranken. Einziger ausländischer Teilnehmer war der Flame Guy Vandendriessche aus Izegem.
Zwei Absagen hatten Jevers Ausrufer Heiko Sanders, seit 2010 erster Deutscher Ausrufermeister, und der Vorsitzende der 2010 gegründeten Deutschen Ausrufergilde, Hinrich Janßen aus dem in der Nähe von Jever gelegenen Neustadtgödens, entgegennehmen müssen. Ansonsten war es ein gelungenes dreitägiges Beisammensein, zu dem ein Rundgang mit dem Nachtwächter durch Jever, eine Besichtigung des Ortes Neustadtgödens mit seinen fünf Gotteshäusern, ein Besuch auf einem Schafhof und die Jahresversammlung der Ausrufergilde gehörten. Die Ausrufer übernachteten bei Gastfamilien.
Seit diesem Treffen hat die Gilde auch ihre eigene Fahne, eine braune Glocke auf schwarzem Grund. Mindens Türmer und Ausrufer Ralf Schymon, der beim Empfang im Jeveraner Rathaus "Dudelsack-Kammermusik" spielte, lud seine Kollegen zum Treffen 2012 ein.
"Dann bin ich auch wieder dabei und es wird es auch wieder eine Ausrufer-Meisterschaft geben", berichtet Knudt Kloborg, der sich schon auf seine erste Teilnahme an diesem alle zwei Jahre stattfindenden Wettbewerb freut.
Ausrufertreffen auf dem Brüllmarkt
Geräuschvoll war der diesjährige Brüllmarkt in Jever. Das lag zum einen an den Ausrufern, die ihr Gildetreffen mit einem Auftritt krönten und zum anderen an den vielen Tieren, die sich den Titel der Veranstaltung zu Herzen nahmen.
Jever/kar - Die Auftritte der zwölf Ausrufer beim 29. Brüllmarkt in Jever waren unüberhörbar. Mit ihren Glocken machten die Teilnehmer des dritten Ausrufertreffens am Nachmittag auf dem Kirchplatz lautstark auf sich aufmerksam. Zwei Absagen hatten Jevers Ausrufer Heiko Charly Sanders, seit 2010 Deutscher Ausrufermeister, und der Neustadtgödenser Amtskollege Hinrich Janßen, Vorsitzender der Ausrufergilde, entgegennehmen müssen.
Hinrich Janßen aus Neustadtgödens (links) und Charly Sanders aus Jever (rechts) begrüßten den Belgier Guy van den Driessche. WZ-FOTO: Gabriel-Jürgens
Ansonsten war es ein gelungenes Beisammensein. Zum Auftakt des Gilde-Treffens wurden die Ausrufer am Freitagabend von Jevers Bürgermeisterin Angela Dankwardt im Graf-Anton-Günther-Saal empfangen. Als erstmalige Teilnehmer wurden Ausrufer Reinhold Pries aus Werth im Münsterland und Knudt Kloborg, Klingelmann von Wyk auf Föhr, begrüßt.
Pries ist im Vorstand seines Heimatvereins und erschien zünftig in Holzpantinen. In seiner Kleinstadt erklärt er die Technik der 1554 errichteten Windmühle und tritt zum Weihnachtsmarkt und plattdeutschen Abend auf. Sein Amt hat er seit 2010 inne. Kloborg ruft zu Hause hingegen in Kapitänsuniform frische Krabben am Hafen, Buchbesprechungen und überhaupt alles aus, was die Leute ihm in den Briefkasten werfen.
Aus Ebstorf, Minden, Norderney, Cuxhaven, und Grevesmühlen kamen Ausrufer, Schellen- und Klingelmänner, die jüngste, die 23-jährige Rebekka Müller, aus Unterfranken. Der einzige ausländische Teilnehmer, der Flame Guy van den Driessche, überreichte Dankwardt eine Kollektion heimischer Bürstenproduktion aus Izegem.
Hinrich Janßen dankte den Gastfamilien in Jever, Cleverns und Neustadtgödens, die die Ausrufer aufgenommen hatten. Zudem stellte er die Gildefahne, eine braune Glocke auf schwarzem Grund, vor. Mindens Türmer und Ausrufer Ralf Schymon spielte „Dudelsack-Kammermusik“ und lud seine Kollegen zum Treffen 2012 ein, der Leipziger Heinz Peschak spielte Mundharmonika.
Am Sonnabend besichtigten die Ausrufer Neustadtgödens – natürlich bei einer historischen Köstumführung. Auf der Jahreshauptversammlung am Abend wurde später eine leichte Mitgliedsbeitragsanpassung beschlossen. Den Höhepunkt des Treffens aber bildete der Auftritt beim Brüllmarkt. Bereits am Vormittag waren die Ausrufer dort in Tracht beim Umzug mitmarschiert.
Einen ausführlcihen Bericht zum Brüllmarkt in Jever lesen Sie heute in der "Wilhelmshavener Zeitung"
The 2011 North American Town Crier Championship will be held in Anacortes, WA Saturday October 1st and Sunday October 2nd, 2011.
Fourteen Criers from across Canada and the United States will compete in three rounds of Cries, the winner to be crowned North American Town Crier Champion.
The North American Town Crier Championship (NATCC) is held every two years. This competition allows any crier residing in North America to compete for the title of North American Crier Champion.
Event Schedule
Saturday, October 1 Round One – “Home Town” Cry takes place at Causland Park starting at 10:00. At the Anacortes Library in case of rain.
Round Two – “Amusing” Cry takes place at The Heart of Anacortes starting at 14:00
Sunday, October 2 Round Three – “Advertising” Cry takes place at The Seafarers Memorial Park starting at 14:00
Naar
jaarlijkse gewoonte krijg ik als Izegemse belleman opnieuw de eer en
het genoegen om, nu reeds voor de vijfde maal, hier op de trappen van
onze academie voor woord en muziek ‘Leute in ‘tStad’, een
stand-up comedy-avond van hoog niveau, te mogen openen en dit met een
korte voorstelling van de gasten van vanavond.
Hij
studeerde rechten en antropologie te Leuven. Hij was als student
cultuurpraeses en actief bij Amnesty International en Oxfam
wereldwinkel, en speelde amateurtoneel bij de lokale vereniging
Sienjaal in Steenhuffel, en later bij de eigen groep Cie De Hitte te
Leuven. Ondertussen werkte hij als jurist voor de Dienst
Vreemdelingenzaken Antwerpen, voor Vluchtelingenwerk Vlaanderen, voor
advocatenkantoor Verstrepen en voor het Vlaams Minderhedencentrum.In
februari 2004 begon hij met een comedy act op een open podium in de
Engelenbak in Amsterdam. Ondertussen staat zijne living vol met
trofeeen. Sinds januari 2009 presenteert hij dan samen met Henk
Rijckaert op Canvas een eigen programma ‘Zonde van de Zendtijd’
en haalde daarmee de hoogste kijkcijfers sedert de eeuwwisseling.
Vanavond zien we hem nog eens terug in Izegem met een uittreksel uit
zijn tweede show ‘Pech’ die in première ging op 12 september
2009 waarmee momenteel door Vlaanderen toert.
En
als MC vanavond hebben we Seppe Toremans in ons midden.
Geboren
Leuvenaar, stand-up
comedian en cabaretier. Eind 2000
begon hij op te treden en hij haalde meteen al de finale van Humo's
Comedy Cup. Dit herhaalde zich nog ne keer in 2005
en haalde hij ook de finale van het stand-up concours van het AKF
in Amsterdam.
Zijn eerste avondvullende programma "Guts" ging in januari
2007 in première in Leuven. Tussen 2005 en 2008 trad Seppe Toremans
regelmatig op met het comedy-collectief ‘De
TroepenÂ’, waarin naast hemzelf ook Bert
Gabriëls, Joost
Vandecasteele en Tim
Foncke actief waren. ‘De Troepen’ traden voor het laatst op
in Dendermonde op in september 2008. In 2007-2008 was Seppe Toremans
wekelijks te horen op de Leuvense lokale radiozender Radio
Scorpio, waar hij op vrijdagavond tussen 19 en 20 uur
co-presentator was voor het programma 'Radio Beautox'. --------------------------
Izegemse belleman leidt Go Blonde Parade door Kortrijkse straten
Blondines samen op stap voor het goede doel!
Het opzet is omtussen 14 en 18uKortrijk om te toveren tot een ware
BLONDE STAD met blondines die de show zullen stelen, bijgestaan door blonde
BVÂ’s uit diverse kringen (showbizz, sport, politiek, e.a, talloze blonde
sympathisanten).
Wat is er allemaal te doen die dag?
- Parade van Blondines doorheen de binnenstad van Kortrijk
- Blonde BVÂ’s
- Blonde gadgets
- Blonde surprises
- Snoezeltram thv Veemarkt waar roze gadgets worden verkocht
(beertjes, T-shirts, kinderballons, roze lollies, roze rozen, ballonnenÂ…)
- Fotosessie met Lesley-Anne Poppe en andere bvÂ’s
- Verschillende DJÂ’s
- Interviews met BVÂ’s door Inge Moerenhout
- Verkiezing 3 leukste deelnemers vanaf 16u onder leiding van Showbizz Bart en
als jury enkele bekende gezichten.
GO BLONDE in KORTRIJK K ten voordele van DE ENGELENHOEVE, snoezelhoeve voor anders-validen. Gastvrouw Lesley-Ann Poppe en haar blonde activistes verwachten jullie op 17 sept 2011 in KORTRIJK K
Prensentatie : Inge Moerenhout
14u. Start Blonde Parade olv de Izegemse Belleman (Hoofdingang GLV)
Sambadansers en leden van een Braziliaanse Capoera-groep hielden een strak ritme aan
Fashion-fotograaf van dienst Jan Huysentruyt...
Op de eerste verdieping van de K weren standjes opgericht met roze artikelen tvv de Engelenhoeve
Ook tattoo Mike verzorgde een deel van de presentatie
Voor de gelegenheid waren de licht-donuts speciaal in het roze... wat dan weer plezante aureooltjes waren voor de deelnemers
Twee goei vriendinnen zeker ...?
Na een dankwoord aan alle deelnemers en een speech van de burgemeester, volgden een korte introductie over de Engelenhoeve en optredens van Hanny D en Trisha.
Ook oud-burgemeester van Kortrijk en Minister van Justitie Stefaan Declerck kwam het evenement vereren met een bezoekje.
's Anderendaags kreeg ik een berichtje van de organisator...
Dag
Guy Dank
voor je inzet en enthousiasme voor de Engelenhoeve. Altijd
meer dan welkom ter plaatse. Je
bent een toegevoegde waarde geweest van groot belang voor onze namiddag
gisteren. Fantastisch
! Heb
jij een facebook pagina ? Dan maken we nog wat reclame voor jou .
Ik
wil hier ook Peter, je collega-belleman van Kortrijk bedanken om
ons in contact te brengen. Sterk
geapprecieerd.
Ik ben Guy , en gebruik soms ook wel de schuilnaam 'De belleman'.
Ik ben een man en woon in Izegem (België) en mijn beroep is Officiële Stadsomroeper van Izegem en museummedewerker.
Ik ben geboren op 04/06/1955 en ben nu dus 70 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Europese Snorrenclub Antwerpen.