Geschriften
Inhoud blog
  • Afscheid
  • Opgenomen.
  • Hoe ik er sta, vandaag?
  • Waar ben ik mee bezig?
  • Gesprek op zondag.

    Zoeken in blog



    03-02-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Psalm 139 (2)

     

    En nog Psalm 139.

     

    Ik heb deze morgen mijn blog van 2 februari opgezocht en heb begrepen dat mijn verwijzingen naar psalm 139 iets irreëels hadden, iets fatalistisch.

    Als ik het gedaan heb dan was het enkel en alleen om erop te wijzen dat alles verloopt in het leven zoals het moet verlopen, om de eenvoudige reden dat altijd komt wat komt en dat, wat de film van het leven betreft, deze niet kan teruggedraaid worden of anders gemonteerd of met andere filmmuziek of in andere kleuren. Alles is wat is. En als het leven niet is verlopen zoals we verhoopt hadden dan is dit te wijten aan omstandigheden die maakten dat gebeurde wat niet anders kon dan te gebeuren zoals het gebeurde.

     

    Je steekt de straat over, een fractie van een ogenblik onoplettendheid en je wordt gegrepen door een auto. Waarom, wat liep je te doen op die plaats; aan wat dacht je zodat je onoplettend waart en waarom? Dit is wat jou betreft, maar de chauffeur dan, wat maakte dat hij precies op dat ogenblik voorbij kwam en niet een fractie vroeger of later?

     

    De drie meisjes op de fiets die op een doodgewone morgen, weggemaaid werden op de weg in Oosterzele – ik kom er regelmatig voorbij - waarom waren ze vertrokken op een ogenblik dat ze iets later of iets vroeger hadden kunnen/moeten vertrekken, waarom reden ze niet iets trager/iets vlugger, om op dat precieze diabolische ogenblik op die even duivelse plaats te zijn waar ze beter niet waren,

    En dan het geval van de chauffeur, waarom was hij niet op een ander ogenblik op de plaats waar hij wel uit de bocht mocht gaan, maar niet op dat precieze ogenblik dat de meisjes er waren?

    Stond het geschreven in het Boek van Psalm 139, wel neen natuurlijk, maar het stond wel geschreven in de massa omstandigheden die waren wat ze waren.

    Maar toch, alles overwogen, blijven we ons de vragen stellen, waarop de auteur van Psalm 139 meende het antwoord te kennen.

     

    Mijn ‘forget it’ van mijn vorige blog en mijn vermelding dat het geschreven stond moet geïnterpreteerd worden dat er eveneens, omheen de aarde, een stroom van gedachten drijft die nu en dan gecapteerd wordt en meegedeeld.

    Carl Gustav Jung zou dit misschien ‘synchronisatie’ hebben genoemd. Ik weiger het in elk geval toeval te noemen.

    03-02-2012, 07:14 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    02-02-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een Vriend

     

     

    Een vriend, een man van de bloesems, zo van de kerselaar als van de literatuur als van Janacek, stuurde me een dichtbundel van Henry Bauchau[1], in 1913 geboren die in 2010 en 2011 heerlijke gedichten schreef, al was het maar om die ene zin waar mijn vriend, in zijn brief die vleugels had, de aandacht op vestigde. Een zin lijk een gebed, een gebed dat ik, bijna – maar veel meer is niet nodig - met tranen in de ogen overneem:

     

    Fais que je sois toujours dans l’abondance de l’éveil.

     

    En als ik het gedicht lees en herlees – het is een krachtige morgen, het licht limpide als water en, Mahler – worden mijn ogen vochtig:
     

    Tel l’enfant qui s’endort accroché au chiffon

    A la protégeante odeur de sa mère

    Fais que je sois toujours dans l’abondance de l’éveil.

    Henry Bauchau schreef dit in mei 2010 op de ouderdom van 97 jaar, groot levend. Biddend groot levend te blijven tot het einde van zijn dagen, van zijn werk, ‘ces quelques points, ces quelques virgules’.

    Is dit niet het gebed van ons allen, is er iets meer nog te vragen als de dood om de hoek op ons wacht?

     

    Ik ben vertederd omdat hij schrijft wat ik wou schrijven.

    Zijn bundel, ‘tentatives de louange’, ‘pogingen tot lofbetuiging’ een titel die zegt wat ik heb willen zeggen aan de jongste van mijn kleinkinderen, in mijn verhaal ‘het zaadje’ van enkele dagen terug.
    En de dag erop toen ik sprak over de bloesems, met vandaag de woorden van de vriend die zich toen, op die belangrijke dag voor hem, vereeuwigen liet met zijn (kersverse) lieve echtgenote onder de kerselaar in bloei.

     

    Samenloop van omstandigheden?

    Forget it, dingen die zich aankondigden, die neergeschreven waren in het Grote Boek van Psalm 139[2].

     

    Mijn dank is groot, waardevolle vriend.

     

    Karel



    [1] Henry Bauchau, ‘tentatives de louange’, Actes Sud, le souffle de l’esprit, 2011.

    [2] Blog van 01 januari 2012 geschrapt door de ‘Computer’, waarom?

    Een deel eruit:

    Het is Pierre Alain Bergher die in zijn boek over het mysterieuze in ‘La Chartreuse de Parme’ van Stendhal me wees op de inhoud van Psalm 139, vers 16. Wat me toen verraste is dat hij zijn tekst haalde uit de King James’ versie van de Bijbel, van 1611: 

    Thine eyes did see my substance, yet being unperfect; and in thy book all my members were written, which in continuance were fashioned, when as yet there was none of them.

     

    02-02-2012, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    01-02-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Bloesems

     

     

    Ik wordt belaagd - een iets te straf woord, ik beken het - door de boeken in de kamer, belaagd en achtervolgd, omdat ik nog enkel de boeken lees die in mijn hoofd blijven hangen. Hoewel het ook nog gebeurt dat ik er een opensla.

    Zo zocht ik, in verband met het zaadje van gisteren dat meegevoerd door de wind terecht kwam op het blad van mijn dagboek, naar een haiku, die ik dacht gelezen te hebben bij Roland Barthes, in zijn moeilijk te volgen boekje over Japan. Maar ik vond het niet, noch bij hem, noch in andere haiku- boeken.

    De haiku ging over een dichter die met zijn boek in de hand en met het venster open in slaap was gevallen en als hij wakker werd, je raadt het, hij bedekt was met kersenbloesems.

     

    Het kan gebeuren, niets is onmogelijk wanneer de kerselaars in bloei staan – herinner je de kersenbloesems in de film ‘The last Samoerai – is er iets poëtischer en is het geen eigenschap van de poëzie alles te kunnen suggereren, ook het onrealistische?

     

    Zo gebeurde het ooit dat ik de wagen had geparkeerd onder de Japanse kerselaars in bloei. Het was plots gaan regenen terwijl ik binnen was en toen ik terug naar de wagen kwam, was deze niet meer wit maar roze bekleefd met kersenbloesems. Ik reed weg met het venster open, als een gelukkig man, door de straten van de stad. De mensen keken verrast en verbaasd en sommigen applaudisseerden zelf.

    Het zijn zaken die gebeuren kunnen als het lente is en het regent en je hebt een witte Citroën die je parkeert onder Japanse kerselaars in bloei, en er een plotse regenbui is met veel wind, en dit op een dag dat je pas een haiku hebt gelezen over een dichter die in zijn slaap met bloesems wordt bedekt.

     

    Kleine dingen in het leven zijn ook belangrijk en mogen ook wel eens vermeld worden. Le curé de Crécy in ‘le Journal d’un Curé de Campagne’ van Bernanos wist het ook: ‘Les petites choses n’ont l’air de rien, mais elles donnent la paix’.

     

    Je schrijft dit neer - denkend ook aan wat je gisteren schreef voor Lisa, Arnoud en Margot om hen te wijzen op het belang van kleine dingen in het leven en ook wat kleine dingen eigenlijk zijn – je schreef dit in volle winter voor je blog van 1 februari, en je weet dat al één twaalfde van je jaar voorbij is en je ziet dat je al 16.883 woorden hebt geschreven, zijnde meer dan 50 pagina’s vol. Het jaar zou dus 600 pagina’s kunnen bedragen, wat teveel is voor een boek waarin niets gebeurt.

    Maar zij die me lezen zouden, krijgen er wel een jaar de tijd voor en één jaar is nu ook niet ‘nada’. We hopen allen, en ik in het bijzonder, er nog te zijn als de aarde haar jaar-baan zal hebben afgelegd.

     

    Karel

    01-02-2012, 00:06 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    31-01-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het zaadje

     

     

    Verhaal voor Lisa, Arnoud en ook voor  Margot.

     

    Tussen de bladen van mijn dagboek, een onooglijk zaadje, de kop van een lucifer groot. Hoe het er gekomen is weet ik niet, wellicht met de wind door het raam dat even heeft open gestaan. Veel is het niet, het was nodig dat het in het midden van het wit blad terecht kwam opdat ik het zou opgemerkt hebben, en toch, als ik eraan denk, is dat zaadje een klein wonder. Het volstaat dat het in goede aarde valt opdat het ontkiemen zou, wortel en stengel vormen, bloem worden en honderd identieke zaadjes zou verspreiden over de tuin.

    Wat er nog van is, het zaadje is een product van een evolutie, het wist, of iemand wist, hoe plant en bloem en zaad zich hadden te ontwikkelen om de cyclus af te ronden. Het zaadje op mijn blad ‘weet’ welke cyclus het doormaken moet om eens zijn tijd en de gelegenheid daar om honderd nieuwe zaadjes voort te brengen.

    Ik mag mijn boek sluiten met het zaadje tussen de bladen van 30 en 31 januari 2012, het er jaren gevangen houden tot het boek op die plaats terug eens geopend wordt en het met wat geluk door de wind wordt meegevoerd naar zijn bestemming.

     

    Wie let er op, wie stelt er zich vragen bij dit niemendalletje, wie vraagt zich af hoe het mogelijk is, dat er binnenin een soort computer steekt, verbonden met de kosmos, om identieke kopieën van het moederzaadje voort te brengen. Een moeilijk te begrijpen proces, dat een herfst een winter, een lente en een zomer nodig had om te zijn wat het is en nu een herfst, een winter, een lente en een zomer om te worden wat het worden moet, want de computer erin blijft aan staan.

    Wie stelt er zich vragen bij en wie niet? 

    En als jij je er vragen bij stelt, blijft het dan nog een niemendalletje?

     

    Karel

    31-01-2012, 00:18 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    30-01-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Paradiso, canto XXIX, 13-15.

     

    Een vraag die ik me stel, en wellicht enkel de Dante-liefhebbers onder u zal interesseren of ik, de verzen 13–15 van ‘Paradiso, canto XXIX:

     

    Non per aver a sé di bene acquisto

    ch’esser non può, ma perché suo splendore

    potesse, risplendendo, dir “subsisto,

     

    die ik na rijp beraad als volgt meende te mogen vertalen:

     

    Niet om voor zichzelf goed te verwerven, want dit kan niet, maar opdat zijn schittering, zich weerspiegelend, zou kunnen zeggen ‘ik ben’.

     

    wel correct heb geïnterpreteerd als ik hieruit afleid dat de weerspiegeling van zijn schittering onvermijdelijk enkel via de geest van de mens naar Hem, de Eeuwige Liefde, toe kan weerschijnen

    (Het is ook de Liefde, ‘l’Amor che move il sole e l’altre stelle’ – de allerlaatste versregel van de Commedia - die ‘de zon en de andere sterren bewegen doet’, volgens Dante.

     

    Als het verkeerd werd begrepen dan moet Ugo zijn tekst over Van Gogh (De Adem van de Dagen, 19), herzien want dan heeft hij zich laten misleiden door een hadith van de Profeet die we vinden bij Ibn Arabi, aangehaald door Karen Armstrong, in ‘A History of God’:

    ‘I was a hidden treasure and yearned to be known. Then I created creatures to be known by them’.

     

    Het is trouwens Miguel Asin Palacios die in zijn Boek ‘Dante y el Islam’ (1929) duidelijk heeft aangetoond dat Dante grote delen van de structuur van zijn Divina Commedia heeft ontleend aan de ‘Libro del nocturno Viaje’ (quitab al isrà) van Ibn Arabi en hij dus het werk van deze Murciaan, van het begin van de XIIIde eeuw, moet gekend hebben.

    Il faut donc que je fasse d’autres recherches, want dan is ook volgend Genesis-gedicht in essentie fout:

     

    Genesis II

     

    Uit het Woord de mens geboren,

    opdat het Woord zichzelf zou zien

    met de ogen van het deeltje Woord

    dat in elke mens aanwezig is.

     

    Zoals Dante het wel wist en anderen

    voor hem, en Beatrice hem zeggen kon

    dat God de wereld had geschapen

    opdat Hij zichzelf zou kunnen zien

    met de niet te ziene ogen van de mens.

     

    Het Woord heeft dus zichzelf gezocht

    een spiegel in de mens geboren.

     

    En hoorden we Augustinus niet:

    ‘Had je me niet gevonden,

    je zou me niet hebben gezocht’.

    Of, had ik niet in jou gewoond

    je zou niet geweten hebben dat ik er was.

     

    Zo was de mens een noodzaak

    voor het Woord                           

    dat anders, in zijn eenzaamheid                                              

    verstillen zou in overbodigheid.

     

     

    Karel

     

    30-01-2012, 00:39 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    29-01-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Stefan Hertmans en Paul Demets

     

    Ik lees dat zwart gekaft boekje ‘Het Putje van Milete’ waar ik mee rondloop in huis. Ik lees Stefan Hertmans.

    Ik lees de grote soepelheid van de Nederlandse taal, de rijkdom ervan, de kracht van de zinsbouw, de preciesheid waarmee gezegd wordt wat is en niet is. Niet gemakkelijk om volgen als je niet de inspanning doet die Hertmans heeft gedaan om het niveau van taal en zegging te bereiken.

     

    Ik schrijf in mijn dagboek, en ik meen wat ik schrijf:

     

    ‘Ik lees over Adorno en over anderen, en vergelijk met wat ik schrijf en hoe ik schrijf. Ik weet nu, dat over wat ik schrijf en hoe ik mijn zinnen formuleer, maar wat spelen is met woorden in de kindertuin – ook deze die ik nu schrijf. Hij drumt me in de hoek,

     

    Ik herinner me een beeld uit mijn vroege jaren, de speelplaats in de winter, de bijtende koude en wij allen, knapen onder het afdak in een hoek gedrumd, dicht tegen elkaar aan, zingend, bibberend van de koude, zoekend naar het greintje warmte van andere lichamen - zoals de monarch vlinder van Freeman Dyson overleeft, op elkaar gekleefd aan een boomstam, in de bossen van Mexico –- en wij, meer roepend dan zingend: ’Kom maar bij, kom maar dichter, dichter bij’!

     

    Ik denk dat vele schrijvers van bij ons in de hoek worden gedrumd door Hertmans. Ik denk dat hij het niveau bereikt van George Steiner, zo wat zijn taal betreft als zijn kennis van de literatuur, als wat de kracht van zijn woordgebruik en zinsbouw betreft.

    Heb het geniale in het werk van Steiner bewonderd, dacht dat hij niet te evenaren was. Heb me nu duidelijk vergist, er is Stefan Hertmans.

     

    Ik schrijf dit niet om iets te schrijven, maar, lezer van mijn proza, als literatuur en taalgebruik je iets zeggen, lees dan Hertmans. Ik weet nu waar ik sta met mijn woorden.

     

    En nog iets.

     

    Ik heb de indruk, een paar dagen geleden, niet zo enthousiast te hebben gesproken over Paul Demets’ poëzie. Ik denk dat ik verkeerd zit met te denken – T.S.Eliot zit er voor iets tussen – dat poëzie voedsel moet zijn voor de geest. Het mag, maar het hoeft niet. Het kan ook een spel van woorden zijn, woorden op elkaar ingehaakt op een wondere verrassende manier en als ik het bekroonde gedicht van Demets lees en herlees, dan ontdek ik er de poëzie in.

     

    Zo, mea culpa. Maar of ik in staat ben een gedicht te schrijven waar het woordenspel in primeert, weet ik niet, denk ik niet.

     

    Karel

    29-01-2012, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    28-01-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Adem van de Dagen (19)

     

    Het gebeurde dat een Antwerpenaar, een D.C.Janssens, een goede kennis van de vriend van een vriend van Ugo, op een bepaalde dag met zijn wagen, in Auvers-sur-Oise, in panne was gevallen, juist vóór ‘l’auberge Ravoux’, een oude herberg die te koop stond. En die Janssens er wachten moest tot zijn wagen opgehaald werd. Hij vernam daar, sprekend met de garagist, dat Vincent Van Gogh, in een kamertje van die herberg[1], de laatste dagen van zijn leven had doorgebracht.

    Kleine gebeurtenissen hebben dikwijls niet te voorziene gevolgen. Wat die kennis van de vriend van Ugo’s vriend toen bezielde, welke inspiratie of welke levens hij toen met één zet van hem, - er waren vele Japanners aanwezig toen Ugo er was - naar Auvers-sur-Oise zou lokken kon niemand voorzien, maar in 1987 kocht hij, omwille van het kamertje, de auberge van mevrouw Micheline Tagliana.  

    Hij restaureerde de herberg en maakte dit diets over de ganse wereld. Het bericht viel ook binnen in de Lions Club van Ugo en omwille van dit kamertje werd een reis gepland  met een groep vrienden, een reis naar, eerst Versailles en Auvers-sur-Oise op de terugweg.

     

    Het was in de dagen dat Ugo Dante las, en niet alleen las, maar een binnen-gesprek had met hem, en dat hij de woorden van dat gesprek optekende in een boekvorm. Hij was begonnen met het Inferno. Hij las de tekst in het Italiaans en vertaalde die aan de hand van de vertalingen in zijn bezit, een Engelse die hij al lang bezat, twee Franse en een Nederlandse – de prozavertaling van Van Dooren - hij kon er zelfs nog het werk van kanunnik A. De Beer, gekocht bij De Slegte en gepubliceerd door het Davidsfonds, aan toevoegen.

    De idee Dante te gaan lezen was ontstaan uit een onooglijk gebeuren, de vondst in een boekenwinkel in Alicante van ‘Nueve ensayos dantescos’ van Jorge Luis Borges en, dat hij na het lezen ervan, besloot al zijn nog resterende energie te wijden aan de lectuur en de studie van de Divina Commedia. Het resulteerde in een soort gesprek dat hij had met Dante.
    Twee jaar lang – hij dacht met het Inferno klaar te komen op zes maanden - duurde het dat hij Dante en Vergilius volgde doorheen de Hel. Pas toen hij zich realiseerde dat zijn vrienden hem zagen als een Dantefreak, als iemand die verliefd was op Dante, ontwaakte hij als uit een lange droom. Maar Dante verlaat je zo maar niet van vandaag op morgen. Dante was in hem gegroeid, hij had er wortel geschoten en in de eenzaamheid van zijn dagen in die oude halfvergane woning – hij had vanmorgen potten moeten plaatsen op de zolder om de regen op te vangen – zette hij vele avonden en morgens zijn gesprek met Dante verder.

    En terug thuis gekomen na die reis naar Versailles en Auvers-sur-Oise wou hij Dante vertellen over het geval Van Gogh, de schilder die verging van armoede en dingen schilderde die vandaag de wereld in vervoering brengen. En dan vooral hem vertellen over dat ene doek, zijn ‘Champs de blé aux corbeaux’, geschilderd met erin en erover het voorspel van het drama dat erop volgen zou. Hij vond dat er in dat laatste doek te lezen stond, de vreugde van het schilderen en de wrangheid van het leven. Wrang omwille van teveel factoren: en meest van al, het falend succes van zijn werken. Maar bezeten door het schilderen, zoals jij, Dante, bezeten waart door je Commedia - telkens en telkens een ander onderwerp, om keer op keer geconfronteerd te worden met de hoop onverkochte werken die zich opstapelden.

     

    En het was aldus dat hij dat korenveld schilderde, het rijke, warme leven onder een dreigende, donkere lucht, met de (te grote) zwarte kraaien erover om duidelijker het contrast tussen het leven en de nakende dood uit te beelden?

    Hij schilderde dit doek in één ruk, ruwweg, met tranen in de ogen, tranen van onmacht omwille van het onbegrepen zijn, tranen van wanhoop en eenzaamheid. Hij schilderde de halmen met volle trekken van het penseel, in en over elkaar, hij schilderde de wind erover die hij voelde in zijn verhit gezicht. Hij schilderde de wegel met wat groen afgeboord tussen de velden, hij schilderde de dreiging van het nakende onweer, de dreiging van de dood, geaccentueerd door de wilde wemeling van de kraaien. Hij schilderde alsof hij wist dat dit zijn testament, zijn afscheid van het leven was.

     

    Hij had in die tijd een afbeelding van het schilderij op het scherm van zijn PC geplaatst. In het licht van de morgen, in de donkerte van de nacht was hij aldus geconfronteerd met wat eens uit de gedachtewereld van Van Gogh, uit zijn geest en hand en penseel en tubes verf was ontstaan. Het proces en het product van vele dagen van de man die dronken van het schilderen was en elke dag een nieuw doek beginnen wou.

     

    En dan zijn vraag aan Dante, waar zou jij, in je wereld van Hel en Hemel Van Gogh hebben geplaatst?

    Zou je hem in de Hel hebben geduwd bij de zelfmoordenaars?, of, zou je hem gezien hebben tussen de groten der aarde; zou je hem misschien, als gedoopte, dan toch een plaats hebben gegeven in je Limbo?

     

    Wat is er van de mens en wat is er van God, of wat is er van God in de mens? Hij herinnerde zich dat Dante, in zijn Paradiso, Beatrice laat vertellen over de reden van Gods schepping.

    Haar antwoord is klaar en duidelijk: Niet opdat hij nog meer zou zijn voor zichzelf, want dit kan niet, maar opdat zijn schittering in zijn weerspiegeling zou kunnen zeggen “ik besta”.[2]

    Hij herinnerde zich het equivalent van deze zin al ontmoet te hebben bij Karen Armstrong, maar bij haar kwam hij uit een hadith van de Profeet Mohammed[3] Had jij, Dante, enige kennis van deze hadith die je hier of daar, komende van de Murciaan, Ibn al Arabi, kon gelezen hebben, en als je hem in je verzen hebt opgenomen was het dan niet omdat het een zin zwaar van betekenis is die het doel en de reden van ons bestaan hier op aarde behandelt?

    Is het dit wat je bedoeld hebt, Dante, dat God zichzelf wou kunnen zien via de ogen, zijnde de geest van de mens; wat dan betekenen zou dat, bij afwezigheid van de mens, niemand weten zou dat Hij is en dat Hij zou vergaan van eenzaamheid en, dat God aldus nood heeft aan de mens opdat het geweten zou zijn dat Hij, God bestaat of dat dan toch tenminste over Hem zou gesproken worden zo door zij die in Hem geloven als door zij die niet in hem geloven.

    Is het ontdekken van de exponentiële toename van de gecompliceerdheid van natuur en leven, het bewijs dat het correcte beeld van God in de mens, duidelijker en duidelijker wordt?

    Vragen en nog, vragen tot in het oneindige en misschien ook vragen die jij je niet openlijk hebt durven stellen omdat de geur van de brandstapels nog in je neusvleugels hing.

    Ugo

     



    [1] Van Gogh verbleef er van 20 mei 1890 af. Hij zou er tien weken verblijven tot zijn dood, en er talloze schilderijen produceren.

    [2] Non per aver a sé di bene acquisto /  ch’esser non può, ma perché suo splendore / potesse, risplendendo, dir “subsisto.”( Paradiso, canto XXIX :  13-15).

    [3] Karen Armstrong, ‘A History of God’, Mandarin Paperbacks, 1997.pag.175: ‘I was a hidden treasure and yearned to be known. Then I created creatures to be known by them’

    28-01-2012, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    27-01-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gedichtendag

     

     

    Een dag te laat.

    Mijn jongste dochter had een gedicht verwacht op mijn blog maar in de plaats vond ze een gesofistikeerde moeilijk te volgen tekst. Ze heeft gelijk, natuurlijk. De tekst is zo uit mij gevloeid, heb hem amper herlezen, et voilà.

    Ze heeft tweemaal gelijk, ze had een gedicht mogen verwachten, maar ik liep de ganse dag met een zwart gekaft boek in de hand, zoals vroeger mijn leraar met zijn brevier, en ik dacht aan andere zaken om te schrijven dan een gedicht. Want wat poëzie betrof - ooit schreef ik dat amper 0,50% van de bevolking zich interesseerde aan poëzie - was er ook mijn ontgoocheling omdat het gedicht van Sylvie Marie niet was uitverkoren als het beste gedicht voor de Herman de Coninckprijs, maar wel ‘Zonnehemel’ van Paul Demets.

    Niet dat ik iets heb tegen Demets. Ik las wat Luuk Gruwez wist te vertellen – en het was heel wat - over zijn bundel ‘Bloedplek’, en dat scheen me voldoende, om te begrijpen dat ik zijn gedichten niet moet meenemen naar mijn bed om er enig voedsel in te vinden voor de geest. Hij zal wellicht ook mijn gedicht hieronder, niet meenemen in de wintervelden.
     

    Maar tot daar toe, lieve Cathy, hier gaat mijn gedicht – hoewel jij mijn gedicht zijt.

     

     

    Vers 3, 19 uit Genesis;

     

    Zo zul je nimmer vooraf weten wat je hand

    zal schrijven als je zitten gaat en de roep er is

    van een oude bijbel op de tafel en van stenen -

    na Leibnitz gelezen – die je raapte in de bergen,

    gehouwen door wind en water, door de tijd.

     

    En zo vlug de morgen weggeschoven,

    de deemstering, de nacht gekomen

    en in Job’s vergeelde woorden terug

    vernomen dat de adem van de Almachtige

    ons het leven gaf, al zegt ons niets of niemand

    met enige zekerheid wie die Almachtige is,

    een immanentie toch, een lichtbron toch

    in ons gegleden, een oorsprong
    die bestemming is, e
    n zo geweten

    dat ons de eeuwigheid is toegemeten.

     

    Kap dan, zoals je netels kapt, het stupiede vers,

    ‘je bent uit stof en tot stof keer je terug’,

    uit Genesis weg, want dit hoefde niet, voldoende

    is geweten dat dit lichaam van atomen  is, en ook

    als er gelezen moet, zo leerden Fabre en Nothomb

    en zo geloven we:

    ‘je bent uit geest en tot geest keer je terug.

     

    De ene zin die zinnig is.


    Karel

     

     

    27-01-2012, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (1)

    26-01-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Consciousness

           

    Ik zocht, gisterenavond in ‘Fragments of a Journal’ van Eugene Ionesco[1], een passage op die ik er aanwezig wist, Ionesco plaatste deze tekst tussen haakjes. Een tekst die ergens voorkomt in of omheen zijn toneelstuk ‘Le Roi se meurt’, maar die hij niet weerhouden had:

     

    (Is there a universal consciousness? Is consciousness all pervading? Is there a dormant consciousness in stone, as I believe Leibnitz thought? Neither Planck, nor Heisenberg, nor Einstein, nor de Broglie wholly rejects the idea of a universal, cosmic consciousness. There may be some plan, some intention. If there is an intention, there is consciousness. These thinkers do not exclude the idea of a God who would be that consciousness)’.

     

    Een ‘kosmisch bewustzijn’ aanwezig in de steen van Leibnitz, of wat ik deze morgen, toen ik wakker werd, dacht – ik ben er voor op gestaan - en wat indien het Universum het levend lichaam van God zou zijn, zou er iemand me zeggen dat dit niet kan, of iemand zeggen dat er én het Universum is, én God?

     

    Mon Dieu, ik ga deze gedachte: ‘het Universum zijnde het lichaam van God’, laten rusten voor betere dagen, want wie of wat is de mens dan, een soort atoom, deel van het Universum, deel van het lichaam van God? En wie lichaam zegt, zegt geest, dus ook de mens deel van de geest van God, zoals de steen van Leibnitz deel is van God of, al wat is of was of komen zal, atomen van God. Alles wat is en niet is, één groot, massaal groot, onbegrijpelijk groot, kloppend, levend lichaam, het Al in elkaar verweven en gegroeid.

     

    En de geest van de mens vandaag, atomen die te slim geworden zijn, die Hem imiteren willen, verdringen willen. Had Hij dit voorzien, zal Hij dit blijven aanvaarden?

     

    Deze-morgen-conclusie die van ergens komt, die in de luchten hangt om genomen te worden, die anderen voor mij moeten geformuleerd hebben, nu ze geschreven staat please, , man, laat ze rusten nu.

     

    Waag ik het deze woorden, die neigen in de richting van Mevrouw Catherine Pozzi - van een paar dagen terug - te laten binnendringen in mijn blogs?

     

    Karel



    [1] Eugene Ionesco: ‘Fragments of a Journal’, translated from the French by Jean Stewart, Ed. Paragon House, New York, 1990.

    26-01-2012, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    25-01-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.N'être bon qu'à écrire

     

    25 januari

    N’être bon qu’à écrire.

     

    Je dacht dat het geen zin had, tweehonderdvijftig pagina’s en meer te schrijven om die daarna, gebundeld, in je schuif te laten verdwijnen, maar de Ugo in jou vond het een uitdaging, hij wou een boek, terwijl jij voldoende had aan het optekenen van het gesprek dat je hield met jezelf dat nu ook je blog geworden is,.

    Dit was, wat jou betreft, de toestand vroeger, en na dertig jaar is er in feite, wat er ook gedacht of gezegd wordt over je teksten, geen enkele geldige reden om te stoppen. Toch nu nog niet.

    Zo, als je even terugblikt, ben je altijd blijven nadenken over wat er gebeurde in de wereld, heb je altijd boeken gelezen, verrassende die je gelukkige momenten bezorgden, andere waar je bij in slaap viel.

    Je vond openingen die, zo meende je toch, dicht de waarheid benaderden, al wist je niet wat die waarheid wel was of zijn kon.

    Je las in de Bijbel over gebeurtenissen die van de hand Gods waren, maar je twijfelde omdat deze niet strookten met het beeld dat je had van God. En toch waren er die de Apocalyps lazen en ontcijferden en eruit puurden dat in het jaar van nu – het jaar van de Draak volgens de Chinezen - de wereld zal vergaan. Jij las de brieven van Paulus en vernam aldus tot je verwondering dat hij, na getroffen te zijn door de bliksem(!), naar Arabië was vertrokken om pas na drie jaren Petrus en Jacobus op te zoeken in Jeruzalem. En je bleef je vragen stellen hierover, tot je het meest vreemde boek las, wellicht ooit geschreven, over het leven van Jezus en je dacht dat het een mogelijke opening kon zijn naar de reden van Paul’s verblijf in Arabië.

    Je las Boris Pasternak en Freeman Dyson, Fritjof Capra en Richard Feynman, je las George Steiner en vele, vele anderen. En alles wat je dacht werd geschreven in je hoofd en de woorden waren als gistende deeg in de trog en lieten je niet los. Sommige van die ideeën werden opgetekend andere bleven ongeschreven en je weet voldoende wat Pessoa zegt over wat in gedachten geschreven wordt.

    En je las Borges en wat hij wist over toeval en je las T.S.Eliot van wie schilfers terug te vinden zijn in de weinige gedichten die je waagde te schrijven.

    Je las over de New Physics en je ontdekte hierin een nieuwe Bijbel, ditmaal niet geschreven in woorden maar in beelden die in te beelden waren.

    En door de dwingende osmose van de dingen aanwezig in je vingers, bleef je schrijven al wist je wel dat je nergens uitkomen zou – eigenlijk geldt dit meer voor Ugo - je had de verwittiging nog maar pas deze morgen teruggevonden in een hoop knipsels, zo uit Le Monde[1], het knipsel dat de reden is voor je blog van vandaag:

     

    Pourquoi écrit-on? Pourquoi des milliers de Français noircissent-ils du papier à longueur d’année, sans la moindre garantie d’être publiés?

     

    Het is een eenennegentigjarige schrijver, Roger Grenier, waarvan je nog nooit hoorde, die deze gedachte opwerpt en wat hem zelf betreft, openlijk bekent:

     

    Ecrire a tourné à l’habitude, pour ne pas dire à la manie. Une manie dans laquelle je m’enfonce chaque jour davantage, de sorte qu’à présent, je suis incapable de goûter aucune autre activité, aucune autre distraction.

     

    Roger Grenier haalt er de woorden van Beckett bij : Schrijven omdat ‘on n’est bon qu’à ça!’.

    Ik weet dus aan welke ziekte ik lijd want ik ook, je ne suis bon qu’à ça.

     

                                                                       Karel

     



    [1] Le Monde van 14.01.2011: Robert Solé, ‘La vraie vie privée, c’est l’écriture’.

    25-01-2012, 00:37 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    24-01-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Terugblik

     

     

    Onder elke blog verschijnt de melding ‘Geschreven door Ugo d’Oorde’, het is de fout van de beginner die ik was en die ik meedraag sinds 18 juli van vorig jaar, de dag dat ik met een blog begonnen ben. Maar er zijn tot hier toe meer teksten geschreven door Karel Mortier dan door Ugo d’Oorde, om deze reden ga ik voortaan mijn blogs tekenen met Karel of met Ugo. Hoewel de lijn tussen beide soms moeilijk te trekken valt want soms vloeien ze in elkaar.

    Zo is Ugo nu begaan met een tekst over het laatste schilderij van Vincent Van Gogh, een schilderij waarin hij Van Gogh’s afscheid van het leven meent te lezen. Een van de komende dagen geef ik hem het woord en kan hij zich uitleven. Ondertussen echter maak ik me zorgen over wat ‘ik’ begonnen ben, een blog bijhouden waar José Saramago aan de basis van ligt. En wel met één zin die ik las in Le Monde, in verband met zijn ‘Cahier’ of ‘Cuaderno’, waarin hij op de dag van zijn 86ste verjaardag schreef “Ik omhels de woorden die ik schreef, ik wens ze een groot leven toe en herbegin mijn schrijven daar waar ik het gelaten heb”. Deze woorden werden verspreid onder de vorm van blog.

    Ik was toen, de dag van 18 mei 2010, zo dwaas te schrijven:

     

    ‘Ik ook omhels vandaag de woorden die ik schreef, wens ze een lang en groot leven toe en ik begin nu, omdat ik niet kan stoppen met schrijven, mijn schrift, mijn cuaderno, dat doorlopen zal tot de dag van mijn 83ste verjaardag. Zo hoop ik toch omdat ik hoop que Dieu me prètera vie jusque-là.

     

    Maar op die verjaardag ben ik niet gestopt, mijn wandeltocht in en met het woord liep gewoon dag aan dag verder om van half juli van vorig jaar, in navolging van José Saramago, dag aan dag, als blog te worden verspreid. Als een blok aan mijn been schreef ik al eens.

    Maar is het wel zo? Is het niet, omdat ik me wou laten opmerken en wel als schrijver, als iemand die iets te zeggen had wat nog niet gezegd was, op een wijze die nog niet gebruikt was, een Einzelgänger in de literatuur, zoals elke schrijver er een denkt te zijn?

     

    Ik mis mijn broer Daniël die veel te vroeg is weggegaan. Hij was mijn mentor, hij zou me al lang gewezen hebben op mijn fouten, al lang gezegd hebben, dan vooral wat ‘De Adem van de Dagen’ betreft:

    ‘Man, stop ermee, je schrijft ouderwets over ouderwetse zaken op een wijze die niemand nog interesseert. Je schrijft zoals een zondagsschilder aan de Leie die zijn doek vult met fotografische koeien en bomen, met een kerktoren middenin, zonder voldoende background, misschien met een vleugje Gilliams, een vleugje T.S.Eliot, misschien, maar meer niet. De rest komt uit je kleinburgerlijk zelf, en het ergste is, wat je schrijft is niet te begrijpen voor de mens van vandaag, zoals het evenmin te begrijpen was voor de mens van gisteren. Destijds, in je zelfgeborgenheid schreef je zonder argwaan, schreef je omdat je hand stond naar het schrijven. Vandaag met dat fameuze blog van jou, zijn er die je lezen, maar je schrijft vanuit je wereld naar je eigen wereld. Je schrijft als vastgeketend op de contouren van een cirkel, langs je lezers heen, je raakt hun klederen, maar je dringt niet binnen langs de poriën van hun geest en evenmin van hun hart.

     

    Zou hij dit zeggen tegen mij indien hij er nog was, en die andere broer, Georges, die zwijgt, wat zou die kunnen zeggen: ‘Man stop ermee maak dat ik in jou nog mijn broer herken?

     

                                                                       Karel

     

     

    24-01-2012, 00:38 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (1)

    23-01-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Beckett over het Italiaans van Dante

     

    Mag ik vandaag nog even terugkomen én op Dante én op Samuel Beckett, de man van dat prachtige ‘Neither’-gedicht, van een paar dagen terug, om over te nemen wat hij in zijn Disjecta[1] schrijft over het Italiaans van Dante:

     

    “Dante schreef in een volkstaal die door een denkbeeldige Italiaan, die alles wat goed was aan dialecten van zijn land in zich had opgenomen, gesproken had kunnen worden, maar die feitelijk zeer zeker niet gesproken werd of ooit gesproken was”.

     

    En verder waar hij de vergelijking trekt tussen de taal van Dante en deze van James Joyce:

     

    “Dante schreef wat in zijn eigen stad op straat werd gesproken terwijl geen sterveling op aarde of in de hemel ooit de taal van ‘Work in Progress’ (Finnigans Wake) sprak. We zullen moeten erkennen, dat een internationale verschijning in staat zou kunnen zijn haar te spreken, net zoals in 1300 een interregionale verschijning – en niemand anders - de taal van de Divina Commedia had kunnen spreken.

    We zijn geneigd te vergeten dat Dantes literaire publiek Latijns was, dat de vorm van zijn gedicht beoordeeld zou worden door Latijnse ogen en oren, door een Latijnse esthetica die vernieuwing niet duldde en die wel ontstemd moest raken toen de zoetgevooisde elegantie van ‘Ultima regna canam, fluido contermina mundo,’ (ik zal van volmaakte landen zingen die grenzen aan deze vluchtige wereld) werd vervangen door de barbaarse directheid van ‘ Nel mezzo del cammin di nostra vita’. Net zoals Engelse ogen en oren de voorkeur geven aan ‘Smoking his favourite pipe in the sacred presence of ladies’, boven ‘ Raucking his favourite turkvu in the smukking precincts of lydias’.”

     

    Je moet natuurlijk Beckett zijn, om sprekend over de kracht van de taal, het Italiaans van Dante te gaan vergelijken met het Engels(!) van Joyce. Echter, als ik het aantal taal-voetnoten zie bij mijn Italiaanse tekst van de Divina Commedia dan is het me duidelijk dat het Italiaans van Dante problemen stellen moet aan de doorsnee Italiaan van vandaag. Zelfs al beweert Jacqueline Risset[2] dat ‘un Italien contemporain peut encore, sans difficulté excessive, lire la langue médiévale de la Comédie’.

    Wij ook zijn nog in staat ons middeleeuws Nederlands te lezen maar of we het begrijpen zoals het hoort begrepen te worden is een andere zaak.



    [1] Samuel Beckett: Disjecta, Beschouwelijk Werk, 1999, Historische Uitgeverij, Groningen. Nederlndse vertaling uit het Engels: Vertalerscollectief & Ronald Kuil, pag. 63.
    [2] Jacqueline Risset: ‘Dante écrivain ou l’intelletto d’amore’, Ed.Le Seuil ,1982.

     

     

    23-01-2012, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    22-01-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Spätstil

     

     

    Niets is moeilijker voor mij dan een andere te zijn, een soort Ugo d’Oorde – eigenlijk, waar haalde ik die naam? – die in mijn Blog een boek aan het schrijven is: ‘De Adem van de Dagen’.

    “Het is eigenlijk de adem van de geest in mijn dagen, maar ik verander die titel nog”, heeft hij me eens gezegd.

    Maar tot hier toe werd er niets gewijzigd, hij denkt eraan, maar ondertussen behoudt hij hem, zo is hij nu eenmaal.

    Hij zit naast mij en hij zit niet naast mij. Hij beantwoordt aan wat ik deze morgen las bij Stefan Hertmans over Catherine Pozzi[1], die acht jaar lang de maîtresse was van Paul Valéry:

    ‘Ze wil de studie van Latijn, kwantumfysica, biologie, filosofie en wat dies meer zij, zo met elkaar in verbinding brengen dat daaruit een beeld van de ‘materialiteit’ van de menselijke ziel tevoorschijn komt.’

    Ugo heeft alleen niet het Latijn met haar gemeen, hij heeft het Spaans van Borges, maar hij ook wil filosofie bedrijven en hij ook zweert bij de kwantummechanica en hij ook aanziet de idee ‘een theologie te construeren die vertrekt vanuit de moderne fysica[2] als een bestemming’, maar dan niet zijn bestemming.

    Hij beweert zelfs dat ‘de moderne fysica de nieuwe Bijbel is die geschreven wordt’. Hij heeft ook een eigenzinnig beeld over de schepping. Hij waagt het zelfs te zeggen dat er nimmer een schepping is geweest, dat er ‘slechts’ een overgang is geweest van een potentieel, naar een reëel Universum – hij schrijft ook Universum met hoofdletter - en dat dit Universum in potentie, er altijd is geweest.

    Ik vraag hem dan of dit belangrijk is om weten, en hij antwoordt me: “De mens is er om alles te weten, zelfs wat hij nimmer kan te weten komen zoekt hij te weten, het-zoeken-naar is een begin van de religie waar Catherine Pozzi haar bestemming in zag.

    C’est un drôle de bonhomme, mon Ugo.

    Soms dringt hij aan om mijn plaats in te nemen in mijn blogs, de laatste tijd echter is hij heel rustig, wat zijn schrijven betreft, het is alsof hij zijn winterslaap doet. En hem op dat punt wakker maken doe ik niet.

     

    Een andere zaak die mij bezig houdt is het feit dat deze van 1927 omheen mij, sterven als vliegen, dit is cru gezegd, maar het is zo, zelfs deze van 28, 29 en 30 vallen er bij.

    Ik sprak er eens over met Ugo. “Man”, antwoordde hij, “wat denk je wel, dat je zult schrijven tot je negentigste?”

     

    Ik dacht er op een avond over na en wel, ik zou die zekerheid wel durven in bouwen. Maar dan, eens dat punt bereikt, zal ik dan niet gaan dromen mijn punt te mogen verschuiven, nog verder de tijd, ce grand sculpteur van Yourcenar, binnen?

    Als ik, zoals vorige donderdag, aan de Leie zit, vrienden omheen mij, velen van mijn ouderdom, kijk ik over het water met de trouwe meerkoeten en de wijde open grasvlakte met grote waterplassen en ver afgedreven meeuwen, is het dan niet zo dat we ons allen onsterfelijk voelen op die ogenblikken, en waarom zou dit niet, wat belet ons dit gevoel te hebben, te koesteren en zoals ik nu, te voeden?

    Stefan Hertmans, ik ook lijd aan Spätstil.



    [1] Stefan Hertmans,’Het Putje van Milete’, pag. 296

    [2] Id. pag. 302

    22-01-2012, 00:19 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    21-01-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Samuel Beckett: Neither

     

     

    Neither

     

    to and fro in shadow from inner to

    outer shadow

     

    from impenetrable self to imprene-

    trable unself by way of neither

    as between two lit refuges whose

    doors once neared gently close, once

    turned

    away from gently part again

    beckoned back and forth and turned

    away

     

    heedless of the way, intent on

    the one

    gleam or the other

     

    unheard footfalls only sounds

     

    till at last held for good, absent for

    good from self and other

     

    then no sound

     

    then gently light unfading on that

    unheeded neither

     

    unspeakable home

     

     

     

    Het gedicht Neither van Samuel Beckett, werd door mij geknipt uit de Standaard der Letteren van 13 april 2001 en gekleefd in mijn dagboek. Ik heb het nu teruggevonden, samen met de vertaling van Stefan Hertmans die ik echter niet zal overnemen.

     

    Die vertaling kun je vinden in dat warm en soepel in de hand liggend, schitterend geconcipieerd en geschreven boek van Hertmans, ‘Het putje van Milete’. Een bundel essays uitgegeven door  Meulenhoff, Amsterdam, 2002, waaronder een essay over dat wondere gedicht van Samuel Beckett.

    Het essay van Hertmans over het ontstaan van het gedicht van Beckett, de moeilijkheid bij het vertalen – hoe vertalen we neither en dan liefst in één woord? – en hoe hij Beckett’s woorden en de opgeroepen beelden interpreteert, is gewoon  een poëma op zijn eigen. Voor mij is het een boek dat ik enorm waardeer, des te meer er ook een essay in voorkomt over Maurice Gilliams – die ook mijn leven, Stefan, ‘vergiftigde’ – over de ‘gentians’ van D.H.Lawrence en over Jorge Luis Borges, die me ook veroverde met zijn ‘Nueve Ensayos dantescos’. Schrijvers die ik zo maar voor het grijpen had bij een eerste kennismaking.

     

    Mijn dank is groot, Stefan Hertmans, ik zal je boek koesteren.

     

    *

     

    Het kostte me heel wat tijd en je weet hoe een gedicht blijft bewegen in je geest, vooral als je het herlezen gaat, om mijn versie van Beckett’s gedicht te schrijven.

    Ik moet hierbij bekennen dat ik het gedicht lange tijd gezien heb als een abstract schilderij in woorden, met oninterpreteerbare vormen en kleuren. En het is gedragen door deze idee dat mijn ‘neither’-gedicht is ontstaan.

    Evenwel kan ik me permitteren, Hertmans niet, een andere titel te verkiezen:

     

    Noch               

                              

    We zullen wel nooit

    een neither-gedicht schrijven

    zoals Beckett het onverwoorde

    te verwoorden wist, niet te begrijpen

    omwille van zo alles zeggend

    in niets-betekenende zinnen

    alsof het Universum erin verscholen

    en toch ook niet weergalmend

    de dood

     

    een abstract in woorden schilderij

    waar  kleur en vormen weggelaten

    om even maar wie we waren

     

    We zullen wel nooit een neither-gedicht

    schrijven, al wilden we om het ontzaglijke

    van dit leven dat ons omkneld hier houdt

    en toch bewegen

    laat in een eigen eigenzinnigheid,

    zo denken we

     

    geen neither-gedicht om op te vallen

    om er naar uit te kijken,

    om er slapen mee te gaan,

    onverlet, onverlaten, on-overeenstemmend

    en toch zoekend

    naar de zin van sterren en galaxieën,

    beangstigend oneindig alles is,

     

    en wij, innerlijk enorm nochtans

    omdat we alles beluisteren, bekijken kunnen,

    opentrekken, verzegelen en dichter brengen

    tot ons binnen, en begrijpen, niet

    te begrijpen kunnen, al wilden we.

     

    'dan

    o zo teder, zo losjes

    het licht wegdeemsterend

    dat achteloos evenmin

     

    niet uit te spreken

    thuis'

               

    Maar een neither-gedicht zullen we wel

    nooit schrijven, al wilden we

    opstijgen kunnen om ons te verliezen

    een nimmer te vergeten ogenblik.

     

     

    21-01-2012, 04:14 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    20-01-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Les cafés de l'Europe

     

    En toch getrouw, mijn Blog!

     

    Mijn hoofd steekt vol met stukjes tekst die geschreven staan en deze die nog ongeschreven ronddolen in mijn hoofd. Mijn probleem is exact te weten welke ik al schreef en welke hangen bleven als gedachten. Na twee jaar wordt het stilaan een warboel, gezien er geen lijn ligt in de verhalen die ik opdis, alles vloeit voort uit een woord, een zin, en krijgt telkens en telkens een nieuw onderwerp. Zo was het gisteren, zo zal het morgen zijn tot ik stilvallen zal, droog geschreven en gedacht, een mallemolen, mijn arm hoofd.

    Ik heb evenmin een vast stramien voor mijn schrijven, soms gebeurt het vroeg in de morgen, soms laat in de nacht; de dag is er voor andere zaken die soms veelvuldig zijn en altijd tijdrovend.

     

    Nu, heb ik al gezegd dat ik dan toch een nieuw dagboek – a page-a-day diary – heb besteld bij de Economist en dat ik dag aan dag erin aan het schrijven ben. Dit is ook iets waar ik aan verslaafd ben, elke dag één bladzijde vol pennen met mijn soms ‘akelig’ geschrift.

    Het is een blijvende investering, een fysische, het blad vullen en een psychische, weten wat te schrijven. Al is het dagboek zelve niet goedkoop en wordt het fiscaal niet gezien als een uitgave.

    Ik herinner me wat Herman Brusselmans eens vertelde over zijn pen in ‘de Morgen’, hij schreef toen op glanzend wit papier:

     

    ‘vooreerst noteren in mijn schitterend handschrift, en daartoe maak ik gebruik, doch dit heb ik al ooit eens gezegd, hoewel niemand, me dunkt, er van wakker zal liggen als ik het nog eens zeg – waar zat ik? Dat ik dus mijn immer opzienbare teksten aan het glanzende etc. papier toevertrouw middels de Rolls Royce onder het schrijfgerei, een Parkervulpen van meer dan 16.000 ballen’,

     

    Indien ik de prijs van mijn dagboek zou bekendmaken, uitgedrukt in ballen, dan zou ik plagiaat plegen op hem, wat ik zeker niet wil of niet wens. Heb al eens een Blog geschreven over hem, ga er nu niet terug aan beginnen, al heb ik ook lang rondgelopen in zijn stad en plaatsen bezocht, waar hij voorzeker ook rond hing en waar ik ooit Hugo Claus ontmoette, die toen vertelde over Brueghel dat hij geen dommerik was, dat Brueghel wist dat Icaros wel gevallen was, maar dat Dedalus toch verder gevlogen was. Wat hij niet gezien had was het feit dat de dat de personages die op het schilderij voorkomen, er aan te pas kwamen om te wijzen op de vier natuurelementen, vuur, lucht, water en aarde, alsof hij, Bruegel, zeggen wilde, dat wat er ook moge gebeuren de wereld verder draait, zoals de grote Ovidius het wist.

    Maar dit zijn dingen die ik zeker al verteld heb, is het hier geen herhaling, ik heb het toen zeker verteld in dat bewuste café waar elke Gentenaar die zich respecteerde binnenliep. Het was één van die cafés, waarvan George Steiner, in een essay ‘Une certaine Idée de l’Europe’ gezegd heeft ‘que les cafés caractérisent l’Europe’. En mag ik, van zijn cafés, literaire cafés maken?

     

    20-01-2012, 00:48 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    19-01-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Stenen

     

     

     

    Las mijn laatste mail over Dantes Limbo in canto IV - ondertussen als Voorgeborchte geschrapt door de Kerk – is er iemand ter plaatse geweest, die aartsbisschop misschien die een opera heeft geschreven over de Divina Commedia? – en daarna, eens in bed, even Ouspensky nog en terug opgestaan omdat ik wist wat ik schrijven zou om als Blog ‘mijn’ wereld in te zenden. Iets van Ouspensky dat volledig strookte met wat ik een paar dagen eerder had verzonden, dat elke substantie naast zijn fysische eigenschappen – kosmische zegt Ouspensky – ook psychische eigenschappen bezit, zijnde een zekere graad van intelligentie, of wat ik noemde, le dedans des choses.

     

    Ik geloof dat de stenen die ik raapte op mijn tochten in de bergen, in zich leven dragen, dat ze een uitstraling hebben. En ik herhaal me als ik zeg dat het gezellen zijn geworden, kleine tekens van het zijnde. Ik weet niet wat ermee zal gebeuren als ik er niet meer zal zijn, maar ik hoop, en die hoop is groot, dat ze geëerd zullen worden zoals ik het doe. Sommige ervan zijn als kleine beeldhouwwerken, zijn meer dan kunstwerken omdat ze gebeiteld werden door de wind, het water en de eeuwen, en omdat de vorm die ze aldus verwierven, kosmische vormen zijn.
     

    Ooit raapte ik op het strand van bij ons,  een stuk kei op, duidelijk de kop van een vis waar een oog werd ingekrast en een lijn voor de mond. Een silexsteen door  de hand van een voorouder bewerkt, eeuwen geleden, kosmisch geïnspireerd en inventief nagebootst, en waaraan ik nu, geïnspireerd door Ouspensky, op zijn beurt geïnspireerd door Gurdjiev, woorden wijdt die worden uitgedragen, de wereld rond, misschien gelezen als zijnde te ver gezocht, als zijnde van een dromer, iemand met het hoofd in de wolken. Maar ik herhaal, voor mij heeft die silex, hebben die stenen, de waarde van een groot gedicht opgerezen uit het oneindige van de geest.

     

    Het zijn stenen die ik zou willen plaatsen in een glazen kast onder speciale belichting, als bewijsmateriaal van wat kosmische kunst is, grootlevend en onvergankelijk. Ik zou die kast plaatsen naast mijn boeken. De werken uit de kosmos naast de immense kracht van het geschrevene dat van de mens in wording is.

    19-01-2012, 00:33 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (1)

    18-01-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Neerdaling ter Helle

     

     

    Ik had enkele opzoekingen te doen over Dante en viel op een passage in de Divina Commedia over – wat me toch verraste - de neerdaling van Christus ter helle en het is de gids van Dante, Vergilius die het aan Dante verteld als antwoord op de vraag of er ooit iemand door zijn eigen verdienste of door de verdienste van iemand anders, de Hel heeft kunnen verlaten om daarna een gelukzalige te worden?

    Waarop Vergilius hem antwoordt

                             

    “Toen ik hier nog maar pas was aangekomen[1], heb ik hier een machtig iemand zien binnenkomen, gekroond en met het teken van de overwinning” [2].

     

    Dan heeft hij, de gekroonde, met zich meegenomen: de schaduw van de eerste vader, van zijn zoon Abel, en deze van Noah, van Mozes, van Abraham de patriarch, van koning David, van Israël met zijn vader en zijn kinderen en van Rachel voor wie hij zo lang dienen moest. En vele anderen en allen maakte hij gelukzalig.

    Maar ik wil dat je weet dat er vóór hen geen menselijke zielen werden gered.

     

    André Pézard in zijn ‘Dante, Oeuvres complètes’, vertaalt ‘ gekroond en met het teken van de overwinning’, door ’portant couronne et pennon de victoire’ en voegt er aan toe : dat deze twee details, ‘couronne et enseigne’, kroon en vaandel, te zien zijn op een fresco van Giotto, in de arena van Padua, waar Christus, vergezeld van Maria Magdalena, neerdaalt in het Voorgeborchte van de Hel, houdende in de hand een vaandel met een kruis en met de woorden ‘victor mortis’.

     

    Heeft dit iets te maken met wat Dan Brown vertelde over Maria Magdalena die naast Christus zat op Da Vinci’s Laatste Avondmaal?

     



    [1] Vergilius overleed in 19 voor Chr.

     [2] Io era nuovo in questo stato / quando ci vidi venire un possente /  con segno di vittoria coronato ( Inferno, canto IV: 52-54).

     

     

    18-01-2012, 00:10 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    17-01-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het Atoom

     

     

    Het is de Blog van José Saramago, achteraf gebundeld in zijn Cuaderno, die me inspireerde om ook een Blog aan te maken. Hij ook was begaan met wat er is of wat er gebeurt achter het zichtbare, binnenin het onzichtbare. Atomen en subatomaire deeltjes, zegde hij, zijn immers de uiterlijke vorm van wat onzichtbaar erin aanwezig is[1].

     

    Als ik mijn Blog van gisteren begon met de drie eerste woorden van de Bijbel dan is het omdat ik uiteindelijk komen wou tot de vraag naar ‘ lo que es escondido’ van Saramago, naar wat er binnenin het atoom gebeurt, niet zo zeer om te weten wat er is. Want mijn besef dat er binnenin het atoom, binnenin de quark, binnenin het minimaalste deeltje, Iets moet zijn dat leeft, is me voldoende.

    En ik ontken niet dat het leven erin, de energie erin, dat het dit is dat me bezig houdt, het element of de factor die we God zouden kunnen noemen, maar dan een God die geen nood heeft aan enige ceremonie of gebed. Hij heeft er geen behoefte aan, Hij vraagt er niet naar. Hij is wat is!

     

    Saramago wist dit op zijn manier, maar hij was wijzer dan ik, hij vond het voldoende te zeggen dat er iets is binnenin het atoom, omdat hij – en ik niet - God uit de weg wou gaan. Omdat hij atheïst was, zo zegde hij toch, en hij hield het bij ‘iets dat onzichtbaar is’.

     

    Echter als het Onzichtbare er IS, dan is het er, en dan wil ik een poging doen het te noemen.

     

    Zo, ik blijf me situeren in het domein van het Onzichtbare, het domein van ‘le dedans des choses’ waaruit alles is ontstaan en alles blijft ontstaan. En doordringen tot wat onzichtbaar is, is een blijvende noodzaak voor de wetenschap en voor de mens.

     

    Ik heb het voorbeeld van Richard P. Feynman die schreef[2]

     

    To find out more about what holds the nuclei together, many experiments were made in which protons with higher and higher energies were smashed into nuclei. It was expected that only protons and neutrons would come out. But when the energies were sufficiently large, new particles came out… It soon became clear that the number of particles in the world was open-ended, and depended on the amount of energy to break apart the nucleus. There are over four hundred such particles at present. We can’t accept four hundred particles; that’s too complicated!

     

    Echter dit is wat het zichtbare element betreft, wat belangrijker is, is te weten wat er aanwezig is aan kennis binnenin die vier honderd verschillende soorten deeltjes.

    Pas daar begint mijn probleem.



    [1] No estoy hablando de àtomos o subpartículas que, como tal, son siempre aparencia de algo que se esconde.

    [2] Richard P. Feynman: QED, The strange Theory of Light and Matter, Penguin, 1985. Pag.132.

    17-01-2012, 06:14 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    16-01-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Bereshit bara elohim


     

    Het zal moeilijk lezen zijn misschien, even moeilijk als wat ik lees bij Stefan Hertmans die zich echter vergist wat het Arcadië van Dante betreft, zoals ik me kan vergissen wat mijn woorden betreft. Maar.

     

    Het gebeurde lang geleden, echter zeker is het, dat een schrijver-filosoof in onuitwisbare inkt in het Hebreeuws neerschreef: bereshit bara elohim[1]. Waarmee hij op een duidelijke wijze stelde dat het Elohim was die alles geschapen heeft.

    Het verhaal van ‘Bereshit bara elohim’ werd in duizend andere talen omgezet en omschreven als ‘in den beginne schiep God’. Wat God schiep werd het Universum, het zichtbare, Hijzelf was en bleef onzichtbaar in het zichtbare.

     

    Een andere schrijver-filosoof, ging heel wat verder en hij schreef: ‘in den beginne was het Woord’. Hieruit ontstond al wat is en zijn zal, ook de mens.

    En de mens zou de mens niet zijn ware het niet dat hij op zoek ging naar wat uit het Woord kon zijn ontstaan. En de mens kwam tot het besluit, dat het Universum was ontstaan uit de meest minimale deeltjes en wat meer is dat deze deeltjes, hoe klein en onzichtbaar ook, ‘wisten’ wat ze te doen hadden, opdat een Universum zou ontstaan dat de mens zou voortbrengen.

     

    De vraag of deze minimale deeltjes er waren in den beginne of er niet waren blijft nog steeds onbeantwoord.

    Waren ze aanwezig in den beginne, dan waren ze er, ofwel samen met het Woord, ofwel waren ze de materiële vorm van het Woord.

     

    Waren ze er samen met het Woord dan was er én het Woord én de deeltjes als Universum in potentie.

    Waren ze de materiële vorm van het Woord dan was er in deze materiële vorm een Universum in potentie aanwezig. Een Universum dat het Woord was. En dit Universum dat het Woord was is gebleven, of Universum = het Woord.

     

    Hierover kan een gedicht geschreven worden dat echter geen schijn van kans zou krijgen afgedrukt te worden in de Standaard[2] als één van de vijf beste gedichten van het voorbije jaar.

     

    En waarom ook zou het een kans moeten krijgen, het zijn maar wat gissingen die ik schreef en zullen gissingen blijven. En zelfs ware het de Waarheid die ik, niet vandaag maar vorig jaar al, en vele jaren er voor al vertelde, telkens en telkens, herkauwd en opnieuw opgediend.

     

    Al ligt er nu niemand wakker van wat er in den beginne was, toch dit:

     

    Genesis

     

    In den beginne was het Woord,

    maar het Woord zelf, kende geen begin

    zodat het ook geen einde kennen zal.

     

    Een substantie was het,

    een subatomair gewemel

    inhoudelijk geladen

    met een Universum in potentie

    vóór het Universum was.

                                                      

    Niet te tellen vormen

    zijn hieruit tot stand gekomen,

    in elkaar geschoven en vergroeid.

    En alle vormen die ontstonden

    zijn delen van het Woord,

    en alle delen, in hun totale totaliteit,                                       

    zijn dragers van wat was  

    en dragers van wat komen zal,                                      

     

    Dit was in den beginne

    dat begin gebleven is, want niets is af

    en niets is dat niet bewegend is

    naar buiten als naar binnen

    in een mateloze complexiteit.

     

    En het Woord had een zichtbare vorm

    en een vorm die onzichtbaar was,

    maar niemand was er om te getuigen

    van wat zichtbaar was, en niemand

    om te noemen wat onzichtbaar was.

    Schrijf ik een vervolg hierop om ooit uit te komen in een lang Genesis-gedicht?

    Wie weet?



    [1] De drie eerste Hebreeuwse woorden van de Bijbel

    [2]  De Standaard van 13 januari 2012

    16-01-2012, 00:19 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (0)

    15-01-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Stefan Hertmans en andere schrijvers

     

     

    ‘Iedere zichzelf respecterende schrijver schrijft om van zijn leven sporen na te laten, om zijn naam te bestendigen, in schijn en in wezen, kortom om de dood te tarten. En iedere schrijver die deze drijfveer ontkent of ridiculiseert jokt.’[1]

     

    Ik kan er me in terugvinden, het is wellicht de reden waarom ik ben beginnen te schrijven,  iets na te laten na mijn dood. Het bewijs achter te laten dat ik geleefd heb en vooral hoe ik geleefd heb. Of wie ik was en hoe ik nadacht over het zichtbare en het onzichtbare van de dingen, vooral over deze laatste kant, zijnde mijn neiging naar het metafysische, naar het transcendente.

    En ik lees hierover bij Stefan Hertmans in zijn essay ‘Locus amoenus’[2], waarin hij Plato citeert als zou de literatuur, het schrijven, een dubbelzinnig geschenk van de goden zijn, zowel geschenk als vergif. Zo vond Socrates, schrijft Stefan Hertmans, en hij zal het zeker weten, dat schrijvers hun geheugen minder oefenen, daardoor lui worden en dat het geschrevene ‘de bezieling mist van de levende spreker en het moment’.

     

    Ik denk echter dat we Socrates wel kunnen tegenspreken, het geschrevene komt er pas na rijp beraad, is de bezieling er niet, het is toch overdacht en kan herroepen worden en uitgeklaard en ook het moment van de eerste versie is er altijd.

    Ik ga hiermee Hertmans verlaten, na gezegd te hebben dat zijn werk een heerlijk stuk hoogstaande literatuur is. Waar, als ik me goed herinner, destijds in de Standaard der Letteren niet over geschreven werd zoals het boek het verdiende. Ik heb er heel wat bij geleerd en heb het met inzet gelezen, want die is er nodig. Het is een boek om te koesteren.

     

    Maar ik wou nog iets in meer zeggen, twee zaken nog:

    Een eerste is dat ik soms teruggrijp naar de teksten die ik in 2010, dag aan dag, geschreven heb en op het einde van het jaar gebundeld heb in tien exemplaren die ik heb uitgedeeld. Weinig talrijk dus zijn zij die een bundel ontvingen. Ik permitteer me dus van tijd tot tijd een tekst terug te halen, te herzien en aan te passen en het helpt me vooral om geen dag over te slaan wat mijn blogs betreft.

     

    En een tweede zaak heeft er betrekking op. Hoe zou je reageren indien ik van vandaag op morgen stop met mijn blogs?

    Wel ik volgde dagelijks een blog die kort en goed was, niet zo gewild literair als die van mij. Maar een blog dat levendig was, en steeds voorzien van foto of tekening. Wel dit blog viel stil en, na veertien dagen mis ik het nog steeds en hoop ik dat het terug eens zal opduiken.

    Iemands blog regelmatig lezen schept een band die heel bijzonder is en ik begrijp heel goed dat er gevoelens bij te pas komen die evenmin te bepalen zijn.

     

    Zou je mijn blog ook nog missen na veertien dagen?

     

     



    [1] Aangehaald door Vicky Vanhoutte in haar recensie over L.H.Wiener en zijn boek ‘Shangai Massage’ Contact, 368 blz. in de SdL van 13.01.2012.

    [2] Stefan Hertmans, ‘De Mobilisatie van Arcadia’, De Bezige Bij, Amsterdam, 2011.

    15-01-2012, 00:00 geschreven door Ugo d'Oorde  

    Reageer (1)

    Archief per week
  • 22/04-28/04 2024
  • 15/04-21/04 2024
  • 08/04-14/04 2024
  • 01/04-07/04 2024
  • 25/03-31/03 2024
  • 18/03-24/03 2024
  • 11/03-17/03 2024
  • 04/03-10/03 2024
  • 26/02-03/03 2024
  • 19/02-25/02 2024
  • 12/02-18/02 2024
  • 05/02-11/02 2024
  • 29/01-04/02 2024
  • 22/01-28/01 2024
  • 15/01-21/01 2024
  • 08/01-14/01 2024
  • 01/01-07/01 2024
  • 25/12-31/12 2023
  • 18/12-24/12 2023
  • 11/12-17/12 2023
  • 04/12-10/12 2023
  • 27/11-03/12 2023
  • 20/11-26/11 2023
  • 13/11-19/11 2023
  • 06/11-12/11 2023
  • 30/10-05/11 2023
  • 23/10-29/10 2023
  • 16/10-22/10 2023
  • 09/10-15/10 2023
  • 02/10-08/10 2023
  • 25/09-01/10 2023
  • 18/09-24/09 2023
  • 11/09-17/09 2023
  • 04/09-10/09 2023
  • 28/08-03/09 2023
  • 21/08-27/08 2023
  • 14/08-20/08 2023
  • 07/08-13/08 2023
  • 31/07-06/08 2023
  • 24/07-30/07 2023
  • 17/07-23/07 2023
  • 10/07-16/07 2023
  • 03/07-09/07 2023
  • 26/06-02/07 2023
  • 19/06-25/06 2023
  • 12/06-18/06 2023
  • 05/06-11/06 2023
  • 29/05-04/06 2023
  • 01/05-07/05 2023
  • 17/04-23/04 2023
  • 10/04-16/04 2023
  • 03/04-09/04 2023
  • 27/03-02/04 2023
  • 20/03-26/03 2023
  • 13/03-19/03 2023
  • 06/03-12/03 2023
  • 27/02-05/03 2023
  • 20/02-26/02 2023
  • 13/02-19/02 2023
  • 06/02-12/02 2023
  • 30/01-05/02 2023
  • 23/01-29/01 2023
  • 16/01-22/01 2023
  • 09/01-15/01 2023
  • 02/01-08/01 2023
  • 25/12-31/12 2023
  • 19/12-25/12 2022
  • 12/12-18/12 2022
  • 05/12-11/12 2022
  • 28/11-04/12 2022
  • 21/11-27/11 2022
  • 14/11-20/11 2022
  • 07/11-13/11 2022
  • 31/10-06/11 2022
  • 24/10-30/10 2022
  • 17/10-23/10 2022
  • 10/10-16/10 2022
  • 05/09-11/09 2022
  • 29/08-04/09 2022
  • 08/08-14/08 2022
  • 01/08-07/08 2022
  • 25/07-31/07 2022
  • 18/07-24/07 2022
  • 11/07-17/07 2022
  • 04/07-10/07 2022
  • 27/06-03/07 2022
  • 20/06-26/06 2022
  • 13/06-19/06 2022
  • 06/06-12/06 2022
  • 30/05-05/06 2022
  • 23/05-29/05 2022
  • 16/05-22/05 2022
  • 09/05-15/05 2022
  • 02/05-08/05 2022
  • 25/04-01/05 2022
  • 18/04-24/04 2022
  • 11/04-17/04 2022
  • 04/04-10/04 2022
  • 28/03-03/04 2022
  • 21/03-27/03 2022
  • 14/03-20/03 2022
  • 07/03-13/03 2022
  • 28/02-06/03 2022
  • 21/02-27/02 2022
  • 14/02-20/02 2022
  • 07/02-13/02 2022
  • 31/01-06/02 2022
  • 24/01-30/01 2022
  • 17/01-23/01 2022
  • 10/01-16/01 2022
  • 03/01-09/01 2022
  • 26/12-01/01 2023
  • 20/12-26/12 2021
  • 13/12-19/12 2021
  • 06/12-12/12 2021
  • 29/11-05/12 2021
  • 22/11-28/11 2021
  • 15/11-21/11 2021
  • 08/11-14/11 2021
  • 01/11-07/11 2021
  • 25/10-31/10 2021
  • 18/10-24/10 2021
  • 11/10-17/10 2021
  • 04/10-10/10 2021
  • 27/09-03/10 2021
  • 20/09-26/09 2021
  • 13/09-19/09 2021
  • 06/09-12/09 2021
  • 30/08-05/09 2021
  • 23/08-29/08 2021
  • 16/08-22/08 2021
  • 09/08-15/08 2021
  • 02/08-08/08 2021
  • 26/07-01/08 2021
  • 19/07-25/07 2021
  • 12/07-18/07 2021
  • 05/07-11/07 2021
  • 28/06-04/07 2021
  • 21/06-27/06 2021
  • 14/06-20/06 2021
  • 07/06-13/06 2021
  • 31/05-06/06 2021
  • 24/05-30/05 2021
  • 17/05-23/05 2021
  • 10/05-16/05 2021
  • 03/05-09/05 2021
  • 26/04-02/05 2021
  • 19/04-25/04 2021
  • 12/04-18/04 2021
  • 05/04-11/04 2021
  • 29/03-04/04 2021
  • 22/03-28/03 2021
  • 15/03-21/03 2021
  • 08/03-14/03 2021
  • 01/03-07/03 2021
  • 22/02-28/02 2021
  • 15/02-21/02 2021
  • 08/02-14/02 2021
  • 01/02-07/02 2021
  • 25/01-31/01 2021
  • 18/01-24/01 2021
  • 11/01-17/01 2021
  • 04/01-10/01 2021
  • 28/12-03/01 2027
  • 21/12-27/12 2020
  • 14/12-20/12 2020
  • 07/12-13/12 2020
  • 30/11-06/12 2020
  • 23/11-29/11 2020
  • 16/11-22/11 2020
  • 09/11-15/11 2020
  • 02/11-08/11 2020
  • 26/10-01/11 2020
  • 19/10-25/10 2020
  • 12/10-18/10 2020
  • 05/10-11/10 2020
  • 28/09-04/10 2020
  • 21/09-27/09 2020
  • 14/09-20/09 2020
  • 07/09-13/09 2020
  • 31/08-06/09 2020
  • 24/08-30/08 2020
  • 11/05-17/05 2020
  • 04/05-10/05 2020
  • 27/04-03/05 2020
  • 20/04-26/04 2020
  • 13/04-19/04 2020
  • 06/04-12/04 2020
  • 30/03-05/04 2020
  • 23/03-29/03 2020
  • 16/03-22/03 2020
  • 09/03-15/03 2020
  • 02/03-08/03 2020
  • 24/02-01/03 2020
  • 17/02-23/02 2020
  • 10/02-16/02 2020
  • 03/02-09/02 2020
  • 27/01-02/02 2020
  • 20/01-26/01 2020
  • 13/01-19/01 2020
  • 06/01-12/01 2020
  • 30/12-05/01 2020
  • 23/12-29/12 2019
  • 16/12-22/12 2019
  • 09/12-15/12 2019
  • 02/12-08/12 2019
  • 25/11-01/12 2019
  • 18/11-24/11 2019
  • 11/11-17/11 2019
  • 04/11-10/11 2019
  • 28/10-03/11 2019
  • 21/10-27/10 2019
  • 14/10-20/10 2019
  • 07/10-13/10 2019
  • 30/09-06/10 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 16/09-22/09 2019
  • 09/09-15/09 2019
  • 02/09-08/09 2019
  • 26/08-01/09 2019
  • 19/08-25/08 2019
  • 12/08-18/08 2019
  • 05/08-11/08 2019
  • 29/07-04/08 2019
  • 22/07-28/07 2019
  • 15/07-21/07 2019
  • 08/07-14/07 2019
  • 01/07-07/07 2019
  • 24/06-30/06 2019
  • 17/06-23/06 2019
  • 10/06-16/06 2019
  • 03/06-09/06 2019
  • 27/05-02/06 2019
  • 20/05-26/05 2019
  • 13/05-19/05 2019
  • 06/05-12/05 2019
  • 29/04-05/05 2019
  • 22/04-28/04 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 08/04-14/04 2019
  • 01/04-07/04 2019
  • 25/03-31/03 2019
  • 18/03-24/03 2019
  • 11/03-17/03 2019
  • 04/03-10/03 2019
  • 25/02-03/03 2019
  • 18/02-24/02 2019
  • 11/02-17/02 2019
  • 04/02-10/02 2019
  • 28/01-03/02 2019
  • 21/01-27/01 2019
  • 14/01-20/01 2019
  • 07/01-13/01 2019
  • 31/12-06/01 2019
  • 24/12-30/12 2018
  • 17/12-23/12 2018
  • 10/12-16/12 2018
  • 03/12-09/12 2018
  • 26/11-02/12 2018
  • 19/11-25/11 2018
  • 12/11-18/11 2018
  • 05/11-11/11 2018
  • 29/10-04/11 2018
  • 22/10-28/10 2018
  • 15/10-21/10 2018
  • 08/10-14/10 2018
  • 01/10-07/10 2018
  • 27/08-02/09 2018
  • 20/08-26/08 2018
  • 13/08-19/08 2018
  • 06/08-12/08 2018
  • 30/07-05/08 2018
  • 23/07-29/07 2018
  • 16/07-22/07 2018
  • 09/07-15/07 2018
  • 02/07-08/07 2018
  • 25/06-01/07 2018
  • 18/06-24/06 2018
  • 11/06-17/06 2018
  • 04/06-10/06 2018
  • 28/05-03/06 2018
  • 21/05-27/05 2018
  • 14/05-20/05 2018
  • 07/05-13/05 2018
  • 30/04-06/05 2018
  • 23/04-29/04 2018
  • 16/04-22/04 2018
  • 09/04-15/04 2018
  • 02/04-08/04 2018
  • 26/03-01/04 2018
  • 19/03-25/03 2018
  • 12/03-18/03 2018
  • 05/03-11/03 2018
  • 26/02-04/03 2018
  • 19/02-25/02 2018
  • 12/02-18/02 2018
  • 05/02-11/02 2018
  • 29/01-04/02 2018
  • 22/01-28/01 2018
  • 15/01-21/01 2018
  • 08/01-14/01 2018
  • 01/01-07/01 2018
  • 25/12-31/12 2017
  • 18/12-24/12 2017
  • 11/12-17/12 2017
  • 04/12-10/12 2017
  • 27/11-03/12 2017
  • 20/11-26/11 2017
  • 13/11-19/11 2017
  • 06/11-12/11 2017
  • 30/10-05/11 2017
  • 23/10-29/10 2017
  • 16/10-22/10 2017
  • 09/10-15/10 2017
  • 02/10-08/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 11/09-17/09 2017
  • 04/09-10/09 2017
  • 28/08-03/09 2017
  • 21/08-27/08 2017
  • 14/08-20/08 2017
  • 07/08-13/08 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 17/07-23/07 2017
  • 10/07-16/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 26/06-02/07 2017
  • 19/06-25/06 2017
  • 12/06-18/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 22/05-28/05 2017
  • 15/05-21/05 2017
  • 08/05-14/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 24/04-30/04 2017
  • 17/04-23/04 2017
  • 10/04-16/04 2017
  • 03/04-09/04 2017
  • 27/03-02/04 2017
  • 20/03-26/03 2017
  • 13/03-19/03 2017
  • 06/03-12/03 2017
  • 27/02-05/03 2017
  • 20/02-26/02 2017
  • 13/02-19/02 2017
  • 06/02-12/02 2017
  • 30/01-05/02 2017
  • 23/01-29/01 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 09/01-15/01 2017
  • 02/01-08/01 2017
  • 25/12-31/12 2017
  • 19/12-25/12 2016
  • 12/12-18/12 2016
  • 05/12-11/12 2016
  • 28/11-04/12 2016
  • 21/11-27/11 2016
  • 14/11-20/11 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 31/10-06/11 2016
  • 24/10-30/10 2016
  • 17/10-23/10 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 03/10-09/10 2016
  • 26/09-02/10 2016
  • 19/09-25/09 2016
  • 12/09-18/09 2016
  • 05/09-11/09 2016
  • 29/08-04/09 2016
  • 22/08-28/08 2016
  • 15/08-21/08 2016
  • 08/08-14/08 2016
  • 01/08-07/08 2016
  • 25/07-31/07 2016
  • 18/07-24/07 2016
  • 11/07-17/07 2016
  • 04/07-10/07 2016
  • 27/06-03/07 2016
  • 20/06-26/06 2016
  • 13/06-19/06 2016
  • 06/06-12/06 2016
  • 30/05-05/06 2016
  • 23/05-29/05 2016
  • 16/05-22/05 2016
  • 09/05-15/05 2016
  • 02/05-08/05 2016
  • 25/04-01/05 2016
  • 18/04-24/04 2016
  • 11/04-17/04 2016
  • 04/04-10/04 2016
  • 28/03-03/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 14/03-20/03 2016
  • 07/03-13/03 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 22/02-28/02 2016
  • 15/02-21/02 2016
  • 08/02-14/02 2016
  • 01/02-07/02 2016
  • 25/01-31/01 2016
  • 18/01-24/01 2016
  • 11/01-17/01 2016
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2021
  • 21/12-27/12 2015
  • 14/12-20/12 2015
  • 07/12-13/12 2015
  • 30/11-06/12 2015
  • 23/11-29/11 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 09/11-15/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 26/10-01/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 28/09-04/10 2015
  • 21/09-27/09 2015
  • 14/09-20/09 2015
  • 07/09-13/09 2015
  • 31/08-06/09 2015
  • 24/08-30/08 2015
  • 17/08-23/08 2015
  • 10/08-16/08 2015
  • 03/08-09/08 2015
  • 27/07-02/08 2015
  • 20/07-26/07 2015
  • 13/07-19/07 2015
  • 06/07-12/07 2015
  • 29/06-05/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 15/06-21/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 18/05-24/05 2015
  • 11/05-17/05 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 20/04-26/04 2015
  • 13/04-19/04 2015
  • 06/04-12/04 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 23/03-29/03 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 09/03-15/03 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 12/01-18/01 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 29/12-04/01 2015
  • 22/12-28/12 2014
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 01/12-07/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 03/11-09/11 2014
  • 27/10-02/11 2014
  • 20/10-26/10 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 15/09-21/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 25/08-31/08 2014
  • 18/08-24/08 2014
  • 11/08-17/08 2014
  • 04/08-10/08 2014
  • 28/07-03/08 2014
  • 21/07-27/07 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 07/07-13/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 26/05-01/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 12/05-18/05 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 21/04-27/04 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 31/03-06/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 10/03-16/03 2014
  • 03/03-09/03 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 17/02-23/02 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 20/01-26/01 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 06/01-12/01 2014
  • 30/12-05/01 2014
  • 23/12-29/12 2013
  • 16/12-22/12 2013
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 11/11-17/11 2013
  • 04/11-10/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 05/08-11/08 2013
  • 29/07-04/08 2013
  • 22/07-28/07 2013
  • 15/07-21/07 2013
  • 08/07-14/07 2013
  • 01/07-07/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 17/06-23/06 2013
  • 10/06-16/06 2013
  • 03/06-09/06 2013
  • 27/05-02/06 2013
  • 20/05-26/05 2013
  • 13/05-19/05 2013
  • 06/05-12/05 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 22/04-28/04 2013
  • 15/04-21/04 2013
  • 08/04-14/04 2013
  • 01/04-07/04 2013
  • 25/03-31/03 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 11/03-17/03 2013
  • 04/03-10/03 2013
  • 25/02-03/03 2013
  • 18/02-24/02 2013
  • 11/02-17/02 2013
  • 04/02-10/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 14/01-20/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 22/10-28/10 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 24/09-30/09 2012
  • 17/09-23/09 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 03/09-09/09 2012
  • 27/08-02/09 2012
  • 20/08-26/08 2012
  • 13/08-19/08 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 23/07-29/07 2012
  • 16/07-22/07 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 25/06-01/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 21/05-27/05 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 13/02-19/02 2012
  • 06/02-12/02 2012
  • 30/01-05/02 2012
  • 23/01-29/01 2012
  • 16/01-22/01 2012
  • 09/01-15/01 2012
  • 02/01-08/01 2012
  • 24/12-30/12 2012
  • 19/12-25/12 2011
  • 12/12-18/12 2011
  • 05/12-11/12 2011
  • 28/11-04/12 2011
  • 21/11-27/11 2011
  • 14/11-20/11 2011
  • 07/11-13/11 2011
  • 31/10-06/11 2011
  • 24/10-30/10 2011
  • 17/10-23/10 2011
  • 10/10-16/10 2011
  • 03/10-09/10 2011
  • 26/09-02/10 2011
  • 19/09-25/09 2011
  • 12/09-18/09 2011
  • 29/11-05/12 -0001

    Archief per maand
  • 04-2024
  • 03-2024
  • 02-2024
  • 01-2024
  • 12-2023
  • 11-2023
  • 10-2023
  • 09-2023
  • 08-2023
  • 07-2023
  • 06-2023
  • 05-2023
  • 04-2023
  • 03-2023
  • 02-2023
  • 01-2023
  • 12-2022
  • 11-2022
  • 10-2022
  • 09-2022
  • 08-2022
  • 07-2022
  • 06-2022
  • 05-2022
  • 04-2022
  • 03-2022
  • 02-2022
  • 01-2022
  • 12-2021
  • 11-2021
  • 10-2021
  • 09-2021
  • 08-2021
  • 07-2021
  • 06-2021
  • 05-2021
  • 04-2021
  • 03-2021
  • 02-2021
  • 01-2021
  • 12-2020
  • 11-2020
  • 10-2020
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 02-2020
  • 01-2020
  • 12-2019
  • 11-2019
  • 10-2019
  • 09-2019
  • 08-2019
  • 07-2019
  • 06-2019
  • 05-2019
  • 04-2019
  • 03-2019
  • 02-2019
  • 01-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 06-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 02-2018
  • 01-2018
  • 12-2017
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 03-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 11--0001

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs