Een fantastisch idee, toch, die lage-emissiezone (of "LEZ" voor de vrienden).
De luchtkwaliteit in onze steden gaat er zienderogen op vooruit en we
kunnen weer opgelucht ademhalen: bij ons geen roetdeeltjes meer die stiekem
onze longen binnendringen. De slimme camera's houden de vuile auto's en tegelijk
ook de ziekmakende kleine partikels buiten.
Wist je trouwens dat die kleine roetpietjes er verantwoordelijk voor
zijn dat onze levensverwachting met drie jaar zakt? We kunnen dus vanaf nu drie
jaar langer van ons pensioen genieten in een gezonde stad.
Er zijn wel een paar minpuntjes te noteren, maar ja: je kan tenslotte
ook geen omelet bakken zonder eieren te breken. Niet?
Eén van de probleempjes is dat een groot deel van de bussen te
vervuilend is om in de LEZ te mogen rijden. Dat betekent dus: minder openbaar
vervoer, minder comfort.
En dus heb ik het besluit om mijn auto van de hand te doen nog even
uitgesteld. Zolang ik met mijn 13-jaar oude wagen nog binnen mag in de zone,
blijf ik met de auto naar de stad komen, liever dan het openbaar vervoer te
gebruiken dat geamputeerd is. De LEZ-verantwoordelijken argumenteren dat de LEZ
al bijna drie jaar geleden aangekondigd is, en dat de Lijn dus ruim op tijd
verwittigd was dat ze hun wagenpark moesten moderniseren als ze niet in de
problemen wilden komen. Wat die groene slimmeriken natuurlijk niet beseffen, is
dat een investering zoals zou nodig zijn om de vloot van autobussen te
vergroenen, veel geld kost. Geld dat de stad wél in overvloed binnenrijft,
dankzij de boetes van foute automobilisten of de inkomsten door de vele
aangevraagde vergunningen om toch mijn longen te laten verpesten. Maar dat de
Lijn nu eenmaal niet heeft. De prijs
van een ticket of van een abonnement zou natuurlijk drastisch kunnen
opgetrokken worden om de kost van nieuwe bussen te compenseren, maar wie is
daar dan alweer de pineut? Juist ja: jan-met-de-pet die zich geen elektrische
auto kan kopen.
En dan zijn er ook nog de vuilniswagens: zware oude vrachtwagens met
oude vervuilende dieselmotoren. Ook die zullen moeten gebannen worden uit de
stad, want niet welkom in de lage-emissiezone. Het huisvuil zal dan maar wat
langer langs de straatkant blijven staan, zeker? De voetpaden zullen niet meer
begaanbaar zijn, en de stank na enkele dagen niet meer te houden. Maar mijn
longen zullen proper zijn.
Een ander klein probleempje is dat de vrijwillige ambulanciers massaal
afhaken in de stad. Zij krijgen 34 euro per dag dat ze komen werken als
ambulanciers, maar als ze met een vervuilende auto naar het ambulancecentrum
komen, dan hebben ze een boete aan hun been die een veelvoud bedraagt van die
vergoeding. De LEZ-verantwoordelijken argumenteren dat de LEZ al bijna drie
jaar geleden aangekondigd was, en dat die mensen dus ruim op tijd verwittigd
waren dat ze hun vervuilende auto moesten vervangen als ze niet in de problemen
wilden komen. Wat die groene slimmeriken natuurlijk niet beseffen, is dat je
met een vergoeding van 34 euro per dag als vrijwilliger niet direct het budget
bijeen kan sparen om een nieuwe auto te kopen. Het resultaat is dus dat de
ambulancediensten onderbemand raken. En dat méér en méér gewonde of zieke
mensen niet tijdig naar een ziekenhuis zullen kunnen gebracht worden voor, in
het ergste geval, een levensreddende ingreep. Maar wie dan komt te overlijden
na een ongeval, omdat de ambulance er niet op tijd kon zijn, die sterft toch
tenminste met gezonde longen. Laat dat een troost zijn.
Hetzelfde geldt trouwens ook voor de vrijwillige brandweer: wie als
vrijwilliger géén nieuwe auto heeft, en de lage-emissiezone moet binnenrijden
om aan de brandweerkazerne te raken, is gezien. Ook die vrijwilligers moeten
het stellen met een onkostenvergoeding van ongeveer 34 euro, en die volstaat
niet om de boete te betalen.
Fantastische mensen, de vrijwilligers. Allemaal! Maar er zijn grenzen:
als ze financieel gestraft worden voor hun werk als vrijwilliger, dan blijft
dat niet duren; zelfs niet met het grootste idealisme.
Strak plan, die lage emissiezone. En weldoordacht!
|