Een van de mooiste synoptische verhalen uit wat wij het Nieuwe Testament noemen (volgens sommigen het Nieuwe Verbond) is wel de genezing van Bartimeus. De lezer die de pracht van de semitische talen (Hebreeuws, Aramees en Chaldees) die voorkomen in het N.T. een beetje kent voelt onmiddellijk aan dat de 'naam' in feite geen naam is maar een begrip. Bar Timeus wil in feite zeggen : zoon van een hooggeplaatste! Welnu deze zoon van een hooggeplaatste zat langs de kant van de weg te bedelen wat in feite wil zeggen dat hij nogal 'laag is gevallen'. Hij zit trouwens ook nabij een dieptepunt vermits volgens het verhaal hij op de weg van Jericho naar Jeruzalem zat op het ogenblik dat Jeshua van Nas'rat daar voorbijkwam met zijn volgelingen. Jericho is de oudste permanent bewoonde handelsvestiging ter wereld en aldus een symbool voor het 'aardse'. Bovendien ligt Jericho nabij de dode zee die op het diepste punt ligt ettelijke honderden meters onder de zeespiegel. Jezus ging dus van het aardse dieptepunt naar het hemelse Jeruzalem dat op een heuvel ligt. Bartimeus was bovendien 'blind' hetgeen in feite een synoniem is voor 'zondig'. In die tijd geloofde men immers dat een handicap een teken was van zondigheid, was het niet van de persoon zelf dan wel van zijn of haar ouders. Maar blind zijn kan ook het tegenovergestelde betekenen van de 'ziende' mens zijnde de 'gelovige' mens. Kortom gaat dit verhaal over de zondige ongelovige mens die laag gevallen is en hulp nodig heeft (het bedelen). Dit verhaal is geen 'wonderverhaal' vermits de bedelaar aan Jezus niet vraagt om hem 'te genezen'. Hij vraagt Jezus 'ontferm u over mij', 'maak mij weer ziende'. Jezus bemerkt de bedelaar echter niet en het is pas na herhaaldelijk roepen dat de leerlingen hun Rabbi attent maken op de bedelaar. Het zijn de leerlingen die de bedelaar bij Jezus brengen. Het is dus de taak van de christenen om de ongelovigen tot geloof in de Christos (Messias) te brengen. De bedelaar werpt echter zijn mantel af alvorens men hem bij Jezus brengt. Ook dit is een prachtig symbool vermits de mantel het enige bezit was van de bedelaar en het dankzij deze mantel was dat hij enige warmte had tijdens de koude nachten in het Oosten. De bedelaar doet dus afstand van zijn enige aardse bezit om zijn verlosser tegemoet te treden. Men kan zich de vraag stellen of het afwerpen van de mantel juist niet de geloofsdaad is die zorgt voor het feit dat de bedelaar weer ziende wordt. Nadat Jezus de Bartimeus gevraagd heeft wat hij wil zegt hij ook : 'word ziende, uw geloof heeft uw behouden' (Luc 18;42). Jezus gaat verder naar Jeruzalem en de bedelaar wordt zijn volgeling. Dit verhaal is dus geen wonderbaarlijke genezing maar een voorbeeld van de pracht en de kracht van de evangeliƫn (Marc. 10:46-52 ; Matt. 20:29-34 ; Luc. 18: 35-43) Het is een geloofsverhaal waarbij de auteurs ons willen duidelijk maken dat de Christos er voor ons is als we zijn hulp nodig hebben en we afstand moeten kunnen doen van het zuiver materiƫle bezit om voorrang te geven aan het geloof. Het verhaal bevat echter ook een verholen kritiek op de volgelingen van Jezus (en dus ook op ons). De volgelingen negeren de bedelaar immers en het is pas na herhaaldelijk roepen van Bartimeus dat zij hem naar Jezus brengen. Ook de moderne mens 'ziet' de noodlijdende niet altijd en negeert deze. Wij moeten dus aandachtig zijn voor de hulpbehoevende. Het heeft geen zin om zich christen te noemen en aldus volgeling van Jezus als wij geen mede'leven' en mede'lijden' hebben met onze medemens. Gelovig zijn begint met caritas en diaconie!