De Vijvers van Bellefroid kunnen een mooi stukje natuur worden
Leuven heeft sinds een aantal jaren een "Gemeentelijk NatuurOntwikkelingsplan (GNOP)". Eén van de kroonjuwelen daarvan is het hier ook reeds vernoemde gebied rond de Abdij van Park, terecht is dit een prioritair dossier. Een minder prioritair project, ook omdat Leuven het (nog) niet in bezit heeft, van dat GNOP zijn de zgn. vijvers van Bellefroid te Wilsele. De mogelijkheden tot het ontwikkelen van de reeds bestaande natuurwaarden van deze vijvers zijn waarschijnlijk op zijn minst even groot als deze van de vijvers van Abdij van Park. Daarom zou het volgende stadsbestuur de eerstvolgende 6 jaar werk moeten maken van het verwerven van deze vijvers om er dan een natuurontwikkelingsplan voor uit te werken.
De Commissie voor de Veiligheid van de Consumenten en de verbruikersorganisatie OIVO waarschuwen voor de onnodige paniek rond de zogenaamde gevaren van gsm-masten voor de volksgezondheid. Beide organisaties zeggen dat studies aantonen dat nadelige gezondheidseffecten van gsm-masten en draadloze netwerken niet aangetoond kunnen worden.
De Commissie voor de Veiligheid van de Consumenten laat weten dat ze al vier jaar de website www.infogsm.be ter beschikking stelt van mensen die op zoek zijn naar objectieve en neutrale informatie. De inhoud werd voorbereid door leden van een werkgroep van de Commissie.
In mei herinnerde de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) er nogmaals aan dat recente studies aantonen dat de sterkte van de radiofrequente (RF) velden van basisstations en draadloze technologieën, duizenden malen lager zijn dan de internationale limieten. Het lichaam zou zelfs vijf maal meer signalen van FM-radio en televisie absorberen dan signalen van basisstations.
Datzelfde WHO-document besluit dat "gezien het heel lage niveau van de blootstelling en de onderzoeksresultaten die tot op heden verzameld zijn, er geen overtuigend wetenschappelijk bewijs is dat de zwakke RF-velden van basisstations en draadloze netwerken nadelige gezondheidseffecten veroorzaken." De Commissie volgt dan ook het standpunt van de WHO.
Ook de verbruikersorganisatie OIVO waarschuwt voor studies die het gevaar van gsm-antennes zouden bewijzen. De organisatie wijst er op dat dergelijke informatie nergens wordt bekrachtigd en paniek kan veroorzaken. Ze dringt er op aan zich op geloofwaardige informatiebronnen te baseren. Ook zij verwijst naar de overheidssite www.infogsm.be. Volgens OIVO is het onmiddellijke gevaar van de gsm vooral verbonden met het gebruik van de gsm bij het besturen van een wagen.
Nu al meer fijn stof in Vlaamse lucht dan in heel 2005
De Europese normen voor fijn stof zijn in Vlaanderen nu al even vaak overschreden als in heel het jaar 2005.
Dat blijkt uit gegevens op de website van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM). Achttien gemeenten gingen al meer dan 35 keer over de daggrenswaarde voor fijn stof, ten aanzien van zeventien vorig jaar. De toename is volgens de VMM vooral te wijten aan een slechte winter voor smog.
Volgens de EU-norm mag de daggrenswaarde van 50 microgram per kubieke meter PM 10 - dat is fijn stof met een diameter kleiner dan een honderdste van een millimeter - gedurende maximum 35 dagen per jaar overschreden worden. Zwijndrecht was eind maart de eerste Vlaamse gemeente die die 35 dagen overschreed, Destelbergen voorlopig de laatste. Vermoedelijk zullen de normen dit jaar in nog enkele van de 32 meetpunten overschreden worden.
Volgens de VMM is de toename vooral te wijten aan een lange periode van wintersmog begin 2006. "In de eerste maanden waren er lage windsnelheden en kwam de wind meer dan normaal uit oostelijke richting. Een oostenwind brengt verontreiniging mee van het vasteland, zoals van het Ruhrgebied in Duitsland", luidde het eerder al. "De zomer was beter met voldoende wind in de warme maand juli en neerslag in augustus", vult de VMM nu aan.
Fijn stof is afkomstig van onder meer de verwarming van gebouwen en de industrie. Het verkeer is verantwoordelijk voor ongeveer een derde van het fijn stof. Bij pieken van fijn stof kunnen mensen met gevoelige luchtwegen ademhalingsproblemen krijgen. Op lange termijn kan het kankerverwekkend zijn en leiden tot hart- en vaatziekten. De hoge concentraties fijn stof in de lucht worden verantwoordelijk geacht voor ongeveer 350.000 voortijdige sterfgevallen per jaar in Europa.
In Vlaanderen stelde minister van Leefmilieu en Verkeer Kris Peeters een actieplan fijn stof voor. Zo zijn er op in totaal 465 kilometer snelweg borden geïnstalleerd om bij hoge concentraties een snelheidsbeperking van 90 km/u op te leggen. Tot nu toe is dat volgens het kabinet Peeters nog niet moeten gebeuren. Daarnaast namen de bevoegde ministers ook maatregelen om de uitstoot bij vrachtwagens te verminderen, met onder meer een ecologiepremie voor de installatie van roetfilters en de aankoop van Euro V-vrachtwagens.
Op Europees niveau heeft het Europees Parlement eind september voorgesteld om de limietwaarden te verstrengen tot 33 microgram per kubieke meter, maar wel 55 overschrijdingen van de daggrenswaarde toe te laten.
Een Belgische bio-ingenieur, Jean-Luc Guilmot, heeft zes maanden lang 300 studies uitgeplozen en vertaald over de impact van gsm-antennes op de gezondheid. Zijn bevindingen staan op een internetsite (
"Een dertigtal studies over gsm-antennes wijst uit dat die negatieve gevolgen hebben op de gezondheid van dieren en mensen of op het welzijn", aldus Guilmot.
"Ook niet oninteressant is de potentiële invloed op de resultaten van wie de studie financiert", aldus nog de bio-ingenieur.
Abdij Van Park: weergaloos stukje natuur midden in de stad
Sinds enige tijd gaat het weer goed met de natuur in de abdij van Park. Dat is niet in het minst te danken aan de natuurwerkgroep van deVrienden van het Abdij van Park. De vijvers van de abdij zijn opgenomen in het Gemeentelijk Natuurontwikkelingsplan Leuven. Zonder de impuls van de natuurwerkgroep zou er echter nog niet veel gebeurd zijn. Om de huidige resultaten te bereiken was er uiteraard een werkplan nodig dat nu stuk voor stuk wordt uitgevoerd. Eén van de maatregelen was het wegkappen van de populier op de tussenliggende dammen (deze exoot was kaprijp) en de dijken en deze dan enkel op de dijken te vervangen door duurzamere essen die veel langer kunnen blijven staan dan een populier (bijkomend voordeel is het feit dat de bladeren van de es minder stikstofrijk zijn dan deze van de populier). Zo werd bereikt dat de vijvers in de lengterichting een veel betere aanvliegroute vormen voor geïnteresseerd waterwild. En je kan er zeker van zijn dat ze geïnteresseerd waren! Sindsdien zijn het aantal waarnemingen van verschillende soorten vogels, al dan niet zeldzaam, op deze vijvers exponentieel gestegen. Vroeger werd er al gewag gemaakt van bvb. een purperreiger. Maar dit jaar werden alle records gevestigd: Tijdens de maand juli waren er zo maar liefst 3 zeldzaamheden te bewonderen; een koppeltje ijseend, 3 woudapen (kleinste soort reiger) en een roerdomp. Men kon daarenboven ook de dieren zeer goed zien terwijl het duidelijk was dat deze zich verre van bedreigd voelden, vooral de roerdomp heeft snel de neiging zich veilig weg te steken in het riet waar hij zo wegsmelt t.o. de achtergrond met zijn schutkleur. Het resulteerde in een bestorming door de amateur-ornithologen die daarmee ook de culturele waarde ontdekten van deze prachtige abdij.
Het is meer dan tijd om de roeiers van de Groen!e ploeg een dikke proficiat te wensen met hun prachtige prestatie op sportief vlak tijdens de Vaartchallenge van zondag 24 september. Groen! was 2de op 38 in haar categorie en de eerste, met lengtes voor, van de politieke partijen.
Bezienswaardigheid bij in de kruidtuin van Leuven.
In 1994, op een trektocht door de Australische Blue Mountains (200 km ten westen van Sydney), stootte de parkwachter David Noble, op een boomsoort die hij nog nooit gezien had. Plantkundigen identificeerden de tak die hij meebracht inderdaad als een nieuwe soort. Tot zover, maar wat bleek? Hetgeen David Noble ontdekt had was niet zomaar een nieuwe soort, zoals er nog regelmatig ontdekt worden, ook door de Plantentuin van Meise. Neen, het bleek om een soort te gaan waarvan men dacht dat ze uitgestorven was. Op botanisch vlak is dit het equivalent van oog in oog staan met een levende Tyrannosaurus. De plant kreeg de naam Wollemia nobilis. Het geslacht Wollemia was reeds gekend uit fossiele vondsten (90 miljoen jaar oud). De naam nobilis verwijst naar de parkwachter die de plant ontdekte. Samen met Araucaria en Agathis is Wollemia het derde nog levende plantengeslacht van de Slangendenfamilie (Araucariaceae). Wetenschappers waren er van overtuigd dat dit plantengeslacht 2 miljoen jaar geleden definitief uitgestorven was en zijn hoogtepunt van verspreiding kende in het Jura (200 miljoen jaar geleden).
Neefje van het apenverdriet
De wollemia (Wollemia nobilis) is een conifeer of naaktzadige boom die tot 40m hoog wordt. Hij heeft blauwgroene naalden die in 2 rijen groeien en een bobbelige schors die je aan chocopops doet denken. De plant is eenhuizig (mannelijke en vrouwelijke kegels op dezelfde plant). De ouderdom van de soort wordt op 200 miljoen jaar geschat. Zijn meest nauwe verwanten zijn planten uit het geslacht Agathis (kauri en dammar zijn belangrijke houtsoorten uit het zuidelijk halfrond) en het geslacht Araucaria of slangenden, bij ons ook wel gekend door zijn vertegenwoordiger Araucaria araucana, de slangenden of apenverdriet die in menig Vlaams voortuintje groeit. De plant komt enkel nog voor in New South Wales (Australië), de populatie telt minder dan 100 exemplaren. De exacte locatie wordt extra bewaakt om diefstal tegen te gaan. Ook moet de plant beschermd worden tegen infecties en ziektes.
Om de soort voor uitsterven te behoeden (minder dan 100 volwassen exemplaren is bijzonder kritisch voor het overleven van een soort) is er een vermeerderingsprogramma opgezet. De betrokken instanties van Australië oordeelden dat men best zelf de plant kon verspreiden om de druk op de natuurlijke populatie te beperken. Daartoe werd Wollemi Australia opgericht. In eerste instantie wordt de wollemia verspreid over de verschillende Plantentuinen ter wereld. Het is immers de taak van plantentuinen om de aandacht te trekken op de biodiversiteitscrisis. De wollemia heeft al miljoenen jaar overleefd maar op het ogenblik is de soort, net als duizenden andere plantensoorten, ernstig bedreigd, vooral door menselijk invloed.
In dat kader is er dus nu ook aan diverse kruidtuinen in Vlaanderen een exemplaar van de Wollemia opgestuurd. Ook aan de Leuven kruidtuin.
Leuven is wat dat betreft niet aan zijn proefstuk toe, een ander levend fossiel, 200 jaar geleden ontdekt door de scheutist Ferdinand Verbiest in China ( verkeerdelijk de Japanse Honingboom of Sophora Japonica genoemd) kreeg zijn eerste standplaats buiten China in de Leuvense Kruidtuin. Op verschillende plaatsen in Leuven staan nakomelingen van deze eerste Sophora als prachtige bomen: zo ook de beschermde boom van groot verdriet aan de Naamsestraat aan het Atrecht-college waar trouwens het China-instituut van de Leuvense Universiteit is gevestigd.
In 2006 verschijnt de wollemia op de internationale plantenmarkten. Vanaf dat ogenblik kunnen ook liefhebbers en verzamelaars de plant bekomen. De royalties dienen voor de bescherming van de soort in situ, maar ook voor andere zeldzame of bedreigde plantensoorten. De plant is in onze streken waarschijnlijk niet winterhard maar hij groeit goed in pot en het vormt een fraaie en zeer boeiende plant voor de veranda of koude kas.
Daar past een kleine voorstelling bij: Mijn naam is Yves Vanden Bosch en ik woon al sinds 1954 (buiten een kleine onderbreking) in de huidige omschrijving Leuven. Nochtans ben ik geboren uit Leuvense ouders (vader uit Leuven, moeder uit Heverlee) maar wel (want vader was militair) in Arnsberg, Duitsland (in tot voor 11 jaar onze 10de provincie).
Ik ben getrouwd met een Leuvense (in het schoon Leuvens een Leivenes) waarmee ik 2 dochters heb die nu volwassen zijn en op hun eigen benen staan.
Tot voor 5 jaar was ik werkzaam als diëtist in een psychiatrisch ziekenhuis, sindsdien bij het Belgische voedselagentschap, mijn voedingshorizon is dus verlegd van dieetvoeding en gezonde voeding naar voedselveiligheid (beide onderwerpen zijn echter sterk verbonden)
Ook ben ik natuurgids, amateur-ornitholoog, bio-hobbytuinier en voor de rest vreselijk geïnteresseerd in alles wat natuur en milieu aangaat; vandaar mijn engagement in de Groene politiek (geschiedenis en politiek is ook altijd een interessepunt van mij geweest, daarin was ik in mijn familie een buitenbeentje), ik ben nu 16 jaar gemeenteraadslid te Leuven.
Ik ben Vanden Bosch Yves
Ik ben een man en woon in Heverlee/ Leuven (België) en mijn beroep is Diëtist.
Ik ben geboren op 11/08/1950 en ben nu dus 73 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Natuur en milieu.
Gemeenteraadslid Leuven voor Groen! van '90 tot '06.