Vannacht vonden twee onverlaten het geweldig interessant om onder ons raam wat te gaan lawijten ð en tegen de ochtend vond de duif die onder of op het dak woont, dat het haar beurt was ðð
Er hing een stevige mist over het land, wat maakte dat alles er wat somber uitzag.
Tegen een uur of acht zijn we gaan eten, we hadden dezelfde tafel als gisterenavond. We konden sapjes kiezen, er stond een mega grote pot Nutella, er waren taarten, cake, mini appelflappen, kleine ciabatta’s, hesp en kaas, confituur, youghurt, cornflakes, muesli, toast,…allee, vanalles, je moest niet met honger van tafel.
Gisterenavond zat hier ook een koppel: zij met ravenzwart krulhaar dat wat “stuif” stond, hij een gewone man. Vanmorgen kwam ze binnen en ik denk dat ze nét haar vingers uit het stopcontact had getrokken!!!! Wat was dat! Daar was geen kam in de buurt gekomen, zelfs geen vingers! Dat ze zo van haar man naar buiten mocht! Maar ik denk wel dat ze niet helemaal 100% ok was, ze deed wat raar…
We hebben onze spullen genomen en zijn gaan uitchecken. En dan de auto in richting Perugia, waar we onze auto geparkeerd hebben in de overdekte garage van de Piazzale Europa. Nadien met een hele resem roltrappen naar de stad, dit kwam mij bekend voor maar ja, het kan ook nog een herinnering van ergens anders geweest zijn. Toen we boven kwamen, zijn we lukraak een straat ingeslagen en kwamen we aan een kerk waar ofwel niet lang geleden een huwelijk was, ofwel dat het huwelijk nog moest komen, want er stond een mand met allemaal zakjes, waarvan we vermoedden dat er rijst inzat.
Maar het absoluut zotte is, dat er vandaag kennelijk een mountainbike rit bezig was door de oude stad, de “Enduro Umbrië”, dat zijn mafkezen, die met hun mountainbike de steile straten en trappen van de oude stad afsjesen! Te zot voor woorden!
We klommen verder omhoog in de oude straten en kwamen aan een mooi plein waar een brocantemarkt bezig was! Altijd leuk!
Daar wat rondgekuierd en dan nog verder afgezakt naar het centrum waar we weer een boel mooie dingen zagen: de Piazza IV Novembre het Palazzolo dei Priori, de Fontana Maggiore, de Cathedrale San Lorenzo ofte de duomo,…
Toen we net uit de Duomo wilden vertrekken, kwam er een hele stoet van mensen binnen, allemaal met een korte cape versierd met Sint Jacobsschelpen, dus bleven we nog even staan. Er staat er ook een Copier van de relikwie van de trouwring van de H.Maria, maar dat was een redelijk fluttig ding, dus of de echte ring er ooit zo uitgezien heeft…Maar ja, het is niet omdat goud nu in de mode is, dat dat altijd zo was natuurlijk.
Stilaan kwamen we terug aan ons beginpunt, maar we wilden eigenlijk wel een kopje koffie en niet zomaar ergens in een achterafstraatje. Dus togen we terug op weg, zorgvuldig de oude straatjes vermijdend, want daar kwam het mountainbike-geweld voorbij gedenderd en vele straten waren daardoor afgesloten.
Dus begonnen we de klim langs de stadsomwalling en wat een topidee was dat! Want zo “ontdekten” we nog een boel gangen in de stadsmuur waarvan één een hele mooie tentoonstelling van schilderijen was! Waauw! En de setting was ongelofelijk natuurlijk, daar in die donkere kamers van de stadsomwalling. We kwamen terug boven midden op de brocantemarkt en hebben daar een plekje op het terras van een pasticcheria-met-onvriendelijke-bediening gevonden. Het werd uiteindelijk geen koffie maar een versgeperst sinaassapje en dat was zeker zo lekker!
Terug via de catacomben naar beneden en naar de parking waar onze auto fris (!) en vrolijk op ons stond te wachten.
De volgende stop was Castiglione del Lago aan het Lago Trasimeno. We parkeerden onze auto op een schaduwrijke plek even (?!) buiten de oude stad en togen op weg. We waren hier zeer duidelijk niet de enigen! Dit lijkt me zowat de top-weekendbestemming van Italianen allerhande en natuurlijk ook de Duitsers én de Belgen (het moet gezegd!) We kwamen ook Nederlanders tegen, maar die vind je - net als de Duitsers - natuurlijk ook overal!
Onze innerlijke mens begon nu toch wel lichtjes te scanderen dat hij moest gevoed worden, dus vonden we een allerschattigst plekje waar we Torte al Testa farcita konden eten, dus dat werd het, samen met een bionade op een leuk en rustig terrasje, niet platgelopen door Frits en Kees!
Onze torta had salcicchia en gegrilde seizoensgroenten wat eigenlijk gekruimd gehakt en gebakken spinazie was, maar het smaakte! En de bionade was ook super! Nadien wou ik toch eens proeven van cantucci met vin santo( hmmmm…dat klinkt lekkerder dan het was, de vin santo is eigenlijk meer een soort van zoete porto of zo. Maar het petieterig caffé macchiato smaakt er wel bij!
En dan maar terug richting de auto want we hadden nog een trip naar Siena te maken.
Met een héél klein beetje gesukkel, geraakten we op onze plek en kregen we kamer 114 van de vriendelijke dame aan de receptie, ze vertelde ons ook waar we in de stad goed konden eten én dat er vanavond op de Piazza del Campo een loting was over welke drie wijken er nog mochten deelnemen aan de Palio begin juli. De Palio (of het vaandel) is de paardenrace die sinds 1287 wordt gehouden in het centrum van Siena. Zeven wijken liggen al vast, dat zijn die die vorig jaar niet gekozen werden, maar het is een “strijd” tussen tien wijken, dus worden er nog drie geloot. Ah, dat was interessant!
Dus togen we op weg, het centrum was te voet goed bereikbaar: ongeveer 25 minuten tot aan de stadspoort en dan nog 25 minuten tot aan de Piazza del Campo. Het was héél druk in de stad en de Piazza liep al aardig vol, zo zelfs, dat er geen enkel vrij tafeltje te krijgen was van de restaurants/bars rond de Pizza. Dan maar rechtstaan en wachten…
Wat er volgde was eigenlijk spectaculair en hartverwarmend: er kwamen vendelaars aan en trommelaars, die het begin van de loting aankondigden. Om zeven uur ging er boven een venster open en rettekentettekentet! De eerste vlag kwam buiten, groot gejuich in het ondertussen stampvolle plein, dan terug hoorngeschal en de tweede vlag kwam buiten, idem dito en ook zo voor de derde. Veel teleurgestelde mensen natuurlijk, maar een oudere man die naast ons stond met “zijn” wijkvlag tussen zijn broekriem, was dolenthousiast! En eigenlijk is het best een emotioneel moment, ook al maak je geen deel uit van de stad noch de wijken, maar omdat je er op dat moment tussen staat…
Nadien was er weer trompetgeschal en ging er een raam een verdieping hoger open en daar verschenen dan de 7 vlaggen die niet zullen meedoen op de palio van juli, maar die dan wel zeker meedoen op de palio van augustus.
Het plein stond nog danig vol, maar begon wel stilaan leeg te sijpelen, met ons daarbij, wij gingen op zoek naar het restaurant La Fonta Giusta die de dame had aangeraden, en Woehoe! We konden zowaar nog een tafeltje krijgen op het volle terras, ik zat wel met mijn stoel op de rijweg, maar een kniesoor die daarop let. We deelden een bruscetta met verse tomaatjes, rucola en kaasschilfers en nadien at Marc een pici al cinghale en ik een tagliatelle al sugo d’anatra. Met een glaasje rood erbij en spuitwater en we waren weer helemaal blij en voldaan.
En dan moesten we de hele trip naar het hotel nog maken. Het was toch vrij ver hoor, nadat we al vrij lang hadden rondgelopen. Maar anderzijds is het ook een goeie vertering, dus stapten we dapper door…
Ondanks het niet zo goed voelen gisteren, heeft het warme citroensap toch wonderen gedaan en heb ik goed geslapen vannacht!
Toen we wakker waren vanmorgen, heeft Marc de bagage naar de auto gebracht. We zagen daar een héle mooie bloem staan: oyster plant ofte Tragopogon Porrifolius ofte paarse morgenster/haverwortel/armeluisasperge/witte schorseneren/oesterplant/boksbaard en keukenmeidenverdriet genoemd. Daar moeten we misschien eens achteraan als we terug thuis zijn.
Ontbijt was weer eens anders: de vier dames zitten nu aan de “tuinkant ”, daarnaast waren twee borden gezet voor het Italiaanse koppel, daarnaast zat de Duitse familie en op de andere hoek wij.
We hebben wat zitten kletsen met Erik, want Katarina was nog boven, kennelijk had zij zich ook niet zo heel goed gevoeld gisterenavond. Ze waren naar de zee geweest en de jongens waren heel enthousiast over het warme zeewater en hoe leuk het was geweest. Jammer genoeg hadden ze niet het restaurant gevonden dat ze gezocht hadden, omdat er kennelijk veel restaurants gesloten waren, da’s wel jammer.
Toen was het tijd om nog wat in het boek van Paolo te schrijven en moesten we de laatste dingen in de auto zetten en nog afscheid nemen van de familie. Zo lief: Ferdy vroeg of hij mij een brief mocht schrijven en of ik mijn adres wou geven. Ik heb kennelijk zijn jonge jongenshartje beroerd.ð En natuurlijk -of wat had je gedacht - hield ik het niet helemaal droog toen ik Katarina een dikke knuffel gaf! Ik heb dan maar snel mijn nieuwe donkere zonnebril opgezet en we hebben met al dat emotionele gedoe van ons vrouwen eens gelachen. Dan sprongen we nog even binnen in de eetkamer om onze rekening te vereffenen en toen Paolo een foto van gisteren zag-die ik van hem en Ghianda had genomen, van bovenaf- kreeg hij bijna een kramp omdat hij dacht dat hij een dunne plek in zijn haar had !!! Marc moest meteen een foto nemen van zijn kruin en toen was hij gerustgesteld, het was maar de lichtinval, maar we hebben er heel hartelijk om gelachen!
En dan was het écht zover: wegrijden van Ramusè…het doet toch een beetje pijn, want wat een super heerlijke plek is dit! Zo zalig rustig met enkel de vogeltjes, de insecten, de balkende ezels, de superspeelse honden, de hongerige poezen, de kikkers, de vuurvliegjes… maar ook: de rijpe kersen, de overheerlijke moerbei bessen, de mispels, de verse, geurige kruiden,…een superkoesterplekje!!â¤ï¸â¤ï¸
Via heel veel krinkeldewinkelbanen verlieten we Le Marche en reden we Umbrië binnen en tegelijkertijd ook de bewolking en de regen… We reden een paar hele lange tunnels door en ineens zaten we in een stevige plensbui! Maar nog niet voldoende om onze auto schoon te spoelen.Die ziet er nog steeds uit alsof hij Parijs -Dakar heeft gereden!
We passeerden Spello, dat nog mooi in de zon lag te blinken en reden door naar Assisi. Toen we ons net hadden geparkeerd en ready to go waren, kwam er een jonge vrouw naar ons toe, ze vroeg of we Belgen waren en sprak ons aan in het Frans. Zelf had ze in Luik gewerkt en ze waarschuwde ons dat het geen goed idee was om daar te blijven staan want dat we dan bijna zeker een boete zouden krijgen. En zij reed net weg en vond dat ze ons moest verwittigen én dat we haar plekje konden nemen, keilief toch!? Dus hebben wij onze auto op het plekje van haar kleiner autootje gezet, maar we stonden er prima! En we stonden vlakbij Porto Nuovo geparkeerd, dus ook vlakbij de Basilica di Santa Chiara, voor de basiliek ligt ook het plein waar we in ‘97 hoorden dat Lady Di was overleden. Dat konden we ons nog allebei heel goed herinneren. Van de basiliek daarentegen zo goed als nietsð
De basiliek was nét gesloten toen we eraan kwamen, dus trokken we wat verder de stad in. De ondertussen zalig verklaarde Carlo Acutis (ofwel de cyberapostel die stierf op 15-jarige leeftijd aan leukemie maar via het internet zijn geloof verkondigde aan vele jonge mensen) ligt opgebaard in de Chiesa di Santa Maria Maggiore.Dwz: zijn gebalsemde lichaam ligt hier opgebaard en zijn gezicht heeft een siliconenmasker gekregen maar de rest van zijn lichaam is gebalsemd en wordt zo behouden. De jongen was origineel uit Milaan, maar het was zijn wens om in Assisi begraven te worden. Kennelijk is hij voor (of na) de zaligverklaring terug opgegraven en ligt dus nu in dat kerkje opgebaard. Ik vind dat een beetje raar en ook wat kriepie en een héél klein beetje heel commercieel….
Toen onze beer stilaan begon te grommen, moesten we iets vinden om te eten en dat vonden we in Il Pozzo Romano
( ofwel de Romeinse put)alwaar we een “torta al testo” hebben gegeten. Dat was een soort van toegevouwen pizzabodem met daarop voor Marc enkel prosciutto crudo, maar dat vond ik wat flauw, dus heb ik “caprese ” genomen, dat was met verse tomaten en verse mozarella en ik heb dan maar gevraagd om er extra prosciutto crudo op te doen…hmmmmm! Dat smaakte!! Nadien verder gekuierd richting de basiliek van San Francesco onder een donker wordend wolkendek dat niet veel goeds beloofde.
We kwamen toen aan een schoenwinkel (dell’anno 1922) en ik dacht dat dit de schoenwinkel was waar Marc zijn topfavorieten slippers had gekocht, dus hier MOESTEN we binnengaan! Hier komen vast ook alle paters en pastoors inkopen doen, want patersandalen in overvloed! Maar Marc vond er toch leuke die weer nét ietsje anders zijn dan de andere en die goed zaten (én niet duur waren: 65€!) dus: verkocht! Het was ook nog eens een heel lief meneertje, dus dat was dubbel tof!
En dan gooiden we ons terug in de stroom van toeristen, en mijn lieve God, wat loopt hier veel volk rond!!! Dat zijn we niet meer gewoon!! Hele busladingen vol, allemaal in ganzenpas achter ofwel een omhoog gestoken antenne met een sjaal omgeknoopt of een vlaggetje (zoals duidelijk een bus Nederlanders) of een omhoog gestokenparaplu! (Die we bij nader inzicht ook beter hadden meegenomen!!)
Je mag in de basiliek geen foto’s (meer) nemen, dus dat is een beetje saai. De crypte is wel heel sfeervol, de mens ligt heel diep begraven hoor, in een stevig stenen graf…Het doet altijd wel iets als je ziet hoeveel mensen er heel devoot bidden, soms mensen waarvan je uiterlijk helemaal niet zou denken dat ze ooit zouden bidden…
En toen…was het tijd voor een koffietje!! Voor de luttele prijs van 1,80 krijg je hier een lekkere cappuccino! We wilden eigenlijk voor de regen ergens binnen zijn, maar kennelijk heeft de regen even gewacht tot wij terug buiten kwamen…tjah…ð¤·ð»âï¸ Dan maar even tegen de muur van het barretje blijven wachten, we zagen voorbijgangers op hun derrière gaan omdat het zo glad was (steile straat, regen, vlakke schoenzolen) nog wat verder gestapt, weer geschuild…en zo maar verder eigenlijk, omdat het steeds wat meer en dan weer wat minder regende.
We kwamen aan de Piazza Communale en doken even de Chiesa di Minerva binnen, een combinatie van romeinse stijl (de pilaren in het voorportaal ) en barok (de binnenkant) en dan terug verder, naar de Chiesa Nova en terug de stad in. Ook al regent het hier, er is leven, de winkels zijn open en er is ambiance, zoveel zelfs, dat je bijna zou gaan verlangen naar de doodse stadjes van afgelopen week!!
In Pasticceria Sensi, een patisserietje langs de straat, hebben we een Rocciata di Assisi gegeten, dat is een soort van koffiekoek met abrikozenjam, appels, walnoten,rozijnen, pijnboompitjes, amandelen en een snuifje kaneel ofte EEN CALORIEBOM! Maar wel een hele lekkere!
Andere mensen kopen er één en die wordt dan in twee gesneden en elk eet de helft, maar wij zijn geen “andere mensen” dus wij eten er elk een hele op! Hmmmmmmm!
Nadien zijn we nog doorgelopen - tussen de druppels doorhuppelend- naar de Basiliek van Santa Chiara en dan waren we terug aan de Porta Nuovo en bijna aan de auto. Die stond er nog en het deed deugd om in een ietsje warmere auto te stappen!
En dan ging de rit richting Bastia Umbra waar we zouden logeren. We kwamen er aan…. En reden erdoor… en toen waren we in Ospedalicchio of zo. Het was nog even verder, de gps kreeg ons niet daar, maar de gsm wel en zo vonden we Albergo Lo Spedalicchio zonder verdere problemen. De auto kon op de parking van het hotel en wij konden hier gewoon lekker binnen blijven, want het hotel heeft ook een restaurant!
Omdat het nog steeds regende, hebben we maar een glaasje witte wijn (nog van gisteren avond in Ramusè) gedronken met een schelletje prosciutto crudo, voor het raam, zodat het leek of we buiten zaten…
Rond kwart over acht zijn we naar beneden gegaan, we hadden halvelings verwacht om er kluit alleen te zitten, maar neen hoor, het zat er goed vol!
Marc nam kalfsvlees met patat in de oven en ik nam wat de receptioniste had aanbevolen: duif ! (Met apart patatten de oven) En daarbij een glaasje rode wijn.
De duif was lekker, maar lag op een snee ciabatta die leek te varen op een golf van olijfolie, met mijn problemen van gisteren in gedachten, heb ik die snede toch maar niet opgegeten. Ik eet ook geen duif meer, het maakt naar wild maar is toch een hoop gepeuzel ook… Het stukje vlees van Marc was wel lekker hoewel er ook af ten toe een vetje en een knorretje of pees aan was… We sloten de maaltijd af met een frisse limoncello (da’s eens wat anders dan een anijslikeurtje) en dan naar bedje. Slaapwel !
Er was al over gesproken gisteren en vandaag was het dan zover: we gingen op truffeljacht met Paolo en met Erik en Katarina en hun zoontjes
Ferdinand en Moritz.
Maar eerst hoe de dag begon: met een soort van getik dat van boven kwam, alsof iemand een balletje telkens op de grond liet vallen. Licht irritant….later hoorden we van Katarina dat het Ferdinand was die zijn ontbijt aan het eten was en omdat de vloer niet gelijk ligt, bewoog zijn stoel elke keer en dat maakte het geluid. Even goed: als de jongens wakker en op zijn, moet je zelf niet lang meer slapen, want dan komen ze naar beneden, wordt er gemorreld met de sleutel aan de deur en ben je gewoon wakker.
Op ons gewone uur zijn we gaan eten, toen zaten zij al aan de tafel. Er kwam net een helikopter overgevlogen waarnaar ze met z’n alles zaten te kijken, toen wij op het terras kwamen en “happy birthday to you” inzetten.
Erik was er een beetje door gegeneerd, want Paolo wist niet dat hij jarig was, maar who cares? Dat hoort bij verjaren!
Nadien- toen de familie weg was van tafel en wij bijna gedaan hadden- kwamen Volkmar en Nina eraan, voor hen zit de vakantie erop, zij vertrekken vandaag richting thuis, met nog “ergens” een tussenstop maar waar precies wisten ze nog niet.
Toen zij goed en wel uitgecheckt waren, we afscheid genomen hadden en ze vertrokken waren, liet Paolo ons weten dat we 10 minuten later zouden beginnen met de truffelzoektocht omdat de andere gast nog miste. Die kwam een beetje later aan: Thiana Vázquez, een schooldirectrice van 37 uit New Jersey die in haar upje op vakantie was voor twee weken. Ze heeft een autistische dochter van 11 die momenteel bij haar ouders verblijft, want éénmaal per jaar moet ze even op vakantie om haar hoofd leeg te maken. En kennelijk is ze ook licht “hondengek” want haar hondje wordt elk jaar gevierd met zijn verjaardag, hij krijgt dan een gebraden kip (ipv taart) met een kaarsje op én elk jaar een andere smoking. Ze heeft foto’s laten zien, hilarisch!! Thiana was echt heel tof en leuk om mee te praten, het is ook interessant en verfrissend om eens met iemand van US te praten. Zij houdt haar hart evengoed vast voor de komende presidentsverkiezingen…
Bon, de truffelzoektocht dus: We kregen een truffelmandje dat iemand mocht dragen, wat speciaal truffel-zoek- gereedschap (een krabbertje en een soort van koteraar) en er moest een hond mee, want de blinde moefti (alias Tilly Mouse) alleen was niet voldoende
Ghianda (zo bleek de hond te heten die met ons naar Force was gelopen) werd uit het kot gelaten, want zij is één van de truffelzoeksters. Trouwens Ghianda betekent “eikel”.
Maar dat beest was zo superenthousiast dat ze eerst absoluut niet luisterde naar Paolo en zijn bevelen (zoek, waar is het, concentreer, zoek!) en woest in het rond dartelde, hier een plasje makend, daar een plasje en gewoon voor de lol wat liggen dabben in de grond. Maar nadien werd het wel ernst en vond ze toch verschillende truffels in verschillende stadia van rijpheid en dus bruikbaarheid.
We wandelden in het kielzog van de honden de heuvel af, en toen vroeg Paolo om ook Electra los te laten, omdat zij toch sterker is dan Ghianda.
Sommige truffels zitten echt heel oppervlakkig, anderen wat dieper (10cm) en de witte truffels kunnen soms tot een halve meter of meer diep zitten, maar die groeien ook dieper in het dal van zijn tuin. Ik ben niet mee gaan zoeken, want je moest een steile helling af en ik zag het al gebeuren. Ook Ferdinand wou niet mee, want er stonden struiken met doornen en die prikten in zijn benen, dus bleef hij wat met mij staan praten. Hij vertelde dat er straks Italiaanse gasten komen met kinderen en dat hij het best lastig vindt om met kinderen te praten die een andere taal spreken, maar dat het wel lukt.
Anderhalf uur later ongeveer, was de tocht ten einde en konden we toch fier zijn op onze “vangst”, maar jammer genoeg kon er niet veel van de truffels gebruikt worden om op te eten (te rijp of niet rijp genoeg) maar die konden dan wel weer voor hun sporen gebruikt worden.
De Zia had intussen de tafel gedekt en de antipasto klaargemaakt. De tafel was versierd met een vaasje en rozen. In het kippenhok werden verse eieren gehaald en de Zia sleepte een dikke zak bloem buiten en begon met de bloem en 2-3 eieren een stevige deeg te maken. Toen ze tevreden was van de consistentie van het deeg, maakte ze er twee bollen van en begon dan een bol uit te rollen en te rollen en te rollen. De kinderen mochten meerollen… tot de lap deeg vrij groot was en doorschijnend, je kon er haar hand zien doorschemeren. Dan was het goed om het grote vel om te plooien en nog eens en nog eens en in fijne repeltjes te snijden. De superverse tagliatelle was geboren!! Toen konden we aan tafel ! De antipasto was superlekker: salami, kaas, nog iets anders worst-achtigs, dan bruschetta met een soort van gehakt op, bruschetta met kaas en kerstomaatjes, bruschetta met pesto, en dan nog een getoast boterhamsneetje met daarop iets als platte kaas met bloemblaadjes van echinacea en nog een ander bloemetje.
Oh en dan warme kikkererwten met olijfolie en rozemarijn…keilekker!
De pièce de résistance was de verse pasta met funghi porcine en olijfolie en daarover vers “gevangen” truffel geraspt! Lekker!!
Nadien het vermaarde dessert van de “worst” van ricotta, amandel, koekjes, rozijnen en chocolade. Dat vond ik niet zo’n goed idee, maar het bordje stond al voor mijn neus…
We kregen nog een anijslikeurtje en koffie toe en dat sloot een hele toffe ochtendactiviteit af!
Het gezin trok naar de zee en zou ook daar blijven eten (het is tenslotte de papa zijn verjaardag!) en dus hadden we het agriturismo voor ons. We installeerden ons even aan het zwembad (mét kleren aan, er stond een strakke wind) maar dat duurde niet lang want we waaiden daar bijna weg, dus ook geen zwemmetje… Goed dat ik twee badpakken bij heb!
Dan maar aan de tafel op het terras in de zon, heerlijk! Hier was de wind minder en was het heel fijn zitten, Force straalde mooi in de zon en het leven is goed!
Nog een gezellige Skype sessie met ons mama en toen was het tijd om wat te gaan inpakken, een douche te nemen en te gaan eten.
Na de douche bleek dat ik toch iets niet zo heel goed had verteerd, waarom dat zo ineens na de douche bovenkwam, mij een raadsel (en er kwam niets letterlijk boven, jammer genoeg, want dan was ik ervanaf geweest)
In de eetkamer zaten we temidden nieuwe Italiaanse gasten: links een koppel uit Noord-Italië, dat hier al eens was geweest, rechts een tafel met vier dames.
Het voorgerecht waren weer de gevulde olijven, maar die heb ik aan Marc gegeven, ik vroeg een kleinere portie pasta (cannelloni) en heb het hoofdgerecht (gebakken patatjes met kalfsvlees) overgeslagen. Die lieve Paolo bracht mij een grote dikke tas met heet citroenwater, voor de digestief.
Het nagerecht was vandaag: meloen met moerbeibessen, dat zag er heel lekker uit, maar helaas…
De Zia kwam nog even afscheid nemen met een knuffel en dat was efkes moeilijk, maar wel superlief! Wat ben ik toch een emotioneel mens…ð¢
We hebben nog wat gekletst met de andere gasten en zijn toen gaan kijken of er vuurvliegjes waren en ja hoor! Zo tof!! En veel! Alsof je naar een fonkelende sterrenhemel kijkt maar dan naar beneden!
Dat was de kers op deze leuke en interessante dag!
Vanmorgen aan de ontbijttafel kwam er ineens een superhappy, razend enthousiaste hond op ons afgestoven: onze wandelvriend! Die kwam overal snuffelen om te zien of er nog wat te verhapsjakken viel maar was door het dolle heen en hopste van links naar rechts en stoof overal heen. Dan zag hij de waterbak en begon daar als een zot in te dabben…de mafkees!! We hebben beslist dat we vandaag geen luie dag “thuis” houden, maar naar het Lago di Fiastra gaan en naar de Lame Rosse. Daar was de Duitser heel enthousiast over, zij gingen voor hun laatste dag naar de zee, maar hij was heel enthousiast over het meer en wat ze daar gezien hadden. Ze mochten alleen niet met hun fietsen daar rijden, dus denk ik niet dat ze tot aan de rotsformaties waren geraakt…En toen hij de woorden “Lame Rosse” uitsprak, wist ik dat ik daarover iets had opgezocht en dat ik daar een wandeling van in de nota’s had staan. Dus was het beslist!
Na het ontbijt togen we op weg: terug langs de weg die we eergisteren deden via Comunanza, Amandola, Sarnano. Ineens kwamen we een EuroSpin tegen, dat is de Italiaanse tegenhanger van Lidl en Aldi (denken we) en die waren we in Sardinië ook veel tegengekomen, het was daar dat we de anijsbolletjes met drop hadden gevonden. Dus: hop erheen want we zaten al maanden door onze voorraad! We hebben dan maar meteen tien potjes gekocht én twee zakjes chips voor de aperitief van vanavond! Jeuj! (Lichtjes hebberig, maar zo zijn we)
En dan verder richting de stuwdam van Fiastra. Op het laatste stuk kronkelweg reden we zo goed als alleen. Er stonden een handvol auto’s aan de brug van de dam geparkeerd, maar daar konden we niet meer bij, dus hebben we de onze wat verder gezet, in de schaduw van een boom. Verderop is een parking, maar dat was met een keuterwegje steil omhoog en we hadden plek opzij, vandaar… We besloten om niet met onze picknick te gaan slepen, dus namen wat repen mee en drinken en we waren weg.
Het water in het stuwmeer is prachtig! Helder blauwgroen en er zwemmen redelijk veel vissen in. Aangezien het gebied daar onder water is gezet door de stuwdam, staan er ook bomen tot hun (kale) kruin in het water wat een raar effect geeft.
De wandeling loopt over een rotsachtig pad met dan weer een boel losliggend gesteente, dan weer door zachte bosgrond en door een heel speciaal stukje bos. Het is onwaarschijnlijk dat de bomen op zulke grond en zo schuin kunnen groeien!! En er staan zoveel mooie bloemen langs het pad, zelfs mini cyclamen zowaar!!! En massa’s daarvan!! Er groeit ook daslook, geurende brem, iets wat op een paardenbloem lijkt maar dan lichter geel, boterbloemen, een soort van hele fijne, ranke campanula,…prachtig! Het is dan ook een gezoem en gegons van jewelste naast het pad.Maar daar kan je niet op letten, want op sommige plekken heb je écht al je aandacht nodig om niet te vallen of weg te schuiven over al die stenen!
Na ongeveer 1,5 uur lopen, kom je aan een super steil stuk met heel veel stenen, waar je - zo’n beetje als in een zandduin - goed je evenwicht moet zoeken en extra oppassen dat je niet wegglijdt, maar je wordt dan ook beloond met een pràchtig uitzicht! Waauw! De door het water en de wind weggesleten rozig/gele rotsen zijn adembenemend! ( voor zover je nog adem hèbt na de klim! ) Het doet wat denken aan Bryce Canyon of Antilope Canyon, in het kleiner dan, maar evengoed…
Het is een beetje kriepie om naar beneden te gaan nadien, omdat het toch wel wat schuiverig is en omdat joors troelen niet meteen de grootste dapperste avonturier is. Maar ik ben er toch geraakt en het alternatief - daar boven blijven zitten - is natuurlijk geen optie.
Op exact een uur hebben we de tocht terug afgelegd en was onze picknick onze naam al aan het scanderen! We hebben onze “pikkeltjes” uit de auto gehaald en installeerden ons op het strandje om de stevige gust van een brood, met prosciutto en trostomaatjes te verorberen. Het brood was wel van die aard dat je er iemand de hersens mee kon inslaan, dus heb ik een stuk overgehouden voor de ezels, mijn kaakspieren geraakten licht overwerkt!
Donkere wolken pakten zich samen in wat we denken dat “onze area” was, maar wij konden nog wel wat van de zon genieten, tot in Amandola, toen was het wel al merendeels bewolkt. Daar hebben we in een voos barretje/pasticcheria een cappuccino gedronken. Marc koos er nog een gebakje bij dat eruit zag als een vidé-koekje met een dot crème in en een laag chocolade. De crème bleek citroencrème te zijn en het algemene enthousiasme op het pateeke was matig.
Bij aankomst in Ramusé hoorden we van de familie dat het stevig gehageld heeft toen ze in Forcé waren. Dus vandaag zijn we daaraan ook weeral kunnen ontsnappen!
We hadden afgesproken met het Duits koppel om te aperitieven omdat het hun laatste avond is, en bijna zodra ze thuis waren, zaten we aan de grote tafel. De andere mensen kwamen er later ook bij zitten tot we gingen eten, gezellig!
Het eten was een bruscetta met sneetjes kaas en trostomaat, een super lekkere lasagne, en dan frittata van artisjok met gegrilde courgette reepjes (volgens mij hadden we dat al eens gehad, maar evengoed blijft het lekker) Het nagerecht was verse ricotta met verse aardbeien en smaakte ook supergoed!
De kinderen van de andere mensen wilden met de “bat detector” op zoek gaan naar vleermuizen, maar het was waarschijnlijk nog ietsje te vroeg op ofwel de avond ofwel het seizoen, maar ze vonden wel glimwormen !
Heerlijk om dat nog eens terug te zien! Dat zie je nooit meer bij ons! Het leek wel een sterrenhemel in de struiken! Prachtig!!!
Ook vannacht zijn we onder een volle maan gaan slapen…
Vanmorgen was Ninja er weer (de nicht van Paolo) en het lijkt telkens of ze ruziemaken maar het is gewoon hun manier van doen…het is wel een stevig gekakel onder onze kamer, maar intussen zijn we het gewoon.
Onze Duitse vrienden vallen later dan wij uit hun bedjes, dus daar wachten we niet op. We kregen een tote bag van Paolo met daarop een opdruk van Ramusè. Gisteren vertelde hij ons dat dit het huis van zijn grootouders was (en de grond) en dat hij - toen we hem in Ascoli tegenkwamen met zijn oom - net een stuk grond van zijn oom had gekregen, extra aan dit land. Wel heel fijn voor hem!
Kennelijk was Ramusè vrij volgeboekt tijdens Covid maar is het nadien wat slap gevallen en hij moet wat meer reclame maken voor zijn agriturismo. Dat is waarschijnlijk de reden dat hij die zakken heeft laten maken met opdruk van een truffel met daarrond allemaal cirkels, eigenlijk wat zoals de binnenkant van sommige schelpen. De kern van Ramusè is terugkeer naar de natuur en de truffel…zoiets.Hij grabbelde een stuk keukenrol en legde daarop uit hoe we naar de supermarkt moesten gaan waar ze de anijslikeur verkochten, want de maker zelf zou waarschijnlijk niet thuis zijn en dan stonden we daar…We kregen ook eettips mee voor een lunch in Portonuovo. Tegen dik half tien zaten we al in de auto richting Loreto, het Lourdes van Le Marche, het heiligdom van de zwarte Madonna. We hadden de basiliek boven op de heuvel al gespot toen we hier op zaterdag voorbij reden, maar blij dat we toen niet stopten want vandaag scheen de zon! En alles is toch mooier als de zon schijnt!
Het was eigenlijk rustig rijden op de snelweg, ik zal de Duitse vriend nog gelijk moeten geven. Heel fijn eigenlijk, na het geraas en gewroet van afgelopen weekend!
We geraakten zonder problemen (en met maar 4,60€) in Loreto alwaar we de auto parkeerden en dan de kundige hulp van een parkeerwachtster moesten inroepen want het systeem van het ticket was voor mensen met een hoger IQ dan wij… Maar we waren niet de enige want een Duitser (weeral ene!) zat met de handen in de schaarse pijlen haar omdat hij er ook geen bal van snapte. Ons ticket was een feit, dus trad ik maar op als vertaler tussen de parkeerwacht en de man… iedereen gelukkig en een goede daad gedaan in het halve heiligdom.
Het was een beetje zoals de Taj Mahal: we kwamen door een grote stadspoort en daar lag ze: de basiliek gewijd aan Maria! Heel indrukwekkend en het handjevol zusters en paters dat over het plein liep, maakte het plaatje compleet!
Ik denk dat ze hier de klok rond eucharistievieringen houden, want toen wij in de basiliek kwamen, was er een mis bezig en een kwartier nadien, toen we een toertje door het centrummetje hadden gedaan, waren ze weer aan het bidden (allee, dat hoorden we door de luidsprekers) en het was niet dezelfde mis, want ze waren al aan de communie toen wij nog in de basiliek waren…
De “kapel van de pelgrims” was ook de moeite! Met prachtige plafond fresco’s en vitrinekasten vol met allerhande memorabilia en heiligbeenderen enzo. Op een kast stond een kader met daarin een jeansbroek en een foto van een truckchauffeur-mét-kruk en daarachter zijn zwaar vernielde cabine en een bedankkaartje.Het maakte toch indruk. Natùùtlijk kan ik zo’n heiligdom niet verlaten zonder een klein souvenirke te kopen,Marc liep intussen al terug wat buiten rond, die is niet zo voor al die heiligendingskes enzo.
Er zat een kunstenaar met krijt een hele mooie tekening te maken, maar daar heb ik jammer genoeg geen foto van genomen. We liepen eens rond de basiliek , maar daar was niet zo meer zoveel te zien, dus keerden we op onze stappen terug en gingen maar naar de parkeerplaats.
De volgende stop was Macerata (of de zee, maar dat was nog een hele trip verder noordwaarts en daar hadden we zo precies niet veel zin in) Macerata dus…het was al bangelijk om daar onder de oude stadswallen te parkeren (we moesten eerst een kei steile straat op - niet echt mijn ding), ook hier moest je hogere studies gedaan hebben om de parkeermeter te begrijpen, maar het lukte toch.
En dan de stad in. Dit is overduidelijk een universiteitsstad en jammer genoeg zie je dat ook aan de overvloedige graffiti die maakt dat het allemaal wat marginaal aandoet, zonde…
We hebben in Centrale een hapje gegeten: Marc een hamburger en ik een lasagne “vincisgrassi”. Je wil niet weten wat erin zit (varken, rund en kipgehakt) maar het is wel lekker en - ideaal als lunch - niet veel!
Weggespoeld met bruiswater waarvan het bruis ook ergens in een ver verleden lag maar soit.
Nadien zijn we de stad wat gaan verkennen, maar - eerlijk is eerlijk - ze kon ons niet bovenmatig bekoren. Naast het Piazza Centrale was er eigenlijk weinig moois.
En het rare is: hier komen de “automatenkotjes” hoe langer hoe meer voor, dwz: ipv een bar of een winkeltje, haal je gewoon je drankje uit een automaat die ergens in een nis staat. Gezellig en knus (not! )
Macerata kon ons eigenlijk niet verder bekoren, dus moest de volgende stop bedacht worden: dat was: “likeur gaan kopen “ of “naar Grottammare”. Drie keer raden wat het geworden is…. Juist! De anijslikeur!
Hiervoor moesten we voorbij Force en Rotella richting Ripaberarda. Allee, toch volgens de Paolo zijn keukenrol! Hoe meer we het binnenland inreden, hoe donkerder het werd. Af en toe zelfs de occasionele bliksemschicht en donderslag. En toen zagen we het: er moest vast en zeker een wolkbreuk geweest zijn tijdens onze trip, want er lag enorm veel modder op de weg en er waren zelfs hele klodders planten weggespoeld, mini-aardverschuivingen dus!! De temperatuur daalde ook zienderogen, van nog een hele aangename 26 graden in Loreto naar zo’n 16,5 graden op de likeur-bestemming!
Onderweg zagen we de prachtig besneeuwde toppen van het Sibillini gebergte machtig en massief uitsteken. Nu de zon erop stond, zag je pas hoe hoog en machtig ze waren!
Bon, de supermarkt dus…Paolo zei dat die even uit het gehucht Ripaberarda lag, dus we reden ergens een keuterbaantje af waarvan mijn Google Maps had gezegd dat er een supermarkt was. Niet dus…dan maar wat verder en hoera, hoezee! We zagen op onze rechterkant een gebouw dat een supermarkt leek ter herbergen achter een barretje “Coal Il market”. Het zag er niet veelbelovend uit maar we gingen het toch eens proberen. En zowaar! Hoera hoezee! De anijslikeur was aanwezig, niet meteen in vollen getalen, maar toch een paar flessen. Toen we volop aan het bekijken waren welke fles we zouden kopen, kwamen er een paar dames onze richting uit, dus heb ik maar snel een paar flessen vastgegrabbeld, het zou eeuwig zonde zijn als we ze voor onze neus zouden zien verdwijnen, toch?
De bloem “00” was hier ook heel goedkoop: 0,79€ voor een kilo! Tegenover 3€ in Delhaize!!! En hier verkopen ze nog de échte macarons voor in de vla, dus hebben we hiervan ook nog maar twee pakjes gekocht. Dàt noem ik een stevige slag doen!
En daar moest op gedronken worden! Een koffietje (we zitten tenslotte in koffieland en ik lijk hier wel af te kicken van de koffie) en een limonade voor Marc. De dame had niet helemaal door dat ik géén kleine straffe koffie met melk wou, maar een gewone, want ik kreeg weerom een kaboutertasje weliswaar met een wolkje melk.
En dan nog een potje chips en een flesje met gezouten pindanootjes en dat allemaal voor de luttele prijs van 2,90€, waarbij mijn koffie 0,90€ kostte!
Wegens een paar wegomleggingen (het is hier ook bijna verkiezingen hé en dus overal “lavori” op de wegen) geraakten we pas wat verder op de weg naar Force en zagen we dat het een stevige wolkbreuk moest geweest zijn! Overal gelige plassen en modderhopen… en sporen waar het water in stevige snelheid van de heuvel moest gekomen zijn! Onnodig te zeggen dat het leek of onze auto meegedaan had aan een modderrace… het was tot op de voorruit gespat!
We waren nog niet zo lang terug op onze kamer toen we de nieuwe gasten hoorden aankomen: een Duits koppel met twee zoontjes. Gedaan met onze rust, want ze hebben niet goed door hoe de voordeur werkt wat resulteert in een hoop gemorrel met de grote sleutel, een hoop getaffel op en af de trap, iets wat op de verbouwing van het appartementje hierboven leek,…
Het was toch te mooi weer om binnen te blijven zitten, dus hebben we nog een wandelingetje in de tuin gedaan. Daar werden we door Paolo en zijn Zia aangespoord om kersen te plukken en mispels te eten, vers van de boom. Lekker !! Er zijn hier ook moerbeien, dat is ook al zo lekker!!
Aan het diner zagen we de mama zitten met één van de zoontjes. Die zijn best wel vrank en vrij hoor, gingen van tafel, loerden achter het gordijn naar wat er in de keuken gaande is, en zaten behoorlijk te lachen, maar ik denk dat dat normaal is voor jongens van die leeftijd…
We aten een bruscetta met een streepje spek en gedroogde salie, nadien was het spirelli pasta met tomatensaus en worst en daarna een halve gevulde paprika met gehakt en gebakken courgettes met olie.
Het dessert was terug een “salami” van ricotta, met amandel en koekjes en chocolade, maar ik heb ervoor bedankt want dat was gisteren wat zwaar gevallen. Maar het anijslikeurtje, dat is mijn favorietje natuurlijk!!
Het was een prachtige volle maan, daar heb ik een paar foto’s van genomen en we zijn blijven kletsen met de Duitse vrienden tot na tienen, Paolo had toen al lang zijn keuken gesloten…
De hele nacht heeft het geregend en gebliksemd en ergens midden in de nacht begon - denk ik - de blinde moefti te blaffen! Toen kreeg ik toch wat schrik, zo’n hond blaft niet zomaar, wat als er iemand op den hof kwam? Paolo was er niet…
De kikkers waren hun best aan het doen! Echt, dat is niet normaal hoe die liggen van hun gat te maken! Geen gekwaak, maar een aaneenschakeling van “taktaktaktaktak” da’s een neurotisch beest hoor!! Dzjieses!!
Ik zal dan toch terug in slaap gesukkeld zijn, want het was al licht aan het worden toen ik nog eens wakker werd, waarschijnlijk een uur of zes. Marc is toen ongeveer beginnen lezen, ik heb me nog eens omgedraaid, altijd goed…
Ik hoorde trouwens dat het regende, dat het NOG STEEDS regende, dus dat beloofde voor de dag die kwam!
Er was een hoop lawaai en gediscuteer en geroep in de keuken onder ons, alsof Paolo en de dame-van-het-ontbijt ruzie aan het maken waren, niet erg leuk eigenlijk om zo de dag te beginnen.
Het ontbijt was niet op het terras door de regen, maar binnen, waar we ook avondeten. De Duitse vrienden waren nog niet wakker, dus hebben we alleen gegeten, ook goed. Tegen dat we goed en wel gedaan hadden, kwamen ze uit hun huisje… We zullen vanavond wel bijpraten.
Het uitzicht over de vallei was prachtig! Er hingen dikke wolken tussen de heuvels en ook al is dat voorbode voor mottig weer, het blijft wel heel mooi om naar te kijken! Maar het begon te druppelen, dus we gingen maar snel naar de kamer. Allee, ik toch, Marc liep nog even door de tuin.
Het weer vandaag zag er maar zo-zo uit, maar je kan toch geen hele dag in de kamer zitten…
We besloten om de Gola dell’Infernacio dan maar te wandelen, het is een soort van Duivelskloof en naar het schijnt de moeite waard. We trokken onze stapschoenen aan, hielden toch maar een jeans en een trui aan en pakten onze knapzak mee. (Brood - prosciutto crudo en pommodori)
Eens we op de iets meer provinciale weg zijn, gaat het maar het wegje naar Force, dat is ééntje om het olleke open en dicht te laten gaan! Je ziet niet wat eraan komt en het is een beetje op het goed vallen uit de bocht nemen! Dus altijd blij als het huis met de dame met de hondjes in ‘t zicht komt, dan zijn we er bijna…
We zagen wel een hele mooie hop of Vlaamse gaai (die zitten hier allebei) en gisteren hebben we een prachtige buizerd zien opvliegen toen we voorbij kwamen, zò dicht hebben we zo’n vogel nog nooit gezien!
We vonden de Gola niet op de gps, dan maar het gehucht Rubbino ingetikt vanwaar we kennelijk aan de wandeling konden beginnen. Alleen…Er was daar nergens een parkeerplek, er was daar zelfs geen deftige weg en het leek alsof wàt er ooit geweest was, door de regen was weggespoeld. Heel gek dat er in de zomer massa’s auto’s kunnen parkeren en dat je nu niet ziet waar die ergens mogelijks zouden kunnen staan.
We besloten dan maar om de wandeling door de kloof te laten voor wat ze was en dat bleek een goeie beslissing, want dikke wolken kwamen over het Sibillini gebergte en door de kloof gezweefd en daar viel af en toe toch wel wat nat uit!
We besloten dan maar om het Lourdes van de Marche te gaan bezoeken: het Santuario Chiesa della Madonna dell’Ambro, wat prachtig gelegen was aan het einde van de weg. Parkeerplek met overvloed en ik kan me voorstellen wat het in de zomer of op drukke pelgrimsdagen daar moet zijn! Kraampjes en stalletjes en vanalles om te kopen, bikken en drinken!
Jammer genoeg was de Chiesa net gesloten en ging ze pas om half vier terug open. Het was goed en wel 12 uur dus we waren waarschijnlijk nét te laat…
Er loopt een wandelpad naast de kerk en verder door, deel van het Parco Nazionale de Sibillini, maar de hemelsluizen gingen open en dan zijn we maar terug de auto ingedoken…
Onze volgende stop was het dorpje Montefortino, hoog gelegen met een spectaculair uitzicht op de Sibillini bergen ( en op de kloof die onder een dik wolkendek dat tussen de twee bergen hing, verscholen zat). Maar eerst: een hapje eten om de innerlijke mens wat te sterken. We vonden een bankje aan een prachtig uitzichtspunt en hebben daar onze lunch van baguette- prosciutto crudo en tomaatjes verhapsjakt. En dat het smaakte!
Ondertussen gaf de zon de dag toch nog een kans en besloten we om onze regenjas maar in de auto te laten en het stadje te bezoeken. Wat is het hier mooi! Maar je ziet dat er heel veel vernieuwd en heropgebouwd is. Ik las in de gids dat meer dan een derde van de inwoners de stad permanent verlaten hebben, wegens de aardbeving. Wat maakt dat het een beetje een spookstadje is, mooie huizen, kraaknette straten, prima onderhouden maar dood… Op een halsstarrige stofzuiger na die ons begeleidde bij het binnenkomen in de stad. En in zo’n bergdorp met steile smalle straatjes, galmt zo’n Dyson natuurlijk nog eens extra!
Wat ons verbaasde, was dat er nog geeneens een centraal barretje is, er is nietsniemendalle!! Geen bakker, geen slager, geen Tabacco, geen bar. De aardbeving heeft hier duidelijk ook het sociaal leven een stevige knauw gegeven! Zonde…
Aangemoedigd door de wind die kwam opzetten en de zon die weer achter dikke wolken verdween, zijn we maar naar de auto teruggekeerd. De volgende post op het programma, was Sarnano. Dit kuuroord ligt aan de rand van het nationaal park en ook hier heeft de aardbeving zwaar huisgehouden. Het Piazza Alta is prachtig en ik denk dat het ‘s avonds ook heel mooi verlicht zal zijn. Het kleine kerkje Chiesa Santa Maria leek gesloten, maar even aan de deur leuteren en ik was binnen! Ze zijn het volop aan het renoveren en er rammelde wat in één van de ramen, dus ben snel terug weggegaan…
Wat een gezellig dorp is dit, maar weinig te zien, buiten de mooie huizen. Kennelijk is hier in de buurt een waterval, dat willen we natuurlijk even zien, dus hop, auto in en naar de Cascada dell’Antico Mulino del Piano. Ook hier was het weeral zoeken naar de parking - allee, dat moet hier toch een toeristische attractie zijn in de zomer?! - dus hebben we onze auto maar ergens in de buurt geparkeerd op iets wat op een parking leek en togen gezwind richting de waterval.
Tjah…een schuifel-en schuifpad hadden we vandaag nog niet gehad, dus dat kregen we nu, gelukkig stonden er hier en daar armleuningen waar een mens met evenwichtsstoornissen zich even kon aan vast grijpen.
De waterval was een stevige klets water die van een hoogte naar beneden viel, maar eerder van een cement plateau dan van een rotspartij. Het water was ook wat opaque en grijzig en zeker en vast niet helder en doorzichtig. Maar het was wel mooi om te zien. Onderweg was nog een mini versie van de waterval, meer in het groen en meer verstopt en dus heel mooi om te zien.
Of dat nu de hele afdaling waard was…kweethetzoniet. Wel héél blij dat er weinig toeristen waren, want mijn inmiddels overvolle blaas moest echt wel ergens geleegd worden, dus even in een hoekje een plasje en ik was terug een blij mens.
Onderweg naar huis passeerden we het lieflijke stadje Amandorla, ook héél mooi opgeknapt en supergezellig, maar we zijn er niet gestopt. Want in Communanza moesten we nog even in de Conrad stoppen voor een nieuw brood en nieuwe prosciutto. Zoooo schattig dat de mens achter de kaas-en vleestoog was: ik kreeg zomaar een stuk hesp om te proeven en toen ik niet meteen begreep wat hij wou zeggen toen hij vroeg waar ik logeerde, maakte hij met zijn twee handen een dakje boven zijn hoofd…keischattig!
Langs het keuterbaantje terug naar onze agriturismo alwaar Marc in een ijsbeer veranderde en moedig een plonske deed in het zwembad! Ondertussen werd ik gestalkt door één van de Siamezen die dringend behoefte had aan een knuffel en mij als een schaduw volgde. Jammer genoeg ben ik superallergisch voor poezen, dus meer dan wat flodderen en strelen over het hoofdje, wou ik niet doen. Trouwens, die dames zijn duidelijk in hun ruitijd, dus voor je het weet, ben je behangen met kattenharen!!
We maakten onze fles schuimwijn van gisteren soldaat op het terras, samen met een chipje-met-olijfolie- gemaakt. Tot mijn grote verbazing lusten poezen chips!!!! En nog geen klein beetje!! Maar je moet wel een voldoende groot stuk geven, want voor kruimels bukken ze zich niet hoor! (Hautaine kwezels!)
Onze Duitse maten waren vanavond uithuizig, dus moest Paolo voor ons alleen koken…. Zonde, de mens, maar hij bleef benadrukken dat hij graag kookt en dat het geen enkel probleem was. We aten eerst een bruscetta met artisjok (sùperlekker!), nadien een stuk lasagne (hier maken ze dat zonder witte saus, en dan kip met salie en geroosterde mini courgette in schijfjes met olijfolie overgoten. Het dessert was “heel licht”, jawadde: een stevige chocolade klomp gemaakt van ricotta met chocolade, amandel, rozijnen en stukjes biscotti. Ik vond het wel een stevige hap hoor, dus het anijslikeurtje was welkom!
We hebben een hele gezellig klets gedaan met Paolo, over reizen, over champagne, over zijn trips naar Zuid Amerika, over corruptie met de aardbeving betalingen, over de verkiezingen, over de gasten die hier komen enzovoort… Wat een gezellige man! En hij lacht superkomisch en zegt dikwijls “I happy” maar op een manier dat je er zelf happy van wordt!
Het is intussen 22u45, Paolo zit nog wat te telefoneren in de keuken onder onze kamer en ik ga mijn oogjes dicht doen. Morgen gaan we richting Macerata en het Maria-heiligdom Loreto.
Ah ja, nog even vermelden dat ik al bijna mijn pyjama aanhad, toen ineens de voordeur openging, kennelijk slaapt de eigenaar in het appartement dat toegang heeft via ons halletje. Kon hij dan eens niets zeggen toen we aan tafel zaten of toen hij ons de kamer gaf? Voor hetzelfde geld, sta je daar in je paddere als de deur ineens opengaat! We hebben dan maar snel alle schoenen van de trap gehaald en in onze kamer gezet. We willen niet dat de mens zijn nek breekt over onze schoenen…
En we weten nu ook dat we de deur van de kamer moeten vastmaken en dat het halletje door nog iemand wordt gebruikt. Wat natuurlijk geen enkel probleem is, als je het maar gewoon weet…
Oooooh wat is hier hier heerlijk slapen! Ondanks het totaal neurotische gekwaak van de kikkers in de poel, die niet gewoon kwaken maar die keisnel“kwakwakwakwakwakwak”achter elkaar zeggen, dat is waarschijnlijk de Italiaanse kikkertaal. Het kan niet anders of die klinkt niet zoals bij ons in België…
Van die kikkers hebben we trouwens vannacht geen last gehad. Ik heb wel gehoord wanneer de koelkast aansprong, en heb wat problemen gehad om mij warm genoeg in te dekken (het deken zit stevig achteraan ingetast , dus dat moet vanavond losser getrokken worden)
Het was al na half acht toen ik een eerste oog opentrok en tot mijn verbazing lag Marc nog lekker te snurken, die had duidelijk deugd van zijn slaap!
Vanaf 8u30 konden we ontbijten, en dat hebben we dan ook gedaan. Deze keer zaten we wél op het terras buiten, heerlijk!
We kregen een grote pot confituur van kleine blauwe pruimpjes (zelfgemaakt) voorgezet, een schijfje boter, en twee schijfjes lekkere kaas. Hij vroeg of we ook salami wensten, maar dat zal dan voor morgen zijn. We kregen ook elk een potje zelfgemaakte youghurt (heel licht en fris) waarin we een frisse kwak confituur kwakten. Het obligate zoetje was er ook, onder de vorm van twee stukjes cake. De koffie is lekker en we kregen sneetjes brood. En dat het ons allemaal heel goed gesmaakt heeft!
De Duitsers-met-dochter vertrekken vandaag richting thuis maar gingen nog een stop maken in Verona. Nog steeds geen interesse om met ons te praten, tjah. De anderen kwamen eraan toen wij ons ontbijt verorberd hadden, dus hebben we ook met hen geen klapke meer gedaan.
Eerst was de tuin aan de beurt, even rondkijken langs de overigens prachtige ezels en eens een kijkje gaan nemen aan de kikkerpoel, veel riet en veel drab maar geen kikker gezien, wel gezien dat er snel bewogen werd toen we eraan kwamen. De grappige hond die duidelijk net uit het kot gelaten was, dartelde in en rond de poel, zat te snuffelen aan stenen alsof zijn leven er vanaf hing en koerste vrolijk de heuvel op en af.
Wij trokken onze stapschoenen en -sokken aan, bermuda en stap-t-shirt aan en togen op weg naar Force. Het stadje ligt hier tegenover, hoog op de heuvel en is 4,8 km van de agriturismo verwijderd. Makkie dus! Dat varkentje zouden we wel eens wassen zie!
We togen op weg…
Dartelhond huppelde vrolijk mee, dook in bermen op zoek naar hagedissen, zat te huppen in het graan, waarschijnlijk om dat hij ook daar iets had zien bewegen en vooral…hij wou niet teruggaan! We hadden verwacht dat hij - net zoals de hond in Les Beaux de Provence- het wel zou beu worden om met ons mee te lopen en op zijn stappen zou terugkeren. Niets van dat alles, Pierke Koekeleute vond het heel spannend dat wij op de wandel waren en vond het een groot avontuur om met ons mee te gaan. Halfweg heb ik toch maar even naar Paolo gebeld om te zeggen dat zijne cane aan het passeggiaren was met ons en niet naar huis terug wou lopen.
We kregen al een kramp toen we voorbij een hof kwamen waar ze voorzekers 10 honden hadden die allemaal hun klep moesten openzetten toen wij passeerden. De bewoners kwamen eens kijken wat de oorzaak van al dat hels lawaai was en ik probeerde in mijn beste Italiaans uit te leggen dat het “non mio cane” (niet mijn hond) was maar “questo del agriturismo Ramusè (die van het agriturismo) en dat wij “passeggiare” en hij ons maar bleef volgen. Iedereen was vriendelijk, iedereen kent duidelijk iedereen hier en onze dartelhond is ook een absoluut schatje!
Maar toen we stilaan het centro naderden, was de lol er een beetje af, want Dartel heeft geen schrik van auto’s en was stokkendoof voor onze bevelen. Dus moesten we er iets op vinden. De oplossing kwam er in de vorm van de koordjes van onze gsm (we hebben zoiets gekocht waarmee we onze gsm rond onze nek kunnen hangen, zodat hij niet kan vallen en we hem toch steeds grabbelklaar hebben)Maar dat was ook niet ideaal want het is gemaakt van een soort rekstof, dus Fideelke dichtbij houden terwijl hij net in de berm wou gaan rondsnuffelen en hopsen, was geen sinecure.
Op de duur van ellende dat beestje maar opgepakt en rondgedragen…heerlijk vond ik dat: Marc die met een hond in zijn armen liep! Dat we dàt nog meemaken! Ineens hadden we ook meer begrip voor alle sukkels die hun hondje in een buggy steken, dan is het beest tenminste veilig, want den deze dacht dat elke passerende auto een vriend was! Bij een Tabacheria - met blèrende muziek - vroeg ik of ze geen soortement leiband verkochten of misschien wat koord hadden, maar de mens zei dat het zondag was en alles dicht en neen, hij had ook geen koord (hij wou gewoon verder tennissen met zijn zoon, maar soit)
En gelukkig hadden we ook een grote fles water bij want Fideelke had dikke dorst van al het rondtoerden, die heeft die tocht minstens anderhalve keer gemaakt, door altijd maar verder te spurten en dan terug en ….manmanman! Gelijk een jong kind eigenlijk.
Het oude centrum is superschattig maar we denken dat het redelijk onbewoond is, het lijkt er alleszins op dat er heel veel leeg staat en dat er ook nog heel veel te renoveren valt.
Op het pleintje aan het stadhuis en de kerk vonden we op een bouwplek een stuk plastic touw, waarvan Marc dan prompt een soortement van leiband van maakte. Fideelke leek het wel een ok idee te vinden om eens wat anders dan die gsm-koord rond zijn nekje te hebben. En met de hond aan de leiband, gingen we terug richting het barretje dat we gepasseerd waren. Daar hebben we een koffie (ik ) en een cola (Marc) gedronken en een glas water (Fideelke) en twee zandkoeken om toch maar iets te eten, want een soortement koffiekoek hadden ze niet. En dat alles voor de luttele prijs van 6,5 euro!
Rustig zitten is het toch niet met een zenuwpees die wil verder lopen of op je schoot wil zitten of weet ik veel, dus zijn we stilaan teruggewandeld. Deze keer moest Fideelke aan de leiband tot we goed en wel voorbij alle hondjes waren (en dus eigenlijk bijna thuis!)
We moesten nét aan de klim richting Ramusè beginnen, toen er een auto stopte, daarin zat duidelijk Paolo die onze nieuwe vriend riep en die trok een spurtje en sprong galant in de auto, ons een beetje verweesd achterlatend. De wandeling had ineens wat kleur verloren…
Nadien hebben we aan Paolo uitgelegd dat we een soort van leiband hebben gemaakt en hij vond het duidelijk heel schattig en lief dat we dat voor zijn hondje hadden gedaan.
We waren nét thuis toen de hemelsluizen opengingen, dat was echt geluk hebben! Het is wel zonde, want dan koelt het toch ook meteen af en is het minder gezellig.
Maar we maken er het beste van, dus met een granenreep en de fles water aan de grote tafel op het terras gaan zitten (wat ook meteen de interesse van de Siamezen aanwakkerde want die vonden wel dat het tijd was voor een knabbel….)
De blinde moefti kwam er ook aangestesseld, ocharme. Botste tegen de stoelpoot, liep bijna tegen de muur, het beestje ziet dus duidelijk niet veel meer. Maar een stukje reep kon hij wel smaken (hoewel ik dat zeven keer vlak voor zijn neus moest leggen voordat hij de geur opving en het stukje vond! )
Omdat het op het terras wat frisjes werd, zijn we maar even terug naar de kamer gegaan om dit wat verder te schrijven en een mini-dutje te doen…
Het werd geen dutje, maar het was toch een goeie manier om nog even wat op te warmen.
Ik heb nog wat met mama geskypt en dan was het - eindelijk! Niet eten ‘s middags is geen goed idee! - tijd om te gaan eten. De tante van Paolo komt hier koken en was in de wolken dat we met de hond tot in Force waren gewandeld. Ze vond de foto’s heel tof! Zo’n leuke Madame!
Het hapje was een stukje toast met daarop een spekreepje en daarop kwam Paolo verse truffel raspen. Ik ben niet zo voor truffel, maar dit was overheerlijk!! Zooo lekker! Zo had ik er nog wel een paar opgekund !
Nadien was het cannelloni, gemaakt van pannenkoekjes en gevuld met ricotta en spinazie, met een tomatensausje overgoten én onder strikte instructies van Paolo: mét een beetje olijfolie! Nu, dat was inderdaad heerlijk!
Het hoofdgerecht was gebakken aubergine (maar die was jammer genoeg koud, waardoor ik er wat de griezels van kreeg) en een frittata van artisjok (dwz: een omelet met artisjok maar dan zo’n dik omelet zoals ze het in Spanje maken met patatten.)
Het nagerecht was gesneden aardbeien met citronella, maar we denken dat er ook wat suiker overheen was gegooid, wat maakte dat het een zoetig sapje had.
We dronken er onze Sangiovese van gisteren bij én natuurlijk moest de maaltijd beëindigd worden met een anisce, maar het leek dat het niet dezelfde was van gisteren, we denken dat het deze keer Sambucca was, maar zeker zijn we niet.
Paolo stak zijn hoofd binnen en zei dat hij ermee weg was en of we het licht wilden uitdoen. Maar de twee Duitsers zaten er nog en die hebben we dan achtergelaten (ook deze keer geen enkele poging om met ons te praten, tjah…)
Nu lekker in het bedje, lekker warm en knus en dus stilaan dodo (hoewel het nog maar nét 22 uur is)
Na alweer een zalige nacht in de stilte van het platteland, waren de oogjes vanmorgen toch al wat vroeger open, wat meer België-uur voor Marc: een uur of zes. Hij heeft wat de krant gelezen in bed en ik heb me nog even omgedraaid voor nog een knorretje.
En dan beginnen ineens die ezels te balken alsof hun leven ervanaf hangt! Dzjieses zeg!! En dat klinkt altijd zo triestig…
Paolo is tegen een uur of zeven aangekomen en stesselde naar boven, nadien naar de keuken waar er een heus gekwetter losbarstte van een vrouwenstem. Die Italianen kunnen toch wel stevig drukte maken hoor!
Rond half negen zaten we aan het ontbijt, Paolo was nergens meer te bespeuren, het was deze keer een dame die ons bediende. We kregen sneetjes brood, twee sneetjes kaas, de pot met pruimenconfituur, twee youghurtjes en een soort van gedraaide zoete koek met suiker op. Ik vroeg ook een caffè lungo, maar volgens mij heeft Paolo daar een ander idee over dan de dame, want ik kreeg een grote tas met daarin ongeveer een vierde koffie…dat was ook niet de bedoeling natuurlijk, maar soit, de cappuccino nadien heeft veel goedgemaakt, hoewel ik nadien natuurlijk met een koffiebuik zat!
En hoezee, hoeraaaa! Marc begon een klapke met de Duitsers en er werd heel joviaal teruggepraat, dus waarschijnlijk zijn het eerder timide mensen die niet goed tegen iemand als eerste durven praten (laat het ons daarop houden, alle andere opties zijn niet leuk ;-) )
We pakten de rugzak, het boekje van Le Marche en vertrokken richting Ascoli Piceno. Ik heb het niet zo heel erg voor al die kronkelende bergweggetjes waar de Italianen overheen sjesen alsof het niets is! Kunnen die magischerwijze achter de hoek zien of wat?! Maar onze Marc is een keigoeie chauffeur, dus die loodst ons veilig naar waar we willen gaan…
Het was prachtig weer, gauw nog even tanken -want het was precies goedkoper hier - en dan een parkeer plekje zoeken langs de weg en te voet de stad in. Wat is hier hier mooi! Na de aardbeving van 24 augustus 2016 is er heel veel heropgebouwd en er staat ook heel veel in de stelling, gebouwen die ze aan het renoveren zijn. Er worden ook heel veel gebouwen ondersteund, je kan daar de stevige barsten zien, waarschijnlijk veroorzaakt door de beving. Dat zei die mevrouw vanmorgen ook: ze hebben heel veel geluk gehad hier en ze is nog steeds bang voor een eventuele volgende beving. Daarom staat er ook zoveel in de stellingen in Force, dat komt voornamelijk door de aardbeving. Dat moet hier toch stevig wat geweest zijn! Maar het is ook al wel 8 jaar geleden, kan je nagaan hoe traag alles hier verloopt…
Toen we naar het centrum stapten zagen we ineens iemand die ons bekend voor kwam, en ja hoor! Het was begot “onze” Paolo die een klapke aan het doen was met zijn zio (oom) Wat een leuk toeval zeg!
We namen een kijkje in de bisschoppelijke tuin waar een meneer aan het tekenen was en waar er heel veel bustes stonden van mannen (of wat had je gedacht?!) die ervoor gezorgd hadden dat Ascoli Piceno groot werd. De één of andere onverlaat vond het nodig om margrietjes te plukken en in het vijvertje van de goudvissen te gooien, hoe is het toch mogelijk?! En welke (groot) ouder laat zoiets toe?!
We kuierden verder en kwamen aan een grote kerk waar het interessantste toch wel de enorme crypte was! Mensenlief! Wel heel mooi, jammer genoeg waren - waarschijnlijk in de godsdienstoorlogen - de gezichten van de heiligen uitgekrabd/verwijderd. Evengoed was de crypte nog indrukwekkend! Er zat/zit veel geld in de katholieke kerk!
Het Piazza del Popolo was - zoals de reisgids beschreef - indrukwekkend, wel heel jammer dat Caffè Meletti op maandag gesloten was, want dat is kennelijk een must-see…tjah, niet dan zeker…
We doken een ander etablissement binnen “Bocacena” waar we een hele studie hebben gemaakt van alle zoetigheden in de koeltoren. Marc koos voor iets waarvan hij dacht dat het een éclair was (niet dus, chocolade pasta binnenin ook, dus een stevige blok) en ik had een koek waarvan ik dacht dat het enkel gebakken crème was maar waar de verrassing een binnenkant van frangipane bleek te zijn, jeuj!! De caffè lungo was ook hier een bedroevend bodempje, maar ik kreeg er wel heet water en warme melk bij, dus kon ik er zelf een grotere koffie van maken.
Voor ons zaten er drie dames op het terras, gezellig te keuvelen en koffie te drinken totdat er eentje een telefoon kreeg en het ging over haar frigorifero (koelkast) waarbij ze minstens zes keer luid “lascia le” riep en toen boos haar gsm afdrukte. Vanaf toen was het voorbij met de leute en zat ze heel zenuwachtig te kijken en is ze tenslotte snel de rekening van haarzelf en haar vriendinnen gaan betalen en vertrokken. De andere twee bleven zitten, waarschijnlijk nog even doorbreiend op de vriendin haar ergernis.
Ascoli Piceno is een leuke en heel “luchtige” stad, met mooie piazza’s achter elke hoek, imposante middeleeuwse woontorens en prachtige gebouwen die deugd doen aan je ogen. Jammer genoeg waren er heel veel winkels dicht (omdat het maandag is? Omdat het Pinkstermaandag is?) en dat maakt het altijd toch een beetje slaperig en dromerig.
Op een gezellig klein terrasje( Bottega Panchi in de Via R.Panchi nr 3) omgeven door jasmijnbloemetjes en hun heerlijke, haast bedwelmende geur, hebben we een superlekkere ciabatta gesmikkeld, Marc met gestoomde zalm en guacamole en ik met vitello tonato en kerstomaatjes en rucola. Keilekker en gezellig en dan hadden we toch wat “echter” eten binnen dan zoete koeken en consoorten.
Onze auto stond wat buiten de stadsmuren geparkeerd en was lekker warm ð¥µ
Van Ascoli Piceno naar Offida was niet zo ver, onze gps liet ons wel op een geblokkeerde route rijden… af en toe is ze niet zo heel goed mee met veranderde omstandigheden ;-) Offida is één van een drie-éénheid van wijnbouwgemeenschappen, samen met Ripatransone en Acquaviva Picena (deze laatste twee hebben we niet bezocht) Offida is een cultureel en commercieel levendige stad en vandaar dat we deze bezochten.
Ook hier parkeerden we wat buiten het Centro Storico , dat heel veel goed bewaarde en mooie middeleeuwse huizen en leuke steegjes heeft . We flaneerden we door de rustige, zonnige straten. De warmte viel een beetje op ons en de soms nauwe straten waren een welkome verfrissing.
Het Piazza Popolo was pràchtig! Kennelijk heeft Offida één van de mooiste stadhuizen van de Marche, het Palazzolo Communale bekoort met zijn arcaden waaraan een half zo hoge loggia is toegevoegd. Ernaast staat de 17de eeuwse Chiesa dell’Addolorata. De kerk zelf is redelijk simpel. Jammer genoeg ook hier geen echte kaarsjes meer, maar elektrische… ik begrijp het wel hoor, maar evengoed is het jammer want een echt kaarsje geeft toch nog iets extra’s aan het hele ritueel van “kaarsje branden in de kerk”. Een elektrisch kaarsje is alsof je het licht aansteekt… maar soit.
In de crypte bevond zich iets zeer eigenaardigs: een Lourdes- grot! En ook een tafereel van de geboorte plek van Jezus. Het leek toch wel een beetje op een Efteling-attractie, met al die huisjes met hun mensjes erin. Als het er ooit zo heeft uitgezien, is Jezus op een verdomd druk dorpsplein geboren hoor!
Maar ik was er wel door gecharmeerd, vooral tegen het einde van de “voorstelling”, dan werd het wat donker en gingen er in alle gebouwtjes lichtjes branden, wat het een heel gezellig dorpje maakte. Alleen in de stal (of toch daar waar Jezus was) hing er een hoogst irritante felle lamp die maar blééf branden!
De Lourdes grot daarentegen was het toonbeeld van eenvoud, maar toch ook tegen het kitscherige af, want er druppelde zelfs een bron (wat maakte dat je dacht dat er ergens een lek in het plafond was, beetje raar)
Onze Offida-trip bracht ons vervolgens tot aan de Chiesa Santa Maria Della Rocca. We hadden ze al van beneden zien balanceren op haar rotspunt maar nu waren we er face-to-face. Jammer genoeg ging ze pas op donderdag open, dus de prachtige fresco’s zullen aan ons voorbij gaan, maar we konden wel genieten van hoe mooi deze kerk in het landschap lag! En we konden aan de #Baciami (ofte #kissme) een foto maken van onze zoen.
Eigenlijk waren we vrij snel terug aan de auto, we hebben nog snel in de Conrad supermarkt een baguette gekocht en tomaatjes en prosciutto crudo om morgen als lunch op te smikkelen.
En toen begon de trip terug naar Ramusè, langs krinkelende winkelende wegen onder een lucht die steeds donkerder en dreigender werd….
We bereikten onze agriturismo in droge staat, moesten even uitkijken dat we blinde moefti niet van zijn sokken reden (die bleef daar maar ronddartelen rond onze wielen, dus ben ik maar uitgestapt en heb hem voor erger behoed, het is al zonde die blinde sukkelaar)
We vroegen aan Paolo of we een fles schuimwijn konden kopen en hebben nog gezellig (maar frisser wordend) een glaasje schuimwijn op het terras gedronken, begeleid door het rustige snurken van de moefti.
Tegen half zeven werd het wel heel donker en hoorden we de dreigende donder steeds dichterbij komen, dus tijd om naar binnen te verkassen en een warme douche te nemen!
En dan brak het onweer echt wel los, met bliksem en al! Tegen acht uur was het stevig aan het regenen, maar ja, we werden beneden verwacht.
Onze Duitse medebewoners waren al in de eetkamer en ze waren kennelijk op ons aan het wachten om het avondeten te serveren…oeps!
Het amuseke was deze keer “olive all’ascolane”, dwz opgevulde olijven met weetikveelwat, die gepaneerd waren en normaal gefrituurd worden, maar die nu in de oven waren klaargemaakt. Lekker maar zout, het deed me wat aan bitterballen denken, maar dan anders. Ook wel een beetje zwaar. De antipasto waren buispasta van Monte Sibilini (dwz, pasta gemaakt van een oude graansoort en dus échter en lekkerder) Dikke, korte buisjes, en daarbij stukjes worst en gedecoreerd met venkel groen. Heel origineel en heel lekker en redelijk zwaar.
Als pasto was het dan mini courgettes, opgevuld met ricotta-met-ei en een slaatje erbij overstrooid met blaadjes van de echinacea en nog een ander bloemeke. Het was eens goed om sla te eten.
We hebben deze keer wel een dure fles wijn gekozen, maar Paolo deed er kweetniet hoe over, dus zonder dat ik wist hoeveel het kostte, zei ik “doe maar”, tjah… da’s dan weer €28, maar over twee avonden verdeeld, valt het dan weer mee.
Het dessert was perziken uit eigen tuin die ze op siroop hadden gezet en Paolo gaf de tip om ze even te overgieten met wat rode wijn. Het hàd inderdaad wel iets!
En na het eten volgde het inmiddels obligate glaasje anijslikeur. Ik vroeg hem of hij intussen nieuwe flessen had, en hij zei dat hij die glad vergeten was maar dat hij ons het adres wel zou geven. Tjah, dan moeten we nog eens richting Ascoli Piceno blijkbaar… Maar hij zei ook dat de anijslikeur van Meretti te zeer industrieel was en bestond uit aroma en suiker en deze… die is simpelweg lekker!
We hebben vanavond ook gezellig gekletst met de Duitsers, het is toch veel fijner op deze manier hoor!
Tegen 22:20 hebben we de boel afgesloten (Paolo is vroeger doorgegaan) en zagen we dat het nog steeds aan het bliksemen was, maar gelukkig geen regen meer. De Duitsers paften hun pafke, wij kruipen onder de wol.