Wat had mijn gekrenkte geweten dan verwacht? Ik ben bij tijd en wijl ook een modaal mens die cultuurminnend zijn wakkere uren wil verslijten. Wie kan aan de definitie van cultuurminnend beter beantwoorden dan een mooi verzamelalbum van Ennio Morricone? De peetvader van de spaghettiwestern-soundtrack heeft bij mij steeds een streepje voor: hij klinkt als een strenge schoolmeester met een stevige lat in zijn hand maar hij zal die lat enkel gebruiken als speelgoedzwaard. Ennio: mijn klassieke held, de man die The Good, the Bad and the Ugly zijn fenomenale Italiaanse suspense verleende.
De laatste keer dat ik een klassieke muziekdag heb ingericht valt niet zo goed meer te traceren. Ik herinner mij een volledig etmaal dwalen met een hoofd dat veel weg had van een auto die door een fundamentalist met zelfmoordneigingen onder handen is genomen. Gelukkig heb ik in Beethoven, Morricone en Vivaldi mijn eigen Dafalgan-alternatief gevonden. Homeopathie noemen ze dat.
Desalniettemin is de klassieke muziek die door mijn boxen marcheert meer van het soort dat een zeker gevoel van euforie opwekt, en zoals sommigen zich mits wat effort kunnen inbeelden, heeft euforie een vreemd effect op een kater. Ja, ik had een kater. Ja, ik was niet in staat die dag ook maar een greintje productief te zijn. Nee, ik had er geen spijt van (houd ik nog steeds vol - wat ik die dag ook mag hebben beweerd). Doch wat er van die dag ook ware, klassieke muziek heeft toen getoond tot meer in staat te zijn dan louter soelaas bieden op een godvergeten dag.
Het ligt zo een beetje plat op zijn rug, die inspiratie van mij.
Dat is meteen de reden voor mijn schriftelijke zwijgen de laatste tijd. Die tijd is mijn vijand, zo lijkt.
This is your life, and it's ending one minute at a time, zei de protagonist in Fight Club. Hij had godverdomme nog gelijk ook.
Als ik president van de wereld was, schafte ik tijd gewoon af. Geen verjaardagen meer, geen zeurderig gebleit meer over jaarrekeningen, over deze of gene minst favoriete dag van de week, over de duur van een seconde, die uiteindelijk toch relatief is want 1 seconde in de regen is niet dezelfde als 1 seconde in de zon.
Maar soit, 't geeft mij geen excuses om niets te schrijven; integendeel. Tijd, waer bestu bleven?
We zijn 8 zinnen ver en er staat nog niks, geen halve jota staat hier aan inhoud. Sommigen noemen dàt schrijverstalent.
Ik noem dat procrastinatie. Da's een staat waarin ik mij liever en liever begeef, waarna een schemerend gevoel van schuld behaaglijk over mij heen trekt. Zinvol moet schrijven niet altijd zijn.
Gezondheid is datgene wat je het gevoel geeft, dat het nu de mooiste tijd van het jaar is.
Zoals algemeen geweten ontspringen de meeste geniale ideeën der mensheid op het toilet. Ik grijp dit feit niet aan als excuus om meer tijd op die plek te spenderen dan werkelijk nodig is, maar het is een bemerking die velen, die ooit al getracht hebben hun inspiratie op net die locatie neer te schrijven, wellicht gemaakt hebben. Het heeft dan ook iets speciaals. Behalve fysiek kan de ontlasting immers ook mentaal zijn - met een acute creativiteit tot gevolg.
Het doet waarschijnlijk iets met een mens, zo'n toiletbezoek, en afgezien van de gebruikelijke ongemakken qua geur en geluid is het (meestal) een aangename ervaring. Voor mij is het een van de basisbehoeften, de ontlasting. Op zo'n momenten keer ik naar de essentie, naar het diepste menszijn, voor mijn part is het meer dier- dan menszijn want de oerkracht die ervan uitgaat kan erg verrassend zijn. Soms is het een kwestie van vechten - van overleven, zo u wil - waarbij ik vaak op meer dan mijn tanden bijt - had ik een ziel, ik beet daar wel op.
Ik besef dat deze bedenking bij sommigen een of meer wenkbrauwen doet optrekken, laat staan hier en daar een maag zich doet omkeren. Toch ben ik van mening dat de stoelgang een sterk lyrisch karakter heeft, en al was dit allemaal onzin, gaf ik me hierbij nog steeds gelijk. Juist om die reden wil ik benadrukken dat deze gedachte - de gedachte die stelt dat ontlasten en lyrische en/of poëtische creativiteit hand in hand gaan - zo'n gekke gedachte nog niet. U wil immers niet weten wat ik doe op het moment dat ik dit alles neerschrijf - misschien ben ik nu wat te ver gegaan.
Zonder moraal zou dit stukje ook maar kaal zijn, daarom bij deze: mocht u op een gegeven moment - tijdens de ontlasting dus - het gevoel krijgen dat u op iets ongelooflijk creatiefs aan het broeien bent, zou ik één raad willen meegeven. Don't hold it back, just go with the flow.